De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1906 10 juni pagina 5

10 juni 1906 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1511 D E' A M S T E K D A M M E R WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. MAGGI's Soepen in tabletten, merk Krnisster, manen )^ mogelijk om in den kortst mogelijken tijd (10?25 'ininuten), slechts met water, voortreffelijke krachtige soepen klaar te maken. Per tablet voor 2 flinke borden Fransebe soepen 10 Ct. Pikante soepen ...... 18 MAGGI's Bouillon-Capsules, merk Zruisster, geven door oplossing in kokend water oogenblikkelijk een voortreffelijken voor het gebruik gereed zijnden bouillon. Per capsule voor 2 koppen Consommé(extra sterk vleeschnat zonder vet) 12 Ct. Bouillon (vleeschnat met vet) . 9 MAGGI's Aroma, merk Kruisster, geeft aan zwakke soepen, sausen, groen ten, hutspot zoowel aan allerlei vleeschgerechten oogenblikkelijk een verrassenden, fijnen smaak. Zeer toereikend, derhalve spaarzaam te gebruiken. Verkrijgbaar in flacons vanaf 30 Ct. VOOR DAMES. De Trouw in beroepswert. Ik ontving pas het 47ste jaarverslag van de Society for promoting théEmployment of Women". Deze vereeniging werd in 1858 opgericht, met het doel Engel =che vrouwen door raad en daad bjj te staan tot het leeren van een of ander beroep Het is de taak der secretaresse, aan belangstellenden de noodige inlichtingen te verstrekken aangaande allerlei beroep-en, waarvoor vrouwen kunnen worden opgeleid om baar eigen levensonderhoud te verdienen. 'Miss King ontving daaromtrent in het afgeloopen boekjaar 2136 brieven, zij schreef daarover 2595, terwijl zij 1556 per soonlijke- onderhouden met de aanvraagsters had. Zijn onder dezen, voor wie de opleiding tot een beroep wegens gebrek aan middelen bezwaarlijk is, dan verstrekt de vereeniging de opleidingskosten, in den vorm van een voorschot, dat na het verstrijken van den leertijd door de voortgeholpen jonge vrouwen met 15 procent van haar loon of salaris terug wordt betaald. De schuld vervalt echter by overlijden, of ingeval ziekte de voortzetting der opleiding onmogelijk maakt. Aan 82 grantees, is thans een totaal bedrag van 1044 pond sterling voorgeschoten. In 1897 werd 117 p. st. voorgeschoten en ruim 31 p. st. terug betaald; terwijl in het afgeloopen jaar 427 p. st. voorgeschoten en ruim 283 p. st. terug betaald werd. Sedert 1879, toen de vereeni ging wettelijk erkend werd* ontvingen 740 kandidaten haar opleidings/ïe* verstrekt, terwijl 900 jonge vrouwen werden onderricht in de school voor boekhouding, die de ver eeniging tot 1899 in stand hield en toen ophief, omdat' sedert dat jaar die opleiding in de technische scholen van den graafschapsraad en van de City voor zeer geringe fees ook voor de vrouwen open staat. Voor de opleiding in niet minder dan 53 beroepen, werd aan Engelsche vrouwen advies en steun verleend door de vereeniging. die daarmede in de halve eeuw van haar bestaan een zeer nuttig were heeft gedaan, ook tot bestrijding van het vooroordeel tegen de beroepswerk zaamheid der vrouwen. In den aanhef van dit jaarverslag wordt opgemerkt, dat het bij de oprichting der vereeniging zeer moeilijk was om ouders te overtuigen, dat hunne dochters zoowel als kunne zonen een definitieve opleiding voor een of ander beroep van noode hadden. Deze moeilijkheid is tegenwoordig in Engeland geheel overwonnen. En het wordt thans vrijwel algemeen erkerid, dat de meisjes eert systematische beroepstraining niet missen kunnen, allerminst diegenen welke voor haar levensonderhoud op zichzelf .zijn aangewezen. Het aantal beroepen waarin geen vrouwen werkzaam zijn, vermindert aanhoudend. En er zijn nog maar weinig beroepen, waarvoor de vrouwen niet geschikt kunnen worden geacht. Bet zal zoo heel lang niet meer duren, dat vrouwen in de groote steden ook :' miiiiiHiniiitilri*tMmuilmnnnimnmtiiimininniiiiitmmnnininin 4 Lisschen. Die staan van de week op hun mooist. Ge vindt er, die pas 't eerste gele randje vertoonen aan een .groene bloemscheede en andere, die al aan hun laatste bloem toe zijn. Ais we rekenen, dat gemiddeld elke dag van elke plant twee van die mooie lischbloemen ont luiken en verdorren, by heel mooi weer drie op een dag en alleen bij zeer slecht weer geen enkele, dan heeft elke liscti voorraad politieagenten gaan optreden, om maar iets te noemen. Men heeft vrouwelijke recher cheurs, en aan alle politierechtbanken van Londen matronen of .vrouwelijke missioners. Van deze aanstellingen is het maar een kleine stap, om de vrouwen ook in den politiedienst op straat op te nemen. Deze wenschelijkheid is grooter geworden, nu men in Londen strenger tegen de openbare onzedelijkheid gaat optreden. Het geval van <le Franse h dame D'Angely, die voor enkele weken des avonds laat in Regentstreet door de politie gearresteerd werd onder verdenking van onzedelijke oogmerken, ofschoon zij, na een week in arrest te hebben doorgebracht, op vrye voeten moest worden gesteld wijl ge. bleken was dat zij des avonds in die gevaar lijke buurt slechts haar echtgenoot opwachtte, dat geval zou wel niet voor zijn gekomen, wanneer de publieke vrouwen van het westen onder toezicht van vrouwelijke agenten waren gesteld. Zoo zijn er nog een menigte zaken, waarin de vrouwen zeer nuttig werkzaam kunnen zijn, ofschoon het vooroordeel haar nog den weg tot die beroepen verspert. Maar het is al reeds verbazend, in hoeveel beroepen tegenwoordig vrouwen werken. On langs bladerde ik nogmaals in het verslag van Engeland en Wales der laatste volkstelling, in 1901 gehouden. En het viel my by die gelegenheid op. in hoe weinig beroepen geen vrouwen werden gevonden. 731 verschillende beroepen staan in het verslag alphabetisch gerangschikt, en in niet minder dan 645 daar van bleken vrouwen werkzaam te zij , hetzij als werk geefsters, als loonwerkster of voor eigen rekening. Het nazien der details, lever ie mij eenige verrassingen op. Zoo vond ik onder de veeartsen 3 vrouwen aangegeven, onder de steenhouwers 42 (echter allen werkgeefstera), onder de timmerlieden en schrijnwer kers 53 (waarvan 47 werk geef ster s waren, 5 loonwerksteis, terwyl l voor eigen rekening werkte), onder de straatvegers 110, onder de gewone smeden 316 (waarvan 100 thuis werk ten, 4 voor eigen rekening een smidse dre ven, terwijl de andere werfcgeefsters waaen), en onderde... schoorsteenvegers 54. Deze laatste geoccupeerden verbaasden müwel het meest, en die verbazing steeg, toen ik zag, dat van die 54 vrouwen 6 voor eigen rekening en l in dienst van een ander schoorsteenen vegen. Ik zal eens trachten, omtrent deze zaak nadere inlichtingen in te winnen Dat vrouwen smidswerk verrichten, is hier niets nieuws. Te Gradley in het Midland, werken een tamelyk groot aantal vrouwen in kleine smederijen tot' vervaardiging van ijzeren kettingen. Zy behooren tot de sweated" werkers, mede omdat het vrouwenwerk zooveel slechter dan het werk der mannen wordt betaald. Volgens het censusverslag, werkten in 1901 1911 vrouwen, tegen 4757 mannen, by de fabricage van kettingen en ankers. In de spykerfabrjeken werkten 2604 vrouwen, tegen 3163 mannen. Ook dit werk wordt in het Midland voor een groot deel nog in aan de woningen verbonden smederijtjes met de hand iredaan, en even slecht als het kettingmaken betaald. Bij den bovengrondschen mijnarbeid, werkten in 1901 2665 vrouwen. Zij zuiveren de steenkool, zoodra die in de voor een drie weken. Dat wil wat zeggen voor een wilde plant. Wie een jonge bloemstengel afsnijdt en thuis in een vaas zet, heeft er minstens veertien dagen plezier van, vooral wanneer er een snufje zoat of nog beter een spoor plantenvoedsel bij 't water wordt gevoegd. Wie 't jrecept, dat ik van den winter voor bottende boómknoppen heb gegeven, niet meer heeft, kan 't met gewone bloemenmest probeeren, een mespunt op een liter is vol doende. Blijft de volgende bloem veel kleiner dan de vorige, dan zal iets meer te eten geven misschien kunnen helpen. Mogelijk Gele Liscb. karretjes boven wordt gebracht, van vuil of afval, en naar ik voor eenigen tyd vernam, doen zij dat scherpzinniger dan de mannen. Niettemin verdienen de laatsten met dat werk van 25 tot 30 shillings per week, en de vrouwen slechts 13 shillings. Een dier werksters, die onlangs als afgevaardigde de groote demon stratie voor vrouwenkiesrecht in Londen bijwoonde, klaagde mij haar no-d over de onrechtvaardigheid baren slechtere belooniag. Deze mynvrouwen werken gewoonlijk in pan talon van een stevijte stof. Eenigen tijd geleden vond ik in een En gelsen blad het ber|C|bt, dat de directie der Lake Erie en Weste»t spoorwegmaatschappij van Amerika, op eer^harer haltestations een vrouw als chef had -aangesteld. Deze proef neming leverde zooveel succes op, dat de directie besloot meerdere vrouwen als zoo danig op de kleine stations aan te stellen. Het is wel vreemd, dat zulke dingen ons nog verbazen. Maar dat komt, omdat ons vooroor deel tegen de beroepswerkzaamheid der vrouwen nog zoo groot is. Kunnen kleine stations veilig aan vrouwelijke chefs toever trouwd worden, waarom dan groote stations niet? En waarom geen vrouwelijke conduc teurs ? Voor eenigen tyd werd bericht, dat een der grootste spoorwegmaatschappijen van Londen baar sneltreinendleast had verbeterd, door daaraan te verbinden eenige vrouwen, die op reis in de treinen met de zorg van kleine kinderen kunnen worden belast. Dat is een stap in de richting naar vrouwelijke conducteurs. Men beeft hofmeesteressen op de groote stoombooten ten dienste der vrou welijke passagiers, waarom dan niet vrouwen in dienst op de sneltreinen? Zoo vermeerderd het aantal beroepen, waarin de vrouwen langzamerhand binnen komen. Tegen te houden ie dat onmogelijk. Noch is dit te wenschen. Alleen eischt de billijkheid, dat de vrouwen voor hetzelfde werk, ook hetzelfde loon of salaris als de mannen ontvangen. Dat zal. helpen, om het vooroordeel der laatsten tegen vrouwenwerk uit den weg te ruimen. Maar aan de beroeps bezigheid der vrouwen, kan dat op den duur onmogelijk schaden. Gegeven een gelijke training, dan kunnen de vrouwen zich best in den concurrentiestrijd met de mannen handhaven. Meer en meer. ontmoet ik hier op de publieke meetings vrouwelijke verslaggevers. Er is geen dagblad in Londen, waaraan geen vrouwelijke journalist werkzaam is, niet alleen voor de vrouwenrnbriek,,mftajf pok voor het gewone nieuws werk. Ia 'tnët veislag der bonengenoemde vind ifc.. dat het aantal vrouwelijke letterz^tters iiljÈngeland lusschen de beide laatste véflkstellKen (1891?1901), van 1316 tot 22«| steieW De vrouwelijke drukkery in Witoomb-strèet alhier, waar over ik jaren geleden in dit weekblad een bezoek beschreef, gaat steeds flink vooruit. In het censusverslag vinjlt ik ook, dat in 1901 19.223 vrouwen, tegen 12.664 mannen, in boekbiaderijen werkten, en 9693 vrouwen in drukkerijen. Ook als architect worden de vrouwen werkzaam. By de Cottage-Exhibition in de Garden City, werd verleden zomer ook het ontwerp van een vrouwelijk rimmiiiilimminHimiiiimiiiiiminimninliliminnifnnimninniini ook neemt de stengel geen water meer op, dat merkt ge wel aan 't rimpelen van de zwaardvormige bladeren en van de groene scheeden, waaruit de bloemen komen; ge woonlijk is er dan nog redding mogelijk, door den ronden steel van de bloeistengel nog eens onder water af te snijden. Boven water" helpt gewoonlijk niet, omdat er dan op de snij vlakte lucht in de kanalen dringt, die de celwanden ongeschikt maakt OIQ water door te laten. Onze gewone gele lischbloemen, de een voudigste onder de Irissen, wat de kleur betreft, zy'n 't werkelijk waard, dat wij wat moeite doen, om ze op tafel of schoorsteen te krijgen, en ze er te houden, zoo lang als 't kan. Indien ik ze naar schoonheid en belangwek kendheid een plaats moest aanwijzen, zou ik ze vlak achter de orchideeën willen zetten; ook als teekenvoorbeeld, wat de ornamentieke waarde betreft, zoekt de lisch nog naar zijn weerga. Daarvan is trouwens nog al eens gebruik gemaakt, en veel wat op naam van de lelie staat, komt naar recht en billijkheid de lisch toe. De Fransche lelie is een gestyleerde lisch, het teeken dat indertijd de Fransche koning op ?,ijn scepter, de Fransche hove ling op zijn mantel, de Fransche rechter op zijn zetel en de gebrandmerkte Fransche galeiboef op zijn schouder droeg. Ook in Friesland heet onze gele lisch meestal waterlelie. Toch. zijnde bloemen van lelie en lisch zoo verschillend van elkaar, zoo in "t oogloopend ongelijk zelfs, dat de oppervlakkigheid van hen die lisschen den naam van lelie gaven, al heel groot moest zijn. Wat is er eenvoudiger dan een lelie'.' Het is het haast het type van een bioem. een meestal eenkleurige beier van zes gelijke bloembladeren, zes allergewoonste meeldradraden en een stamper met een stempelknop op langen stijl; de leliebloem ontleent zijn schoonheid aan eenvoud en strenge vormen, vooral de witte lelie, die kan als symbool van jeugd, van reinheid en zondeloosheid dienen; ten minste als de rueeluraden of althans de helmknoppen zijn weggeknepen. Dat doen onze bloemisten dan ook geregeld, wanneer de lelie voor bouquet moet dienen anders veroorzaakt het goudgele stuifmeel eigenaardige smetjes op de vlekkelooze kroon. Maar dan ook is voor mij de lelie geen bloem meer, 't mag een ontloken schoonheid zijn, een belofte is 't niet meer, 't is een gedachteloosgeschondene, een volmaakt wezen opzettelijk tot een gecastreerde, een schijnlevende gemaakt, mooi maar koud, rein maar kort, zonder toekomst. Maar al is de witte lelie niet beschadigd wat is een lisch, ook de gewone gele lisch van onze rietzoomen, vergeleken inel die voorname sierlijke lelie, toch een hee ander wezen. Niet zoo aangenaam mooi, dal zij toegegeven, het blanke, zilverige, rijke wil van de Lilium can'Hdnrn beeft geen enkele lisch. ook mist men bij rietprinses de statige lijn die in slankt- buiging raii kelk voet tot kelkslip gaat; maar wat de lelie ontbreekt, juis nMinnniiinuiiiiinininiiiiiininmiiiiiiiiiinnniiinimmitimnnniiimn architect geaccepteerd. De tuinbouwschool van Swanley leidt hoe langer hoe meer vrouwen voor tuinwerk en boerderij op. In Oxford- street alhier, geven vrouwelijke instruc teurs dagelijks onderricht in jin-jitsu, de Japansche manier van worstelen. En in het dorpje Byfleet der Engelsche provincie Surrey, werd onlangs de eerste schietclub oor vrouwen van dit opgericht. Genoeg is biermede gezegd, van de uit weiding der sfeer van vrouwelijke bezigheid, legenwoordig. Londen, einde Mei. J. K. v. D. VEER. MliitiiiiMiiiMMiiiiiiitiiiiiiiiiiiiim minimin minimi IIIIIIIIMIIIIIIIIIIIHM NUuwerwettche sluiers. Sport- costuums. De Vrouw en haar Huis. Zou het gloednieuwe modetje door eenige Parisiennes ingevoerd, opgang maken ? Ik vrees, dat haar nieuw sluier-bedenksel niet leel veel langer zal leven, dan ... ce que vivent les roses, l'espace d' un matin. Zouden de zér lange en zér breede voiles van fantasie-tulle, afgezet met geplisseerde ruche van dof mousseline, flatteeren ? I Ik twijfel. Die vél-verhullende sluiers die den geheelen hoed drapeeren, ruim voor 't gezicht afhangen en met twee lange uiteinden over den rug vallen, zullen al te veel den schy'n hebben, of zij opzettelyk iets moeten bedekken. En, welke coquette vrouw zou onder de verdenking willen vallen, dat aan, in, en om haar, iets te bedekken valt? Vrouwelyke patiënten, die in de Heilanslalt van wijlen professor Lahmann genezing zochten, konden het met haar preutschheid niet overeen brengen, volgens medisch voor schrift, in uiterst primitief en diaphane kos tuum rond-te-wandelen. Toen liet de professor een speciaal tentje plaatsen op zyn terrein Zum weiszen Hirsch" met het opschrift, dat dit tentje gereserveerd was, voor haar, die iest) te verbergen hadden". Het tentje bleef leeg, en de patiënten vertoonden zich rustig in arcadische kleedy, om elkander te overtuigen van de gaafheid harer lichamen. Sluiers die zooveel maskeeren van gezicht, kapsel en nek, zullen door voetgangsters niet grif worden gedragen, al is het ook hon derdmaal een tartend modetje, gelanceerd door schalke, mooie Parisiennes. De meeste dames zullen die sluier-verhullingen toepassen wan neer zij verre tochten maken in auto's. * * * Behalve de klassieke wit-piquéen witlinnen sport-costuums zullen dezen zomer sport-costuums gedragen worden, waarvan het materiaal bestaat uit wit fond met gekleurde strepen. De kleur der strepen is niet mat, maar zér sprekend: hel- blauw, vert-tilleul, vlam-rood, kanarie-geel. Kleuren, die zich op een afstand melden óf verraden. Het model dezer sport-toiletten bestaat uit korte rok met breede, platte plooien, en korte, rechte paletot, die geheel los, de bewegingen van tennis en golf niet belemmeren. Ook de boléro wordt voor sport-costuums gekozen, maar, dit is niet raadzaam, omdat die zoo heel veel wordt genomen bij gekleede toiletten, waarby die oneindig beter past met omdat ze zoo rein, zoo open en zoo eenvoudig is, dat heeft de lisch: een geschiedenis, een verborgen leven en sphinxachtig geheim; daarmee staat een gecompliceerd uiterlijk, een niet zoo maar met een oogopslag te begrijpen vormrykheid in verband. Door het ingewikkeld Ijjnenstelsel van een lisschenproflel zou de bloem een ver warrenden indruk maken, als niet alles, elk onderdeel in de plant, op zichzelf symmetrisch en drie maal aanwezig was. Ik heb wel eens voor mijn genoegen iemand die goed teekent, maar van lisschen geen verstand had, en die altijd beweerde dat een schilder, die werkelijk artist is, geen detailkennis van bloemen behoeft te bezit ten, verzocht, een vlugge schets, van een lisch te maken; en wel van een die hij in de hand kon nemen of voor zich op tafel zetten. Maar 't lukte hem niet; 't leek nergens naar; en al gau w zei hij ongeduldig : Hoe zit dat ding dan toch in elkaar ?" en daar was mijn artist bezig met het uiteen trekken van de bloem. Probeer 't zelf maar eens, als ge tenminste het samenstel van een lisch nog niet kent. Ga dan, na de eerste proef, de bloem bestudeeren en teeken nu nog eens weer; dan eerst lijkt 't een lisch. ivu is dat bestudeeren van de bloem zoo heel gemakkelijk nog niet; de beteekenis van de deelen wordt eerst goed duidelijk, als men de plant buittn aan een stille vaart of nog beter aan een poeltje van een rietland een bezoek brengt Laat het dan een wind stille plechtige Junimorgen zijn, als de lucht riekt naar geurgrassen en kalinoes, de boschrietzangerzij a zuivere trillers aan slaat tusschen 't zachte geteut van karakarakiet-kiet-kiet; als de hommels en zweefvliegen om de pas ontrolde lischbloemen gonzen, en die prachtig gele kroontjes in 't morgenzonlicht opüikkeren, net vlammetjes die lekken en kronkelen om de grijsgroene sabelbladeren. Dan ziet ge allicht hoe een groote hommel koningin zich op het mooi afhangende gele bloemblad neerzet, driftig in de richting van de bruine arabesken voortschuift en met kop en borst wegduikt onder de portiC-re. Als uit een poort steekt nu een oogenblik alleen 't roode of witte achterstuk van de bommel uit; daar komt 't dier terug, een gele streep teekent zijn donkeren rug zoo doet hij de ronde in de drie poortjes van elke bloem en dan, zwaar zoemend zwenkt hij naar een andere gele vlam in 't groen. Pluk nu een van de honderden lisschen onder uw bereik en volg den weg van den bommel; dan vindt ge stellig wel iets, da u tot de oplossing van het bloemenrrtadse~ brengen kan. Zoek maar altijd naar den honing het materieele doel van 't bestuivend insect; op den honingweg, dien 't diertje volgen moest, daar zijn, meestal op doelmatige wijze, twee organen geplaatst, die 't meer ideeële doel van lisschenleven dienen moeten, als tenminste <le zorg voor een sterk nage slacht een ideëel doel mag heeten. iminnminnininnimminiiniinnii _;yn rijke garneering. Kraag, manchetten en tnoopen worden voor sport-toiletten van fijn eder gemaakt, al weder in een tint die sterk afsteekt. Vert-empire wordt gedragen op heel zacht ;rijs, en dat staat bizonder goed. Dood-eenvoudige paletots van effen laken, van voren en van achteren recht, zullen dezen zomer dienst doen voor rijtoeren, bij invalende koude, en bet aanbreken van den avond. Het gedistingeerde van deze paletots schuilt m de exquise kwaliteit van het laken en in de onberispelijke coupe; zij zy'n sober van 'arneering. De zonaer-chaussure levert dit jaar niets aizonders op; geel, rood, beige en wit schoeisel met kouten in dezelfde tint; voor zeer warmedagen zal de luchtige, maar weinig-flatteerende wit-linnen schoen opnieuw worden gedragen. De zeer lange en zeer wyde automobiel mantels worden ook bewerkt met garneersels van leer; mooi, souple leer, in alle tinten, naar verkiezing te krijgen. Dank zij den veelbeoefenden sport, komt deze leder-garneering elegant en solide, steeds meer in zwang. * * De Juni-aflevering van het nieuwe geïllu streerde maandschrift De Vrruw en haar Huis", onder redactie van mej. Elis. M. Kogge en E. W. P. de Vries Jr., uitgave van Holfcema en Warendorf, bestaat uit kleine, afwisselende artikelen. Beschouwingen en besprekingen zóó kort en bondig, dat men ze vlot en ge makkelijk leest, zelfs in zomermaand. Tot dusverre doet Juni zich van grimmigen, ruigen kant kennen, doch, wij blijven hoopvol uitzien naar warme, zonnige dagen, en dan kan het handzaam formaat meegenomen wor den naar bosch of duin, om den inhoud te genieten in de versterk eade buitenlucht. De inhoud der Juni-afieveringbevat: Aan 't strand", door B. E. van Osselen van Del den, een guitig goed in den kindertoon ge houden versje. Moeder en dochter, Cyclus, door Emilie Benson-Kuipe. Ons Tehuis", van de hand der redactrice. Het Engelsche Home", door H. Baart de la Faille. Hierin wordt het comfort van het Engelsche huis gesteld tegen de omslachtigheid der Hollandsche huishouding. Wat te kiezen van deze twee? Wat mij betreft, noch het een, ndch het ander; liefst een samensmelting van beide, door de gezelligheid der Engelsche huishouding hand-aan-hand te doen gaan met onvervalscht Hollandsche zindelijkheid. Japansche kamerversiering" door R. W. P. de Vries Jr. Inleiding tot het klavierspel,door Johanna Veth, enz., enz. ' De woorden van Mrs. Harriet Beecher Stowe voorkomende op blz. 46, onder de rubriek Elck wat wils" neem ik gaaree o ver; iedere vrouw behoorde die woorden van de schrijf ster van Uncle Tom's cabin" van buiten te leeren: Yiat is whatlcall woman's genius; (o make life beautiful, >o ke^p down and out ofsight the hard, dry prosaic si.de and to keep up the poetry; that in my idea of our misiion. CAPRICE. nnttnnnnninnnutinnniiinnniiiiiiinniiiiiiiinliuuniiniiitiniiiinit Opervlakkig waarnemen helpt hier niet, de meeldraad ligt verscholen in de holte van de portière; en de stamper? zie, dat is de drievoudige pluimbos zelf, die het dak van de poortjes vormt. In de botanie heet dat een bladvormige stempel. Maar het belang wekkendst van de inrichting is wel, dat van die stempel eigenlijk maar een heel klein puntje de stempelfunctie heeft overgenomen; een driehoekig slipje van een millimeter verricht alles wat een goede lisschen-stempel moet doen, dat is: eigen stuifmeel weigeren en vreemd stuifmeel met voorkomendheid aannemen. Hoe het mogelijk is, moet ge zelf maar uitvisschen. Daartoe hebt ge maar te letten op de bewegingsrichting van dat kleine klepje. Heelemaal precies weet ge 't dan nog niet. Dan zoudt ge een van die roodbruine snuitvliegen moeten vangen en met een vergroot glas bestudeeren, en passen en meten, en tot uw verbazing ontdekken, dat de verschillende lengten en breedten van de lange snuit en van 't lijf en van de pooten nauwkeurig passen bij de afmetingen van de lisschenbloem. Ook zit er voor iemand die 't goed weten wil, een volle dag van studie op, om voor zichzelf uit te maken, of er nu werkelijk twee uiterste vormen van lischbloemen bestaan: n voor de groote hommels, n voor de zooveel kleinere snuitvliegen, kenbaar aan zeer wijde en zeer nauwe poortjes; en hoe 't met de tiisschenvormen gelegen is. En dan de zes vreemd aangeduide honingpotjes, en 't inrollen van de bloem tegen den avond l Of dat mis schien ook zelfbestuiving bevordert, ingeval er eens geen welkome gasten op bezoek kwamen? En de kleine diertjes die vaak in de honingpotjes verdrinken l Dat alles is 't verzorgen van een bloeitak best waard; en er is nog zooveel meer; de vruchten, de drijvende zaden, het ontplooien van de bloemen, de mooie ineensch'akeling van de zwaardbladeren met de luchtkanalen. Wer kelijk, elke onderdeel, elke doorsnede zelfs van een lischplant is een mooi en zinrijk teekenvoorbeeld. Of je hem neemt vlak bij den wortelstok of vlak onder de bloem door 't vruchtbeginsel, er zit altijd ornament in; daarom alleen moest ieder van lisschen hou den. E. HEIMANS. CORKESPOïJ DEXTIE. Aan allen die mij om een opstel over een bepaald onderwerp vroegen, antwoord ik: Bij gelegenheid. Intusschenben ik blij met de vraag. Oud-leerling, l'w bloempjes zijn: de zeld zame Donkere Geranium (G. phaeum); Vleugeltjesbloem (Polygala) en 't Vrouwenman teltje (Alchemilla vulgaris). v. G. te P. De vreemde Margariet vertoonde een zeer sterke verbreeding of bandvorming. G. te S. Ook uw boterbloem was met deze^ kwaal behept, ik heb zoo wel eens dertig bloemen en bloemstelen tot n vergroeid gevonden. Vooral bij esschen, wilgen en paardebloemen komt 't verschijnsel vaak voor. C. M. te Breda, 't Gezonden plantje is een roode boschbes (Vaccinium Vitis Idea). J

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl