De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1906 15 april pagina 3

15 april 1906 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOO K NEDERLAND. Het gedichtje is gebazeerd op een im pressie. De zon die tegen het kerkraam als aan een kruis hangt en wier gouden bloed neerdruipt op de zerken. Het is betrekkelijk eenvoudig en lang niet het minste van den bande). Kerken en kerkhoven werken vrucht wek kend op Eshmer-Valdor's inspiratie. Ook avonden en zenuwkwalen. Zonnig kan men zijn verzen dus ook ;al niet noemen. Maar hun droefheid is niet die van den pessimist, die niet anders kan, 't is die van den perversziekelijke die de iiarighdd zoekt, die er zich welbehagelijk artistiek in vindt. Wat is de poëzie van de romantieken simpel ver geleken bij deze! Laat ik eens een staaltje van gezochtheid citeeren: Les névroses qui ont pass avaient des hotix il leur manteau fané, des taches de houx comme de la boue. Elles -m'avaient guett au détour d' un jöve'?rêve creux comme des utopies. Sur Ie muable des psalmodies d'ames immuables. Un couchant de cosmogowes Ah! que la vie est quolidienne ! Triste penchant neurastbénique que l'heure bat comme une antienne. etc. De schrijver beeft zelf gecursiveerd ik «ou me wel gewacht hebben. Of liever Alles dieade onderstreept van deze lang niet alledaagsche poëzie I... Maar als de poëet zelf in een gedicht met den suggestie ven titel Vos cuistes belles zjjn kunst begint uit te schelden : art, gueux aridel", dan zou hij .beter doen de hand in eigen boezem te staken, te onderzoeken of zijn geweten zuiver is. Talent te ontzeggen gaat niet aan, maar de kunst is bij jongeren als Eshmer-Yaldor in een sfeer geraakt waar zij aan bloedarmoede eterven moet. Zij mag zich opsieren met nog zooveel gezocht en uitgezocht sieraad. Zij heeft wat deze dichter van zijn Helene gei uigt: Belle de sa trittesse, elle a d'étranges goüts. D'étranges goüts smaak met rare bijsroaakjes lustjes van een zieke. Als deze Héiène is ze: Belle de sa tristesee et de la volupt De se faire souffrir a l'ideéqu'elle soufl're; Belle d'ennui morbide et morne de beauté, Elle a fait de sa vie l'inépuisabe goufire Des vertiges de mort. Dat lezend, denk ik aan die andere Helena, van wie Homerus zoo eenvoudig vertelt hoe ze in haar gratievolle, schoonheid nog de grijsaards in reine veriukking bracht. Óók een symbool ? ... Wie weet I W. G. VAN NOUHCYS. De smalle wtg naar het geluk. Roman van PAUL ERNST. Naar de tweede Duitse uitgave bewerkt door H. KKHTEXBEBG. Amsterdam, E. v. d. Vecht. 1904. Deze roman heeft in Dnitschland opgang gemaakt. De bedoeling van den schrijver is zeer duidelijk. Hij wil waarschuwen tegen de verleiding, waaraan jonge menschen van 't land zijn blootgesteld in groote steden, en doen zien, waartoe zij komen met hun onbekookte denkbeelden en overspannen ver wachtingen, de jonge wereldhervormers, die hun eigen passies niet meester zijn. Van eenheid is in het verhaal geen sprake. 't Is waar, zoo gij wilt, het is de levensge schiedenis van Hans hij kan gelden voor de hoofdpersoon?een jonginensch van goeden aanleg, die dan ook na velerlei wederwaar digheden goed op zyn beenen terecht komt; maar van al de personen met wie Hans in aanraking komt, worden en passant de lot gevallen meegedeeld. Zelfs de verpleegsters, die: item, als hij ziek geworden is, in het hospitaal bijstaan, hebben ieder haar eigen romannetje, dat verder met den roman in geen verband staat. Het zon den auteur gemakkelijk gevallen zijn zyn boek tweemaal grooter te maken, als hij Hans maar kennis had laten maken met nog een aantal andere personen en er hunne levensgeschiedenis had bijgevoegd. SIGRID STORRADA, door SELMA LAOEULÖP. Vertaald door M. v. O. I. Een wonderlieflijke lente was het, die in 't land kwam. En het was juist in 't zelfde voorjaar, dat de Zweedsche koningin Sigrid Storrada met den Noorschen koning Olaf Trygvasonte Kungahalla zou te zamen komen, om over hun aanstaand huwelijk te beraad slagen. Het was verwonderlijk, dat koning Olaf met koningin Sigrid in het huwelijk wenschte te treden, want al was ze schoon, rijk en hoog gezind, ze was tevens een verstokte heidin, terwijl koning Olaf een vroom Christen was, steeds er op bedacht om kerken te bouwen en de menschen te dwingen om zich te laten doopen. Maar wellicht hoopte hij op God's hulp om haar te bekeeren. Maar nog wonderlijker was het, dat, toen Storrada den afgezanten van koning Olaf haar voornemen had te kennen gegeven, naar Kungahalla te reizen, zoodra de zee vrij van ijg zou zijn, de leute op eens haar intocht hield. Sneeuw en koude verdwenen, juist ?wanneer anders gewoonlijk nog strenge ?winter heerschte. En toen Storrada er over sprak, dat ze nu beginnen wilde hare schepen uit te rusten, smolt het ijs in de fjorden, het weiland begon groen te worden en ofschoon het nog lang vóór Maria- Boodschap was, kon het vee reeds in de weide gedreven worden. Toen de koningin tusschen de Oost- ( otlandeilanden naar buiten in de-Oostzee voer, zaten er koekoeken boven op de rotsklippen en zon gen en riepen dat het een lust was, en dat terwijl het nog zóó vroeg in het jaar was, dat men nauw hopen durfde, een leeuwerik te zullen hooren. En overal waar Storrada voorbij trok, heerschte groote vreugde. Alle reuzen, die onder koning Olaf s regeering uit Noorwegen hadden moeten vluchten, daar zij het klokkengelui niet konden verdragen, vertoonden zich op de heftoppen, toen ze Storrada voorbij zagen zeilen. Ze rukten jonge, teer-groen be.bladerde boomen, met wortel en al uit den grond en zwaaiden de koningin er mede toe. Toch wat er staat, laat zich aangenaam lezen. Er komen tafereelen in voor die pak ken. Als de schrijver ons plaatst aan het sterfbed van den vader, die afscheid neemt van zijn zoon, pag 224, of ons getuige maakt van de liefdesverklaring, waarbij Hans het ja-woord verwerft, het gaat hem allebei even goed af. Het boek is geschreven in zeer eenvoudigen onopgesmukten stijl, die juist door de afwe zigheid van alle sieraad indruk maakt. Jammer dat er hier en daar volzinnen voor komen, die er uitzien alsof zij van een andere hand zijn, dan die des auteurs. Helder en eenvoudig is bijv. niet wat er staat, pag. 208. Toen hij haar gelaatsuitdrukking zag, werd hij zich plotge>ing er vari bewust dat zij hem alleen als werktuig gebruikte en toen zij dat nog duidelijker liet uitkomen door te zeggen, dat hij zeer veel op haar vroegeren man gelet-k, borrelde in hem een vreeselijke haat op, en hij ondervond lichamelijk, hoe zij een zelfzuchtige wil op hem werken liet e n daar door hem veel ontstal van wat hem toebe hoorde om het zich toe te eigenen en zich op ruwe wijze daarmee op te smukken." Vreemd klinkt ook op pag 210: Nu volgden de uiterlijke dingen, verloving, huwelijk en de nieuwsgierigheid van de mensen, en intusgchen wikkelde de zielestrijd van beiden zich verder af. Aan de eene^ant drong zij in hem als iets vreemds, zocht hem uit te lichten en zich zelf de plaats toe te eigenen van zijn persoonlikheid, zoodat hij met haar oogen moest zien en met haar gedachten cordelen; en aan de andere kant bestal zij hem, paste zich het geroofde aan en toonde hem dat bij gelegenheid geheel onbevangen. Dan her kende hu woedend stukken van r.ich in vreerode gevangenis, zonder ze te kannen bevrijden." Welk een lot voor een menseh als hij aan de ene kant wordt uitgelicht en aan de andere bestolen! Ik durf niet zeggen dat de bewerker" hier fchuld heeft, want ik heb 't oorspionkelijke niet bij de hand. Wel weet ik, dat er een mooier vertaling bestaat van Paul Gerharda' lied dan ik vind op pag. 101. Maar vertalers worden te slecht gehonoreerd ia den regel, om hem lastig te vallen. Moge van De smalle weg naar het geluk'' in J et Hollandfch ook een tweede druk noodig worden. Zin. v. H. Inhoud van Tijdschriften. Europa, afi. 4: Johanna Steketee, Bereed. Top Naefl, De eerste schrede. Pelle Moün, Een dans metdendjod. Stanley J. Weyman, De raven hoeve. Frank Savüa, Gevangen. Onatos, Een boeken praatje. Dr. E., Popu lair wetenschappelijk overzicht. Cato E. Leive,De vorige tnaand. De Hollandsche Revue, No. 3: Winterlandschap (naar een ets van A. Derksen van Angeren) frontispiece. Wereldgeschiedenis. Be langrijke onderwerpen. Karakterschets. Revue der tijdschriften. Het boek van de maand. De Boekentafel. Orgaan van den N<d. Hond tot Bestrijding der Vivisectie, No. 10: Wat vivisectie eigenlijk is? Vivisectie in Nederland. Hoe wordt de ge zondheid der menschheid het beste bevordeid? Steeds meer syphilis-proeven? Waar de praktijken der vivisectie toe leiden. ? Varia. Vlaanderen, April 1906: Grijze dagen, door F. Verschoren. Mane-vijver, door Hermina Schuijters. Blauw-Baa'd of het zuivere inzicht, door Karel van de Woesiijne. Toonkunst, No. 13: De Duitsche Orkestmuaicus, door Paul Bekker. Klavieronderricht en Muzikale Opvoeding, door A. B Jr. Muziek in de Kesidentie, door Herman Kui ters. Berichten en Mededeelingen. Uit de Vereenigingen. Eigtn lluard, No. 15 : De kinderen van Warrnelo, door L. E, slot. Per autobus naar Muiderberg, met af b. Uit de herinneringen van een postambtenaar : Blok de Eerste en Blok de Tweede, door K. Verjongingskuren, door Tutor, met af b. Kruisheih'ng van Rembrandt, door Jer. de Vries. De kruishefiing, naar de Schilderij van Rembrandt in de Pinakotheek teMünchen Langs de Overijselsche Vecht door L. Nooter, met af b., I.?De Utrechtsche tentoonstelling van Palmpaschen", door GOS. de Voogt, met af b. naar foto's van den heer Jochmann, Utrecht. Feuilleton. En toen ze thuis komende hun rotsholen binnen traden, waarin hunne vrouwen in kommer en droefheid neerzaten, lachten ze vroolijk en riepen: ,,^u, vrouw! je behoeft niet langer verdrietig te zijn. Sigrid Storrada is op weg naar koning Olaf. Nu zullen we wel weer spoedig naar Noorwegen terug kunnen gaan!" Toen de koningin voorbij den Kullaberg zeilde, kroop de Kulla-berggeest uit zijn hol. En hij gebood den berg zich te openen, zoodat Storrada de schitterende goud- en zilveraderen daarbinnen aanschouwen kon; en zij genoot van dien aanblik van heerlijken rijkdom. Toen Storrada voorbij do Hallandrivier voer, zwom de watergeest Nock de beeken en watervallen af tot aan de uitmonding aan zee en speelde zóó lustig op zijn harp, dat de schepen op de golven dansten. En toen ze voorbij de Nidingerfjord zeilde, speelden de meerminnen daar, op de golven drijvende, en bliezen op zachtgetinte zeeschel pen, zoodat het water in hooge stralen opspoot. Toen kwam er tegenwind, maar .. . daar doken leelijke zeemonsters uit de diepte op en hielpen Storrada's schip over de golven. Eenige zwommen om het roer en stuwden de boot vooit, terwijl andere uit zeegras ge draaid touw in den mond namen en zich als paarden er vóór gpantun. De woeste Wikingers, die wegens hun sluwheid en bedriegerij niet door koning Olaf in zijn land geduld werden, kwamen naar Storrada's schip aangeroeid, met opgerolde zeilen en opgehevene enterhaken, om den strijd te beginnen. Maar toen ze de koningin herkenden, lieten ze haar ongedeerd verder varen en riepen haar toe: Wij zullen een bekervol op uw bruiloft drinken, Storrada '." Alle heidenen die langs de kusten woonden, legden hout op hun steenen altaren en ofl'erden aan hunne oude godheden schapen en geiten, opdat ze Storrada zouden beschermen ge durende haar vaart naar den Noorweegschen koning. Toen de koningin op den Noorder Alfetroom voer, kwam een waternimf naar het schip aanzwemmen, strekte haar sneeuwblanke arm in de hoogte en reikte haar een groote, glan zende parel. Draag die Storrada l" riep ze, opdat koning Olaf betooverd worde door uw schoonheid en u nooit meer vergete l" Nadat de koningin den stroom een eind opgevaren was, hoorde ze een hevig biuisen iniiiiiMmiiiiiiiiMiiiiiijiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiimiMmiiiHiiiMtiiiMHiiiMtm VOOR DAMES. Bericöt yan het pen-comité?ao icn Internationalen Vrouwenraad, Bij den aanvang van dit persbericht past wel allereerst een woord van eerbiedig her denken van onze groote voorgang-ter Miss Susan B. Anthouy, wier dood op nagenoeg STjarigen leeftijd on i uit Amerika wordt ge meld. Een geweldig brok contemporaine ge schiedenis is met de levensgeschiedenis dezer merkwaardige vrouw verbonden. Hoe zij deelde met woord en geschift in den grooten strijd, die in haar vaderland werd gevoerd tot afschafling der slavernij,- in den strijd tusschen de Noordelijke en Zuidelijke S aten van Amerika, is ons uit de vele schetsen, die over haar leven verschenen, bekend. Allen weten wij ook, hoe haar werken, aan vankelijk voor belangen van zuiver nationalen aard, is gegroeid tot eenen arbeid, die in de laatste halve eeuw vele malen verder heeft gereikt dan de grenzen van haar eigen land en volk, gegroeid tot eenen arbeid, die om het ectit inenschelijke, dat door haar w<-rd nagestreefd, internationaal mag worden ge noemd in den besten zin des woords. Door haar is luide verkondigd, door haar hebben vrouwen van alle volken- het leeren erken nen, wat Miss Susan Anthony bij h aar ij veren voor afschaffing van d'e sla versij, voor drankbestrijding en wat niet al, zelve bij pijnlijke ervaring had ondervonden, dat verbetering van eigen positie voor de vrouw onmisbaar is; niet enkel ter wille hartr bijzondere be langen maar als onafwijsbare voorwaarde om krachtig te kunnen arbeiden aan dat onder deel van den maatschappelijken arbeid, dat zij zich heeft gekozen. Aan waardeering heeft liet Miss Anthony in haren levensavond zeker niet ontbroken. Ook is haar het zeld/,ame voorrecht te beurt gevallen, dat zij het /.aad, door haar met volle handen uitgestrooid, rijk en krachtig mocht zien opschieten. Zij kon heengaan rustig en blijmoedig, wetende, dat haar stre ven gezegend was en het door haar nage jaagde doel der verwezenlijking zoo nahij, dat bij meer dan. ten volk de politieke ontvoogding der vrouw nog slechts ij geworden eene quaesüe van tijd, dat het beginsel van staatkundige gelijkstelling van aian t n vrouw door breede scharen van ernstig denkende mannen en vrouwen wordt voorgestaan. Menigeen van ons is er getuige van geweest, hoe zij in den zomer van 1904 te Berlijn de kroon mocht zetten op haar werk, door nog in persoon voor te zitten bij de oprichting van den Wereldoond voor Vrouwenkiesrecht. Een diepen indruk maakte toen haar optre den ; niet enkel om den historischen achter grond, die hare nog ongebogen, statige ge stalte omgaf, maar ook om den frisschen, krachtigen ouderdom dezer hoogbejaarde maar altijd nog strijdende en werkende vrouw, die, diep in de tachtig, overzeesche reizen ondernam zonder aan de bezwaren van ver andering van leefwijze, van verandering van klimaat zelfs te denken; die nog optrad in reusachtige zalen, waar nu' hare hoorders bij duizenden telde, en dan met helder geluid hare kernachtige, bezielende woorden deed weerklinken. Misschien was deze indruk zelfs nog krachtiger, omdat zij in dit opzicht in die dagen volstrekt geen uitzonderingsjiguur was. Wij zagen haar daar omgeven door eene sc.'iaar van uitnemende vrouwen van allerlei landaard, (waaronder hier ook nog wel mag worden herdacht hare trouwe zuster en onverinoei Ie helpster, Miss Mary Anthony), vrouwen die, hoewel jonger dan zij, de ruiddaghoogte des levens reeds lang achter den rug hadden, maar wier opgewekt handelen en optreden toch bewees, dat naar menschelijke berekening nog eene jarenlange vrucht bare werkzaamheid van haar mocht worden verwacht; vrouwen, die zich, evenals Miss Anthouy zelve, kenmerken door eene groote blijmoedigheid van geest, en die, ofschoon en luischen, zoodat ze meende, dat ze een waterval naderden. Hoe verder ze kwam, hoe heviger en sterker het geluid werd, zoodat ze ten slotte dacht, midden in een grooten veldslag te zullen komen. Maar toen de koningin orn het Gull eiland geroeid was en et-u wijde b_>cht inboog, zag ze het machtige Kungahalla aan den stroomoever liggen. De stad was zoo groot, dat, zoo ver haar blik reikte, nog steeds de eene hofstede aan de andere grensde. Allen zagen er, niet schuren en stallen, goo i, onderhouden uit. Smalle steegjes voerden tusschen de grauwe, houten beschotten afwaarts naar de rivier; ruime pleinen lagen vóór de huizen die door vastgestampte wegen verbonden waren met hun eigen boot-huisjes en landingsbrugien. Storrada' beval haar roeiers de riemen langzaam op te halen. Ze stond hoog opge richt op den achtersteven van het schip en keek naar den oever: Nog nooit heb ik zoo iets dergelijks gezien !" sprak ze. Nu begreep ze, dat het hevig gebruis dat zo gehoord had. alleen te weeg gebracht werd door het bedrijvige werken, dat iedereen te Kungahalla in het voorjaar deed, nu de schepen op het punt waren lange en verre reizen te ondernemen. Ze hoorden smidslieden met zware slagen hameren, plan keu werden klapperend op zware pramen ge laden, jonge knechts ontdeden mastboomen van hun schors en schaafden aan breede roeiriemen In groenende tuinen zag ze meisjes zitten die bezig w:aren touwen voor de zeevarenden te draaien; en oude mannen zaten ineengedoken te naaien en stukken in te zetten, in grauw-verweerde zeilen. Ze zagscheepstimmerlieden nieuwe booten teeren, spijk'ETS werden in dikke eikenplanken geslagen. Uit de boothuisjes werden sloepen te voorschijn gehaald, die lek waren en her steld moesten worden. Alle vaartuigen werden met frifch geschilderde draken versierd. Hoopen koopmanswaren werden opgestapeld, menscben namen haastig afscheid van eL-aar, zware kisten werden aan boord gedragen. Schepen die gereed waren, werden van den oever afgestooten. Storrada zag, dat diegene welke den stroom opwaarts roeiden, zware ladingen gezouten haringen meevoerden, ter wijl die welke het land verlieten en Westwaarts zee kozen, tot hoog tegen de masten op, be laden waren met kostbaar eikenbout, huiden en vellen. zij den ernst en de elknde van het leven van zoo nabij kennen, de blijken gaven, dat zij in de kracht van haar vast geloof aan de eiadzegepraal van het goede hopend en ver wachtend het leven doorgaan. Tal van krachtige banden staan dan ook gereed om over te nemen het welhaast vol tooide werk, dat aan de sterbende hand van Miss Anthony ontviel. Toch zal het heengaan van deze leidsvrouw een weemoedigen sluier werpen op de eerste samenkomst van den voor twee jaren door haar opgerichten Wereldbond voor Vrouwenkiesrecht, welke samenkomst in Augustus van dit jaar te Kopenhagen zal worden gehouden. Die samenkomst zal ook van beteekenis zijn om de nheid, die men daardoor hoopt te be waren tusschen de vooruitstrevende vrouwen der Scandinavische volken, wier solidariteits gevoel door de politieke afscheiding van Zweden en Noorwegen op eene zware proeve werd gesteld. Toch schijnt nu reeds te blijken, dat juist onder die vrouwen, die bij de schei ding hare nationale gevoelens sterk voelden spreken, het gevoel voor de beteekenis van echt rnenschelijke, dus internationale, belan gen overweegt, zoodat te verwachten is, dat de samenkomst te Kopenhagen er toe zal leiden, dat de Noorweegsehe en de Zweedsche vrouwen wat de feministische beginselen betreft, in de oude samenwerking zullen blijven volharden. Voor ons land is deze samenkomst van beteekenis, omdat daar waarschijnlijk maatregelen zullen worden beraamd ter voorbereidingeener groote inter nationale campagne ten onzent, nu met het oog op de aanstaande grondwetsherziening het vraagstuk van vrouwenkiesrecht bij de eerstvolgende verkiezingen meer dan ooit op den voorgrond zal treden. Overal trouwens dringt dit vraagstuk zich naar voren, In Italiëis sedert de kieswet van 1882 htt kiesrecht verzekerd aan wie het Italiaansche burgerschap bezit, 21 jaar oud is, Ie :en en schrijven kan en eenig ele mentair onderricht heeft genoten ; het woordje mannelijk komt in deze wet niet voor. Rech tens bezitten dm de Italiaansche vrouwen het kiesrecht, al maakte, tot nog toe geene enkele er nog immer gebruik van. Dit jaar echter laat een nog dagelijks aangroeiend aantal vrouwen zich inschrijven op de kie zerslijsten. Tot heden ondervinden zij daarbij ook geenen tegenstand en als eenmaal de gestelde termijn van appe. tegen plaatsing op de kiezerslijcten is verstreken, zal de zaak ten minste voor dit ne maal verzekerd zijn. Men hoopt nu, dat voor en aleer in uoogster instantie eer.e beslissing kan worden genomen en het noodlottige woordje manne lijk ingevoegd in de Italiaa sche wetgeving, de gewoonte van jaar op jaar verhinderen zal. dat aan het eenmaal uitgeoefende kies recht der viouw weder worde getornd. Alleen aan de gehuwde vrouw zoude het dan mis schien nog, als hebbende deze geene bur gerschapsrechten, kunnen worden ontzegd. In een vurig gestel l irranifest, waarvan N o. 2G van Erolalie den tekst geeft, en dat in grooten getale onder de I'aliaansche vrouwen wordt verspreid, worden dezen opgeroepen om thans pal te staan voor hare rechten, daar het hier geldt de uitoefening harer heiligste plichten als moeders. Het aandeel dat door de Engelsche vrou wen aan de jongste verkiezingscampagne werd genomen waarbij dezen aan de liberale partij eene schitterende overwinning bezorg den, wei il ons reeds herhaaldelijk door de groote bladen geschetst. In Fiuhtnd heeft een wetsontwerp tot invoering van algemeen kiesrecht voor mannen en voor vrouwen den steun van alle politieke fracties. Ook op ander gebied y.ijn de vrouwenonvermoeid werkzaam. De Nationale Vrouwen raad van Groot-Brittaniëen Ierland houdt zich bezig met het vraagstuk eener afzon derlijke berechting van jeugdige misdadigers en met maatregelen van bescherming en beveiliging in verband met de uitzending van weeskinderen en jeugdige vrouwelijke dienstboden naar Canada. Ook wendde de Raad zich tot de Regeering met verzoek om bij de onlangs toegezegde instelling eener commissie tot onderzoek van de toestanden onder de werkloozen, in die commissie ook zitting te geven aan vrouwen. Het toezicht 40 o e n 11 per regel. ?HIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIHIHIIUHIHIIIIIHinMIItlHIIIinilllllltll Toen de koningin dat alles aanschouwde, lachte ze van vreugde, en zeidc, dat ze gaarne koning Olaf s gemalin wilde worden om over zulk een stad te heersenen. Storrada roeide naar de landingsbrug van het koninklijk slot. Daar stond koning Olaf gereed om haar te ontvangen en toen ze hem tegemoet trad, kwam 't hem voor, dat ze de scuoonste vrouw was, die hij ooit gezien had. /e schreden naast elkaar naar het koningsglot en tusschen hen beide was blijde eens gezindheid en vriendschap. En toen ze aan tafel zouden gaan, lachte en schertste Storrada met den koning, terwijl de bisschop het tafelgebed uitsprak ; en de koning lachte en beantwoordde haar scherts, omdat hij merkte dat dit naar Storrada's zin was. Toen de maaltijd ten einde was en allen de handen vouwden om naar het dankgebed van den bisschop te luisteren, begon Storrada den koning van haar rijkdommen en schatten te verhalen. Zij anng daarmee voort, zoolang het gebed duurde. En de koning luisterde naar Storrada en niet naar den bisschop. De koning geleidde daarop Storrada naar een verheven zetel en hij zelf rustte aan haar voeten en Storrada vertelde hem. hoe ze twee onderkoningen, die het gewaagd hadden om haar hand te dingen, had laten opsluiten en verbranden. En de koning verheugde zich en dacht dat alle onderkoningen, die het waagden om zulk een vrouw aanzoek te doen, hetzelfde lot moesten ondergaan. Toen de klokken voor Vespertijd luidden, richtte de koning zich op om, volgens ge woonte, naar de Mariakerk te gaan en er te bidden. Maar daar riep Storrada haar zanger en beval hem het lied lezingen van Brünhiïie die Sigurd liet dooden. . . En koning Olaf ging niet ter kerke, maar bleef zitten en kon zijn blik niet afwenden van Storrada's machtige oogen en van de donkere wenkbrauwen die zich, scherp afgeteekend, daarboven welfden. Toen begreep hij, dat Storrada Brünnhilde was ec dat zij hem zou dooden, wanneer hij haar ontrouw was. En bij dacht ook, dat zij er wel de vrouw naar was. om zich samen met hem op een houtstapel te laten verbranden . .. Terwijl in de Mariakerk te Kungahalla de priesters de mis lazen en baden, zat koning Olaf voor Sigrid Storrada en dacht, dat hij volgaarne met haar vóór zich op zij,n paard, naar Walhalïa zou willen rijden. TRADBMARK MARTELIS COGNAC, Dit beroemde merk is verkrggbaar bij alle WJjnhandelaars e* bfl de vertegenwoordigers HOOPJIANS «fc BKl IXIKR, Wjjnhandelaars te Amsterdam. Prijzen m af ? 2,50 per hcl Normaal-Onderkleeding van ;<: ? "' Prof Dn O. ^ Eénige "Fabrikanten W.Bénger Söhne Stültgaft Hoofddepót te AMSTERDAM: Kalverstraat 1571 K. F. DEUSGHLE-BENGER. f REFLEX-CAMERA te koop. 9 X 12 van / 80 voor / 3->. Prima staat. H K S S E S Fotobande], N. Z. Voorb.wal 293, Amsterdam. iedeponeerti Filialen: SPUI 25, VAN WOUSÏRAAT S. Depots: v. Baeilestraat 38, Joh. Veihultfistraat 105, Ferd. Bolstraat 4. Weesper/ijde 7t, Plantage Kerklaan 15, Tilanusst/aat 83, Voa Zesenstraat 29,Watergraafsmeer: BreedewejtL Ie Helmersstr, 201, Ie Gonst. Huygensstr. 9Ï, de Clercqstraat 8, Nassankade ?>()4o., Marui*straat 257, Haarl.dijk 20, 2e Tuindwarsstraati. cht Victoriawatei OBEriLAHNSTEIM. cht Victoriawatei OBCRLAHNSTEIN. BOUWT t. NUNSPEET od. VELUWE. Inlicht-, b d. Vereeniging Kantoren voor Vaste Goederen in Nederland te Nunspeet. L'ien nacht had de veerman bij den Alfheuvel, die de rnenschen met zijn nuhaitjt over de Gota alf roeide, het drukker dia ooit te voren. Telkens werd hij naar dec anderen oever geroepen en wanneer hij er kwam, was er niemand te zien. Toch boord* hij rondom zich stappen en getrippel en bet bootje werd zóó zwaar geladen dat het dreigdit te zinken. Hij voer den ganschen nacht heet. en weer en wist niet, wat dat beteekenec moest. ^laar den volgenden morgen was btó zand aan den rivieroever vol klein-e voefestapjes en daarin vond de veerman k'eira* geel-verwelkte blaadjes, die, toen hij ze beter bekeek, uit louter goud bleken te bestaan Toen werd 't hem duidelijk, dat al d* kaboutermannetjes en dwergjes, die wegeuf het Christendom uit Noorwegen gevlucht waren, nu terugkeerden. Kn de reus, die 'in den Fontinsberg tem. Oosten van Kungahalla woonde, raapte groofc steenblokken op en wierp het et n na bet andere tegen den toren dor Mariakerk, zoo lang de nacht duurde. Als de reus niet «ju machtig sterk geweest was, dat al zijn blolsken vér over de rivier heen, tot in HigiugeE. neervielen, dan had hij er stellig grooit schade door kunnen aanrichten. Koning Olaf was gewoon eiken morgea fc rnis te bezoeken, maar op den dag dat Storrada te Kungahalla was. meende hij geen tiid daar toe te hebben. Zocdra hij opges'aan was, wiiöe hij naar de haven gaan, waar Slorrada op riasr schip woonde, om Lasr te vragen, of zedte avond haar verloving met hem wilde vieren. De bisschop had den geheelen morgen larj£ de klokken in de Mariakerk laten luiden en toen de koning uit het i-!ot tiad en overiif marktplaats schreed, werden de kerkdeure» wijd open gezet en lieflijk gezang stroomdt hem tegen. Maar de koning liep verder, ak had hij niets gehoord. Toen liet de bisschop de klokken zwijgea. het gezang hield op en de lichten doofden uit Dat alles geschiedde zóó plotseling, dat<&t koning een oogenblik bleef staan en naar<lf kerk terugblikte. Het kwam hem voor, dat dt kerk er armelijker uitzag, dan hem ooit t«« voren opgevallen was. Ze was lager dan d# andere huizen der sted, het dak van strot drukte zwaar op de vensterlooze muren, de ingangspoort was laag en donker met ces klein afdak van dennenschors. (Slot volgtj,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl