Historisch Archief 1877-1940
B$AKgBB WEEKBLAB VO^B HÊ^f RL AR
?ff».
*fe- Aucrt*. JACOBS.
._?tweé&ég^eéeimB "bovenbedoel ten
fcrieTO&bHadel w«rdt ingenomen door een en
T
«elve. »*èil*e keifeen.éaarii» voorkomt
betreffen ie de vronwenbewegfeg ia Amerika,
?muaver la'er, .verdient vooral vermelding
de brief o^or OiWftwnriëea die over
JJ->odGaHfowlëeen uitent «matigen indruk
fcg schrpfter beeft nagelaten, lift» zich te meer
verklMte*, taéat i$ ncn aldaar ophieM, tfdena
dom «*o«MUMi«dM tadtaa wramwr", het na
jaar, waarin het klimaat van de meeste der
dtaten ??n van CaliforniS in het bü/on
der «eb, op de aangenaamst er wijte doet
ke&Mn.
Bei ia opmefkeliJk, hoe de Staten der Unie,
MÉ1Ë& haane kindsheid uittredend*, tot een
tqdpork tan opkomst overgaan, zich in het
bgionder begveren oit te munten in zake
laBdboaéontwikkeling, onderwijs en
geaondheld»W«en. Schrüfeter's beschouwingen geven
daCrfjra ook op menige plaats blijk.
Ca&fomiëhéft ia bedoelde richtingen in
dei IwÉMea ifl bnitengwrohe vorderingen
«K&'j&fMttil» ge«JIg«n daarvan latefi
Meer en meer gdden.
«t «rférwfla-in Amerika ter sprake
KJAjÉttea,- wf) niet naUten er op te wijzen,
hoe MÜ, hier niét als ba Ne jerland
algra»e«a» «itwikkeUnu op den voorgrond «telt,
tt«ar er Ift de e*rat« plaate op gesteld is by
d« kinderen de noodzakelgke grondalagen Ie
JOggeU voor hunne verdere vakontwikkeling
i* ifcsdaew", Waarto« >9 Volstaan kunnen
bti onderricht in the three K" (reading,
lof and arithtnetieV'Bg hen, die bestemd
voor eene h«ndelsbetr«kklng, becchouwt
féHe TéeltiJdigé«choolopleiding alg
Hot aantal wekelgkeche schooluren hief te
UiOt m kleiner dan in Nederland, hoen et
da vaoanViën zooveel te langer duren. Zelfs
bfl hW hooger onderwijs Wordt er attesbehalve
«Ueflt «?& tteeischen vastgehouden, ofschoon
dèjA óver hét algemeen' 65* de in Europa
guldende achterstaan Btndénten aan colleges
Jb nnitvrslteiteB, die Uitmunten op hét
gebied <*» -spdrt, m»v op wetengcbappelijk
g#bied tekort schieten, worden bij exataem
veelal tóét gr'oote toegevendheid behandeld,
Ui déeer fan de school ophouden."
iffgs het v op zich «eirtrjn'te
\raarctet bij. de studeeiende jengU in
|! «Wïeeïde aandacht wordt géwrj i
aan «iOreeie en phygieke ontwikkeling, In
djtt htoi^i opricht word» ontegenzeggelük ^e
b>l»p»l is bntMkfd in mishandeling en
doodstèg, wodat d«W «poft aan eenige universi
teiten sedert verleden ja*r Werd verboden,
Y, de voornaamste
_ moge. kwade- herinneringen in
többeh ;nageteiefc» VAdwe^e1 de
' il5fc*:i«JdéKntea der Fresno
pf, Welke een twintigtal jaren
i ,tt»ö»e:bt léatitÉeDOOtea in het Ongeluk
*t«r\te,. ^la»r aer^elfk^ treriftge ervaringen
i voortaan vermeien «Kfcde», Zooals
|«1 ook doet uitkomen, is
kdetbel bf (ahdont|innteg iüde meeste
fin fJalifÖriiis een noodzakelijk ver*
Het komt er In de eerste plaats op
|Mt fttii NfetertairtUche kolotiêten, diéaan
" i.*s opwekking mochten gehoorzamen, om
in »èe o¥«t<*ten zoo DB voorrechten staat
i tékiéten, <|ai «Üwh onder
etdlftf iteuèh,' ftdat alleszins
«?e deskundigen de voorbereidende
^-?. ia b*b»)| fétroffen. .Op die wgze
Mittben telenrstellnigen als bij de verfoeilgke
rre«K>'|e*(!hiedeQie 'f orden vóórkomen.
CalUoriii» hielt ongetwijfeld op bet gebiel van
VHlcWtóteelt zoawel als ven akkerbouw;
a»niokkerfke vooraitzichten aan.
In din bHef aito d* Indianen gewijd Wordt
door scbr. gezegd, dat déIndiaAnsche
btevol. kihg rn de Vereenigde. Btatéh zoo eterk
téhtérnltgaaT. «*trstiek«n der Matste jaren
gtVen daaromtrent hoopvolle verbeteringen
4lét 0* t0oroi*B*nf, die Waar ^e nemen valt,
ttpfeft eefiWr 'tóorBaliaöiiJk 4e Ba)f beschaafde
enk&Eaéb ea die, Welke ziet» meer en meer
jinttt- e Yislmi vereenzelvigen. Botendien
heem t de bevolking vari gekruist Indiaanseh
»«éfi h». n%ten redactie-artikel in The
fÜrS' lT(**r'd.d. 5 tórt I.I., van de
Van ierflahd, die blijkbaar groote
bengstéiling gevoelt voor Amerika's
oorspron-sols-ets j es.
(Uit bet dagboek: van n zwerver).
De broeder van het meisje vertelde my
dit verhaal toen ik hem laat in den avond
op straat ontmoette, nadat ik hem eenige
jaVMl niet had 'gekend. H$ Was vriendelijk
en «öelfk mj w* er. te zi^B. Ook 'vroeg hij
.mij of tt"'!r«jt 'üSBA'NjkirfilMJt W^-samen op
een stil» i >ltett;sil|g%i>3>^te|». Hetgeen mf
zeer aangenaam was. Niets vond ik prettiger
dan bet stil leege zitten in een koffiehuis,
waar vél licht ,W^ ea.,vjeel yolk isnrveel:
dnftfc. Vroeger Had ik meer van rost
gehettden?' in een -wgeiL aangename kamer.
Theo Reevers jpok^-Sfeaty^e jaren -hadden
mg gewijzigd en óók hem. '
Ik vroeg hem wat hg deed ? Hjj zei luchtig:
Dat Wét ik niet... dan eens dit en dan
eens dat... t*gei}woor£% fcen ik 'aan de
electriselie tr«n. . ^ nief' hoogy-Jnaar.H bevalt
mg wel,* j t- " * ,>;
Zoo..." ?
Voorloopig. . . lftng uithouden kan ik 't
»*»fcens. . . je weet, -ik ad altijd een
vagebe*den «atnur. . . op senool al." , ??.
D»ara» vroeg b$ mrj wM ik d«jed? En ik
terwg : Op 't oogettblik nie$6. . . je weet, dat
ik ook «ré* al vageboaderig TWÉJ," ^
k ,
l , f. ik teb $to BrttSel.gewerkt . . .
vtf goeS, goed saïari».;. fee» slechte
voornftï«fcti«<.. . maar teeefcs iet&g ik wér net
j& koWer in itfn kop... torjeb ffogWatlos
geld. .. 'jffet veel «4» *ilaéf op is, dan
begin ik Weer wat *ndera te zoeken. . . non
ben ik -Kiaar "n poo»je teeg hier."
Ja," «ei Reevers stil,, en met BOO iets als
trenriglM&d : dat kan je zoo nebben, dat je
ineenen uit 'n best baantje loopt. . . alleen
kel$k* bevolking, wordt nagegaan, dat binnen
de grenzen 'der Vereenigde Staten in den
aaamoeten hebben gewoond. Thans telt het land
naast ? 270.000 zuivere Roodhuiden minstens
dubbel zooveel Mestiezen, maar bet aantal
Amerikanen, welke daarenboven min of meer
Indiattenbloed in de aderen hebben, is on
eindig veel gröoter.'Er is, al móge men vél
sympathie gevoelen voor de Roodhuiden als
natuurvolk in de Vereenigde Staten van onzen
tijd, fadaas voor de jacht en v'.sscbery levende
stammen byna geen plaats meer. Hoe de
Indianen, die zich op ander gebied bekwamen,
kunnen uitmunten, wordt door echr. met
sprekende voorbeelden aangetoond.
Zeer lezedswaardig ia het hoofdstuk over
de ver beter buizen ^(reformatories). In vele
opzichten kan men in Nederland leetiug
trekken uit de wijzen, waarop in Amerika
de zedelijke verbetering der daar verpleegden
wordt nagestreefd. Denkt men bij hetgeen
schr. dienaangaande vermeldt, niet onwille
keurig aan de behandeling der ongelukkige
lijders 'in krankzinnigengestichten, welke ia
Nederland in den laatsten ty'd rmst
reuzenschreden is vooruitgegaan? 'Waarom niet een
soortgelijke methode in Nederland gevolgd
büheb, die veelal ook wat betreft verstandelijke
vermogens tot de misdeelden behooren ?
Last not least," worde het hoof Istuk be
sproken, omtrent De V-rouwen van Amerika",
eerder verschenen in het Mbl. vóór
Vrvuwenkieirecht van 15 TSov. 1904.
Schryfster's oordeel over de vrouwen van
de Ameiikaansche groote wereld, stemt
overewfl; met tfe inzichten, die WÜIn dit weekblad
meermalen hebben kenbaar gemaakt. De
plutokratieche vioaWen wereld wier leden
leven voor vertoon en opschik en al leen aan
de feministische beweging deelnemen voor
tijdverdrijf, beeft in vele. opzichten iets
jreerzinswekkends. Die vrouwelijke Yankees
missen daarenboven hetgeen hare zusteren
der Europeesche aristocratie juist meer d >et
Waardeeren. Van -die society-women" kan
d* vrouwonbewetiing weinig baat verwachten.
Zooafs schr. duet uitkomen zyn* hét de
vrouwen nit het bezige leven welke zich
voornamelijk daaraan wijden1 *
Nadat ióhr. met de Amié^kaansche vropn
wen beweging nader had kennis gemaakt
mocht zg terecht verklaren: De
AmerikaanBtih» vzouWén, als een geheel genomen, ijn
ons een geslacht, misschien Wet eenige
ge.slachten vooruit-."
Met stryJsters als eene Susan Anlhony
?%an het hoofd, eene vrouw, die tot op haar
sterfbed voor de rechten baret sekse
opkwam, 'konden zulke uitkomsten worden
verkregen. Toch zal Susan, Anthony, die
13 Maart 11. te Rochester (Staat Nieuw- York)
overleed, eerst na haar dood de grootste
erkentelijkheid deelachtig worden. Tydens
haar leven heeft zy zelfs in dit land van
vooruitgang tot op het laatst aan veel mis
kenning blootgestaan.
A. E. M. S. TB LAEB.
VOOR BAMES.
Levensknte, door mevrouw C. A LA
BARLED BAANLAG. Haarlem, A E. v. d. Heide.
Levenslust is de titel van het in het Hol
landsen, vertaalde werk van Bernard Pérez'
Les troispremièresannéesdel'enfant". Onder
al de nieuwe velden van navorsching en
onderzoek, door de moderne wetenschap
ontgonnen, mag er voorieker geen
aantrekkelgker heeteu dan dat, waarop de studie
van hét zieleleyen van het kind, in zijn aard
en Wezen, in B\ zijn fijne nuances en
schakeeringen zich beweegt. Ook kunnen wy door
de bestudeering van de verschillende
tyd'perken van het leven der kinderziel de
wbrding volasen van tallooze verrichtingen, die
het Meleleven van den volwassen mensch
tot eett vaak onoplosbaar raadsel maken.
Ontegenzeglijk dringt zich aan hen, die het
kind volgen in die «erste
ontvdkkelingsphasen, de godachte op, dat de kinderziel schijn
baar voortgestuwd wordt door vaste wetten,
dat de eerste ontwikkeling in bepaalde banen
tgeleid wordt, en hoe eerst later de kinderziel
zich gaat wijzigen, vervormen, schikken, naar
den wil of de wenSchen van de ouder?.
Perez's boek behandelt de ontwikkeling
der kinderziel in de eerste drie leveucjaren.
In het begin waarschuwt l>üons reeds,
MHIHIfllttnilllHtMtHI«Hf1««H4*«»llllllllllltlllMMIMIIIHH4llllltl1lt*IIIIIM
omdat 't je verveelt... later heb je dan spy t"...
Of geen spyt..."
De meeste lui snappen dat gevoel niet...
dat je niet anders kunt... datje gek zou
worden ale je anders dee... 't is ook mal...
je wordt 'r niet ry'k mee..."
Maar je bluft vry... als ik dat gevoel
van verveling krijg... dat voel je injeoogen,
dan moet je verderop, of je wilt of niet...
ik heb al wel twintig baantjes gehad..."
Meest buitenslands hè... waarom heb
je toch haast nooit meer geschreven... op
school waren wjj toch altijd zoo goed met
mekaar..."
Och, je doet aer niet aan.. . maar ik ben
heel. big, dat iïje hier ontmoet heb... de
meeste menschen ken ik al niet meer."
?Kom *jfe, difcwijls hier ?"
Tn !U>U4ttf * k werk er nooit, a'leen als
ik los geld heb, dan kom ik weer eens 'c
"poosje, i'r'nteest in Amsterdam... soms in
Haarbemyiéait is -óók 'n stad, Waar ik veel
van hou... of in Zaandam, maar in zoo'n
kleine plaats loop je gauw in de gaten...
dan vragen de menschen je van alles... dat
ln«t ik niet." ' '" '
"Ovfer onze ^öngédürigheidj vreemd gevoel
dat we allebei van-jongensjareh af hadden,
praatten we niet langer. Ik had wel willen
heengaan, nog zoQwat tpopen langs de
waterwallen, die kalm prachtige grachten, die mij
bet Hefet van heel Holland waren. Maar dit
was weinig vriendëltfk voor Thé, dus nog
maar zitten zoowat. Teïjvjjl hij nu weer aan
't woord was met barre bakken, die ze den
Iwtsten tyd hadien uitgehaald, viel mij op
eens verveeld in, dat ik vast niet langer dan
tot Zondag in Amsterdam bleef.
-Ik ,wfa verdere a... toch maar aannemen
dat baantje in Manches'er en dan spoedig
daarna Weer wee.
Tbépraatte veel en vlug idoor. Hij was nu
betig te lieden zonder twijfel; dat wisten we
alle twee. Hu begon met waarheid, een
geWoon'verhaal met gewone woorden en van
alledagelykschen trant. Maar dat liep van
dat wij voor dégeboorte der kinderen
aansprakel^k «gn te achten voor de ziel van
het kind en somt eenige gevallen op, waaruit
de invloed der onders.,pp dékinderziel vóór
de geboorte zou blgken. De ontwikkeling
der zintuigen, van den smaak, den reuk enz.
wordt daarna behandeld en wij zien hoe in
die eerste levenstijden .de kindergeest niet
veel in eer is dan de som van deels eenvou
dige, deels samengestelde Uitdelingen, die
in nauw verband staan met het opnemen
en verwerken van het voedsel. rst in
latere levenstijden ontwikkelen zich andere
gevoelens, zjjn 'medegevoel, zyn' «ympatbiën
en antipathieën.
Nn en dan beepenren wg het groote ver
schil, dat er tutschen de ziensw^ze vin ver
schillende onderzoekers bestaat. Waar Dai win
meent, dat er op den leeftijd van 5 maanden
eerst spraken kan lyn van associatie, van
verbinding van denkbeelden, daar meent
bijvoorbeeld Tiedemann dat reeds 2 dagen na
de geboorte dit valt op te merken.
(Een voorbeeld van associatie is het vol
gende. Een kind wordt een manteltje aan
getrokken en wordt boos als men niet dadelyk
met hem uitgaat. Het kind gevoelde dus het
verband tusschen mantel aantrekken" en
uitgaan").
Sommige hoofdstukken, bijvoorbeeld dat
waarin de ontwikkeling van de taal besproken
werd, zouden wy gaarne langer gezien heb
ben, andere daarentegen hadden zonder
bezwaar korter kunnen zijn. Een mooi hoofd
stuk is dat, waarin de Bchoonheidszm en het
zedelyk gevoel behandeld zjjn. Uit Marions
la solidaritémorale" balen w$ dan ook gaarne
aan, dat er een psychologische wet is, die
njen nooit uit het oog mag verliezen om
haar groot gewicht, n.l. i deze, dat al on?e
aangeboren of verworven: neigingen, goed of
slecht, al oftfee^gewoonten en hebbelijkheden
niet alleen aUactueeledr^fvueien oiig gedrag
bepalen, maar zich ook 'veranderen in mo
tieven voor het weldoordachte willen,.m.a.w.
zich aan ons opdringen alg wettige redene.i
by ons wikken en wegeni en het er door op
'een dwaalspoor geleide óórdeel er ter goeder
trouw de dupe van wordt. De daden sleepen
de gedachten mede en gedachten de daden.
1 Hoe spelen eigenbelang., eigenliefde, heftig
verlangen geen voorname rol by de besluiten
van het kind. Het tracht zyn handelingen
te motiveeren, ook al wordt dit niet van hem
geëUcht. Ik heb dit of dat gedaan, omdat...",
deze formule komt hem telkens op de lippen.
Hij bedenkt allerlei, som* zeer onwaarschijn
lijke beweegredenen voor de daden van
anderen,, die hij naar de lijne beoordeelt, ett
zeer vindingrijk is hu vaak in het aan voeren
van schoonschijnenJe redenen ter
verklaringvan zyn meest lakens waardige handelingen.
Wie dan ook de beteekenis van het doen
en laten van kleine kinderen wil begrypeft
en zyn wil ten goede wil leiden, tnoeter voor
zichzelf van overtuigd r.ijn, dat alle oogmer
ken, welke ook, in de zelfzucht hun oorsprong
vinden.
Men wachte zich vooral aan het zedelijk
gevoel een beslissende waar Ie toe te kennen.
Eerst de ontwikkeling van het verstand, het
nadenken, maakt de positieve onderscheiding
van goed en kwaad juister en breeder.
Hoe vaak bespeuren wij vomts niét by
't kind, dat alleszins gerechtvaardigde wan
trouwen van zijn eigen kracht. Een klein
meisje zeide eens: Ik voel, dat ik niet zoet
kan wezen," Toen het een paar jaar ouder
was, werd ze om het een en ander geprezen
en zeide: morgen zal ik nog veel liever zijn,
ik zou zoo gaarne aliijd zoet wezeu; waarom
kan ik dat niet!" Hoe onverstandig zou het
geweest z\jn als de moeder zich verbeeld had,
dat de kleine zich voortdurend zou weten te
handhaven in dezer betrekkelijk verheven
sfeer van zedelijk gevoel. Dat kan geen enkel
kind, zelfs het meest begaafde niet. Op veel
lateren leeftyd zelfs kan het kind dikwgls
dalen tot beneden het peil, dat het op ijn
tweede of derde jaar bereikt had, of scheen
bereikt te hebben.
Perez's boek is een mooi boek, ea dat er
een degelijke Hollandsche bewerking van
verscheen, is een aanwinst te noemen. Het
brengt het boeïweer nader tot haar, in wier
banden het beioort te zyn in die der
moeders.
Haarlem. G. A. OOTMAK.
Juffrouw," zei Jaan, toen ze my gisteren
avond goeie nacht l" wenscMe, Juffrouw,
'k ben nou zoover met de schoonmaak, as
?ttMiiiMHimiiiiiiiiiiiMiiMiiiiiiiimiiiiiimiiMiMiMMHiHimiiuiimiiimtl
zelf in leugens uit, fantastynsch fraai, prachtig
van wilde kunst.
Hij wist dit zelf heel goed. Vroeger had
hij er wel over gesproken :
Dat paat van-zelf zoo... trouwens ik
vind leuke leugens heel .wat amusanter als
die saaie waarheid.., daar wor ik wee van...
ja liegen, en een amWr te kort doen, allii,
dat is wat anders, dat 's geineen, maar zoo
als ik 't doe is 't amusant... trouwens geen
gladderd die er inloopt.. e^n wie wel, die
verdient niet beter!"
Hij sprak mi luid, met dunne stem, en
scherpe, snelle gebaren. Sommige menschen
merkten ons op, dat hinderde mij, dus ik zei:
Thé, hou je een beetje stil... ze letten
PP je."
Zyn licht-nerveuse, eventjes dronkene span
ning knapte glashard af.
Ja," zei hij heel rroew in eens: ,je bent
hier ook al niet vrij... kerel, wat voel ik
me beroerd... je blijft toch zeker nog wel
wat bij me. .. vertel jij nou d'r 's wat?1'
Ik weet niks... scharrelen hè?'
We waren nu stiller samen, ik vond den
jongen man ou l geworden, en ik keek naar
hem. Toen bemerkte ik sterk, dat hij ook
naar my keek en dat hij my bepaald ook
oud en vervallen vond.
Daarna spraken wft rustig, zonder meer
emotie, over het lot van menschen, die wij
samen kenden, over onze familie... en de
vroegere jongens van 't school. Onderwijl
dacht ik aan 'n zuster van Theo, die ik
vroeger vreemd lief had gehad, totn zij al eene
groote vrouw was en ik een groeiende jongen.
Ik vroeg hem :
Thé, je zuster Anna, is die nog in Indië?''
Hij gry'nsde zyn gry'ze oogen verschrokken
open, dat ik óók schrok. Wat was er in
deze gewone vraag? Hij zei, van adem bevend,
zeer ontdaan :
God, boy, wist je dat niet... Anna is
nooit getrouwd... nooit naar Indiëgegaan...
ze s gek, stapelde-gek... jaren is ze al in
Meerenberg... jaren al."
da'k morrege an deuze kamer won beginne,
as je dan eerst, onderwyl da'k me werk in
de keuken heb, in de vroegte je boekenkast
dee... 'k Haal er de boot* rst wat uit, «ie
je, voor 't stof."
Best Jaan" heb ik geantwoord. Heel
best, hoor l" maar was toch Mjj, dat ze mjj n
gezicht alleen van terzijde zien kon, eooal
ze daar stond, de deurknop in de eene, 't
peiroleumlampjè" in de andere hand, waarvan
ik slechts zag de duimstomp puilend door
den giaaring en den wgivin^er, die, als
'n monsterrups van ongewone kleur, gebogen
lag in de sleuf tusschen den onder- en
bovenraud van den oliehouder; de niet zichtbare
vingers ondersteunend, vermoedelijk, 't geheel.
Heel best, Jaan! Maar o, hoc verstoorde
het mijn vooruitzicht op'n ru»tigen ochtenJI
Nu de zon, klokke vyf, me kond doet, dat
de klapperman naar bed en 2ij opgectaan is,
wordt 't ziHen-schrjjven in den morgen, ala
je weet niet gestoord te zullen worden, 'n genot
zóó on vertelbaar groot, dat je gaat meenen
je zelf te kort te doen door het je ook maar
n dag te ontzeggen. En kwalyknemen,
zeker, zouden het je de merels en de ly'sters,
als je geen notitie nam van de keurige airtjes,
die ze a) zoo vroeg in't voorjaar iSgestodeerd
hebben. Toen het, 'n paar dagen geleden,
telkens nog te sneeuwen en te hagelen poogde,
te uiden ze tusscüen de buien door heel
vlijtig haar keeltjee, om toch niét achteraan
te komen en 'n goed figuur te maken in 't
orkest, wanneer de zon door onverwacht
op haar lessenaar te tikken 't signaal zon
geven om te beginnen.
Heel best l" had ik gezegd en getogen
beu ik den volgenden morgen naar ds reeds ?
door Jaan ontiuimde kamer, waar de boeken
kast stond in verlatenheid nu, want alle
meubels voor Jaan toisbaar -?en dit z.egt
htófel veel vond ik gerijd,dicht aaneen ift'
den gang. Ik had er langshevn mij te wringen.
Da luchtstroom, die me tegemoet kwam in
de leeg» kamer, zei me, dat de brave Jaan
gezorgd had voor 'n uitweg van 't stof, dat
ze voorzag door mij te worden opgejaagd.
Hoog opgeschoven was 't raam; ontdaan van
alles wat er om en aan gehangen had, blikte
het me aan nuchter klaar... Nu ik ervóór
sta, omlijst het een schilderij in wording:
duf,1 twyfelig landschap; ver naar boven 'n
hoog-opgaande, stil-bleeke lucht...'t Gteft
te verwachten.
Maar niet o n door 't raam te staan
kyken ben ik hier gekomen! Om de boeken
kast te doen" was het en haastig schiijd
ik door de kleine ruimte naar 't tegenover
liggen.de muurvlak, waar de kast't licht
blijer nutig opvangt. Er voorstaat?? o, op
allesbedachte Jaan, die uw juffrouw nooit groot
genoeg" acht om ieis tot stand te brengen
zonder hulpmiddelen er 'voor staat 't
keukenbankje I 't Bankje, waarop ze gewoon
is de teil te zettt-n, als ze vaten1'wascht...
Fluks heb ik 't sctiabelletje bestegen en kan
zóó juist de roe waaraan groen saaien
gordijnen van 't duimpje wippen ; dan, met
'n rukje, het andere einde uit't oog'1 getrokken
en schurend het ijzer ruttelen de koperen
ringen, in wedloop achter elkander aan, de
hellende staaf af naar omlaag. In'n ommezien
is daar 'n vaal-groen bergje geboren met tal
van zich kruisende, emalle, gelige paaijes:
't vernleurde ringbaudja... Alles aan de boe
kenkast is oud, maar niet van 'n ouderdom,
die je belet prettig-gemeenzaam met iets orn
te gaan. Ook niets hoog-voornaams is er aan
de kast. Eikenhout toch? Nee, 'fc geloof 't
niet; zelfs niet geeikenhout', heel en al niet
geverfd, dunkt me. Geheitst misschien? Best
mogelyk, maar ze glanst! Toe te schrij?en
vermoedelijk is dit aan de hoeveelhöid
wrijfwas, door Jaan er wekelijks aan besteed (daar
gelaten nog haar tijd", waarop ze heel zuinig
is, zooals ze zelf zegt» om die
niet-eigene-glimmering te verwekken op de flanken van mijn
kast. Nimmer of nouit den strijd opgevende,
noest-werkerige Jaan, ook hierin hebje sveer
de overwinning behaald!
'n Gemoedelijke boekenkast is het. Etwas
Verlraatet hangt er o ver.'Zoover mijn heugenis
strekt, heeft ze dit gehad. Ik herinner mij,
hoe ze stond in de studeerkamer van my'n
te vroeg gestorven vader, die nooit
weerde 't kleine mei«je, als het mtèbinnen
stapte, achter de broers aan (twee, in alles
myn meeideren, ook in leeftijd) en by zjjn
stoel staand, luisterend, stil, hem gansch niet
hinderlijk was. Er werd dan van een der plan
ken 'n boek genomen soms, waaruit mijn vader
iets voorlas... Begrijpen deed ik de wobrden
niet; naar den klankenval luisterde ik, ge
boeid, betooverd, zoo als men dit doet by 't
Scheppingsverhaal in 't Eerste Boek van Mozes,
miiiiuiiiiimimiiHiiiiimiiimiiiimiiiimMiititMMMHiiiiiiiiitMiiimiiiiiii
Is 't waarachtig ?"
fa." zei hij, dat kan ik je wel vertellen...
't is 'n stil ding... ik schreeuw d'r niet bij...
maar ik wil eerst nog wat drinken... ik heb
idioten dorst."
Hij dronk weer wijn, veel te veel, gulzig.
Daarna vertelde hij zacht van stem, zonder
gebaar ineenen door:
Nou je weet, ilat ze met RenéBamaer
zou trouwen, die kende ze al jaren lang...
hij was toen net controleur geworden in 't
Djambi»che, zooiets van Moeara heet het
daar... enfln, ze zouën dan nuar trouwen,
welja, met de handschoen... en toen net een
maand voor d'rlui trouwdag, toen k wam d'r een
telegram van 't Departement, dat Renébij
'n vechtpartij van olie-werklui was
overhoopgestoken Ja, ik heb 't Anna n iet verteld...
niks voor myn... dat kan ik niet... dat heeft
m'n moeder nog gedaan, die kon zulke zaakies
beter dan ik. ., hoe ze d'r onder was ? Weet
ik niet... ik ben 't huis uitgegaan.. .idioot,
's avonds stond 't in de krant, moet je je
goed voorstellen... lees je ineens zóó, dat
je vriend dood is geduveld, die met je zuster
gaat trouwen over een maand... Ik kon d'r
niet zien. Moeder zei, dat ze totaal kapot
wa?. Maar zie je, .toen dis brieven... ja,
neturelijk, brieven kwamen d'r altijd nog,
weken lang... die lekkere boodschap was
getelegrafeerd van Batavia naar Den Haag...
controleur; dat's hoog, dat telegrafeeren ze
als d'r een dood is... en ze wou die brieven
hebben... bepaald idioot, van mij had zy ze
niet gehad,.. maar moeder gaf ze d'r... die
dacht, dat 'r dat troosten zou. En d'r kwam
me 'n stelletje los... je snapt, 't jong was
verliefd hè, dus die schreef elleke mail...
'n brief als .'n rbijbel... twaalf kantjes...
veertien kantjes... zoowat een maand lang.
Dat heeft 'r de dood gedaan... eerst leek
't of ze d'r overheen kwam... maar toen
ging ze langzamerhandjes achteruit... som
mige dfogen dee ze niks als brieven schrijven
aan René... als maar antwoord op de brieven,
die d'r nog altijd van hem kwamen... hél
of zóó als men naar Je*sja luistert... t Moet
Vondel geweest zyn.
Onder de kap .uit heb ik tal van kleine
boekjes te voorschijn gehaald: Almanach 4e
Gotlta meert, veel jaren terog. 'k Moet xe
achtereenvolgens voorover doen vallen ont
ze naar me toe te kannen trekken, wat heel
niet gemakkelijk gaat, want er achter ligt nog
wat: Brochures met 'n touwtjeby'
ngróenben. 'n Smaller boekje dan de Gotlta'g heb ik
nu in de hand. 't Ia 'n Nederlandsche
Muzenalmanak 1820. Onder den titel ia 'n engeltj-e
gezeten op 'n tot-troon-gemaakt wapen van
Nederland; er naaet twee evenzoo ge v leugelde
figuurtjes met harp en hut. 't Boekje ie door
schoten met hontsneden, die 'n liefhebber
van oude Prenten" moeten doen watertanden.
. Door de bree, ui 't vorste gelid gemaakt,
sleep ik 'n bundeltje Brochures. De verwij
dering er van zal «traks 't werk bespoedigen.
't Touwtje schuif fk er af. De bovenste heeft,
met- het stof, de kleur er van aangenomen.
't Is dubbel gevouwen en heeft 'n
schootscfariftrorm: Leetbotk voor de Hooysle Klcuse
der Lagere School ter Oefening in het Lezen
van otidericheidene Handschriften, door W.
Plofcker. 't Bevat in verbijsterend
moeielykleesbaar schrift Parabelen van Schrieerivs,
vertaald door Lnbünk Wtddik en Letten van
"Wijsheid tn Zedekunde. van de Heydei. In 'n
Natehrift uit de verzamelaar den wensch,
40 oenti per ragal.
'
Cailler
FIJNSTE ZWITSERSCHE
(TlOCOLTIDE
aui-cdu-ten?
Cacao en SUIKER.
Cedeponccrd.
Filialen: SPUI 25, VAN WOUSTEAAT 9.
Depots: v. Baerlestraat 38, Joh.
Verhulststraat 105, Ferd. Holstraat 4, Weesperzyde 74,
Plantage Kerklaan 15, Tilanusstraat 83, Von
Zesenstraat 29,Watergraafsmeer: Breedeweg 1.
Ie Helmersstr, 201, Ie Gonst. Huygensstr. 92,
de Clercqstraat 8, Nassaukade 304«,
Marnixstraat 257, Haarl.dijk 20,~2e Tuindwarsstraat 2.
OBEHl.AHNSTElr
cht Victoriawatei
OBERLAHNSTEIN.
BOUWT t. NUNSPEET
o/d.
VELUWE,
Inlicht, b/d. Vereeniging Kantoren
voor Vaste Goederen in Nederland te
Nunspeet.
iiiiiiiiiiiimiiimi
lieve brieven, ik heb ze gelezen, hél mooi,
d'r zat iets goeJigs in, dat je gerust anders
niet veel bij vrouwen vindt. En toen d'r geen
brieven meer kwamen, toen wier ze nijdig. ..
idioot, gewoon, enfln dat was ze... ik ben
toen 't huis uitgegaan... ik kan overal tegen,
tegen wijn, en tegen scharrelen... maarniet
togen 'n gek mensch. . . Moeder kon haar
ook niet langer in huis houden en 'n ver
pleegster, dat wier te duur... tóén is ze
maar naar Meerenberg gebracht... ik hou
niet van Meerenberg... ben je d'r wel eris
geweest? Niet? 't Is 'r te groot.. . je voelt,
dat je d'r in 'n gekkenhuis bent... de gan
gen zyn d'r met stoom verwarmd... en ge
wit... ik scharrel toch nog liever hier vrij
rond"...
Hy stond daarna kil op:
Kom, laten we opstappen... de trams gaan
niet meer, en 't is nog 'n eenwig end, naar
m'n huis... breng-je me?"
Ja, zeker."
Ik zou jou wel brengen, maar ik ben
moeier dan jij... en ik durf niet goed
alleen de stad door... dan doe ik idiote
dingen. . . weet je wel, toen wij nog filoso
feerden zeien we altijd: onvoldoend gemo
tiveerde dingen."
Op de gracht, leeg van leven, waar wy'nu
slap-stappende liepen werd ik bang voor
hem... hy was beslist onwy's of dronken.
Maar zijn moew-dunne stem was juist zeer
verstandig, toen hij nazei: :
Weet je wat 't is... ik voel niet goed
meer, maar ik geloof, dat die miserabele
historie van Ans van 'n objectief-sterke
aandoening is... weet-je waarom ook? Om
dat ik nooit behoefte voel om d'r iets bij te
maken, 't Is alles precies zoo gebem-d
geen stom Woord meer of minder. En'je
weet wel andere dingen, die moest ik altijd
opsieren, d'r wat by maken. Anders waren
ze me de moeite van 't vertellen niet waard."
JACOB ISEAËL DE HAAN.