Historisch Archief 1877-1940
No. 1441
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
onzer kennisse gebracht. Bij hunne sekties
vonden Burkhardt in Uresden: 38 pCt,;
Niigeli in Xüricb, 50 pCt. van alle lijken
van 14 tot 18 jaren door een progressieve
tuberculose aangetast; van de lijken boven
de 18 jaren, vond Burkhardt: 53.5 pCt.;
Nageli zelfs 73 pCt. Meer als een derde
(37 pCt.) van de door Burkhardt ontleed
den was feitelijk aan tuberculose to gronde
gegaan ; lti.5 pCt. was door daartusschen
loopende akute ziekten gedood geworden,
alvorens de tuberculose ze had kunnen
?vernietigen. Bij 37.5 pCt. van de lijken van
Burckhardt en bij 2S pCt. van de lijken
van A'ügeli, waren overblijfselen van naar
verhouding weinig uitgebreide vroegere
ziekteaanvullen aanwezig die door gene
zing, minstens tot stilstand zouden kunnen
zij u gebracht.
riet is de groote roem van Bremer nit
Görbersdorf, te hebben kunnen aantooneu
dat een zorgvuldig afgedeelde, geduldige,
hygicnisch-diëtetisohe behandeling: zuivere
lucht, krachtige voeding, sparing van
krachten, verharding door het oponthoud
in de vrije natuur en door water, zelfs zeer
vergevorderde gevallen van tuberculose nog
wist te redden en duurzaam wist te ge
nezen.
Met de koenste verwachtingen heeft men
den dubbelen veldtocht tegen de tuberculose
aangevat; zoowel de sanatoria-
alsdehuisverpleging, zijn van het begin van den
goeden weg in dezen ; en als de stemmen
die hieromtrent van verschillende kanten
komen, eenig vertrouwen verdienen, dan
kan men zengen dat althans de eerste
schreden zijn gedaan om den
versehrikkelijken vijand het hoofd te bieden. Immers
in de laatste vijf jaren stierven er 13'JU op
iedere inillioen raeuschen min/Ier aan tuber
culose als vóór twintig jaren! Wat evenwel
niet wegneemt dat bijv. in h- t Duitsohe
rijk, jaarlijks l(X),(KJt> menscheii telken
male opnieuw door de tuberculose aangetast
worden.
Jlet is een telkens dringender wordende
noodzakelijkheid dat de bestrijding van de
tuberculose overheidszorg worde. Oprich
ting van volkssanatoria en verspreiding
van meerdere kennis onder het volk zijn
noodig, maar zijn geenszins afdoende.
Men moet zich verder geen bcdriegelijke
voorstellingen maken ovt-r het succes dat
men bij het volk heeft, door middel van
vlugschriften en voordrachten. Als dit
goed gaat, dan bereikt men daarmede nog
maar de beschaafden en welvarenden. Ove
rigens ! hoe gering zijn niet de begrip
pon over huiselijke orde, over reinheid,
bereiding van het eten, de verpleging eu
de bewaking van een zieke in don regel
onder de arbeidersiamilies, daar waar de
vrouw van de schoolbanken in de fabriek
en van de fabriek tot het gezin is geko
men en nooit van huishouding,
kostbeieiding, kinderverzorging etc. Mn gehoord of
gezien heeft! Kn daar waar het verstand
en den goeden wil nog aanwezig zijn, hoe
ontbreekt het daar niet aan de noodige
hulpmiddelen !
Aan de huidverpleging worden enge,
onoverkomelijke grenzen gestoken, door de
woningsverhoudingeii waaronder breede
lagen van het volk leven.
J n de verbetering dier toestanden ligt
namelijk geenszins het kleinste deel van
den grooteu zegen, die bij voorkeur de
huisverpleging brengen kan.
IV u heeft een omvangrijk onderzoek, dat
over een l I-tal groote Duitscho steden:
over Berlijn, iireslau, Dresden, Hamburg,
Alt- en iNeu-Leipzig, Königsborg, Maag
denburg, Lübeck, Jlalle a d. S., Górlitz liep,
aangetoond, dat daar op iedere woning
met n stookgeiegenhoiu in IW/0 gemid
deld i n Berlijn, Broslau, Hamburg, Leipzig
en Miinchen ongev. ,'!?") personen kwamen.
Hierbij moet men in aanmerking nemen, dat
bij de woning-enquête, in IDIKi te Miinchen
gehouden gebleken is dat de oppervlakte
LA FRANCE ROZEN,
DOOR
X. ABBIN'G?VAX 1IOKWKNIXGK.
1.
Kee, geef nog eens een beetje bloem,"
vroeg Suze aan <le oude keukenmeid, terwijl
ze niet vlugge schok-beweginkjes de rol over
liet blanke deeg bewoog en van tijd tot tijd
voorzichtig <le boterHontjes verwijderde.
Dan klapte ze bet lang-uitgerekte «leeg,
nu op een zeemleeren lap gelijkend, dicht,
plantte er hier en daar boter-kloiitjes op, be
strooide 't losjes met bloem en begon opnieuw
te -rollen.
Eindelijk was 't klaar.
Met haar witte nicelbandjes legde ze 't
deeg op 't bakblik, opende den oven en
schoof 't voorzichtig naar binnen . . .
Kee, kijk eens even, wie er roept!"
En, wel gevoelend den lust van de
jullrouwiu-de-keuken, maar gewillig als een oude
getrouwe, ging Kee . . .
Ik geloot', dat meheer Bo-sers er is, juf
frouw," bracht ze fluisterend liet antwoord.
,,/al ik gaan zeggen, dat u hier bent...?''
en voor dat S.uze kon antwoorden, vervolgde
ze weinig respectvol: O! bij komt de trap
al af!"
Goeie hemel, Sutis, \vat doe je nu nog
in de keuken? 't Is bijna tijd, om kom'o (e
drinken. YMO kun je toch niet aan tafel
komen," en ontevreden keek hij naar de
groote, witte schort en de heel even opge
stroopte mouwen; de blanke polsjes vroegen
te vergeefs verontschuldiging voor de ge
poeierde ban ijes.
Is dat een manier, om je toekomstige huis
vrouw tot de orde te roepen, mijnheer?
daar! daar! daar!"... en vlug tikte ze hem
met haar bemeelde handjes op wangen, neus
en handen, tot hij meer op een grutter dan
op een deftigen rijks-ontvanger geleek.
Boos weerde hij baar af: Wees toch niet
zoo dwaas, kijk ik er nu eens uitzien," en
bij deed al zijn best liet meel van zich at'
te slaan. Knap je wat op en ga mee naar
boven. . . ."
Maar Saus, verdrietig over die onvriende
lijke bejegening, antwoordde driftig: Daar
ben ik 1111 bezig ecu lekkere taart voor je
je te bakken eu je apprecieert 't niet eens
on geeft me nog een standje, omdat ik wat
later klaar ben..." en tranen kwamen in de
dezer een-vertrekswoningen gemiddeld niet
meer dan ].(! vierk. meter bedraagt. En
waar dat elders wel niet veel beter zal zijn,
blijft er dientengevolge voor ie.lere bewoner
gemiddeld slechts weinig meer dan 4 vierk.
meters over. 1597 van deze woningen te
Munchen herbergden evenwel in de/.e ruimte
vier en meer bewoners; 405 werden door
vijf, 194 door zes, 80 door zeven, 31 door
acl t, (i door negen, 8 door tien en 2 zelfs
door elf personen bewoond. 7(>07 mens lijn
woonden dus op deze wijze:en I4,7M woonden
in woningen van twee vertrekken, met zeven
en meer bewoners per ruimte. In Berlijn
hadden in 191)0 12 pCt. van de
een-vertrekswoningen elk zes en moor bewoners;
oudLeipzig 13.(i, Breslau telde er 148 p(Jt. en
Dresden tot L5 p(Jt, toe.
Dr. Marcuse onderzocht in Mannheirn
waar hij dokter dor Artskrankeukasse is,
do womiigsverhoudingen van 329 tot wer
ken ongeschikte, arme lij Iers aan tuber
culose. Hierbij bleek dat in 21. gevallen
de gansche familie maar n vertrek bo
woonde; in 121 andere gevallen een vertrek
met nog een klein vertrek er bij.
7 lijders sliepen met nog 2 andere perso
nen in n bel; 49 met 3, 28 met 4, 14 met
5, l met 8 en 2 zelfs met zeven personen
in een bed: 30.7 pCt. van de aan
tubereu1 >se lijdenden, had niet eens een bed voor
zich alleen. Dergelijke resultaten leverden
ook onderzoekingen te Berlijn, l'forzheim
e. a. plaatsen op.
Men moet in 't oig vatten dat een be
hoorlijk groot bed voor een volwassen
mens'-'h een ruimte van ongeveer 1.7 vierk.
M. grondoppervlakte noodig heeft; zouden
er dus in deze woningen der arrnsten zoo
vele bedden gezet moeten worden ais er
volwassen personen woonden, dan zou er
geen ruimte om te loopen en om een ander
meubelstuk te zetten overblijven.
Door de onderzoekingen van Biggs in
New-Y«>rk, \Vernicke in l'osi'ii, Homberg
en Hadicke in Marburg en uit de erva
ringen door jivof. (iriiber als arts /elven
opgedaan, is het zelfs gebleken, dat de
tuberculose in bepaalde s/rut-rit een vaste
schuilplaats zich had gekozen; straten
waarin dan ook bepaalde woningen waren
aan te wij/een, die als de kazernes van
tnbe:celbacillon schenen d i -nst te doen.
l'rof. (Jruber constateerde te Graz in 2t>
buurhuizen binnen den tij l van vijf jaren,
131) sterfgevallen aan tuberculose. In oen
van die bui/en, die niet zoo groot waren,
violen er (i, in oon 7, in oen 10 on in oen
zelfs 13 sterfgevallen aan tuberculose achter
elkander voor.
Nooit, zeido prof. (iriiber, zal hot ons
gelukken alle tuborcelbaecillon. verstrooid
al s zij overal hoon raken, op te Mingen,
maar is do woning ruim genoeg, dun zul
len do iji'toinli'ii ten minste, de nabijheid
van de zieken voldoende kunnen mijden.
Is de woning zóó ingericht dat /.ij rein
kan worden gehouden, dan zullen do ont
snapte ziektekiemen zich daarin niet zoo
gemakkelijk kunnen opeenhopon. Is zij ge
noeg door hot daglicht beschenen d;in zul
len zij daar, waar dit kan binnendringen,
wel te gronde gaan, terwijl zij in een don
kere ruimte lang kunnen blijven leven.
(>ndcr hot onmiddellijk zonlicht, sterven
zij binnen weinige uren: in het holle,
ongetemperdo daglicht gaan de inge.lroogde
kiemen, volgons do waarneming van
Kirstoin binnon vier <l.:gon te gronde: in liet
halfduister van CPU kolder leefden zij daar
entegen nog .'2 dagen !
Dit alles gaf prof. Grubor de gelegen
heid om te wij7,0n op do nationale wel
daad die oen grondige hervorming van het
woningwozen met zich mede zon brengen.
-J. L.
Mnziek in de HoelMail.
Voor een vijf-en-twintig of een dortig-tal
jaren, zou een violoncel spelendejonge dame
een bijzonderheid geweest zijn in onze con
certzalen. Viool dat was wat anders, maar
ccllj paste meer bij mannenaard, meende men.
In onzen tijd laat men zich niet meer
door dergelijke vooroordeelen indnenceeren
i en wanneer een vrouwenhand als van G
lilhermina riu^giti het instrument bespeelt, dun
zal men zijn eventnee, e bezwaren wel r.eheel
zien verdwijnen, want inderdaad, de/e jeug
dige Portngeescbe isdooren door kunstenares.
Ik hoorde van haar bet concert vanjnlius
Klengel, op Don lerdagavond. Mocht m-ii
misschien tegen haar voordracht van
Pvorak's concert, dat zij Woensdagavond speelde,
het bezwaar gevoeld hebben, dat haar t >t>n
niet sterk «enoeg is tegenover de zwara in
strumentatie, wiens toon is dit eigenlijk
wel? bet concert van Klungel, van dezen
componist-cellovirtuoos, is zóó piaotisch en
doorzichtig geïnstrumenteerd en alles is zoo
uiterst doel-matig voor het instrument ge
schreven, dat men bet in dil op'.icbl als
voorbeel l zou kunnen stellen, liet is niet een
concert, dat de beteekenis van een standaard
werk in de cello litteratuur inneemt, gelijk
Beethoven's vierde en vijfde pianoconcert,
zijn vioolconcert en die van Mendelssuhn en
Bruch in de desbetrellende litteratuur, maar
j bet is oen compositie, die de eigenschap
j be/.it alle qualitcilen van de violonce! in bet
| volle licht te plaatsen en daarbij muzikaal
genoeg i< om niet als leeg virtuozen wei k te
worden beschouw 1.
Mejullrou'.v SugL'ia speelde bet concert mot
oen Volkomen bchoer-ching der mu'.ikaleen
technische eiscben. Haar cantilene i.s m >oi
en smaakvol; haar voordracht kenmerkt zich
niet door o\ e'dreven pathos, maar wel door
een warme kleur, die getuigenis aflegt van
de fijne distinctie in mej. -Miggia's muzikale
ontwikkeling. Ook hel Cantabile vanCiii.de
Romance van Sveii'lsen en de twee
nrtuozonstukjos die zij buitendien nog spoelde,
genoten een innige veitolking. Mejuffrouw
Suggia ging in eerstgenoemde si ukken
guj heel en al op. Zij was blijkbaar zelf ont
roerd. Mocht dat toch bij iedereen zoo zijn.
Wat zou er dan meer waarheid en oprecht
heid, minder aan-telU rij en tr:i-'S zijn in de
beoefening der instrumentale muziek. Ik hoop
in b-der geval dut het bij mej. Suggia zóó
moge blijven. De jonge virtuoze had oen zeer
groot .-acces. Twee bisnummers g«en klei
nigheid ; zelfs niet voor <\<: applausgrage
bezoekers van ons Concertgebouw.
i J)e oiehestnummeis vun dienzelf Ion avond
! bestonden uit Mozart's ouverture .. Ie Nozze di
i Figaro", uit d" sfukje-i van Famv voor
Mueterlinck's l'elléas et Mélissando", verleden
week d >or mij besproken, (-n uit Boelhoven's
rastoraahsymphoiiio.
Mozart's ouverture Wt.-rd eenvnu hgor, min
der gekunsteld uitgevoerd dan ik haar vroe
ger wol eens in het Concertgebouw heb
«?'boord en de stukjes van Faurémaakten
ditmaal nog meer indruk op n ij dan bij de
j eerste uitvoering. Xij werden echter thans
ook onbosobrijllijk mooi gespeeld.
Beethoven's svinphonio hoon!-' ik niet meer.
Het waren meerendeeU goede bekenden
die Messehaert /.ich bad uitgezocht voor zijn
tweede seance. F.en zestal uit ..Schu!>ert's
Srh.vanongesang" een Vjflal van Jiraluns uit
verschillende opera saamgelezen en drie
ballades van Lowe.
Het mag wel onmogelijk genoemd wor
den, thans wederom uien .vo termen uit te
denken om de voortreffelijkheid van
Mesillliimimmifi
anders zoo vrojlijk-lachende oogen.
Er is nog geen eens gedekt," waagde
oude Kee te zeggen, die niet goed kon zien,
dat die lieve juffrouw zoo onhousch werd
behandeld en, terwijl ze de keuken uitging,
keek ze alles behalve vriendelijk naar
mijnlieer Bossers
Toen ze weg was en Kees 't bedroefde ge
zicht van Suus zaü-, had hij spijt en wilde
haar afzoem-n, om den vrede te herstellen.
/e pasten in 't geheel niet bij elkaar.
Suze, even goedig als luchthartig, was 't
vorige jaar van kostschool gekomen. Do twee
jaren, die ze in Brussel had doorgebracht,
hadden baar van Jjackfisch tot jongedame
| gepromoveerd, /'e had zich illusies gemaakt
l van ecu vroolijk jongt' meisjes-leventje met
i bals en tenni-club-, doch in 't kleine dorpje
j was er van zoo iets ??'een sprake.
j Jn de verveling van het dorpsloven was
! ze al spoedig een gemakkelijke overwinning
geworden voor den ccnigen jongen man, die
er op dat oogenblik was.
Mijnheer en mevrouw Landsberg waren
i erg gelukkig, dat Suze in veilige haven was
aangeland, /elf laat getrouwd, al op leeftijd,
waren zo niet opgewassen tegen hun vroolijk
zorgeloos kil,d en konden haar niet het leven
! geven, dat zij zich wen-elite, /o vonden 't
zóó maar heel rnsug.
Toen ze weer verzoend, gearmd do
eelkamor binnen kwaim'ii. was Kee bezin de
1 laatslo hand aan de koiiietafel te loggen. De
' oude heer Landsberg, geho 'l veidiept in de
l courant, bomeikte hen niet, voor dat Suze
haar vader in 't oor fluisterde: ..Is 't cru'
l belangrijk, vadertje "."
? .);>, sAoutevt; en uu kom ik een
boterhammetje eten. ik heb waarlijk honger ge
kregen."
Kn ik weet iets nieuws," zei Suus. terwijl
! ze Kees op zijde duwde, «al hij mot een
brommig: ..hei! hè;.'" beantwoordde.
Als ik eerst oen glas melk krijg, zal ik
mijn verbaal doen : 't is heel ineoro«sant."
zei ze plagend met een oo_'je naar Kees.
..Wat ben je weer druk," zei mevrouw
Laiidsh rg. terwijl zo langzaam koiiie inschonk.
..Moeder, n krijgt ren logóe. maak de
logeerkamer maar eerst in orde. U ie er
komt, weet ik no.'niet, maar natuurlijk komt
er iom.md. L hebt toch zeker gehoord . . .
van de . . .."
..Inkwartiering''' viel l\"es in. ..Daarom
ben jo dus /oo opgewonden. Nu. je moeder
zal wel zoo vol s;:,ii'i!^ zijn voor die hoeren
geen dn.ikte te mai-:-. n en ze hoe! netjes in
't hotel nithesd-d.m. /e zetten 'i hè,.je buis
op stelten: en wie weet. w ion men Krijgt..."
..'l /"U .;u.-! /'". ,e:;:< zijii.': /:; i >;iü- ,11
scbaort's kunst naar waarde te schatten. Er
zijn wel zangera die beschikken over mach
tiger en krachtiger stommen, maar er is er
geen die Messchaert nabijkomt in opvatting,
voordracht en uitspraak ; kortom in het
piritueele gedeelte der wedergave.
/ie toch eens die liederen van Scbubert.
leder dilettant zingt ze. Afge/.aagd. hoor ik
al zeggen door sommigen. Jawel, maar toch
weet Messchaert ze zóó te zingen dat men er
nog nuances in ontdekt, die men er niet in
vermoc Me. Bijvoorbeeld Liebesbotschaft"
w;\t werd die laatste stropte Neigt sich die
Sonno mit rothliehem Scboin" niet prachtig
gezongen ; een weinig teruggehouden en
bijna geheel /</'. Hoe klonk der Atlas" niet
waarli_k grootscb in opvatting, om van de
zoo zeer bekend'! llir lïiid''en ..Standcben'
niet te gewagen.
liet klavierspel van Röntgen stond geheel
op de hoogte van Mess.maert's zang. Ik
behoef slechts te wijzr-n op de begeleidingen
van Liebesbotschaft" en SUindchen.''
Onder de liederen van Brahms kunnen wij
Die, Kraiue' on Unüberwindlich" als tot
de minder bekende, (Teheimiiiss", S,> willst
du des Armen en der Gang zum Liebchen"
als tot do meer bekende rekenen.
Naast het veel gezongen Kleiner
Hansbali" zooals .Messchaert hot voordroeg, oen
echt virtuozonstukje vond men noj; op het
programma ,.dar seltne Beter" en dor
Todtentan/," van Lowe.
In al deze stukken liet Messcbaort zijn
groot meesterschap bewonderen ; maar vooral
met der seltne Heter" bracht hij zijn publiek
onder oon diepen indruk.
Köiitgen gat' ons een beerlijken Mozart te
genieten de Fantasia" in c-mol. Voorts drie
l'raelndien van een hier totaal oiV>ekenden
componist, Tborvald Otterström en Chopüi's
As-dur-l!allade.
De eoiste dor drie l'ra eind ie'n op een ..Basso
ostinato" heeft mij zeer gelrolfen door baar
rijkdom van bewerking, zoowel melodisch
als barmoni-ch. (i-oen oogenblik krijgt men
den indruk, lat die bas opdringerig klinkt,
duik i'.ij de grootst denkbare verscheiden
heid, die do componist in bet stuk weet to
legden. Hoewel de beide andere praelndiön
minder belangrijk van inhoud zijn, mag men
Röntgen toch dankbaar zijn voor do kennis
making.
In de opvatting van de As-ilur- Bailadj
van Chopiii verschil ik in zooverre met
Ki'mtgen, d.it ik mij enkele noten van hot
hooMihema minder geaccentueerd on dus
het thema in zijn gctieel vloeiender donk.
O erigens ontlokio Hi'intgen mot de schitte
rende voordracht van dit stuk een storm van
toejuichingen aan de talrijke aanwezigen.
liet «as weder Oen heerlijke avond, waarop
ons het voort rellolijk knnstenaarspaar ont
haald beefl.
A NT. AVKHKAMi'.
pruilend vervolgde ze: ..bovendien zou 't
toch ook verre van beloofd zijn, iemand zoo
maar zouder vorm van proces buiten do deur
te zetten..."
..Hoor eens, kinljo, als ik eens even ie!s in
't midden mag brengen," zei haar vader, in de
eerste plaats is 'l nog lang niet zeker... of
er iemand bij ons ingekwartierd zal worden
ja... of noen; en dan, wanneer 't zoover
komt, spreekt, ''t van zelf, dat we de beleefd
heid in acht nemen, on de persjon in iiuostie
onze eenvoudige logoerkamer zullen aan
bieden . . ."
Suus wipte jolig mot haar schoentje op
haar boen onder de tafel, om zóó onopge
merkt baar goedkeiiriüg te lucliton en knikto
even haar vader toe.
Kr word vorder niet meer over gesproken.
maar Suus verheugde zich in Miltc en maakte
zich illusies van do komende drukte.
'/A' ver Iroeg Koos' lastig hum--ur mot
onverstüoróaro kalmte on was vrooüjk ais altijd.
l>o morgen van do inkwartiering brak aan.
't (lehoolo dorp was in rep en roer. De
dorpsjeugd hield op -cho"l do klompjes aan
do voeten, om er gauwer uit te zijn; moester
zag alles door de vingers, zelf' er maar half
b:j, oogend over 't hoogo raam naar eiken
voorbijganger.
Suus st( n l voor den spiegel, 't dunne,
witneteldoeksehe jap-innctjo met zoiv plooiend
om 't slanke lig -tje, wegstrijkend de blon lu
krulletjes hing; haar voorhoofd...
Kn ossei-s op zijn kanto u\ mopperend
en brommend op de slordige kierken, die
algeloid wer Ion door de ongewone drukte...
hen steeds aanmanend tot doorwerken; op
zich zelf ontevreden, omdat ook hij onwil
lekeurig moest luistoien naar 't voetgeschiiife!
op straat.
Do melkboer on de slager waren er vol
van; do groenteboer rood een Uoeljo banier
dan gewoonlijk, om zijn klanten nog voor
twaalf n ir te kunnen afdoen, want ..om twailf
uur," riep Loontje tegen Koe. die do koperen
huis'iel nog even oppoetste, om twaalf tu:r
komen zo!' en Loontje wist hol. want ze bad
er oen neef bj, die korporaal bij d>' veld was.
lüm, bain. bim, ham... iieunde 't van
den toren on 't wa- of de groote klok met
iorscho slagen bromde: ..Daar komen ze!"...
Do k:iii|eren wureii niet m -er te houden...
s'.eïmdi'ii de deur uit. /onder meester u. Ion
d.ig te zeg"."n. sloegen eikaar in dolle uitge
latenheid de potten on imiix-n \ an 'l hoofd
of 11,11111 u hun klom:,en in do h.iiH. om har
der te- ki::in,.n ],?,,?';;.
r!u voort Lring ' . , v.,ort. \o,,rt naar 't
-'ai ion. \ ;iii waar :v iie-osu \\ ki ,i,en.
Boven orde hc-erscbt hoogere
orde, en bot noodlot van goden
en menschen, breidt zijn kring
(muit wij 1\baar.
l>'iiiii/:nx, door Loi'i- i 'oucr:iu's. L. J. Veen,
Amsterdam.
Hij beeft Diouysos in< lovend voor oogen
gesteld, Dioiiv.-o-", don wonderbaren god,
dien do oU'l.ieid zelve o;n eigenlijk
vorhjrgon houdt.
' Want in de wereld van Homerus, daar
hoort hij n >g niet llriis. al oi.twnart men
! hem er nmaal, weg".- l >ken in do golven
! van Tnetis. en don schender, die hem en
i zijne voodster-nimfen verjoeg, getr.'tfon door
/ons met onverbiddelijke wraak.
| Kn in de Tragedie, zij immers looft van
Dionysos, zij immers «'as de groote viering
van den god, toen het volk van het
wijnbouwend Attica zijne landelijke feesten tot
den svod-kamp der dichtende geesten had
gemankt komt hij zelf toch
maarnatiwe1 k , nmaal ia de Bakchen van Euripides,
ton tooneele, openbaart hij zich slechts in
gelijkenissen, in de helden en halfgoden, wier
lijden en strij Ion opflakkert in een glorieus
vergaan, vertoonende denzelfden lijdens- en
liefdes-drang als de ongeziene god. tot wiens
eer hun lot wordt afgespeeld in gesproken
wisselrede on gezongen lied.
Maar Couperus, hij laat hem- zei ven ver
schijnen, oen levenden jongen, een
aankomenden man, on bij heeft aldus een wonder
gedaan, een wonder van liefde on poëzie.
Kn hij kón dit; immers hij wist hoe hij
geboren was en opgegroeid tot oen knaap
on op eon morgen in de lente- beemdon van
Xysa wakker word met het plan, met den
innorlijken drang om de weield te veroveren;
hoe li.i, volgende de stem van onzichtbrtj
Pans-ll uitjes Ampelos vond, den Faun, die
hem h-it wijnstokje gaf; hoe hij dat plantte
op do gunsti s"o plek; hoe daaruit het won
der gebeurde der opwingerende wijnranken
langs kalen rots-wan l en van boomen tot
boomon; boe de blauwe vvijntrossen, in zijn
liefde- verlangende armen geperst, denuuwe
verrukking brachten aan den dorsteuden
knaap, die baar zocht, aan de dervende
wereld, die haar van noodo bad.
Kr ligt in het verbaal van het gebeuren
van dit eenvoudige wonder zulk oen open
en tot allen uit-gaando monschen-min, dat
ik, toen ik dat had gelozen, mij bekoord
voelde tot een nieuiv geloof, eene nieuwe
hoop in de men^chheid en de wereld; L dat
niet do aloude wijding tot bet mysterie van
Dionysos on Deruoler, bier hernieuwd?
Ja, Couperus, gij weet het: wat wordt er
niet afgestudeerd in die oude wereld: in do
letterkunde gezift on gepluisd, in do historie
en mythen-kennis gewikt on gewogen, aan
de beeldtu- eu gebouwon-resion gegraven en
gemeten, gelijmd on gebikt voor wat...? ja,
voor de wetenschap, dat ideale gebouw, dat
telkens verrezen, weer telkens in duigen stort.
Maar gij, Couperus, gij hebt de verscho
zeem on morgen-dauw, die nog ligt eiken
goestes- morgen op de altijd frissche bladeren
van het loi'ond woud der oude sprook- en
godvin-leer, ingezogen, echte honigbh-. en zo
gepuurd tot dien lavondori en voed enden
honig, die hongerende goosten kan sterken
i tot nieuwen levens-strijd.
j Laat ik nog eens oven in gedachten d
>orj maken, dien wercld-vorovoreiidon tocht, dien
j tocht van den god aan bet hoofd van den
| in n geestdrift moe li> kken Ion stoet van
j Faunen en Saters, _N"ympfc.n on l'ans-zonon,
i wilde dieren en men-chen; boe hij kwam in
i hot ellendig Ikaria en zijn verarmde bewoners
| in gelukzaligheid deed opleven; hoe bij kwam
in het weerbarstig Orchomenes on daar zij
hot ook na verandering van koning on
konings-docbteren in wijnstok en vleermuizen,
daar zij niet de vreugde aanvaardden. vele.
tot sterven bereiden, redde tot nieuw levens
geluk; hoe bij den Weemoed vertroostte, dio
wegdook als Hormaphroditos in schaduw
van 't zwarte cypres-en-loof ; hoe hij al ster
ker stuwen hem driften en neigingen en al
verder reikt zijn verlangen om te geven ge
luk zich af.'.oiiilereiid van al zijn dienaren,
te midden dor stormende Kentauren. ifior
dcm stiel-ten van dazen tot voor de koperen
poorten van Tartoros wo'di. govoer l : en ook
daar binnen verschijnt hij, van (-iiron licht
bhuiw-schem-'rend. den tro.'steloozen voor
oenen nacht kpreiikelend de vergetelheid ge
vende vreugde; hoe hij dan. d >or Hennes
opgetogen, den Olymp is verdedigt tegen
h'-t aanjoelend beir der Giganten; dan,
na dag orgie in dolziimigslon aai;s van
volkomens'.e vreugde, na rei '.o over zot -rij k
van zilv( r-voetige Thelis : het eiland: waaróm
weid Ooit luchtiger rei-dans uitgevoerd
van schi'.im-gobiii'on gestalten, lieht-w iegeud
on zwevend als het wezen zelve dor bewege
lijke zee? opstegen de Neroiden o:n te
zien, slapend in den nac at. do smarten- vrouw;
die lag in vergetelheid van zaligste min, in
onwetendheid van schoonste vertivosling;
Daar stond 't al zwart van menschen ; jon
gens op hokken en in lantaarnpalen, om
boter te kunnen zien.
Daar komt de trein binnon, snuivend en
dam [.end, maar heel langzaam on weifelen l,
voor do ongewone lengte dor wagenrij aan
hot kleine sta'ion oen geschikte plaats zoe
kend, om ontladen te worden. Knarsend en
piepend gaat het a! langzamer en langzamer,
tot men er eindelijk is; dan schuift alles
nog eens heen en weer en een gebonk en
gestomp klinkt op uit d' paardenwagen-!,
Ion bewijze, dat do levende inhoud zich te
nauiverm-od op de been kan houden. Hier
en daar steekt nieuwsgierig oen paanloneus
door do oponin^ van de schuifdeur, verlan
gend naar verlossing uit het on va-t on be
nauwd verblijf, Lang behoeven zij niet moer
to wacb'on.
Geregeld fn vlug begint het uitladen. Xog
n moeilijk oogenblik. Struikelend on strom
pelend zotten 7.i' n voor t'én do hoeven op
de laailplank on als bang om te vallen, ver
laten ze half springend en bijna vallend de
«'agens. Dan schuilden zeden met zware tuigen
behangen romp on staan god wee en nieuws
gierig opeen gehoopt te wachten op hetgeen
hun ilagelijksch wvrk is.
Rammelend worden de kanonnen met hun
voorwagons over do planken goredon tot op
do laadplaats on n voor n aangespannen.
In korten lijd schaart zich die groote ver
warde ma-sa van monschen, paarden on
kanonnon tot een ordelijk geheel. Nogeenigo
boa-Ion, aanmaningen tot spoed on bet
kluwen ontwart zich tot een langen slinger,
zich buigen l langs don dorpsweg, aangegaapt
door de n:emv.-gierige menigte.
Blijde klinken do tonen der muziek door
het dorp. Huis aan huis staan do bowom-rs
voor 't raam to kijken, naar die monschon
mot hun mutsen en blinkend, ratelend oor
logstuig.
Nieuwsgierig, hoc mijnheer Van Moeteren.
die bij do fimilio Landsborg ingekwartierd
was. er wel zou uit zien. was Suus naar 't
raam ge!o:ipen on gluurde nu voorzichtig
door de. dunne vitrages.
Vlug sprong een jong officier uit don zadel,
Schoofde stijgbeugels omhoog on icikteden
toti-'el aan don te paard volgenden oppasser.
drukte bom op 't hart. goed voor (lo-on te
zorgen, en stapte toon 't tuintje door.
Koe dood hom (-enigszins verlegen open. ..Of
mijnheer maar binm-n \\il koMien. '
Ga-tvrij werd bij ontvangen.
Suus best.inuilo bom me', vragen, hoeve1'!
officieren er waren, of ai dl-- -"idateii nu
iMlliimiimimMMiiiiMiiiiiillmiiMiilllliHliitijimmimiHiumijlMlililii
logies hadden gevonden, hoe zijn paard boette
eu of' 't zijn eigen paard was.
/e had er pleizier in, dat alles to «'eten:
ze vond 't interessant.
Kn Hans vond haar interessant, omdat ze
zoo eenvoudig en doodgewoon was. heel
! anders dan de meeste meisjes, die hij gewoon
was te ontmoeten.
Hij vond 't jammer, dat zo in zoo'n afge
legen oord woomle.
K wilt u zeker nog wol verfrisscbeti voor
wo koffiednrk -n." vroeg mevrouw Landsberg
en zo belde Kee om hem den «'eg naar de
logeerkamer te «ijzen.
't Was een ruime kamer mot uitzicht op
een weide mot koeion on een molentje op
den achtergrond, heerlijk rustig. .Maar hij
zon er boel weinig van kunnen genieten-;
zulke manoeuvre-dagen gaan gewoonlijk als in
een roes voorbij
[?'ven zat hij in do vensterbank, toon stond
hij op, baalde oen schoon paar rijlaarzen
voor den dag on. toon hij zich wilde bukken,
viel zijn oog op oen klein, oud portretje aan
don muur; eon oud verschoten portretje van
i Suus, op een stoel gezeten met haar pop in
u- n arm.
Haar gezichtje was toen voller dan nu.
/e keek heel boos. onte'.Todon. dat ze lang
; moest stil zitten;' maar 't «'aren dezelfde
oogen. die hom zoo even in schalksche
vrooI l ij k beid hadden toegelachen.
Toen Hans binnen kwam, ging men aan
tafel.
Suus schonk kollie en hij bewonderde de
gratie van haar bewegingen.
Telkens werd gesproken over Kees, maar
hij w-as er nog niet achter, wie Koos was. . .
on toon iiij eindelijk boorde, dat Suus met
dien Koes geëngageerd was, was hij heel
nieuwsgierig niet hom kennis te maken, met
d( n man, die dat lieve meisje had veroverd.
'l 's Middags kwam bij, om mot ben naar de
sociëteit te gaan. waar ter cere van do
ink ivartiornig muziek zou zijn.... Hoc wus 't
l mogelijk!
Was dat do aanstaande man van Suze. dat
onhandige linksehe mannetje? Hij moest
wol buitengewone, innerlijke qualiteiton be
zitten, want. noch zijn uiterlijk, noch zijn
i manieren «'aren er naar. om verliefd o') to
w-orden. Maar, odi, meisjes hebben il
k«i.ils zoo'n vreemden smaak! Bovendien ..
wat kon 't hom scholen ! Over drie dagen
ging bij weg on over eon half jaar zou bij
het dorp en zijn bewoners vergeten zijn.
Kn toch... 't hinderde hom, dat nu juist
dit nuisje mot dien man geëngageerd \vas