Historisch Archief 1877-1940
No. 1412
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
VOORDEELEN
van het alom
gerenommeerde
MAGGI' AROMA
om te
kruiden.
Arnma aan groenten, vleezen, sauzen, soepen en zwakke bouillon. Hierin eenig
1*1 Ullla en onovertroffen.
VnnrffjlAlifi ' wees vooral spaarzaam in 't gebruik, daar de oorspronkelijke smuai
wUUl UOOIiy , ^er gerechten wei verhoogd, doch niet verdrongen moet worden.
3- Gemakkelijkste in gebruik
4- Goedkoop:
vanaf 30 cent per flacon.
met de vaste
Waar niet verkrijgbaar wende men zich tot het
GeneraalAgentuur voor Nederland en Koloniën rïDL BOER, lisbnka.
MAGQI's onderscheidingen: 4 groote Prijzen, 28 Gouden Medailles, 6 Eere-Diploma's, 5 Eere-Prjjzen, zesmaal buiten mededinging, o. o. 1899 en 1900 Wereldtentoonstelling Parijs.
llllllllllflIllllllllllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIMIIIIIMIIIIIIIIIMIiniHIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIHIIMIIIIHIIIIIIIIIU^
Mevrouw JXA BOUDIEE?BAKKER.
IIIIIIIIIIIIMIIIIIIIUIIIIIIIIIIIItlll
Orer
eitnog Ms.
in.
Er is natuurlijk een ontzettend groot ver
schil in het zich opvoeden voor het huwe
lijk" en het zitten wachten op een man".
Ongelukkigerwijze worden deze twee dingen
al te veel met elkaar verward, waardoor vele
meisjes zich een beetje schamen, om, vóór
dat ze geëngageerd zijn zich te gaan bekwa
men in huishoudelijke bezigheden. Zijn ze
eenmaal verloofd dan wordt er eenige maan
den een cursus gevolgd in kook- en huishoud
school, waarvan de uitkomsten in de meesle
gevallen hoogst onbevredigend zijn; lo. wijl
de geest maar half bij 't werk is ; 2o. 't onder
wijs te kort wordt gevolgd, dus te oppervlak
kig wordt, geleerd ; 3o. wijl de delinquenten
na 't beëindigen van deze driemaandelijksche
of halfjaarlijksche cursus zich verbeelden
geheel op de hoogte te zijn van wat ze weten
moeten en met. die halfbakken kennis dik
wijls haar huishouden meer kwaad dan goed
doen. Komen er later kinderen, dan neemt
de jonge moeder de wijsheid in zich op van
baker of pleegzuster en in die drie a vier
weken meent ze een moeder te zijn gewor
den geheel op de hoogte van hare moeielijke
taak. Grondige kennis van haar vak als huis
vrouw en moeder bezitten slechts de zeer
ernstige en zeer plichtgetrouwen onder de
vrouwen.
Het moest voor algemeenen regel gelden
dat het jonge meisje, van school komende,
in de eerste plaats leert het huishouden be
sturen en de grondbeginselen der
opvoedkunde. Ik bedoel natuurlek met het jonge
meisje im groszen Ganzen" de overgroote
meerderheid, die, als ze de school verlaten
hebben, uitgaan", meestal, totdat ze een man
gevonden hebben.
De werkbijtjes", zij, die genoodzaakt zijn
na het afloopen der schooljaren zelf in hun
onderhoud moeten voorzien, zijn niet in de
gelegenheid zich voor hun huishouden en
kinderopvoeding te bekwamen, tenzij haar
werkkring hen in die richting stuwt.
Een zeer eigenaardig feit is het, dat die
arbeidende vrouwen, wanneer ze tot een hu
welijk komen, hetzij door haar veelzijdiger
ontwikkeling, hetzij omdat ze de ernst des
levens zooveel eerder leerden kennen, dan de
fladderende vlindertjes", zich dikwerf met
groote degelijkheid op het huishouden toe
leggen, en ook later vaak uitstekende moeders
worden De kennis, die ze thuis practisch gemist
hadden, deden ze deels uit het leven op,
deels uit opvoedkundige werken.
Ook zijn er onder de uitgaande meisjes velen,
die zich wel zouden willen bekwamen in
huishoudelijke en opvoedkundige zaken, maar
niet in de gelegenheid daartoe zijn, óf omdat
ze geen moeder hebben, of wier moeder zelve
te oppervlakkig is en niet in staat hare dochter
te onderwijzen. Voor hen staan de huishoud
scholen open en bieden ook de kindertuinen
ruimschoots gelegenheid om zich te bekwamen
in hetgeen zij weten moeten als vrouw en
moeder. Voor haar ook 'zijn opvoedkundige
werken vanSpencer.Pröbel en zoovele anderen
in iedere openbare bibliotheek van eenig
belang te krijgen. En bezitten niet de meines
een tante of zuster, die kleine kinderen heeft
en aan wie tijdelijke hulp gewoonlijk niet on
welkom is ? Zijn er geen getrouwde vriendin
nen, wier kleintjes zy eens kunnen oppassen ?
Moeten dan die arme kleinen tot proeflap
dienen voor het dikwijls onhandige jonge
meisje ?" hoor ik bezorgde moeders reeds
vragen.
Stellig niet, doch het jonge meisje kan
om te beginnen in die huishoudens hare
oogen goed den kost geven, zij kan al 't
geziene deugdelijk in zich opnemen, dan
onder leiding der moeder zelve, bijvoorbeeld,
de kleintjes aan- en uitkleeden en waeschen,
met ze spelen, wandelen, een klein
huilebalkje trachten zoet te krijgen en zich aldus
oefenen in de vele kleine moederplichten,
die haarzelf later mogelijk wachten.
En wat is het niet makkelijk, wanneer men
zulk eene leerschool reeds van te voren heeft
doorloopen en men dus niet met de handen
in het haar staat, wanneer eigen [kinderen
onze zorg behoeven. "?
Ik weet het onder meer nog zoo goed,
,hoe ik, nog vóór mijne verloving, logeerde
bij een nichtje, die zelf een kleintje had
van enkele maanden, hoe ze müleerde
het kindje te behandelen, hoe baby eerst
moord en braad gilde, wanneer ik haar
hielp, daar ze niet gewend was aan mijne
onhandige, langzame vingers. Maar na een
paar dagen ging het al beter en ten slotte
lag ze even vroolijk op mijn schoot te spar
telen als bij de moeder. En ik vond het
heerlijk om op haar te mogen passen als de
ouders samen uitgingen, ik voelde ten volle
de groote verantwoordelijkheid en het ver
trouwen mij geschonken. En wat was ik
gelukkig op een Zondagmiddag met haar
spelend, terwijl de vader en moeder visites
maakten, en ik plotseling haar eerste tandje
ontdekte, toen ze, kraaiende van pret, haar
mondje wijd open deed. HÉJM
Twee jaar later hield ik mijn eigen zoon
op schoot. Ik had de baker niets verteld
van mijne ondervinding met kleine kinderen,
en op een ochtend zei de goede vrouw
wijsneuzig, toen mijn kleuter drie weken oud was :
Nu mot uwe 't ventje ook eens perbeeren
te wasschen".
Best", zei ik, ik zal eens zien wat ik
er van ken".
Ik nam mijn zoon van bakers zorgende
handen over en begon mijn werk, zonder iets
verder te vragen. Baker keek vol verwachting
toe, hoe dat wel gaan zou en zij oude
vrouw van veel ondervinding met jonge
moedertjes, zette groote oogen op, toen ik
mijn jongen handig en vlug wiesch en kleedde,
alsof het mijn dagelijksch werk was. Ze sloeg
hare gerimpelde handen in elkaar.
Neen maar mins, da's kostelijk, zoo zie
ik niet duk".
Ik hielp haar uit den waan en vertelde
haar van mijne ervaringen met kleine kinderen.
Ze lachte, omdat ze zich had laten beetnemen,
maar ernstiger voegde ze er bij :
Zoo mosten ze allemaal wezen, de meesten
weten van toeten noch blazen als ze kinderen
krijgen". De oude vrouw zei in hare eenvoud
een groote waarheid en velde tevens een hard
oordeel over jonge moeders in 't algemeen.
Zoo weet ik een voorbeeld van een jonge
vrouw, die bij een dokter kwam; ze was
verloofd maar wilde zich voor haar huwelijk
latem onderzoeken of ze fysiek geschikt was
om te trouwen en kinderen te krijgen. Na
dat ze hem verteld had, wat ze wenschte,
stond de man der wetenschap zwijgend voor
haar, even overbluft. Toen stak hij haar zijn
beide handen toe. Dat is braaf van u", zei
hij, dat is nobel, zoo moesten alle vrouwen
doen".
Ik meen dat de voorbeelden, die ik aan
haalde, in werkelijkheid niets bizonders zijn
en voor algemeen toegepaste regels moesten
gelden.
Er bestaan wetten op het onderwijs der
jeugd, maar er moesten ook wetten bestaan,
die 't voortbrengen van gezonde kinderen ver
zekeren, en eveneens wetten, die de vrouwen
moesten noodzaken goede moeders te zijn.
Men zou er niet over denken om de kin
deren toe te vertrouwen aan onderwijzeressen,
die niet behoorlijk hun examen gedaan en
proeven van bekwaamheid in het
onderwijsgeven hebben afgelegd, maar wel brengen
moeders kinderen voort en zijn totaal onge
schikt oin ze groot te brengen. Geen man
zal een goede carrière maken, wanneer hy
zijn vak niet volledig verstaat en in vele
gevallen zal hij ook daarvan door een exa
men moeten blijk geven wat hij kan. En er
loopen getrouwde vrouwen bij dozijnen rond,
die haar vak van huishouden besturen
DAMEjS.
absoluut niet verstaan, of nog erger
die den lust missen, dat vak naar behooren
te vervullen.
Nu de staat zoo vriendelijk is om zich
met het huwelijk te bemoeien, en 't al of
niet wettig te verklaren, nu moest hare zorg
daaromtrent niet half zijn, doch zich zoover
uitstrekken, dat ze overzag de gevolgen van
hare toestemming. Evenmin, om büdie verge
lijking te blijven als zij onbekwame onderwij
zeressen tot het vak van onderwijs toelaat,
evenmin moest ze onbekwame vrouwen toe
staan echtgenooten en moeder te worden.
Menigeen zal misschien verachtelijk glim
lachen, om wat ik hier neerschreef, doch
voor wie een weinig dieper doordenkt over
het wezen der dingen zal 't zoo heel gek
niet lijken.
EGBERTHA C. v. D. MANDEI/B.
Den Haag, Juni.
(Wordt vervolgd).
Koningin Alexanflra.
Vit het Dagboek van Helene Vacaresco.
Naverteld door A. S. K.
I.
Tot de aangenaamste herinneringen der
Eumeensche dichteres, Helene Vacaresco,
behooren de ontmoetingen met Alexandra,
koningin van Engeland. Die vorstin glanst
voor haar in een licht van minzaamheid,
schoonheid, gratie, teerheid en echte vrou
welijkheid.
De eerste ontmoeting van Helene Vacaresco
met Alexandra, de toenmalige prinses van
Wales, had plaats te Balmoral, in Schotland,
waarheen zij hare koninklijke Vrouwe Carmen
Sylva vergezelde. Helene was verrukt over
de slanke gestalte, het innemend, schoon
gelaat, de prachtige, diep-blauwe oogen, de
vlugge, jeugdige bewegingen der prinses, die
toen reeds moeder was van volwassen
kinderen.
Hoe vindt u dit uitzicht ? vroeg Alexandra.
Is 't niet mooi? Wat zegt u wel van onze
hergen, van het gloeiend purper onzer
Schotsche heide? Omdat u dichteres is, hebben
wij deze appartementen voor u in orde doen
maken, hopend, dat hier de inspiratie over
u zal komen, dat hier uw dichtader zal
vloeien, en dat het u niet moeilijk zal vallen,
om welgemeend den lof te verkondigen van
ons heerlijk Pchotland, O! ik weet 't wel!
Uw Karpathen zijn goddelijk! Verblindend
is het licht dat de zon uitgiet over hun
toppen; de prins van Wales heeft er mij
veel van verteld, die woeste bergen, die
felle zon, deden hem aan Indiëdenken. Ik
weet alles! Ik heb ook een trouw verslag
gekregen, over de schitterende
tableauxvivants te Sinaïa.
Magisch werkte op Hélène's ontvankelijk
gemoed deze ranke vrouwegestalte met de
innemende manieren en de zielvolle stem, En
de dichteres peinsde: Zij is een fee, een lieve
fee uit een tooversprookje. Zou onder haar
invloed, de inspiratie niet komen? En als
had Alexandra haar gedachten loop geraden,
vroeg zij: Toe! als u hier gaat werken,
waarschuw me dan! ik zou zoo hél gaarne
een dichteres aan den arbeid zien; ik zal u
bewaken en stil zijn, stil als een muis. En
ik reken er vast op, dat u in Rumeensch
costuum aan tafel komt."
Mejuffrouw Vacaresco gelastte haar kame
nier, al haar Rumeensche costuums uit te
stallen. Besluiteloos stond zij te midden der
bonte pracht, niet wetende, wat te kiezen.
Even een briefje aan Carmen Sylva! Die
moest haar raden.
Het wit-met-zilver costuum, luidde het
advies der meesteres, daarin zie ik je het liefst.
Weer bekeek en betastte Helene de ver
schillende met kleurige zijde geborduurde
boezelaars, de sluiers, de ceintuurs.
Bescheiden tikjes aan de deur.
Ijlings doet Helene open, en ziet vóór zich
een slanke dame, dood-een voudig gek leed in
donker-blauw, tailor made serge costuum.
Ja, wel! ik ben 't weer, zegt Alexandra,
binnentredend; ik zou zoo graag al die
costuums eens zien. Alles werd bekeken en
betast. Neen, maar l wat een lang ceintuur!
Twaalf maal slingeren onze boerinnetjes
die ceintuurs om haar middel, onderrichtte
de Rumeensche jonkvrouw.
Prachtig! prachtig l Wat al goud en zilver I
Oogverblindend en die schitterende veelkleu
rige borduursels! nig mooi! O! maar dit
is nog het allermooiste! die roode zijden
rok, met heerlijk geel borduursel en dit
beeldige, witte corsage.... Zonderling! 't is
net, of ik zoo iets wel eens meer gezien heb
Uwe Hoogheid zal inderdaad wel eens iets
dergelijks gezien hebben. Dit is het bekende
costuum onzer Tziganes, die veel naar het
buitenland trekken, om te musiceeren en...
om de toekomst te voorspellen l Dat doen ze
allemaal! dit deed ook de eigenares van dit
schitterend costuum, door een mijner voor
vaders gevonden in een bosch, begraven onder
den grond, veilig weggeborgen in een ijzeren
kist. Ziet u eens, hier in de zakjes van de
ceintuur, zijn verborgen een fluitje, een kleine
ponjaard en een zeeschelp,
Wat beduidt die zeeschelp?
Die drukken ze aan 't oor, wanneer zij de
toekomst voorspellen. Het geheimzinnig
ruischen maakt haar helderziend.. ..
Weer werd op de deur getikt.
Een lakei.
Mej. Vacaresco werd verzocht, in. de appar
tementen der koningin te komen.
Verzoek Hare Majesteit, mij te willen ver
ontschuldigen, en te melden, dat Hare Konink
lijke Hoogheid, de prinses van Wales, bij mij
ten bezoek is, zei de hofdame tot den
gegalonneerden dienaar, die zwijgend vertrok.
Levenslust, jeugd, joligheid dartelden in
Alexandra's mooie oogen, toen zij haastig op
Helene toetrad, zeggend: Ge vergist u. Voor
dien man bestaat maar ne koningin, zijn
koningin. Niet uw koningin laat u nooden,
maar Engeland's vorstin, en die weet niet
van uitstellen en laten-wachten. Gauw l neem
me bij-de-hand. Kunt ge uw deftig hofpasje
voor een oogenblik laten varen? Kom dan
mee, en we rennen samen door de corridors,
en zijn bij koningin Victoria, vóór dat de
plechtige lakei er met zijn Jobstijding is
Zoo gezegd, zoo gedaan.
Blozend van agitatie, en hijgend van den
wedloop, stond de lievelings-hofdame van
Elizabeth van Rumeniëtegenover de vriende
lijke, oude vrouw, Albion's Souvereine. In
stemmend knikte Victoria met het hoofd,
blijheid glansde op haar goedig gelaat, toen
zij aandachtig luisterde naar Hélène's
loftuitingen over prinses Alexandra, onder wier
bekoring zij met hart en ziel was geraakt.
Victoria remde niet; zette den toon der
bewondering nog wat meer aan.
U kent de prinses nog slechts van n
kant. U weet niet, wat een lieve dochter zij
voor mij is. Jarenlang heeft zij mij met
minlijke gratie ontheven van de vele ver
moeienissen, die het métier de reine met
zich voert. Zij opent bazaars, bezoekt con
certen en liefdadigheidsvoorstellingen, ver
schijnt geregeld in ziekenhuizen en inrich
tingen voor onderwijs, vertelt mij alles hél
uitvoerig, zij neemt alles in zich op, stelt
belang in alle menschen en in alle zaken;
de prinses is een steun en hulp voor mij.
Alles gaat haar zoxo prettig en makkelijk af,
dat zij mij steeds onder den indruk brengt,
dat zij overal behagen in heeft. Wat een
ander een vervelend haantje vindt, noemt zij
een alleraangenaamsten plicht! Recepties
maken haar niet duizelig; salon-en
gelegenheids-praatjes vervelen haar niet! Weet u,
wat ik dikwijls tot de prinses van Wales zeg?
Dat zij een levend woordenboek is, waarin
werden opgeteekend alle variaties en scha
keeringen van goed" en waar." In alles
wat Alexandra doet en zegt, is stijl, voor
naamheid en gratie. O! ik ben zoo hél
dankbaar voor de vaste overtuiging, dat zif
eenmaal op waardige wijze, mijn plaats zal
bekleeden.
Ter eere van koningin Elizabeth, werd
's avonds op het voorplein van het slot
Balmoral een Schotsche Reel" gedanst. De
koningin-dichteres en haar hofhouding hadden
veel genoegen in het vreemdsoortig, fantas
tisch schouwspel. Forsche Hooglanders, in
hun schilderachtige kleederdracht, brandende
toortsen hoog-zwaaiend, dansten en zongen
op de muziek der pijpers. De vreemdelingen
drongen steeds meer naar voren, opdat niets
hun zou ontgaan van de vertooning. Niet
langer stonden de dames, in haar luchtig
avondtoilet, onder den beschermenden Hall.
Het was vinnig koud. Daar verscheen plot
seling onder de toeschouwsters een dame,
de armen beladen met een stapel Schotsche
capes en wollen shawls. Allereerst werd de
koningin van Rumeniëdoor haar in een
witte wollen shawl gewikkeld. Toen gaf zij
aan al de overige dames de verwarmende
kleedingstukken. Helene Vacaresco bedankte
hartelijk en kon haar oogen nauwelijks ver
trouwen. Die zorgzame, weldoende fee, was
niemand anders dan prinses Alexandra.
Zér gevoelig werd het fijn-besnaard ge
moed der Rumeensche dichteres getroffen
bij eene ontmoeting met de prinses van
Wales, te Rome. De prins en prinses van
Wales hadden hun oudste kind verloren.
Alexandra's rijzige gestalte, geheel in 't zwart,
het bleek gelaat verborgen achter krip-sluier,
in haar peinzende oogen aangrijpende wee
moed, was zoo gcherp-contrasteerend met de
Zondagsdrukte der vroolijke wandelaars, de
zwoele geur der bloemen, het triomfantelijk
licht der Zon, dat op Hélène's lippen de woor
den beefden: Mater dolorosa."
Toen zij haar later in Marlborough House
ontmoette, was zij niet meer prinses van
Wales, maar, Koningin van Engeland. Ko
ningin Victoria was dood.
Wér ziet u mij in 't zwart, zei koningin
Alexandra, diep bewogen. O! die brave goeie
moeder, nooit zullen wij haar vergeten. Vreemd
is het mij, afstand te moeten doen van mijn
titel van prinses van Wales. Ik had dien
titel zoo innig lief. Over de ziekte en het
sterven van Koningin Victoria, vernam He
lene Vacaresco alle bizonderheden uit Alex
andra's eigen mond.
Dood . . . Rouwkleeren. . . Wisselingen in
ons lot, o! wat zouden wij vrouwen moeten
beginnen, indien wij niet gesterkt werden
door de kracht van het gebed...
(Slot volgt).
Mevrouw Kubelïk?Csaky. Marthe
Dupuy. lersch haak- en kantwerk.
Lady Castlerosse. ? Terug naar den
eenvoud.
De beroemde violist Jan Kubelik, zal, nu
de Londensche season voor hem is
afgeloopen, wel met grooten spoed naar Bohemie
reizen. In St. James' 's Hall, waar hy tweemaal
optrad, kwam weer geen eind aan de toe
juichingen.
Jan Kubelik is zóó gewend aan succes, dat
applaus, lauweren en goud zijn
kunstenaarsziel weinig motionneeren. Zijn mooie jonge
vrouw heeft gezorgd voor een zeldzame ver
rassing bij zijn thuiskomst. Mevrouw Kubelik,
geboren gravin Csaky, wacht haar echtgenoot
in hun slot Kolin bij Praag op mét tweelingen!
In Londen ontving hij van de gelukkige
moeder een telegram, om hem de geboorte
der twee kinderen te melden. Wanneer de
Kubelikjes als dood-gewone kinderen een
flinke keel opzetten en papa's muziekale ooren
pijnlijk aandoen, kan hij probeeren of ze zoet
worden en luisteren, wanneer hij viool voor
hen speelt.
Sully Prudhomme, de beroemde Fransche
dichter, is lid van de Sociétédes gens d
lettres te Parijs. Een paar jaar geleden, ge
noot hij de onderscheiding, voor. zijn werken
beschonken te worden met den Nobel-prijs.
De gelden van den Nobel-prijs, zette hij uit
in een Sully Prudhomme-fonds. De strekking
van dit fonds is, om bij jonge dichters en
dichteressen het dichtvuur niet te dooven,
te laten kwijnen en smeulen, maar lustig
aan-te-blazen en te doen opvlammen. Ge
dichten bekroond met den Prudhomme-prijs
worden onmiddelijk uitgegeten en de onkosten
der uitgave worden door de gelden uit het
fonds bestreden. Marthe Dupuy, een ziekelijk
uitziende jonge dame, is zoo juist met den
Prudhomme-prijs bekroond. Van haar hand
zullen spoedig alom verkrijgbaar zijn twee
bundels: L'idylle des fleurs" en La voie
douloureuse". De teerheid en weemoed van
Marthe Dupuy's muze, hebben weerklank
gevonden in het fijn-besnaard gemoed van
den auteur der Vaines Tendresses".
Martha Dupuy is Blésoise. Zij werd geboren
te Blois, hoofdplaats van het Département
Loir-et-Cher. Zij is de dochter van een
talentvol beeldhouwer. Volgens haar eigen
getuigenis werd Marthe opgevoed in het
wild", comme une petite sauvage". Op
jeugdigen leeftijd werd zij wees, moest in
haar onderhoud voorzien, ging in Parijs
etudeeren en was daar een paar jaar werk
zaam als postbeambte. Haar zwak lichaam
was tegen het vermoeiende werk niet bestand.
Zij nam haar ontslag en wijdde zich nu, wor
stelend met kommer en gebrek, aan
schrijfen dichtkunst. Het winnen van den Sully
Prudhomme-prijs is een schoone roos op
haar doornig pad.
lersch haakwerk, herhaaldelijk op tentoon
stellingen om het zeerst bewonderd, evenals
de grove, lersche guipure en het ragfijne
kantwerk neemt steeds in waarde toe, omdat
de navraag naar deze vrouwelijke industrie
vermeerdert. Van groote verscheidenheid en
zeldzame schoonheid zijn de patronen die
van wit en crème, fijn en grof garen gemaakt
worden. Een groote partij lersch haak- en
kantwerk is opgezonden naar de tentoon
stelling te St. Louis. Het kunstvol
draadwerk zal wel grif verkocht worden.
Tot de invloedrijke, hooggeplaatste vrouwen
die haar uiterste best deden, om den bloei en
de industrie van het Smaragden Eiland
(Ierland) te bevorden, behoort de lersche
edelvrouwe, Lady Castlerosse, wier school
voor houtsnij-werk te Killarney steeds meer
bekend wordt. Uit alle oorden der wereld
komen zooveel bestellingen, dat men niet
anders dan door onverdroten vlijt en inspan
ning voldoen kan aan de tallooze aanvragen.
De school te Killarney levert smaak- en
stijlvolle ameublementen voor huizen, con
certzalen en kerken. De motieven van het
houtsnijwerk zijn artistiek en de bewerking
laat niets te wenschen over; ze is fijn en
gaaf tot de kleinste bizonderheden. Voor Lady
Castlerosse is de faam der Killarney-school
een groote voldoening, en voor haar een bron
van vreugde, want, zoo als bijna alle lersche
vrouwen, heeft zij haar geboorteland lief met
den laaien gloed van haar vurig temperament.
Gedurende de Londensche season, hebben
ook de kinderen hun pretjes gehad. Gelukkig
begint men in 't koel beredeneerde Engeland
in-te-zien, dat het toch niet langer aangaat
van kleine jongens en meisjes aapjes temaken,
die in kleeding, ontspanningen, spijzen en
dranken met volwassenen worden gelijk ge
steld. De opgedirkte lievelingen met hun
hoofsche buigingen, blufferig toontje, groote
fooien-gevende handjes, zich ziek etend aan
getruffeerde gerechten en zich slap en onbe
hagelijk drinkend aan champagne, mogen
goddank weer kinderen zijn. Koningin
Alexandra, de kindervriendin b\j uitnemend
heid geeft partijen voor de jeugd, waar de
grootste eenvoud heerscht, waar gelachen en
gestoeid wordt, waarop de jeugd verschijnt
in hél gewone pakjes, die bestand zijn tegen
een stootje, waar de kinderen onthaald wor
den op vruchten, melk, limonade en taartjes,
en waar van fooien-geven geen sprake ie.
De Engelsche hofhouding en aristocratie
volgen haar beminde en verstandige vorstin
in alle dingen. De handel en wandel der
toongevende kringen, werd in alle tijden,.
vlot overgenomen en nagebootst in kringen
en kringetjes van maatschappelijk minder
gehalte. Het goede, kloeke, verstandige voor
beeld zal dus zijn heilzame uit- en nawerking
niet missen. Ook aan ons, zal het ten bate
komen, want, wij Bataven, zijn er tegen
woordig niet weinig prat op, aan onze klee
ding, houding, neigingen, spelen en smaak
een Angelsaksisch tintje te geven. Er bestaat
alle kans, dat onze kleintjes zullen genieten
het onverwacht en ongedacht voorrecht, dat
partijen voor kinderen ook beslist
Kvnderpartijtjes zullen zijn.
CAPRICE.
Aardbezièn-taart. Maak een taartkorst van
van gewoon bladerdeeg. Bak die licht bruin
in matig verhitte oven. Vul de taart met
kleine, geurige aardieziën. Giet daar over
heen een vaniljesaus waarin een paar blaadjes
gelatine zijn opgelost. Laat het gebak koud
worden.