De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1904 19 juni pagina 2

19 juni 1904 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1408 arbeid hebben opgenomen, en voor nog enkele andere kleine groepen van arbeiders, worden in het thans aanhangige wetsont werp de volwas- sen mannelijke arbeiders (daartoe worden gerekend allen boven 17 jaar!) geheel zonder bescherming gelaten, wat den werktijd aangaat. Waarom ? Het is een oud, vrijwel het laatste, overblijfsel van het liberalistische beginsel der staatsonthouding"; de laatste stellinsr, waarin zich deze theorie heeft teruggetrokken : de staat moge de vrouwen en kinderen al beschermen, met den werk tijd van volwassen mannen mag de Staat zich niet bemoeien. Of, zooals de heer 's Jaeob> het indertijd uitdrukte in de Eerste Kamer:: volwassen mannen moeten de ver betering van hun socialen toestand niet verwachte» van den Staat, maar van de vakvereeniging. Nu. wordt in de werkelijkheid, nergens meer steil aan dat beginsel vastgehouden. En de opneming van het verbod van bak kersgezellen-nachtarbeid in het thans inge diende ontwerp, naast het voorschrift in artt. 113 der S.8., is ook ten onzent de vol komen prijsgave van dat verouderde en overwonnen standpunt van de staatsont houding. Maar al is nu dat beginsel door dr. Kuyper geheel prijsgegeven, daarmee is nog niet de pmctijk der bescherming aanvaard. Thans dus nog slechts voor n bedrijf. Waarom slechts dit ne bedrijf in de wet opgenomen? Zeker, in het bakkersbedrijf keerschten de allerergste misstanden. Maar dat is de vraag niet. De vraag is: zijn de foakkersgezellen de eenigen, die onder over matig laniren werktijd lijden, lichamelijk, verstandelijk en zedelijk? Zijn dus de bakkersgezellen de eenigen, die daartegen wettetijie bescherming twod-iy hebben ? Dat is een vraag van groot sociaal be lang en daarnaar is, in vollen omvang, nog nooit ernstig en speciaal een onderzoek ingesteld. De enquête van 1889 handelde ?voornamelijk over vrouwen- en kinderar beid, en de verslagen der arbeids-inspoeiie bevatten allén opgaven van den werktijd in bedrijven, waarin óók, of allén, vrouwen, meisjes en kinderen werkzaam zijn. Maar naar den duur, en den invloed, van de» arbeid van volwassen mannen, is nog nooit ernstig en afzonderlijk onderzocht. Een poging daartoe is in het laatst van 1902 ondernomen door de Soc. Deni. Studie club te Amsterdam, een club van intelli gente en werkzame soeiaaldernocraten aldaar, die gedurende ruim een jaar een enquête heeft ingesteld naar den arbeidsduur in verschillende bedrijven, met behulp van vakbonden en plaatselijke vereenigingen. Het onderzoek geschiedde door middel van vragenlijsten, zoodat de gegevens naar be paalde methode werden verzameld en ge rangschikt. De studieclub heeft onlangs zijn rapport uitgebracht, een lijvig boekdeel, waarin een waardevol materiaal over den werktijd van volwassen mannen in Nederland is bijeen gebracht. Waardevol, maar vooral overtuigend! Waardevol hierom vooral, omdat het een argumentatie is voor ecne wettelijke regeling, een uitbreiding vau de bepalingen die thans in hoof.iznalc allén worden voorgesteld voor vrouwen en kin deren, zóó sterk en sehlagend", dat, wie het belangrijke rapport leest, niet kan nalaten te vragen : hoe kun de Nederlandsehe wet gever nog weifelen, hoe kan hij nog langer nalaten hier bescherming tegen uititntten<leu, overmatige», soms onmemvhelijk langen werk tijd te verleenen ? Het is een groot formaat boekwerk van 100 blz., niet op elke bladzij de zakelijke, geordende gegevens, zoodat het onmogelijk za! zijn, hier een gedeelte daarvan te releveeren. Maar de conclusiën en enkele feiten zijn toch te belangrijk, om er niet hier met Bad ruk melding van te maken. Het rapport beschouwt m. i., zeer terecht, den 10-urendag als een, die den werkman althans eenigszins den vrijen tijd laat voor geestelijke en verstandelijke ontwikkeling, en eenige gelegenheid voor den man om zich mtt het leven van zijn gezin te be moeien. Hoewel bij den vooruitgang der techniek, en bij de ontwikkeling derideën, liet streven der georganiseerde arbeiders naar een nog korteren werktijd van b.v. 8 li 9 ui'en, zooals in andere landen reeds voor massa's arbeiders is bereikt, stellig volkomen gerechtvaardigd kan worden ge acht. Maar den 10-urendag als billijken norm nemende, constateert- het Rapport al dadelijk, dat de groote massa der Nederlandsche arbeiders langer moet werken dan 10M en 11 uur per etmaal, on voor duizenden | arbeiders in tal vau bedrijven de werktijd zelfs 13, 14 en 15 uur per dag bedraagt. Voor deze massa der werklieden is een mensonwaardig bestaan, waar gelegenheid is tot verdere ontwikkeling naar eigen ,wcnsch en inzicht, uitgesloten." j Onder de bedrijven, die het heele jaar door 10 uur of minder werken, '/ijn do be- j langrijkste: deaardwerkfabriok ..C'éramique" te Maastricht; do diamuntbewerkers to Am sterdam, de graan boot werkers te Rotterdam, de machinefabriek te llenueloo; irroepen van typografen eu sigarenmakers te Amster dam. Dan is er een groep van bedrijven waarin 't heele jaar door van KI tot l l uur trewerkt wordt, over 't heele land verspreid. Maar dan volgt een groep, waarin het heele jaar door 11 uur en langer per dag ge werkt wordt, en daarboven nog oon groep, waar het heele jaar door 13 uur en langer per dag gearbeid wordt! Tot dezo beide izroopen, waarin des arbeiders lot zich, wat zij u werk tijd aangaat, niets van den toestand eens slaven onderscheidt, bohooren do siiikerrafinaderij t,; Amsterdam, papierfabrieken, bakkers, burgersineden, lompen-bewerkers, schoenmakers, winkelbedienden, vele categoriën van havenarbeiders, nielkinri'.-htinuoii in de groote steden, kellners, koetsiers, machinisten en stokers op de sleepbooton, margarinefabriekcn te Kotterdam, visclidroaerijen te Suheveningen, kleermakers, slagers, brandersknoehts te Schiedam, olie slagers in de /aanstreek, houtzagerijen, kappers en barbiers, zuivelbewerkers in Friesland, enz. enz. Men zo» dit lijstje iiuar uit onderzoek is gebleken, nog met heel wat bedrijven kunnen vermeerderen. V.n als er'dan gesproken wordt van meer dan IL uuiV' dan wil dat niet zeggen: \C'A ;''. liüuur, maar dan wil dat voor verschil lende vau deze bedrijven /eirgen: geregelde "?e.rkli'jden, het- Itcele junr (Iniii', i';in }ïtt 1~> <!??'!?, lij' L'lKn' xi'iilielll'ilklïCII lllilillnii'li </;7; V/'werktijd van deze lengte noch in zijn geheel van dag" kan spreken! Ziehier b.v. een paar vakken gelicht uit de uitvoerige statistiek: ff 3 -X CD 'f ~£ +± 5 <3 ?7 i a <t> "3 W il 5 > ff te -s & H £ 2 -M u i> P, M K -o j-i a; 3 j _> 0 ^ > ^n ~a s J3 0 ?4 1 5 *4 ff >o o 'R 00 3 -S: ^ n i) u O . £ jf d c<* -ai Z, P "? <L> -? OJ Oi rsknechts IU C c ffl =: D _ E as ^ E ^ a t ._? s 3 iO ff N p! i) O fl | ^ 3 3 O Os 'ri Q <c ,? = n7> rH = b = ^ 1-1 ec & o % z --3 1 ^ £ V _O 5 **. 1 "ff 00 GQ t. ? 3 "* ~ ->J d c^ c v C5 c >re abrit'ken "E £ 0i ^ = ^ ~> 1 c^ & c ^ 1, ^ -S -45 ^ w E Os K nn 1?1 ~ -^_ T CO 'JU a: lO ^ a r^i ie werkers : .H s; t 5 CC t y r-4 CC ~ " -T? H £ t D s f<a c ^ £ * . i Cs 2 'r ^ K 1-1 =T -rt ?x = ^ = bjj ?ff 3, 'Jf. i-^ -f \~ i. c t GO i S '* ^ ^~ ^ » ao ^ H :C 'rf s . ^ 1 '£. % a v ^, 1 ^ s ?^ 'C &i a ^; % c» -O ._; 3 «o -^ 'l" SS '^ t-, ?« £ J .T A: 1 I CJ ff -2 5 3 en Dit zijn allen industrieele bedrijven. Ik heb er slechts eenige uitgepikt, over 't heele land verspreid. Van de z. <r. bnrger"beroepen: kappers, winkelbedienden, kellners, pakhuisknechts, spreken wij dan nog maar niet. ledereen van het publiek komt met deze vakken in aanraking, en iceetdus ook, kan althans weten dat daarin de werktijd nog veel langer is! Er mag toch gevraagd : welk genot, welke ontwikkeling, welk huiselijk leven, is er voor deze duizenden van arbeiders weggelegd ? Niets, hoegenaamd niets'! Hun leven is ge lijk aan dat der werkbeestcn: ze voelen zich geen mensch in de beste en hooge beteekenis van het woord, ze vegeteeron, /.o loopen af," terwijl schoonheid, kunst, poëzie, natuur en wetenschap aan hen voorbijgaan zonder dat ze ooit tct die sfeer van hooger, menschwaardiger leven worden opgevoerd! En dat is niet alles. Er zijn tal van be drijven, en daaronder maatschappelijk ttoodzakelijke bedrijven, waarin de werklieden zijn blootgesteld aan ziekten en degenereerende invloeden, die het karakter, en zelfs, in den volksmond, den naam hebbon gekre gen van beroe-pstit'.kteii: (>ok daarnaar heb ben de vragenlijsten der Studieclub geïn formeerd. En er is antwoord op gekomen. Ze vroegen: wat zijn in uw beroep veelvul dig voorkomende ziekten? KJn er werd ge antwoord: door de sigarenmakers: zonuivzwakte, longlijden, hoofd- londeu- en ruggenpijn, gezichtsverzwakking; bakkersgcy.ellen: ruggegraatsverkromming, breuken, zenuwziekten, slechte oogen, bakkersbeenen; pa piermakers: misselijkheid, slapeloosheid; typografen : t ubeivulose, zon u w zwak te; kleer makers : zenuwziekten, bloedspuwing, oog ziekten, longaandoening, bloedarmoede; schilders: Ion «lijd en, verzwakk i n g der oogen; enz. enz. Een der beste middel om dezen scha de! ijken lichamelijke n invloed te neutraliseeren is: redelijke verkorting van den werkdag. En als de gevolgen van den lan gen werkduur wordt voornamelijk opgege ven : totale afwezigheid van alle huiselijk leven, drankmisbruik, onverschilligheid, stompzinnigheid. j Nog tal van bijzonderheden zouden hier aan kunnen worden toegevoegd, waarvoor mij echter de ruimte ontbreekt. Yan de brandersknechts to S-hie.lam alleen dit treurig-markanto staaltje: ...Om troost te zoeken voor ontstolen nachtrust, en om kracht te zamelen voor den te langen arbeid, be drinkt de arbeider zich aan jenever waar over hij gemakkelijk beschikt. Zoo zijn gevallen gecorixtate«r(!, dut eon brandersknecht 30 a 35 glazen jenever per dag drinkt. Komt hij dan 's avonds thuis, dood op van 't werk, soms zat van deu drank, dan gaat hij dadelijk rusten, eet zijn middageten veelal in bed op, en tracht daarna in slaap te komen, om weer tij-lig, als 't nog nacht is, aan 't werk 1e zijn." Zou zulk een toestand ook heersenen op de fabriek van Van Marken, waar de dienst tijd veel korter is? Ik deuk het niet! In n woord: dit Rapport is n klemmend betoog r i'i'i' de i/'cffi'lij/'.-e Ix^clternninj run de t'o'/t'ttroseii nniinien li'ijcn <!e xr/t(/<t/'lijl,'e, t'fi'tl(iiiii><ei/de, diijein'iverriide ijemliji-ti nni tl/'it ira'/t'hft/ (h't' r<>!trnnxi'ii n/f/i/ni't/ ! Kn het lïitpport vvij.st duidelijk na, met feiten en geteugonissen van de vakorganisatie zelf, dut ilc i'ii/t'iict/'i' j H is f in i/r rakken nu-/ <!<? Indien do Tweede Kluner toegankelijk is voor do overtuiging, dat iu dit Wetsontwerp oon regeling vau den arlu-idstijd van vol wassen man ten onrechte ontbreekt, is dit Rapport daartoe, dunkt mij, wél iu staat, haar die overtuiging te schenken! S. Opleidings-inrichting voor Socialen arbeid. Het liestuur maakt Ix-keml, dat nu zich een voldoend aantal li'erlinu;i'n beeft uanj oineld, de heropening van deu nieuwen cur sus 1ó September xal plaats vinden. De inschrijving van nieuwe leerlingen blijft ge opend tot löJuli. Vo ir <l(>n voorbcrei liiiyscjirsiis voor leer lingen joiiïer dan 23 jaar hebben y.ich eoiiiiru aspiranten aangemeld ; mochten er nog jonge meisjes /ijl), die leerling weiischen to worden, dius doen zij wel y.icli spoedig aan te moUlon, daar anders de voorbercidingscursus wegens het U; geringe aantal leerlingen wellicht niet zou kunnen plaats bobben. Mi'jiiii'rnuw 10. lioissovain is wegens per soonlijke redenen als, directrice afgetreden, maar blijft xittiug houden in liet bestuur. Ju baar plaats word benoemd iiiojiill'roiiw S. Lefèbure-, die zich gaarne tot het verstrekken van allo inlichtingen bereid verklaart. Spreek uur Woensdags vun In 11.' uur, J'auius L'utUTStraa', VI. Van den wal in de sloot. Eenigen tijd geleden was in het Rijks museum tijdelijk tentoongesteld een werk van den primitieven hollandscbon landschapschilder llendriek Avorcainp (geb. 1585). 't, Stelde voor oen wijde ijsvlakte, verlevendigd door talrijke beeldjes, en in een lange strook t e een den hori/.on, vertoonde, zich in den achtergrond de stad Kampen. Dit stuk was zeer belangwekkend, want vergeleken 'oij de algemeen bekende schilderijen van dezen schilder ik verwijs «u alleen naar het tweetal in ons museum was het vau deze zeor afwijkend. Dr. Jobcinna de .Tongh had in baar boek Hot bollandscbe landschap in ontstaan eu wording" de, dateering van dit werk (IOC>;>) als valscli on te laat aangegeven, alleen afgaande op de verklaring van een ander. Nadien heelt rij ook bet werk in het museum gezien. In bet Bulletin van den Oudb. Bond komt zij thans hare uitspraak herroepen, en het jaartal Kio'.S beslist voor echt verklaren. De authenticiteit van don datum is onaan tastbaar door aanwezigheid van een toren, die eerst in KKiO gereed was en verder door de klooderdrachten der figuren. Maar ook buiten deze tastbaarheden zou Jlej. dejongh wel tot inzicht zijn gekomen gefaald to bobben, uit don aard zelf der schilderwijze. Tot zoo ver dus is do zaak weer in 't reine gebracht on in haar hoek, zuo zeer tlo belangstelling waard, wil men y.ulk oen fout, die niets anders is als een al te lichtvaardigovorgonomon mededeeling niet werkelijk tot 'n vlok maken. Xu echter beeft y.ij met haar stukje, dut Ver betering genoemd wordt, zich in een dwaling laten gaan, die mij voor haar crilisch ver mogen onbegrijpelijk i.s en waartegen in ernst moet geprotesteerd worden. Want deze, niet uiterlijk, is erger dan de andere. 'k Xal haar zelf citeeren : Uet schilderij dus van 1003! Merkwaardig wanneer men bedenkt, wat dit jaartal voor de hollandsche schilderkunst betoekent, ... en dan dit schilderij te zien, bet werk van een archaist, van een kunstenaar, die in zijn jeugd ver kondiger vau nieuwe zienswijzen, in zijn ouderdom midden in de ontwikkeling was blijven stoken, achterlijk, verouderd was geworden". Ken bepaald afbrekende beoor deeling dus, ouder termen evenwel dio al dirckt niet steekhoudend zijn, waarbij ik echter niot wil blijven stilstaan. We volgen verder de beschouwing: Het gezicht op Kampen is groot gezien; de JJssol genomen met aan beide kanten liet land; recht i de stad, links bot lage land, de twee door de brug verbonden; de horizon, ver, wijd tot in liet oneindige; daar boven oen lucht met hooge bolie welving, zooals die zich koopelt over hot, vlakke waterland; groote grauwe wolken, niet, meer als vroeger egaal met streepen, maar goed doorwerkt, werkelijk in liet doek zittend. Do wijdte van blik met bet goode verloop, de verre horizon en de hooge wolkenhemel, </etui-yen run tic mitu'ikl.t'l.iti'l <!'!-<' Arerhnnip'x talmt /u'fft ilodryt'iixiakt; zo /iju hot eigenlijke vau de schilderij. Daarbij komt do observatie van de beweging, van de wisseling en warreling der figuren, die uitstekend is, en do groepen in bun vonnolooshoid toch in pltistischen vorm wist weer to geven". .Mij dunkt zelfs de volmaakste en voor kunst onverschillige leek, wanneer hij slechts eenigszins do gave van oordoo! bij lox.on bezit, moot bij deze tweeslachtige beoordee ling verrast opzien. Dan, als ware de soJirijfslor bang te ver to zijn gegaan in hare (rechtvaardige on juiste) appreciatie van deze merkwaardige 17e eeuwsrhe schilderij, stuit zij weer ineens de óloge eu, al erkennende do gebleken ontwikkeling in Averoump's kunst, wordt geconstateerd dat do i'risc.hheid on bekoring vau yiju eerste stukjes ontbroken". Deze bewering is ton deolo onwaar en komt overigens voort uit oen persoonlijke voorkeur. Toegegeven dat de eigenaardige bekoring van bot trouwhar tige, liet kinderlijke haast, der vroeger-' wer ken bier niet teruggevonden wordt, kan voor iemand dio met doxe ciir-nseJüippeji de figuur van Avorcamp vereenzelvigd hoeft, dozo schilderij tegenslag govon aan y.ij n verwachting. De huiselijke gezelligheid in liet landschap vindt ge bier niot meer, niot bot vertrouwde zich-thuis-voclen in een be paalde strook, waarin ieder huisje 011 't minste onderdeel ervan zich zoo juist laat terug vinden, en waar do hehlor-klonrige stuti'age waarschijnlijk voor do buurtgonooten het eigenaardig genot schonk er een illustratie. uit hun d.igeiijksche omgeving to vinden en er velen dor kennissen in to raden, /oo'u schilderij is oen vertelling waarbij de schil der dunkt 1110, zich tevoren verkneukelde over do opgetogeuhc-id dor beschouwers: eu do Oiid-iJolland-che burgerlijke humor, wel plat dikwijls, wil zich daarbij gaarne luchten. Terwijl de hoolo gemeente xich amuseert op de bieedo ijsbaan, zijn or daar twee stiekem boven in dien afgelegen hooiberg gekropen iu vermeende veilige eenzaamheid, maar het oog van deu schilder heeft zo wol ontdekt on met oen ondeugeiidcii zin daar vereeuwigd: ook hij die voor eenige minuten in volstrekte afzondering y.ich begeeft vau do menseden wereld, tu dat eigenaardige uitboti \vspllje van Jiot huis volgt toch nog maar do strtiisvogoltaktiok, want een opening in do planken doet precies ontdekken de beweegreden tot zijn vrijwillige opsluiting: rn dio zich nu wel in de eenzaamheid zou iu hot gewoel der schaalsonrijdors een IliUkor maakte op do gluddo baan en onwillens op do oiiu o! voeüelijkste w i] ze iu 'r ('pen ba a r zich vertoont. Al dozo dingen en honderd andere (/i-li'i'ri'-i in zoo'u \\inlertafereel, dat topogiu-liseli in elkaar gezet of liever uanoougobouwd is; 't is een geheel in afzonderlijk heden. M;\ar welk een intieme opmerker eu ook gevoelige uübcelder dor afzonderlijke di'tuils. zich de schilder daar vertoont, voor alles is hij do gemoedelijke verhülor en v;in visie, van ecu breed overzien i - weinig sp<M>r. .Maar zij u opvatting zou zich nadien uit zetten, zijn ontAvikkciinu' prooien meegaande iu do \lncht dio het hollandM-he landschap in bot mid-lcu der 17e eeuw nam. MojullV. de ,lou'_:h h' cit in haar lovende be>ehri.i\ ing het zelf L'edeeroteord. i,r, mot do erkend" kwaliteiten, dio haar genot moeten gemaakt hebben, is bet op zijn zachtst genomen onbillijk te gaan mees muilen, dat de trant vau zijn vroeger schil deren hier niot terug wordt gevonden. De gevolgtrekking dat Avercamp in zijn ontwik keling is blijven stoken, achterlijk en ver ouderd ', is zooals ik straks zei, buiten de schilderij om, uit haar eigen citaten reeds als onlogisch te kenmerken. 't Is ook niet waar de figuren plomp en gevoelloos geteekend zijn. De voorgroop op het stuk is blijkbaar portretwork, on 't was mij juist opgevallen dut dozo schilder, die op zijn vroegere werken de figuurtjes wel innig aaiiteekent maar toch veelal onbeholpen iu bun actie zot, iets in hot karakter van duikelpoppetjes op zijn lioogen leeftijd een teekoning heelt verkregen zoo los en toch zoo scherp, lu dien voorgroop juist had de schildering snedige toetsen die waarlijk even aan Torborcb doden denken. Wil men, nu in bot midden latende de eigen waarde dezer schilder j, gaan bekennen zijn voorkeur voor de primitieve stukkeu, heel goed. Mij ook misschien y.ijn die toch sym pathieker. Maar daarbij to geraken tot een absolute miskenning, tot een verguizing zelfs, bet hoeft den schijn dit l >r. do Jougli in verbetenheid over haar torste on vergeeflijke flater, 't nu op don kunstenaar verhalen wil, die tegen alle vermoedens in toch zoo oud was geworden, die op 80 jarigen leeftijd, geen zeurige herhalingen geeft vau werken die eenmaal lof inoogstton, maar nog boziold was tot hot schoppen vau y.ulk oen wijd, bijna " grootscb gezicht op do stad Kampen. Do traditioneele linkerhoekvulling mot don stereotypen boom toioroorcii we daarbij graag. W. STEEXMOFF. De Royal Acate?' Op don 2dou Mei werd do jaarlijksche expositio vau do Koval Academy of Arts geopend, de lütie. Dit is een belangrijke gebeurtenis voor oou zekere categorie monscben in Londen, want' ovenals bet gekruai van don baan voor den landman do komst vau don ochtend beduidt, zoo kondigt do opening van de Acadomy genoom ion lieden don zomer aan, of beter go/.og-l, de season". Do eigenlijke opening, de ,.private view," waartoe slechts bevoorrechten worden uitgonoodigd, geschiedt altijd een paar dagen te voren; dat moet een kostolijk gezicht zijn, want de bezoekers trokken dun bun nieuwste kleedoron aan en don volgenden dag loost men welke dames or hot fraaist gekleed waren, nauwkeurig beschreven in't ochtendblad. Daarna oen diner dat leest men natuurlijk ook in do krant. Zoodra echter hot grootor publiek or binnen mocht ging ik er heen. Kr is gedurig oen beschaafd godrang, uiaar als Hion zich daaraan niot stoort kan men op zijn gemak do 181)0 nommors of zoo bezien. lOonig geduld wordt natuurlijk veroiscbt, en niet alloen wegens hot godrang of de hoeveelheid. [lot eerste nummer, dat ik aanstipte in den catalogus, heet Jeugd : een pago te paard aan don rand vau oen afgrond, hij lacht zoo lichtzinnig togen oon valk op zijn vinger, maar do iiazowinden prijswinnors zonder twijfel on hot edel ros zijn doodsbenauwd voor 't gevaar. \V'ij worden door Xedorlandscho schilders niot verwond mot roman tische onderwerpen, het is waar. Maar al hooft men zijn loven lang laag land gezien, en water en wolken, als men aan een afgrond komt to staan, of zelfs maar oon audor aan 't randje vau zoo'n ongeluk ziet, dan voelt men zijn hart wol kloppen. 0011 emotie dio bewondering wordt zoo 't maar een schilderij is waar men 't ziet. Dit doek van Britou liivioro, 0011 van de meest gevierde artiston, dood mij deuken: wat is d.U.nauwkeurig ge maakt, zie me dio leidsels eens aan hij verdient zeker veel. J k liep voort, maar dio gedachte van voel verdienen bloei' mij buiitooren. bij elke teleurstelling kwam zij terug: dio oude rukkers verdienen to voel, don drang dio bon aan 't schilderen bracht bob ben zij vergoten en ze zijn uu hoeren van stuud, ais zo muur naarstig schilderen worden ze allemaar baron. Verbeeldt u. dat do koningin van onzon Mesdag eens een baron j maakte! Wij zoudon misschien to provinci aal zijn o.u d.it to apprecieereu, on dan, 's lands wijs, nietwaar? Hij hot portret Tan don aartsbisschop van ('.inlorburv ziet men dadelijk, dat dat ook j door oen vaardig man gemaakt is. Aange zien ik zijne Genade niet persoonlijk kon liet do gelijkenis mij onverschillig on hot portret als zoodanig interesseerde mij, eu zooveel anderen denkelijk, niet meer dun een beeltenis in oen illustratie vau bijv. admiraal i Togo. Maar ik vermoed dat dit de ge lijkenis, do eei'.igo vordieiisle is van dit doek. Do schilder A. S. ('(>_;,-. ofschoon geen baron, is zeer uunzioiiijk 011 ik ben haast j beschroomd vau '/.'><> iemand iets !o /eggen j beirellende zijn manier vau kleuren on dio van niijii jongste zoonije. j Watorhouso. ouk een academiciou, heelt j l'sycbe afgebeeld, die de deur opendoet vau j Cupido's tuin. Ik was zoo argeloos gekomen on met ZIHI'U eriisii/eu woiisch om mooie schilderijen te zien. Wie mot zijn fantasie wol eens gedacht heelt wat l'sychc is moot wol verbluft y.ijn als hij ouder dien pseudo niem, waarschijnlijk goed gelijkend, een jonge . dame gerepresenteerd ziet, oou goede kennis- j van den schilder waarschijnlijk, oen beetje bloot. Als ze nog maar mooi was. /elfs wat , Watorhouse mooi vindt. Cupido en zijuluiii vond bij zelf blijkbaar bijzaak; het is maar i een titei. en dan Psyche, daar zijn or al l moor rijk en befaamd moe geworden. .Misschien ook zijn 't de zoden waarom bij j o< n hopeloos gebrek au u uitstekende schilders op eue tentoonstelling l H>(i schilderijen ver toond woi-deu. Ken enkel doek, dat iu de Academie heeft gehangen, botookoiit voor den maker een uungeuaum inkomen en uitzicht op een voorname positie, l.'art pour 1'urt is hier niet iiiheeuiscb, evenmin als de boh miens; -ie kunst, en niet a'loon (ie schilder- '. kunsi. is meer een pi'ol'es.SJO. Kidder l,;uirens Alma Tudomu, een oxXederlau li r, heeft or ook een stukje, muur ik kun mij niet bezinnen \\ut bot is. f iierme bedoel ik geens/.iiis, dut hij niot Oen prooi mun is, daarvan niet. want ik u eet veel te ,,(>ed. dal hij enkel wegens /iju gniolheid tot ridder word geslagen, /ijn vroegere ucudemic-u -noot M. Mans hoeft zich n,.i.:it biion H-tturaiizeeren. muur zon anders mogelijk ook al oeu t d.-hnuii zijn. Kr I.aiiL'ou cchler ook goede siukken van portretten, wel niet zoo, bekwaam als die van Sargent, maar met meer kracht en lustigheid geschilderd een Nederlander, die dit werk ziet praat in 't vervolg met minder dunk van vaderlund'che portret schilders. Wunt ook de portretten van Sargeut zijn zeer respectabel, wel eonigazins een oeuvre do métier, maar van e«n beschaafde soort métier. G. F. Watts, de laatste en beste der preKaphueliten, heeft or n schilderij, een moisje in 't wit gekleed. Het ziet er ouauugenaain uit, maar bet past mij niet kleinachtend van Watts te spreken, bij beeft waarachtig wel boter dingen gemaakt. Ik noem nog Kastman, Strahan en Hayes, die geen lid van de academie zijn. muur niettemin goed werk exposeeren. Er zijn geen twaalf schilderijen op doze groote tentoonstelling, die 't seizoen van gedistingeerde vermakelijkheden opent, waar van men eenig indruk je behoudt; er is or geen enkel dio geestdrift wekt. Toevallig kwam ik don volgenden dag, in hot Kust End, op een. teiitoonsielling van llollaiidscbe schilderijen, otido en moderne. Hier werd met gedrongen, ik zag er nauwelijks oon dozijn bezoekers. Toch was dit een keuze verzameling, die menigeen met blijdschap zou zien, van do allorvroegsten tot de allernieuwsten, Kembrandt en Kuysdael, en Maris en Mauve, om maar iets to noemen. Een heele school bavelooze jongens stormde later binnon, de onder .vijzers achteraan. Maar was het niet dwaas te verwachten, dut de smart set'' monscheii van stand zouden wij zeg gen, 0011 equivalent, dut tevens hot verschil vau landaard oenigszins aanduidt heeleinaal van het West End naar Whitechapel zouden konijn om wut buitonlundsche schil derijen te zien (al waren er nog zooveel vlindertjes van M. Muris), terwijl zij er al 1100 te genieten krijgen iu een gebouw, waar zij bovendien nog fraaie toiletten zien en, wellicht, de levende artiston in eigen persoon? Overigens worden kunstenaars hier voldoende geord, men maakt ze ton minste ridder of baron. L o n d e n. S. Scilftertot, (Ingezonden). B u ss um, 6 Juni 1904. (ieachte Redactie, Met zeer veel interesse heb ik de artikelen over Schilderkunst door dr. A. Bredius" in uw blad gevolgd on zoo trof mij in het nommer van ^2 Mei j.l. de zinsnede: Zoo moet er oen Ainstorclamsch landschap-schilder geleefd hebbon, wiens werken oens zeer vermaard waren en waarvan liembrandt twee stukken bezat-, nl.: Govert Jansz, die thans geheel onbekend is, zelfs Bredius zag nergens een door hem geteekend of aan hem teegeschre ven schilderij." Kaar aanleiding hiervan zou ik de vraag willen stellen of bedoelde 2 exemplaren, destijds in het bezit van Reoibrandt, wol bekend zijn? Ik vraag dit daarom, omdat mij een dezer dagen een werk 'naii 'le.noemde schilder in oen privaat collectie in Hollund onder do oogen is gekomen, n.L: een groot landschap (paneel UO bij 125 centimeter), geteekend met monogram en geschilderd geheel in den trant, coloriet en chiurosouro" als Rombrandt gewoon wus zijn land schappen to composeeren. Waar u terecht aanmerkt, dat ullp duisternis nog niot is opgeklaard", zoude betaij hoogst aangenaam zijn een nadere toelichting hieromtrent te mogen vernemen, daar bij mij de vraag rijst of llembraiidt in zijn landschap-techniek niet door genoemde Govert Jansz ye'mxp-ïreerd is ijen:orden.' De schrijver vraagt verder: Hendrick ten Oever, wie kent zijn naam". Als antwoord hierop diene. dat door mij eenige jaren ge ledon een portret-slnk van genoemde schilder iu Holland werd opgemerkt. Ten slotte veroorloof ik mij er u op te wijzen, dat oen soortgelijke schilderij als door u gereproduceerd word in uw nommer van 22po on voorstellende de goudweger van Sulomon de Koninck" (museum Boymans, Rotterdam), door mij do vorige maand werd aaiigetroü'en in de ,, Wlütechapol Art (iallery Diitcb Kxhibition" te Londen 011 wel ouder Xo. l!44 en getiteld: Jewel Merchunt" van iSülomon de' Koninek, lont bij K. Lissor lOsq. Hier zou ik willen vragen: Is dit laatste oen repliek? l' dankzeggend voor de opname, Hoogachtend, B. Ai.n.u'ii. ]~ir!»ïi'n I'ttrti'liJK, door AI.FREO TEI'E i geschreven LS74j. ,,Kijk Ma, wat zij i die mooi, die moet u eten !'' (p 9). Ik ben vol zoeter poëzie. Als even zoo vele ponden overrijpe, om niet te zeggen beurse kersen liggen 'nij de kleine 130 stroplieii van den lieer Topt in do maag en oeu vreugd is 't mij den lozers van do Groene lui u deel aan deze zoetheid, en naar ik hoop hun bekomst te mogen geven. Kersen zijn doze verüOïi, overrijpe kersen liet is oon prijzenswaardige daad van den heer Tepe, die getuigt van een helder inzicht in de be hoeften van dezen tijd, ons tbuiis in do ge legenheid to stellen de/.o zoete vruchten te plukken nadat zij dertig lange jaren uun den boom zijner poëzie hebben gehangen. Dertig jareu zijn voor deu heer Tepe als een dag, of liever als een nacht dien bij heeft overslapen. Eene litteratuur, eone poëzie heef t voor den heer Tepe in dien tijd niet, bestaan. Gelukkig, want daaraan hebben wij 't te danken dut dit werk van oude, degelijk echte kunst, .,zooals men dien vroeger smaakte'' lieden, in 't jaar 11)04, kon ver schijnen. Do hoor Tepe is oeu grootseh dichter, een lieflijk dichter, on oou innU braaf dichter. Reeds de breede on tor.-ehe aanhef vuil het werk, do magistrale paradijs-fantasie, doet ons hem in al zijn kracht kennen. D- /icre leou»' lii't stil xij ! hee ? to \vacht(-n A;m dViken-la n ; op 't kronkelpad boproelt IN- i;uik lijder zijn onno z'lo krachten Tei\\ij! vorst arend op een rots vertoeft. . ." Muur boe bekoorlijk weer is do dadelijk hierop volgende schilde.' ing vau dit ..Buiten vol van Hollands liellijkheden'' waar de dichter ons do holden van zijn roman als i.og ou.-vhuldige kinderen voor u»--;eu toovert.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl