Historisch Archief 1877-1940
No. 1511
D E' A M S T E K D A M M E R WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
MAGGI's Soepen in tabletten,
merk Krnisster,
manen )^ mogelijk om in den kortst
mogelijken tijd (10?25 'ininuten), slechts
met water, voortreffelijke krachtige
soepen klaar te maken. Per tablet voor
2 flinke borden
Fransebe soepen 10 Ct.
Pikante soepen ...... 18
MAGGI's Bouillon-Capsules,
merk Zruisster,
geven door oplossing in kokend water
oogenblikkelijk een voortreffelijken voor
het gebruik gereed zijnden bouillon. Per
capsule voor 2 koppen
Consommé(extra sterk vleeschnat
zonder vet) 12 Ct.
Bouillon (vleeschnat met vet) . 9
MAGGI's Aroma,
merk Kruisster,
geeft aan zwakke soepen, sausen, groen
ten, hutspot zoowel aan allerlei
vleeschgerechten oogenblikkelijk een verrassenden,
fijnen smaak. Zeer toereikend, derhalve
spaarzaam te gebruiken.
Verkrijgbaar in flacons vanaf 30 Ct.
VOOR DAMES.
De Trouw in beroepswert.
Ik ontving pas het 47ste jaarverslag van
de Society for promoting théEmployment
of Women". Deze vereeniging werd in 1858
opgericht, met het doel Engel =che vrouwen
door raad en daad bjj te staan tot het leeren
van een of ander beroep Het is de taak der
secretaresse, aan belangstellenden de noodige
inlichtingen te verstrekken aangaande allerlei
beroep-en, waarvoor vrouwen kunnen worden
opgeleid om baar eigen levensonderhoud te
verdienen. 'Miss King ontving daaromtrent
in het afgeloopen boekjaar 2136 brieven, zij
schreef daarover 2595, terwijl zij 1556 per
soonlijke- onderhouden met de aanvraagsters
had. Zijn onder dezen, voor wie de opleiding
tot een beroep wegens gebrek aan middelen
bezwaarlijk is, dan verstrekt de vereeniging
de opleidingskosten, in den vorm van een
voorschot, dat na het verstrijken van den
leertijd door de voortgeholpen jonge vrouwen
met 15 procent van haar loon of salaris terug
wordt betaald. De schuld vervalt echter by
overlijden, of ingeval ziekte de voortzetting
der opleiding onmogelijk maakt. Aan 82
grantees, is thans een totaal bedrag van 1044
pond sterling voorgeschoten. In 1897 werd 117
p. st. voorgeschoten en ruim 31 p. st. terug
betaald; terwijl in het afgeloopen jaar 427
p. st. voorgeschoten en ruim 283 p. st. terug
betaald werd. Sedert 1879, toen de vereeni
ging wettelijk erkend werd* ontvingen 740
kandidaten haar opleidings/ïe* verstrekt,
terwijl 900 jonge vrouwen werden onderricht
in de school voor boekhouding, die de ver
eeniging tot 1899 in stand hield en toen
ophief, omdat' sedert dat jaar die opleiding
in de technische scholen van den
graafschapsraad en van de City voor zeer geringe fees
ook voor de vrouwen open staat. Voor de
opleiding in niet minder dan 53 beroepen,
werd aan Engelsche vrouwen advies en steun
verleend door de vereeniging. die daarmede
in de halve eeuw van haar bestaan een zeer
nuttig were heeft gedaan, ook tot bestrijding
van het vooroordeel tegen de beroepswerk
zaamheid der vrouwen.
In den aanhef van dit jaarverslag wordt
opgemerkt, dat het bij de oprichting der
vereeniging zeer moeilijk was om ouders te
overtuigen, dat hunne dochters zoowel als
kunne zonen een definitieve opleiding voor
een of ander beroep van noode hadden. Deze
moeilijkheid is tegenwoordig in Engeland
geheel overwonnen. En het wordt thans
vrijwel algemeen erkerid, dat de meisjes eert
systematische beroepstraining niet missen
kunnen, allerminst diegenen welke voor haar
levensonderhoud op zichzelf .zijn aangewezen.
Het aantal beroepen waarin geen vrouwen
werkzaam zijn, vermindert aanhoudend. En
er zijn nog maar weinig beroepen, waarvoor
de vrouwen niet geschikt kunnen worden
geacht. Bet zal zoo heel lang niet meer duren,
dat vrouwen in de groote steden ook :'
miiiiiHiniiitilri*tMmuilmnnnimnmtiiimininniiiiitmmnnininin
4 Lisschen.
Die staan van de week op hun mooist. Ge
vindt er, die pas 't eerste gele randje
vertoonen aan een .groene bloemscheede en andere,
die al aan hun laatste bloem toe zijn. Ais we
rekenen, dat gemiddeld elke dag van elke
plant twee van die mooie lischbloemen ont
luiken en verdorren, by heel mooi weer drie
op een dag en alleen bij zeer slecht weer
geen enkele, dan heeft elke liscti voorraad
politieagenten gaan optreden, om maar iets
te noemen. Men heeft vrouwelijke recher
cheurs, en aan alle politierechtbanken van
Londen matronen of .vrouwelijke missioners.
Van deze aanstellingen is het maar een kleine
stap, om de vrouwen ook in den politiedienst
op straat op te nemen. Deze wenschelijkheid
is grooter geworden, nu men in Londen
strenger tegen de openbare onzedelijkheid
gaat optreden. Het geval van <le Franse h
dame D'Angely, die voor enkele weken des
avonds laat in Regentstreet door de politie
gearresteerd werd onder verdenking van
onzedelijke oogmerken, ofschoon zij, na een
week in arrest te hebben doorgebracht, op
vrye voeten moest worden gesteld wijl ge.
bleken was dat zij des avonds in die gevaar
lijke buurt slechts haar echtgenoot opwachtte,
dat geval zou wel niet voor zijn gekomen,
wanneer de publieke vrouwen van het westen
onder toezicht van vrouwelijke agenten waren
gesteld. Zoo zijn er nog een menigte zaken,
waarin de vrouwen zeer nuttig werkzaam
kunnen zijn, ofschoon het vooroordeel haar
nog den weg tot die beroepen verspert.
Maar het is al reeds verbazend, in hoeveel
beroepen tegenwoordig vrouwen werken. On
langs bladerde ik nogmaals in het verslag van
Engeland en Wales der laatste volkstelling,
in 1901 gehouden. En het viel my by die
gelegenheid op. in hoe weinig beroepen geen
vrouwen werden gevonden. 731 verschillende
beroepen staan in het verslag alphabetisch
gerangschikt, en in niet minder dan 645 daar
van bleken vrouwen werkzaam te zij , hetzij
als werk geefsters, als loonwerkster of voor
eigen rekening. Het nazien der details, lever ie
mij eenige verrassingen op. Zoo vond ik onder
de veeartsen 3 vrouwen aangegeven, onder
de steenhouwers 42 (echter allen
werkgeefstera), onder de timmerlieden en schrijnwer
kers 53 (waarvan 47 werk geef ster s waren, 5
loonwerksteis, terwyl l voor eigen rekening
werkte), onder de straatvegers 110, onder de
gewone smeden 316 (waarvan 100 thuis werk
ten, 4 voor eigen rekening een smidse dre
ven, terwijl de andere werfcgeefsters waaen), en
onderde... schoorsteenvegers 54. Deze laatste
geoccupeerden verbaasden müwel het meest,
en die verbazing steeg, toen ik zag, dat van
die 54 vrouwen 6 voor eigen rekening en l
in dienst van een ander schoorsteenen vegen.
Ik zal eens trachten, omtrent deze zaak
nadere inlichtingen in te winnen
Dat vrouwen smidswerk verrichten, is hier
niets nieuws. Te Gradley in het Midland,
werken een tamelyk groot aantal vrouwen
in kleine smederijen tot' vervaardiging van
ijzeren kettingen. Zy behooren tot de sweated"
werkers, mede omdat het vrouwenwerk zooveel
slechter dan het werk der mannen wordt
betaald. Volgens het censusverslag, werkten
in 1901 1911 vrouwen, tegen 4757 mannen,
by de fabricage van kettingen en ankers. In
de spykerfabrjeken werkten 2604 vrouwen,
tegen 3163 mannen. Ook dit werk wordt in
het Midland voor een groot deel nog in aan
de woningen verbonden smederijtjes met de
hand iredaan, en even slecht als het
kettingmaken betaald. Bij den bovengrondschen
mijnarbeid, werkten in 1901 2665 vrouwen.
Zij zuiveren de steenkool, zoodra die in de
voor een drie weken. Dat wil wat zeggen
voor een wilde plant.
Wie een jonge bloemstengel afsnijdt en
thuis in een vaas zet, heeft er minstens
veertien dagen plezier van, vooral wanneer
er een snufje zoat of nog beter een spoor
plantenvoedsel bij 't water wordt gevoegd.
Wie 't jrecept, dat ik van den winter voor
bottende boómknoppen heb gegeven, niet
meer heeft, kan 't met gewone bloemenmest
probeeren, een mespunt op een liter is vol
doende. Blijft de volgende bloem veel kleiner
dan de vorige, dan zal iets meer te eten
geven misschien kunnen helpen. Mogelijk
Gele Liscb.
karretjes boven wordt gebracht, van vuil of
afval, en naar ik voor eenigen tyd vernam,
doen zij dat scherpzinniger dan de mannen.
Niettemin verdienen de laatsten met dat werk
van 25 tot 30 shillings per week, en de vrouwen
slechts 13 shillings. Een dier werksters, die
onlangs als afgevaardigde de groote demon
stratie voor vrouwenkiesrecht in Londen
bijwoonde, klaagde mij haar no-d over de
onrechtvaardigheid baren slechtere belooniag.
Deze mynvrouwen werken gewoonlijk in pan
talon van een stevijte stof.
Eenigen tijd geleden vond ik in een En
gelsen blad het ber|C|bt, dat de directie der
Lake Erie en Weste»t spoorwegmaatschappij
van Amerika, op eer^harer haltestations een
vrouw als chef had -aangesteld. Deze proef
neming leverde zooveel succes op, dat de
directie besloot meerdere vrouwen als zoo
danig op de kleine stations aan te stellen.
Het is wel vreemd, dat zulke dingen ons nog
verbazen. Maar dat komt, omdat ons vooroor
deel tegen de beroepswerkzaamheid der
vrouwen nog zoo groot is. Kunnen kleine
stations veilig aan vrouwelijke chefs toever
trouwd worden, waarom dan groote stations
niet? En waarom geen vrouwelijke conduc
teurs ? Voor eenigen tyd werd bericht, dat
een der grootste spoorwegmaatschappijen van
Londen baar sneltreinendleast had verbeterd,
door daaraan te verbinden eenige vrouwen,
die op reis in de treinen met de zorg van
kleine kinderen kunnen worden belast. Dat
is een stap in de richting naar vrouwelijke
conducteurs. Men beeft hofmeesteressen op
de groote stoombooten ten dienste der vrou
welijke passagiers, waarom dan niet vrouwen
in dienst op de sneltreinen?
Zoo vermeerderd het aantal beroepen,
waarin de vrouwen langzamerhand binnen
komen. Tegen te houden ie dat onmogelijk.
Noch is dit te wenschen. Alleen eischt de
billijkheid, dat de vrouwen voor hetzelfde
werk, ook hetzelfde loon of salaris als de
mannen ontvangen. Dat zal. helpen, om het
vooroordeel der laatsten tegen vrouwenwerk
uit den weg te ruimen. Maar aan de beroeps
bezigheid der vrouwen, kan dat op den duur
onmogelijk schaden. Gegeven een gelijke
training, dan kunnen de vrouwen zich best
in den concurrentiestrijd met de mannen
handhaven.
Meer en meer. ontmoet ik hier op de
publieke meetings vrouwelijke verslaggevers.
Er is geen dagblad in Londen, waaraan geen
vrouwelijke journalist werkzaam is, niet alleen
voor de vrouwenrnbriek,,mftajf pok voor het
gewone nieuws werk. Ia 'tnët veislag der
bonengenoemde vind ifc.. dat het aantal
vrouwelijke letterz^tters iiljÈngeland lusschen
de beide laatste véflkstellKen (1891?1901),
van 1316 tot 22«| steieW De vrouwelijke
drukkery in Witoomb-strèet alhier, waar
over ik jaren geleden in dit weekblad een
bezoek beschreef, gaat steeds flink vooruit.
In het censusverslag vinjlt ik ook, dat in
1901 19.223 vrouwen, tegen 12.664 mannen,
in boekbiaderijen werkten, en 9693 vrouwen
in drukkerijen. Ook als architect worden
de vrouwen werkzaam. By de
Cottage-Exhibition in de Garden City, werd verleden
zomer ook het ontwerp van een vrouwelijk
rimmiiiilimminHimiiiimiiiiiminimninliliminnifnnimninniini
ook neemt de stengel geen water meer op,
dat merkt ge wel aan 't rimpelen van de
zwaardvormige bladeren en van de groene
scheeden, waaruit de bloemen komen; ge
woonlijk is er dan nog redding mogelijk,
door den ronden steel van de bloeistengel
nog eens onder water af te snijden. Boven
water" helpt gewoonlijk niet, omdat er dan
op de snij vlakte lucht in de kanalen dringt,
die de celwanden ongeschikt maakt OIQ water
door te laten.
Onze gewone gele lischbloemen, de een
voudigste onder de Irissen, wat de kleur
betreft, zy'n 't werkelijk waard, dat wij wat
moeite doen, om ze op tafel of schoorsteen
te krijgen, en ze er te houden, zoo lang als 't kan.
Indien ik ze naar schoonheid en belangwek
kendheid een plaats moest aanwijzen, zou ik
ze vlak achter de orchideeën willen zetten;
ook als teekenvoorbeeld, wat de ornamentieke
waarde betreft, zoekt de lisch nog naar zijn
weerga.
Daarvan is trouwens nog al eens gebruik
gemaakt, en veel wat op naam van de lelie
staat, komt naar recht en billijkheid de lisch
toe. De Fransche lelie is een gestyleerde
lisch, het teeken dat indertijd de Fransche
koning op ?,ijn scepter, de Fransche hove
ling op zijn mantel, de Fransche rechter op
zijn zetel en de gebrandmerkte Fransche
galeiboef op zijn schouder droeg.
Ook in Friesland heet onze gele lisch
meestal waterlelie. Toch. zijnde bloemen van
lelie en lisch zoo verschillend van elkaar,
zoo in "t oogloopend ongelijk zelfs, dat de
oppervlakkigheid van hen die lisschen den
naam van lelie gaven, al heel groot moest zijn.
Wat is er eenvoudiger dan een lelie'.' Het
is het haast het type van een bioem. een
meestal eenkleurige beier van zes gelijke
bloembladeren, zes allergewoonste
meeldradraden en een stamper met een stempelknop
op langen stijl; de leliebloem ontleent zijn
schoonheid aan eenvoud en strenge vormen,
vooral de witte lelie, die kan als symbool
van jeugd, van reinheid en zondeloosheid
dienen; ten minste als de rueeluraden of
althans de helmknoppen zijn weggeknepen.
Dat doen onze bloemisten dan ook geregeld,
wanneer de lelie voor bouquet moet dienen
anders veroorzaakt het goudgele stuifmeel
eigenaardige smetjes op de vlekkelooze kroon.
Maar dan ook is voor mij de lelie geen
bloem meer, 't mag een ontloken schoonheid
zijn, een belofte is 't niet meer, 't is een
gedachteloosgeschondene, een volmaakt wezen
opzettelijk tot een gecastreerde, een
schijnlevende gemaakt, mooi maar koud, rein maar
kort, zonder toekomst.
Maar al is de witte lelie niet beschadigd
wat is een lisch, ook de gewone gele
lisch van onze rietzoomen, vergeleken inel
die voorname sierlijke lelie, toch een hee
ander wezen. Niet zoo aangenaam mooi, dal
zij toegegeven, het blanke, zilverige, rijke wil
van de Lilium can'Hdnrn beeft geen enkele
lisch. ook mist men bij rietprinses de statige
lijn die in slankt- buiging raii kelk voet tot
kelkslip gaat; maar wat de lelie ontbreekt, juis
nMinnniiinuiiiiinininiiiiiininmiiiiiiiiiinnniiinimmitimnnniiimn
architect geaccepteerd. De tuinbouwschool
van Swanley leidt hoe langer hoe meer
vrouwen voor tuinwerk en boerderij op. In
Oxford- street alhier, geven vrouwelijke instruc
teurs dagelijks onderricht in jin-jitsu, de
Japansche manier van worstelen. En in
het dorpje Byfleet der Engelsche provincie
Surrey, werd onlangs de eerste schietclub
oor vrouwen van dit opgericht.
Genoeg is biermede gezegd, van de uit
weiding der sfeer van vrouwelijke bezigheid,
legenwoordig.
Londen, einde Mei. J. K. v. D. VEER.
MliitiiiiMiiiMMiiiiiiitiiiiiiiiiiiiim minimin minimi IIIIIIIIMIIIIIIIIIIIHM
NUuwerwettche sluiers. Sport- costuums.
De Vrouw en haar Huis.
Zou het gloednieuwe modetje door eenige
Parisiennes ingevoerd, opgang maken ? Ik
vrees, dat haar nieuw sluier-bedenksel niet
leel veel langer zal leven, dan ... ce que
vivent les roses, l'espace d' un matin.
Zouden de zér lange en zér breede voiles
van fantasie-tulle, afgezet met geplisseerde
ruche van dof mousseline, flatteeren ? I
Ik twijfel. Die vél-verhullende sluiers
die den geheelen hoed drapeeren, ruim
voor 't gezicht afhangen en met twee lange
uiteinden over den rug vallen, zullen al te
veel den schy'n hebben, of zij opzettelyk iets
moeten bedekken. En, welke coquette vrouw
zou onder de verdenking willen vallen, dat
aan, in, en om haar, iets te bedekken valt?
Vrouwelyke patiënten, die in de
Heilanslalt van wijlen professor Lahmann genezing
zochten, konden het met haar preutschheid
niet overeen brengen, volgens medisch voor
schrift, in uiterst primitief en diaphane kos
tuum rond-te-wandelen. Toen liet de professor
een speciaal tentje plaatsen op zyn terrein
Zum weiszen Hirsch" met het opschrift, dat
dit tentje gereserveerd was, voor haar, die
iest) te verbergen hadden". Het tentje
bleef leeg, en de patiënten vertoonden zich
rustig in arcadische kleedy, om elkander te
overtuigen van de gaafheid harer lichamen.
Sluiers die zooveel maskeeren van gezicht,
kapsel en nek, zullen door voetgangsters niet
grif worden gedragen, al is het ook hon
derdmaal een tartend modetje, gelanceerd door
schalke, mooie Parisiennes. De meeste dames
zullen die sluier-verhullingen toepassen wan
neer zij verre tochten maken in auto's.
* *
*
Behalve de klassieke wit-piquéen
witlinnen sport-costuums zullen dezen zomer
sport-costuums gedragen worden, waarvan
het materiaal bestaat uit wit fond met
gekleurde strepen. De kleur der strepen is
niet mat, maar zér sprekend: hel- blauw,
vert-tilleul, vlam-rood, kanarie-geel. Kleuren,
die zich op een afstand melden óf verraden.
Het model dezer sport-toiletten bestaat uit
korte rok met breede, platte plooien, en korte,
rechte paletot, die geheel los, de bewegingen
van tennis en golf niet belemmeren.
Ook de boléro wordt voor sport-costuums
gekozen, maar, dit is niet raadzaam, omdat
die zoo heel veel wordt genomen bij gekleede
toiletten, waarby die oneindig beter past met
omdat ze zoo rein, zoo open en zoo eenvoudig
is, dat heeft de lisch: een geschiedenis, een
verborgen leven en sphinxachtig geheim;
daarmee staat een gecompliceerd uiterlijk,
een niet zoo maar met een oogopslag te
begrijpen vormrykheid in verband.
Door het ingewikkeld Ijjnenstelsel van een
lisschenproflel zou de bloem een ver warrenden
indruk maken, als niet alles, elk onderdeel
in de plant, op zichzelf symmetrisch en drie
maal aanwezig was.
Ik heb wel eens voor mijn genoegen iemand
die goed teekent, maar van lisschen geen
verstand had, en die altijd beweerde dat
een schilder, die werkelijk artist is, geen
detailkennis van bloemen behoeft te bezit
ten, verzocht, een vlugge schets, van een
lisch te maken; en wel van een die hij in
de hand kon nemen of voor zich op tafel
zetten. Maar 't lukte hem niet; 't leek
nergens naar; en al gau w zei hij ongeduldig :
Hoe zit dat ding dan toch in elkaar ?" en
daar was mijn artist bezig met het uiteen
trekken van de bloem.
Probeer 't zelf maar eens, als ge tenminste
het samenstel van een lisch nog niet kent.
Ga dan, na de eerste proef, de bloem
bestudeeren en teeken nu nog eens weer; dan
eerst lijkt 't een lisch.
ivu is dat bestudeeren van de bloem zoo
heel gemakkelijk nog niet; de beteekenis van
de deelen wordt eerst goed duidelijk, als
men de plant buittn aan een stille vaart of
nog beter aan een poeltje van een rietland
een bezoek brengt Laat het dan een wind
stille plechtige Junimorgen zijn, als de lucht
riekt naar geurgrassen en kalinoes, de
boschrietzangerzij a zuivere trillers aan slaat tusschen
't zachte geteut van karakarakiet-kiet-kiet;
als de hommels en zweefvliegen om de
pas ontrolde lischbloemen gonzen, en die
prachtig gele kroontjes in 't morgenzonlicht
opüikkeren, net vlammetjes die lekken en
kronkelen om de grijsgroene sabelbladeren.
Dan ziet ge allicht hoe een groote hommel
koningin zich op het mooi afhangende gele
bloemblad neerzet, driftig in de richting van
de bruine arabesken voortschuift en met
kop en borst wegduikt onder de portiC-re.
Als uit een poort steekt nu een oogenblik
alleen 't roode of witte achterstuk van de
bommel uit; daar komt 't dier terug, een
gele streep teekent zijn donkeren rug
zoo doet hij de ronde in de drie poortjes
van elke bloem en dan, zwaar zoemend
zwenkt hij naar een andere gele vlam in 't
groen.
Pluk nu een van de honderden lisschen
onder uw bereik en volg den weg van den
bommel; dan vindt ge stellig wel iets, da
u tot de oplossing van het bloemenrrtadse~
brengen kan. Zoek maar altijd naar den honing
het materieele doel van 't bestuivend insect;
op den honingweg, dien 't diertje volgen
moest, daar zijn, meestal op doelmatige wijze,
twee organen geplaatst, die 't meer ideeële
doel van lisschenleven dienen moeten, als
tenminste <le zorg voor een sterk nage
slacht een ideëel doel mag heeten.
iminnminnininnimminiiniinnii
_;yn rijke garneering. Kraag, manchetten en
tnoopen worden voor sport-toiletten van fijn
eder gemaakt, al weder in een tint die sterk
afsteekt.
Vert-empire wordt gedragen op heel zacht
;rijs, en dat staat bizonder goed.
Dood-eenvoudige paletots van effen laken,
van voren en van achteren recht, zullen dezen
zomer dienst doen voor rijtoeren, bij
invalende koude, en bet aanbreken van den avond.
Het gedistingeerde van deze paletots schuilt
m de exquise kwaliteit van het laken en in
de onberispelijke coupe; zij zy'n sober van
'arneering.
De zonaer-chaussure levert dit jaar niets
aizonders op; geel, rood, beige en wit schoeisel
met kouten in dezelfde tint; voor zeer
warmedagen zal de luchtige, maar
weinig-flatteerende wit-linnen schoen opnieuw worden
gedragen.
De zeer lange en zeer wyde automobiel
mantels worden ook bewerkt met garneersels
van leer; mooi, souple leer, in alle tinten,
naar verkiezing te krijgen. Dank zij den
veelbeoefenden sport, komt deze leder-garneering
elegant en solide, steeds meer in zwang.
* *
De Juni-aflevering van het nieuwe geïllu
streerde maandschrift De Vrruw en haar
Huis", onder redactie van mej. Elis. M. Kogge
en E. W. P. de Vries Jr., uitgave van Holfcema
en Warendorf, bestaat uit kleine, afwisselende
artikelen. Beschouwingen en besprekingen
zóó kort en bondig, dat men ze vlot en ge
makkelijk leest, zelfs in zomermaand. Tot
dusverre doet Juni zich van grimmigen,
ruigen kant kennen, doch, wij blijven hoopvol
uitzien naar warme, zonnige dagen, en dan
kan het handzaam formaat meegenomen wor
den naar bosch of duin, om den inhoud te
genieten in de versterk eade buitenlucht.
De inhoud der Juni-afieveringbevat: Aan
't strand", door B. E. van Osselen van Del
den, een guitig goed in den kindertoon ge
houden versje. Moeder en dochter, Cyclus,
door Emilie Benson-Kuipe.
Ons Tehuis", van de hand der redactrice.
Het Engelsche Home", door H. Baart de
la Faille.
Hierin wordt het comfort van het Engelsche
huis gesteld tegen de omslachtigheid der
Hollandsche huishouding.
Wat te kiezen van deze twee?
Wat mij betreft, noch het een, ndch het
ander; liefst een samensmelting van
beide, door de gezelligheid der Engelsche
huishouding hand-aan-hand te doen gaan
met onvervalscht Hollandsche zindelijkheid.
Japansche kamerversiering" door R. W. P.
de Vries Jr.
Inleiding tot het klavierspel,door Johanna
Veth, enz., enz. '
De woorden van Mrs. Harriet Beecher Stowe
voorkomende op blz. 46, onder de rubriek
Elck wat wils" neem ik gaaree o ver; iedere
vrouw behoorde die woorden van de schrijf
ster van Uncle Tom's cabin" van buiten te
leeren: Yiat is whatlcall woman's genius; (o
make life beautiful, >o ke^p down and out ofsight
the hard, dry prosaic si.de and to keep up the
poetry; that in my idea of our misiion.
CAPRICE.
nnttnnnnninnnutinnniiinnniiiiiiinniiiiiiiinliuuniiniiitiniiiinit
Opervlakkig waarnemen helpt hier niet,
de meeldraad ligt verscholen in de holte van
de portière; en de stamper? zie, dat is de
drievoudige pluimbos zelf, die het dak van
de poortjes vormt. In de botanie heet dat
een bladvormige stempel. Maar het belang
wekkendst van de inrichting is wel, dat van
die stempel eigenlijk maar een heel klein
puntje de stempelfunctie heeft overgenomen;
een driehoekig slipje van een millimeter
verricht alles wat een goede lisschen-stempel
moet doen, dat is: eigen stuifmeel weigeren
en vreemd stuifmeel met voorkomendheid
aannemen. Hoe het mogelijk is, moet ge zelf
maar uitvisschen. Daartoe hebt ge maar te
letten op de bewegingsrichting van dat kleine
klepje.
Heelemaal precies weet ge 't dan nog niet.
Dan zoudt ge een van die roodbruine
snuitvliegen moeten vangen en met een vergroot
glas bestudeeren, en passen en meten, en tot
uw verbazing ontdekken, dat de verschillende
lengten en breedten van de lange snuit en van
't lijf en van de pooten nauwkeurig passen bij
de afmetingen van de lisschenbloem. Ook zit
er voor iemand die 't goed weten wil, een
volle dag van studie op, om voor zichzelf uit
te maken, of er nu werkelijk twee uiterste
vormen van lischbloemen bestaan: n voor
de groote hommels, n voor de zooveel
kleinere snuitvliegen, kenbaar aan zeer wijde
en zeer nauwe poortjes; en hoe 't met de
tiisschenvormen gelegen is. En dan de zes
vreemd aangeduide honingpotjes, en 't inrollen
van de bloem tegen den avond l Of dat mis
schien ook zelfbestuiving bevordert, ingeval
er eens geen welkome gasten op bezoek
kwamen? En de kleine diertjes die vaak in
de honingpotjes verdrinken l Dat alles is 't
verzorgen van een bloeitak best waard; en
er is nog zooveel meer; de vruchten, de
drijvende zaden, het ontplooien van de
bloemen, de mooie ineensch'akeling van de
zwaardbladeren met de luchtkanalen. Wer
kelijk, elke onderdeel, elke doorsnede zelfs
van een lischplant is een mooi en zinrijk
teekenvoorbeeld. Of je hem neemt vlak bij
den wortelstok of vlak onder de bloem door
't vruchtbeginsel, er zit altijd ornament in;
daarom alleen moest ieder van lisschen hou
den. E. HEIMANS.
CORKESPOïJ DEXTIE.
Aan allen die mij om een opstel over een
bepaald onderwerp vroegen, antwoord ik: Bij
gelegenheid. Intusschenben ik blij met de vraag.
Oud-leerling, l'w bloempjes zijn: de zeld
zame Donkere Geranium (G. phaeum);
Vleugeltjesbloem (Polygala) en 't Vrouwenman
teltje (Alchemilla vulgaris).
v. G. te P. De vreemde Margariet vertoonde
een zeer sterke verbreeding of bandvorming.
G. te S. Ook uw boterbloem was met deze^
kwaal behept, ik heb zoo wel eens dertig
bloemen en bloemstelen tot n vergroeid
gevonden. Vooral bij esschen, wilgen en
paardebloemen komt 't verschijnsel vaak voor.
C. M. te Breda, 't Gezonden plantje is een
roode boschbes (Vaccinium Vitis Idea).
J