No. 1519 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. kend};is')en toch brachten zij meesterstukken voort, die thans de trots van menig museum «n particuliere verzameling uitmaken. Behalve het kerkzilver en de gildegoederen is er een verzameling draagteekens byeengebeacht van de gemeenteboden in de ver schillende plaateen van Zeeland, terwjjl er ?onder het gebrnikszilver vele stukken aan wezig zyn. die getuigen van kunstvaardigheid «n goeden smaak der bewerkers. Op het middengedeelte van den kelk een vergulde banderol, waarop staat geschreven : Hi tre» fuerunt compottella. Daaronder het jaartal 1595 en de namen van de bedevaart gangers. Rechts daarvan volgt een reeks van later daarop gegraveerde namen met het jaartal 1611. De derde daarop volgende reeks omvat de namen, met het jaartal 1604 tusbeide laatste reeksen. Lager vindt men nog andere namen gegraveerd met het jaartal Gedragen koelvat uit de XVIIe eeuw. In het bizonder zij de aandacht gevestigd «p de verzameling munten en penningen, waarbij minder is gelet op het historisch belang, dan wel op de groote kunstwaarde. Deze kleine voorwerpen bezitten toch een bron van onschatbare gegevens voor onze kunstnijverheid, een bron, waarvan tot nu toe nog te weinig gebruik is gemaakt. Hier onder zal men nu meesterstukken van den ?érsten rang kunnen bewonderen, die boven dien in prachtigen staat verkeeren. 1611. Binnen in dsri beker staan in het rond namen, Ano 1694. Het ondergedeelte van den voet is gegoten met ryfc bladornament; om den gedreven baluster bevinden zich vier armpjes. Het deksel is versierd met bloemornament «n wordt bekroond door een beeldje voorstel lende een bedevaartganger of zooals de gildebroeders zeiden: St. Jacob in pelgrimage. Merken: Breda Ster D. Gemeentebestuur van St. Maartensdijk. Zilveren bekertje op den slag bij Duins (van de keerzijde gezien). Mejnfirouw Marie de Man had de groote vriendelijkheid om deze afdeeling te beschrij ven en te ordenen en deed dat op eene wijze die boven alle lof is. De gouden en zilveren voorwerpen zijn in de volgende groepen verdeeld. Bij iedere groep volgt van het voorwerp, dat afgebeeld is, eene beschrijving. Beken, Schalen en, Kroezen. Metalen bekers, Ananasbeken, Molenbeken, Kokotbekers, Drinkschaled, Kroezen, Kannen. 1595. Gedreven zilveren beker van het St. Jacobsgilde te St. Maartensdijk. lliiiiiiiiiiiilllliliimiiitiHiiiliimiii J/e 'k.HOÜt..->'....L Aftoot ! et C/c noaruu 1639. Zilveren bekertje in den vorm van een vaas op voet met twee oortjes. Op den kelk zijn in twee medaillons episoden uit den slag bij Duyns gegraveerd. Op de eene voorstelling is het een schip met de Middelburs;sche vlag, op de andere een met de Vlissingsche vlag, die elk tegen een Spaansch schip ten strijd voeren. Rond beido medaillons een omschrift luidende: Dits wt den slach tot ons gecommeu Opdat elck mach Godt heuchlijk sommen Het Spaens gewelt en vloot seer crachtig Die is gevelt voor Godt almachtig. Doch Godes Handt, d'Heyl van ons Landt Bracht die meest 't onder Die Spaensche vloot, hoe sterk die schoot En machtig wonder. Anno 1039. Den 21 October. Onder den voet is gegraveerd: Eliias Bartelmeusen. Merk: V ? het overige onleesbaar. 1613. Gedreven zilveren Ananasbeker zon der deksel. Rondom den buitenrand boven aan staan namen gegraveerd en het jaartal, den 25 Juli 1013. Merken: Zierikzee Pelikaan G. 1580. Zilveren gedreven drinkschaal. De baluster van den voet is door vier leeuwen kopjes met ringen in den bek omgeven. In de schaal het wapen van Zierikzee, gehalveerd met dat van Duiveland, vastgehouden door een meermin en een triton en omgeven door een rand van knorornament. Onder' den voet het gegraveerde omschrift: Bosschuysse * Van de * Velde * Hubert * en Mogge mede Waren * in * tjaer * XVcLXXX tresorieren * der * stede. Onder de schaal: Calamitatibus * candiq(ue) * iamdudnm * opressa respiro. Om den bovenrand der schaal het omschrift: Orange won de graef syn vaders erf en sta'dt. Als Zierickzee dees vier tot tre sorieren hadt. Pieter van Couwenbergh. Pieter Mogge. Aelbrècht van der Hucht. Hubert van der Boeye. Anno 1674 den 28 October. Merken : Zierikzee G Klaverblad. Ge meente Zierikzee. 1590. Gedreven zilveren drinkschaal in 1590 door den raad der admiraliteit van Zeeland vereerd aan Evert Heindrixsen (stam vader der Evertsen). De voet bestaat uit een omgekeerde vaas met gedreven bloemorna ment versierd en een baluster door zes armpjes, in vrouwenkoppen eindigende, om geven. In de schaal de gedreven afbeelding van het schip van Heindrixsen, genaamd de Dolphyn in een rand van knorornament. Op den buitenrand het gegraveerde omschrift: Deur Godts ghenade als de expaerde heeft Evert Heindrixsen tlant voorghestan met den swaerde 1590. Afkomstig van wijlen de douairière M. M. de Jonge van Campens-Nieuwland, laatste afstammeling van den mannely ken tak van den admiraal Cornelis Evertaen. Merken: Vlissingen Bloem. Gemeente Mid delburg. Aanvang 17e eeuwr Gedreven zilveren drinkschaal (Hansje in den kelder). De voet is versierd afwisselend met schildjes en fruitornament op geciseleerden grond. (Wanneer de schaal met vocht wordt gevuld ryst een naakt kinderflguurtje uit een verhoogd ge deelte, uit bladornament bestaande). W. A. Graaf van Lynden Koudekerke. Onder de bekers en kroezen, van welke hier geen afbeelding pr(jkt, heeft de volgende behalve andere ook historische waarde. Zij is omschreven: 1560. Gedreven kroes met gegraveerd bloemornament. In een band de volgende spreuken: verbum sapienti Requies alibi Wat ghij doet doet wyselyck Siet aen het einde." Aan den voet rondom den kroes drie fraai gegraveerde voorstellingen met deze opschriften: Claes sprinckt soo dol als waer hy' vol Springh lustich Sels schort op u pels Al soetis griet soo haestigh niet." Op den bodem staat gegraveerd : M D LX. P De St Aldegonde In. Memor. Rev. Et Record D. D. Et Vot. Lub Solvit H. Pat. Frati Cariss. P. De Sells Norc. Fil. Et. Conjugi Dii' Jttarnix. (Deze kroes is afkomstig van Marnix van St. Aldegonde). C. M, E. von Löben Sels, 's-Gravenhage. Schotels. Ovale gedreven zilveren schotel met eene voorstelling van de hemel raart van Elia in het midden. De rand is versierd met bloemen en vruchten en medaillons met per sonen uit de oudheid. Duitsch werk uit de XVIIe eeuw. Merken: Keulen (?) ge kroonde F. W. Graaf van Lynden,jKoudekerke. Serviezen. Olie- en azynstellen, mosterdpotten, zoutvaatjes, peperbussen. Lepel», Messen. Vorken, Klontjeitangen en kurkentrekkers. | Bou'Moire, Theepotten, Theebussen, RoomKunnen, Brandewijnkannen,. Gedreven zilver vierkant theebu?je met bloemornament versierd (Eind XVIIe eeuw). Merken; Amsterdam inansbuste D. A. Winkelman, Vlissingen. Gedreven zilveren vierkante theebus; de vlakken zy'n versierd met ryk bloemorna ment. (Eind XVIIe eeuw). Merk: Klaver blaadje. A. Bakker. Kistjes, mandjes, enz. Boekb inden. Horloges, kettingen en lijfssieraden. Zeeuwsche Boerendracht. Etagère-goed en kinderspeelgoed. Zegelstempels, cachetten. Draagteekens. Gildeplaten van Goei. Voorwerpen en penningen betrekking hebbende op Napoleon T. Voorwerpen tot kerkelijk gebruik: Israeli ische gemeente; Roomsch Katholieke ge meenten ; Nederd. Hervormde gemeenten; Luth?rsche gemeente. Middelburgsch, goud- tn zilversmidsgilde. Voorwerpen van verschillenden aard. Munten van de Xllle tot en met de XlXe eeuw ; Noodmunten ; Penningen van dt XVIe tot de XlXe eeuw. HllltlllllllllllllllHIUIIIIIHIIIMHIIIIItlllHIMIIHHIMIIIHIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIHIIIIM IIIIIIIHMIIIIIIMHIMIHIIIIMHMMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIflIIIIIIIII Mr. J. H. Geertsema. Mr. Johan Hendrik Geertsema werd 30 Juli 1816 te Groningen geboren, studeerde en promoveerde er 29 Juni 1839 tot dokter in de beide rechten, vestigde er zich als advokaat, werd er, in 1863 gekozen tot lid der Tweede Kamer, in 1805 benoemd tot secretaris van Curatoren der Hoogeschool en in 1851 tot notaris, kreeg er zitting in den Raad der Gemeente en in de Staten der Provincie. Na aftreding van Minister Thorbecke in 1866, ivolgde hij dezen op als minister van Binnenlandsche zaken. Dit ministerschap duurde slechts enkele maanden. In Augustus koos Haarlem mr. J. H. Geertsema tot lid der Tweede Kamer, en als zoodanig, Groningen twee jaar later. In Januari 1869 volgde zijn benoeming tot lid van den Raad van State. Den 16en Juli 1872 nam hij de portefeuille van Binnenlandsche Zaken op, in het Kabinet, gevormd door Fransen v. d. Putte met mr. iHllltllliiHiillliMlliMMllllillliliiiiiimiiiililiiiitiiiiiim llllMMItlllllltMIIIllllllllll f L L N. .*.?. ,\( / W p P ru f H r K ^ RN i t" H P rv N*\ ft R 2 ^rj ? $ Ifl N p & f 1 1? R E f N CHRcNibfHf.v'LftAC, ONPERf»tHEII?T PEZËM ft f» N p Z «: H - vuöR.. v t Lf^N EEN RtPErt TtMÉER-tS 91 ^rRJJ MET C-LT ?IN-HET-BiMTeNI-ON.P-NEEmr vfloERrjE !>f l I 'Hf'K- «[ t o E£Mi tErv^iv^ 5fSLi/,T 'V.ROL F R PINK R v K. &REOFUS ? va.y .UITBAAT «N(ION »«»R BÉ. 'FKieS LpJ\IJ> EEN . KoELE/vJ ? PC. i <- H T ? OP. SPITS BÉRQÉM ? VERVuttE IN( .<