De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1906 18 maart pagina 3

18 maart 1906 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

«'S A,, j No. 1499 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD YOOK NEDERLAND. tb«ma voor den prfts ?worden gemaakt en wiat Beynen ons te bezielen en aan te vuren. Heiwerk van hem die het eerst klaar was Wer3 terstond door hem nagezien en was hij tevreden dan mocht men heengaan. H\j rekende met kwart, halve fouten enz. Voons ?weid ons het goed"articuleeren van wooiden ingeprent en als wrj bij prof. Quack lezen hoe'^Martinns des Amorie van d*r Hoeven Juffrouw Toussaint stichtte door het voor dragen van eenige regelen van Virgilius, dan herinneren "wij ons hoe Beynen, de vriend van Mevrouw Bosboom, ons tot luisteren dwong als bij, met zijn welluidende stem, uit de jleni'üciteerde. Van Virgiliua gesproken, hij zegt dat Rome zich even hoog boven andere steden verheft als de cypressen boven de buigzame meelboomen'. Quantum lenta solent inter viburna cupressi'. (Bucolica, Ecloga prima 25). In soortgelijke verhouding staat voor mij: de Open brief van Conviva tot Het Servetje". De schrijver van dien Open brief, Johaunes Kneppelhout, zegt: Uw oordeel over Beynen deed mjjn hart goed, al zyo in uw beweren, dat iedereen, wegens zijn welluidende stem, meent govd te verstaan als hij blik zegt, twee ongelijksoortige bestanddeelen, zoet en zuur, tot n rtjnsch vereenigd, waarvan een teug, hem wien het geldt, toch niet anders kan dan doen glimlachen. Toen ik Beynen leerde kennen was ik nog geen twaalf jaar oud. IIij behoorde op' Noorthey reeds tot de 'groote t jongen*. De Raadt beschikte mijne plaats naast de zijne. Was liet opzettelijk? Ik stel heui-mij nog zeer duidelijk voor, gelijk hij er toen uitzag. Het is een der vooiregten eener veeljaiige vriend-chap, dat' men zich den knaap, en door eene, ik weet niet welke eigenschap der verbeeldingskracht, als door een (ouneelwiaseling. tevens .den man, weldra het leven is zoo kort den grijsaard, ja, alle leeftijden door elkander voor den geest kan halen. Zoodra ik hem zag, mijn p lik den zijnen ontmoette, zijn vriendelijk stemgeluid mijn kinderl^k oor trof, ontstond die ge negenheid welke, aan de Hoogeschool voort gezet, nooit bij hem, noch bij mij verflauwd is: uene genegenheid, welke zich in de ge waarwording: hoe 'n lieve jongen! samen trok, z:ch op het eerste oogenblik van mij meester maakte, mij blijvend voor hem inuain en zich nooit verloochende. Terwijl de meesten den nieuweling plaagden, natn Beynen hem in bescherming, was hij 4Jne vraagbaak en toe vlucht. Niet om het voor hern op te nemen en de ridder van den kleinen jongen te zijn, om de goede reden dat Lau nooit vocht, omdat hij toen reeds tot de bevoor rechten behoorde, die door het leven gaan, zonder vijanden, bemind, geacht van kinds been t.f, maar door mij voort te helpen, de hand boven het hoofd te houdtn, welwillend toe te spreken, wegwijs te maken in het onbekende land der kostschool. Als hij uit de les de zaal weer binnenkwam, viel er een steen van mijn beklemd, nog niet geacclimateerd gemoed. Sedert bleef Beynen onver anderd. Hij is thans ver van het oogenblik zijner geboorte maar niet oud. Zijn geest is frisch en jeugdig gebleven, Zijn stem heeft door de jaren niet geleden, zijn gezondheid is zoo goed als onverminderd, zijn woord altijd oezield. Als hij zedig, bijna beschroomd, te midden der toejuichingen van eeneivolle zaa), van het spreekgestoelte daalt, is er niemand niet bewogen en verrukt, niemand ontevreden dan de spreker. En, ja, Beynen behoort tot de rechtzinnige richting. Maar, och l waarde Conviva! Beynen is, zoover OES heugt en eer hij het zelf wist, orthodox geweest, lang voor er nog eene partij onder die benaming bestond. Hoe kwam dat? Omdat zijn liefelijke natuur van zelve het christelijk levensbeginsel al vroeg in zich had opgenomen, hij een dergenen was, die de Heer liefheeft, een man naar Gods hart. Gij vindt dat Beynen's welspiekendheid somtijds wat te veel aan den vorm offert. Ik aarzel die meening bijval te schenken. Zeker is het dat die vor»i, al zou het alleen wegens zijn uitwendige schoonheid we;en, reeds weldadig en opbouwend werkt op dengeen, die er gevoel voor heeft. Mij althans is eeaespreekgave gelijk de zijne eene der benijdbaarsten. (Gids 1878 vierde deel bl. 348 en 319). Zij, die in April 1879 in de groote zaal van de Teekenacademie aan den Boechkant het Bekrooningsfeest bijwoonden, hebben het voor recht gehad door twee mannen het woord te hooren voert n: door Beynen als voorzitter en door Allard Pierson als feestredenaar. Welk een schouwspel l De eerste den laatste dan kende voor zijn heerlijke toespraak en daaraan toevoegende : de beoefening der kunst is een lijdensweg, maar zij voert tot het veroveren van de gouden harp, die de onvergankelijke toonen van liet eeuwig ware en sehoone doet hooren." De religiewe kunstenaar Bcijrten's ideaal. Met instemming las ik wat dr. Dyserinck hier omtrent op bl. 30 vgg. meedeelt, wijzende op de eenzijdigheid in deze opvatting. Men zie voorts wat dr. A. Pierson van deze op vatting zegt in Rigtaiy en Letet. (Haarlem, 1863, A. C. Kruseman,' bl. 391-403). Aan de Geschriften van Beyneii" zou ik nog willen toevoegen : eene beoordeeling in de Tijdspiegel" van Januari 18S8 ; liet eerste boek van Neerland's krijgsgeschiedenis." Ik eindig met het begin : een woord van dank voor zijn werk aan dr. Joh. Dyserinck. Multa renascentur qtiae iam-iam cecidere." Het is al 50 jaar geleden! Al mijn herinneringen aan Beynen zijn verlevendigd door geschrift en portret. Beynen heeft Dante den Homerus der Middeleeuwen ' genoemd en van dien Homerus ?was Virgilius de geliefdste dichter der oud heid.. Aan Beynen denkende komen mij de woorden van Dante voor den geest als hij tot dien dichter zegt: Gij, o mijn Meester, mogt me als toonbeeld sterken." (8.5, 1ste Zang, de He)). P. J. VAX ELDIK TIIIEMK. Bloemendaal, 19 Febr. 1906. Copietrlüst fles D^elijWen LCÏE" Mimi, door ALBERT VAN WAASDUK. Amsterdam, Vennootschap Letteren en Kunst. I may not hope from oulward forma In u-in The passion and the K f e, whote fountaim are viihvn. COLEHIDGE. Copieerlust des dagelijkechen levens", was het vonnis dat Potgieter over de Camera Obscura uitsprak. Wat zou hij gezegd hebben van een boek als dit, waarin die lust wordt botgevierd zonder Hildebrands onmiskenbaar talent? Hildebranda verhevenheid reikt niet hooger dan de nok van een gereformeerd bedehuis", zei Busken Huet; van dit boek zou kunnen gelden dat de iewichtighe'd van zijn tendenzen niet verder reikt dan een 2e klas-epoorwegcoupé. In ernst, wanneer men kritieken schrijft met dezen maatstaf, dat de beste portretteerder van het dagelij ksch leven den prijs verdient, en dat een schrijver alleen maar goed uit zijn oogen hoeft te kijken om kunst te maken, dan is er op dit onbeduidende boek van Albert van Waasdijk heel weinig aan te merken. Men zal wellicht een weinig ironisch glimlachen over de aüedaagschheid van zijn zedelijke beioelingeti een veel belovend jongmensch is hij, maatschappelijk gesproken, niet hoogst eerzame overtuigingen, waarvan hij echter zoo dwaas ij tegelooven, dat ze heel origineel zijn ; men zal wel licht niet lachen om zijn humor en van meening zijn dat hij daarin nog wel bij Justus van Maurik ter schole mag gaan; maar men zal niet kunnen on kennen dat zijn waarneming van de werkelijkheid vrij nauwkeurig is. Toch blijven deze schetsen vervelend en onbelangrijk, en zoo zal alle proza blijven dat niets meer is dan waarneming van werke lijkheid. In een roman van de Balzac, lepere Goriol, vind ik een treffend voorbeeld van wat proza dan wel moet zijn. Hier z'ien wij de juistheid van waarneming zeer fijn en voortdurend aanwezig, maar de hoofdpersoon wordt veel meer dan een in zielsbewegingen en levens omstandigheden nauwkturigontleed individu, zooals bijv. die in Une, \ ie van de Maupassant. Hij woidt een sch ftpi.ru), niet van het bestudeerende verstand, maar van de verbeelding. Het komt mij voor, dat geen kunst als kunst goed kan zijn, die geen schepping van de verbeelding is. Immers, Ie père Goriot zou, beschreven eenvoudig zoc.als hij was: een oud mannelje dat zijn dochters zóó verafioodde, dat hij zijn welvaart, tot de nietigste overblijfsels daarvan, aan haar opofferde; dat hij niets dan goeds kon zien in een onwettige ver houding die aan een van haar wat genot kon geven buiten een rijk, maar rampzalig huwelijk ; dat hij zich do )r beiden liet trappen en vernederen en tocli dankbaar bleef voor n vleugje van vriendelijkheid; zoo'n man zou in zulk een levensschets geen anderen iridruk maken dan op iedereen iu zijn dagelijkschen ornaang: dezen namelijk, een slumpert en halven idioot te zijn. Maar wie dit boek van do Balzac leest, wordt meegesleept door bewondering voor dezen gek, de hoogere blik waarmee do Balzac het meest alledaagsche wist te zien, plaatst zijn schepping in een wonderbaarlijken glred van zelfverloochening en verheven vaderlief Ie; noemt hij heni zelf niet Ie Christ de Paternité" ? Het lut niet in mijn bedoeling, van Waasdijk te vergelijken met dezen grooten Franschman het zou trouwens onmogelijk zijn, even onmogelijk als het vergelijken vaneen molshoop met den Notre Dame. Maar ik neem de Balzac als voorbeeld voor een kunst theorie. Want van hem kan men zeker niet zeggen dat hij de werkelijkheid verwaarloosde, en dat is ook iets wat ik geen enkelen schrijver zou willen aanraden. Alleen zij kunnen de werkelijkheid gaan verwaarloozen, of beter, op den achtergrond brengen, die haar eerst volkomen hebben verstaan. Naar mijn gevoel gaat er ongeveer niets boven een schilderij van Thijs Marie, waar de werkelijkheid .?losgelaten is, meent ge? Neen, maar waar zij zoozeer beheerscht wordt en door-droomd van de Goddelijke Verbeel ding, dat zij door alle wazigheid heen voel baar is als onverbiddelijk-zuiver aanwezig, maar waar de ware plaats haar is aange wezen, die van hulpmiddel te zijn. Als men mij nu toevoest: Thijs Maris was een droomer, maar Breilner, schildert die dan niet alles zooals het «V dan zeg ik neen, beslist neen. Men hoeft maar een door hem geschilderd stadsgezicht iu werkelijkheid te bekijken door het g!aasje van een fotografietoestel, zoodat men het mét zijn kleuren, verkleind, en omkaderd voor zich heeft, om te moeten erkennen: 't is een aardig prentje, maar op Breitner lijkt het niemindal. De Verbeelding is de macht, waardoor de ziel zich uit de haar omringende werkelijk heid een beeld schept, dat in zijn Eenheid de stemming dier ziel?droom of impressie, naar gelang zij blijvend of Kort-tondig is kan uitdrukken, waarbij dan veel dat bij komstig is wordt weggelaten, en veel *su weinig overdreven, d.it van groot belang is in de werking van het geheel. Ofmendioomer of impressionist is, doe.t .niets ter zake ; of men schildert of pro'.a schrijft, evenmin. Zoogenaamde kunst, die niet uit de ver beelding ontstaan is. draagt een duidelijk kenmerk hierin, dat er geen Eenheid in is. Er zijn schilderijen waarop alle onderdeden even minutieus en betrekkelijk juist zijn weergegeven, maar als men 'ei n blik op het geheel wil krijgen, om zich iets van de stem ming te suggereeriii die den kunstenaar be zield moet hebben, gelukt dat niet. Alles is los van elkaar, het geheel is rammelend en stemrningloo0. En proza, dat geen schep ping van de verbeelding is, heeft noch begin, noch einde, dus ook :-een Eenheid. Dat dit gebrek ook aan van Waasdijk's schetsen eigen is, kan men hem nauwelijks kwalijk nemen, waar het een gebrek is van zooveel knappere schrijvers van onzen tijd. Dit kan mij echter niet weerhouden, het de, verderfelijke fout te vinden die ik mij denken kan, want het verlaagt de scheppende kunst tot een arbeid, een routine; en als de verveling .van schrij vers en lezers geen ui-muntend tegengif was, zou ik den dag voorzien, waarop een boek zou verschijnen dat van uur tot uur, van seconde tot seconde alie levensbezigheden beschreef van een mensch, van zijn geboorte tot zijn dood. En 's schrijvers opvolger zou dan over het zoontje van dien persoon Kun nen schrijven, en zoo voort, tot het einde der wereld. De Verbeelding moet men niet verwarren met wat gewoonlijk onder Verbeeldingskracht wordt verstaan. De eerste is oorsprong van alle kunst, de tweede niet meer dan een eigenschap, die ook door poppenkast-vertooners kan worden bezeten. Maar toch is ook deze eigenschap, mooi gebruikt, dikwijls in kunst van groote beteekenis. De schitterendfantastische gedichten van Coleridge zijn er bewijs van. Doch wie de Verbeeld n g in hoogeren zin tiet bezit, doet best, zich aan zulke kunst niet te wagen, want hij vervalt anders noodwendig in gezwellenheid of sen timentaliteit. Van Waasdijk bewijst het, vooral met zijn allerakeligst verhaaltje : Van een koning, die de waarheid weten wou". Dit is ook een kras voorbeeld van het on beduidende in zijn wonlJ-be-tendenzen. Dat er kunstwerken mooi zijn ondanks hun, met de kunst niets te maken hebbende, bedoe lingen; dat er andere boeken zijn, geen kunst, maar om hun tendenz belangrijk; het is waar, rraar ik denk dat er weinig ernstige critici zullen zijn die dit boekje, met zijn handelsreizigers wijsk» ge.Tte (een nette handelsreiziger, natuurlijk) onder een van beide categorieën zullen rangschikken. ALEX Den lieer J. F. Ik weet wel, dat het niet aangaat op een recensie aanmerkingen te maken, wordt niet wanneer die recensie, zooals de uwe, voor den vertaler overigens zeer vleiend is. Toch wilde ik u*even zegden, dat ik de Eransche zinnen en woorden uit Stegemann's Daniël Junt uit principe onvertaald heb gelaten. Ik niceude hiermee geheel in den geest van den auteur te handelen, die ze .anders immers ook niet onvertaald in het Duitsche boek zou hebben geschreven. G. II. P. Boekverkooping te Leiden. De lirma Burgersdijk & Niermans annon ceert een uitge reide boekverkooping, welke 29 Maart en volgende dagen zal plaats hebben. De catalogus (pi.m. 5100 nrs.) bevat o. iu.de boekerijen van dr. H. F. C. ten Kate, antbropoloog en ameiicanist (schrijver van Reizen en onderzoekingen in Noord-Amerika', Leiden 1885); pret', dr. W. C. van Manen, hoogleeraar in de godgeleerdheid aan de Leidsche univer siteit; dr. J. C. Th. Scheü'er, arts en geneesheerdirecteur aan het krankzinnigengesticht ,. Endegeest" bij Leiden en meerdere andere gewichtige verzamelingen op het gebied der rechtsgeleerdheid, letteren, enz. Tal van ge zochte standaardwerken en tijdschriften, zei 1zaamheden en curiosa staan onder de verschil lende rubrieken vermeld, zooals over land- en Volkenkunde, anthropologie, reizen, geschie denis van het Oosten, Ned.-lndië, China, Japan, Europeesche geschiedenis, godgeleerdheid en wijsbegeerte, Oostersche en Kuropeescne taal en letteren, kunstgeschiedenis, geneeskundige wetenschappen, scheikunde, wis- t n natuur kunde, plantkunde, dieikunde enz. Tot slot geneeskundige instrumenten en ethnographUche voorwerpen. De verzameling is Ie zien 27 en L'S Maart. MMIIIHIIIIMUIIIIIIflIIMItllllMIJIIII VOOR DAMES. De Yionw tn ce Het was Vrijdag 2 Maart weer het oude liedje in het Lagerhuis; Sir Charles Dilke had een wetsontwerp ingediend, dat niet al leen teu doel had liet parlementaire, provin ciale en gemeentelijke kiesrecht van alle bezits-quahlieaties te ontdoen en aan alle vol wassen mannen en vrouwen toe te kennen, maar tevens om de laatsten bevoegd te maken voor het lidmaatschap van beide huizen van liet parlement, van provinciale en gemeente raden en benoembaar voor alle openbare betrekkingen. De tweede lezing van dit ver strekkende voorstel was dien dag aan de orde. Door de gehouden loting ging echter vooraf, de behandeling der zonder stemming aange nomen tweede lezing van een ander priraat wetsvoorstel, waardoor de openbare besturen verplicht zullen worden tot het verstrekken van voedsel aan schoolkinderen, die daaraan behoefte blijken te hebben. Deze zaak werd reeds driemaal uitvoerig door het parlement besproken. Toch werden ook ditmaal de beraadslagingen daatover zoodanig gerekt, dat bijna de gansche middagzitting in beslag werd genomen, slechts een luim half uur biet f er over voor het wetsvoorstel vanden Uundigeu leider der radicale fiaclie. En door dien do conservatieve Lord Crcil het in een uiivoeiige speech bestreed, werd deze vrouwen zaak andermaal van de. baan gapraat. DU is tiet nadeel der Engehche gewoonte, dat de tweede lezing van private .wetsont werpen enkel in de korte Vrijdagmuldagzittmg kan woiden behandeld. Met een beeije goeden wil, had men echter de beraad slagingen over het eerste ontwerp wat kuniun beperken en daardoor gelegenheid kunnen geven voor de tweede lezing van het andere. Beide vooistellen zouden toch veider door een of ander comitéondorzi cht eu ten slotte aan de linale behandeling van het huis on derworpen worden. Het is een unfaire manier, zich door langdurig praten van zulke /aken af te maken. Op den duur houdt men de zaak van vjouwt-i;kiesr cht toch niet tegen. l'.n zij komt dit jaar i.ogmaals ter sprake. Maar het verzet der bevoorooi deelde, heeren prikkelt de kieslustigc vrouwen natuurlijk tot een steeds krachtiger actie. Zij beginnen steeds harder aan de parlementsdeiire.n te kloppen. Ken zevental vervoegde zich voor eenige dagen aan de ( iliciëele woning van den juist opgetreden premier, wien zij spoedig met een audiëntie over hare zaak zullen vereeren. Waarom al die drnkfe, zullen tegenstanders van het vrouwenkiesrecht zeggen, de belangen van het onkiesbevoegde geslacht zijn even goed aan de mannen toevertrouwd. Dat werd vroeger ook gezegd van de maatschap pelijk bevoorrechte kiezer^, toen de arbeiders van dat recht verstoken waren. Deze ver langden echter dat recht, en het weid door anderen voor hen bepleit, opdat daardoor meer rekening met hunne belangen, zou worden gehouden. En zij verlangden niet alleen het kiesrecht, maar ook hun eigen vertegenwoordigers in het parlement. Dezelfde leden drijft de vrouwen, daar de uitoefening van een dirrcten invloed is op de wetgeving. Dit is niet alleen een vraag van recht, maar tevens van nut. En een nuttigheid, die de geheele maatschappij ten goede zal komen. In de vrouwenmeetin», die alhier op den dag der etliciëele opening van het parlement werd gehouden, hoorde ik een interessante speech van mrs. Nel]ie Alma Marte', de presidente der liberale hervormingsassociatio van Nieuw Zuid Wales, welke een belangrijk aandeel had in de doorvoering van vrouwen kiesrecht in die Kngelsche kolonie, ruim drie jaar geleden. Zij verklaarde dat in haar land, zoowel als iu de andere vijf Australische kolonies en in Nieuw Zeeland, waar de vrouwen sedert jaren aan de verkiezingen deelnemen, de invloed van haar geslacht zeer gunstig op het openbare leven heeft gewerkt. De onheilen, die veelal van vrou wenkiesrecht geducht worden: dat het ver schil van politiike meeniug oneenigheid in de familie zal veroorzaken, dat de vrouwen zich gemakkelijker dan de mannen door politieke kwakzalvers zullen laten inpalmen, of dat zij zich te veel door sentimenteele overwegingen zullen laten leiden, al dese dingen zijn uitgebleven. In plaats daarvan hebben zij van haar recht gebruik gemaakt tot beteugeling van corruptie en onzedelijk heid en tot bescherming der zwakken. Een der belangrijkste dingen door hare mede werking tot stand gekomen, is de verhooging van den leeftijd waarop meisjes in geslachtelijken omgang mogen toestemmen tot 16 jaar. Een paar andere wetsontwerpen tot bescherming van het leven der kinderen, waarvoor voorheen in Nieuw Zuid Wales geen meerderheid in het parlement harer kolonie kon worden gevonden, werden sinds de invoering van het vrouwenkiesrecht door gevoerd. De kiesgerechtigde vrouwen in de Australische kolonies hadden ook haar aan deel in de doorvoering eener ouderdomsverzekering, die aan alle mannen en vrouwen op 05 jarigen leeftijd een pensioen van ? 6 per week waarborgt. De eerste dezer wetten werd in Nieuw Zeeland in 1898 ingevoerd, 7 jaren nadat aan de vrouwen aldaar het kies recht werd verstrekt. De publieke controle over de draukhuizen is eveneens voor een groot deel het werk der vrouwen. In de Atnerïkaansche staten Wyoming en Colorado heeft het vrouwenkiesrecht evenmin de geduchte onheilen gebracht, ook geen grillige veranderingen, maar daarentegen wel nuttige hervormingen. Ik vond dienaan gaande eenige belangwekkende mededeelingen in een lezenswaardig boekjtë, dat voor eeijige maanden in Macmillan's Citizen's Library" verscheen: Some etldcalgains through Leg's'adon. De schrijfster, Florence Kelly, is algemeene secretaresse van den nationalen verbiuikersbond van Colorado, alwaar de vrouwen ze'is deel uitmaken van -beide huizen van het parlement. Op pagina 194 zegt zij: Het is geen toeval, dat na der vrouwen kiesbevoegdheid een der eerste bij het wetgevend lichaam ingediende maatregelen was, ei-n aangenomen wetsontwerp van een Vrouwelijk seuaatslid, waardoor de age of consent ' tot 18 jaar werd verhoogd, toenmaals hooger dan iu eenig ander land. Zoo'n wet gei ft aan de. knapen en meisjes eener ge meenschap een bescherming, die de jeugd omringen in een staat, waar, gelijk in Ncjotd-Carolinc, de verleiding der meisjes slechts met een geringe straf wordt btdreigd, zonder de zekerheid dat deze op een blanke man worden toegepast. De vertiooging van (k-u leef lijd der toestemming voor alle knapen en meisjes eener gemeenschap, maar tevens een bi schenmng voor de gemeenschap zelf, tegen de kinderen der verleide meisjes. Denver (de hoofdstad van Colorado) heeft geen behoefte a,<n oei) ge-iicht voor vonde lingen, gelijk de insielling 'lie de stad NewYork tot schande strekt... Nimmer te voren in de geschied nis der menschheid zijn het recht der jeugd op een rein leven, de eisch der jongelieden tot leiding en bedwang en de belioi f(D van liet kind aan een goede verzorging door den vader, de moeder, de school en de getutenschap, dermate erkend geworden als tegenwoordig in Colorado. Dit klinkt wal steik gekleurd. Maar de feiten bewij ;en dat het geen overdrijving is. Evenals in Wyoming, wordt in Colorado bi^er voor het jonge geslacht gezorgd dan in de meeste andete staten van Amerika: Wyoming was bij de volkstelling van 1900 de eenige staat met een aantal illiteraten van K) tot 14 jaar oud beneden honderd, namelijk 72, terwijl Georgië, bijvoorbeeld, een aantal van tK5. !'_"J had. Te Denver laat de verplichte leertijd der kinderen tot hun Itide jaar. Alleen mei toestemming van den hoofdschoolopziener en den provincialen rechter, kunnen y,ij vroeger de school verlatfii, maar dan nog alleen wanneer zij het onderricht der eerste acht jaren goed hebbui doorloopen. T._>t zijn Ui.Ie jaar blijft het kind ie iter ouder toezicht van beide beambten, die liet weer naar school kunnen zenden wanneer het zich niet goed mocht gedragen. Al deze dingen rechtvaaidigen de opmerking van miss Florence Kelley, dat, over het algemeen genomen, de belanden der kinderen en der jeugd buitengewoon goi d verzekerd zijn in een gemeenschap, wier zaken door mannen en vrouwen tezamen worden bestuurd." Kr zijn «chter nog een menigte andere zaken die hei. minst genomen, nuttig maken, dat d ? vrouwen invloed op de wetgeving kum en uitoefenen. Ken p ;ar millioeii vrou wen verdienen in dit land haar eigen levens onderhoud. Volgens het rapport van den h Kjld.nspectenr van fabrieken en werk plaatsen, werkten in l'.)()4 ongeveer ander half miilioen order toezicht der vrouwenal'ileeling van het inspectiebureau. Daarbij «£!Jn echter niet inbegrepen de. duizenden, die in wasch- en strijkinrichtinsien en thnis arbeidende voor zich zeif of hare familie het brood verdienen. Vooral voor de huiswerksters, omtrent wier schrikkelijke exploi tatie nu en dan voor den politie-rechter erye feiten aan het licht komtn, is er sinds lang groote behoefte aan een ferm ingrijpen van (Je wetgeving. De Lngelsche kolonies gaan ook hierin weer vooraan. In verschillende .staten van Australië, en in Nieuw Zeeland, bestaan raden, die voor de verschillende bedrijven een minimumloon vaststellen. Door de raden in Victoria, waar de senaat reeds zevenmaal een 'door de wetgevende kamer aangenomen wet tot invoering van \rouwenkiesuclit heeft verworpen, werden de loonen in verschillende beroepen aanmerkelijk ver hoogd: van de kleermaaksters 14 stuivers . per week. van de heoidennaaisters löen van de jam maaksters 17 stuivers per week. Vele costuummaaksters bleken na acht- of neénjarigen dienst niet meer dan acht of negen shillings per week te verdienen. Thans is haar door di n raad na vijf jarigen dienst een minimum weekloon van 16 shillings ver zekerd. Ofschoon hUidoor de loonen in vele gevallen iriet bijna het dubbele verhoogd werden, hebben werkgevers en clientèle zich reeds in dien toestand geschikt en onder vinden dat gotdkcope arbeid geen degelijke arbeid was. S;r Clïarles Dilke ijvert sinds jaren voor de invoering van dergelijke loonraden hier te lande. Tot dusver kon hij echter het parle ment niet daartoe bewegen. De vrouwelijke werkers hebben nog meer belang dan de mannen bij het vaststellen van een minimum loon in hare bedrijven, omdat haar werk zoo veel slechter wordt betaald. Zoodat zij ook deze hervorming spoedig zouden wetendoor te drijven, konden zij direclén invloed op de wetgeving uitoefenen. Wel is waar kunten zij indirect haar invloed laten gelden. En da* doen zij reeds lar;g, maar het succes daarvan is gering en langzaam. Dank zij den aandrang van den Vtomen'a Trade Union League, heeft het ofliciëeLingestelde centrale comitévoor het vertrekken van hulp aan werkeloozen in Londen, pas besloten dat ook vrouwelijke werkeloozen in dien hulp kunnen deelen. Een werkplaats zal worden ingericht, waarin aan dergelijke vrouwen arbeid zal worden verschaft, met het maken vah matten voor de landkolonies en kleeren voor deze kolo nisten en voor werkeioozen die door bemid deling van het comiténaar Engelsche kolonies emigreeren. Zonder den invloed harer vctorspoediger zu-ters, zouden deze vrouwen niet met de werkelooze mannen gelijk gesteld zijn geworden En dergelijke dingen wijzen er op, hoe nuttig de vrouwen in het parlement en in de lokale besturen werkzaam zouden kun nen zijn, voor het welzijn der gemeecschap IIIIIIIHIIIHUIIIlmilllHIIIIIMIIIIIIMIIIIII TRADBMARK MARTELL'S COGNAC, Dit beroemde merk is verkrijg baar bij alle Wynhandelaars en .bg de vertegenwoordigers MiOOP.ntXM «fc |(tt| IXIER, Wijn h andelaars te Arnsterdam, Prijzen van af/2,50 per'FW. Normaal-Ontiefldeedfng van ?-.-"? '->,. V " PröfDnO, i'" . Eénicj /Fabrikanten Shittgart Hoofddepöt te AMSTERDAM: Kalverstraat 152 K. F. DEUSCHLE-BENGER. cht Victopiawatei OBERLAHNSTEIP cht Victoriawate OBERLAHNSTEIN. A T U tl Jt W O I, B K S L, l S T K K I M P V R IJ. Firma A DR. KCITA KEI,, Hofl. Heiligenweg. /?'.mm H. M /-J .//?./.'. UoH. Koningsplein. ~ ft 1:11", Vet nestr.49, Den Haag. J. ^OO.vsV-J.ViV./r. (ir. Houtstr. C 4, Haarlem. Waar geen contractanten zijn, wende men zich t^t de Ned. Fabr. ..LA f'OVKTK" Kggertstraat I! te Am^terda Gedeponeerd. ; Filialen: SPUI 25, VAN WOÜSTRAAT G. | Depots: v. Baetlestraat 88, Joh. Verhulststraat l On, Ferd. Bolstraat 4. Weesperzijde 74, j Plantage Kerklaan lö, 'l ilanusstraat 83, Von i Zesenstraat 29,Watergraafsmeer: Breedeweg 1. ]e Helmersstr, 201, Ie Const. Huygensstr. 92, de CJercqstraat 8. Nassaiikade 3U4n, Marnixstraat 257, tlaarl.dijk 20, 2e Tuind warsstraat 2. o/d. VELUWE, Inlicht, b d. Vereeniging Kantoren voor Vaste Goederen in Nederland te fiunspeet.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl