Historisch Archief 1877-1940
DB AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1425
ERSTE HYPOTHEEKBANK MET OF ZONDER LEVENSVERZEKERING,
gevestigd te 's-Gravenhage, Korte Poten 7 b.
* Maatschappelijk Kapitaal f 1.500.000?.
President van den Raad van Commissarissen:
"Mr. H. GOEMAN BORGES1US, Oud-Minister van Binnenlandsche Zaken,
Lid v/d Tweede Kamer der Staten-Generaal, te 's-Gravenhage.
Leden van den Raad van Toezicht:
Mr. Dr. W. P. J. BOK, Directeur van de Eerste Nederlandsche
VerzekeringMaatschappij op het Leven en tegen Invaliditeit**} te 's-Gravenha^ .:.
E. J. VAN GOBKOM, Oud-Notaris in de Z.-Afr. Eepubliek, te 's-Gravenhagt.
J. F. K. VAN DE WALL, Civiel-Ingenieur, te 's-Gravenhage.
DIRECTEUREN:
Mr. C. W. TH. VAN DEN BRANDHOF en Mr. J. J. K. DE WIT.
De Bank geeft 4 pCt. Pandbrieven uit in stukken van ? 1000.?»
/ 500.?, ? 100.?en ? 50.?.
Om een hypothecaire leening, groot ?1000. geheel af
te lossen in 10, 15, 20 of 25 jaren met het beding, dat bij
overlijden van den debiteur binnen dien termijn het perceel
j toch onbezwaard op zijne erfgenamen zal overgaan, zonder
' dat zij verdere aflossingen betalen, moet jaarlijks, doch niet
, langer dan gedurende het leven van den debiteur, worden
i betaald:
bij een
leeftijd van
25 jaar
30
35
40
45
1 50
en een duur der leening
10 jaar
? 132.88
133.62
134.76
130.54
139.30
143.67
15 jaar
? 99.86
., 100.78
102.21
104.44
107.91
113.39
20 jaar
? 84.23
85.39
87,19
90.
94.38
van
25 j aar
f 75.37
76.80
79.82.41
Spaar- en Voorschotbank der
Eerste Nederlandsche Verzekering Mij. op het Leven en tegen Invaliditeit.
gevestigd te 's-Gravenhage, Korte Poten 7 b. Maatschappelijk Kapitaal f 1.000.000.?.
Directeuren: Mr. C. W. TH. VAN DEN BEANDHOF en Mr. J. J. K. DE WIT.
De bank verstrekt voorschotten vanaf ? 500.?onder persoonlijke of zakelijke zekerheid (h.v. onder borgstelling,
verband op lijfrenten of effecten dan wel tweede hypotheek). In samenwerking met de Eerste Hypotheekbank met of
zonder Levensverzekering kan de Bank de volle waarde op onroerende goederen verstrekken onder 1ste en 2e hypotheek
ea persoonlijke borgtocht of andere verdere zekerheid.
De Bank geeft 4 pCt. Schuldbrieven uit in stukken van ? 1000.?, / 500.?, / 100.?en / 50.?.
tiger voort door een koersverandering van
172/4 sot 180. VoordeGutta-Percha-aandeelen
ging de dalende richting, die sedert eenige
weken op de langdurige rij zingsperiode ge
volgd is, verder voort, door een koersver
zwakking van 75 tot 70.
De rubriek petroleumpapieren geeft ditmaal
slechts reden tot mededeeling van een be
langrijke koersverbetering van 116 tot 125
voor de Dordt en voor de Hannover van
193 tot 194, voor de Perlak A van 135 tot
145, voor de B van 70 tot 80 voor de
Schibayeff van 66 tot 69 en voorts eenige verdere
koersbevestiging voor de Int. Eumeensche
de Moesi Ilir, de Eussian, de Shell en de
Sumpal. De productiecijfers over Januari
September 1904 zijn belangrijk beter voor
de Dordt, de Elzasser, de Sumpal, voor de
Moeara Enim en laatst maar niet 't minst
voor de Koninklijke. Ook de Moesi Ilir had
wat meerdere productie. De Oliebronnen in
Hannover gaven in dat tijdvak ruim 55 dui
zend vaten tegen 53 duizend in't vorige jaar.
In Eumeniëzou de olieproductie zoo groot
zijn dat de installaties daarvoor te klein zijn.
Hierdoor zouden tijdelijke belemmeringen
zijn ontstaan.
Voor de mijnbouwmaatschappijen ziet 't er
nog maar weinig vroolijk uit. Wat vaster koers
kan evenwel voor de pref. Gros?, voor de Ned.
Ind. Mijnbouw, voor de Oost Borneo, voor de
Singkep en voor de Soetnalata gemeld wor
den. De Soemalata had over September een
productiecijfer van 17.000 gram tegen 10.000
in Juli en 12.000 in Augustus. De
productiecijfers van L904 zijn echter over 't algemeen
tot nog toe heel wat lager dan die van 't vorige
jaar.
De aandeelen Kwadang Soemalata kunnen
tegen nieuwe worden verwisseld en wel n
aandeel A van ? 1000 of 4 onderaandeelen
a ? 250 tegen ? 500 nieuwe aandeelen,
ter"wijl / 1000 B's recht geven op j 400 nieuwe
aandeelen.
Voor de amerikaansche sporen was de
afgeloopen week over 't algemeen bevredi
gend. Hoogere noteering werd bereikt voor
de Erancisco, de Topeka, de Baltimore Ohio,
de Gulf, de Miss. Kans. Texas, de Keading,
de Southern Pacific, de prtf. Union Pacific,
de Canadan Pauific en de Grand Trunk of
Canada. De laatste spoorwegontvangsten
waren beter dan die de vorige week mee
gedeeld. Voor 50 spoorwegmaatschappijen zou
een vermeerdering van ruim 6 pCt. verkre
gen zijn, terwijl 43 spoorwegmaatschappijen
gedurende de 3e week van September 8.3 pCt.
in ontvangsten zouden zijn vooruitgegaan.
De Atchison vooral zou ook een bijzonder
gunstig jaarverslag gepubliceerd hebben.
Ten slotte de mededeeling dat den ISden
dezer de inschrijving is opengesteld tegen
385 francs voor elk stuk van 500 francs 5 pCt.
Julins PruUelnian Brommeijer.
Hij was in lange
niet bij mij geweest.
Eens was zijn komst
afgesprongen, door
dat Leopold van
Belgiëhem juist had
genoodigd, of laat ik
liever zeggen, had
geprest, om met prin
ses Clementine ken
nis te komen maken.
H. K. H. had haar
vader daartoe weten
te bewegen, in de
stille hoop, dat Z. M.,
onder den invloed
van het Calvinisme
in zijn schoonste ge
daante, een meer
christelijken weg zou
willen inslaan, waar
het katholicisme hem
nog geenszins op het
enge pad,leidendetot
de nauwe poort, had vermogen te voeren.
En door de meest-intieme mededeelingen
ben ik tot de overtuiging gekomen, dat
Leopold, als mensch eu vader, inderdaad,
sinds dien, in betere richting is voorwaarts
geschreden. Ik heb dan ook geen oogenblik
er aan gedacht Kuyper het kwalijk te
nemen, dat hij mij destijds voor den
Congovorst gepasseerd heeft; niet alleen omdat
er voor hem aan mij niets te bekeeron viel,
maar vooral aangezien ik levendig begreep
hoe een mooie en geestige Belgische prinses,
met Leopold op den koop toe, voor een
vermoeid staatsman veel aardiger en
uitspannender gezelschap moest zijn, dan een
oude heer zooals ik^ben, terwijl mijn Cle
mentine, alias Thérèse, de lui eer afstoot
dan aantrekt.
Later heeft hij tweemaal bot gevangen,
maar nu trof hij mij thuis, en kwam har
telijk en opgewekt mij toespreken, als
iemand, aan wien je zien kon, dat het hem
werkelijk genoegen deed, nu eens een
mensch to ontmoeten, die niet in of buiten
de politiek stond, maar daarboven. O, zei
hij onder anderen, met dio treffende juist
heid, waarvan hij het geheim bezit: wat
obligatiën ten laste van de Compagnie de
Chemin de Fers Nord-Ouest du Bresil. De
maatschappij geniet gedurende 30 jaar garan
tie in goud, toegestaan door de brazüiaansehe
landsregeering.
unst., Marnixstr. 409. j
Borneo". j
' 13 Oct.'04.D. STIGTER.
IHHflWHIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIlmiMIHHIIMIIIHItHIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIItlllllraV
BOEKAANKONDIGING.
Bij het morgenuur. Een boek voor het
gezin, door dr. J. H. DE RIDDER Jr.,
mevr. H. BAART uu LA FAILLE-WICHEKS
HOET, mevr. M. J. SAI.VERDA DE
GUAVEHERDEHSCIIEÊ, dr. L. KNAPPERT en dr.
H. L. OORT. Amsterdam, Van Holketna
en Warendorf.
Lang» opgaande icegen,'AooT F. W. DRIJVER
(pred. Naarden). Amersfoort,
Valkhoff & Co.
Naar stichtelijke lectuur is nog altoos vraag
in ons land. De menschen willen 's morgens
vóórdat ze aan hun werk gaan, of 's avonds
als 't afgeloopen is, iets lezen met hun kin
deren, dat 't plichtbesef verhoogt en dankbaar
stemt, moed geeft, erust en eerbied kweekt
of bedroefde harten troosten kan. En naar
de vraag regelt zich het aanbod, neen de
auteurs willen hun goede woorden brengen
ook aan menschen, die er niet naar vragen.
Soms ,is er een min geweuschte overproductie.
Van de twee boeken bovengenoemd zal
dankbaar gebruik worden gemaakt in zekere
kringen. De schrijvers wier namen bekend
en een aanbeveling zijn rekenen op een
beschaafd publiek en behooren tot de mo
dernen". Van hun werken zullen de ortho
doxen zeggen : 't is ongeveer alles goed en.
schoon wat er in staat, maar wij missen er
in, wat ons onmisbaar schijnt.
Bij het morgenuur bevat 193 zeer kleine
stukjes, die bij de huiselijke Godsdienst1
oefening kunnen worden voorgelezen, eu
zeker in de eerste plaats voor de kinderen
zijn bestemd. De toon is vroolijk, vroom en
vriendelijk.
Langs opgaande wegen is voor jongelieden
en volwassenen geschreven, in deuzelfden
trant als Mooi levm en Lentezon, vol aanha
lingen, versjes, verhaaltjes, ook aan anderen
ontleend, maar wel gekozen. Groot is des
schrijvers optimisme. Hij ziet het kwade en
verzwijgt den strijd des levens niet, maar
weet overal den goeden kant te vinden. Het
is karakteristiek dat hij terstond na het
inleidend opstel begint met: Bij een ftpin,
om het zoeken van honig aan te bevelen.
Hij houdt niet van 't venijn, en ook niet
van het bittere. Der deugden koningin p. 20
is het geduld. De grootste schat is de tevreden
heid p. 77. De arbeid adelt en de smart is
voorwaarde tot genot. Dat vele menschen tot
ttMflUlllllllllllltlllllHlllllilllimillllllllllll tlUIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIUNM*
atmosfeer van een kantoorlokaal als het
uwe aan de Bocht. Mag ik bij u eens even
bekomen van de afmatting des geestes en
den noderslag der ziele, welke het deel zijn
van een premier, die zijn plicht doet, en
dus des daags en des nachts vertoeft in de
vertrekken der Staatsmansknnst, in dat
huis zóó vies! O, u weet niet wat daar
druipt en kruipt langs en tegen de wanden;
hoe de verfstoffen van do meest verschil
lende kleur daar loslaten en door elkander
loopen, zoodat alles bevlekt wordt, wat er
mee in aanraking komt. Hoe menigmaal
ben ik genoodzaakt om mijn vingers met
Abrador te wasschcn, zullen zij althans,
ik zeg niet voor u, doch ook maar voor
't gewone menschendom vertoonbaar zijn!...
En van uit de keuken, waarvan ik de deur,
zooals u weet zoo veel mogelijk gesloten
tracht te houden, komt soms een walm
van in 't vuur gedropen rinzige reuzel,
talk en kunstbeter je tegemoet, dat je je
neus wel zou willen dichtknijpen, als do
hygiëne je maar niet voorschreef, dat je
nooit door je mond lucht scheppen moet.
En dan, mijnheer Brommeijer, daar is n
zaak, waarover ik nitt licht spreek, en 't
alleen durf' tegen iemand zoo ervaren en
medegevoelend als u. Bij dat smerige perceel
is zelfs geen behoorlijk riool, l." begrijpt
wat dat zeggen wil! Zoo xijn er
oogenblikken, dat do tranen je in do oogen sprin
gen van de scherpte des stanks. Men politieke
Liernur laat zich nog wachten: wat zich
tot dusver daarvoor uitgeeft, het is niet
anders dan de Jaeob die zich voor Kzaa
laat doorgaan. Ei nu zijn er onder de
huisgenooteu altijd eenige, die er een
duivelsch vermaak in scheppen in zekere
stoffen te roeren, te roeren nooit genoeg. . .!
Dan slaat soms, als je juist een nieuw scho
teltje laat binnen brengen, daar overheen
een geur je tegen, xoodat je een gevoel
krijgt alsof er iets is, dat je de keel dicht
knijpt, wat dan ten gevolge heelt, dat mijn
hart er van begint te kloppen en to bon
zen, ik daardoor in de war geraak en bij
me zelf ga vragen, of het wel mijn hart en
niet mijn geweten is. Maar laat ik niet
uw zenuwen schokken ; ik wil maar zoggen :
wat is dat hier heel anders, hier in dit
hoog vertrek, in die trissche lin-ht, «aarbij
alles zoo klaar en rein zich laat waarne
men, hier vlak bij uw brandkast, «aar |o
_ 'i_ .,,::.. :.,i .,?.,'
!,;;,,.<geectdoodend werk gedoemd zijn en dat er eHende
is, waarbij ze ondergaan, zedelijk en lichamelijk,
wordt niet met nadruk gezegd.
Maar er zijn in onze dagen zooveel pessi
misten, die bij voorkeur naar 't venijn zoeken
en op het allerdroevigste wijzen, dat eenig
tegenwicht niet ongewenscht is.
Gaarne gunnen wij den optimisten het
woord, als ze maar niet te eenzijdig worden
en uitlokken tot tegenspraak.
In donkere dagen is ons elke lichtstraal
welkom; dat zij Drijver's boek voor velen.
v. H.
DlMUIIIIfnillHIIIIIIIIHIHtllllllHIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIMIIMIIMIIIIIMMIHl
1ste Jaargang. 10 October 1904.
Eed.: C. H. BROKKKAMP, Damrak 59, Amst.
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, te richten aan bovenstaand adres.
Probleem No. 18 is goed opgelost door:
N. Baruch, Ph. L Battefeld, L. Goudsmit,
G. van Leeuwen en J b. Meijer, Amsterdam;
D. Kikke, K. en N. Bouwes, Edara; J. Kruis
heer, Gouda; J. Luteijn, Groode; W. van
Daalen en J. Forfgeus, Haarlem ; K. Koster,
Hoogcarspel; W. Vijn, Hoogwoud; J. Keuken,
-N. Xiedorp ; J. Meijer, Nijmegen ; P. de Jong,
Steenbergen, en A. H. Claasen, Uitgeest.
Partij No. 14. Korte vleugelopening 32?27.
Deze partij is gespeeld tusschen de heeren
Eapliael, kampioen van Marseille, met wit,
en Weisrf, wereldkampioen, met zwart, in de
match welke is georganiseerd is geweest door
La SocietéLe Damier", Januari 1904.
/ij werd ons toegezonden met het verzoek,
haar te analiseeren en te pliatsen in de
damrubiiek van De Amsterdammer en daarna op
te zenden aan Ie Bavard te Marseille.
Wit. Zwart. Wit. Zwart.
1. 32 27 1) 20 24 18. 40 34 14 20
2. ;54 30 17 21 2) 19.25:14 9:20
3.30 25! 21:32 20.34 30 7) 10 15!
4.37:28! 18 23 21.49 44 4 9
5.42 37 23:32 22.30 25 8) 2 7!
l». ;!7: 28 12 13 23. 20: 14 9: 20
7.41 37! 10 21 24.44 40 7 12
8.40 34! 11 16 25.40 34? 12 18
9.44 40 G 11 20.34 30 5 l O? 9)
10.37 32 3) l 6 27.37 3110) 20:37
11.4(1 41?4) 21 20! 28.42:31 8 1211)
12.41 37««l\ï. 7 12 ) 29.30 25 10 14
13.31 27 18 23 30.31 2(1 12) 11 171
14. 34 29 0) 23: 34 31. 48 42? 13) 3 8
1540:20 15:24 32.3(131 24 29«fJ»-.
10.4742! 1218 33.33:24 20:29
17. 45 40 18 23! 34. 39 33 2U 34
iiiimmiiiiiiiiiitiiiiiiiiiniiiiiimiiHtiiiMiiiimiiMiiiiiiiimiiiiiiiiitiiiiuiiii
tot oen hoofeer, ja tot liet hoogste
inenscliwexeii rnoo^t ontwikkelen.
Ik zou hem van antwoord dienen, maar
ziet, daar kwam op eens niet minder dan
de tijding: mijnheer van Houten bevindt
zieli in de anti-chatnbre en verzoekt tot
u toegelaten te worden.
Yan Houten!! riep ik uit meteen mij
bezinnende hoe zulk een ontmoeting, hier
in mijn huis, to voorkomen. ^laar mijn zorg
bleek overbodig; Kuyper zelf zei dadelijk
dat hij dit een bijzonder buitenkansje vond;
en zoo geheel in den peest van xijn
premicrscliap, er niet aan denkend dat hij hier
wel allerminst te coinmandoercn had,
voegde hij .Jaeob toe: Lakei, laat die mijn
heer hiei' komen.
\u had niemand me zoo iets kunnen
bakken, xoii'ler dat hij govaar zou hebben
geloopen, de dour te worden gewezen. Maar,
vreemd is 't, ik gevoelde mij overbluft
en als gestreeld tegelijkertijd. Jawel, daar
was i u dat bevel buiten mij om aan Jaeob
gegeven iets, als hoorde ik op mijn tapijt
daar den duivel met zijn bokspoot stampen:
maar zijn rustig gelaat, dat zoo tegen mo
scheen te zeggen, alleen een volmaakt groot
miin als Bi'Oinmeijer begrijpt en vergeeft
de brutaliteit, die het genie zich veroorlooft
? deed me den zwarten hoef vergeten,
en den Charmeur bewonderen, die als hij
het slechts wil iemand wol aangenaam zou
kunnen kittelen met een bezem of fijntjes
aaien met een bezemsteel, /oo was dan
ook het eenige wat ik tegen hem zei: en
nu alsjeblieft geen hanengevecht, hoor !
Maar daar bestond, zooals me bleek, in
't minst geen gevaar voor. Integendeel,
want vóór Sam binnentrad, bekende Bram
me al -- dat er maar weinig mensehen in
de politieke wereld leefden, voor wie hij
zoo hooge achting gevoelde als juist
voor dezen veel gesmadcn Filistijn. Toon Sam
dan ook zich in de deur vertoonde, liep
Kuyper op hem toe, en ontving hem met
warmte, /ijn handdruk werd hartelijk be
antwoord, en de heeren schenen zoo veel
aan elkander to zien en te hebben, dat ik
er als vrijwel overeompleet oen pover figuur
bij maakte. Maar ik was dien dag in uit
stekende luim, en trok mij ook dit niet
aan. iSoveiriion ik begreep te goed, dat xoo'n
persoonlijke ontmoeting van twee kemp
hanen in 't paradijs van mijn huis, voor
Tini.hm iof^ L-:»]Mipnrcmls en v'M'teoderends
Stand na den 34sten zet van zwart.
35. 35 30? 14) 34 39! 47.32:34 2429!!
36.43:34??15)14 20 48.34:23 3540
37. 25:14 19:10 49. 31 27 11 17!
38.28:19 13:35 50.3832 4045
39.33 28 16)10 14 51.32 28 13 18!
40.42 37? 8 13 52.23 lügefc 18 23
41. 50 44 14 20! 53. 37 3119) 23: 21
42. 34 29 6 11 54. 19 14 45 50
,43.28 2317)20 2418) 55.39 34 50 22! 20)
44. 29: 20 15: 24 56. 14 10 22: 36
45. 44 39 gedw. 18: 29 57.10 5 3618
46.2722 17:28 58. 528 18:45
Opgegeven.
De uitgebreide analyse moet wegens plaats
gebrek achterwege blijven tot den volgende
week.
COBEESPONDENTIE-WEDSTKLJD.
Tabel der gespeelde zetten van Zwart.
; W-'
i r-^
; CO
i W
w
W
W
K ; *3 ; c: c
«-< [rj :~
W
~ :
ffi =1 .
W «-i
w ;o
: H tr1 ;
.: t"1 .: CC
OC , ; ^
IC i LO
o y
Wit moet spelen.
Voortzetting van :
Partij No. 22. H 1923, D 2S:19 gedwongen
04. H 19-23, }, 28 : 19
,, 70. 11 10-23, N 28 : 19
MtiiiiHMiiiiiiiiiiHimiititiimiiiimiiintiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiuitiiiiiiimiUM
moest hebben: zoodat ik dan ook weldra
goedsmoeds mij een weinig verwijderde.
door met mijn rug schuin naar hen gekeerd
voor t raam te gaan staan, en aldus, als
een afwezige aanwezige, luisterde naar hun
gesprek.
O, xei .Kuyper, gij Saniuel onder de pro
feten, go weet niet hoe uw naam mij steeds
klinkt als een woord uit hoogere gewesten,
mij roepende tot strijd en mij voorspellende
de zegepraal. Ik heb het nooit ver
heeld voor mijn getrouwen, dat de eere Gods,
die thans zoo groot is bij de Uegeering en
dit uitverkoren volk, door u het meest
heeft gewonnen; gij bracht mij en de
mijne door uw kieswet, waar wij thans
staan.
liet is al casueel, dat wij cl/cni/itfr zoo
dankbaar mogen zijn, antwoordde Sam:
heb ik eenmaal het land den zegen van
uw bewind geschonken, ;///' wreekt mij op
een ondankbaar volk: en dooi1 uw
kamerontbinding schenkt aij mij mijn plaats
terug, mijn eigen plaats par droit de
naissance.
Daar vielen klappond twee handen ineen
en na een oogenblik van stil genot, wees
Kuyper op mijn rug, als wilde h ij v ragen:
maar, waardste collega, zijn we hier wel
veilig:' Ik zag dat in een spiegeltje,
dat mij meer liet zien nog dan dit eene.
Maar Sam sprak luid. /pa er, mijnheer
Kuyper, wel een plekje zijn in de wereld,
waar men meer vertrouwd, zijn intiemste
gedachte kan uitspreken, dan hier waar de
verheven geest troont, meer dan wij samen
nog op de hoogte van de waavde aller poli
tiek ... y Kuyper schudde ontkennend het
hoofd en begon weer, je weet niet mijn
waarde, wat een genoegen en ook wat een
eere het mij is, ja, ook een eere, als onder vier
oogen met u te wezen, al zijn het er dan
ook zes. (lij staat zoo hoog, gij zijt zoo
breed, en nooit vinnig, dat is 7,00, omdat gij
filosoof zijt... vooral dat breede, mag ik zoo.
Ik wil hot gelooven, xei Sam, maar vraag
me niet hoe 't komt, dat wij beiden een
uitzondering maken op dat parlements
publiek. Ik met mijn ('ansaliteits- en jij
met je Schrift-studie: we zijn samen de twee
donkers; jij aan 't touwtje van de open
baring on ik aan do oneindige lijn van do
natuur; jij en ik vlirLM';! op de vleugelen '
der liedo het lier-lal rond en leggen Jiior '?
en daar ons koekoeksei... |
Hier haalde Kuyper even zijn schouders.
op. De Rede.... dat ding laat ik daar
maar dit is zeker zij hij, hoe dan ook, wijV,
zijn toch eigenlijk, zooals de Pers Elout 't
gezegd heeft de twee Titanen; en
alswij uit achting elkaar niet vermoorden, dan
is dit tevens zoo uit vrees, dat, indien we
elkaar eens echt verscheurden, daar meer
dan onze beide corpussen zou kraken, bar
sten en breken tusschen het Plein en het
Firmament.
Sam knikte en in volkomen
geestesovereenstemming hernam hij : en xoo is 't te
verklaren Kuyper, dat wij in een ander
opzicht ook precies op elkaar lijken.
U meent:'
Dat wij beiden, geheel anders dan
middelstandsgeesten, die het moeten stellen
met n daagsch en n Tondagsch pak,
een propvolle garderobe hebben, welke je
tusschenbeide eens leêgen moet. ? Ja wel.
lachte Kuyper, blijmoedig goedkeurend
zeker U denkt aan onze oude plunje ?
en nogmaals steken zij elkaar de hand toe.
Geen twee staatslui, mijnheer v. Houten,
die zoo treffend n Jot deelen ... van n
aanleg zijn zóó coulant in 't opruimen
van afgedragen kleêren.
Daar zijn wij, bevestigde v, Houten, groot
genoeg voor ... want een bewijs van groot
heid acht ik dit in de eerste plaats. Een
povere sire kan dat niet.
Permitteer me, zei Kuyper, 't hangt soms
ook samen met een nieu w{ n staat des levens...
U bedoelt, zooals Elia, die, toen hij
in vurigen wagen en met vurige paarden
ten hemel voer zijn mantel uittrok en.
naar beneden liet glijden.
Hier begon Kuyper's gelaat een oogenblik
te betrekken. Och, zuchtte hij alles wat
de Heilige Schrift aangaat, het ligt boven
U. Xelfs het woord Christelijk hebt u tot
dusver niet doorgrond.
Wat ik bedoel is eenvoudig, dat als je
oni den Heere te dienen je leven lang in
een toga hebt geloopen, je b.v. wordt aan
gewezen voor het dragen van een
ministerrok. ... Maar dat een dergelijk klein ver
schil van opvatting geen verlaging brengens
in onze vriendschapstemperatuur het is
zoo, van geestesaanleg, van karakter zijn
en blijven wij n. Ik de Premier en gij
de Opposant.
Van Houten dacht na en begon nog
maals te verzekeren, dat hij van een man
als Kuyper wel moest houden. Een die het
leven begreep als hij zelf. Och, zei hij,
zoonoemen de oppervlakkige lui ons beiden.
cynisch eu zeker, wij hebben geen van
beiden last van al te groote gevoeligheid
en sentimentaliteit. Toen u zoo zei, bij die
discussie over den moord in do Gajoelandon.
dat u dat niet hinderde van wege de bloederig
heid op zichzelf, want zonder bloederigheid
kom je er niet; en u oen grapje maakte
over dat elfjarig kind, dat ook al mee vocht.
als behoorende niet tot de lieve kinderen".
vonden ze dat weer heelemaal niet in den
toon van een Christelijk mensch. Kn een
Jlollandsch elfjarig jongetje, dat b. v., in
een oorlog tegen Engeland, een Brit mocht
hebben doorstoken, xoo beweerden ze, zou
in de kerk zijn cornuiten ten voorbeeld zijn
gesteld,»en misschien was er wel geld bijeen
gebracht, om zoo'n moedig ventje voor
zendeling to laten studeeren. Zoo leeft het
hier in ons land van ziekelijke gevoeligheid..
Dezelfde krankheid is het, die de lui mij
heeft doen verwijten, dat ik geen hai t bezit.
omdat ik de'armen en arbeiders niet een
lui en lekker leventje wil bezorgen voor
mijn en uw on Brommeijers geld.
Laat on$ maar cijn/xr/t zijn, mijnheer
Kuyper, in de richting van je speetwetje
ligt de weg van 't ware gevoel, de weg.
die uitloopt op 's volkswelvaren.
Ik kon aan den toon van Sam's spreken
hooren, dat hij aldoor gemoedelijker werd:
nu hij eindelijk eens iemand mocht ont
moeten, die hem begreep. En Kuyper's.
stem evenzoo. Daar lag een soort van
teerheid in, toen hij Sam onderrichtend toe
voegde : maar jammer, mijn lieve broeder.
dat gij bij de behandeling van de drank wet
een oogenblik vergeten hebt, hoe wij ook
formeel op gelijken bodem staan. Dat u
vroeg, of' er wel eens iemand xou geweest
zijn, die nooit dronken was, mag ik u niet
euvel duiden. Wie do droevige ervaring
heeft gehad van een halve flesch port leeg
te drinken, treedt niet bij zulk een woord als
zedemeester op. Neen, maar dat u voorbij zag.,
hoe je als tegenstander van een wet, opge
trokken op verkeerden grondslag, op dien
grondslag verder behoort te bouwen, om
dat verkeerde een fair trial te geven, heeft
me bevreemd van u. Wat heb je inder
tijd bij je kieswet anders gedaan 'f Gij
waart immers ook altijd die meening toe
gedaan, dat de census een verkeerde grond
slag was en eenvoudig om dat averechtsclie
een fair trial te geven, heb jij op dien grond
slag voortgebouwd.... en, ja, ik erken het
graag, een menschelijkerwijs volmaakte kies
wet geleverd; en, al zie ik het zelf nog
niet in, verwonderen zou het me toch niet
als weldra bleek, dat ook mijn drankwet
menschelijkerwijs volmaakt is.., want dio
fair trial-methode is nu eigenlijk de poli
tieke homoeopathie.
Zoo spraken zij nog veel verstandigs, en
ook mengde ik mij nu en dan in hun dis
cours. \[*iir 't ongeluk wilde, dat Kuyper
weinig tijds beschikbaar had, daar hij in
den namiddag den ministerraad moest
presideoren, en hij kon geen keertje overslaan,
want er was, zei hij, niet n onder de
broederen, die met een hamer behoorlijk
wist om te gaan. Zoo waren zij tot scheiden
gedwongen, want niet te zamen zouden zij
zich op straat vertoonen. Zij begrepen dat
v. Leeuwen, Hubrecht of Sjoerd hen wel
eens kon tegen komen en tot welk een
verdachtmakend gebabbel dat aanleiding
zon kunnen geven op de sociëteit!
Kuyper ging 't eerst: hij zou wandelen
in de richting van het Koiiingsplein, en
Sam iets later. .. rechts naar de Vijzel
straat. In den trein zouden zij toevalligdan
weer in n coupéterecht kunnen komen,
zich gedragende naar bevind van personen.
Toen Kuyper vertrokken was, hield ik
Sam nog even staande. Ik meende lont to
ruiken. Zeg eens, zei ik, dat was toch geen
doorgestoken kaart van juilie; je hebt
mekaar bijgeval niet mijn huis als
reii(!ezvous aangewezen:'... Ik keek hem sterk
in zijn oogen, maar Sam gaf niet een
enkel teeken van onthutst te zijn, of van
verlegenheid.?Neei:, mijnheerBrommeijer,
antwoordde hij, dat is nu niet anders
dan een hoogst opmerkelijke werking van
de caasaliteitswct. : Soort zoekt soort.