Historisch Archief 1877-1940
Na 1463
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Vc'en wat Wils, practische wenken door
A. C. VAN MANDEN, in samenwerking
met ELISE A. HAIGHTON. Naiml.
Venu. Drukkerij Trio", den Haag.
Prijs ?1.00.
De beide namen, onder wier patronaat dit
boekje wordt ingeleid, hebben te goeden
klank, dan dat men het niet zoude opslaan
in de stellige verwachting iets zeer goeds te
vinden; en wie dat doet, zal in die ver
wachting zeker niet worden teleurgesteld. De
hier gegeven wenken zijn inderdaad uiterst
praetüch en in nauwe aansluiting met de
nieuwe vormen, die het huishoud.vezen begint
aan te nemen, met de? hoogere, strengere,
meer beredeneerde eischen, welke men gaat
stellen aan haar, die het schooue vak der
huishoudkunde wil beoefenen. Want voorbij
is de tijd, (al moge hier en daar een enke
ling nog aan de verouderde opvattingen vast
houden), waarin men meende, ja vaor
onomstootelijke waarheid hield, dat iedere vrouw
is eene geboren huishoudster, van nature
toegerust met al die uitënloopende,
veeleoorlige bekwaamheden, die voor een goed
huisbeetier zgn vereischt. Maar juist omdat die
kennis werd geacht van nature het eigendom
der vrouw te zijn, een kennis, die, naar men
meende, werJ verworven 'zonder inspanning
of studie, was zij ook weinig in tel; het
minst ontwikkelde mei-je, het meest trage
van geest en verstand, heette altijd nog goed
genoeg om aan het hoofd een. r huishoud'ng
te staan.
Thans echter be->eft men, dat voor het vak
der huishoudkunde, zoo goed als voor ieder
ander, opleiding, vakopleiding, onmisbiar is :
dat kennis der wellen van chemie, van hy
giëne, van fysiologie geen aangeboren goed is,
voor hel meisje al evenmin als voor den jon
gen. Vakscholen, huishoudscholen,
kookcursusson verrijzen a'lerwege in tal van vormen
en het onderwijzend personeel, dat beschik
baar is, blijkt telkens onvoldoende voorden
stroom van leerlingen, die zich aanmelden.
Want niet alleen bekwaamheid in de tech
nische werkzaamheden voor het goede be
stuur eei;er huishouding vereischt, de bedre
venheid in koken, waschbehandeling, onder
houd van meubelen, \vojdt nagestreefd, ook
voor de ethische beteckenis van het
huishoudvak, om het zoo eens te noemen, heeft
men een diep gevoel. Xiet, dat die niet altijd
is erker.d, of dat men ooit of immer zoude
hebben ontkend, dat do welvaart, de bloui,
de toekomst van het gezin ten minste voor
de helft berust in de hand der huismoeder.
Maar beter dan vroeger beseft men thans,
dal men zoo hooge roeping, zoo ernstige
taak niet mag aanvaarden onvoorbereid en
onbekwaam, dat ook bij dit vak eengezette
leertijd aan de eigenlyke uitoefening moet voor
afgaan. Onze samenleving heeft zich trouwens
onder de steeds strengere doorvoering van
coöperatie en werkverdeeling zoodanig en zoo
snel vervormd, dat de werkmethode van een
vorig geslacht voor het tegenwoordige on
bruikbaar is geworden. Woning en berg
ruimte laten althans in de groote steden
geene gelegenheid meer voor inmaak of natte
wasch. Menigeen, met de oude wijze van
waschbehandeling veitrouwd, weet bovendien
maar al te goed, dat zij met den besten wil,
met de meeste zorg, op de oude, beproefde
huismangels een servet niet zoo glad en glan
zig kau mangö'en als de s'oommargels inde
machinale waschinrich'ingen het doen. Wat
was eigen inmaak vaak behelperig vergele
ken met de producten onzer groole
conservenfabrieken. Het is eigenlijk zoo begrijpe
lijk, dat menig jong meisje, van school thuis
gekomen en eenigszins bekend met wat de
groot-industrie leveren kan, geenen vrede
heeft, met het verlichten van allerlei
huiswerkjes, volgehouden minder nog uit over
leg dan wel uit traditie en sleur, en waarbij
de daaraan besteedde inspanning en tijd
allerminst in verhouding staan tot het be
reikte resultaat.
Toch is het niet waar, dat daarmede het
vak der huishoidkuude in de algemeene
IHIIlmlMIIIIHIMIttlMIIIIIHI
UI-T DE NATUUR
CXI. Een uurtje in de barre zon.
Door lage beuken on eiken slingert een zand
pad dwars van den Iluizerweg naar 't Noorden
toe. De eikestruiken, dof donkergroen, hebben
aan do zijscheuten overal nieuw loof, glan
zend rood met teere groene aderen; do
beukenb aren aan de zouzij g'anzen en hun teer
St. Janslot is rossig, lij u en donzig als
kindorwangen. Tusschen do wuivende groene muren,
aan hun voel bespikkeld met geel van St. Jans
kruid en wit van bleeko hennepnetels, rust,
stemmig grijs met bruin het zandig pad ; het
breede wa^enspoor zwenkt met do kanten
mee, diepe voren, in do schaduw als donkere
rails; in de volle zon zijn't twee droge grep
pels met steil opstaande kanten.
't Is een snikheete Julimorgen, maar hier
is 't, al naar ge het blieft, koel of heet, tien
pas dichter bij of verder af. Waar de
morgenwind het pad doorspuit dat a1 Ie bladeren
ri'selen, is hot zand nog vochtig en donker,
het tjras nog nat van dauw ; daar zingen de
grasmusschen tegen elkaar dat het weer zoo'n
echte zomordag is net als gisteren; daar
sluipen de jonge naclr.egaals door de struiken,
daar piept en tjilpt het omhoog f n omlaag;
allemaal van dat donzig jong goedje, «lat
steeds honger hooft. Daar stoppen we onze
fietsen weg.
Ken graaf wesp met prooi.
Op de bocht van het zandig pad in de
luwte is het bladstil en smyorheet ; het is
een oven en als glas glins'ert er het
witgestoofdo zand. Daar duikelen witte, gele,
roode, blauwe en bonte vlinders om elkaar,
daar is het een voortdurend gonzen van
hommels on bijen, die door smachtende
hcnnip-netels niet open mond en armen
worden ontvangen. Daar gaan we liggen.
zonder jas of boord. Er schieten over den
witten bodem zwart met gele flikkeringen
voort, in kronkelbochten; nu bliksemsnel dat
hot oog moe wordt van 't volgen, dan
langschatting aan waarde zou hebben verloren.
Het arbeidsveld der huismoeder is nog altijd,
wat het de eeuwen door is geweest, ruim en
wijd, onafzienbaar zelfs. Als opvoedster Ireedt
de huisvrouw op, als verzorgsier der gezond
heid van de leden van haar gezin; zij be
vordert den finantieelen welstand, zij is het
middelpunt van gezelligen onderlingen om
gang en die verschillende bemoeiingen zullen
zeker op de meest vruchtbare wijze door
haar worden behartigd, als zij rekening houdt
met de ontwikkeling van het maatschappelijk
loven. Juist in dit opzicht : de toepassing van
hel theoretisch beoefende op scholen en cur
sussen iu het werkelijke leven, is hot mooie
boekje van de dames van Manden en Haighton
zoo uiterst leerrijk. Een paar voorbeelden om
dit aan te toonen.
Gelijk de inhoudsopgave ons dadelijk doet
zien, is de hier behandelde stof verdeeld in
de volgende hoofdstukken: de woning ; wen
ken over het beheer eener huishouding;
verwarming en ' verlichting; kleeding; ge
zondheidsleer loegepast op de huishouding;
huishoudelijke bezigheden; inkoop en bewa
ren van levensmiddelen. De meeste dier hoofd
stukken sluiten met eenige algemeone opmer
kingen, waarvan wij tot staving van wat wij
hierboven schreven, het een en ander willen
aanhalen. Allereerst wat er staat op pa,'. 13
over de overeenstemming tusschen inkomsten
en uitgaven en in verband daarmede de op
merking, dat aan iederon gang naar de trouw
kamer het maken eensr huishoudbegrooting
moest voorafgaan, en nimmer moest worden
verzuimd, vooral bij beperkte inkomons, oui
op die begrooting een post uit te trekken
voor do verzekering van liet leven van het
gezinshoofd. Onze grootmoeders hielden d-iar
geen rekening mede, zij behoefden enkel
bedacht te zijn op sparen, van dubbeltjes tot
guldens en van guldens tot rijksdaalders;
maar het beleggen der spaarpenningen is
thans zoo veilig en zoo voordeelig niet alleen
door do spaarbanken maar ook d >or do levens
verzekeringen met losse premie, dat, verklaren
de schrijfsters met volle recht, or eigenlijk
niemand meer moest wo'.en, geen man en
g,)ene vrouw, die niet vroeg begon mot
zich zelf te beschutten legon gebrek op
den ouden dag. Als dat geschied 'o, voegen
zij er aan toe, wat zoude het levenspeil dan
stijgen, niets toch werkt verwoestender dan
goldzorg. Hoe ziekenfondsen juist voor kleine
beurzen onmisbaar zijn om bij ziekte te
worden bewaard voor financieelon ondergang
wordt dan vorder ook nog duidelijk door haar
uileengezer.
Grooto indruk wordt in dit boekje gelogd
op den plicht der huisvrouw orn do gezel
ligheid in den huiselijkon kring te bevorderen
en op het feit, dat do huismoeder bij orde,
stiptheid en goede werkverdeeling; niet be
hoeft overstelpt te wezen met bezigheden,
en dit ook niet mag zijn. Haar hoofdtaak
is besturen; ten minste in gezinnen met n
of meer ondergeschikten. Het vrouwelijk
gezinshoofd, dat hare roeping als opvoedster
begrijpt, heet het op pag. 28, zal haren arbei l
zoodanig verdeelen, dat zij rustig kan
nederzitten op de tijden, dat do huiskamer de
verzamelplaats is van allen en iedereen.
Maar vóór dat het meisje huismoeder
wordt, betoagen de schrijfsters mot heilige
overtuiging, behoorde zij do, huwelijkswetten
te kennen ; zij moüf. weten, vooraf weten,
wat daaruit voor haar kan voortvloeien. Do
moeders worden dan ook mai grojten ern4
gewaarschuwd, hare do;hters niet te laten
huwen in gemeenschap van goederen, ook
al mochten dezen in hare verliefdheid lederen
voorbehoedmaatregel eon bewijs van mis
kenning achten. Trouwens de man, die zich
zelven eerlijk weet, ga in de schrijfsters voort,
zal voorzeker geen bezwaar maken togen
huwelijksvoorwaarden; maar wantrouw hem,
die het wel doet. (pag. 25.)
Op pag. 29, waar de taak der vrouw als
opvoedster wordt behandeld, volgt dau een
warm pleidooi om do vakopleiding der meisjes
toch nirit minder te behartigen Jan die der
jongens. Bij de besprdkiiij; van hot huren
zaam als in gedachten zweven /e een hand
breed boven den grond Hier staat er oen stil
iu de lucht boven een gaatje, een pijpje in
't zand, alsof zoo oven een speelsch kind met
zijn griJl'el in 't pad had gestoken, 't Diertje
weet niet dat zes menschenoogon op hom
staren, met inspanning turen naar zijn kop,
zoeken naar een zilveren band op zijn bek,
tellen do fel gele banden van zijn wespen! ij f.
Een behangersbij met een stukje berkeblad.
Crabro" fluistert eon van ons, niet noodig te
vangen. Waarom gaat hij zijn kuiltje niet in?
Waarom zweeft het dier in lijnen van moder
nen stijl om het zwarte gaatje iu den witten
grond? Kijk eens. op een voet afstand volgt
hem, als oen schaduw, een gratrv vliegje. Vol
verbazing staar ik het aan. al zie ik 't nu voor
den tien ion keer, hoe dat vliegje wanhopig
jui-t dezelfde banen in de lucht oeschi ijft als
de graaf vvesp; als door een magneet of andere
geheime kracht zijn beide, wesp en viieg, n.
De wesp heeft iets in do pooten, oen
vlieg, dio hij oen verlam iienden angelsteek
heeft gegeven; nu zal hij die bij de drie
andere voegen onder iu 't diepe kuiltje, en
op oen van de levende lijken in dat graf zal
hij een eitje leggen. Van de goparalysoerde
vliegen looft en groeit nog de jonge
we-penlarve, als de moeder reeds lang dood en
?vergaan is.
Nog zwerft de zwaar beladen wesp om i
lokkend kuiltje; met sneue rukken en onver
wachte novenkringen kruist 70 op en neer,
onafscheidelijk volgt het grauwe noodlot van
de wesp de rondo bochten en zigzaglijnen en
laat zich niet misleiden.
Eindelijk stort do wesp op 't zand bij 't
kuiltje neer en verdwijnt in do open schacht,
nu daalt ook de kleine grauw gestreepte vlieg.
on wacht en wacht onverbiddelijk, het heele
lichaam gelicht op de pijp. waarin do
graafwesp ver hveen. De wesp duikt op, hij schar
relt wat in 't zan l, viiegt heen en, zoo snel
van het personeel wordt niet vergeten te
wijzen op de nieuwe arbeidswet, waaronder
thans ook de huisbedienden vallen, eii waarby
werkgever en werkgeefster worden verplich
de in dienst genoinenon bij ziekte niet alleen
het volle loon te blijven uitbetalen, maar
hen ook gedurende een zeker aantal weken
te verplegen en de kosten op zicli te nemen.
Naar aanleiding volgt dan de goedo, prac
tische raad aan wie hot geld niet voor hot
grabbelen hooft, om met de te huren dienst
bode eorie afspraak to maken aangaande hot
lid worden van een 'Jekenfonds.
Practisch en begrijpelijk in hooge mate
zijn de beschouwingen over voeding en klee
ding; menschkundig die over het toilet, de
mode, do kleerkast, 0011 blik in welke laats'te,
naar hier wordt beweerd, voldoende is om
een oordeel te vormen over de bozitster.
Dat reinheid tot in het pijnlijke moot worden
betracht op eene wijze, waarvan on^e groot
moeders niet hare onkunde van wat dt studie
van bacillen en microben ons omtrent de ge
varen van infectie heeft geleerd, geen voor
stelling haddon of konden bobben, wordt op
tal van bladzijden aangetoond. Beknopt en
duidelijk zijn do wenken voor de verzorging
vaii hot jonge kind, voor do karaktervorming
van het schoolkind, waarop juist de moeder
in do vrije uren, die het schoolleven overlaat,
zoo overwegenden invloed kan oefenen, indien
zij zorgt do vertrouwde te blijven van haar
kiud. Zeer bahartigenswaard zijn de opmer
kingen over het vereenvoudigen van djn
huisarbeid, waaraan de huisvrouw voel kan
doen en wie redelijk denkt, zal er steeds op
uit zijn, haar werk goed te doen in den korut
mogelijken tijd. Wat er op pag. 10") wordt
gezegd over coöperatie mag wel ernstig
worden overwogen door alleen staand ! vrou
wen, die mot bekrompen middelen bij voel
ontbering nog juist rond kunnen komen ;
en waarlijk niet minder doo rgezinnen, waar
van or drie, vier of mei r onder n dak
wonen en waar, zeggen do schrijfsters, terwijl
op iederen halven cent dient gelet, verschei
den malen per dag op drie, vier plaatsen
wat water tot koken worden gebracht voor
eon kopje thee of koffie en waar in drie of
vier keukentjes n potje wordt bereid,
terwijl ne plaats daartoe voldoende zoude
wezen on zelfs betere resultaten leveren met
betrekking tot onkosten on tijd. Moest ook
do waschtobhe in dergelijke woningen niet
plaats maken voor een deugdelijke
wasctimacliino, waarvan hot gebruik op coöpera
tieven grondslag werd goregeld ?
Wie beseft, zoo besluiten do schrijfsters
haar voor t rel lol ij k werkje, dat velen zich
mogen aanschaften om don inhoud er van to
overdenken ten zegen van haar zei veen van
ha ir gezin, wie beseft, dat hot oneindig
heelal niets anders is dan eene samenvoeging
van ondeelbare deeltjes, van atomen, dio zal
een diepon indruk mot zich omdragen van
de beteekenis van het kleine. Welnu, het
gezin is als een heelal in miniatuur. Zijn
bestaan, althans zijn welzijn, is gemeenlijk
afhankelijk van niets anders dan kleinigheden.
Mïiar dat men, gaan do dames van Manden
en Haighton voort, het oog toch niet vorlieze
op het verschil tusschen groot en klein ton
gunste van hot kleine. Want zou het groote
er al niet wezen als er geen partikels beston
den : aan een atoom op zich zelfheeft men
?niets. Do vrouw in liet algemeen, doordien
zij zoo veelvuldig kleinigheden heeft te be
rechten, vertoont maar al te dikwijls nei
ging zich blind to staren op nietigheden.
Dat wij alzoo, de veelom /attende hateokenis
van hot kleiiio erkennen lo, de meerderwaar
digheid van hot groote i u '.ion ; en het groote
nastreven, voor zoover onze levensweg er toe
leidt of or toe leiden kan.
JOIIAXXA W. A. NAHKK.
voor VronwcntaecliL
De afdeeling Amsterdam der Vereeniging
voor Vrouwenkiesrecht hield op Donderdag
2üJuni een huishoudelijke vergadering, waarin
dat de oogen het vliegje nauwelijks kunnen
volgen, stort zich de parasiet i u de pa* v ei lat en
gang. Geen tien tellen later is hot diertje or
weer boven en wandelt langhaam heen. Zijn
taak is volbracht, zijn kind zal leven van de
voorraad door de wesp verzameld, uit het
vliegengraf zal een parasietvlieg opstijgen,
geen graafwesp met zilveren bovenlip en
zwa velgele ringen.
Het is bijna twaalf uur, de zonnestralen
slaan als heeto pijlen in don grond, het hoele
slingerpad gloeir, en het zand, uu overal wit,
kaatst de stralen terug tegen de bloemen
aan zijn rand ; die laren hun bladeren han
gen, /.e gnan hun middagslaapje doen ; 't is
al te, warm.
Wij houden 't nog even uit. Met een lange
grasspriet peilen wij het wespen^aalje, het is
ruim twee decimeter diep. Met overleg en
geduld graven wij met liet trotl'elvormig !
plantenschepje zorgvuldig om't kuiltje hoen; i
hoe dichter bij do grasspriet, die wij in do |
schacht hebben laten steken, hoe
voorzichler; eindelijk is de bodem van de mijn, die de
wesp heeft gegraven, bereikt; daar liggen vier
mooie glanzend groene vliegen, zo trekken
zoo nu en dan nog met een poot, op twee
er van is een eitje gehecht: n als een
speldeknop. geel en langwerpig en n rond en heel
klein, alleen niet deloupe te zien. Alles bijeen:
lovende dooden, nieuw leven en de
onuutkombare doed er al weer bij.
Wij staan op, maar bij 't terugkeeren naar
door de presidente verslag werd uitgebracht
aangaande de actie in de jongste verkiezings
campagne gevoerd. De werkzaamheden,daartoe
door het afdeelingsbestuur in samenwerking
met een comitévan bijstand verricht, be
stonden allereerst in het doen van huis
bezoek, vooraf aangekondigd door een schrijven
met begeleidende kaart, die de mogelijkheid
aan de hand gaf om den wensch te kennen
te geven, dat men het bezoek niet begeerde
te ontvangen. Omtrent 2<)00 exemplaren dezer
circulaire met kaart werden verspreid. Het
beperkt aantal werkende leden liet niet toe
de/,e zaak op groote schaal te drijven, in
groepjes werden de vergaderingen der ver
schillende kiesvereenigingen bezocht om met
de sprekers te debatteeren of hun vragen lo
stellen, wanneer men tenminste toegang kon
krijgen tot die vergaderingen, wat althans
bij die der kerkelijke partijen vaak moeilijk,
soms onmogelijk was. De spreeksters der
vereeniging, opkomend voor het goed recht
der vrouw op staatkundige gelijkstelling met
den man, ondervonden over het algemeen
veel welwillendheid en sympathie bij het
publiek. Meermalen bleek een candidaat, die
dien eisch wilde afwijzen of wegpraten in
tegenspraak te zijn met de gevoelens zijner
hoorde; s.
Aan alle :U rnndidaten in de
Amsterdamsche districten werden vragen gesteld om
liet door hen ingenomen standpunt tegenover
de vnmwenkiesrecht-quaestie te leeren ken
nen. Van 14 eandi laten kwamen antwoorden
in. Actieven steun werd verleend aan 4
candidiiten, waarvan n, mr. W II. de Beaufort,
in eerste .stemming is gekojen.
Voor het beginsel van vrouwenkiesrecht
in liet algemeen is bovendien gewerkt door
het verspreiden van propagandalitteratv.ur,
het dragen van liet insigne, het doen aan
plakken van een honderdtal groote aanplak
biljetten en het uitreiken van circa 14000
manifesten op vergaderingen, in het Vondel
park, aan het, Coneertgebou-v, aan Artis, aan
ie Beurs, bij het uitgaan der fabrieken en
werkplaatsen, aan de Kijkswerf. aan de Gast
huizen. Dit is misschien wel het d mkbaarste
en het vruchtbaarste werk geweest. Levendig
werd betreurd, dat niet meer leden der
vereeniging, ware het s'erhts voor enkele uren,
zich hiervoor beschikbaar hadden gesteld.
Ken rondschrijven aan de leden om morrelen
en linant ioelen steun bracht veel bij tot
stijving der l as en van eoii vriendelijke
mannenban l ontving liet be-tuur ten behoeve
zijner werkzaumh'xlen eene mooie kaart van
Amsterdam mot de veid 'elingju kiesdistricten.
Jon ANNA W. A. NAÜKK.
,V.r. der Afd.
l'rnix in /</?;'/;*< * Wltulimir Bnrlutinsli.
Lu j'i'innn'. <t'au/iiitnr/ini.
I'rins Wladimir Bariatinski diende als lui
tenant bij di: keizerüjk-Russisehe garde. Hij
viel bij het hof' in ongenade door zijn
echtverbintenis met du taU'i.tvolle, fatsoenlijke,
Pool-'che actrice, IJdia Zavorskaja. Bij zijne
beminnelijke eehtg-noote vond hij een schat
van liefde en toewijding, die hem troostte
over de geringschatting, het echtpaar
onverholen beloond. Wladimir Bariatinski deed
in Rusland wat Alfred' Sutro in Engeland
in zijn jonasten tooneelarbeid : IK: muren
van Jericho" deed.
Beide dramaturgen geeselen de verdorven
heid der aanzienlijke klingen. Eugeland's
Smart Set" werd doo" Sutro op de kaak ge
steld. Prins Bariatinski schrei i'
toonoeUtukken waarin de Rnssi.-ehe adel en de bun
aucratie uit het (Varemijk getuchtigd worden.
Herhaaldelijk verbood do censuur de opvoe
ring van Baria; iiiski's werken. Hij veilooi
den moed niet en zijn laatste stuk: Oe
Levensdans" heeft nu reeds de KiOste opvoe
ring beleefd en trekt nog stteds volle zalen.
liet eenmaal door b'and vernietigde Nieuwe
theater aan het Moïka-kanaal te St. Peters
burg, werd door prins Bariatinski weer
opgebouwd en he.t wordt nu door hom en
zijne vrouw geëxploiteerd. Het echtpaar
Bariatinski geeft aan hun geheele gezelschap
een voorbeeld van arbeidzaamheid, orde en
tucht. Zij brengen soms heele dagen in hu u
theater door, onverpoosd bozig met de lezing
van nieuwe stukken, repetities,
tooneelschikking, lettend op decoratie schilderin /.
vervaardiging van kostuums, proeven nemend
met licht-ett'ekten. Geheel en al zooals do
onvermoeide Sarah Bernhardt de belangen
van haar theater behartigt Bariatinski zei
onlangs lachend tot een reporter : 1-Vitelijk,
doen wij alles in ons theater behalvt slapen.''
Prinsts Bariatinski, Lidia Zavorskaja, zooah
zij nog steeds in Rusland genoemd wordt, is
een intelligente, beschaafde, geestige com
dieune.
De foyer van het Bariatinski-theater is
ingericht met al het vertoon van Russische
weelde en grootheid. De pauseerendo schouw
burgbezoekers, die naar den foyer gaan
wandelen door een smaakvolle en gezellig)
enülade van salons. De buffetten, voorzien
van allerlei exquise versnaperingen en
ververschingen, worden omstuwd door in livroi
gestoken dienaren, uie de honneurs waar
nemen.
Wladimir Bariatinski heeft deze salons
voor het publiek ingericht als een raout"
ten paleize.
* *
*
Het is ondoenlijk kennis te nemen va:i
don inhoud der taüooze binnen- en
buitenlandsehe week- en maandbladen.
De \~onk, onder redactie van Marie Met;>
Koning en Top S'aeff, mocht niet tot een
vuurtje opvlammen. Na een kort maar krach
tig bestaan van slechts 7 weken, doofde J)<:
Vonk onder de asch.
Aan La femme d'aujourd'hui", liet geïl
lustreerde Fransche maandblad, is allicht oen
gunstiger lot beschoren.
La femme d'aujourd'hui" is, krachtens.
haar geboorte-akte nog een baby. Ken
praclitbaby van twoo jaar, die alle wiegen-kwaalljes
reeds achter zicli hooft en ontluikt tol frisch.
kiachtig leven. De inhoud van elk nummer
is aantrekkelijk door vlotte, afgeronde ar
tikelen. De hodendaagsche vrouw. la
femme d'aujourd'hui, prat op actualiteit, i.s
dit in ruime mate.
De inhoud der 24ste aflevering, het
Juninummer van dit jair, bevat o. a.: Do vrou
welijke omgeving van Wilhelm 11".
Naar aanleiding d :r Whistier Tentoon
stelling en van hot Logaat-Stillinan.
A'iierikaausche ar listen te Parijs."
De moderne harem."
..A travers la mode."
De opvoeding van een koning, Alfonsm
XIII van Spanje.'"
Keu vrouwelijke componiste."
Van dio componiste (Armande do Polignacj
een muziekstuk, eindelijk een compleete, uit
hot Engelsen vertaalde roman; <V»v>«/'</mr.
Wat zou men mér kunnen verlangen '!
CAPRICE.
Aardlez'-ïn met f;el,-l(i/,te room. Rijpe, geu-igo
aardbeziön wasschen en goed laten uitlekken,
daarna in kristallen schotel stapelen, telkens
\\at grove. wiUe suiker strooiend tus.-eheii
de vruchten. Bedekken met een laag
stijfgeklop e slagroom. Presenteeren met vanille
biscuits.
(fnonti' umaïrlt'le» a l'Amfr'i'/iini'. Laat eer>t.
in den oven bakken en daarna braden iu
boter waarbij I kruidnagel, een weinig safraan,
gember en piment is toegevoegd, zoete, ge
pelde amandelen. Los een weinig Arabische
gom op in volume water evenredig aan do
gom. Bevochtig met deze oplossing do uit
gelokte en ai ,'ekoeide amandelen Bestrooi
ze met lijn zout. Laat droogen.
(Recept uit de Juni-alleveiing van
Lu fniurti' </'«/y'ou)W/,«<'.)
Nestjes van een behangersbij.
Hoe wij
de lietson valt van ons allen tegelijk het oog,
gewend nu aan 't speuien, op veel grootere
gaatjes, openingen van schachten, waterpas j
gegraven in den steilen wand van het
wagenspoor. En meteen zien wij een groote grauwe
bij met iets groens, gruolerdau hij zelf. verdwij
nen in de zwarte kuil. We liggen er al weer hij.
Een pas verder komt er weer een thuis, hij
draagt een stukje blad dubbel gevouwen
tusschen de poolen. Dat zijn behangersbijon : zij
tapisseeren do kuilen met langwerpige, keurig
uitgesneden, stukjes berkeblad. I let uitgraven i
gaat hier gemakkelijk, want de gang is on- i
diep. liet eene nestje, is pas begonnen werk: |
twee enkele groene zijwanden, los verhoeden.
Het andere is al bijna klaar, want na n
minuut is de behanger terug met ef-n rond
knipsellje, zoo groot als een dubbeltje: dat j
is liet bekende sluitstuk. j
Do bij vliegt weg om een tweedo of derde
te snijden uit do be,rk aan 't eind van liet
pad, in oen oogenblik hebben wij 't keurig
nestje uit don grond gelicht. Nu komt do
gedachte op aan een experiment, aan het op
do proef stelien van 't dier, op verstand of
instinct: de eeuwige onoplosbare vraag. We
schuiven do uitgegraven kuil dicht, leggen
een handbreed verder het uitgegraven nest
in het middenstuk van een lucifers ioosje,
een groen eikeblad komt boven op 't groene
rolletje te liggen, waar, in hokjes, eieren en
voedsel voor zijn jongen door de graaf bij
zijn bijeengebracht. Rondom planten wij snel
een tuin van eiketakjes: het tooneel is vol
komen veranderd. Daar komt de behanger
terug mot een tweede sluitstuk in do poolen.
we zien hem al >~an verre aankomen. Ont
steltenis! Do wiog.de kinderen, de provisie,
met zooveel moeite en zorg vergaard, weg.
alles weg. Vier vijfmaal slaat hel arme beest
op de goi d bekende plek neer. het sluitstuk
houdt hij vast, probeert een kluitje te ver
schuiven en wringt den kop in 't zand.
't Diertje is blijkbaar wanhopig en wij
wreede menschen blijven kijken en
experimeriteeron. Do bij kan 't niet terugvinden ;
'c is ook al te veel gevergd. We zullen
't nest maar weer verpTaatsen on uit hot
doosjo leggen, noen, wacht even, hij gaat
kringen beschrijven in den omtrek van zijn
vroegere kuil, daar zweeft hij om het
doosje, zonder ca oogenblik te bedenken valt
hij er op n oer on . . . gaat voor onze oogen
open en bloot aan 't, werk. Een half uur
hebben 't diertje zien werken en zwoegen,
een nieuwe cel bij de oude zien voegen, een
ei leggen en voedsel halen, mot aandacht
hot sluitstuk zien vastlijmen en toen. ja toen
was de zucht tol experimeriteeren ons al weer
Ie sterk.
In oen kleine zwarte, kartonnen
insectendoos stond nu't lucifersdoosje met het groene
nest, on bedekte de vroegere mijn-chachf.
Het diertje kwam terug, trachtte onder
de doos door te graven, wat hem gelukte.
on kwam terug mot hot groen blaadje nog
altijd tussehen de poolen geklemd Maar
zijn nest heeft hij niet kunnen terugvinden.
Hoe d .vaas ook 0:11 't lo verwachten en naar
zulke proefnemingen, te willen oonleelen
over 't verstand van 't dier.
\ erbeeld u eenzaam wonende vrouw, die
haar kind in haar hutje een oogenblik verlaat
om molk te halen in do buurt, en die bij
haar terugkomst haar hutje niet terng/iet,
maar op do plaats daarvan oen bosch vindt
geplant en midden daarin oen reusachtig
gebouw. Zal die in zoo'n toestand bedenken,
dat haar kind daar wel eens boven op dio
zwarte pyramiede kon liggen, onder bladeren
verscholen? Een mensch zou immers in zoo'n
geval plotseling stapel gek worden, en van
oen behangersbijtje verwachtten wij. dat 't
vernuftig en kalm genoeg zou zijn om al die
hocus pocus te ontraadselen! 't Is nog de vraag
wie do domste was, de mensch of do b!j.
K. HI:IMANS.