Historisch Archief 1877-1940
No. 1457
DE AMSTE/RDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
van een smakelijk gerecht hangt van het hoogere genot bij het eten af. Hoe smakelijker het gerecht, hoe lichter het
ook verteert en des te beter komen de voedingstoffen, die het bevat, tot haar recht. Deze waarheid verklaart het succes
van MAGGI'8 SPIJZEN en SOEPEN-AROMA.
Het is voor de zorgzame Huisvrouw een alom gerenommeerd, goedkoop middel om vleesch, sauzen, soepen en zwakken bouillon,
zoo ook groenten, eierspijzen, melk enz. een krachtigen, aangenamen smaak en geur te geven. Eerst bij het opdienen bij te voegen
Te verkrijgen bjj kruideniers en oomestibleshandelaars.
Omdat het zeer geconcentreerd is, neme men nooit te veel.
HAQGI'8 onderscheidingen: 5 groote Prjjzen, 30 Gouden Medailles, 6 Eere-Diploma's, 7 Eere-Pryzen, zesmaal buiten mededinging, o. a. 1899 en 1900 Wereldtentoonstelling Parjjs.
Waar niet verkrijgbaar wende men zich tot het Oeneraal-Agentuur voor Nederland en Koloniën PAUL HOEN, Amsterdam.
WAARDE
iiiiiiHiiiimiiijiimmniiiiiiiuim
IIIIIIIIIIIIIMIIIIII
lllllllllllllllllltlllllllllllllllllllllBIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMMIIIIIMIIMIIIIIIMIIIIIIIIIIIIMMUIIMIIIIMIIIIIIIIIIIHIIIII
snijde men het zeer wijd uit. Het moet op
de schouders rusten op een plaats, waar de
borstkast niet belast wordt, dus dicht bij den
hals. Uitdrukkelijk wordt men ervoor gewaar
schuwd, om het lijfje door zoogenaamde
reformcorsetjes of dergeljjken te vervangen.
Al dat soort fabrikaten moet verworpen wor
den, omdat zij of niet genoeg meegeven, óf
toegeregen moeten worden, of er zich balein
tjes in bevinden, zoodat ze op de een of andere
manier het lichaam drukken.
2e. Over de aan het lijfje gezette broek
wordt een blouse of jakje getrokken, dat niet
aan de onderkleeding mag worden bevestigd,
om dit niet bij krachtige lichaamsbeweging
te hinderen. Bovendien moeten de armsgaten
wijd genoeg zijn. Als voorbeeld wordt de
hierbij afgebeelde matrozenblouse aanbevolen,
maar overigens zal hiervoor, wat stof en
model betreft, niets worden voorgeschreven.
Daarmede is het vlugge gymnastiekpakje
klaar en slechts het bovenbedoelde rokje
ontbreekt nog om het gymnastiekpakje tot
een huisjurk te volmaken. Het rokje mag
natuurlijk niet met banden, maar moet door
knoopen of iets dergelijks met het lijfje
vereenigd worden.
GÜwordt verzocht, Woensdag aanstaande,
des namiddags om vier uur, u te begeven
naar het schoollokaal van de door uw dochter
bezochte school, om een daar tentoongestelde
modeljurk te bezichtigen, waar bij van bevoegde
zijde inlichtingen zullen worden gegeven.
Knippatronen van het pakje, die het ver
vaardigen daarvan zeer gemakkelijk maken,
zullen a 20 pfennig het stuk bij deze
gelegenheid aan de moeders afgegeven worden.
De schoolcommise der stad Leipzig.
Leipzig, Stadrat dr. WAQLBK,
Juni 1904. Voorzitter.
Eenige nadere inlichtingen over de wijze
waarop de jurk gedemonstreerd wordt, vindt
men in een artikel van Sanitatsrat dr.Thiersch
in het Januari-nummer van Die neue
Frauentracht. Dit blaadje, dat uitgegeven wordt bij
Georg D. W. Callerey in München biedt zijn
lezeressen daarbij als premie het besproken
knippatroon *) aan.
Dr. Thiersch zegt hier eerst hoe hij als
schoolarts steeds weer tot de treurige ont
dekking kwam, dat meisjes van hun zesde jaar
af, ondoelmatige lijfjes en corsetjes droegen.
Hoe hooger de klassen, hoe talrijker en
nauwer de corsetjes. Daar nu op de openbare
school het verkleeden voor de gymnastiekles
met te veel moeite gepaard ging, leverde
het gymnastiseeren van de kinderen in hun
te nauwe kleeding een werkelijk gevaar op.
De practisch denkende Sanitatatsrat kwam
toen op .het idee een gecombineerde gym
nastiek-, straat- en schoóljurk te
co.nstrueeren, die kein Pfennig" meer zou mogen kosten
, dan andere kleeren, niet mocht opvallen, en er
vooral vlug en aardig uit moest zien.
Het met behulp van Frau Emma Vogel,
bestuurslid van de Leipziger Vereeniging tot
verbetering der Vrouwenkleeding, klaar
gekomene pakje werd in het voorjaar van 1904
voor het eerst gedemonstreerd op het in
*) Dit is tevens voor 30 pfennig te beko
men büFraulein Goetz, Lützenstrasse 11
Leipzife ; Lindenau, secretaresse der afdeeling
Leipzig van de Vereeniging tot verbetering
der Vrouwenkleeding.
?MMMUMNIMHMIrtllllHIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIinilllllllllllUIIIIIIIIIIIHtllllMIH
UIT DE NATUUR.
Berberissen.
In een hoekje van Crailoo, niet ver van
den straatweg en toch verborgen, daar bloei
den ze van middag weer volop. Een tiental
berberissestruiken stonden daar mooi in 't
fijne jonge blad, beschermd door puntige
bruine doorns, en rondom hingen de
donkergele trosjes neer.,
't Was een lust ze weer te
zien, daar op de rüigte, be
wassen met roode wikken,
heide en boschviooltjes. Waar
schijnlijk is daar jaren geleden
een tuin geweest; want,
tusschen ; beiberissen, meidoorns
en andere hooge wilde kruiden
en heesters, den voet verbor
gen, in een bed van paarsche
hondsdraf, boterbloemen en
hagelwitte sterremuur, stak er
een Weigelia zijn takken schuin
omhoog, het blad wat klein,
en haast verdwenen onder
de massa wijnroode
bloemknoppen.
De berberissen bloeiden zoo
rijk, de trosjes hingen zoo
bevallig tusschen
bladerpluimpjes aan de zwak gebo
gen twijgen, dat ik dadelijk
schetsboek en potlood voor
den dag haalde. Het was
heelemaal mijn plan niet ge
weest daar gaan zitten teeke
nen, ik wou alleen maar in 't
voorbijgaan het van ouds be
kende plekje even bekijken,
mij overtuigen, dat alles er nog
groeide als voorheen en het
nog niet voor bouwterrein was
Nürnberg gehouden congres van
schoolhygiëne, en spoedig daarna voor de schoolcom
missie der stad Leipzig. De hoogste autoriteit
van het schoolwezen aldaar, Stadrat dr.
Wagler, bleek een warm voorstander van de
zaak te zijn; zoo ook de hoofden der openbare
scholen, zij allen beloofden steun.
Maar het was geen eenvoudige zaak, om
binnen een halfjaar het jurkje in de zeven ere
veertig openbare scholen te laten zien.
Er werden zes pakjes gemaakt van zomer
en winterstof, die twee aan twee voor de
demonstratie in de scholen dienst deden, Deze
vond iederen Woensdag om vier uur in drie
scholen tegelijk plaats. Eenige dagen van te
voren ontvingen de betrokken moeders haar
aanschrijving.
De meesten lieten hare Kaffee und Kuchen in
den steek en gingen leergierig op naar de
school huneer kinderen.
Het programma was als volgt saamgesteld:
na eenige inleidende woorden van het hoofd
der school, hield de schoolarts een korte,
hoogstens een half uur durende toespraak
over de schadelijkheid der tegenwoordige
meisjes- en Vrouwenkleeding, en toonde aan
de hand van een der tentoongestelde doel
matige lijfjes, en de enkele deelen van het
gymnastiekpak, hoe of het goed zou zijn, de
kinderen te kleeden. De voordracht werd
geïllustreerd door vier groote, speciaal voor
deze gelegenheid vervaardigde anatomische
teekeningen.
Het tweede jurkje was in zijn geheel
opgehangen. Nadere verklaringen hiervan,
vooral over de eenvoudige technische details,
gaf een der damesleden der Vereeniging tot
verbetering der Vrouwenkleeding.
Andere dames van die Vereeniging ver
kochten de patronen.
Boven verwachting groot was de belangstel
ling van de bevolking in eiken
maatschappelijken kring.
Door artikelen in de dagbladen aange
spoord, vulde een belangsellend publiek de
schoolzalen. In iedere school werden vijftig,
soms meer dan honderd patronen verkocht.
Weldra kwamen de modeljurkjes in de
gymnastiekles, en nu na een half j aar zijn er
klassen waarvan tweederden in broekjes
gymnastiseeren. Dadelijk vond het nieuwe
pakje warme aanhangers; zoowel bij de kin
deren die het droegen, als bij de onderwijzers.
De kinderen voelden er zich lekker en vrij
in als jonge veulens ; ze konden meer
presteeren, en genoten daarom met meer vrucht
het gymnastiekonderwijs.
De leeraars hebben toeren op het program
kunnen brengen, waaraan ze vroeger niet
dachten en waardoor het onderwijs nuttiger
en prettiger werd. De gemeenteraad van Leip
zig heeft het heele ondernemen aangemoe
digd op een manier die wij niet gewend zijn.
De stoffen voor de modellen, de anatomi
sche platen, de duizenden gedrukte aan
schrijvingen, het vervaardigen der patronen
werd door haar bekostigd.
Nog nooit werd door een Vereeniging voor
verbetering ' der kleeding een beweging op
touw gezet, die zoo volkomen sympathiek,
zoo practisch en veelomvattend was.
Ik wensch er geen moraal aan toe te voegen.
COSMOPOLITA.
groote hommel-koningin zoemde er even
omheen, sloeg er op neer, dat alle trossen in
de buurt hingen te bungelen of er de wind
nog doorvoer. Het zware dier klemde zich
aan het twijgje, dat kromde onder zijn last,
en liep voorzichtig langs de steel van den
hangenden tros; een lange hommeltong kwam
te voorschijn en nog geen meter van mij af,
deed de groote hommel in zwart met
rooden pels zijn werk. Diep en krachtig
Huwelijks-inzegening in de Notre-Dame te
Nice. Werkkracht eener zestigjarige.
Een Engelich weekblad The Tatler als
koppelaarster", Elizabeth Robins.
Wijd-open de deuren der Notre Dame te
Nice. Een roode looper uitgelegd bij den
hoofdingang, waar een Suisse stond, forsche
kerel, in ,vuurrood met goud belegd costuum.
Beschenen door zonnelicht uit het weelderig
Zuiden, was zijn stoer lichaam n felheid
van vlammen-tint en geele metaal- schittering.
Een koorknaapje met guitig gezicht;
heenen-weer dravend, kijkend, glurend, spiedend
of hij met een of ander kon behulpzaam
zijn; verbeidend met jongens-ongeduld de
nadering van den bruidsstoet. Het sloeg half
twaalf. Rijtuigen rolden aan. Bruidsmeisjes
in crème, rose en mauve toiletten stapten
uit; aan den arm der bruidsjonkers traden
zij het kerkgebouw binnen. Bij den ingang
stelden de jonge dames zich aan de eene
zijde van den lox>per, de jongelieden aan de
andere, tegenover haar. Familieleden van het
bruidspaar, dames en heeren, schaarden zich
naast bruidsjuffers en bruidsjonkers. Een
feestelijke haie: zwartgerokte en witgedaste
cavaliers vis-a-vis smaakvol gekleede dames.
Het geleek een keurige lanciers-figuur, wan
neer de dansmeester uitgalmt: La visite!
Het bruidje naderde, mooi jong meisje met
ravenzwart haar en matbleek, fijn gezichtje,
haar donker kopje en rank figuurtje lichtelijk
omwaasd in blanken-sluier-schemer
neergolvend tot onder aan den langen sleep der bruids
japon van ijl mousseline-de-soie met
kantgarneeriui. Aan den arm van haar schoon
vader schreed zij langzaam voort met neer
geslagen oogen, zachtkens zich bewegend in
oranjebloesem-geur en smetteloosheid. De
stoet begaf zich naar het hoofdaltaar, waarop
in kleedij van wit en blauw troonde de Moe
dermaagd Maria, om wier hoofd als een
stralenkrans het inschrift: Je suis l'immaculée
Conception. Links van haar bruidegom knielde
de bruid. Een geestelijke in rood ge
waad stelde aan het jonge echtpaar de ge
bruikelijke /ragen. Trouwringen werden man
en vrouw op een kussen geboden en aan de
vingers geschoven. Beide, getooid nu met
het symbool der trouw. Een andere geeste
lijke, in v olet gewaad verscheen. Een korte,
plechtige godsdienstoefening werd gehouden
en zegen uitgesproken over de ootmoedig
neergeknielde jonggehuwden.
Het in rose mousseline de soie gekleede
bruidsmeisje en het juffertj'e in haar toilet
van crème voile, zamelden giften voor de
armen in. De rose broiidsjuffer bad een grooten
zwarten hoed op; de jonge dame in 't crème
een toque in dezelfde tint als haar japon.
Beide meisjes waren begeleid door haar
bruidsjonkers. De meisjes hielden haar lin
kerhand in de hoogopgeheveb rechterhand
der jongelieden en wederom fleurig, wereldsch,
zwierig als gingen zij ten dans, hielden zij
stil bij alle in het ruim van de kerk gezeten
aanwezigen. De sierlijke coll-ectezakjes van
zijde, gaas en kantgewirrel waren geheel in
de tint der rose en crêmetoiletten.
Even preludeerde het orgel, een paar ge
wijde liederen werden gezongen. Een klank
volle, zuivere, jeugdige stem trilde door de
kerkgewelven. Trilde, want, zij die zong, een
zuster der bruid kon door zenuwachtigheid
en emotie het vibreeren van haar stem niet
bedwingen. Pauvre enfant, comme elle
tremiiiitiiiiiiEiiiiiiiiiHtiimmmmiMiimiiiiiiiiitH
hommel! Ook de wesp bezocht een tiental
bloemen achtereen; ook hem was 't, denk ik,
oin den honing van de berberis te doen;
maar zenuwachtig gejaagd of wispelturig
vloog hij nu hier dan daar. Eerst vermoedde
ik dat hij om de zweef vliegen kwam, en ze
naar wespenaard als et n echt roofdier van
achteren zou bespringen bij het drinken, maar
deze wesp althans kwam met vredelievende
bedoelingen. Eventjes had ik gegronde hoop
Maar toen ik er eenmaal
zat te schetsen kon ik er niet
meer vandaan; de lucht was
zoel en vochtig geworden; een heel enkele
groote droppel viel uit een gebroken hemel;
merkbaar luwde de noordewind en kenterde
naar 't westen; een uur geleden sauselde hij
nog de boomtoppen door elkaar, dat het
zonde en jammer was van het mooie jonge
lof; nu werd het opeens bladstil.
Welk bloeitakje zou ik nemen voor mijn
schets, de keus wad moeielijk; bijna alle
hingen zoo los en natuurlijk, dat ze zoo stuk
'voor stuk in een lijstjekonden gezet worden,
om een .bevallig figuurtje te geven.
De hoofdlijnen stonden nog niet op 't papier
of mijn uitverkoren takje kreeg bezoek. Een
©
Bloeitopje van een Berberis.
dreunde de basstem van het dier, telkens
als het van de eene tros op de andere over
vloog ; en nu rechts dan links omzwenkend
opende hij een voor een' de ronde, half ont
loken bloemknoppen.
Het dier stoorde zich in 't geheel niet aan
mijn nabijheid, het liet mijn potlood naderen
tot ik het bijna aanraakte en vloog dan op
een ander trosje over ; hij zoemde alleen wat
sterker, als boos over de flauwe plagerij en 't
noodeloos oponthoud dat er door veroorzaakt
werd. Heel anders deed een wesp, een groote
in geel met roode livrei. Wat een schuw dier
is dat vergeleken bij zoo'n lobbes van een
op een botsing en een gevecht tusschen
hommel en wesp; ze zijn aan elkaar gewaagd
als buffel en tijger. Maar bij de ontmoeting,
die werkelijk volgde, schenen beide zoo ver
schrikt, dat ze vluchtten in tegengestelde
richting.
Nu was de afleiding voorbij, en ik keek
weer van bloem naar papier, van papier naar
bloem. Maar 't zou niet zonder stoornis gaan
vandaag; een tuinfluiter had al een poos op
kanariewijs, maar met minder noten, zijn lange
liedje zitten kweelen in de eiken aan de
overzyde van 't pad. Telkens als ik, afgaande
op 't geluid, meende hem net in den kijker te
ble ! zei een dame, die naast mij zat, en die
het zangeresje kende.
Toen de liederen geëindigd waren, begaf
de bruidstoet zich naar de sacristie, waarheen
vrienden en kennissen volgden, om het jonge
paar hun gelukwenschen te bieden. Tout
comme chez nous.
Wij wandelden te Nice, langs de Avenue
de la Gare. Overal gezellige drukte.
Flaneerende, pratende, lachende menschen waarheen
men kijkt. Een soort stabile feest-stemming,
eigen aan de weelde van 't Zuiden.
Allerwege muziek, gezang, vermakelijkheden. Ter
hoogte van het caféde la Régence werden
wij een licht-groen aanplakbiljet gewaar. In
groote zwarte letters, scherpte een bekende
en beroemde naam: J3arah Bernhardt. Na
derbij tredend, lazen wij, dat den volgenden
dag, Zondag 30 April j.l., in het Casino
Municipal zou optreden Sarah Bernhardt en de
artisten met wie zij te Parijs in haar eigen
theater speelt. Twee" voorstellingen zou
zij op dien eenen dag geven : La dame aux
Camélias" 's middags als matinee, en 's avonds
Angelo, tyran de Padoue, waarin Sarah la
Tisbë" speelt. Twee zware vermoeiende rollen
op n dag Wij namen plaatsen voor de
avondvoorstelling. Wij zouden de bewon
derenswaardige kunstenares dus zien, onder
de ongunstigste omstandigheden; nadat zij
op dien dag reeds een aantal werkuren
achter den rug zou hebben. Om nog allén
maar te gewagen van werk-uren en geen
bespiegelingen te houden over de meerdere
of mindere vermoeienis door de
tooneelspeelster gevoeld na zulk een emotioneele rol te
hebben vervuld als de heldin van Dumas'
oud, doch jong blijvend, werk. Wat Sarah
Bernhardt ons te aanschouwen en genieten
gaf, als la Tisbé, overtrof verre onze ver
wachting. Wat was zij mooi, jeugdig, be
koorlijk, innemend! Hoe verrukkelijk stonden
haar die weelderige. Italiaansche,
XVI-eeuwsche costuums! Met welk een soupele gratie
wist zij de sierlijkheid dezer kleedij tot haar
recht te doen komen I Sarah Bernhardt, die
haar twee-en-zestigste levensjanr is ingetre
den, blijft een toonbeeld van energie en
werkkracht. Op dien avond speelde zij voor
een stampvolle zaal. Een dankbaar pubiiek,
dat opgetogen was over la Tisbé, de jeug
dige, schoone, hartstochtelijk-lijdende, sym
pathieke vrouw. Ontroerend schoon is Sarah's
stil spel, wanneer zij vol ontfermen neerziet
op Catharina, de ter-dood-veroordeelde
echtgenoote van den tyran van Padua.
Le journal de Nice getuigde, dat Sarah's
stem als la Tisbéglashelder en onberispelijk
zuiver had geklonken. Een loftuiting, die
bewijst, of, dat Gallische hoffelijkheid onuit
puttelijk- is, of, dat de recensent weinig
muziekaal gehoor heeft. Neen l haar eenmaal
gouden stem met nog heerlijke oogenblikken
van volle, klankrijke weekheid onzuiverheid
klonk dikwijls gebarsten en schor, maar, dit
was dan ook het eenige waarin leeftijd en
vermoeienis der kranige, werkzame vrouw
zich openbaarden.
-x- #
*
Den 13den Mei j.l. is in St. Magaret's
Westminster een romantisch huwelijk voltrokken.
De echtverbintenis tusschen miss Olive
Christian Malvery de beroemde déclamatrice uit
Britsch-Indië, en Archibald Mackerdy,
Amerizullen krijgen, was 't beweeglijk vogeltje al weer
een eindje hooger of lager gehupt. En zoo op
een afstand en met bloote oog, was het niet
meer dan een slanke musch met een snavel als
een naald zoo lijn. Ik zie zoo graag door mijn
kijker de oogjes van zoo'n dier en 't snaveltje
dat op en neder gaat en de beweging van
keelveertjes die meetrillen of van de veeren
op den rug, die in rijen door den wind
worden opgelicht.
Op eens, zonder dat ik hem heb zien komen,
zit de tuinfluiter vlak voor mij op een tak
en mijnpotlood blijft van nieuws bewegingloos.
'k AVeet nog niet of't diertje mij werkelijk
gezien heeft; het keek mij telkens aan; dan
hield het even op met zijn tierelierend liedje,
deed eenige sprongen naar mij toe en dan
weer achteruit; als uitdagend; of liever als een
uitnoodiging om ook mee te bewegen; de
slimmerd. Het was hem te doen om te weten
wat het was dat vreemde groote onbeweeglijk
blijvende ding, onder zijn berberis. Nooit
heb ik een tuinfluiter van zoo dichtbij en zoo
lang kunnen bekijken, ik zal hem nu niet
licht meer verwarren met een grasmusch.
Eindelijk negeerde mij het vogeltje volko
men en ging jacht maken op vliegen en
muggen, die den berberissestruik
omzwierden en op blad en bloem neerstreken.
Vijf minuten, langer niet was hij bezig, toen
Rwam een wijfjes-nachtegaal ook vliegen jagen
en tuinfluiter zweefde kwinkeleerend weg.
Vlak boven mij in den beuk begon man
nachtegaal nu zijn strophenschat ten beste
te geven.
Ik meen er zeker van te zijn, dat het wijfje
telkens naar hem opzag bij haar werk, althans
Boven: Bloemblad met 2 honingplekken,
meeldraad en stamper voor 't stuiven.
Onder: Meeldraad en stamper na het
stuiven, met omhoog geklapte helmknoppen.
kaansch consul der Vereenigde Staten te
Muscat. Het geestige, geïllustreerde Engelsche
weekblad The Tatler dat iederen Woensdag
verschijnt en steeds de nieuwste snufjes en
de belangrijkste nieuwjes heeft over Society",
kunst, industrie, sport en mode, wijdt aan de
jonggehuwden een speciaal artikeltje begeleid
van beider foto, onder het leuke opschrift:
The Tatler as a matchmaker. De redactie van
bovengenoemd weekblad, geeft zichzelf de eer,
deze echtverbintenis tot stand te hebben ge
bracht. In het nummer van 15 April 1903,
verscheen Olive Malvery's portret. Het blad
kwam in handen van Archibald Mackerdy.
Hij werd doodelijk verliefd op het mooie
meisje, en herinnerde zich haar als kind in
Britsch-Indiëte hebben ontmoet. Sedert dien
tijd had hij haar nooit meer gezien. Hij stelde
zich met haar in correspondentie, waarvan de
geleidelijke gevolgen waren: verloving, huwe
lijk. Het gelukszonnetje der, jongelieden
ging eenige weken vóór de voltrekking van
hun huwelijk, schuil, achter zware, dreigende
wolken. De aanstaande bruid werd ernstig
ziek; van feestelijkheden kon geen sprake
zijn; men vreesde zelfs, dat het huwelijk op
den vastgestelden datum niet zou kunnen
voltrokken worden, wat gelukkig niet het
geval was. Olive Malvery aanvankelijk voor
muziek opgeleid, een kunst waarin zy uitmunt,
wijdde zich later aan declamatie. Moge zij
thans vinden, wat Ellen Key en Anna de
Savornin Lohman voor eene vrouw stellen
boven het openbare leven, bekendheid, ver
maardheid, lauweren en roem :
stil-huiselijkgeluk.
* *
*
Van de hand van Elizabeth Robins is zoo
juist bij William Heineman verschenen, haar
jongste roman, getiteld: The dark Lantern."
Elizabeth Robins, uit Kentucky afkomstig
bracht het grootste gedeelte van haar leven
in Engeland door. Vurig aanhangster en
bewonderaarster der Noorsche
tooneel-literatuur, besloot zij zich aan de dramatische kunst
te wijden. Hoogst verdienstelijk waren haar
creaties van Ibsen's Nora", Hilda Wangel",
Hedda Gabler" e.a. De drang tot schrijven
werd haar te machtig. Zij verliet het tooneel
en niet lang daarna had Elizabeth Robins
zich een eereplaats verworven in het
koninkrijk der Letteren. Zij paart oorspron
kelijkheid aan groote zeggingskracht. Door
haar romans: The open Question" en The
magnetic Sorth" wist Elizabeth Robins het
publiek zoozeer te boeien, dat baar nieuw
werk met vreugle wordt begroet.
/ CAPRICE.
Queenspudding : 25 gram oudbakken, maar
toch nog zacht bruinbrood, wordt gestampt
en vermengd met een weinig rum, gestampte
kruidnagelen en kaneel; 25 gram boter klopt
men met 8 eidooiers, men roert daardoor
het brood, 5 gram geraspte citroenschil, 25
gram goed gewasschen rozijnen en het tot
sneeuw geklopte eiwit der 8 eieren. De
geheele massa doet men in een goed gesloten
gladden puddingvorm en laat de vorm in
een pan met kokend water drie kwartier
koken. Als men de Queenspudding uit den
vorm heeft geschud, wordt het gebak
beprikt met gebrande amandelen. Men eet dit
gerecht koud met rum-vla, of warm met een
of andere vruchtenstroop.
iimmmiMiiiiiHimli
iiiiHjiitHMnntmiiiiHiMiiiHiiwiiMHnmiN
hem in 't oog hield. Toen zij den bek vol
had, zoodat rechts en links een rest van pooten
en vleugels als franje neer hingen, vloog heer
nachtegaal prachtig slaande heen, en wijfje
volgde laag langs den grond vlug naar de
jongen in 't nest.
Nu bleef ik weer rustig doorteekenen tot
Open bloem ; rechts een meeldraad nog in
rust, een andere opgesprongen tegen
een vliegje.
ik vlak bij mij nog eens weer de merkwaardige
bestuivingsmekaniek van de berberis in volle
werking zag. Een kleine zweefylieg kwam
een halfgeopende bloem binnen en stak den
kop tusschen meeldraad en stamper, om uit
de tien donker-oranjekleurige honingpotten te
snoepen. Met rukjes trok zij telkens den
kop terug ; ik naderde zoo behoedzaam moge
lijk, en met mijn vergrootglas heb ik drie
keer gezien, hoe het vliegje telkens bekneld
raakte tusschen meeldraad en stamper .doordat
de meeldraad opsprong en naar 't midden over
sloeg. De vlieg werd eensklaps bestrooid
met het poeder uit de helmknoppen, die,
tegelijk met de plotselinge beweging van de
prikkelbare helmdraad, omhoog klapten en
leeg nu, als twee vleugeltjes, boven den helm
draad uitstaken.
Dat laatste kunt ge heel goed lezen in
een studieboek, je kunt het nateekenen, ook
wel zelf met een fijn graspuntje nadoen in een
werkelijke berberissen-bloem ook, maar om
te gelooven en te begrijppen dat het werkelijk
zoo toegaat in de natuur, en hoe mooi en
doelmatig de verrassende wisselwerking is
tusschen dier en plant, moet men het hebben
zien gebeuren in de bloem, door plant en dier
beide. Dat is op een warmen voorjaarsdag
volstrekt geen halve onmogelijkheid. Aan
ieder die bloeiende berberissen weet te staan,
kan 't gelukken, maar 't moet een insectendag
zijn, warm en niet winderig. En als bijgeval
de legitieme bezoekers wat lang uitblijven,
kunt ge u immers een tijdje vermaken met
het kittelen van die curieuse meeldraden.
E. HEIMANS.