Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER W K EK BLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1477
Zwei Sonette: 1. Kann ich im Busen heisse
Wünsche tragen?" (Caroline von Günderode)
für Alt mit Klavierbegleitung. 2. Die
Liebende schreibt" (Goethe) für Sopran mit
Klavierbegleitung.
Zwei Lieder: 1. Hinüber wall' ich" (aus
Novalis': Hymnen an die Nacht) für Sopran
mit Klavierbegleitung. 2. Lied
derSpinnerin" (aus Chronika eines fah renden Schu
iers" von Clemens Brentano) für Sopran mit
Klavierbegleitung.
Es war ein alter König (Ballade von H.
Heine) für Bariton oder Alt mit Klavier
begleitung.
Deux mélodies pour Soprano avec accomp.
de piano (Poésies de Paul Verlaine): 1. Clair
de Lune. 2. Ecoutez la chanson bien douce.
UIT DB NATUUR.
Naar Brombergshöhe im Harz. V.
't Is een gewoon verschijnsel bij 't loopen
in een bergachtige streek, dat men niet erg
moe wordt of. dat men althans zijn vermoeid
heid niet sterk voelt, zoolang het bergop
waarts gaat; maar dat de beenen heel raar
gaan doen b\j 't dalen.
Nu waren wij stellig ook door 't klimmen
heen; wij merkten ten minste b\jna in 't ge
heel geen vermoeienis, toen wij na een kwar
tiertje rondslenterens aan den viersprong op
het plateau de hoogte maar weer ingingen.
De weg was trouwens niet moeilijk te be
gaan en de 150 M., die wij nog te stijgen
hadden om van deze Sternplatz den hoogsten
top van de bergkam te bereiken, waren over
een kilometer of drie verdeeld, 't Was dan
ook meer een wandeling dan een klimtocht.
Maar ook al was 't een lastige klimpartij ge
weest, ik geloof niet dat wij de vermoeienis
gevoeld zouden hebben, zoo veel verrassend
mooie punten bood ons deze merkwaar
dige weg.
Al dadelijk deed het ons prettig aan, dat
wij ook weer eens een uitzicht kregen, wel nog
niet zoo ruim, als w\j verwende Nederlanders
dat verlangen, maar 't begon er toch op te
lijken. De berg waar we tegen op moesten
en waaromheen ons pad zich slingerde, hielden
we voortdurend rechts, maar links van ons
weken de bergen en bosschen al meer en
meer terug. Ook de boomen belemmerden na
een vijf minuten gaans het uitzicht niet meer,
doordat wij er over heen konden kijken.
Nu begon er tevens het aangename gevoel
bij te komen, dat wij al stijgende met eiken
voetstap dien wij deden, het landschap dat
wij bereisden beter leerden begrijpen.
Als ge in ons vlak land op een grooten weg
door de bosschen wandelt, zegt n blik op de
staaf kaart, desnoods met een behulp van een
kompas, u dadelijk, waar ge zy't en hoe 't
landschap er uitziet, al beletten de boomen
den uitkijk. Hier, op een zoo sterk
geaccidenteerd terrein, met slingerbochten in den weg,
die ons het eene kwartier de zon rechts en
't volgende een heel eind links, nu van voren
dan van achteren doen zien, waar we een
dooden boom boven onze hoofden herkennen
als denzelfden dien we zooeven in de diepte
onder ons hadden, in zoo'n land raak je ge
woon weg, ook zonder nu juist te verdwa
len, de kluts kwijt Dat ondervind ik ten
minste meestal als iets onaangenaams; in de
Ardennen en den Eifel werd me dat wel
eens te sterk, zoodat ik hard naar mijn vlakke
landje terug verlangde, naar mijn heide of
zee met hun grootschen wolkenhemel.
Hier bij 't bestijgen, het langzaam opwan
delen van de Brombergshöhe evenwel ge
beurde juist het omgekeerde. Alsof iemand
onze bezwaren kende en het er op toe
legde, ons ook 't bergland lief te doen krijgen
onze oogen er op richtte, zoo wees ons die
slingerweg naar boven achtereenvolgens nog
eens stuk voor stuk de wegbochten, die wij
anderhalf uur lang hadden geloop en, de hel
lingen die wij hadden beklommen, maar die
ons zooeven geen uitzicht en dus ook geen
uitleg hadden willen geven. Halverwege den
top was het heele bergstelsel, dat wij
had.den doorwandeld ons al duidelijk geworden,
we keken er op als op een reliefkaart. Van
Seesen tot hier waren we dwars door een
afzonderlijk gebergte getrokken, dat bijna
Noord-Zuid verloopt, en door een diep lengte
dal duidelijk is afgescheiden van den
Oberharz; in 't noorden eindigt het in een hoogen
top, den Sangenberg. Recht voor ons in de
diepte lag het smalle lengtedal, dat de schei
ding uitmaakt; diep in de kloof stroomt de
Innerste naar 't noorden en wijst de richting
naar Goslar ; aan onze voeten moest
Lauthenthal liggen, dat voor dien dag het einddoel
van onze tocht was, maar van deze stad was
niets hoegenaamd te bespeuren.
Het heele dicht begroeide dal zonk dieper
weg naarmate wij hooger stegen; op 't laatst
was het een groote groene rivier waarop
de zacht bewogen boomkronen als onregel
matige goftjes dansten en kringelden. De
ontzaglijke oever aan de overzijde steeg op
uit de groene diepte van de reuzenstroom,
n woud van loofboomen beneden, van naald
hout in 't midden. Die oever werd bij het
verder wijken naakte rots, om ginds in de
verte en de hoogte, zoo hoog als wij zelf op
deze zijde stonden, met eenige blauwige
zachtgolvende bergtoppen den wazig witten hemel
af te lijnen.
Op een plek, waar de weg het lange dal
zoo dicht naderde, dat wij ons aan een
sparrestam moesten vasthouden om in de diepte
te durven neerzien, zweefde een groote don
kere vogel boven de kruinen; zijn vlucht
bedekte een paar sparretoppen, ons leek 't
een zwaluw; bij 't turen naar omlaag kwam
er hier en daar een wit slingerend streepje uit
het groen en bruin van blad en rots te voor
schijn, dat was de weg naar Lautenthal, dien
wij straks moesten hebben. Op dat streepje
bewoog zich langzaam, haast onmerkbaar, een
zwart stipje; de kijker zei, dat het een man
was die snel met groote passen naar beneden
liep. Achter ons ritselde en kraakte iets
tusachen de lage sparren; wij keken om, en
daar kwam een hert uit het hout den weg
op, den kop met het groote gewei omlaag,
de neusgaten wijd open snufte het luid en
sprong toen terug in de veilige dekking.
Nog hadden wij 't hoogste punt niet ge
vonden, dus nog maar wat hooger. De boomen
werden struiken, haast niets dan sparren en
een heel enkele den, die krom lag tegen den
grond, bukkend voor den westenwind. De
bodem was er weinig begroeid en leek heel
veel op dien bij ons op hooge heidenvelden;
roode boschbessen, heide hier en daar, ook
veel lage stekel brem; maar daartusschen lagen
als gezaaid de zevensterren in vrucht, keine
plantjes, die in 't voorjaar heerlijk mooie witte
bloempjes dragen, waaraan dikwijls alle deelen
ten getalle van zeven voorkomen. Ik heb er
jaren gelegen eens de reis naar Denekamp voor
gedaan, want bij ons in -t land zijn ze uiterst
zeldzaam; hier moesten we er op trappen, of
we wilden of niet.
Op den rug van de Bromberghöhe vonden
wij eindelijk een wegwijzer, waar van de letters
weggeregend waren; die vertelde ons toch,
dat wij nog tweehonderd meter verder moes
ten loopen en dan links kijken, daar had
men een wunderschöne uitkijk op den Broeken.
Een toerist had 't met potlood, blijkbaar nog
niet lang geleden, op de kale plank
geschrejas en 't was of iemand mükil- en vochtig
in de ooren blies. Net wilde ik ophouden
omdat mijn handen bibberden en vragen of ik
alteen 't zoo koud had, toen ik luid hoorde
roepen uit de. verte, ik keek op en zag
niets, niets dan nevel. Mijn bril was stellig
beslagen. Gauw afgeveegd; maar dat was het
niet, ik zat zelf in een nevel; een, twee secon
den duurde 't nos, toen werd alles in 't rond
weer helder en duidelijk. En toen gebeurde
het dat mijn zoon en mijn broer, op geen
twee honderd meter van mij af, op eens
wegnevelden en in n oogenblik opgeslokt
werden door een ovaalronde witte wolk,
waaruit ze aan den anderen kant weer te
ven en een ander had er pas: bravo! onder
gezet. Nu hadden we al een paar keer
vergeefsche tochten gemaakt naar ons geroemde
Blicke op dit en dat, maar als wij boven
kwameu bleek der Bliek inmiddels verwachsen
te zijn. Onze zegslui waren er blijkbaar in
de laatste twee jaren zelf niet naar gaan
kijken. Onze potlood-gids evenwel zou 't
niet zeggen als 't niet waar was; want die
had behoefte ook onbekenden te doen ge
nieten, van wat hij bewonderde. We hebben
daar boven op de Bromberghöhe, die 599 meter
hoog is (een van ons, ik niet, klom in een
boompje om de 600 te halen) den Broeken
gezien, die 1141 is. 't Was evenwel maar
net en eventjes, want de zon had al een
poos lang verstoppertje met ons gespeeld en
bleef nu geheel absent.
Het werd nu ook duchtig koud daar boven
op den hoogen bergkoepel en wij waren blij,
dat wij onze jassen niet in de hut hadden
gelaten; zooals wij van plan geweest waren,
omdat wij tot nu toe door de groote hitte
niets dan last van onze bagage hadden gehad.
Op den rug van de half vergane bank zittend
begon ik mijn krabbel van den Brockenblick;
mijn beide reisgenooten gingen intusschen wat
dwalen. Ik merkte dat het papier van mijn
schetsboek nat werd, en verbeeldde mij dat
het kwam door mijn adem. Het was er koud
genoeg voor, want ik rilde onder mijn
overvoorschijn kwamen met de parapluis op.
Ze kwamen met verbaasd gezicht aanhollen
en riepen : Zie je dat ? Heb je 't gemerkt ?
Je hebt in een wolk gezeten l" Jullie ook !"
Neen, wij niet, het regende op eens, fijntjes
en koud als ijs. Nu is 't weer droog. Je
bent ook nat!"
Ja, we waren nat, alle drie; onze donkere
overjassen, onze hoeden en haren waren grijs
van heele kleine waterdruppels. We zaten
midden in een wolkenvorming. Afwisselend
werd het schemerig en helder licht rondom
ons. Zoo om de twee of drie minuten regende
het om ons heen en hadden wij haast geen
uitzicht, maar de wolk zagen we daarbij niet
voordat het helder werd ;' dan dreef een groot
beweeglijk ding, als van witte wol in melk
gedoopt, een honderd meter van ons af; snel
groeide het aan tot een groote langwerpige
massa en daalde dan langzaam neer in 't dal
beneden ons.
Verstomd zaten wij drieën op de bank te
staren naar dit wolkenspel, tot we, onder
onze paraplus door en door nat werden en
het op een loopen zetten, om, gedachtig aan
de Schutz tegen Regen, Wind und Wetter,
beneden in 't hutje een schuilplaats te zoe
ken. Bij de plek van de Brockenblick stort
regende het een minuut of wat. Daarop werd
't weer even zonnig om ons heen en diep
onder ons liepen een troep witte wolken
elkaar na over de boomtöppen op de hellin
gen van 't dal, net schapen over een weide.
Van verrukking over dit mooie en zonder
linge schouwspel vergaten we vijf minuten
lang koude en nattigheid, tot de zon damp
uit onze kleeren "trekTten 'wif tut zelfbehoud,
verbeeld u, een verkoudheid op een
Harzreis! naar bened^i hotden en, lekker warm
door de beweging; in-dèhut kropen, waar een
gordijn van afstroomend regenwater voorhing.
(Slot volgt).
E. HEIMANS.
Js. VAN G1NKEL
== ZEIST ==
FABRIKANT VAN
KUNST-KOPEBWERKEN IN OUD-HOLLANDSCHE
MODERNE- EN ANDERE STIJLEN
DIRIVÓChMBEL
XXM STERDXX
OP KOPER EN ZINIS.
GEB°(JW.,F£LIX MERITIS"
KElZERS
TEL.2ÖO-7
fVeubileerinrichting Eigen Haard'
Bij ons vindt U
de beste methode
om billijk en dege
lijk l/w huis te
meubileeren.
Vele gunstige
referentiën.
SPUISTRAAT 171, hoek PALEISSTR.
__^== Telefoon 6140. =
LARENSCHE KUNSTHANDEL
VILLA MAUVE" BIJ DEN MOLEN LAREN (N.H.)
WlE HET LAND VAN MAUVE1' BEZOEKT, VERZUIME NIET BEN BEZOEK TE BKENGEN AAN DB
TENTOONSTELLING VAN LARENSCHE KUNSTWERKEN VAN : VAN BLAADEREN, VAN BEEVER,
CO BREMAN, BROEDELET, BRIËT, DOOYEWAARD, GEBHARD, HART NIBBRIÖ,
HUGENHOLTZ, DE JONG, KEVER, LAGUNA, LANGEVELD, ANTON MAUVE Sr.,
MELIS, WALLY MOES, VAN DER VEN, V. D. WALL BAKE, WOLTER ENZ. ENZ.
DE KUNSTZAAL is GRATIS TOEGANKELIJK, OOK ZONDAGS.
J. J. BIESING,
Kunsthandel»
's-GRAVENHAGE,
Molenstraat 65,65'en 6?.
Moderne Schilderijen,
Aquarellen en flravnres.
Laat Uwe woning inrichten d«.r
DEPHÖENIX^f^Amsterd.
Nieuwe ontwerpen. Smaakvolle ensembles.
Zeer billijke noteering. Foto's en Prijscouranten en
Begrootingen gratis. Plaatsing door eigen personeel
onder volledige garantie. Vele attesten.
Panorama
Amsterdam,
Plantage
in «te JSLunsleual.
Antieke Meubelen, Porceleinen, Schil
derijen, Oostersche Tapijten.
Vaste prijsen. Toegang vrU»
Het Panorama Jemsalem ia dagelijb geopend.
BINNENHUIS
ROKINIZO-APISTERDAM
MEUBELEN
EN-HUISRAAD
"NAAR-ONTWERPEN-VAN
BEKENDE-AMBACHTEN
5IER-KUN5TENAARS
MATIGE-PRUZEN-MEUBELEN
VAN-EIGEN WERKPLAATS
COMPLETE
WONING-IN
.RICHTINGEN.
Ondeu Engweg 18.
AmSTERDAfll
AARDEUJERK
EM TEGELS
VASEN *% JARDINIÈRES
TEGELSCHILDERIJEN ENZ.
MUSEUM GR1SASÏTI,
ROKIN 95, (Stille zijde),
AMSTERDAM.
Toegang vrij.
EBEIIÜQ
ARMMEM
O l 1 O
i"
TCLEGRAMADRE
LITHO"
NT.COMM TELFFOON 9
l
-l
\
AARDEWERK
SSecJlHOEFBI
: UIT-DE-FABRIEK '.
ZU D-HOLAND
DEFDT'KALVERSTRAAT'W
MARMEREN SCHOORSTEENMANTELS
G. & J. COOL
AMSTERDAM. ROTTERDAM.
BLOEMGRACHT// DELFT5CHESTRAAT6I
UTRECHT.
BILTSTRAAT30