De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1906 11 maart pagina 3

11 maart 1906 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No.' 1498 D E AM S T E R DA MM ER WEEK B L A 0 Y Q Q R N E. D. E R LAND. meer' presteeren dan een paar menscbenliandeu met slechts tien vingers. In (Jezehde annonce, die ik, zooeven aan haalde, verklaart de Phonola-Maatschappij dat de muzikale uitdrukking by" het pianoepjel zich openbaart in twee soorten : de dynamiek (d. i. de toonsterkte) en de metriek (d. i. de tjjdmaat). Van een derden factor, met name da aanslag, wordt geen woord gerept, terwijl de beide andere factoren de grens der volmaaktheid heeten bereikt te hebben. Nu, van de metriek wil ik dit laatste gaarne toegeven, desnoods dat de grens der volmaaktheid op dat punt overschreden is. Maar de volmaaktheid der dynamiek wensch ik even te betwisten en van den ontbrekenden. derden factor ,.ianslug" tegelijk het groote gewicht te bewijzen. Bij gewoon pianospel gaan de factoren toonsterkte en aanslag tot op zekere hoogte Land aan hand, d. w. z. de sterkte van den toon is afhankelijk van de sterkte des aanelage. Waar men een vinger plaatst, kan nien ?willekeurig de sterkte van den toon daar mede bepalen, onverschillig op welke hoogte van 't klavier zich de toets bevindt of welke andere toeteen tegelijkertijd door andere vin gers worden aangeslagen. Van verschillende tegelijk verwekte tonen kan naar verkiezing de een sterker, de ander zachter worden aan geslagen, wat als een eerste vereischte van goede voordracht moet worden aangemerkt. Men denke bijv. aan Menddssohn's Litder Ohne Worte, inzonderheid aan de Nrs. 18 (Duel) 34 (Spinneriiedj 30 (Frühlingslied) enz. Deze toonsterkte, beter aangeduid door den naam accentuaeiing", is mij gebleken lang niet volmaakt te zyn bij het machinale klavierspel. Ook zonder persoonlijk onderzoek zal iedereen mij dit toegeven, als ik even aanduid hoe bij de Phonola de toonsterkte geregeld wordt. Dit geschiedt op twee manieren, n. 1. door twee daartoe bestemde knoppen of door het trappen. De beide knoppen beheerschen elk eene helft van het klavier, de linkerknopde linkerhelft, de rechterknop de rechte/helft en kunnen elk afzonderlijk in werking worden gesteld. Zoodoende is het mogelijk (en dat is een punt van verschil met de Pianola), e^ne afgepaste helft van 't klavier zacht te beepelen en de andere helft sterk. AVauneer dus bij toeval in een of ander nummer zich eene melodie voordoet, die binnen de grenzen der bepaalde klavierhelft blijft terwijl het accompagnement de grenzen der andere hellt niet overschrijdt, zou men met die regeling zijn voordeel kunnen doen. Doch waiir vindt men de klaviernummers, die, aan dergelijke eischen voldoen ? Mochten ze bestaan, dan misschien n op de duizend. En vooral niet onder de meestal zware Phonola num mers. Daar loopen natuurlijk de grenzen kolossaal uiteen en is de accentueering door loopend over 't geheele klavier verspreid. Het logisch gevolg hiervan is, dat men aan de knoppen slechts wat heeft voor variatie in de algemeene toonsterkte doch bijna niets voor de accentueering, die voor goede voor dracht zoo onmisbaar is. Met de trapmetbtode is het iets beter gesteld, ?wat trouwens ook de Phonola-directie erkent. Hoe sterker men trapt, des te sterker het geluid en een plotselinge duw of ruk op de trappeis verdikt inderdaad een goed accent. lllliilllimilil EEN RUIKERTJE VIOOLTJES. Naar het Fransch, van MK-IIKLE SAVKY. Rue de Prony, 2, koetsier! Vlug l" n Dr. Floriet sprong bet rijtuig in en trok liet portier achter zich dicht. Ik mag niet te laat komen," dacht hij, de getruffeerde kalkoen mag niet wachten." Hy zag het stralende goedhartige gezicht van den heer Asselin weer voor zich, die tegen hem had gezegd : Kom den eersten Kerstdag by ons eten, we krygen een kalkoen en een ganzeleverpastei. Meer hoef ik je niet te zeggen !" En hij hal die laatste woorden gezegd met een uitdrukking van onuitsprekelijk welbe hagen, alsof hij de geur reeds opsnoof. Goede vrienden, die Asselins l en zoo goed by elkaar passend, zoo uitstekend geschikt om samen te .genieten van het drukke en weelderige leven, dat het lot hun had toe bedeeld. Hij vond het prettig, bij hen aan huis te liomen ; hun vriendschap, die nooit ernstig op de proef was gesteld, vloeide kalm en wolkeloos voort. O rereenstemming in smiak en meeningen had hen tot elkaar gebracht, en toch ... er was iets tusachen hen, dat niet geheel barmonieerde. Wat was het toch eigenlijk, d.it hem onaangenaam was in hen? Zy waren altijd vriendelijk en opgewekt, en ontvingen hun vriendyn met een werkelijk zeldzame hartelijkheid ; de pastei op den eersten Kerstdag was daarvoor een bewijs, ?want Floriet had een zwak voor patéde foie pras, en dat wisten zij. Zij waren edelmoedig. -Gaven zij niet elk jaar een groot bankbiljet aan den pastoor voor zijn armen? Er waren genoeg rijke inenschen, die, al konden zij het best missen, uit onverschilligheid of gierig heid nog niet het vierde deel van die soin aan de armen gaven. « Maar wat was het dan ? Ronduit gezegd, een zeker gebrek san gevoel voor diegenen, die door het leven gedwongen zijn een onderge schikte betrekking te vervullen, tegenover de bedienden bijvoorbeeld een hardheid, die Floriet pijnlijk aandeed, en die hem, telkens, ?wanneer hij bij hen was, van harte deed \venschen, dat het dienstmeisje, een jonge, tengere brunette met een bleek en teer ge zichtje, al haar bezigheden onberispelijk zou verrichten, zóó hinderlijk was hem de uit drukking van strengheid op het gelaat van mevrouw Asselin, zoozeer was hij overtuigd, dat er later een stormachtige scène zou volgen. Charles Floriet bezat een eenvoudige edel moedigheid, een gevoeligheid, die door .het voortdurende in aanraking komen met ziekte en lijden steeds grooter werd in plaats van af te stompen, en waardoor alle schepselen, die genoodzaakt waren een hard en moeilijk leven te lijden, hem een oprecht medelijden inboezemden. Geen bestaan was in zij n oogen dat medelijden meer waard, dan dat van dienstboden. Een leven van slavernij, zoo al niet onteerend dat is geen enkele arbeid dan toch in elk geval vernederend, omdat liet de persoonlijkheid vernietigt, de eigen liefde doodt en den geest verstompt van die ongelukkiger!, van wie men zich nog het Maar, eerstens kan men by snelle opvolging van te accentueeren toonen die trap-accenten niet by houden, tweedens zijn deze accenten nog algemeener dan die der knop methode omdat zéin plaats van de helft, direct het geheele klavier beheerschen en dus ook alle andere tonen treffen, die gelijkvallen met dejx te accentueeren toon. Wie wel eens wat aan piano-speleöheeft gela'in zal in deze regeling der toonsterkte dezelfde gebreken zien a's ik en met uiij eens zijn dat het woord volmaaktheid hier eenvoudig misplaatst is. Nog een tweede bezwair, dat met den. aanslag samengaat, is te zoeken in de »?jze van aanraking van het klavier, de sterkte dier aanraking er builen gelaten. Nu eens moet de aanslag forsch en oreed zijn, dan weer schertsend, spelend, EU eens geboudenrustiiJ, dan weer streelend zacht. Waar nu de Phonola werkt met 72 hamerljes, die steeds op dezelfde wijze de sterkte er nu buiten gela!en 't klavier aanraken of betimmerc-n, is het te begrijpen vanwaar die machinale rythmus komt, aan. dat phonoluspel eigen. Haar men 't hoort n:'e voor de machina zit, het doet er niets toe, het machinale doet u terstond voelen dat ge met imitatie te doen hebt, evet,als bij de electrische piano. Ik ineen hiermede voldoende te hebben bewezen wat ik in den aanhef dezes beweerde. Laat ik er aan toevoegen dat ik de Phonola niet afbreek qua-instrurne.nt, integendeel, ik waardeer hare goede eigenschappen. En wan neer nu eenvoudig d t Phonola werd beschouwd als eene vrij goede maar niet volmaakte imi tatie, die heel aardige »iuziek in hu;s brengt zonder pianist, dan zou ik mij niet gedrongen hebben gevoeld tot't schrijven dezer regelen. Maar nu de Phono'a even parlijdig al* over dreven de hoog e wordt ingestoken, terwijl ook de meening wordt veispreid dat alle piano studie voortaan gelijk staat met tijdvermorsing en beklaagd worden degenen die vroeger daarmede zoo treurig veel tijd hebben verspild, nu kan ik heusch niet laten een kalmeerend woordje te schrijven tot tempe ring der hier en daar bestaande phonolakoorts. 'k Twijfel niet of de meeste pianisten zullen mijne meening deelen. Mocht het noodig blijken, deze nog duid lijker te motiveeren of voorbeelden aan te halen, die instemming er mede zelfs bij de fabrikanten doen veronderstellen (bijvb. het ontbreken in den catalogus van diverse nummers die slechts bij uitnemenden aanslag tot hun recht kunnen komen en door kunstvingers verminkt zouden worden) dan wil i': met genoegen nog eens later een uurtje daaraan wijden. Gouda, Februari 1900. A. DE G. Inhoud van Tijdschriften. De \-keun-e Tijd. Maart l'JUG: Verzen, door H. Gorter. De Kapitalistischestaat als uitbuiten van arbeid, door F, v. d Goes. Blijde inkomst V, door II. Heijermans Jr. Nationalistische geschied oeschou wingen, door van R; Wat zijn onze hoofdeisehen voor een nieuwe arbeidswet, door H. Spiekir.an. Gemeentepolitiek eu gemeentebe lastingen (Slot), door Matthem. Aanval en verweer II, door H Heijermans Jr. De minderwaardigheid der meerwaardetheorie VII, door J. Saks. recht toekent, toewijding te eischen. Arme schepsels die niet eens een volledigen naam hebben, alleen maar doorgaan onder de vage benaming van Rose, Louise, Marie, die moe ten slapen op de vliering, en tot dtink voor hun diensten niet anders dan standjes en verwijten krijgen. Een treurig leven, dat men door een ? weinig goedheid zoo gemakkelijk zou kunnen verzachten. Het rijtuig stond met een ruk stil, met een der wielen langs den rand van liet trottoir schurend. Fioriet stond voor een hreede trap met houten leuningen en lage treden, bedekt met een dikken rooden looper. Hij ging langzaam naar boven, naar de eerste verdieping. Vanuit de kamers klonk het, geluid van stemmen. Louise deed hem open. Lief en bescheiden in haar eenvoudig zwart japonnetje meteen helderwit kraagje en manchetten. Ken vrien delijke glimlach verhelderde haar gezicht. Ingehouden vreugde straalde uit haar oogen. Sedert hij haar eens had behandeld, was zij voor hem vol oplettendheden, die iets aaudoenlijks voor hem hadden. Daar zij haar dankbaarheid noi;h kon, noch durfde uiten in woorden, legde zij alles in haar glimlach en in de kleine diensten, die zij hem bewees. Op een avond had mevrouw Asselin ver teld, met de noodige verwensohingen aan het adres van die ellendige meiden",?dat Louise zich den voet had verzwikt, en haar daardoor allerlei last en moeite bad wzorgd ; zij was werkelijk verplicht geweest <le schoon maakster te hulp te roepen, en "dat nog wel op een dag, dat zij een dinertje gaf! Floriet vroeg, of hij haar eens even mocht zien, en mevrouw Asselin was hem voor gegaan, een smalle uitgesleten trap op, de dienstbodentrap die er zoo armoedig uitzag met haar ijzeren leuning en haar vuilgrauwe muren, zoo geheel verschillend van de andere trap, dat het bijna een gevoel van antipathie in hem had opgewekt tegen die rijkgekleede vrouw, die voor hem uitliep, haar japon zorgvuldig ophoudend. De verzwikte voet moest een paar dagen volkomen rust hebben en moest gemasseerd worden. Hij was tlken da» zi 11' gekomen om dat te doen, en na een week deed Louise hem zelf weer open, met een uitdrukking van dankbaarheid op haar gezichtje, die zijn beste belooning was geweest. Maar, beste vriend, waar blijf je toch ? je bent de allerlaatste!" riep Asselin uit, wij vergaan van den honger . . . en de kal koen, denk toch aan den kalkoen, die zal nog versteenen !" Floriet maakte zijn excuses. hij was nog op 't laatste oogenblik bij een zieke geroepen. Het dienstmeisje kwam zeggen, dat de soep optafel was,en men begaf zich naarde eetkamer. F"en oude lekkerbek wiide graag van te voren het menu weten. O," zeide mevrouw Asselin op bescheiden toon, u krijgt een heel eenvoudig dinertje. Ik hoop dus maar, dat u alle schotels eer zult aandoen. Oesters, timbales a la milauaise, den traditioneelen kalkoen . .." En een ganzeleverpastei," viel Asselin haar in de rede met zijn grove stem, den nadruk leggend op eiken lettergreep. En dan nog salade russe, ijs, en dat is alles" ging zij voort met haar hooge stem, die zoo'n sterk contrast vormde met die van haar man. Jeugd, 3e afl.: Esscha, Herinneringen. Poppenhuizen, In 't, Gerinaansch Museum. J. Daalder Dzn., Naar buiten. Indische straatventers. Spelen in vroeger tijd Vreemd en eigen : Een nieuw Parlement in Engeland. Emy Snoeck, Buren. Turksche legenden. B. v. Hasselt, By de plaat, met bijlage. Waarhei l en fantasie. S.öjdwerk, met bijlage. Kunstjes en spelen. Raad sels. Onze ruilhandel. Den Ga'drn Winckel, No. 2 : Jeanne Reyneke van Sluwe, door C. Doorman-van NouSuys. Vlinders, door F. Smit Kleine, Afgepaald terrein, do >r Daan van der Zee. Keur en van 't achterpiankje, door Gerard van Kckeren Amerikaan che humor verdietscht ?, door dr. L. A J Burgörsdijk Jr. Jonge Kui.st. No. 10 : Onderwijs in fraaie handwti ken, door Mare. Ver .vey.?Acte fraaie handwerken, door II. Ellens Dezeven-ker kengroep te Bo'ogna.?e ll.>llaiid-che Revue en het artistieke eigendom, door Jac. van den Bosch. Ken dubbel tiental geboden. Le zing vanden heer J. \V. Enschedé.?Agend.i vergadering. Mededeelingen redactie. ? Ledenlijst. Tentoonstellingsberichten. Verslag vergadering. Berichten. DA lliiUanïlwIi". Jlerui".. No. 2 : Fr mtispiese. : Frits Bouwmeester in de rol van Baas Mulder in Mea Cnlpa'1, van jhr. van Riemsdijk. Wereldges'chie'lenis. Belangrijke ondnrwerpen. Karakter schets: C. de Mooij. Revue der tijdschriften. Het boek van de maand. De boekentafel. Orgaan van den Ned. Band tot bestrijding der Vivesectie, No 9: Wat vivisectie eigenlijk is? VivUectie. Hoe de thee u bekwam. Aangetroffen. B-richten, Beschrijvingsbrief A!g. Vergadering. E-geitlInard. Op de. Blinkerd, d >or L..Klaver I. (iroonlandvaart, door S. Airamsz, met af b. naar Zorgdrager, foto's van Max Cosman, Amsterdam. (Slot) Een oud plek ja'in de hoofdstad, met af h., naar eene penteekuning van Louis Landtu. Kun moderne tooverheks. Naar het leven, d'jor Anna van Bemuielen. Nederland voor honderd jaren, dpor Generaal Wiippermann, met af b. I. De Koningin op de Maas, niet afb. naar photo.-opn van Kd. Neuhanser. De Nieuw Amsterdam," niet af Ij. na.tr de foto van Wouter Gooi. Feuilleton. lllllllllllllmlIIIMIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIttlllllllHllllllllllllll VOOR DAMES. De ncsit.ÊTJ foor Vr oawealfif sreeiit De openbare vergadering op 20 Februari door de afdeeling Amsterdam van de, Vereenij,'ing voor Vrouwenkiesrecht gehouden voor een ta'rijk, aandachtig luisterend gehoor, is door velen uit de, hoorders eeue succesvergadering genoemd om de keurige wij ie, waarop door myvr iuw Wijnaenits Framken dien avond de argunui ten, door mr. A. Levy tegen vrouwenkiesrecht aangevoeld, zijn weerlegd. De volle strekking van het vraag stuk kon in dit debat echter niet aan het licht komen, daar mevrouw Wynaendts Franckeu in de bestrijding van haren tegen stander gebonden was aan het terrein, dat deze vooraf in zijne stellingen had afgeteekend en waarop zij hem voet voor voet wilde De oesters waren uitstekend, de /iiiil/ales voortreü'elijk, en de kalkoen volmaakt. Degrout, de socialistische afgevaardigde, schoot er een enormen bres in. Mevrouw De^rout maakte zich een beetje ongerust, want zij voorlag reeds, dat zij den volgenden dag de rnaagongesteldheid van haar man zou hebben te genezen met een eindeloos aantal kopjes thee. Zij herinnerde hem aan Ie hem voorge schreven leefwijze. Toe, dokter, zegt u hem eens, dat het eenvoudig zijn dood is; naar mij luistert hij toch niet." ..Laat hem maar begaan, mevrouwtje," zeide de, lekkerbekkige oude heer met vo'len mond. liet overkomt een itiensch niet eiken dag, dat hij zoo'n kalkoen te eten krijgt. O, mevrouw, wat een delicieuse farce. Ik kom u bepaald eens om het recept vragen !" Floriet stelde de heerlijkheden van het diner op bescheidener wijze op prijs; hij vond iets beestachtigs in al «lie bewegende kaken; de truffels waren te groot en de gulzigheid van al die inenschen was ergerlijk. De kalme bedrijvigheid, waarmee het dienst meisje hen bediende, kna;u hem prijzens waardig voor. De mensc'ien zijn ellendige egoïsten," dacht hij, schepsels zonder eenige kieschheid. ' De binnenkomst van det p;ité-de-fuie-gras, reusachtig, monumentaal in zijn knapperige, goudkleurige korst verwekte luide toejuichin gen, bravo-geroep, het, enthousiasme werd wel wat opgedreven. ( >, daar durf ik nooit aan beginnen," zeide mevrouw Deyrout met een gemaakt glimlachje. Kom, mevrouw, laat u niet intiiuideeren door de majesteit van die pastei! U moet | hem maar met krachtige hand aanvallen," zeide Asselin. En hij hielp haar, een geurige, zachtrose snede eraf snijden. Men hoorde niets anders dan : Heerlijk ! Voortreffelijk ! Nu, die Asselin is een kenner, | hoor!" j De p'-léis dus een succes ?'' zeide mevr. i Aspplin, zich ervan bedienende, ,,nu, dat duet j mij veel genoegen, 't Volgend jaar zullen ; wij het dan nog maar eens probeen-n." i Floriet alleen zweet'. Zijn stil /.wijden trok meer de aandacht dan liet feit, dat zijn bord leeg was. Zenuwachtig geworden door de vele en velerlei bevelen van haar meesteres : brood preseuteereu, chaunbertin inschenken, karall'en vullen ... bevelen, die gegeven werden door middel van wenken en teekens, en een voort durende ingespannen oplettendheid vereischten, had Louise hem vergeten, Louise, die slechts aan hem dacht, en die hem altijd de schotels aanbood, in de ho'>p, dat hij de beste stukjes ervan zou riemen, het was ongelooflijk, bedroevend! Zij had hem ver geten, dat viel niet te ontkennen! Mevrouw Asselin, getast iii haar eer van volmaakte huisvrouw, riep haar tot de orde met een harden, gebiedeuden blik, die niets goeds voorspelde. Dat zou den volgenden dag storm geven l Maar Floriet, gedreven door een edelmoe digheid, waartoe weinig mannen in staat zouden zijn geweest, zeide: Dank u, me vrouw, dank u, ik heb juist bedankt hoe wel ik er bepaald wanhopig over ben, want ik had mij voorgenomen, dien paténujuist eens alle eer aan te doen." bekampen, zooals haar dan ook tot ons aller voldoening schitterend is gelukt. De argu. menten voor vrouwenkiesrecht zyn echter in haar betoog allerminst uitgeput. Velen zijn dan ook in dien zin onbevredig-1 huiswaarts geieerd, dat zij wel hadden gehoord eene weerlegging der gronden, die tegen het be ginsel van Vrouwenkiesrecht plegen te worden aangevoerd, maar dat zij aangaande de posi tieve voordeelen eener staatkundige gelijk stelling van man en vrouw weinig hadden vernomen. Juist voor dezen is het wel waard om eens te bedenken wat er geschreven wordt in het nummer van 3 Maart j l van T'ie Tritium1 naar aanleiding van hèlot, dat het door Sir Charles Dilke ingediende wets ontwerp tot regeling van vrouwenkiesrecht don vorisTtn avond in het Parlement had ondergaan. Zjoals dit met een dergelijk voorstel reeds herhaaldelijk was gebeurd, had ook dit ontwerp het gewone lot getroffen, dat het opzettelijk hangende werd gehou !eu tot de gestelde termijn van behandeling ver streken was en het dus niet meer in stemming kon worden gebracht. The Tribune begint nu met er op te wijzen, dat dit, jaar in jaar uit pleegt te geschieden welke regeeringspa.-tij ook aan het bewind moge zijn en zelfs onder liet bestuur van Eerste Ministers, die het ontwerp welgezind waren, ja liet hunnen steun hadden toegezejii!. De oppositie tegen het beginsel van Vrouwenkiesrecht wordt even oppervlakig gevoerd als de steun, de het onderbindt tJaiivf is. The Tribune" meent dit ver schijnsel daaraan te moeten toeschrijven, dat zij, die staatkundige gelijkstelling van beide seksen voorstaan, moede worden altijd de zelfde, argumenten op nieuw aan te voeren; terwijl zij, die dit beginsel bestrijden, zich vastklampen aan overgeleverde denkbeelden, aan veroulerde voorbeelden en zich verSchuilen achter een weefsel van spot en Sarcasme. Kene halve eeuw geleden, zoo gaat het Engelsche blad voort, had de verkondiging van het beginsel van wettelijke en maat schappelijke gelijkstelling der vrouw al den g!oed eu het vuur van een nieuw verkondigd geloof. In onze dagen het ft ieder zich zijne meeiiiiig daaromtrent gevormd; men is er voor of er tegen, maar men hoort er niet vau op als van iets, dat alles zal vernieuwen. De strijd verloopt telkens naar quaesties, die, met de hooi Uaak slechts in een verwij derd verjand staan en er bestaat een zeer wezenlijk gevaar, dat men uit het oog gaat \vrlie/.(rii wat de eigenlijke kern van het voordeel van vrouwenkiesrecht is. Vroeger ac:Hte mtn liet be/.it van het kiesrecht voor de vrouw van het u'üersle belang voor haar, ten einde te kunnen komen tot eene ver betering van haren rechtstoestand. Maar die uit d-; middeleen Aen overgebleven bepalin gen, die de vrouA' wettelijk gelijk stellen met idioten, k auk/.iimigen, misd .diners en minderjarigen, ja haar volgens de oude Engelsche weWormutetring w o man is d e a il, reeds hij haar leven voor d..>od verklaarden, vallen gelukkig reeds de eeue voor de andere weg, zooai niet bij de we;ge-'ing dan, toch bij de ontwikkeling der publieke opinie, die lang/.aam en geleidelijk maar op den duur zeker en on wederstaal) baar ook de uitspraak van den rechter bepaal!. De vrouw leefl thans niet meer, zoo verklaart The En met een g imlach, alsof het een her nieuwde verzoeking was, wees hij den hem aangeboden schotel af. Zoowel de heer des huizes als zijn vrouw slaakten een ontsteld O!" ,. 'e bent tocli niet ziek ? ' vroeg Asselin. ,,/iek uu niet bepaald raar ik moet mij \vat in acht nemen. Maar u weet, dat het een heldendaad van mij is." Van het hord van zijn buurvrouw stegen zulke heerlijke geuren op! Maar overdrijft u uw voorzichtigheid nu niet wel et-n beetje'.'" Neen, werkelijk," zeide .Floriet op den meest natuurlijken toon van de wereH, 't is verstandiger om het niet te doen. Eu ik moet toch een goed voorbeeld geven, niet waar V" "\u, ik zal er niet op aandringen, maar 't is toch jammer." U weet niet, wat u mist !''zeide Degrout, dubbel grooie happen nemende. Louise keek hem verlegen aan, met zooveel verdriet en ontroering in haar oogen en tegelijkertijd met zooveel dankbaarheid, dat hij zich plotseling gehtel schadeloos gesteld gevoelde. Zij had hem dus doorgrond ! Dat trof hem. Maar daar hij ondanks zijn edel moedigheid volstrekt niet ontbloot was van gevoel voor humor, zeide hij vroolijk in zidize'f : Wat zouden ze mij belachelijk vinden, als ze het eens witten !" Eu <l\ar zelfs een beid gewoonlijk niet geheel vrij is van meuschelijke zwakheden, deed het hem g'jed, dat zij zijn opoffering op prijs stelde. En die gedachte verzachtte zijn spijt over die verwenschte pasteil Toen hij vertrok las hij op Louise's ge'aat, dat zij hem graag had willen bedanken, maar niet durfde; de ijver, waarmee zij hem zijn jas aangaf, en hem hielp, die aan te trek ken, oiitroe'de hem. En hij vertrok met een gerust geweten en een hart vol algemeene welwillend! eid. ! Et-n paar dagen later kwa n hij weer terug j in de Rue de Prony. Waarom ? liet was weliswaar Je ontvangdag van mevrouw j Asselin, maar dat bedacht hij pas, toen hij j al halverwege de trap was. Was het om het j vriendelijke gezichtje van Louise weer eens te zien, haar zachte en min of meer treurige bekoorlijkheid? Hij stelde zich zelf niet eens d;e vraag. En toch gevoelde hij een soort van teleurstelling, toen de deur werd openg<duan door een forsche vrouw ni<jt breede heupen en strookleurig haar, die hem aandiende, nadat zij hem tweemaal zijn naam had laten herhalen. Mevrouw Asselin o rerstroomde hem letter lijk met haar gepraat. Wat heerlijk, dat u jui^t vandaag komt, als u eens wist hoe ik mij li'.'b geërgerd, hoe ik het land heb ! . . . Ik heb Louise, mijn dienstmeisje, moeten wegsturen, ze was ongeloofelijk nalatig l Och, eigenlijk was 't wel een goed meisje, maar ze had uu let terlijk geen hersenen. En dan niet de minste toewijding," en zij voegde er haar eeuwig durend refrein bij : O, die meiden! die ellendige schepsels!'' Wat zou ien wij wel zeggen, als wij ze niet hadden, mevrouw ?" zeide Floriet. Zegt u liever : wat zouden zij beginnen, als zij ons niet hadden ! ??Nu, ik zal wel weer een ander vinden ; maar ondertusschen moet ik de tegenwoordigheid dulden van dien Tribune, in het oude geloof, dat aan een Parle ment van manneneenebillijkebeharligingvan de bekngen der vrouw niet kan wordëtt* 40 e e n t s per regel. minimum llllHlllillllniiiiiiiiiiliiiiiHlIllllllllin f* ???11 v Cailler Crit/ioen SUIKER. cht VictoriawMe OBERLAHNSTElfl OBERLAHNSTEIN. Gedeponeerd. Filialen: SPUI 25, VAN WOUSTRA.VT P. Depots: v. Baerlestraat 38, Joh. Verhuisdstraat JO.ï, Ferd. Bolstraat 4. Weegperzijde 74. Plantage Kerklaan 15, 'J ilanusstraat 8:5, Von Zesenstraat 29, Watergraafsmeer: Breede weg 1. Ie Helmersstr, 201, Ie Gonst. Huygensstr. 92, de Clercqstraat 8. Nassankacie 304«, Marnixstraat 257, Haarl.dijk 20, 2e Tuindwarsstraat '2. BOUWT te NUgSP£ET o d. VELÜWE, Inlicht, b d. Vereeniging Kantoren voor Vaste Goederen in Nederland te Nunspeet. m 11 niiimiiimniiimiimimii imiimiiinimiiimiHmimi man in vrou vvenkleeren, een schoonmaakster hier uit de buurt, 't Is ellendig .' Beklaagt u mij niet ? ' Floriet zeide de woorden, die van hem werden verwacht, zich inwendig (rgerend over een derg lijke veeleisch^ndheid. Maar hoe kun ieman l verstandig redeneeren tegeu een vrouw, die eisc'it dat men haar beklaagt?... Onaangenaam, gestemd verliet hij het huis. Wat zoir er nu worden van dat arme meisje, zonder geld overgeleverd aan de exploitatie van verhuurkantoren, . in e'/u oogenblik van zwakheid blootgesteld aan de ergste verzoe kingen '.' l-on meer zelf?.uclitig<; gedachte bracht hem tot zichzelvtn terug, Weggestuurd !... Hij /on haar dus nooit weer zien? Een anderen dienst gevonden? Zou hij ooit te weten kunnen komen, waar? O zeker, hij zou naar haar informeeren. Mevrouw Asselin zou hem misschien wel inlichtingen kunnen geven ... Fjn dan? Zou hij iets voor haar kunnen doen? Zou hij haar kunnen helpen, beschermen ?... Zijn medelijden zou haar aUeen maar kunnen schaden. Maar wat dan ? Haar haar moeilijk en onge lukkig leven maa-r verder laten leven, op goed geluk af, nu hij haar toch niet van dienst kon zijn? Een l itter, smartelijk gevoel rees in hem op, het gevoel van machte loosheid en zwakheid tegenover het le?en. Zoo, dacht hij, ij het grootste deel van de rnenschen : Zij die het goede zouden kunnen doen of eenvoudig maar het kwade kunnen voorkomen, bekommeren zich niet erover, en de anderen kunnen het niet. En zoo zou het door alle eeuwen heen blijven. Toen hij het kamertje van zijn conciërge voorbijging, hooide hij zich toeroepen : Bloemen voor u, mijnheer Floriet." Hij kwam verbaasd naderbij. Is er geen kaartje bij ?" Xeen, mijnheer, het meisje, dat ze bracht. keek zoo verlegen, alsof mijnheer er boos over zou zijn !" Een jong meisje?'' Ja. mijnheer, een jong meisje, met een vriendelijk gezicht. O, geen dame, ziet u, maar een knap en fatsoenlijk meisje. Wacht, eens, ze leek een beetje op Uose, het dienstmeisje dat u vroeger hadt en die een half jaar geleien met dien kapper is gegetrouwd. u weet zeker nog wel..." Maur Floriet luisterde niet meer. Zonde r eenigen twijfel was het Louise ge weest. Verjaagd uit het onzekere toevluchts oord, waar hij haar had gekend, ondergedoken in de onbekende massa, waarin zij voor goed zou verdwijnen, had zij dezen aaudoenlijkea inval gehad, dit meisje uit het volk, aan wie de verfijnde kieschheid van de beschaafde klassen onbekend moest zijn... In zijn kamer gekomen, maakte hij met de grootste zorg de viooltjes los uit hun kroon van groene bladtren. voordat hij ze in het water zette, om toch maar zoo lang mogelijk deze bescheiden maar kostbare gave te bewaren, waarvan de zachte geur gely'k was aan de ziel van een gevoel, dat nooit tot bloei kon komen, maar dat, evenals deze kleine bloemetjes, niet zou sterven, zonder het reinste dat het in zich had, te hebben uitgeademd.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl