Historisch Archief 1877-1940
No. 1456
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
SPAARZAAM
en toch goed koken, dat kan ledere zuinige huisvrouw
met MAGGI'8 AROMA om te kruiden want
kleine hoeveelheid van dit alom gerenommeerde en bekroonde produkt?voor het opdienen bijgevoegd?is voldoende
om aan groenten,vleezen,sauzen,soepen,zwakken bouillon enz.dadelijk een verrassend krachtigen en aangenamen smaak te geven.
Te verkrijgen bjj kruideniers en comestibleshandelaars In flacons van f O.3O tot /
MAGGI's onderscheidingen: 5 groote Prijzen, 30 Gouden Medailles, 6 Eere-Diploma's, 7 Eere-Prijzen, zesmaal buiten mededinging, o.a. 1899 en 1900 Wereldtentoor stelling Parijs.
Waar niet verkrijgbaar wende men zich tot het Generaal-Agentuur voor Nederland en Koloniën PAUL HORN, Amsterdam.
IIIIMIIIIIIIIIIMIillllllllllllMlllllllllllllllllllllllllltlllllMIIIMIIIIIMIIIIMMII
llllllllllllllllMIlMIIIIUltllllllllHIIIIIIIIIIIMIIIIIIlllllllMIIIIIIIIMtlMIMIIIUIIIEIIIMIIIIMIIMIIIIIIIIIIl
rusten na weken van inspannenden arbeid ?
Is het omdat zij haar geest jong gehouden
heeft? Omdat zij haar lichaam niet de
gewone gemakzucht^ het comfort en de
eigenaardigheden, die bij den ouden-dag
heeten te hooren, heeft gegund?
In ieder geval na haar vier dagen van
rust te hebben gewijd aan Frans Hals en
de tulpen, ging zij haar Hollandsche vrien
den opzoeken en vervolgde haar bezig leven.
In een ding is Haarlem te kort geschoten!
Het orgel, het beroemde orgel, had nu juist
niet onklaar moeten zijn! Ellen Key had er
zich op verheugd dit te hooren.
Sie haben die Musik wohl sehrgerne?"
Leidenschaftich gerne. Die Musik kann
so wunderfein ausdrücken, einem so herrlich
hinauf helfen'...."
Zelf is Ellen Key geen musicienne.
Zooals het dikwijls gaat, had zij in haar
kinderjaren weinig trek in de vervelende
techniek. Later voelde zij dat ze haar kracht
niet mocht versnipperen.
Dit bracht ons op haar werk.
Ik vertelde haar, dat ik begonnen was
de Eeuw van het kind" te geven als
luiermands-eadeau in gezelschap van 't
traditioneele boezelaartje.
En weer glom haar aangename, gulle
lach om haar mond, haar oogen, terwijl ze
mij dankte, maar er meende te moeten bij
voegen dat de Eeuw van het kind" haar
zwaarste boek was.
Engelsche en Fransche vertalingen van
haar werken zijn onder handen. De overigens
van bekwame hand stammende Hollandsche
vertaling is weer uit het Duitsch vertaald.
Sie sind aber hart gewezen fur die
Elisabeth Neményi! Sie ist ein noch sehr
junges Madchen, das aus grosser; Sympathie
für mich das Buchlein geschrieben hat!"
"Waarop ik bescheidenlijk, zooals 't past
aan een klein Hollandsch kikkertje tegen een
machtigen Zweedschen eland, opmerkte, dat
ik het waarlijk geen werk vond voor een
heel-jong-meisje om haar en haar boeken
te beschrijven. En dat het jammer was, dat
waar Elisabeth Neményi schreef uit sym
pathie, zij juist zoo weinig sympathie voor
haar onderwerp wist op te wekken.
Ja das kann man ja selbst nicht so
fühlen; das berührt einen selbst ja ganz
anders."
"Waarop zij mij, om het weer goed te
maken, mededeelde, dat zij haar eerste
Buchstabier?Versuchen im Hollandischen"
gemaakt had op dai zelfde critiekje in de
Groene".
Even, heel even werd daarna ons gesprek
ernstig. Ik ben er zelfs zoo zeer van over
tuigd dat literair musicaal politiek
enfin ieder openbaar succes der vrouw
iets neemt van haar echt Geluk, dat,
waar eenvoudig Geluk is, met een groote G,
geen artistiek producëeren, geen
prinzipienreiterei, geen openbaar leven, ja zelfs
weinig philosophie kan bestaan; ik moet
het altijd weer lezen (hooren ga ik het
nooit!) hoe in ons strevend Nederland de
vrouw wordt aangespoord, haar zusteren
wakker te schudden, te spreken, en speechen,
te trommelen en schrijven; hoe dit alles
heet te leiden tot betere positie, cfus tot
meer geluk... dat ik dolgraag wilde weten
hoe over deze zaak dacht een vrouw, die
zich een zeer aparte en onbevooroordeelde
plaats verwierf tusschen les hitellectuels".
(D.i. de echte niet de aangestelde).
Haar altijd levendig, breed gebaar, werd
bijna tragisch toen ze mij zeide, al het
suc.ces, dat een zich aan de openbare zaak
wijdende vrouw kan te beurt vallen, van
haar werk en streven te hebben onder
vonden ....
Und wenn man es mir knieend bot auf
HIIIIIIIHIIIIIIIIIII IIIIIIIHIIIIIIIIIIIIUIIIIHIIIItm
UIT DB NATUUR
CVHI. Bloemen, die op dieren lijken.
Het is heel moeilijk, de beteekenis vast te
stellen van de velerlei kleuren en vormen,
die het planten- of dierenlichaam ons te
zien geeft. Soms is er nauwelijks een gissing
mogelijk, het l^jkt ons dan toe, of het voor
het leven van de plant of het dier van geen
belang is. dat het zoo en niet anders gekleurd
of gevormd is. Totdat een toevallige ontdek
king of een scherp waarnemer ons de oogen
opent.
Met enkele planten is het een heel ander
geval; de bloemen daarvan zijn zoo bijzonder
gevormd, dat bij ieder die ze ziet, ook de
vraag opkomt, waartoe zou zulk een vreemde
vorm nu goed zijn ?
Het sterkste voorbeeld hiervan leveren
enkele orchideeën, waarvan de bloemen be
drieglijk lijken op vliegen, muggen, bijen of
spinnen. Een paar soorten hiervan komen
ook nog in ons land voor, ofschoon zeer
zeldzaam. Er zijn wel menschen die, voorin
genomen tegen elke onderstelling van doel
matige nabootsing in de natuur, beweren er
volstrekt geen vlieg, bij of spin in te zien;
maar daar tegenover staat het feit dat elk
kind, elke boer, wie ge zoo'n bloem voor 't eerst
laat zien, met verbazing uitroept: 't Is net een
vlieg of een spin l" of, wat nog sterker is de
bloem inderdaad voor een ineect houdt. Dat
is mijzelf ook overkomen, toen ik ze voor
't eerst in 't wild aantrof.
Van een plaatje kan nog beweerd worden
dat het op het efi'ect geteekend is en dat de
teekenaar willekeurig of onwillekeurig in de
bloem het dier heeft nagebootst; maar men
moet de bloemen zelf op hun natuurlijke
groeiplaats in 't halfduister van een bosch
zien staan; dan komt er geen twijfel op aan
de gelijkenis.
Met het aannemen van die nabootsing van
een dier door een bloem is evenwel nog niets
verklaard omtrent de beteekenis van die
bijzonderheid, 't Is toch niet aan te nemen,
dat bepaalde insecten een voorkeur zouden
hebben voor bloemen, die, op een afstand
gezien, in meerdere of mindere mate hun
evenbeeld zijn. Wat kan het een vlieg schelen
of deze of die bloem zelf op een vlieg lijkt?
Als de bloem riekt naar iets of een tint
vergoldene Schüssel, die ruhmreiche
Bekanntheit, und auf der andere Seite einfaches
vergessenes Glück, Frau und Mutter sein. da
würde ich die goldene Leerkeit schleudern
von mir
"Wij keken elkaar lang aan; we begrepen
elkaar.
Sie haben Recht, mein Kind", zei ze even
later, eenvoudig-vriendelijk. En ze vertelde
mij hoe er n heerlijke zijde was verbon
den aan het zijn van beroemde-vrouw.
Uberall lernt man die besten, feinsten Men
schen kennen, berall findet man
Freundschaft; die sympathischen Seelen kommen
zu einem ...."
En zij liet mij een pas ontvangen brief
zien van een jong paar, dat niet wettig had
kunnen huwen, omdat ze voelden zich niet
te mogen onderwerpen aan de naar hun
oordeel vernederende huwelijkswetten van
hun land. Zij vroegen den zegen op hun
verband aan de Grootmeesteres der Ideale
Liefde.
Sie wissen das dies mein Ideal ist". Ik
knikte, voelende glibberig terrein. En me
zelf erg ouderwetsch (ce qui est bien
embêtant) met mijn overtuigd geloof in het
voorloopig zeer gedecideerd noodwendige
van den plechtigen ja-knik op het stadhuis.
Ellen Key is op dit punt niet zoo revolu
tionair als ze soms wordt afgeschilderd.
Wel is het haar ideaal, dat eenmaal een
moreele band voldoend zal blijken om man
en vrouw in heilige trouw te binden, maar
voorloopig is zij niet tegen het officieele
huwelijk. Obwohl die Gesetze ja fters
schrecklich sind für die Frau...
Voorloopig zou zij gaarne het scheidings
proces zien vereenvoudigd. Het samenleven
van 'n man en 'n vrouw, bij wie de liefde
dood, en kibbelpartijen regel is, vindt zij
een gruwel. Fijngevoelige menschen doen
dat ook nu niet, maar zij wenscht dat dit
den groveren naturen onmogelijk gemaakt
wordt.
Een van de redenen, waarom zij de offi
cieel afgelegde belofte van eeren-liefhebben
en gehoorzamen voor de vrouw afkeurt,
is dat dit een tegenbelofte van liefde en
eerbied met zich brengt... und die Krau
denkt sich die Liebe von hrem Mann zu
erhalten init der Heiratsacte in der einen
und dein Koehbuch in der anderen Hand" ...
Wieviele Fraucn machen nichts mehr
daraus, ihr Mann zu fesseln, wenn sie einmal
Verheiratet sind. All die kleine Charmes,
die kleine Beweisen van Coquetterie, von
freundliches Eindenken, von Sympathie und
Freundschaft sind gut für den Brautigam,
aber wenn der Brautigam Ehemann ist da
gibt es Kinder, Küche, Kleider!"
Sie haben also auch Mitlleid mit dem
modernen Mann?"
Der moderne Mann ist ein naïves, highly
strung Wesen, das verhiitschelt sein wird,
und dem man es nicht bel sou nemen
wenn er nicht mehr die Fee von f'rüher in die
Frau sieht, die ins Egoïstische und Banale
untergeht
Ich habe es einmal geschrieben: es ist
schade dass die guten Frauen zu gut sind;
von den lletaren sollen sie es lemen den
Mann zu fesseln.. .."
Wat mij gelegenheid gaf Ellen Key te
vragen of zij ijdelheid en coquetterie goed
of afkeurde. Ik vroeg haar of haar ideaal
vrouwen in den ideaalstaat den tijd aan
de toilettafel besteed, niet weggeworpen
zouden vinden.
Doch nicht", zeide deze moderne vrouw,
die philosophisch kan denken, zonder in het
philosophische en abstracte zich te verliezen
met de daarbij behoorende diepe verachting
voor alle ijdelheden, alle niet-ideële ijdel
heden.
HIUIIIIIIIIIIiniHIIIIMIIIHIIMIIIHIII
toont van iets, dat eenige begeerlijkheid voor
een vlieg heeft, dan komen ze er wel op los,
anders niet.
Ja, is er wel gezegd, maar als een vlieg
een ander op een bloein ziet zitten (in casu
een schijnvlieg), dan meent het beest dat op
zulke bloemen wat te halen is, en strijkt ook
neer. Zoodoende wordt de bestuiving bevor
derd, waarom het in 't bloemenleven toch
maar altijd te doen is.
Bij nader inzien evenwel, blijkt dit laatste
geen stetk te houden. Stel, een vlieg, door
afgunst of broodnijd gedreven, daalt in de
nabijheid van de plant neer; 't beest vindt
dan immers alle bloemen door vliegen bezet.
Als hij de eerste voor een vlieg heeft aan
gezien, zal hij 't de andere toch ook wel doen.
Tenzij, en dat is ook weer wat kras voor zoo'n
domme vlieg, tenzij hij dichterbij gekomen
zijn vergissing bemerkt, en meteen door
enkele andere aanwijzingen bespeurt, dat er
in de bloem toch wat te halen valt.
En als 't laatste waar mocht kunnen zijn,
hoe is 't dan met de orchideeën-bloem hierbij,
die ik naar de natuur geteekend heb en
waarcp een groote spin schijnt te zitten. Daar
zal een vlieg of bij toch wel vandaan blijven !
Het eenige wat aanduidingen kan geven,
die tot de waarheid of tot een aannemelijke
verklaring kunnen leiden, is het onderzoek
op een natuurlijke groeiplaats, en dat is nu
onlangs gebeurd door iemand die veel van
die mooie en interessante orchideetjes bij
zich in de buurt had groeien.
Dr. Detto heeft in de 2e afl. van Flora van
dit jaar beschreven, hoe hij te werk is gegaan
om deze wilde aard-orchideetjes hun geheimen
te ontfutselen.
Eenige jaren lang heeft hij genoteerd, wie
er al zoo op bezoek kwamen bij de verschillende
soorten van op vliegen, bijen of spinnen
gelijkende orchideeën. Het waren enkele
kleine bijtjes, maar niet vaak ; vliegen kwamen
iets drukker ; maar wat heel vreemd schijnt,
nooit kwamen de echte bloembestuivers,
bijen of hommels, op bezoek. Toch stonden
de vliegen- en spinnen-orchideeën midden
tusschen andere druk bevlogen bloemen ; de
bijen en hommels vlogen soms voor een zoo'n
orchideeënbloem langs, talmden even, alsof
ze zich bedachten, en wenden zich af, om
een viooltje of een andere bloem te gaan
bestuiven.
Nu is 't een bekend verschijnsel, dat bijen
Doch nicht, eine Frau soll coquet sein,
viel mehr als ein Madchen. Durch die
kleine Ooquetterieën, die geistvolle nuance
van Charme, soll sie ihr Mann immer wie
der fesseln. Coquet heisst hier coquet für
ihren eigenen Mann, nicht für anderen!"
Ellen Key vertelde mij nog dat zij zelf in
haar jeugd moeite had om een voldoende
hoeveelheid ijdelheid te voorschijn te roepen.
Zij vond het juiste kiezen en dragen van
kleeren moeilijk. Ouder wordende, raakte
zij er steeds meer van doordrongen, dat
het een plicht is tegenover onze
medemenschen ons zoo aangenaam en aantrekkelijk
mogelijk te maken, uiterlijk evenzeer als
innerlijk.
Het reformkleed had zij dankbaar ont
vangen. Es ist so schön weil es die Kleidung
individuell werden lasst; da kan mann ein
Kleid haben dass jahrelang hübsch und
kleidsam bleibt, und niemals unmodern
weil es auszerhalb der Mode steht."
Zij zeide het eenvoudig, maar daar was
de groote charme van de coquetterie, die
een menschenleven bijbleef, in het wit
neteldoeksche fichu tegen haar frissche wangen
en grijs haar!
Mijne geachte dames van boven de zestig :
Probeert 't eens een luchtig wit-fichu te
plooien om uw schouders! Probeert het eens
zonder belachelijk te zijn, indien gij niet
lichaam en geest frisch hield door uw
interesse in alles wat jong is, wat frisch is
en menschelijk!
Ellen Key geeft een mooi voorbeeld van
de natuurlijke, verstandige,
menschenfreundliche ijdelheid, die zij iedere vrouw
toe wenscht: zij is noch jong, noch mooi,
noch chic, en toch gaat er een groote, een
zeer groote charme uit van haar heele
persoon.
Van de ijdelheid op Isidora Duncan il
n'y a qu' un pas. Tot haar spijt had Ellen
Key deze modern-klassieke danseres niet
zelf gezien; zij is echter in haar kunst zeer
geinteresseerd, omdat zij de danskunst, echt
opgevat, een grooten factor vindt van de
beste physieke opvoeding.
Ellen Key was onrustig geworden. Ze
moest in Rijswijk dineeren, en was bang
te laat aan den trein te komen. Sa zich
vlug en vaardig te hebben aangekleed
waar ik helpen wou was ik te laat, en 'k
ben heusch niet langzaam vroeg zij mij
mee te gaan, daar mijn weg naar 't
station tevens de hare was.
Ik babbelde zoo druk, en ik had zooveel
moeite, haar vlug gesproken Uuitsch bij te
houden onder de herrie op straat, dat ik
onbewust den toon aangaf met wat mijn
vrienden noemen: vlug kort tippeltje. Dus
heelemaal geen pace om een dame d'un
certaina age te begeleiden! Ik maakte
ekeuses. Overbodig. Mijne gezellin liep
altijd zoo hard ! We waren dan ook veel
te vroeg op het Plein ! Ik sloeg 'n
plombière bij Sprecher voor. Ellen Key staat
hoog genoeg om zich niet boven zulk eene
vrouwelijke zwakheid verheven te voelen!
Onder de plombière presenteerde zij mij
een blaadje papier poudré. 't Was warm,
er woei een zand en stofwind. Met zicht
baar behagen liet het jonge-oudje 't zachte
vloei langs haar wangen streelen. Ik moest
zien, of zij niet te wit was geworden!
Früher fand man das unanstandig" zei
ze glimlachend!
Een trekje dat ik u ter overdenking geef,
mijne zeer geachte dame, die va« de hoogte
uwer eindexamens H. B. 8., uwer
boekaanstellerij of intellectueel-geposeer, neer
ziet op de ijdelheden dezer wereld.
Het scheiden kwam na. Ist die olie Frau
Ihre weite Reise wert gewesen ?" vroeg zij
ondeugend.
liiliimiiimiMimuimiiiHiimiiMiiiiiiiniimimiiiiiiiiiiiiiMlllliliiiiilHiMt
en hommels, eenmaal met een
bepaalde bloemsoort bezig,
zich daar in den regel, althans
voor eenige minuten toe be
palen, en niet overgaan op
andere soorten, tenminste als
er groote voorraad van gelijke
soorten dicht bij een bloeien.
De mogelijkheid bestaat dus,
dat de orchideeën welke op
dieren lijken, alleen daarom
bijenbezoek ontberen; er was
te veel concurentie en de bloe
men, die 't minst in getal zijn,
hebben ook de minst gunstige
kansen. Maar een natuuron
derzoeker blijft bij zoo'n twijfel
niet stilzitten. Detto onder
stelde tevens de mogelijkheid,
dat de gelijkenis met insecten
een bloem beschermt tegen
bijenbezoek, althans tegen het
bezoek van bijen en hommels,
die immers even gaarne en
vlijtig andere bloemen bestui
ven. Wat toch is hier het
geval ? De plaats waar, bij de
orchideeën in kwestie, het
begeerde stuifmeel moet wor
den vastgehecht door de be
stuivende insecten, is zeer
klein. Een beleg met een
weinigje stuifmeel van een
andere soort bloem, en daar
mee zijn de meeste hommels
en bijen bezet, en dat dus nut
teloos is voor deze
spinnenorchis, b. v., zal beletten dat
bruikbaar stuifmeel de
stempelvlakte nog zal kunnen
bereiken ; en de orchidee zal
tot onvruchtbaarheid veroor
deeld zijn.
De zooeven genoemde
bloemvorm zou dus een afschrik
king en geen aanlokking zijn.
Doch dit was natuurlijk niet
meer dan een onderstelling,
niet al te gewaagd en op feiten
berustend; een werk-hypo
these, zooals dat in de natuur
kunde heet. De opsteller van
de hypothese had nu nog door
proefnemingen de feiten aan
tltllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIMIMIIIIII
Ik zal de olie Frau" steeds een eer
biedige en sympathieke herinnering wijden.
Waren er slechts meer zóó!
COSMOPOLITE.
Toiletten in het Thédtre Franqait bij een voor
stelling van Lavedan's LeDuel. Madame
Bartet. La troisième jeunesse de Ma
dame Prune, nieuwe roman van Pierre Loti.
Buitengewoon is de pracht der toiletten,
die men in het voorjaar ziet in het beroemde
Théatre Francais (la Maison de Molière) te
Parijs. Verfijnde weelde; vrouwen in schoon
heid en zwierige, smaakvolle kleedij met
elkaar wedijverend, drentelen gedurende de
pauses door de couloirs van de Comédie
Francaise. Geruisch van zijden japonnen en
zijden dessous"; geflonker van preciosa;
schemeren van matte tinten; bescheiden
geur van levende rozen; af-en-toe een
bouffée opdringerige parfum. Groote zachtrose
rozen zag men hél veel; de bloemen op
schouderhoogte of midden op het corsage
der lage japonnen gehecht. Sierlijk, lenig
in haar bewegingen, opgewekt-babbelend,
trippelen de Parisiennes over de gecireerde
vloer, langs de strak-witte borstbeelden van
Scribe, Sandeau, Ie Sage, Beaumarchais,
Rousseau, Voltaire en andere beroemde schrijvers.
Trotsche, groote, slanke vrouwen,
Amerikaanschen, kostbaar gekleed, spreken weinig;
züoverzien het wandelend publiek met on
verschillige voornaamheid, met rustig gelaat
en koele oogen. Door haar huwelijk met arme
Fransche edellieden, behooren zij tot de
Parijsche Sociëteit" en voelen daarvan het gewicht.
Engelschen, geleund tegen de geopende deu
ren van haar loges, voeren levendige ge
sprekken met haar omringende
zwart-gerokte en wit-gedaste heeren. Vrouwen uit
het pudique Albion, met fijne, strakke
poppengezichtjes, in haar overdreven halsontblooting
zich aan mannen vertoonend met ergelijke
driestheid. Waarom Engelsche vrouwen, op
sommige dingen belachelijk-preutsch, zoo
brutaal haar boezem vertoonen, is mij een
raadsel.
Hervorm-kleeding zag ik niet, wel vél
empire toiletten. Het gehél-wit is zér en
vogue. Ook uitterst zachte tinten in rose,
blauw, mauve, groen en geel. Enkele jonge
vrouwen, coquette Parisiennes, geheel in 't
zwart. Een dame in zwart kanten robe op
zwart zijden onderkleed, was dubbel een
kijkje waard, om deii artistieken eenvoud van
hare verschijning. Zij droeg geen edelge
steenten ; niets dan twee groote, zacht-rose
rozen vooraan tegen het gedecolleteerd cor
sage. Het rose bloemengeschemer en het
dolle zwart van haar toilet, verrukkelijk
aftoonend tegen haar schoon-gevormde,
matbleeken hals en schouders. Ook haar kapsel
was een uitzondering, geen versiersels droeg
zij in het weelderig donker-blond haar. Linten,
fluweeltjes, strikken, bloemen, veeren, preciosa,
gouden en schildpad-sierkammen, van alles,
zag men gehecht gestoken in den fiou mo
derne" der Parijsche kapsels.
Kanten, voile en mouseline de soie robes
op zijden onderkleed, waren overheerschend.
Lange sleep, rok geplisseerd of gefronst om
de heupen, puntig corsage. Ook veel toiletten
van gebloemde witte zijde, waarop de uit
schietende kleuren der diamanten in letter
lijken zin een schitterend effect maakten.
Henri Lavedan's jongste tooneelarbeidiseen
succes-stuk. Een werk dat veel besproken
wordt, en dat iedereen wil zien. Het theater
was dan ook stampvol. Niet anders dan
sehuifelvoetend kon men zich in de couloirs
voortbewegen, wat heel aangenaam was, want,
*HWIIMIHI
iiiliiiiMiiiimiiiiiiiiiiiiMiiiilHiiiiiimiiiiiiiitimmiiiiii
Spinnen orchis.
lllimilllllllllllllMIUIIIIIIIIIIIHMl
zonder onbescheiden te zijn, kon men de
fraaigekleede schouwburgbezoeksters rustig bekij
ken en de oogen laten gaan over de détails
harer toiletten. Het aardigst is, om zelf
stilstaand al die schitterpracht en mode-fan
tasieën voor zich te doen défileeren.
Madame Bartet, wordt door de Paryzenaars
geroemd als een der actrices, die het best
zich kleedt. In Le duel vervult zij de rol
van hertogin de Chailles, en verschijnt in
het eerste bedrijf in een wandeltoilet van
champagne-kleurige voile. Op den gefronsten
rok platte biais met onderrand van uiterst
teer-groen satijn. Een breede, lange charpe
van mousseline-de-soie, n in tint met het
toilet, om den hals, of eigenlijk neêrgolvend
om de schouders. Madame Bartet droeg bij
deze japon een snoezig, beige-kleurig strooien
hoedje, chapeau tricorne. met een touffe lichte
bloemen achterwaarts op den hoed. In het
tweede bedrijf brengt haar rol niet mee, dat
hertogin de Chailles veel werk van haar
uiterlijk maakt, wat een persiflage zou zijn
op de zielsontreddering, waarin zij verkeert.
Zij is dan geheel in het donkerbruin, met
bruinen wijd-uitstaanden sluier o ver haar hoed
wat geen enkele vrouw, dus óók niet de
gracieuse, behoorlijke en gedistingeerde mevrouw
Bartet, flatteert.
In het derde bedrijf, in haar lichtgrijs,
streng, tailor-made costuum is zij opnieuw
een lust der oogen. Een lange Louis
XVpaletot en geen andere versiering dan knoop
jes, massa's knoopjes op rok en mantel. Bij
dit costuum draagt zij een hoedje in tint har
monieerend met het costuum.
* *
#
Van de hand van Pierre Loti, schrijver van:
Pêcheurs d'Islande, en van het niet minder
bekende werk Madame Chrysanthème, is een
nieuwe, wederom in Japan spelende, roman
verschenen, getiteld: La troisième Jeunesse
de Madame Prune.
Wij vrouwen die slechts noode er toe over
gaan, vrede te vinden met onze tweede jeugd,
behoeven niet meer te wanhopen, nu Pierre
Loti in Madame Prune een derde jeugd voor
ons doet gloren. De verschijning van Pierre
Loti's nieuw werk, gebeurt in een gelukkigen
tijd, nu allerwege de belangstelling en sym
pathie ontwaakt is voor het schrandere,
dappere, geele ras.
La troisième jeunesse de Madame Prune"
heeft in Frankrijk een goede ontvangst gehad.
De lezing van dezen roman, zal aan veel
vrouwen aangename oogenblikken bezorgen,
want Pierre Loti telt voornamelijk onder het
zwakke geslacht zijn aanhangsters en bewon
deraarsters. Julien Viaud (Pierre Loti) is fijn
besnaard, teer, eerbiedig, gevoelig. Wie kent
niet zijn : Livre de la Pitiéet de la Mort"
dat hij opdroeg aan de nagedachtenis van
zyn vereerde moeder ? In de voorrede van
die gevoelvolle bladzijden, getuigt de schrijver:
In dit werk, ga# ik mér van mijzelf, dan
in nig ander boek." En welk een bemin
nelijkheid, trouw en zachtheid in : Vies de
deux chattes" geschreven Voor mijn zoon
Samuel, wanneer hij zal kunnen lezen". Aan
doenlijk zijn de zorgen en toewijding voor het
schichtige, zwakke dier, voor Moumoutte
Cbinoise" die hij uit verre gewesten meebrengt,
en thuiskomend, in kennis brengt met Mou
moutte Blanche, de poes van tante Claire.
Julien Viaud, in 1850 te Rochefort geboren,
heeft, door zijn zee-ofHciers-carrière veel van
de wereld gezien. Op een van zijn reizen,
toefde hij op Talti, en verscheen daar aan
het hof van koningin Pomaré, die er met
den besten wil niet in slaagde zijn naam te
onthouden. Zij gaf hem toen den naam van
een inheemsche plant: Loti", die hij later
als pseudoniem behield.
CAPRICE.
te toonen, die steun moesten geven. En
dat deed hij op de volgende wel bedachte
wijze. Hij nam enkele insecten, vliegen, bijen
en ook spinnen van een vorm en van een
grootte, die overeenkwam met de orchide
nbloemen die op de insecten gelijken. Ze
waren in aether gedood en nadat alle damp
en geur verdwenen was, vastgehecht op paar
debloemen en andere dicht bijeenstaande
bloemen met druk bijenbezoek. Het resul
taat kwam overeen met verwachting. Al de
bloemen waarop met opzet een insect was
geplaatst werden door de bestuivende bijen
en hommels gemeden; ja ze schrikten, zoo
scheen het. terug op 't oogenblik, dat ze zich
reeds op zoo'n paardebloem hadden neerge
zet om die te gaan bewerken.
Zoo iets kan ieder oplettend wandelaar of
tuinbezitter trouwens eiken dag zelf waar
nemen; als er al een insect in of op een
bloem zit, blijft een bezoeker liever op een
afstand en kiest een andere onbezette plaats.
Wel verjagen soms de sterken de zwakken,
die er toch het eerst bij waren en dus rechten
hadden.
De onderzoeker nam nu voorzichtig de
bloemen, die zoo sterk op spinnen, bijen of
vliegen gelijken van den stengel en beves
tigde ze op vaak en druk bevlogen bloemen,
paardebloem, schermbloem, distel enz. De
bijen en hommels meden nu ook de aldus
versierde bloemen.
Zoo schijnt 't dus, dat wij te doen hebben
met een soort mimicry en nog wel bij een
plantengroep; wat op zich zelf al heel zeld
zaam is. Heel veel onderzoekingen in de
vrije natuur zullen er echter nog gedaan
moeten worden, eer wij met de hoogst be
reikbare graad van zekerheid zullen durven
zeggen : De beteekenis van de bloemen, die
op dieren lijken is volkomen duidelijk ger
worden; het is een afkeerwekkend middel,
een zoogenaamde schutvorm tegen
ongewenscht bezoek.
E. HEIMANS.