De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1906 28 januari pagina 10

28 januari 1906 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

lSr 4 ,v 10 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1492 mid leien verschaft zullen worden om de vutrustingsobligatiën af te lossen en om noodzakelijke verbeteringen aan te brengen. Ben aandeelhouders zou daarom voorgesteld ?worden 20 millioen dollars 4 pCt. algemeene hypotheek obligatiën uit te geven tegen 87 K pCt. Voorloopig wordt hun de helft aangeboden. Be directie hoopt de maatschappij nu meer oeconomisch te kunnen exploiteeren mede in het belang van de aandeelhouders. Toch op de preferente, noch op de gewone aandeelen weid ooit eenig dividend betaald. Het overschot moest steeds voor verbeteringen gebruikt worden, omdat daarvoor bij de reorganisatie der maatschappij niets was ge reserveerd. Hef overschot van het laatste boekjaar bedroeg 1.2 millioen dollars. Dat zou voldoende geweest zijn om 4 pCt. op de preferente en 1.2 pCt. op de commons uit te keeren. De bruto's gingen van 17.7 tot 20 millioen dollars en de netto's slechts van 6 tot 5.5 millioen dollars vooruit. Deze afdeeling vraagt voorts de vermelding van de introductie van commons St. Louis & South Western Spoor tegen den koers uan 21% pCt. Deze spoor loopt door de katoenStaten Missouri, Kansas, Texas, en zou zich daarom, volgens het prospectus, krachtig hebben kunnen ontwikkelen. Dividend op de preferente of op de commons kon echter nog niet uitgekeerd worden. Deze mpij. verdiende evenwel in het laatste boekjaar de volle 5 pCt. op het pref. aandeelenkapitaal, met een surplus van 44.000 dollars, tegen 2 69 pCt. over 1903/4, Wel vooruitgang dus. En ook de resultaten van het eerste halfjaar 1905,6 zijn weer beter. Maar toch mogen de commons niet gekocht worden met de hoop op eene spoedige' uitkeering. By de Ned. Sporen trekt de verbetenng van de Ned. Centraal van 33!5ïtot 39 pCt. de aandacht. Er wordt gesproken van naas ting der Staatsspoor mét Centraal en NoordBrabant-Duitsche Spoor, onlangs in deze rubriek besproken. Tabakken nog steeds vroolijk, vroolijker nog dan de vorige weken. Amst. Langkat kon van 66 tot 75K pCt., pref. dito's van 117K tot 126 pCt., Deli Batavia van 520 tot 528 pCt., Langkat Tabak van 58?i tot 6'2>i pCt., Medan van 268 tot 290 pCt., Nieuwe Asahan van 172 tot 174 pCt., Serdang A van 170 tot 179 pCt. de E's van 7f % iot 75 j^ pCt. en Sumatra Cultuur van 296 tot 308 verder opwaarts gaan. Voor de Un. Langkat wordt wederom een voor'spoedig jaar verwacht. De oogst is grooter dan die van verleden jaar. Over de laatste periode keerde de Union Langkat 25 pCt. tegen 25, 10, 10, 15 en 15 pCt. over de vorige jaren. Op de nieuwe rekening wordt bijna 14.000 pond geboekt en voor de reserve 10.000 pond afgezonderd. Dat fonds is dan 110.000 pond groot. De koers van de aand. ondervond eveneens den invloed van de goede resultaten. De laagste prijs was in 1904 195 pCt., de hoogste 235 pCt. Heden werd ter beurze 322 pCt. betaald. De Amsterdam Langkat zou over 1905 voor de prefs. niets beschikbaar stellen. In verband evenwel met de te verwachten goede prijzen van den oogst 1906, zou het volgend jaar wel op iets gehoopt mogen worden. Van de mijnbouwpapieien veranderden de aand. Oost-Borneo van 3ö% tot 42 I>Ct, de pref. van 80 tot 83 pCt., de kw. Soemalata's van 96 % tot 99 M de Paleleh van 29 tot 44, de Transvalia's van 116X tot 118 en de Kedjang Lebong van 594 tot 59ö% pCt. Deze negenjarige onderne ming, waarvan de geschiedenis door de Groene eenige jaren geleden meer in 't bijzonder is vermeld, publiceert over het afgeloopen jaar productiecijfers die wederom op vooruitgang wijzen. De opbrengst be droeg bijna 38.000 onsen goud en ruim 217.000 onsen zilver tegen bijna 30.000 onsen goud en 176.000 onsen zilver. V ei leden jaar werd 22 pCt. uitgekeerd en het daaraan voorafgaande 20 pCt. Voor dien tijd werden de aandeelhouders steeds teleurgesteld. De laag ste koers was in 19°4 nog slechts 234, de hoogste 285 pCl. De waarschijnlijke normalisering der geld markt deed de noteering der Ned. Staatsschuld wat stijgen ; ook die der Brazilianen. Chineezen, Mexicanen. Russen waren wat zwakker onder den indruk der nieuwe leening tegen 6 pCt. rente, zij 't dan ook al, op betrek kelijk korten termijn. Wel begrijpelijk. Nu het slot. De ontvangsten van de ind'scJie trammen getuigen van den ietwat beteren oeconomischen toestand. De Bibat-Djambang ontving in het afgeïoopen jaar ruim ? 18.000 meer dan verleden jaar. Voor de Kediri bedraagt die vermeerdering ? 37.000, voor de Malang ? 40.000, voor de Madoera ? 62.01 O, voor de Modjokerto bijna / 10.000, voor de Passoeroean ? 16.000, voor de Samarang Joana bijna ? 60.000 en voor de Serajoed.il bijna ? 28.000. En hoeveel de houders van indische tram aandeelen den koers hunner stukken in het afgeloopen jaar zagen veranderen blijkt uit de volgende vergelijking: Dec. 31 19.14 1905 Babat Djambang 34 Bat. Electrische » 20 Kediri , . 9.S 115'2' Madoera pref 46Ja 51 gew 17 21 Malang 'M/4 6;i'-Modjokerto . , 19 3'2K Ned. Ind. tram 137 149 Oost-Java 4;>X 75 Probolmgo 15 21 Samarang Joana 154J4 147 Serajoedal . L"4 130 Inderdaad 1905 wns voor zeer velen 'n financieel gelukkig jaar. Amsterdam, j Heercnjtr. 567, } 25 Jan 190G. D. STIGTF.R. BussurnBorneo j Een scliooljoiip onlileüer-af, Onder den titel: ..Ken schooljongen ont dekker" verscheen een jaar geleden (22 Jan. 1905) een bericht van mijn hand, over een waarneming door een scholier te Batnvia gedaan, uit welke waarneming men kon komen tot een rlgemcenen regel, de wet van den blijvenden spiejrflstand. Kr was toen veel reden om te gelooven, dat de schooljongen de eerste waarnemer van het bedoelde ver schijnsel geweest was. In Baiavia teruggekeerd vernam ik, dat m een der Indische bladen een inzender voorloopeis van den scholier had aangewezen, en na rondvragen, corresponderen met Europa en zoeken, gelukte het mij het dagblad te ontdekken, liet was het Ilattir'taawh Xieuwnblad van 9 Maart 1905, tweede blad, waarin de heer Grondys, onderwijzer eerste klasse te Soerabaya, meedeelde : Ten eerste, dat reeds een kleine tien jaar geleden wylen de onderwijzer Hanjoel op een onderwijzeressen-examen eenige vragen stelde; waarin het feit van den bljj venden spiegel stand betrokken was; Ten tweede, dat de heer Van Lummel, on der wijzer en leermeester van den heer Grondys zelven, reeds byna veertig jaren geleden, op een les in de natuurkundige aardrijkskunde, er op wees dat door h>et smelten van y's in een rivier de waterstand niet verhoogd kan worden. De schooljongen moet dus zijn plaats in de geschiedenis der natuurkunde zien ver vallen. Toch mag hij om twee redenen tevree zijn. Want er blijft over, dat hij zelfstandig een belaugrijke waarneming deed, en dan, hij is er oorzaak van, zoo thans wellicht veler eigendom is, wat voorheen slechts aan enkelen bekend was. Cn. M. VAX DEVEXTEE. Batavia, 23 Dec. 19U5. ? * * In het artikel van D. K. in het tweede blad van het Bat. Nbld. van 25 Februari werd de opmerking gemaakt, dat waarschijn lijk niemand ooit te voren kennis heeft ge^ nomen van de natuurkundige waarheid door den leerling van het gymnasium V. E. ont dekt". Deze meening is onjuist. Ik herinner mij, dat wijlen de hoofdonderwijzer F. F. Hanjoel op het examen voor onderwijzeres in het jaar 1897 of deze vraag stelde : Er zijn drie glazen, in het eerste is zwart bier. in het tweede zuiver water en in het derde spiritus. De glazen zijn boordevol en in ieder drijft een stuk ijs. Na verloop van een kwartier, als het ijs gesmolten is, is er uit het glas met bier een gedeelte over den rand weggevloeid, het glas met water is boordevol gebleven en er is geen druppel gemorst en het niveau van de spiritus is gedaald. Verklaar dit verschijdsel. Ij[ kan hierbij voegen, dat de meeste dames blijkens hun antwoord beter met water en zwart bier dan met alkohol overweg konden. Een tweede bewijs dat de ontdekking niet nieuw is, is het volgende: In mijn jeugd ge bruikten wij als handleiding bij de studie van de Natuurkundige Aardrijkskunde het uit het Engelsch vertaalde boek van dr. Maurb. Daarin werd de raeenin g verkondigd, dat het onderloopen in het voorjaar van de lage streken langs onze groote rivieren veroor zaakt werd door het gaandeweg smelten der ijsmassa's, die uit Dnitschland kwamen afzak ken. Onze leermeester, de onderwijzer Van Lnmmcl maakte ons toen reeds, en dat is een kleine veertig jaar geleden, opmerkzaam op de fout van den schrijver, die met de wet van Archimedes geen rekening gehouden had. Soerabaja, 4 Maart. H. GKS. Feestgedicht. In Antwerpen staan clerieale en liberale Onderwijzers sterk te^en elkander. Als voorbeeld mag dienen bijgaand feestgedicht, en de parodie, die eenige dagen later daarvan in het Handelsblad rem A nt werpen stond. Wat een kranig man is hij ! . . . Wat een dierbaar feestgetij ! . . . Hij is vol bezielden moed ; Hoe gemeenzaam, vroom en goed ! Op zijn ziele stortte d' Heer Zijnen kostbren zegen neer' Wat een koene mannenkracht ! Geef hem helpe, Heer, en macht l Vang een luistervol bestaan Op uw huidig feesttij aan. Hangt hem op. de gloriekroon, Met een koor zoo heerlijk schoon. Wat zijn liefelijke deugd Schenkt ons innerlijke vreugd, En zijn honderdvoudig loon Maak' hem dood en sterven gehoon ! * * * Wat een kraan... Wat een kraan... Wat een kranig rnan is hij ! Wat een dier... Wat een dier.,. Wat een dierbaar feestgetij ! Hij is vol . . . hij is vol . . . Hij is vo! bezielden moed ; Hoe gemeen . . . hoe gemeen . . . Hoe gemeenzaam, vroom en goed. Op zijn ziel ... op zijn ziel . . . Op zijn ziele stortte d' Heer Zijnen kost . . . zijnen kost. . . Zijnen kostbren zegen neer. Wat een- koe . . . wat een koe . . . Wnt een koene mannenkracht ! Geef hem ht'S . . . s^ef hem hei . . . Geef hem ht-lpe Heer, en macht ? Vang een luis , . . vang een luis . . . Vang een luister»~ol bestaan Op uw huid . . . op uw huid . . . Op uw huidig feesttij aan. Hang hem op... hang hem op... Hang lu-ai op, de gloriekroon Met een koor. . . met een koor . . . Met een koor zoo heerlijk schoon. Want zijn lief... want zijn liet'... Want zijn liefelijke deugd Schenkt ons in ... schenkt ons in ... Schenkt ons innerlijke vreugd. En zijn hond... en zijn houd... En zijn hondenlvou lig loon Maak' hem dood . . . maak' hem dood . . . Maak' hem dood en sterven schoon ! INGEZONDEN. Ar:', den Wili'.di'l'n heer L'om. A' flot-dn Ih. (f l'ii.rinfrmd. '..v/,/,' H,, 'r. In antwoord o > uw ;v.m mij gericht schrij ven in No. 14. V i van dit blad, wensoh ik hut volgende ter kennis van u en andere belang hebbenden te bre n ien. Het spijt mij voor u, te moeten constateereu, dat u in gebreke is gebleven aan mijn eenvoudig gesteld verzoek te voldoen. Ik heb u gevraagd eenige nadere inlichting te wilten geven omtreii' <le verzending van slachtvee van Punuei-eiid naarden Helder nni dutir i'fior de 'ui'it'n'1 !,? iln-ni-ii. alsmede ei n'nj dfinfilflijk /??(/? i/x l- /:?!?,,;,! ilnt 'lerleex.'hn'rxtfikkni'ub'ij'de. M/tri:».' t> l!', itfr'.,, ;; i,rfflnnt l'n l/i'l llO'iJ t'ijil il'itf'.U il-it iiici-in n-riiiii/'i-'ng >' <n-<le ijflirncht. Ik heb en dit is niet buiten mijn verwachting het g wenscht antwoord op deze vragen in uw schrijven niet. kunnen vinden. Dit zou ik een v Idoencte reden kunnen achten om eenvou dig mijn uitspraak omtrent uw schrijven te handhaven. Nu ik mij echter bereid heb verklaard de/e zoo noodig d or bewijsvo ringen te staven, wil ik hiermede niet in gebreke blijven. TI zult mij ten goede houden dat ik in de eerste plaats de aandacht vestig op de vleeschverstrekking bij de marine. Deze is toch ook door u veroordeeld. Dat dit o jrdeel niet door dacht, nitt ter zake kimdig en niet op de vleeschvoeding bij de marine toepasselijk , zal ik in korte trekken duidelijk trachten te maken. Sedert 1895, wordt ingevolge een besluit van den minister van marine het vee respec tievelijk het vleesch, benoodigd voor de equipages van H. M. schepen en vaartuigen van oorlog in de directiën der marin'e te Amsterdam, Willemsoord (Helder), Hellevoetsluis en voor de Kweekschool voor Zee vaart te Leiden geslacht en gekeurd te Am sterdam aan het Abattoir, terwijl het vleesch van daar uit per spoor wordt verzonden naar de drie laatstgenoemde plaateen. Dit alles geschiedt onder beheer en toezicht vanwege de marine. Als adviseerend lid der keurings commissie kan ik u de verzekering geven dat sedert 1895 geen en^el levend of ijetlicht ruiid van Purme.rend, noch van ecn:g andere plaats, naar den Helder is vervoerd om daar i-oor de marine te dienen. In 1905 zijn op het abattoir voor de marine gekeurd en geslacht 541. runderen (koeien en ossen). Van 15 hiervan heeft het vleesch niet voor de marine gediend, omdat die na de slachting tuberculeus zijn bevonden. DJ 526 goedgekeurde beesten hebben te samen de benoodigde hoeveelheid van 136,237 Kg. vleesch of 200 Kg. per stuk opgeleverd. Bij. contract is het minimum gewicht per rund op 250 Kg. bepaald. Deze , onbetwistbare feiten zijn voldoende om te bewijzen dat mijn aanval op uw schrij ven niet onbekookt was en een grootere beteekenis had dan u er aan toekende en mijn conclusie niet voorbarig was. Uw eigen lijk niet voor publicatie bestemd lijstje van schadevergoedingen door de onder uw voor zitterschap werkende vereeniging wegens tuberculose van geslachte beesten uitgekeerd aan een firma, welke bij open water per motorboot (omtrent de wijze van verzending heb ik u geen inlichtingen gevraagd, die is mij onverschillig) vee van Purmerend naar den Helder verzendt, hadt u gerust in por tefeuille kunnen houden. Hieiuit blijkt wel, dat uw vereeniging coneiliant heeft gehandeld tegenover de. door u bedoelde lirma, maar niet dat het vleesch van die beesten voor de marine, in casu zelfs voor de mariniers, heeft gediend. De moge'.ijkheid van het laatste wil ik echter niet uitsluiten, maar dan is hier mede de vleeschvoeding bij de marine, even als die der soldaten in het algemeen, nog niet veroordeeld. Ik vermoed dat de door u bedoelde firma vleesch leverde ten behoeve van het corps mariniers, waarvan een gedeelte te Helder garnizoen houdt en dat dit u op een dwaal spoor heeft gebracht. (Er zijn te Helder ook nog soldaten van de landmacht gestationneerd, ook is het Koninklijk instituut der Marine daar gevestigd, maar hieraan zijn geen mili ciens verbonden; wel hebben de adelborsten een afzonderlijke ménage). Als dit vermoe den juist is en op het voor de mariniers te leveren vleesch geen of onvoldoend toezicht vanwege de overheid wordt ge houden, dan zou uw afkeurend oordeel toepasselijk kunnen zijn op de vleeschverstrekking bij het corps mariniers te Helder ge kazerneerd, maar dit vertegenwoordigt niet de Marine. Het zal u misschien bekend zijn, dat de mariniers een zelfstandig, uitsluitend uit v r ij w i 11 i g e r s, geen miliciens, samen gesteld corps vormen, met een eigen coinmandement en administratie, dat wel is waar onder het departement van marine ressorteert, maar feitelijk in verschillende opzichten buiten de eigenlijke marine staat. Slechts als de mariniers aan boord der schepen zijn gehuis vest, worden zij tot de equipage gerekend en in de ménage opgenomen. Nu nog een enkel woord omtrent wat u aangeeft als de hoofdzaak van uw betoog, waartegen ik volgens u niet kan ingaan. Uw beschouwingen over de keuring van het abattoir laat ik, als buiten de zaak staande, ter zijde. Op uw veronderstelling betref fende de behandeling welke bet vleesch zou hebben ondergaan van de beesten vaarvoor door uw vereeniging schadevergoeding is betaald, kan ik niet ingaan, omdat ik hierover a distance niet kan oordeelen. Dat de aannomingssom voor het aan de gevangenissen te leveren vleesch steeds hooger is dan die voor het vleesch te leveren aan leger en marine is mij niet zoo goed beken i als u. Ik neem dit op uw gezag aan, maar knoop hieraan vast de vraag, of gij dan wel bekend xijt jnet de roor»;u«r»/. », wcikc roor de levering van vlees h door die verschillende lichamen worden gesteld? Hierin kan de oorzaak van eea groot verschil in de aannemingsom ge legen zijn. U schrijft dit verschil toe aan de°controle, welke, zooals gij meent, bij de burgerlijke maatschappij beter zal zijn dan bij de militaire. Bewijzen d;it dit zoo is, doet n echter niet. Verder spelen in u\v betoog de klachten een rol door gevangenen aan dorninéof pastoor gt-uit u hadt hierbij nog de rabbyu kannen voegen en meent dit de milicien niet zon durven klagen. Ik deel deze zienswijze niet, maar ben hieromtrent niet genoegzaam op de hoogte, zoodat ik hierop niet inga. Alleen \vensch ik op te merken, dat ik uw beschouwing op do marine niet toepasselijk acht. De bemanning der marineschepen bestaat hoofdzakelijk uit vrij willig dienenden van hoogeren en lageren rang. die aan boord allen van het verstrekte vleesch eten. Miliciens zijn slechts van Maart tot Oetober aan boord der schepen gehuisvest. Me t de philanthropisehe eijjf-nschappen van den leverancier van het vleesch voor het garnizoen te Amsterdam, ben ik niet beken 1. Dit doet ook weer niets ter zake. Ieder leverancier zal wel ti;«:hten met de leverantien voordeel te behalen en ik ben er zeker van dat geen enkel departement of ander lichaam bij de aanbesteding van vleesch als voor waarden stelt, dat de leverancier de per soonlijke eigenschappen van een Carnegie of welken philanthroop ook, moet bezitten. Dat de ievei'ing van het vlee.-ch aan den laagsten inschrijver wordt gegund, is, als hiertegen geen overwegende bez'.varen bestaan, vrij wel regel bij -alle aanbestedingen. Ik ae.Ut dit ook niot al'keuring<waardig, als maar zorg wordt, gedragen, «la! de leverancier voldoet aan de verplichtingen waartoe hij zich bij aanneminjxcontraet beeft verbonden. Het zal u dunkt mij moeilijk villen te. bewijzen dat de door u gedeijuaüliceerden leverancier P>. Noot zijn verplichtingen niet nakomt en niet het vleesch levert zooals in de voor waarden wordt bedoeld. Xoolang u dit bewijs niet bijbrengt, meen ik dat u niet het recht heeft, de gunning aan hem, te wraken. De levering van het vleesch voor het garnizoen wordt door mij niet gecontroleerd, maar wat ik er nu en dan. van gezien heb, heeft m\j geen slechten dunk hiervan gegeven. In de 2de helft van 1905 leverde B. Noot ook voor het garnizoen te Amsterdam, Ik kan even min als g\j, zonder nader onderzoek, beweren of bewijzen, dat het vleesch voor het garnizoen te Amsterdam van minder qualiteit is, dan dat in andere garnizoenen wordt geleverd of van uit militaire slachte rijen wordt gedistribueerd. Feitelijk behoorde hierin geen verschil te bestaan. Het za1 u bekend zijn dat de aan bestedingen voor de levering van het vleesch voor de landmacht gelijktijdig maar voor elk garnizoen of militaire slachterij afzonderlijk worden gehouden, en dat de voorwaarden voor de levering eensluidend zijn. Als gij nu eens de laatst gehouden aanbestedingen hadt nagegaan zoudt gij o. a. als laagste inschrij ving-prijzen hebben kunnen aantreffen : ? 71 30 garnizoen Helder, ? 61.80 idem Haarlem, ? 55.90 idem Leeuwarden, ? 58. idem Assen, ?61.60 militaire slachterij Breda, ?64.70 idem Maastricht, ?03. idem Middel burg, ?54. garnizoen Groningen (geüjk aan Amsterdam). Het benoodigde vleesch voor de mariniers gekazerneerd te Willemsoord zal in i 906 geleverd worden als volgt : soepvleesch ? 060, rollade ? 0.70, runderlappen ? 0.70, en voor het Kon. Instituut a ? 1.10. Het vleesch voor de marine wordt geleverd voor f 59.30. Dit lijstje geeft belangrijke verschillen aan. Zoudt gij nu nieenen dat de qualiteit voor het te leveren vleesch gelijken tred houdt met de prijs. Ik kan mij dit niet voorstellen. Een van twee volgt hieruit : of enkele leve ranciers verdienen verbazend veel geld aan het Kijk of enkele garnizoenen ontvangen veel minder qualiteit vleesch dan andere. Dit nu acht ik een misstand en zou een gebrek in de voeding zijn. Als voorstander van goede vleeschvoeding voor den soldaat wensch ik niet bij u achter te staan, maar naast die goede voeding meen ik dat eenvormigheid een eisch is, die mag worden gesteld. Het prijslijstje in aanmerking nemende meen ik dat het wenschelijk ware niet dat de soldatenkoe tot het verleden behoorde, nuar dat zij in den goeden vorm als de unirencele soldatenkoe, gelijk in qualiteit en gelijk in prijs, in de toekomst tot haar recht kon komen. De be zwaren om bet hiertoe te brengen zijn voor de landmacht met zijn verspreiding over het geheele land, in groote en kleine garnizoe nen, veel grooter dan voor de marine met haar drie hoofd^tations. Maar mogelijk weet het legerbestuur, dat zooals mij bekend is in deze niet stilzit, het zoover te brengen. De militaire slachterijen duiden den weg daartoe reeds aan. Maak er u echter geen illusie van dat klachten over de voeding tot het verleden zouden behooren als vleesch van uw ideaalbeesten werd verstrekt. De klachten gelden niet de koe en het versche vleesch, zooala die dit levert, maar het toebereide vleesch zooals het uit de keuken komt. Nu komt het mij voor dat in de wijze van toebereiding wel te verbeteren valt, maar ik heb hiervan te weinig zaakkennis om er op in te gaan. Het schijnt mij echter een zeer moeilijke taak toe om liet alle leden der groote huishoudingen, zooals b.j het leger en de marine te voeren zijn, naar den zin te maken. Hiermede' geachte heer De Goede, meen ik niet alleen te hebben voldaan aan mijn toezegging betreüende de marine, maar ook op het overige deel, dat u de hood^aak noemt van uw schrijven te /.ij n ingegaan, liet streng afkeurend oordeel door u over de soldaten Voeding uitgesproken, had m. i. door meer degelijke en doordachte argumenten behooren te worden gestaafd. Met eenige losweg neer geschreven woorden is deze zaak niet af te doen. Mocht u lust gevoelen nog meer over dit onderwerp te schrijven, dan hoop ik hiervan met belangstelling kennis te nemen maar geef u de verzekering dat ik mij van verdere repliek wensch te onthouden. De lezer oordeele wiens aanval onbekookt is de uwe of de mijne. Hoogachtend, Uw dvv. dn., IX VAN' DER Sl.UVS, Direi'lcnr van de Vee/markt en het A óatluir. Amsterdam, 17 Jan. lO-ï. dracltte lieer Vtin der Sltiys, Begin Dec. gaf ik uiting aan he'geen dui zenden in den lande met mij weten, n.l. dat de kwaliteit vleesch verstrekt tot soldatenvoeding te wenscheu ocorlaat. Dit behoorde m. i. zoo niet te zijn, Uvneer omdat bij leger ] m :nji3-i!ie met de imiiioenen gegoi.iil vu u d l. j Ik sein Bef dvtt er gwn goede kwaliteit vlee,-:eh j geleverd kan ivurdt'H, waar de aannemer, j zooals te Amsterdam, maar 54 et. per K. G. ontvangt en ik neem hier nog niets van terug. l k voegde er destijds aan toe, vermoedelijk is de aannemingssoin voor de marine te Helder ook te laag. want onze gedelegeerde moest er in l'.iuödikwijls heen tot het geven van schadevergoeding. En nu bied ik u voor het laatste verontschuldiging aan: reeds van bevriende zijde was er mij op gewezen dat ik had moeten schrijven voor Je hijnn/rrif te Helder in plaats van marine. Maar wat doet dit nu eigenlijk tot het essui'ieele van de zaak af? Wat maakt het uit. of een soldaat heet infanterist of matroos. .Moet de soldaat, omdat hij toevallig matroos heet beter k'.v:1. liteit Aietwh ontvangen'.' De aannemer voor het garnizo n te Helder ontvangt voor het vlee-ch te ie^eien eerste huif jaar l Hu . ? 7LoO per lilli K(;., d'e te Amsterdam ruim ? 04; kan nu voor | et. per K. (i. goeiie, kwaliteit, vlee>ch ge'.everd worden'.' Ik blijf dit ontkenmn en voei hieraantoöhet marktbericht van de Aiusterdamsehc veemarkt voorkomende in het Hnnil,lslil/{il van 22 Januari '11116. Aangevoerd ;;:!'.) vette koeien Ie kwaliteit /' n ;:>, a MI. 74 per K.G . 2e kwaliteit ? i>.r;,s ;'i /~i>.72, .'!i> kwaliteit f o.r,4 per K G. l/.igere prijs wordt niet genoteer! en nu vraag ik \velKO kwa i teit zuu bet zijn. die voor ? o ?"> l p/er K G. ? wordt geleverd? Als voorsiander van goede vlee-'c.hvoe 'ing voor den soldaat wenscht j gij bij mij niet achter te slaan, maar houdt mij ten goode, dat gij dit op zonderlinge ; wijze toont: gij neemt in bescherming wat '. u, 'k d-K.ir u 'och'. orde afgekeurd te worden. ; ]\i herhaal wat ik u eer Ier schreef, ook d'.<.'!' u w.rdt aan het iibbittoir. vi.-r>!<.- ku a- : liteit v'.eescb goed gekeurd, d.-v.z. hel wordt voor de corsumptie niet afgelceurd en ik j kom er tegen 0,1 dat vieid" kwaliteit vieescli , tut sul iatenv'ieding wordt .ers'rekt en blijf j vragen zmi vlw.-rh van ">4 et. pur K.G. ze'f's j wel 4e kwaliteit vleesch zijn'.' ; Hoogachten1. uw dvv. dnr.. l' n r m er e u d, Jan. '116. f'oi.x. n;: (,;>::OL Hz. 3e Jaargang. 28 Januari 1906. Red.: C. H. BEOBKKAMP, Damrak 59, Amst. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, te richten aan bovenstaand adres* Probleem No. 52, ter mededinging" No. 20. Zwart (12 schijven en l dam). Wit (12 schijven en l dam). Oplossingen moeren binnen 14 dagen wor den opgezonden aan bovenstaand adres. Oplossing van pr. No. 51, van den auteur K. C. de Jonge, Amsterdam, w 38 33, 44 39, 43-38, 27-21, 28 22, 38-32, 33 :15, 45 40, 50 :101 UIT DE DAMVVERELD. Maandag 22 Jan. j 1. werd in de Damvereeniging de Vriendschap", gevestigd in Caf Neuf" te Zaandam, de eerste speelavond ingewijd met een simultaan séance, gegeven door den heer W. van Daalen van Haarlem. Daar voor deze avond oo'i toegang was verleend aan niet-leden, was de opkomst buitengewoon en de belangstelling uuiqae. 23 borden werden bezet. . Tijdens de séance werd menigmaal een fraaie combinatie uitgevoerd, en allen streden met den ijver eens damspelerg. Niettegen staande deze geestdrift moesten spoedig velen teleurgesteld capituleeren Anderen waren iets gelukkiger en behaalden de remise, terwijl enkelen als onverwinbaar, het strijdperk ia triumf verlieten. Wij gelooven dat de Vriendschap" met deze séance een buitengewoon succes heeft behaald, terwijl de heer Van Daalen getoond heeft op dit terrein zich volkomen thuis te gevoelen. De séance was binnen 2% uur afgeloopen, en de volledige uitslag als volgt: De heer Van Daalen won 15 partijen, ver loor aan de heeren J. van Daalen, L. \V. flofst en A. Vink, en maakte remise met de heeren L. Kieviet, L. Meijer, M. Meijer. K. Slagter en J. Wijngaarden. Heden Zaterdagavond wordt in Caf Zeemanshoop", Dam te Amsterdam, de compe titie-wedstrijd E. H. A.' voortgezet. Alsdan zal de tweedt en laatste partij tusschen Eiaarlein ' en Amsterdam" gespeeld worden. De tweede partij Kikke Content" is afge speeld en door eerstgenoemde verloren. De stand van den wedstrijd is op heden : E lam-Haarlem 20 j g Af Amsterdam 12 | * 1 Haarlem?Edam 20 l 24 p. afgespeeld. Amsterdam 4 ? nog spelen 13 part. Amsterdam?Edam 28 l 38 p. afgespeeld. Haarlem 10 ? nog spelen 13 part. Analyse van partij No. 29 (zie vorige rubriek). 1) Zie amspeler" V bij A. 2) Wit heeft hiermede onmiddellijk de betere stelling veroverd. 3) 11-17 of 12-18 is beter, doch de positie is en blijft zwak. 4) Eerst het centrum versterken was beter. 5) Zwart maakt zich hierdoor nog zwakker. Bij den lle zet moest in elk geval 12 18 gegpes-ld zijn. * 6) 39 80 moest nu beslist volgen, om zwart totaal krachteloos te maken. 7) Met 14-20 en 10 :11> zou zwart zijn positie weder veel verbeterd hebben. -s 12 geeft wel eenig c nnbinatiespei, doch te oppervlakkig om niet te doorzien. S) Kout. 13 IS, 17-22 en 11: 31'was zeer goed geweest. 9) 17-22 enz. moest nu geschieden. 10; Hier vooral komt de eo*ibma',ie-speler voor duu da;*. i J} In dea val «eloopeu. Met 12-17 en 10:7 was niet alleen dit verhinderd, maar tevens aan wit een minder gunstige stelling bezorgd. Wit zon alles moeten aanwenden om schijt 2o te behouden. ]?_') 7-2 was beter, en zou het spel sneller beslist hebbeu. 13j U'eder ten sehoone combinatie. C O l K E S P O N 1) E N T J E - W E l > S T R l J I). Tabel der gespeelde zetten v .MI Zwart. r. w. 7.. r. w. z. i'. w. 7.. J'. W. 7.. P. W. Z. p. w. z. l'. w. z. N o. No. 60. i No. 78. K - j X M 14 111' M 4H-3-" ;:" Voortzetting van partij : 21. E 11-17, I) 22:11 geil-, 23. K .!_> 17, D 21:12 " 36. M 12-17, E 21:12 42. N 24 30, G 35:24 45. E 2-VP.o, H 34:25 46. G 7-11, H 16:7 ,, 74 ]) 1-' 22, N 27:1 S ',, 77. K 14-20, N 25:14

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl