Historisch Archief 1877-1940
No. 1467
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
naichétapijtenmaaksten (een te Luik uitge
oefende industrie), en eindelijk de
hoedenmaaksters.
Wilt g\j au iets meer weten met betrek
king tot het vrouwelijke handwerk, dan zult
gjj wellicht met m\j vinden, dat er geen
vraagstuk bestaat, dat meer onze belangstel
ling verdient dan dat der bezoldiging. Doch,
in dit opzicht wachten ons treurige erva
ringen. Wat ik daarover mocht vernemen,
schrijf ik letterlek af, latende de cijfers voor
zich zelf spreken.
In het handschoenenvak werkt men van half
acht tot half acht, met een rust van ander
half uur 's middags, en verdient 2 fr. per dag.
De machinebreister werkt thuis; zij berekent
dat zij 2,fr. per dag verdient.
In het tapijtenvak worden de arbeidsters
tegen fr. 1.50 per dag betaald. Rusttijd, ander
half uur.
De gordijnenborduursters verdienen 2 fr. per
dag.
Beter er aan toe is de kerksieradenmaakster,
zij verdient gemiddeld 3 fr. per dag, doch
dan behoort zij vlijtig en geschikt te wezen".
Z\j werkt per stuk.
De bloemenmaakster ontvangt, althans een
première", fr. 1.50 per dag. Zij werkt van
8 tot 8. De leerlinge ontvangt niets, of 0,25
a 0,40 fr. per dag.
De stroohoedenvlechtsters krijgen l fr. a 1,50
fr.. Zy werken te huis, en er zijn tijden dat
er iets meer wordt verdiend. Doch daarvoor
hoeft men naarstig te wezen".
Met kantwerken wordt te Brussel verdiend
2,50 fr. a 3 fr. per dag, voor een twaalfurigen
arbeidsdag, met een pauze van 2 uur. Het
slechtst er aan toe zijn de kantwerksters op
het platteland. Te Marche (Luxemburg) wor
den de werksters meestal betaald tegen 0,50
a 0.60 fr. per dag; het hoogste loon is 0,70 a
0,80 fr. In Geeraardsbergen verdient men
hoogstens l fr. per dag; te Cortemarck
(West-Vlaanderen) is het loon l fr. 1,50 fr.,
voor het fijnere werk, dit alles voor een goed
gevulden arbeidsdag.
Men ziet, alle commentaar is daarbij over
bodig.
* *
Het Palais de la Femme licht ons mede in
omtrent de vrouwelijke weldadigheid. Aan
dit woord weldadigheid", zou men allicht
aanstoot nemen, doch meer bepaaldelijk zijn
bedoeld de sociale werken ingericht door de
vrouw en voor de vrouw.
Ze zijn vele, en van allerlei aard. Ook wil
ik dadelyk bijvoegen dat mijn overzicht in
dit opzicht niet op volledigheid kan aanspraak
maken. Want de documenten, muurtabellen,
jaarverslagen, enz. hier verzameld vaak onder
zeer aantrekkelijke vormen ik wijs slechts
op de frissche versiering van vele tabellen
zijn zeer talrijk en mijn doel gaat niet verder
dan eenige losse nota's daarover mede te
deelen. Wie er meer wil over weten, moet
ik verwijzen naar het uitvoerig en zeer interes
sante boek van mevr. Vloeberghs, la Belgique
Charitable (Bruxelles, Albert de Wit).
Men zal begrijpen, dat vele dezer werken
in een katholiek land als België, mede een
katholiek karakter aan zich dragen. Zij
zijn dan ook vaak een uitvloeisel van
diepen godsdienstzin, die zich nuttig wil
maken in de maatschappij tegenover den
ongelukkigen bedreigden medemensch. De
vrouw helpen zich door de wereld te slaan,
ze opheffen of steunen daar waar zij bezweek
of zou kunnen bezwijken, haar stoffelijk
bijstaan, haar en de wezentjes wien zij het
aanzijn heeft geschonken : ziedaar zoo onge
veer de nagestreefde doeleinden dezer chris
telijke pogingen.
Eenige daarvan, zoo grasduinende in mijn
nota's, zal ik noemen.
Hier hebt gij b.v. het Maison de Refugepour
Jilks repetities: deze kring heeft thans
toevluchtshuizen in verscheiden steden van
België.
L'Oeuvre Patronale pour jeunes filles. De be
zorgdheid van dit maatschappelijk werk strekt
zich uit tot zeer jonge meisjes, alsook tot
UIT DE NATUUR.
CXVII. Van Vlasbekjes en
Eierzwammen.
ongehuwde vrouwen tot 40-jarigen leeftijd.
Het is ongeveer door het gansche land ver
spreid. Te Luik alleen bestaan 17 patronages.
De toegetredenen vereenigen zich 's Zon
dags en ontvangen geregeld eenig onderricht
in de zaken van den godsdienst, alsook in
de wellevendheid, terwijl verder gezorgd
wordt voor doelmatig amusement. Moest de
patronage een ernstig karakter krijgen of
vervelend worden, dan zouden de toegetre
denen allicht spoedig wegblijven. Om haar
ijver aan te vuren, geeft men ze bons de
présence, waarmede zij in de fancy-fair welke
steeds in het voorjaar wordt ingericht, een
of ander kosteloos kunnen aanschaffen. In
den laatslen tijd heeft men in de patronages
ook spaarkassen en pensioenkassen ingericht.
L' Oeuvre des dispensaires du Calvaire, ingericht
met het oog op het helpen van zieken.
La Ligue des Femmes Chrétiennes, een maat
schappelijk werk, welks hoog gewicht men
kan afmeten wanneer men weet dat de
afdeeling Luik en al de groote steden bezitten
er eene 800 leden telt. Het doel is twee
ledig. In de maandelijksche bijeenkomsten
waartoe steeds wordt aangespoord door het
uitdeelen van bons de présence, welke ongeveer
0.50 fr. waard zijn, wordt eenig onderwijs
gegeven, meestal van practischen aard en op
het gebied der huishoudelijke wetenschap of
der gezondheidsleer. Dit onderwijs wordt
gegeven onder den vorm eener voordracht
of causerie, nu eens van ernstigen, dan van
meer onderhoudenden aard. Men houdt er b.v.
een praatje over de zorg voor de gezondheid,
of de opvoeding der kinderen, de vorming
van het karakter, den familiegeest, of anders
komt een of ander redenaar iets vertellen
over een gemaakte reis. Geen onderwerp is
uitgesloten, mits men belangwekkende din
gen vertelt en onder populairen vorm.
L'Oeuvre du Vestiaire, tot uitdeeling van
kleeren aan behoeftigen.
Le Grand Air pour les Petits, kring voor
vakantiekoloniën.
Le Lait pour les Petits behoort uitsluitend
tot de stad Antwerpen: melkverschaffmg voor
kinderen van behoeftige moeders.
De weeshuizen, gedirigeerd door leeken of
religie-izen, en bestemd tot opneming der
ouderlooze meisjes. Dezen blijven er tot den
leeftijd van 21 jaar en leeren er een handwerk.
L'Oeuvre des Retraites fermées pour jeunes
filles, gedirigeerd door geestelijke orden, doch
geholpen door niet-religieuze elementen.
L'Oeuvre du Manteau de tit. Martin, kring
von liefdadige dames, die kleeren maken
voor de behoeftigen van het platteland.
Les Dames Auxiliatrices, kring van dames,
die de zieken te huis gaan opzoeken en
verplegen.
L'Oeuvre de St. Regis, kring die zich ten
doel stelt de vrije huwelijken te
regulariseeren. Een katholiek werk, uitgeoefend door
heeren en dames, de eersten meer bepaal
delijk gelast met het verschaffen der noodige
papieren en het verrichten der wettelijke
formaliteiten, de laatsten zich wijdende aan
het opzoeken der in vrije liefde levende
paren, en het overredingswerk, Al de kosten
verbonden aan het regulariseeren der ver
houding zijn ten laste van den kring; zelfs
worden door dezen vaak de huwelijkskleeren
kosteloos verschaft. Dit Oeuvre de St. Regis
kwam in 1869 te Luik tot stand. Sedert
werden meer dan 11,000 verhoudingen gere
gulariseerd en tevens meer dan 7000 kinderen
wettig gemaakt.
L'Oeuvre de la prolection de la jeune jille,
alweer een kring, de op aanzienlijke resul
taten mag bogen; de bemoeiingen dezer dames
hebben ten doel de meisjes, die uit het bui
tenland komen, te beschermen tegen de ge
varen van het haar onbekende land, haar
aan een betrouwbare inwoning en zoo moge
lijk aan een betrekking te helpen. Een zeer
katholiek werk.
Daartegenover staat de (protestantsehe)
Union internationale des Amies de la jeune jille,
even verdienstelijk als haar andersdenkende
zuster.
Vlasbekjes. Links een bloem met twee sporen,
op den top een pelorische bloem.
Als men een poosje met een of ander
natuurvoorwerp bezig is geweest, blijft de
belangstelling gewoonlyk nog een tijd
nawerken. Zoo ging het mij van de week met
vlasbekjes waarover ik naar aanleiding van
Species and Varities door prof. Hugo de Vries
geschreven heb.
Maandag wielden wij van Hilversum naar
de Lage Vuurgche en dicht bij de eerste bocht
links stopte ik onwillekeurig op 't gezicht
van een akkerrand, letterlijk goudgeel van de
bloeiende vlasbekjes. Stellig dertig meter
was de gekleurde rand lang en haast onaf
gebroken.
Het trof me hoe mooi die alledaagsche
wilde bloemen kunnen zijn. Nu stonden hier
bijzonder mooie exemplaren, dat is waar; diep
geel met zeer donker oranje keelslot. Het
was werkelijk een lust er eens langs te loopen,
en de grootte en warme kleur der bloemen
te bewonderen. Ken groot aantal hommels,
meest akkerhommels in rossig bruine pels,
een enkele steenhominel in roodbaaie onder
rok en een paar rnoshommels in leverkleur
gekleed, waren er heel haastig en druk zoe
mend aan het bestuiven. Sommige van de
nijvere diertjes hadden zware broekjes van
't stuifmeel, andere waren speciaal op honing
uit. Aardig om te zien met hoeveel behen
digheid ze plaats namen op de onderlip.
hun heel gewicht lieten werken om de sluit
klep omlaag te duwen, en dan kop en bovenlijf
naar binnen wrongen, om de tong diep in de
spoor te steken, die mij bij deze bloemen
buitengewoon lang toescheen.
Trouwens de geheele habitus van de planten
kwam me iets anders voor dan van de vlas
bekjes, aan den overkant van 't 1.1, in Salland
langs de landwegen en aan den IJsel, dieik
't meest /.ie. Bij Muideroerg, aan 't strand
bij Harderwijk en langs de vaart van
Hakkeiaarshek naar Naarden staan enkele exem
plaren, die in 't ge'ieel geen oranje op de
sluitklep hebben. Zulke, die ook interessant
zijn om redenen van variatie, vond ik er niet
bij ; en ook was 't opmerkelijk dat wij hier
geen exemplaar met aangeboorde spoor kon
den vinden. Alle hommels deden plichtmatig
hun werk; geen enkele was te lui of te kort
van tong. om den gemakkelijkste!! maar
oneerlijken weg te namen naar den honing.
Anders is het regel veel bloemen met een
gaatje in de spoor te vinden ; te zwakke of
gemakzuchtige hommels boren zoo de spoor,
het honingvat, aan; een ander soort van bijen
ook vaak de honinghijen, die te zwak zijn
om de klep neer te drukken, profiteert van
de gepleegde inbraak en van de open deur,
om op goedkoope wijze wat honing machtig
te worden.
Het was aan den grintweg blijkbaar een
ideaal en royaal hoekje voor vlasbekjesgroei
en ja, waarom zou er dan ook niet een
enkele pelorie onder sjhuilen.
Die ziet ge in de massa evenwel zoo gauw
niet en daarom gingen wij met ons beidjes
stelselmatig aan 't zoeken, iedereen kijkt een
paar minuten, dan weer de oogen rust
gunEindelijk zeer talrjyke mutualistische
vronwenkringen, ontstaan in de laatste jaren na
het tot stand komen van de wet, waarbij
aan een erkende mutualiteit een officieele
toelage wordt verstrekt.
Ze opnoemen zou al te veel ruimte inne
men, en om zich ervan te overtuigen, werpe
men een blik op de zeer interessante kaart
hier aanwezig: La femme charitable dans la
province du Hainaut, welke een overzicht
geeft van al wat in deze ne provincie ge
daan is ten opzichte der hulpbehoevende
vrouw.
Niet het minst de aandacht waard zijn de
tafels, waar de brochures verspreid liggen
met betrekking tot den strijd der vrouw tegen
het alcoholisme, nl. tot de Union des femmes
belges contre l'Alcool. Helaas, ook in Belgi
ontbreekt de arbeid niet in deze richting.
De Union werd gesticht te Brussel in 1899,
en heeft thans 7 afdeelingen: Brussel met
ongeveer 150 werkende leden, Luik 120,
Verviers 80, Seraing 50, Herstal 14, Gent 40
en Nieuwpoort 30. Behalve deze werkende
leden bestaan er ook begunstigers of membres
sympathiques, en daar deze geen contributie
te betalen hebben, en toch de uitgaven van
den kring ontvangen, zyn zij bijzonder talrijk.
Zoo telt de Luiksche afdeeling alleen 1485
membres sympathiques. De kring tracht zijn
gedachten te verspreiden door feesten en
voordrachten van 1900 tot 1905 werden
er door de Luiksche afdeeling 29 gehouden
door het uitgeven van tracts, door het
stichten van Cafés de tempérance (te Luik zijn
er thans drie, waarvan twee ruim de kosten
dekken) eindelijk door het persoonlijk voor
beeld. Omtrent de verkregen resultaten kun
nen bezwaarlijk cijfers worden aangehaald.
Doch de dames van het comitéverklaren dat
de matigheidsideeën zich verspreiden, en het
bewijs voor deze stelling vinden zij in het
feit dat het publiek niet meer met de pro
paganda den spot drijft en er thans reeds vraag
is naar door den kring uitgegeven brochures.
In dezelfde richting werkt ongeveer Ie Bien
eire social, doch het werk is steil katholiek en
heeft zelfs den naam intolerant te zijn.
Eindelijk moeten hier nog vermeld Le
Feminisme Chrétien en de Union de la Maison des
Servantes, ook de Bourse du Travail pour Fem
mes, welke ten doel hebben de dienstmeisjes
behoorlijk logement en een betrekking te
bezorgen.
In dezelfde richting, doch meer bepaaldelijk
voor onderwijzeressen en gouvernantes, werkt
de Croix Verte.
* *
#
Ziedaar een en ander met betrekking tot
het liefdadige België, zoover er de vrouw bij
betrokken is. Deze korte mededeelingen be
wijzen reeds dat de geest van bezorgdheid
alhier levendig en actief, van een andere
zijde, dat het arbeidsveld ruim is.
Toch, een bedenking dringt zich hierbij
op. Er wordt, niemand zal dit betwisten,
gewaakt en gezorgd, geholpen en
bijgesprongen. En dit is zeer verdienstelijk. Doch, ligt
niet grootendeels de eerste bron van velerlei
ellende in de hongerloonen, welke de vrouw
voor haar arbeid ontvangt? Niet alleen de
bedreigde of bezweken vrouw verdient onze
belangstelling: ook is dit het geval met de
vrouw die worstelt tegen de maatschappelijke
misstanden, en daarbij eerlijk wil blijven.
Wel zie ik het Palais dn la Femme dat veler
lei is verricht om de ongelukkigen te helpen;
doch niet, dat er pogingen zouden gedaan
zijn om de worstelenden te steunen. En toch
is het verbeteren der vrouwenloonen een
punt van gewicht, en een verbetering in deze
richting zou zonder eenigen twijfel talrijke
kringen, welke zich thans met de ongelukkige
vrouw bemoeien, het werk uit de handen
nemen.
Auo.
Handwerk van een man ala geschenk aan
een koningin. Groep run koningin
Alexandra met haar o-nlangs gehuwde
hofiien ; anders zie ik ten minste net zoo min
afwijkingen als drukfouten ; en op dat stuk
ben ik niet sterk, zooals mijn lezers allang
gemerkt hebben.
Te meer verlangde ik er nog een te vinden,
omdat mijn vaste plekje er voor, bijApeldoorn,
bebouwd is en dat bij Muiden, waar ik er ver
leden week nog maar n zag, hetzelfde gevaar
loopt. En jawel hoor, wij vonden elk al gauw
een exemplaar, dat aan een paar bloemen twee
sporen vertoonde en binnen het kwartier een
tweede, dat een heusche, regelmatige pelorie
niet 5 sporen te kijk stelde. Er was nog iets
bijzonders aan 't geval. Onze pelorie zat
namelijk op den top van een stengel, een
hoofdstengel nog wel. en dat is inderdaad
een zeldzame plaatsing. Meestal worden die
zonderlinge bloemen onder aan den tros of
ten minste aan de zijsteiigels gevormd.
Het exemplaar is bezorgd, waar het thuis
behoort. Xog lang hebben we naarstig ge
zocht, met stille hoop op een echte volkomen
mutatie, naar een exemplaar met uitsluitend
pelorische bloemen, maar da* iriir -11 schim
geinenen, es hat 'nicht sollen sein.
Hier staan ze niet. u hoeft er hensch niet
meer naar te zoeken. \Vie elders in binnenland
of buitenland een mutatie vanLinaria vulguris,
het gewone vlasbekje met uitsluitend pelo
rische bloomen, mocht vinden, zal prof. de
Vries stellig een groot genoegen doen met
het hem levend, met knolletjes op den
\vordames en echtgenooten. Een ultra
moderne giraffen-moeder. Precioia van
prinses Gustaaf Adolf van Zweden.
Selma Lagerlöf. Johanna Ambrosius.
Koningin Alexandra van Engeland, verge
zeld door prinses Victoria, bracht eenige
dagen geleden een bezoek aan het nieuwe
militaire hospitaal te Millbank. Onder de
aangelegenheden, die in hooge mate de be
langstelling trokken van Albion's vorstin,
behoort de verpleging van zieke soldaten.
Steeds meer laat zij zich daaromtrent onder
richten, schenkt finantiëelen steun aan hospi
talen en gaat persoonlijk op verkenning en
onderzoek uit. Geheel onverwacht treedt zij
zieken-inrichtingen binnen. Tijdens haar be
zoek aan Milbank's hospitaal deed zich een
aardig incident voor. Een der
zieken-oppassers, sergeant Durham, vroeger bij de lersche
garde in dienst zat ijverig te werken aan
een prachtig tafelkleed. Juist was hij bezig
met het borduren van een groote
donkerroode roos. Lachend bleef Alexandra kijken
naar de vaardige wijze, waarop sergeant Dur
ham borduurnaald en zijden draad hanteerde.
De koningin en de prinses, die veel van
handwerken houden, bewonderden het mooie
tafelkleed, dat bijna voltooid was. De konin
gin vroeg of zij het tafelkleed mocht koopen.
Koopen ? antwoordde Durham, koopen ?
Neen ! geen kwestie van. Mag ik het kleed
aan uwe majesteit schenken ? Vorstin en
sergeant stonden op hun stuk. De eene wilde
koopen, de ander wilde het alleen als ge
schenk afstaan. De koningin verwijderde zich
om het ziekenhuis verder te bezichtigen.
Durham bleef onverstoord aan zijn subtielen
arbeid doorwerken. Voor het verlaten van
het hospitaal liet de koningin den
sergeantziekenoppasser nog even bij zich komen en
herhaalde, dat zij het door hem geborduurde
toch zoo hél gaarne wilde hebben.
Best ' antwoordde Durham, want ik wil
het Uwe Majesteit ook zoo hél gaarne
schenken. De koningin gaf zich zich ge
wonnen. Durham borduurde zijn tafelkleed
af, en zond het naar Buckingham Palace.
Koningin Alexandra is de beminnelijkheid
in eigen persoon. Zij doet voortdurend van
die cht-vrouwelijke, dóór-en-dóór gracieuse
dingen, die haar aller harten ontsluiten.
Dezer dagen zijn twee van haar hofdames,
Dorothv Vivien en Mary Hart Dyke getrouwd.
Als een doodeenvoudige, lieve, trouwe vriendin
van deze jonge dames, heeft zij zich, navol
trekking van het huwelijk, met de bruidjes
en haar echtgenooten, majoor Douglas en
kapitein Bell, laten fotografeeren.
Kon een moeder het liever bedenken met
haar eigen dochters ?
* *
*
Sedert vijf jaar is een giraü'en-echtpaar
gehuisvest in den dierentuin te Berlijn. Hun
tot dusver dorre echt is thans gezegend met de
geboorte van een welgeschapen, hoogbeenige
langhalzige giraffen-spruit. Moeder giraffe is
doortrokken van Charlotte Gilman's
archimoderne opvattingen. Zij verlangt skilied
help" voor haar zuigeling, van wiens toe
nadering en i'amiliariteit haar modernisme
niets wil weten. Baby heeft nu een oppasser
en een zuigflesch. Vijfmaal daags komt de
skilied help" den zuigeling laven met een
liter lauw-warme melk. Het girafje is reeds
zeer gehecht aan zijn pleegvader. Baby krijgt
dagelijks kinderbezoek. Hij wordt druk
bekeken en bewonderd door die heerlijke
oogen, waarvan Coppée Ie bel azur tonné"
bezong. Ken enkele keer mogen zij hun
viervoetig vriendje een zacht koekje of
biecuitje aanbieden, een versnapering, die
baby dankbaar oppeuzelt.
*
liet jonge mevrouwtje Gustaaf Adolf
Bernadotte van Zweden, prinses Margarethe
van Connaught, is bij gelegenheid van haar
onlangs voltrokken huwelijk rijkelijk, vor
stelijk in de preciosa gezet. Margarethe's
lievelingssteenen zijn robijnen.
De koningin van Engeland houdt het meest
van amethisten; de koningin-weduwe van
tel, in niet al te vochtig tnos verpakt, naar
Amsterdam te zenden. Want in zijn spe
cialer! tuin staan er nog eenige te wachten
op bestuiving met vreemd stuifmeel, dat
mogelijk gunstiger zal inwerken dan het tot
nu toe aangewende.
Maar al is de kans om aan dien grintweg
naar de Lage Vuursche peloriën te vinden
heel klein geworden, de wandeling of de
ilets-tocht is voor vrienden van de natuur
niettemin belangwekkend genoeg; al was 't
alleen om de ongelooflijke massa van een
soort bijzonder mooie paddestoelen, die er den
grauwen bodem van het dennenbosch oranje
kleurt; het is op een afstand gezien of er hier
en daar een bloemenbed aangelegd is op de
dennennaalden tusschen de roodbruine rechte
stammen.
Wol staan er enkele andere soorten, niet
minder merkwaardig ; zoo bij voorbeeld de
duivels/wam en het eekhoorntjesbrood, beide
bruine pijpzwammen met ronden
halfbolvormigen hoed, de een giftig, de andere
lekker voedzaam; en ook de zonderlinge
Stinkzwam, net een gloeikousje, eerst met
een groenen capuchon er op, later alleen
met een gaatje in den top; deze draagt terecht
don omineiuen en toepasselijkeu naam van
]'hallus impu Heus. Ge vindt ze het best op
den ri-uk afgaande, die akelig is als van rot
tend aas. Het mooie, vies ruikende ding is
niet giftig; al staat het hier en daar er voor
Italiëbijgenaamd de parel van Savoye,
geeft de voorkeur aan paarlen, terwijl haar
schoondochter Elena van Montemegro zich
het liefste tooit met smaragden.
Margarethe van Connaught ontving als
bruidsgeschenk van den koning en de konin
gin van Engeland een tiara van robijnen en
diamanten, en, om bij deze tiara te dragen,
schonk de hertogin van Argyll een lange
ketting van robijnen aan de bekoorlijke
Maggy". Een prachtige collier van robijnen
en diamanten was het gecombineerd geschenk
van den prins en de prinses van Wales, den
hertog en de hertogin van JTife, prinses Vic
toria en prins en prinses Charles van Dene
marken. De collier is een wonder van
artistieken arbeid en de robijnen hebben de echte
kleur bekend als druiven bloed". Van haar
ouders ontving de bruid een tiara van bril
janten. Een parure van safiren en briljanten
was het geschenk van de hertogin van Saxen
Coburg en haar dochter. Aan verscheiden
heid van tooi voor gala ontbreekt het Mar
garethe allerminst.
* #
*
Van de Zweedsche schrijfster Selma Lager
löf is een bundel novellen: Onzichtbare
banden" verschenen, die wederom zeer gun
stig door de kritiek ontvangen is. Selma
Lagerlöf is een Zondagskind. Op
zeven-endertigjarigen leeftijd in 1895 schreef zij haar
eersten roman: Gösta Berling". Van dit
vreemde, boeiende en merkwaardige boek
volgden herdrukken in snelle volgorde en
Selma Lagerlöf was plotseling een
Europeesche beroemdheid.
* *
*
Het nummer van 29 Juli jl. van de Woche
geeft een portret van de volksdichteres,
Johanna Ambrosius. Ook deze vrouw werd
bekend en belauwerd. zoodra haar eerste
verzen in 1895 verschenen. Reeds lange,
lange jaren, had zij haar lief-en-leed in verzen
uitgezegd, maar, nooit was bij de arme, in
kommer en nood levende dichteres, de ge
dachte opgekomen, haar verzen openbaar te
maken. Johanna Ambrosius dichtte omdat
dit haar leed verzachtte. Aan geen sterveling
kon zij toevertrouwen wat zij gevoelde; haar
man, een eenvoudige boer, begreep haar
niet; Johanna's kinderen waren nog te jong
om mee te redeneeren, het papier werd haar
eenige conüdent. Op aanraden van haar
zuster, zond Jobanna eens eenige versjes"
aan een tijdschrift. Haar dichtregelen werden
opgenomen, waardoor professor Schrattenfeld
de dichteres ontdekte". Tien jaar geleden
verscheen Johanna's eerste bundel en haar
naam was gevestigd. Een rederijkerskamer
uit Königsberg noodigde de dichteres uit,
haar verzen persoonlijk te komen voordra
gen. Johanna Ambrosius voldeed aan het
verzoek. Met schrijven en voordragen ver
diende zij een aardig duitje. Haar armoe
dig huisje werd gesloopt, en een nieuw,
vriendelijk, groen-omrankt, landelijk huisje
werd voor haar gebouwd, in het dorpje waar
zij geboren werd. Haar beide kinderen zijn
getrouwd. Haar dochter woont te Königsberg,
daar gaat zij af-en-toe heen, maar het aller
liefste leeft Johanna Ambrosius in stille
afzondering. Zij denkt er over, haar levens
geschiedenis te schrijven. De plaat uit de
Woche, doet de dichteres zien als een vrouw
van middelbare jaren, een vrouw, wier grove.
alledaagsche trekken geadeld worden door
den diepen ernst en weemoed waarvan zij
getuigen. CArRiCE.
* * * *
Crème verste, (Italiaansch recept). Vijf
eidooiers worden met vijf goed-gevulde
eetlepels suiker tot een dik schuim geklopt,
daarna roert men er 400 gram dikke zoete
room doorheen. Het tot sneeuw geklopte
wit van een ei mengt men door de massa
heen, die men in een pudding-vorm % uur
a 3 kwartier au bain marie iaat koken.
Een stukje kaneel en de pit van een perzik
of abrikoos in een dun linnen lapje gebonden
laat men meekoken. Wanneer het gerecht
klaar is, wordt het eenige uren op ijs gezet.
Men presenteert fijne patisserie bij deze crème.
Dooier-gele Eierzwammen.
te boek; een jonge kennis en overijverig
natuurvrieiid dreef het verleden jaar in mijn
bijzijn zoover, zoo'n mooi wit beschuitje, wal
gelijk evenwel door den geur, te gaan opeten.
Prosit !
De overgroote massa van paddestoelen, een
uur gaans lang aan den weg en verderop in
de bosschen vormt de fraaie Cantharelle
cybarius,de Eierzwam; dooiergeel of zacht oranje
gekleurd; de jonge en oude voorwerpen wat
bleeker, naar den gelen of grijzen kant; maar
meest alle zoo mooi van vorm, dat dadelijk
de lust tot teekenen opkomt. Jammer dat
de kleur en de reproductie niet zoo licht is
weer te geven of ook maar aan te duiden.
In de beste plaatwerken van zwammen, zelfs
van Michael is de tint nog lang niet juist en
warm genoeg getroffen.
Ik heb van handelszaken veel te weinig
verstand naar mijn zin. Maar ik wou wel
een vakman in deze comestible-branche, die
tevens financier is, aan 't werk willen zien,
om voor mij uit te rekenen of er ook maar
een slag naar te slaan, voor hoeveel duizende
guldens aan eierzwaminen hier in deze be
trekkelijk kleine bosschen jaarlijks nutteloos
vergaan.
Ze zouden in ons land echter nog weinig
aftrek vinden, denk ik ; eerst zou het gebruik
gewoonte moeten worden, maar waarschijnlijk
is, de eierzwam voor verzending geschikt. Dat
deze zwam de moeite van een proef waard
is, mag men wel aannemen op gezag van
Michael, die er van zegt :
11 ij (echter Gelbling, Gelding, PJifferliiig of
Eierpiiz) is een van onze voortreffelijkste
eetbare paddestoelen, en leent zich goed voor
allerlei manieren van bereiding. Wordt hij
gebruikt in gedroogden toestand, dan moet d e
eierzwam twee uur in water geweekt worden,
anders wordt hij taai. Hij blijft van alle
eetbare zwammen het langst frisch, inadem
zitten er zelden in, en het schoonmaken ver'
eischt weinig tijd en moeite.
Ongelukkig is er weer een dubbelganger
van deze Cantharelle, die, hoewel er nooit
gevallen van vergiftiging zijn bekend ge
worden, toch hier en daar als verdacht ge
boekt staat. Deze, de oranje Cantharelle
(Cantharella aurantiacus) groeit evenwel eerst
later in den herfst dan de echte, de Cantha
rella Cybarus. Toch moet,wie ze gaat verzame
len, voor 't gebruik, de echte van de onechte
kunnen worden onderscheiden en dat is niet
moeilijk door bijzondere uiterlijke kenmerken.
E. HEIMANS.