Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1447
medegedeeld als Dammers laat optreden
in een rol, welke tot het verraders emplooi
behoort? Ik mag natuurlijk niet onderstellen,
>iijl deze schepen Arminiaan en aanhanger
van de Witt was, al hadde juist dat den heer
Vostmus tot voorzichtigheid moeten stemme».
Dat men een regent teekent, die kruit en
lood aan den vijand verkoopt, zal ik zeer
zeker niet veroordèelen, vooral niet als men
dien regent schildert ten voeten' uit, een
sprekend portret schier, zooals Schimmel dat
vermocht in Sinjeur Semeins", maar wel
vond ik het bedenkelijk in een meer of min
romantiek verhaal Bontemantel te doen
optreden, zóó, dat de lezer onwillekeurig aan
de betrouwbaarheid van .dien man gaat
twijfelen.
Niemand verontreinige de bron, waaruit hij
telf werd gelaafd. F. A. B.
Hoe arm Breda" woont.
Woning onderzoek te Breda. Uitgave van
de afd. Breda van den Volksbond,
Vereeniging tegen Drankmisbruik.
Het aantal rapporten over onderzoekingen
naar den woningtoestand in de
arbeidersbuurten van verschillende steden, is weer
met n vermeerderd.
En de vermeerdering is inderdaad een
aanwinst voor zoover men bij dit vraag
stuk van volksellende over winst mag spreken.
't Eigenaardige van dit uitnemende en
zakelijke rapport is, dat het afkomstig is
niet van de Bredasche gezondheidscommissie,
maar van de afdeeling van den Volksbond
tegen Drankmisbruik, die met groote nauw
gezetheid, naar de methode die ook te Leiden,
Alkmaar en Rotterdam is toegepast, haar
onderzoek heeft gevoerd.
Waarom niet de gezondheidscommissie
dit, voor de rationeele verbetering vanden
woningtoestand zoo onontbeerlijke werk
heeft verricht, blijkt niet duidelijk. De
afd. van den Volksbond, die zich, op aan
drang van 't Hoofdbestuur, ten doel stelde,
bevordering van den bouw van gezonde,
menschwaardige woningen,-benoemde in 't
laatst van 1902 een commissie om daarvoor
werkzaam te zijn. Maar daarvoor was
natuurlijk eerst een grondig onderzoek
noodig. Daartoe werd de medewerking
gevraagd van de gezondheidscommissie,
tlie echter samenwerking niet gewenscht
on bovendien een stelselmatig
woningonderzoek niet noodig" achtte.
Zonderlinge meening, voorwaar!
Toen heeft de gezondheidcommissie het
onderzoek zélf ingesteld, en daarvoor een spe
ciale onderzoek-commissie benoemd, waarin
ook eenige dames zitting hadden, die het
onderzoek zóó heeft ingesteld, dat de
gezondheidscommissie het stellig niet beter
hadde kunnen doen !
* *
^
Zal -'ik uit dit Rapport, bevattende ge
detailleerde overzichten over 6 complexen
woningen, cijfergroepen mededeelen ? Tabel
zus en tabel zoo ? Neen, ik waag het niet.
Het is ook niet noodig. Dit hebben we uit
de vorige rapporten over Amsterdam, Delft,
Alkmaar, Rotterdam wel reeds geleerd: in
ietwat meer of minder misschien verschillend,
of in haar aard verschillend, is de woning
ellende overal dezelfde.
En voor wie meenen mocht, dat Breda, de
niooiste, netste stad onzer zuidelijke provin
ciën, daarop een uitzondering maakt, is dit
rapporteen treffend bewijs van het tegendeel.
Ik zal volstaan met een kleine greep uit
<le totaalcijfers. Er zijn ruim 1000 woningen
onderzocht, verdeeld over zes blokken, om
trent elk waarvan bijzonderheden naar n
en dezelfde maatstaf worden medegedeeld.
In deze ruim 1000 woningen verbleven
18.795 bewoners, of gemiddeld 4.32 per
woning. Van het totaal aantal bewoonde
woningen waren er 484 of 46'..%' \>Ct.
nlamerwoningen. Dat is dus bijna de helft
dier gezinnen, die hun geheele levensfunctiën
ia n vertrek, en dat is dikwijls nog zeer
klein, hebben uit te oefenen! Dan zijn er
142 woningen of 13.61 pCt. die maar n
kamer hebben met alleen een wasschhok
er bij. Dan bestaan er 400 woningen of
38.31 pCt. der woningen uit twee vertrekken,
en slechts 1H of 1.72 pCt. uit drie vertrekken.
In de woningen van n kamer leven
1782 bewoners, d.i. 39.64 pCt. der bevolking
van de onderzochte woningen en 666 be
woners in de n-kamerwoningen met alleen
'n waschhok.
Rekent men als voldoende, wanneer een
woning van l vertrek bewoond is door 2
personen; met een waschhok er bij door 3
personen; 2 vertrekken door 4 personen en
3 vertrekken door 6 personen, dan zijn er
van d-j 484 n-kamerwoningen 293 of (>()
pCt. onvoldoende, van de woningen met
waschhok 57 pCt. onvoldoende, van het
totaal 583 woningen of 5iïpCt. onvoldoende.
Deze treurige verhouding tusschen hoe
het naar redelijke wijze behoorde te zijn,
en hoe het is, vindt m;n bij elke conclusie,
naar elke maatstaf, terug. De luchtruimte
is beneden den minsten eisch dien men voor
de gezondheid stellen mag! Rekent men
15 M3 luchtruimte voldoende" per persoon,
dat zijn van de n-kamerwoningen 53 pCt.
onvoldoende, van de woningen met wasch
hok 57 pCt. Geconstateerd wordt, dat van
de n-kanierwoningen 19 pCt., van de twee
kamerwoningen 18 pCt. gewoonweg vlecht
wordt onderhouden. Van de n-kamer
woningen hebben 60 pCt. onvoldoende woon
ruimte. Bij 58 pCt. laat de verlichting te
wenschen over, omdat ze gelegen zijn in
sloppen.
#?
Dit zijn nu enkel de gemiddelde cijfers.
Dat wil zeggen en dat ligt voor de
hand dat in talrijke gevallen de toestand
onbeschrijflijk veel slechter is, dan dit ge
middelde doet vermoeden.
En om dat nader te doen gevoelen, om
de beteekenis van hare cijfers duidelijk te
maken, om te doen begrijpen hoe bitter
noodig hier voorziening geöischt wordt, heeft
de Commissie in haar Rapport eenige photo's
ingelascht, en er een aantal staaltjes van de
ernstigste bevindingen aan toegevoegd.
In een kamer van 60 M3, Valkenstraat 12,
wonen man, vrouw en 10 kinderen, waarvan
6 boven 10 jaar.
In een kamer, Sluisstraat 56, wonen 10
personen. Op den onbeschoten zolder slapen
3 jongens en 2 meisjes in 2 ledikanten die
niet afgescheiden zijn.
In een kamer en een keukentje aan
den Nijverheidssingel wonen 13 personen.
In een n-kamerwoning, Leuvenaarstraat
65 van 50 M3 inhoud, wonen man, vrouw
en 8 kinderen, waarvan 5 boven 10 jaar.
Bij gebrek aan privaat staat een emmer ...
Aan Dijkje l wonen in een vertrek van
50 M3 inhoud, 8 personen, waarvan 3 onder
10 jaar. 2 meisjes slapen op den grond.
In een vertrek, Fellenoordstraat 78, slapen
in een vertrek van 50 M3 inhoud, 10 per
sonen, 5 kinderen slapen op den grond.
* *
Dit zijn slechts een paar staaltjes van de
honderd-en-een gevallen die de commissie
mededeelt.
Treurig, treurig dat is de gedachte,
die men telkens krijgt bij het lezen van 't
rapport, 't welk een waardevolle bijdrage
is voor de kennis van de woningtoestanden
in Nederland, en niet zal nalaten in Breda
indruk te maken. S.
Biolop ml
Nog zie ik ze, die prachtige beuken op
ons Pekingplein, met hun sierlijke, niet door
snoeien bedorven vormen. Keuzen van kracht
en typen van onvergankelijkheid.
Een opmerkzaam toeschouwer echter zag,
dat de bladerentooi ieder jaar doorschijnender
werd. En eindelijk, de blaadjes konden nog
uit de knoppen komen, maar groeien deden
zvj niet meer. De uitwendig zoo sterke
boomen waren óp.
Deskundigen wezen aan, waarom een einde
gekomen was aan 't leven van die stoere
stammen, die de zware takken droegen alsof
't pauweveeren waren. Zij wezen ook aan,
wat had moeten gedaan worden, jaren te
voren, om 't kwaad in z'n begin, te stuiten.
De boomen zijn weg.
In 't lichaam, dat wij menschheid noemen,
zijn veel kwade plekken.
Eén daarvan is in den laatsten tijd het
voorwerp van bijzondere zorg, ook van
overheids-wege.
Deze zorg voor de patiënt schijnt mij echter
een verkeerde.
Een krachtig uitziende, maar inwendig
molmende, boom moge een tijdlang gered
kunnen worden door alle windvlagen verre
te houden, de vermolming gaat voort, de
boom gaat dood.
De door mij bedoelde kmade plek in 't
stoffelijk leven der menschheid is de zwakheid
in den strijd tegen de bactirién en enkele
andere lagere organismen, als gevolg van de
verzwakking der geheele stoffelijke energie,
Kijk eens om u heen. Vraag u eens af,
hoeveel menschen nog zonder medische hulp
kunnen leven. Overal ontmoet gij zieke longen,
harten, magen, ingewanden, tanden, keelen,
hersenen, spieren, zenuwen, oogleden, hoofd
huiden enz. enz. Normale menschen zyn uit
zondering geworden.
Met een dergelyk verzwakt stoffelijk sub
straat moet de menscheid de aanvallen
verduren van de bacteriën, de oorzaken van
bijna alle besmettelijke ziekten.
Bacteriën! Dat is'de noodkreet alom gehoord.
Daartegen ten strijde ! Er wordt gewerkt aan
de inrichting van een ontsmettingsdienst voor
geheel Nederland. Waar die venijnige celletjes
huizen, zal dus binnen enkele jaren de
desinfecteerende stoom haar doodende kracht
vertoonen en rustig gaan wij dan 't huis
binnen waarin pokken of cholera heerscht.
ledere van den patiënt losgekomen bacterie
ontmoet direct de moordende waterdamp eu
besmetting is niet meer mogelijk.
Helaas, talrijk zijn nog de gevallen, waarin
't niet mogelijk is aan te gev ;n, vanwaar de
besmetting is gekomen. En de vrees is ge
wettigd, dat dit wel zoo blijven zal.
Wat al raadgevingen, in de laatste jaren
gepubliceerd door velen, die 't goed meenen
met de volksgezondheid.
Twee oorzaken van besmetting hebben in
de laatste weken de gemoederen van Neder
land, maar vooral van Amsterdam, bewogen
n.l. gebruikte medieijnfieschjes en
broodbezorg ;rs.
Niemand der klagers heeft overgelegd een
staalje met bewijzen, dat door hun toedoen
besmetting is overgebra ;ht. Waar 't gevaar
zoo groot is, moest dat toch wel gemakkelijk
zijn.
De waarschuwing tegen de gebruikte
medicijnflesctjes is niet opgevolgd door een daad,
Die tegen de broodbezorgers wel.
Enkele bakkers zullen 't brood voortaan
verpakt afleveren of met een brood-tang. Hoe
't met 't pak-papier gesteld is, dat mi in de
gevaarlijke handen der bezorgers komt en van
daar in die van de huismoeders of dienstboden'.'
Is 't papier auto- desinfecteerend?
Er is gewaarschuwd tegen een gevaar. Of
't aanbevolen middel praktisch nut zal hebben ?
Ieder die weet, wat bacteriën zijn, en weet
hoe besmetting soms verkregen wordt, lacht
om die broodverpakking.
Aangenomen eens dat brood dikwijls het
voertuig voor gevaarlijke bacteriën is en dat
een bijzondere behandeling van brood en
rondbrengers noodig is, wat moet dan niet
bijzonder behandeld.
't Kopje en 't glas waaruit wij drinken, de
borden waarvan wij eten, de lepels en vorken
die wij gebruiken, zijn schoongemaakt. Door
wie ? Hoe ? Is alle kans op infectie buiten
gesloten door de methode van schoonmaken ?
Immers neen ! Noch in ons eigtn hm», noch
in hoteli. na/e's, etc. is die zekerheid ons deel.
Ieder, die weet wat infectie is zal de rol
lende-handdoek in de W. C. van hotels, cafés
etc. ongebruikt laten.
Als wij 's avonds onze couranten bezorgd
krijgen en denken aan den weg die zij hebben
moeten gaan, voor zij ons in handen komun,
dan is onze eerste begeerte ze te desinfecteeren
(wat, jammer genoeg, alleen stoffelijk kan.
Geestelijke desinfectie van de dagbladen schijnt
totaal onmogelijk.)
Is dus behalve schoonmaken ook desin
fectie van al ons eten en drinken en van
alles waarmede wij eten of waaruit AÜJ drin
ken noodig, er is nog iets meer te doen als
wij ons willen behoeden voor besmetting.
lüj de schelknop moet een fonteintje aan
gebracht met sublimaat, opdat ieder, die aan
belt, de handen kan reinigen en hoofd en
hoed. Want die coupes der spoor wagens zijn
voor ieder toegankelijk en je kunt nooit
weten....
Wie, die nadenkt, durft op straat iemand
een hand geven, die niet direct vooraf ge
wikkeld is in steriel gaas, uit een patentbus
met sterile tang gehaald ?
Och 't is zoo wanhopig gemakkelijk wal
ging en vrees op te wekken.
Wie spoken oproept, moet de macht heb
ben ze ook te verjagen. Anders begaat uien
een misdaad.
't Verpakken van 't brood verplaatst de
moeilijkheid, heft ze niet op.
En zoo is 't met alle bovengenoemde feiten.
Ontsmettingsovens in ieder huis en in iedere
straat wordt de eenvoudige eisch, als wij in
de tegenwoordig gevolgde richting willen
blijven gaan.
Om misverstand te voorkomen, wil ik er
op wijzen, dat reinheid wel de kans op besmet
ting vermindert, doordat 't aantal bacteriën
bij 't reinigen kleiner wordt. Maar 't gevaar
blijft. Op reinigen moet desiufectie volgen.
Al dat in 't licht stellen van de ge .-aren,
die ons belreigen, fchijnt prijzenswaardig.
Is echter de toekomst gediend met deze
richting, die in hoofdzaak gevolgd wordt door
de gezondheid-commissies, 't hygiënisch con
gres en de wetgevende Macht?
Neen. De kracht tot strijden komt niet
door stilzitten.
Ons gevoel eischt zindelijkheid, netheid;
ons lichaam kracht, schadelijke invloeden te
overmeesteren.
Een glimmend ontleedmes kan etterende
wonden veroorzaken.
Noch 't aseptisch schoonmaken van ge
bruikte medicijnfleschjes, noch 't desinfec
teeren van brood, broodbezorgera enz. enz.
zal de menschheid redden.
Hoe noodig tegenwoordig het onschadelijk
inaken der bacteriën moge zijn, als het aan
gevallen object, in casu ons lichaam, niet
teruggebracht wordt tot zijn oorspronkelijke
sterkte op stoffelijk gebied, dan is alle str^d
op den duur nutteloos.
Het maatschappeu'jk leven wordt allengs
afmattender, waardoor 't stoffelijk leven ver
zwakt, 't Verband tusschen een gezonde ziel
en een gezond lichaam is wel zeer ver te
zoeken, maar zonder een stoffelijk gezond
lichaam heeft de menschheid ten slotte ook
geen ziel meer over.
Noodig is een strijd tegen de verzwakking,
opdat niet waarheid worde wat ik eens be
weerde, n.l. dat de beschaving wordt het graf
der menschheid.
Nu nog staan aan 't hoofd der hygiënisten
de bacteriologen. Dat moet niet.
Aan de spits der slrijders voor de belan
gen der menschheid, oo'c in de toekumut, moe
ten staan biologen, zij, die 't stoffelijke leven
kennen, inzicht hebben in de oorzaken van
't feit, dat alles wat in cultmirstaat leeft, ver
zwakt door die cultuur.
De bacteriologie moet haar eereplaats af
staan aan de biologie.
't Is hoog tijd.
Baar n, 2. o. 1900. BIEKHAALDKK.
Invloed van verhoogde en verminderde
luchtdruk op het mtnschelüke lichaam.
Welk een belangrijken invloed de ver
hoogde luchtdruk op een uieusch uitoefent,
is in den laatsten tijd vooral aan het licht
gekomen door de ziekten, die bij werklieden
kunnen ontstaan, die bij het maken van
pneumatische ftmdeeringen in zoogenaamde
caissons onder verhoogden luchtdruk werken.
De stoornissen, die hierbij kunnen ontstaan,
zijn onder den naam caisson-ziekten meet
bekend geworden. Het is hier niet de plaats,
hierover meer in bijzonderheden te treden,
alleen zij vermeld, dat voor de menscheu
die in caissons werken, groote voorzichtigheid
noodzakelijk is, wanneer zij uit de caissons
weer in de gewone lucht moeten terugkeeren,
en dit slechts zeer geleidelijk en met groote
voorzichtigheid moet geschieden. Wordt dit
niet betracht, dan kunnen hoogst onaan
gename, ja zelfs doodelijke gevolgen ontstaan.
De zaak is door den Minister blijkbaar ge
wichtig geacht, daar door hem bij de Tweede
Kamer een wetsontwerp is ingediend, waarbij
verschillende maatregelen tot beveiliging van
personen, die onder verhoogden luchtdruk
werken, worden voorgesteld.
Een ander voorbeeld van de inwerking
der lucht is de stofwisseling van den mensch
in het hooggebergte, dus onder verminderden
luchtdruk, omdat de lucht aldaar dunner,
ijler is. De Duitsche hooglceraar Hueppe
zegt hierover het volgende : In het hoog
gebergte kan de spierarbeid, en het door de
verdunning der lucht ontstaande te kort aan
zuurstof tot bergziekte aanleiding geven. Deze
aandoening bestaat in een bij het bestijgen
van bergen optredende eigenaardige vorm van
vermoeidheid, zooals het roeien is voor de
ademhalingsorganen, en het wielrijden voor
het hart. Men moet dan ook bij het berg
beklimmen te groote inspanning vermijden,
en is dan zelfs in hygiënisch opzicht eenig
voordeel te behalen.
De werking van verdunde lucht en de
daarmede gepaard gaande
zuurstofvermindering oefenen een meer of minder sterke in
vloed \üt op ademhaling en hartwerking.
Tot aan een barometerstaud van 100 milli
meter kwik, gelijkstaande met 5000 meter
hoogte, is een volkomen verzadiging van de
bloedkleurstof met zuurstof mogelijk, en doet
dus een nog grootere hoogte gebrek aan
zuurstof ontstaan. Voorts dient er rekening
mede te morden gehouden, dat bij het
bergklimmen negenmaal meer inspanning noodig
is, dan bij het alleggen van een gelijken
afstand op den vlakken weg, waarbij echter
rekening moet worden gehouden met een
meer of mindere geoefendheid in het
bergklirnmen. De geoefende toch behoeft zich
minder in te spannen, en heeft deze geringere
inspanning iuvloed op de hartwerking en de
ademhaling. Bergklimniers hebben voorts
behoefte aan krachtig voedsel, en vooral aan
eiwitstoffen, waarbij vleesch in de eerste plaats
in aanmerking komt. Het gebruiken van
een groote hoeveelheid vloeistoffen moet ver
meden, en dat van alcohol ten sterkste af
geraden worden.
Wat de samenstelling van het bloed ge
durende een eenigzius verlengd verblijf in
het hooggebergte betreft, komt prof. Bürker
te iïbingen op grond zijner onderzoekingen
tot de gevolgtrekking, dat dit daardoor in
z'n geheel verauddringen ondergaat.
A in s t., Maart '1)5. Dr. v. i>. P.
NIEUWE UITGAVEN.
M. RKKPMAKEI:, Ketilinu' (?"«/-, Roman du
temps du Christ. l'aris, l'. V. Stock.
C. M. ROÜKUT, PlirwsLoloiji, fi-nncaise. Gronin
gen, J. B. Wolters.
Gesclik'iletiif* der L<Uijiu<-lt<' .SV/iOo/ d: Alkmaar,
door dr. H. E. VAN < IEI.DICR, Ie gedeelte : De
groote school in 1572. Alkmaar, N. V. Boek
en Handelsdrukkerij v h. Herm. Coster <t Zn.
Antieke en moderne vijfkamp".
Lichaamsoefeningen in de open lucht voor scholen, gym
nastiek- en sportvereenigingen en volksfees
ten, door P. J.SCHUIL. Amsterdam, A.Versluys.
..Nederlandsch-Indische Kunstkring" te
Batavia. Jaarrerslay over het derde
vereenigingsjaar i Sept. l'.ill'J?:U Aug. l!Mi4. Batavia,
G. Kolt!' & Co.
Inhoud van Tijdschriften.
Het Ilws, Oud en Nieuw: Versierde bor
den, dr. W. Vogelsang. Een vruchtbaar
motief, Jan Kalf. Toelichting bij de pla
ten. Boekbespreking.
Pro en Contra. No. 2: Besmettelijkheid
van tuberculose, Pro, dr. M. W. Pijnappel,
Zwolle. Contra, dr. A. S Fokker, Groningen.
Eigen Haard. No. 11: Een Toevlucht, door
M. RedeléDe Negri. XI. Het Nieskruid,
door J. K. B, met af b. Dinéetje, door
BéS. Het Sanatorium voor Zenuwlijders
Rhijngeest" te Oegstgeest nabij Leiden, door
dr. J. C. Th. Scheffer, met af b. naar foto's
van den heer H. Jonker te Leiden, L Het
militaire Tehuis te Haarlem en J. London,
de bouwheer, iner portr. en af b. Simon,
door J. S., met afb., naar pene teekening
van Ger. van Vliet Verscheidenheid. ?
Feuilleton.
DAME^.
(Motte Mm Gilman ora het
flnishoodproliliifE
Ik had Maandagmiddag het genoegen de
eerste der zes voordrachten bij te wonen, die
de begaafde Amerikaansche schrijfster mevr.
Charlotte Perkins Gilman, beter onder haar
vroegeren naam als mrs. Charlotte Perkins
Stetson bekend, gedu-ende veertien dagen
alhier in het Women's Institute" 92
Victoria-street zal honden. Voor de meeste leze
ressen van dit weekblad is zij geen onbekende
rne?r na het artikel van juffrouw Naber,
en haar optreden in Amsterdam. Haar
belangrijke boeken over verschillende vraag
stukken der vrouwen emancipatie, vonden
vrij zeker ook in ons land een wijden kring
van lezeressen. Eu welke uiteenloopende
meeningen de?e zich ook vormden over de
denkbeelden door haar in Women and
Koonomics", Is this our World V"
Concerning Children", The Home" en Human
Work" ontwikkeld, allen zullen het er over
eens zijn, dat de internationale vrouwenbe
weging in haar een ongemeene kracht en
eene talentrijie mekewerk^er bezit. Zij is on
getwijfeld na miss Susan B. Anthony. de be
langrijkste figuur der vrouwenbeweging van
Amerika, het land, waarvan de bejaarde miss
Anthony niet lang geleden schreef, dat de
vrouwen er vrijer zijn dan in eenigen
monarchalen staat onder de zon."
In hare persoonlijkheid en hare manieren,
is mr?. Gilman even sympathatiek als in
hare ideeën. Zooals zij daar op het podium
voor u staat, zeer eenvoudig gekleed en ge
kapt, het middelmatig slauke en tenaere
lichaam rechtop, de handen op den rug of
gesticuleerend vooruit, de mooie donkere
oogen schitterend van ferm beheerschte
geestdrift, de vriendelijke gelaatstrekken nu
en dan gevormd tot een spotlachje, den fijnen
mond soms een licht maar doeltreffend sar
casme uitend, dat al het leed en de grieven
uitdrukt in den loop van vele eeuwen en
nog immer door haar geslacht ondergaan,
omdat het door de sterken" te zwak"
wordt beschouwd om alle rechten en plichten
van staat en maatschappij gelijkelijk met het
andere geslacht te deelen, zonder een enkele
aanteekeninj» sprekend met een overtuigenden
woorilenvloed en woordenkeur, maakt zij
op u den indruk van een mensch. vol leven
en gedachten, met een onafhankelijken
diepdenkenden geest, bezield door een heiligen
ernst, bedeeld met een muurvaste overtuiging
en een vasten wil.
Ten gevolge van het zeer ongunstige weer,
bestond haar gehoor Maandagmiddag slechts
uit ongeveer veertig dames en twee'heeren.
De door mrs. Gilman te behandelen onder
werpen zijn : The end of the Servant
Question ', Woman and Beauty", The Waste of
Housekeeping", Sjhould Women Work ?"
The Mistakes of Mothers" en Woman's
Place in Civilisation". De 'toegangsprijs voor
een voordracht is J' 2.4(1, voor alle s-.es f 12.
Haar eerste voordracht was meer een histo
rische beschouwing van den algemeenen
en den huishoudelijke)! arbeid. Zij begon met
uiteen te zetten, hoe in den loop der be
schaving de eerste zich ontwikkelde van
persoonlijken tot maatschappelijken arbeid.
Aanvankelijk arbeidde ieder mensch enkel
voor zijn eigen onderhoud, daarna voor een
van lieverlede zich uitbreidenden familiekring,
toen voor het onderhoud van een stam, tot
dat thans de algemeene arbeid een universeel
karakter heeft gekregen. Zoo werd deze arbeid
vermaatschappelijkt. Wij spreken dan ook
van maatschappelijken arbeid''. Maar deze
term omvat merkwaardigerwijze niet den
huishoudelijken arbeid. De arbeider rees van
slavenarbeid tot feudalen arbeid en tot loon
arbeid, terwijl hij thans in den overgang tot
een hoogere en vrije ontwikkelingsperiode
leeft. Alleen de huisarbeid verkeert nog in
de feudale periode, enkel dienende vooreen
klein groepje en geen loonwaarde hebbende.
De behandeling van het huispersoneel is
daarmede in overeenstemming, de geest van
het feudalisme toeft nog in het gezin. Zoo
zullen wij onze dienstboden en dienstknechten
prijzen, als zij ons bijzonder trouw en onder
danig dienen. Een dergelijke trouw en
onder| danigheid verwachten wij niet van een werk
man die ons huis schildert ; als hij het door
hem aangenomen werk prompt uitvoert,
krijgt hij zijn vooraf bedongen loon en daar
mede basta. Doch wij verwachten meer van
ons huispersoneel. Endit wordt nog beheerscht
i door denzelfden geest van afhankelijkheid,
die het kenmerk der lijfeigenschap was.
j He oorzaak daarvan is, dat het huishou
delijk werk nog niet als maatfchappelijken
arbeid wordt beschouwd ; en het wordt niet
i als zoodanig beschouwd, omdat het enkel een
klein groepje dient. De positie der huisvrouw
is daarmede iu overeenstemming; zij dient
enkel den man en het gezin, terwijl de man
de maatschappij dient. Wij zeggen nog immer,
dat huishouden de bestemming" der vrouw
is, zooals het werken voor een feudalen heer
vroeger de bestemming van een lijfeigene
werd gedacht, en het vermaken van een vorst
of een adellijken heer de bestemming van
een dichter, ..Bestemming?" riep mrs. Gilman
met verheffing van stem uit. Het is natuur
lijk, dat de moeder haar kind dient ; iedere
gezonde vrouw zal onder rechtvaardige om
standigheden dezen plicht van het moeder
schap op zich behooren te nemen. Maar het
is niet natuurlijk, dat de vrouw den man
dient; dat vindt men nergens in de dieren
wereld, wel het omgekeerde."
Daarop ging zij na, hoe verkwistend onze
tegenwoordige manier van huishouden is.
Ook voor den arbeid der huisvrouw gelden
de economische wetten, zeide zij. En deze
bewijzen, dat alle arbeid in het klein ver
richt duurder is dan verricht in het groot.
Zij had uitgerekend, dat door den privaten
huisarbeid, het koken, wasschen, reinigen,
verstellen etc., 47 pCt. van de arbeids
kracht der wereld wordt vermorst en
dat het meeste huiswerk twee-derden
goedkooper zou kunnen worden verricht. In
alle industrieën tracht men de arbeidskracht
zoo productief mogelijk te maken, alleen op
het huiswerk wordt deze economische regel
niet toegepast: de verkwisting van der vrou
wen arbeidskracht schijnt geen. zaak van
belang. De vrouwen zelf hebben geen tijd
tot denken, hoe op het huisweik te bezuinigen
(en die tijd hebben, gevoelen daartoe geen
neiging, v. d. V.). Doch de maatschappelijke
evolutie komt ze te hulp. Veel werk dat
voorheen in het gezin werd verricht, wordt
thans fabriekmatig uitgevoerd: het weven,
het broodbakken, het wasschen en het in
maken van groenten en vruchten, terwijl de
tapijten reeds macainaal door speciale werk
lieden kunnen worden gereinigd. Al deze
dingen wijzen er op, dat ook de maaltijden
in de naaste toekomst niet meer in de huis
houding zullen worden klaar gemaakt, dat
de private keukens zullen verdwijnen, en dat
het eten op wetenschappelijke wijze door
kundige personen in hygiënisch ingerichte
groote keukens zal worden toebereid en op
d-e een of andere wijze bij de huizen rond
gebracht. Het huishoudelijk werk zal voort
durend verminderen, daardoor zullen wij ont
slagen worden van de verouderde instelling
van h uispersoneel dat ons bedient als waren
wij kinderen, en dat zal de oplossing van
het dienstbodenvraagstuk wezen.
Als een stap in die richting, gaf mrs. Gil
man in overweging, dat overal een zeker
aantal families, 20 of zoo, overeenkomen om
het huiswerk door geoefende personen te
laten verrichten: aan de twintig woningen
zou verbonden moeten worden n keuken,
n wasscherij en n nursery voor de
verzorging van kleine kinderen. Al het
andere huiswerk zou verdeeld en, evenals
in de industrie, door speciale en geoefende
personen verricht moeten worden Dit schema
wenschte zij niet als coöperatief, maar zuiver
industrieel, opgevat. De arbeid dier personen
zou daardoor maatschappelijk worden en in
achting en waarde stijgen.
Ken dergelijke gemeenschappelijke verzor
ging der zuigelingen, vond bij de meeste
aanwezige dames geen instemming. Enkelen
wezen in het debat er op, dat de crèche»
bewijzen, ilat zij nadeelig voor der kinderen
gezondheid is. Terwijl weer anderen ver
klaarden, dat iedere moeder er te veel op
gesteld is haar kleinen zelf groot te brengen.
Mrs. Gilman antwoordde op deze bedenkin
gen, dat de crèches thans uitsluitend dieren
voor kinderen van armen en dus niet ver
geleken kunnen worden met inrichtingen,
waarin gezonde en krachtige kinderen wor
den verpleegd; dat de gemeenschappelijke
verzorging van kleine kinderen in de stich
ting van Golin te Guise, voor het systeem
pleit; dat de moeders volgens haar idee, haar
eigen kinderen zouden voeden en voor twee
derden van den dag bij zich zouden hebben; dat
er even veel reden is om de kleine kinderen
door speciaal daarvoorlopgeleide en geschikte
personen te laten verzorgen, als voor de
opvoeding der ouderen in gemeenschap met
anderen door speciale onderwijzers; en dat
de opvoeding van kleine zoowel als groote
kinderen een studie vereischt, waartoe wei
nige moeders tijd hebben en een natuurlij
ken aanleg, dien lang niet allen bezitten.
Deze ideeën zullen wellicht ook bij de leze
ressen van dit weekblad geen onverdeelde
instemming vinden. Maar ik veronderstel,
dat allen zullen instemmen met de mooie
en geestdriftige peroratie waarmede mrs. Gil
man haar eerste voordracht besloot: Twee
40 «nti per regtl.
MnwiimimiHiiiiitmiiuiittitiiMitmimiuiittiit
TRADBMARK
MARTELL'S COGNAC,
Dit beroemde merk is
verkrflgpbaar bij alle Wijnkandelaars em
bg de vertegenwoordigers
KOOPMANS «fc BRUINIER,
Wjjnhandelaars te Amsterdam.
Prijzen TUD af ? 2,50 per Ftei
Zeker en pijnloos werkt het sedert 30 jaren
erkende jHÉ" _Echte Radlauer'sche
Eksteroogenmiddel. "^^S 60 pfennig p. flac. Slechta
echt met de firma: KROXEN APOTHEKE,
Berlijn. Depot iu de meeste Apoth. en Drogisten.
ECHT VICTORIAWATER.
Oberlahnstein.
Fournisseurs de la Cour.
ChocolatVEEN
CHOCOLAT LE PLUS D
LICIEÜX POUR CROQUER.
Usines a Sneek (Hollande).