De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1905 19 maart pagina 2

19 maart 1905 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAM M E R AV E E K B L A D V O O II N E D E U L A N D. . No. 1447 per man per jaar f 9,10 bezuinigd, bijaldien hij in stede van gemiddeld gedurende -vier weken telkenmale slechts gedurende ge middeld twee weken voor herhalingsoefe ningen on Ier de wapenen komt. Per deelnemer kost het schiet- en mili tair onderricht buiten het leger thans ? 7.50 per jaar. Er blijft dus per man per jaar ? 1,60 bezuiniging mogelijk bij de voorgestelde ? 'regeling der herhalingsoefeningen d. i. in totaal Gi.OOO gulden, afgescheiden nog van de vermindering van algemeene onkosten vo'Vr legerexploitatie, bijaldien in maximum 40.000 man jaarlijks veertien dagen korter in dienst zijn, en ongerekend de winst in oeaonomischen zin, dat jaarlijks in maximum 40.000 man veertien dagen korter aan hun arbeid worden onttrokken. * . * Het lijkt mij toe, dat van militaire zijde tegen de voorgestelde regeling der herha lingsoefeningen geen bezwaren kunnen wor den ingebracht, en ook hierom dunkt mij dat con propaganda voor de in dit artikel voorgestelde regeling d >eltreffender is dan eene voor afschaffing der derde herhalings oefening zonder meer, nox daargelaten dat de voorgestelde regeling voor belangheb benden profijtelijker is. E. Een verkiezing in de zeven tiende eeuw. In 1422 ontving de stad Hoorn van Hertog 'Ian van Beieren het recht, om haar eigen Burgemeesters en Schepenen te kiezen. Deze verkiezing bleef nog eeuwen lang in zwang en was eigenaardig genoeg, om zo hier nog eens in herinnering te brengen. Alle burgers, die een bepaalde som in de belasting betaalden, of wier bezittingen op minstens 259 Nobels werden geschat, hadden het recht om te- boon if Q</H>I en werden boon!uilen genoemd. (De beteekenis van deze beide uitdrukkingen zal den lezer uit het onderstaande blijken). Op den verkiezingsdag, vastgesteld op Goeden Vrijdag, begaven zich die boonluiden, daartoe door een stadsbode opge roepen, naar de Groote Kerk. Hier werd (zoo althans geschiedde hot in de ]7e eeuw) eerst een toepasselijke predicatie gehouden naar aanleiding van Exodus XVI11 :21: Doch ziet gij o m m e o n d e r a 11 e d e n Yolke, naar kloeke Mannen, God vrezende, w a a r a c h t i g e Mannen, de gierigheid hatende: stelt ze over h e ti, Overste der duizenden, O verste der honderden, Overste der vijf tig e n. Overste der tienen. Na het eindigen der Godsdienstoefening trokken de boonluiden ('en voor n in optoïht om het Koor, voorbij Schout en Bur gemeesters, die dan telden hoeveel er ter verkiezing opgekomen waren. Nu werden er evenveel witte boonen genomen als men boonluiden geteld had, op negen na, die zwart waren. Inmiddels is de oudste der Burgemeostereu gaan zitten op een verhoven go-ihoolte, midden in het Koor, met den schout ter rechterzijde. En nogmaals (rukken nu de boonltiiden in statigen gang het Koor om en nemen, n voor n, pen boon uit het zakje, dat plechtig door den oudsten l urgemeoster wordt opgehouden. Zij, die de tfitti' boonen trekken vertoonen deze en gaan heen; wie de zicarti- boonen trekken blijecii en zijn voor dat jaar de kiezers. Nadat op deze wijze alle negen, zwarte boonen, getrokken zijn, formeert zich de volgende stoet: Aan het front de Hoofdschout met aan zijn linkerhand do Keurman, die de eerste zwarte boon getrokken heeft; dan de trekkers van de tweede en derde zwarte boon; en zoo vervolgens, steeds twee aan twee; daarna de Secretaris der stad, gevolgd door twee stadsboden en vier hellebaardiers. In deze orde begeeft de stoet zich plechtig uit het Koor der kerk naar de Consistorie. De Hoofdschout met de Keurmannen en do Secretaris treden binnen, de deur der Con sistorie wordt gesloten en de stadsboden en de hellebaardiers houden daar buiten de wacht. Xu vormen de Keurraannen een kring, waarbij elk zich geplaatst heeft overeen komstig zijn rang, en de Hoofdschout doet een aanspraak, hun voorhoudende, dat ze hier bijeen zijn gekomen om, volgens het Privilegie van de stad, nieuwe regenten te kiezen. Te weten drie nicinri' Burgemeesters en n uit de oude Burgemeesters, die in Tiet volgende jaar der Bargemeesteren pre sident moet zijn, benevens 21 mannen, waar uit dan de Hoofdsehotit, (of de 4 pas ver kozen urgemp.estors) den volgenden dag zal kiezen 7 schepenen, mede voor het aan staande jaar. Tevens vermaant hij hun, bij deze verkiezing te handelen volgens hun eed, eer en plicht en overeenkomstig de privilegiën en instellingen dezer stad. De Secretaris leest nu het formulier van den fföd voor en do Keurmannon die nooit te voren een zwarte boon getrokken hadden leggen daarop, volgensdit formulier, plechtig hun red af in handen van den Hoot'dschout. Zij, die voorheen reeds n, of meermalen een zwarte boon getrokken hebben en bij gevolg reeds te voren dozen eed hebben afgelegd, beloven alleen onder handtasting aan den Heer Hoog-Schout," dat zij zich ook bij deze verkiezing overeenkomstig hun vroeger gedanen eed zullen gedragen. Thans gaat de Hoofdschout heen, de deur wordt opnieuw zorgvuldig gesloten en de Keiin-innnen plaatsen zich aan de groene tafel, overeenkomstig de volgorde waarin de zwarte boonen getrokken zijn. De trekker van de eerste zwarte boon plaatst zich als president aan het hooger eind der tafel, de Secretaris zot zich tegenover hem aan het andere einde, en van de overige acht nemen vier ter linker, vier ter rechterzijde plaats. Nu leo-t de Secretaris een lang, toepas selijk gebed voor, daarop hou It de presi dent nog eens een korte speech en vraagt vervoigens aan den Keurman, die de tweede zwarte boon getrokken hooft, wien hij uit de H «eren Burgemeesters die in 't voor gaande j.-iar geregeerd hebben, voorstelt om dit volgende jaar de waardigheid van President-Burgemeester te bekleeden. Do 'h deze antwoordt hierop, volgens het vasto gebruik : ,.]'*/'?/.' !,"'?'''r/'' 'b' Ife/'i' I'i'i'.-ii'/cit/ i/it«i'/o(i rooi' !i fl,i IIcn '??" En de Heer President zegt : //;? .--,'?/ voor den llee.r X. N. /of /'/vW'ïl'lt?'-/>!>i'jCllil'Cxtt'i' l'OOI' llt /. CO'tJf'ltllc. J'/'//'.' De trekker van ele tweede boon, indien hem deze persoon behaagt, geeft als nu ten antwoord : J k t/e» zei f den !" In het tegenovergestelde geval heeft hij echter vrijheid, om ook een der andere af tredende burgemeesters voor te stellen. Ook de overige Keurmannen, op dezelfde wijze naar hun meening gevraagd, hebben even eens dat recht, en hij die op deze wijzede meeste stemmen krijgt wordt geacht, ver kozen te zijn tot President-Burgemeester, hetceeri terstond door den secretaris opijeteekend wordt. Op dezelfde wijze gaat het met de keuze van de overige Hurgomee.-tei s; evenwel met dit onderscheid, dat bij het verkiezen van den dorden Burgemeester de trekker van do ijt'rile boon en voor don vierden Burgemeester de Keurman die do rierdc zwarte boon trok hot eerst gevraagd wordt. ^S'adat de vier heereii Burgemeesters al daar verkozen zijn, schrijft de secretaris een brief, den uitslag behelzende, wolk schrijven door een der buiten wachtende boden ten stadhuize aan de vier hoeren ou:!-burgemeesteren gebracht wordt, die aldaar bijeen zijn om den uitslag van de nieuwe verkie zing af 'te wachten. Onmiddellijk worden nu de nieuwgekozenen ontboden, gefelici teerd en boëedigl, terwijl intu.sschen de Keurmannen rustig voortgaan met het nomineeren van 21 |)i?rsonen tot Sjhepenen voor het aanstaande jaar. Is do nominatie gereed, dan staan do Keurmannen op, ver laten de Consistorie, twee aan twee, ge volgd door secretaris, sta Isbo.le en helle baardiers, en begeven zich in optocht naar het Raadhuis, waar zij de nieuwe burgemeesters bij elkaar vinden. De president der Keurmuin on houdt nu tot de nieuwe Burgemeesters een fraaie oratie (of draagt dit, zoo hij minder goed bespraakt is, den secretaris op,) de nomi natie der schepenen wordt ingeleverd en allen gaan heen. Den volgenden dag, zijnde l'aascliavond, werden nu uit het óon-en-twintigtal de 7 schepenen voor het aanstaande jaar gekozen, die nog denzelfden dag op het Raadhuis bijeen kwamen, waar hun de eed werd afgenomen. Zóó kwam in vroeger eeuwen telken jare de nieuwe regeering der ttad Hoorn tot stand. P. V l SS E11. mmHIMIIIIHtMltMIMIIIIlIlUlimlHttHMIflIMIHlIIIHIItllllllflIIIIIIIIMIMilIt v J een brH m m Zeinan, Do gulheid, mijnheer de re la*;teur, waar mee u voor mijn eersten brief' plaats hebt ingeruimd, doet mij hopen dat ook dit schrijven, eigenlijk een aanvulling van mijn eersten brief, wol oen plaatsje waardig zal worden gekeurd, waarvoor ik heuscli zeer dankbaar KOU zijn. Mijne bedoeliug was, nog eens nadruk kelijk de aandacht te vestigen op het rapport, uitgebracht door con commissie van deskun digen, aangewezen door hot hoofdbestuur der Xeclerl. Maatschappij voor Geneeskunde, die zulk een belangrijke getuigenis aflegde omtrent het verre van voldoende van don hygiënischer! toestand voor liet mindere scheepsvolk aan boor l van stoouisohepen. Dat is een hulp waarop do zeelielen, na zooveel jaren van teleurstellend wachten, wel nauwelijks hadden durven hope.»! Het onderzoek liep over de belangrijkste elementen in het zeemansleven: over de voeding, over het drinkwater, over het verblijf aan boord (het z. g. volkslogies''), over den arbeidsluur en de loonen en over de ziekte-gevallen. Nietwaar, dit omvat zoo goed als geheel het zeemansleven. Hierin tezaatn, in het eene meer en in het andere minder, zijn do vele misstanden gelegen, behalve de disciplinaire dienst verhouding, waarin óók grondige verbe tering moet komen. Maar daar zitten juri dische haken en oogen aanvast en dus dat ligt (ji'lte.al buiten het hygiënische terrein, waarop bovenstaande commissie zich had te bewegen. liet onderzoek, aldus lees ik in't rapport, was de directies van sommige groote stoomvaart-maatschappijcn niet naar den zin. Eén der directiën ii'ciijc.rilc de commissie op haar booten toe te laten; en een andere, die 't eerst had toegestaan, weigerde dit later. Ja, ja, dat wil ik wel gelooven! Dat is het kwaad geweten! Do hoeren weten wol, dat als zit l Ier deskundigen komen, om de werkelijke toestanden aan boord te toetsen aan wat de gezondheid vordert, er o! zoo veel aan ontbreekt! Enfin niet overal weigerde men haai den toegang tot de schepen, en voor 't overige kreeg ze haar inlichtingen van zee lieden en van collega's. Ik zal, over wat de commissie omtrent de voeding aan boord betreft, maar heen stappen. Ze komt tot de conclusie, dat er mér afwisseling moet komen in hot menu. \\el, ik zou er bijvoegen: er behoorde straf gesteld te worden op hot verstrekken van bcJorcoi voedsel en beschuit aan boord, i 11 gewone omstandigheden! Want in do meeste gevallen is het eten aan boord t/oet/, maar het komt toch ook meermalen voor dat het voedsel of do beschuit gewoonweg bi'florri'ii is, en do zeeman gedwongen is, het tegen zijn walging in, op to eten, op straffe van hongeren! ... Ik herinner hierbij aan een geding 't welk onlangs diende voor don Raad van Tucht to Amsterdam. Door een dool der beman ning van hot ss. Zeeburg", kapt. Stasse, te Dordrecht, werd een klacht ingediend wegens slechte voeding. Op de reis van Rotterdam naar Savannah (Xoord-Amerika), was er, volgens de klagers, vleesch aan boord van ... l',l!)l; hot was eenvoudig niet te eten. Men kreeg, in plaats van vleesch, bovendien voor do helft beenderen en vet! To Savaunah v.'as dan ook een treuimer van honger woggeloopen, en de kapitein moest het schip doen bewaken om do an deren het vluchten te beletten. Later waren er twee tremmers van honger neergevallen. Do erwtensoep, die nmaal per weck ver strekt werd, veroorzaakte buikpijn en diarrhee.... Eu die kupitein kreeg 70/75 cent per man en por dag voor voeding uitge keerd! Dat was n dier gevallen, waarop de commissie doolt in haar Rapport: Er zijn gezag voerdei s, die uit dozen maatregel oen bijverdienste maken, vooral door voedsel van inferieure kwaliteit te verschaffen''. Juist, en toch werd bovenstaande kapitein door den Raad vrijgesproken, omdat de zeelieden niet sterk genoeg konden bewijzen! En hoeveel zeelieden zijn er dan nog niet, die in zulke gevallen maar liever t/een klacht indienen, en de zaak, na een andere huur gevonden te hebben, op hun beloop laten? Scherp oordeelt. ... en dat komt mij voor, oen der belangrijkste punten te zijn van 't rapport over de misstanden die aan boord heorschen ten opzichte van het verblijf der zeelieden, het logies. Van verreweg do meeste zijden kreeg de commissie als de meening te hooren, dat hot logies eenvoudig ellendig, beroerd, smerig, triest en ongezond is! liet verblijf der schepelingen is oj> de stoomschepon meestal vóór onder den bak, ver deeld in twee afdeelingen: n voor hot machine-personeel (stokers en tremmer?), on u voor de matrozen. Er zijn, voorde ventilatie, eenige patrijspoorten in, doch meest.il moeten deze, bij ru ,v weder, gesloten worden. Stikkende atmospheer heerscht dan ook steeds in deze trieste hokken! In ruimten, van 2 M. hoog, (i M. lang en 4 a 5 M. breed, inoefen aan 8, 10, 14, tot soms l (i man hun verblijf zoeken. Daarin bevinden zich de kooien, of slaapplaatsen, in 2, soms in 3 rijen bove;i elkander. Sjins zijn die kooien zóó dicht boven elkaar, dat men er niet rechtop in kan zitten! J n die bekrompen ruimten iroin-n de zeelieden. Daarin moeten ze bergen hun kisten en goe leren. Daarin wordt geslapen, gegeten, gelold, geschreven, gelezen, ge dronken. Kortom, daarin moeten ze alles doen, behalve hun noodzakelijke behoeften. Zóó bes'drijft hot de commissie, of' liever zóó is 't ontleend aan de door haar ver/a nol Ie inlichtingen. En zóó is hot ook. -Men klaagt over do riurlici'l van de zee lieden; over de ongebonden leefwijze, waar door ze in de havensteden bekend staan als de geregelde bezoekers van de ?verdachte buurten. (J.-h, dames en hoeren, ik verzoek u, oordooi en veroordeel niet te hard! \Vant o! wanneer m MI van jongs af aan, aan boord wordt behandeld als een hond en men moet oen heenkomen zoeken in zulk een volkslogies", waar alle comfort ontbreekt, waar alle gelegenheid tot verheffing of tot gees telijke ontwikkeling gemist wordt en alles samenwerkt om dun inborst des zeomans te veiTiiwen, -- hoe zou daar iets anders dan ruwheid, platheid, grenz'-loozo onver schilligheid gekweekt kunnen worden! De zeelieden gevoelen zich aan wal in comfortabele inrichtingen niet thuis. Neem don zeeman moo naar 'n leeszaal, naar 'u net' koffiehuis, naar 'n omgeving vaneenige distinctie, liij gevoelt zich er vreemd,angstig, onvrij. Daar in de lugo kroegen, daar vindt hij hot interieur wat met zijn geest overcenkoiilt, Oiiul'l' /"'' «mi boord no<j fllen(It.tJiT l'll n'ij llttjrr is fji'<tt>'il. Reiniging;- Och, kom.' Eens jicr week moot de lichtmutrooshet logies schoonmaken. Wat komt daarvan terecht-' De muffij lucht blijft hangen, de smerige hoeken blijven zitten, hut smoort ten slotto je koel drilt! Dichtbij 't logies zijn meermalen de vuren, zoodat het 't er ui t ij i lauw-wiirm is. Onge dierte tiert er daardoor wolig. Eu privaten on varkensliokko!) bevinden zich er meer malen naast. Zeker or wordt in vele antwoorden gewezen op hot lii-ziciitti', dat er geen / ni.mli' i.s. Stellig, dat n< een bezwaar - - zoolang men de /eelieden aan boord blijft beschouwen als noodzakelijke lastposten. .Maar als men hou het verblijf in hun <j/'<l>roniji')t logies eeuigszins aangenamer icilile maken, en moor in overeenstemming met de gezond heid want daaruit komen vele ziekten voort, en wordt do ontvankelijkheid voor tuberculose maar al re zeer in de hand gewerkt! - waarom zou er dan aan boord van onze moderne stoomschopen niet meer ruimte verschaft kunnen worden ': liet bedrijf laat het niet toe? Och kom, dat zijn argumenten van dezelfde soort, als waarmee de fabrikanten aan wal zich steeds tegen wettelijke bescherming van vrouwen en kinderen hebben verzot! Menschwaardige on hygiënische behandelingen van zeelieden zoo goed als van arbeid inoi-f het bedrijf toelaten! En stellig kan men niet anders dan in stemmen met den zoo rodelijken wensch der commissie, ..dat voor de mindere sche pelingen con, zij het niet groote, ruimte worde afgestaan, waar zij konden eten, schrijven of rustig zitten lezen !" Waarlijk bescheiden genoeg! Aan boord van de visschers-vaartuigen H liet nog treuriger met hot logies gesteld. Ik heb daarvan zelf noen ondervinding, en dat spijt me waarlijk niet. Maar naar het geen het rapport daarover mededeelt, wijst op een toestand, die eenvoudig oen schande is voor onze arbeiderswetgeving... Op ilühommen" huist de heeie beman ning, soms .s, 1(1 a 12 man in n logies. Op ile loggers en andere moderne vaartui gen is 't wel iots beter, maar toch verre van voldoende'. Do ruimte voor die s?12 iiiiiii is gewoonlijk lo a 12 kub. Meter, wat niet anders dan oen slinkende atmosphoer kan teweeg brengen. Meestal moeten 2 per sonen in n kooi, en soms zelfs wol :> per sonen! En de eonigo ventilatie die in deze hokken wat frisscho lucht moet brengen, geschiedt door een luik, dat echter, vanwege; 't ruwe sveer, meestal gesloten is. Kn als dat gesloten is, dan zijn er een paar luclitgaten, die daarin voorzien .... Zóó loven de /eelieden on visschers, die rijkdom brengen voor de stoomboot-maat schappijen on voor de reeders, hun harde, ruwe leven aan boord in nare, trieste; hok ken, w nar de ziekten dio de zeelieden treffen, maar al to /.eer gevoed worden '. eenvoudig maar toch gedistingeerd in. zijn optreden. Zijn spel is niet heroïsch as van een Marteau. Het is niet hartstochtelijk van kracht en gloed en ook niei onstuimig, liet is romantisch. Er ligt in zijn toon enorm veel poëzie en teederheid. Het is alles hmig eii lijn en ruin wat hij speelt en gedrenkt in welluidendheid. Daar is nu letterlijk niets in zijn spel, dat niet beantwoordt aan de hoogste cisclion van klaukscboonbeid; geen mischeii van baar van den strijkstok over de snaren, geen scherpen klank als hij op deu kam speelt, liet is een en al mooi. Voor ditmaal had Tiiibaud ook stukken gekozen die uitermate in zijn talent pasten ; n.l. een concert van Lalo ojj. -M eu de bekende llavaiuüse" van Sjaint-Saëns. Vooral dit laatste dweeperige, maar mooie solostuk van den vruchtbare!! Fransehen componist werd prachtig gespeeld; zóó prachtig dat men den kunstenaar zouder toegift uit t iiei gao.ii. Uit bestond uit een fiagment van een der Bach'sche suites voor viuol alleen. Tbib.uid bewees hiermede dat bij dien nniveiseeien kuiistenaar ook kent en begrijpt en dat hij d; enorm mooie, strenge schoonheden van tlien grootmeester met ai do charme van zijn spel weet weer te geven. Het orchest bracht vóór en tusschen (Ie solovoordrachteii ten geliooie teil paar frag menten uit lierlioz' Uoméo et Juliettesympbonie," n.l. Romeo seul etc' eu l'ée Mab." .In bet eerste s;uk werd al de schoon heid van klank ontwikkeld, die ons orcbest in zoo booge mate eigen is en in het tweede bewees Mengelberg hou hij zijn schare de moeilijkheden van zoo'n orchest-virtuo/,enstuk spelende! wijze weel te doen overwinnen. Toch mag ik niet verzwijgen, dut ik mij de stemming van het bla/:ei>- en hel s'.rijkerseorps onderlin.' nog idealer geweiiseht j nul. In het tweede deel werd een herhaling gegeven v uu Vou-iel's vuurt naar A ^rippimj', van Diepenbrock. P>ij gelegenheid van de eerste uitvoering ten vungen jare, toen Alesschaert de b.iruun-solo vuordioeg, heb ik ecu uitvoerige beschrij ving gegeven van dit hoogst belangrijke; ( pus. Tiutus vervu de de lieer Zalsman de solo-partij. .11 ij da;d dit met al de talenten die hem gegeven zijn. Men be speurt bet dat bij in. ja zelfs boven zijn partij staat en zoo men hier eu daar noch u-achtiger sten zou gewen^cht hebben, ilan vergete men niet dat de componist hier van den zanger dingen gevergd heeft, die niet alleen de hoogste artistieke, maar ook pbysieke krachten van een zanger oi.-chen. Het orcbest heeft de rijke veelstemmigiie-id der partitie iuet groote klank\v.;eide en duidelijkheid ver tolkt en de heer Mengelbcrg hooft liet werk met zichtbare ingriiomcnueid gedirigeerd. Op den laatsten Toonkiins>kainerniu/.iekavond deden d d heoron .Mossel en Kontgen ons kennis maken met een sonate voor violonccl en pitiuo van deu i'rauschen com ponist ,!eau Uure. liet werk is opgedragen aan l'a'jlo Casals en na ir ik meen, door dezen met llarold linuer ook eens hier gespeeld. Ik heb echter die uitvoering niet bijgewoond; dus was de sonate voor mij een Lovileit. Niet alleen door den bouw het werk is gecomponeerd in n satz maar, ook door de eigenaardige harmonische combinatiëa slaat. Uure's sonate op een geheel apart standpunt, liet begin en liet slot nemen reeds dadelijk, door hunne mystieke stem ming voor zich in. l'at is waarlijk mooi; maar ik moet eerlijk bekennen dat ik tegen over het middengedeelte geheel vreemd sta. Ik zal niet dadelijk het werk veroordeeleu. Iemand die het begin en liet siot zóó mooi weet te maken, heeft wat te zeggen. Dat het geheel niet dadelijk aanspreekt, pleit nog niet tegen het werk; misschien wel er voor. Men zal de/e sonate meer moeten hooreu om haar zoo te kunnen, waardeeren als de beide uitvoerende kunstenaars het, blijkens hunne reproductie doen. De avond word geopen l met liet piano trio van rahms op. lol. lu langen tijd had ik dat werk niet gehoord, liet maakte op mij een zeer frissehen indruk. Kernachtig en energiek in hooge mate is de eerste satz. liet presto, met zijn gedempte strijkinstru menten en zijn harp-acbtige jiizzicato-iiguren eu het gracieuse Andante bieden daar tegenover een schoone afwisseling en bet liiiiile is een dier meeslepende Jirahmsche Allegro's, die steeds pakken en die rahms als de gre>otste kamermuziek-componist van de tweede helft der vorige eeuw zullen doen blijven voortleven. liet trio genoot door de hoeren Köntgen. Flesch en -Mossel een zeer gebooiie vertol king. Vooral de rhythmiek was bewonde renswaardig. Aan het slot van den a7oml werd Schuuiann's piano-quartet uitgevoerd met don lieer Meerloo aan de alt. Ook dit eertijds zoo veel ges]>eelde meesterstuk van don Zwickauer componist was in lang niet uit gevoerd, liet beeft nog niets van zijn romanek verloren, l'e uitvoering hiervan stond echter, wat klankschoonheid en duidelijkhei l aangaat, niet op de hoogte van Hnihms' trio. AXT. AvKRKA-MI'. Een Mstoriscli treurspel Milano, Muziek in de H Als .lacques Tnibau l in 01 ze concertzalen optreedt, dan is het feest voor alle vioolspelende dames en heeren. Kn geen wonder. Kr gait iets bijzonder sympathiek-; uit van dien jongen man en van zijn spel. Innemend van voorkomen, is hij Do.Ml-JMCo Ol.lVA, y,'o//c.vp/V, ('isa editrice (falli. Juist nu in dit seizoen de Koninklijke Vereen iging Hut Xc'li'rlini'l.-n'/t Tnonetl de tijd gekomen achtte voor een reprise van (-iiacomelti's huil drama AI</rir Anlninrtti', is 't wel ecu eigenaardig genoegen, haast had ik gezegd oen dankbare plicl tsvervulling, er , op te wijzen dat in Italiëzelf de dramatiek, zich verwijderende van het grof melodrama tische, 't welk voor eenigszins iijner voelenden j de emotie der meest pathetische situaties j bc lerft. gansch andere idealen nastreeft. Met name Domenico Oliva, bekend auteur. criticus en politicus, heeft gotraciit met zijn | drama Jln^ef/i'i'i'i'e iets heel nieuws te geven. Waarin dat nieuwe hoofdzakelijk bestaat, behalve in ele afwezigheid van het larmoyante en van goodkoeipe clfocten, zal dadelijk bij vergelijking blijken: voor een deel is het stellig ook te vinden in een onafhankelijke bonding tegenover de zoogenaamde eiscben ! van bet tooneel. Oliva is uitgegaan van deze stelling: dat in een treurspel de logische en i psychologisch zuivere afwikkeling van het \ gegeven de hoofdzaak is, dat daardoor het tragische bet best tot zijn recht komt, en, heeft de auteur eenmaal aan dien eisch vol daan, dat liet tooneel zich daar heeft aan te passen. Toen hij zijn stuk geschreven had, werd er sterk getwijfeld aan de opvoerbaarheid. .Men wilde er niet aan. !>e auteur gaf het derhalve in druk en in een naredezeidehij: Robetpierre is geschreven om vertoond te worden. Ik versta niet hoe een dramatisch werk dat niet zou wezen, al eiscbt bet mijne wellicht een andere tooneelinriobting dan waaraan we gewend zijn. Dat doet er niets toe. Als ons tooneel niet lijkt op dat van niijn verbeelding, dan heeft het tooneel on gelijk. Maar ik geloof er niets van: als goede wil en liefde voor de kunst op de planken aanwezig zijn, dan wordt het woord oniimgelijk onzin." Na veel tegenwerking, veel onaangenaambeden heeft Oliva deze uitspraak schitterend bevestigt! gezien. Ken jjaar jaar geleden is Jlubcfpitrie met groot succes vertoond. Alle bezwaten van technisehen aard b eken over wonnen. Het maakte diepen indruk. '\Yre voelen in den schrijver van 't boven aangehaalde een zelfstandige. Kn niet alleen tegenover het uitwendige en materieele. liet innerlijke van zijn treurspel getuigt er van, boe hij heeft willen offeren noch aan liet valseh-jmthetische, bet theatiaal-gewilde, dat een drama als Jftiric Aittoi-nitte tot zulk een ongenietbaren draak maakt, noch en hier kom ik tot een belangrijk punt aan het romantische effect-bejag van een listig saamgeknutselde intrige, die als extra-bijnieuging bet historische voor een groot publiek ge nietbaar m jet maken. Ken. vergelijking ter toelichting van 't hiermee be loeide. In ISiH), een paar jaar nadat Oiiva's stuk gedrukt wa>, werd in bet Lyceum-theater met veel bijval vertoond bet toen nieuwe drama van Sardou, Rnliapierre. Voor Oliva ligt het tragische van diens ondergang in de historie zelve: die \Veltgesebichte das \Veltgeiicht. Hij is er op uit, ons ele volle tragiek van bet gebeurde te doen doorvoelen in het ont«'tiend bewogene dier Tbermidor-dagen. Maar Sardou hooft daaraan niet genoeg. Zijn gevoel voor bet tragische in Robespierre's emdergivug is niet voldoende krachtig, om daarmee allén een drama te vullen. I-Jij fingeert er een verhaalije bij. Kobespierre beeft een zoon, dien hij niet kent, en dien hij leert kennen als beschuldigde: veroordeelde in do dagen der guillotine almacht. Kn ook de moeder van dien zoon vindt hij dan onverwachts terug. Die zoon is zijn vijand, ook als bij hem. gered heeft, en dringt met de woedende menigte in 't llötel de Villo oj) don nooellottigen 'l Thermidor en, om hem een vader moord te besjjaren, poogt Uobespierre xichzelven te dooden met een pistoolschot, dat hem alleen de kaak verbrijzelt. De geschie denis, hier bitter logisch met dat mislukte schot van»den gendarme Mcda, elat Kobcsspiorre den gang naar de guillotine niet i-paren mag, woidt dus nog geweld aange daan. En bet wereld-treurspel in de handen van Sardou... een familie-d"ama. We nullen zien, hoe (il'vit's w'«rk essentieel hiervan verschilt. Iltj wil niet anders geven dan ele tragedie, gelijk hij die In de geschie denis gevoeld beeft, gelijk hoofdzakelijk Taine. den diep doordringende!! psycholoog hem die; heeft doen voelen. Te veel eerbied had hij voor de werkelijkheid gelijk die door scherpzinnige vorsching en wijsgeerige zieiiing gereconstrueerd is, om daarmee naar goedvinden om te springen. Slechts enkele bijzaken wijzigde hij en hij gaf' van die wij ziging behoorlijk rekenschap. \\'e voelen dat ook (leze arbeids-methode haar bezwaar heeft. We lezen geen werk van dichterlijk "verbeelden, om historie te leeron. Als een dramaturg doorgedrongen is in den geest van een tijd, als bij voeling gekregen heeft met de zielen van wie dat tijdperk beheerschten, dan late hij gerust zich gaan binnen de grootsche omraming van hot uiterlijk gebeurde. De i|uintessens van elke tragedie berust in het zielelovon. Ku ele groote dichters, die van nature de lijnsto ziele voelers zijn, geven hun herschepping van oen historischen persoon, als hun ver klaring van wat in het uiterlijk gebeurde van hem gebleken is. En in die reconstructie van een persoonlijkheid door hun gevoel en verbeelding kan zoo overweldigend-overtuigende waarheid zijn, dat we er aan zullen blij ven gelooveii trots alle historisch omlerzoek. Trouwens, 't is meermalen gebeurd, dat e;en nauwkeurig onderzoek niet anders deed d.m bevestigen wat een dichter bij intuïtie had gevoeld. Ons verwonderen over het feit dat Robespierre als held voor een treurspel aantrekke lijker geworden is naarmate we verder van de Fransche revolutie verwij lerd raken, kunnen we niet. In den loop van een eeuw heeft ele opinie over hem zich allengs ge wijzigd. Hot monster, waarvoor de gescliiedboeken van vóór drie-kwart eeuw bijna niets anders (Jan afschuw konden uiten, heeft plaats gemaakt voor een gansch andere tiguur. Napoleon, scherpzinnig ooggetuige der Revolutie, heeft, een der eersten, hem op St. Ileleiia recht gedaan, toen bij zeide: Robespierre tait incorruptible et incapable de voter ou de eauser la mort de l (|iii que ce fut />«/? i-niiiiilii' pa-siimu-lle otl di'xir de n\'iirït'/t:r. O'était un enthou siaste; inais il croyait agir selon lajustice, i et 'tl in'. £<n',s'xu ']><is mi von a sa /fort.... 11 j avait plus de suite et de conception <|ii' on ne peiisait, et. après avoir renvert les factioiis elfrénées qu'il avait eu a combattre, son intention tait de reveiiir o. l'ordie et a la modération.....'' Trouwens Lamartine, in zijn meesterstuk van rhetorische welsprekendheid ter verheerj Hjking der Giromlijnen allerminst aanleiding hebbend bèrn te bewierooken, getuigde toch: II n'était d'aucun jiarti, mais de tous les jiartis (pui servaient tour a tour son i d a l de. Ia re'volution. C'élaient l;'i sa force, car les partis s'arrêtaient: lui ue s'arrètait jias. Il plaea eet idcal comme un but en avant de chaque mouvement révolutiounaire, il v marchait ave.c enx qui vouhüent l'uUeindre; puls, quand Ie but tait dépassé, il Ie plaea t ; plus loin et y marchait encore avec d'autres hommes, en continuant ainsi gans jamais ; dévier, sans jamais s'arrcter. sans jamais reculer." In deze beide getuigenissen, heeft het ..monster" al plaats gemaakt voor een enthotii s:ast, een idealist, een belangeloos s-trever ; naar een grootsch doel, en Taine, dertig jaar na Lamartine zijn groot werk schrijvende, zou in hoof'dtrekken dézen Robespiere laten zien. ten slotte vallende in den Moedigen kamp voor zijn ideaal, neergeslagen door de ij eren ne odwendigbeid van omstandigheden, j door zijn schuld ontstaan. i Hierin ligt vanzelf de groote aantrekkelijki hè'J van Robespiere voor den tragicus Ku hot is wel een doorslaand bewijs voor de weinige diepte van Sardou's talent, dat hij van dat tragische niets gevoeld heeft, dat hij,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl