Historisch Archief 1877-1940
No. 1524
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
sterfgevallen (onder zijn gedichten is er^en,
aanvangende aldus: Dierbaar wichtjen,
thands het tiende, dat mij 's aardrijks schoot
bewaart l") en die bovendien een byster-shcht
financier was, daarmee niet rocdgekomen
zyn. Dus zag hy' zich wel verplicht te trachten
door het geven van lessen endoor het schrijven
van verzen den schoorsteen roekende te
houden. En inderdaad verbazingwekkend ij
in hoevele vakken hij onderwees, en hoevele
dichtbundels in korten tyd er van de pers
kwamen!
Eindelijk, echter, daagde er uitkomst. Dank
den goeden zorgen en Jc-n geldelyken steun
eeniger vrienden: waaronder Jeronimo de
Vries en Johan Valckeuaar inet name dienen
gedoemd, werd den dichter de gelegenheid
geopend met de zijnen naar het vaderland
terug te keeren. In de lente van 1806 gaat
hij aan boord der tjalk De Hojp," en het
jubelt van zy'n lier:
Zoo zal ik dan na zooveel jaien
Mijn dierbaar vaderland herzien,
^a zooveel schrikbre doodsgevaren,
Na zooveel prangend zielsbezwaren,
Myn Holland wear in de armen vlien!
Juist had de raadspensionaris der
BataafBche republiek Kutger Jan Schiinoaelpeuninck
de plaats moeten ruimen, en was het
koninkryk Holland geschapen, aan welks hoofd de
welwillende Lodewjjk Napoleon. Deze, een
?warm vriend van kunsten en wetenschappen,
trok terstond zich het lot des teruggekeei den
dichters aan, dit openbarend op meer dan
n wijze: niet het minst door het toekennen
van een pensioen telkens even rijkelijk als
graficus vermeerderd : woningen,
buitenverblyven, allerlei gemak werd tut zijn
beschikkiniz gesteld."
Niet. vreemd dat onder zóó gunstige omstan
digheden de (UctUader des zangers bijzonder
rijk vlowdel Wederom verlaten tal van bun
dels de pers; terwy'l onder de diehtsojrtea,
?waaraan hy zyn kraeaten wyd(, nu vour het
eerst wij qpk ontmoeten hut treurspel en het
epos.
Bjj laatstgenoemd denk ik aan bet beroemde
Ondergang der eerste Wareld'; een
stoutopgezet kunstwerk, dat evenwel jammer
genoeg! nimmer i» voltooid. Kuit vóór
het einde vau den vyfjvn zan$: midden in
een regel, breekt plotst-ling en voor goed
het af. Da Costa oordeelt dat m dit poëem
des dichters stem is als het kerkorgel: weer
gevende in de verhevtnste eenheid alle
uitingen der menschelyke ziel: donderenden
zuchtend, schaterend en kermend, naar altoos
en overal in zangerige lonen, trillend tot in
het diepst der ziel..,."
Wat tot het onverwacht staken van
zójgrooisch-ontworpen en zóó koen yooitgezet
kunstwerk zeker wel het zyne zal bijgedia^en
hebben, was de groote omkeer, welke ju'St
toen wederom er in den staatkundigen
toestand van ons vaderland, en in verban!
daarmee ook in des dichters omstandigheden,
plaats had!
In 1809 was het plan tot Ondergang der
eerste Wareld" op touw gezet; en binnen
enkele maanden reeds waren vier zangen
Toltooid. Doch daar licht 1810 aan! Lodewijk
Napoleon, van boven af daartoe gedrongen,
doet afstand van de regeering; en bij de
kreet van 9 Juli wordt het kouinkryk Hol
land ingelijfd bij het Franse h e keizerrijk ;
tengevolge waarvan Bilderdijk zich nu plot
seling n van zijn beschermer, n van zijn
jaargeld, beroofd ziet. Zóó benard de toe
stand dat straks heel zijn inboedel voor
a:huld wordt verkoelt. Hijzelf verklaarde
soms geen drie stuivers in huis te hebben.
Bilderdijk heeft honger geleden l" schrijft,
met het oog op deze periode in des dichters
leven, W. .-. Hofdijk.
Wien verbaast het onder zoodanige omstan
digheden den dichter te hooreu verklaren,
. EENE SCHAKING.
Naar 't Framch van PAUL GIXISTY.
-M»
Op 't oogenblik, dat mevrouw Chatel bellen
wilde, begon haar hart heftig te kloppen.
Haar hand, die het eUctriscbe knopje al
bui a aanraakte, viel naar beneden, en op
de stoep staan blyvend, trachtte ze met al
haar wilskracht tot een besluit te komen.
Het is werkelijk een lastige, zeer
byzondere opdracht, die ik op mij genomen heb!"
mompelde ze.
Ze haalde (Jen brief, dien ze even te voren
ontvangen had, uit haar zak, naderde de
trapleuning en las nog eens haastig by den
schijn van het licht:
Mijn Suzanne, mijn lieve trouwe vriendin !
Het is een dwaasheid, ik weet het, maar nu
ii er niets meer aan te doen. Zelfs jou, my'n
intiemste viiendin, heb ik niets willen be
kennen, uit angst, je zoudt my door het
verstand ingeblazen" adviezen kunnen geven.
Ik wil van verstand niets weten, ik wil, ge
lukkig zijn, ik wil leven, tot eiken prijs'
In het bekrompen bestaan, dal ik tot nu
toe voerde, ben ik bijna gestikt. Ik ga met
Louis Jurvières heen. Ja, een schaking, een
romantische ontvoering l Ik geef toe aan een
hartstocht, waartegen ik niet meer strijden
kon. Waarvoor ook strijden?... Hij houdt
zooveel van my, dat mijn offer gelijk staat
met het zijne.... Als je eens «rist, welke
heerlijke rillingen ik krijg, nu ik mij in dit
avontuur heb begeven, hoe bedwelmd ik ben,
door de vrijheid, die ik eindelijk veroverd
heb ! Eerst gaan wy naar Engeland, vanwaar
ik je schrijven zal.
Nu moet ik je echter nog een groot ver
zoek doen. Ofschoon ik niet wil dralen en
geen berouw heb, voel ik toch een weinig
medeHjden bij de gedachte aan den schrik,
en het verdriet van mijn man. Wij beiden
zijn zoo totaal verschillend van elkaar, en
hij heeft mij nooit begrepen. Maar ofschoon
hy er zich niet van bewust is, wat ons van
elkander scheidt is hy toch, zooah je weet,
een braaf en edel mensch. Bereid jy hem
nu langzaam op een tij ling voor, die hem
zonder twijfel zeer zal verschrikken, daar hy
in de verste verte niet giste, wat er in my
omging. Vertel hem omzichtig mijn besluit l
Efi breng hem langzamerhand op de gedachte
van een scheiding, waarvoor ik hem alle
wapens geleverd heb! Bespaar hem alles,
wmt te v ree sel ij k zou kunnen zy'n! Ik zelve
stel my' in handen van het noodlot.
Gegroet en gekust door je
Lucienne "
dat tot het voortzetten van zy'n epos hy
noch lust, noch roeping -voelt!....
Aanstonds, gelukkig! kwam althans een
kleine toelage" van de zijde der nieuwe
regeering te hulp Voor het overige trachtte
ook nu weer door het geren van lessen en
door het >chryven van verzen hy in ''e be
hoeften van zich en de zijnen te voorzien.
En dat ondanks ailei zijn Mu?e hem niet
verlegen liet, bewijst wel liet mede in dezen
ty'd hem uit de ziel geweld geestdriftig en
profe isch Afscheid", den ] Oen Januari 1811
voorgedragen in de Amsterdamscheafdeeling
der Hollandsche Maatschappij van Kunsten
en Wetenschappen, waarin de zanger ?choon
onomwonden erkennende den val van zijn
land toch desondanks weet te eindigen
uiet het hoopvol :
T)ees ellenden
Gaan volenden;
En verpletterd wordt het juk'
Holland leeft weer,
Holland streeft wee-,
Met zijn afgeleg Ie vlag,
Door de boorden
?? Van het Noorden
Naar den ongeboren dag."
Holland groeit we T!
Holland bloeit we-r!
Holland's naam is wê-r hersteld!
Holland, uit zyn stof verrezen,
Zal opnieuw ons Holland wezen;
Stervend heb ik 't U gemeld"....
En deze heil voor zegging werd vervuld!
Nederland's herstelling daajzde; en hiermee
zij het dan ook slecriU tot zekeie hoogte
mede voor Bilderdijk een betere tijd.
Oranje, die hem al tijdens zijn balling
schap nooit had vergeten, lirt o<>k nu zich
niet onbetuigd. Hem ecu flinke maatschap
pelijke positie: een hem pass°nden werk
kring, te bezorgen, evenwel, mocht den vorst
niet gelukken. Door zijn eigenaardige denk
beelden en opvattingen door zijn grillen en
zonderlingheden, had Bilderdijk zich
ouniogelijk gemaakt. ...
Ten jare 1817, nadat een hoogleeraarszetel
aan het athenaeum aldaar hem is ontgaan,
verlaat hy het voddig Amsterdam," dat
helsch gruwelnest", dat akelig gat," om
zich te Leiden te vestigen.
Opnieuw tal van dichtbundels. Voorts ver
schijnen omtrent de^en tijd tr v .n hem ook
taalkundige en grxl^eleerde werken. Tevens
houdt hy voorlezingen over de vaderlaudsche
geschiedenis.
Hoe langer des te meer, echter, trekt men
zich van hem terug; laat hem alleen slaan;
stelt zelfs zich vijandig tegenover hem.
En geen wonder! Of huldigde hij niet
de leer: In af hankelykheid alle geluk.
Individueele vrijheid de grootste jammer voor
den mensch en voor alle schepsel.' Voorts:
erkende hy niet in de wereld zich niet thuis
te gevoelen; voor niemand te wijken ; voor
geen wederstand te buigen, ieders gunst en
welwillen openlijk te versmaden ; en tegen
te dMiischen, «aar alles plooide!...
Aid-a dan ook: tien jaar later (1827) wordt
mede de sieutelstad hem te eng, en ?erhu st
hij naar Haarlem, waar zooals in het
voorgaande we bereids zagen zijn echt
genoot hem kwam te ontvallen ; terwijl reeds
na enkele maanden hijzelf haar volgde in
den dood.
Door de goede zorgen der rederijkerskamer
De wijngaardranken'' wijst een gedenksteen,
dragende zyn naam, de p aat», waar menden
grooten dichter ter ruste legde.
* *
*
Den grooten dichter." Zelfs Cd. Busken
Hiiet zeker toch wel gren bevooroordeeld
vriend van Bilderdijk ! prij-t hem onder
de vaderlandsche zangers een der eersten
en beroemd .ten." Geleerde : wetenschappelijk
Alles is heel duidelijk,"zei mevrouw Cha
tel, en de opdracht uiterst onaangenaam!...
Wat voor toekomst Lucienne zich schept!...
Als ik maar wist, hoe ik den armen Auger
moet voorbereiden !...."
Zij liet zich aandienen. De heer Auger kwam
haar met uitgestrekte hand tegemoet. Hij was
een man van in de veertig, met een opge
ruimd gezicht, en zijn geheeie wezen ademde
goedheid en vertron *en. Hij droeg een gouden
lorgnet, en toen hij op Su'.anne Chatel toe
liep, nam hy een zwart zijden kalotje af en
frommelde het tusschen zijn vingers.
Welke gunstige wind voert u hierheen,
lieve mevrouw Chattl 's" riep hij en noodigde
haar met een handbeweging uit plaats te
nemen.
Xeeint u mij niet kwalijk, dat ik zoo laat
kom... al over zevenen!... Maar ik mott
u spreken."
Lucienne is nog niet thuis... Visites en
boodschappen, weet ik het... Binnen enkele
minuten zal ze hier zijn."
Ja, juist over haar wou ik met u spre
ken ...."
Mevrouw Chatel keek den heer Auger
onderzoekend aan. Ze geloofde nog nooit zoo'n
vreedzaam, opgeruimd en toch ernstig gezicht
gezien te hebben. En als in n minuut
dese rust geheel verstoord is !" fluisterde het
in haar.
Ik verheug er mij op. een oogenblikje
met u te babbelen," begon mijnheer Auger.
U is zoo'n verstandig iemand, ja, zonder
complimenten ... Jong en mooi als u ij, houdt
u toch niet van oppervlakkigheid, en stelt
u belang in een massa dingen waar Lucienne
den neus voor optrekt..."
Ja juist, Lucienne ...'
Mijnheer Auger stond op. Hij ging naar
een glazen kast en opende die voorzichtig.
U, neen u spot niet met een ouden ver
zamelaar... U begiijpt d(3 kleine, reine
vreugde van het zoeken en vinden van een
voorwerp, waarnaar men reeds lang verlangd
heeft... Welnu, lieve mevrouw l hatel, u
ziet een gelukkig mensch voor u."
Mevrouw Chatel huiverde onwillekeurig.
Ja," ging mijnheer Auger voort, kijkt u
eeas naar dezen gedamasceerden sleutel!
Tu schen de rozen en madeliefjes hier, draagt
hy' twee ineengeslingerdu. letters... Dit is
parel van mijn verzameling ... Het werk ig
nu juist niet van volmaakte afwerking, neen ..
mair weet u, d*t het door Lodewijk XIV
gemaakt moet zijn? Sedert twintig jaar weet
ik, dat deze schat bestaat. Vóór ik hem be
machtigen kon, is hij door vele handen ge
gaan. Ik lag als een jager geduldig op de
loer... Eergisteren eindelijk, door eengroot
toeval..."
Wat een verwarring!" dacht mevrouw
geleerde, was hij allerminst: schcon veel
wetende (o. a. verstond hy niet minder dan
twintig talen I) in uiet n vak geheel thuis.
Met het proza stond by altoos op gespan
nen voet. Ze'f verklaart hij: Ik kan geen
pro'a pchrijvi'ii"; of elders: 't Proza is een
moeilijk diug, en steeds moeilijker voor mij !'
Maar poë-.ie?... Daarin denkt, daarin voelt,
daarin leeft hij! Dan volgt my de taal; dan
slaat ze mij ten dienste; en alles vliegt op
mijn »eok<n, en schaart zich als een
wctgeordend leger op zijn hoefslag." Het
verzenmaken is mij zoo natuurlijk als het adem
halen : ik kaïi'het niet laten:
Die mij van een toren stiet
Zou me iu gruizels doen verbrijzelen;
Maar dit gruis naar allen schijn
Zuu gebroken verzen zijn!"
Met alle recht dan ook mocht hém-aan
gaande Hofdijk schrijven: Geen traan in
zijn, oog, gt en lach om zijn mond, geen zucht
iu zyn- horst, of hij heeft ze vertolkt in een
lied! Geen tiilling van vrel of yan wee in
zijn prikkelbaar hart, of hij heeft ze uitge
stort in zangen!' /
En aan elke soort van Doëije uitgeno
men slechts het blijspel: als l JKgende geheel
buiten zijn aard en richting heeft hij zich
gewijd, en op elk gebied (met uitzondering
alleen van het treurspel) tuteoterwerken ge
leverd.
Bereikt almede in de beschrijvende poëzie
hij een bij-uitstek-hooge hoogte; vóór alles
toch i< hij lyrisch zanger: in zyn He leren
gevende zichzelven: eigen innigst innerlijk.
En dan, welk een rijkdom van gemoed! wat
diepe gedachten! hoe weelderig een fan! a/ie!
Ook: welk een macht over deii vorm!
Geen Nederlandsen dichter ooit heeft met
f'e keuze, de opvolging, de afw fseling, de
tegenstelling der klanken, met het rijden P"
dalen van den Loon, getooverd als Bilder lijk."
(Beets).
Ondanks dit alles, echter, is hij nooit
populair geworde . En nu mo^e het waar
zijn dat in de-e hij onder de vaderlandsche
dichters waarlijk niet alleen staat; ook waar
toch is dat wat hem betn ft, er vojr
die in populariteit bij'.oudere redenen waren.
Immers, niet alleen dat in taal en beelden
hij vaak ie hoog gaat: boven het bereik zelfs
van meer-beschaafden; maar ook al te zeer
stond met zijn denkbeelden: zoowel in bet
godsdienstige en kerkelijke, als in het staat
kundige en maatschappelijke, hij alleen : lijn
recht tegenover den geest eu het streven
van zijn tijd en zijn volk. Als in kleedij en
leefwijze, was ooi in denken en willen hij
bijzonder ouderwe'sch. Voegt hierbij uu nog
zijn uiterst somberen, ook in zijn gedichten,
natuurlijk! zich niet verloochenenden, aard,
welke bijv., schoon eerst in '3L hij kwam te
overlijden, hen ree Is in '11 zijn \f-cheid"
deed dichten; en die, zoowel bij net verde
digen van eigen, als bij liet bestrijden van
anderer standpunt en zienswijze, hem
byzonder hard en ruw te werk deed gaan
en duidelijk is dat het wel niet anders kon
of, hoe langer des te meer. moest wel hij
ieder van zich vervreemlen: hoe langer des
te meer hij alleen komen te staan! Belijdt
trouwens hijzelf niet:
Ik weet: mijn ziel is overtuigd,
Dat in inijn eigen hart
De jammerlijke bronaer ligt
Van alle levenssmart! ' ?
Wat ona. aangaat, echter: ons, levende
honderdvijftig jaar ua Bilderdy'k's geboorte,
vergeten, bij zijn waardeering, we niet dat
op allerlei wijzen en uit allerhande oorzaken
hij veel heeft geleden: u naar het lichaam
n naar de ziel: pijn en smart! Schier geen
ramp welke hem gespaard bleef. Ook hier
gelde het humaan: Alles weten n alles
kwijten."
Bovendien, hoevele en hoe leelijk ook de
fouten en tekortkomingen van den mensch
Chatel. Alsof het mij hier om sleutels te
doen was! '
Zij trachtte het gesprek op iets anders te
brengen, maar mijnheer Auger was niet ?an
zyn onderwerp af te krijgen.
Ziet u," zeide hij, ieder schept zijn paradijs
in deze wereld naar zijn eigen smaak. Voor
mij ligt het geluk in de verovering van deze
zeldzaam heden en als ik zegevierend uit
den strijd te voorschijn Ireed, dan beschouw
ik ze steeds met eerbie l en liefde "
Ligt daarin niet wat al te veel zelfzucht ?"
vroeg mevrouw Chatel naar een overgang
zoekend.
Ik geloof niet, dat ik daar iemand onrecht
mee doe," antwoordde de heer Auger met
uaïve verbazing.
Natuurlijk niet.... Maar gelooft u, dat
het een jonge vrouw zooals Lucienne met
een hartstochtelijk... een weinig ongedurig
karakter... voldoet, oud ij «er te bedonderen
zooals u ? ..."
O, ik vergeet haar nie'.. .. Wacht eens,
ik zal u in het geheim inwijden !..."
Hij opende de lade van een klein antiek
meuoeltje. Hier heb ik een echte oude
broche... . Zoodra ze gerepareerd i.?, geef
ik haar aan mijn vrouw cadeau."
Mevrouw Chatel voelde zich teleurgesteld.
Hoe weiui^ was deze uitstekende, eenigszini
wonderlijke man verdacht op het ongeluk
dat hem wachtte! Meer dan een kwartier
was al met deze kinderachtigheden verstreken.
En Lucienne snelde in den trein, die haar
met zich voerde, den afgrond tegemoet!
Met meer vastheid zeide ze nu :
Beste vriend, heeft Lucienne misschien
buiten uw wil zekere kleine beleedigingen
of onaangenaamheden ondervonden?"
Lucienne ?"
Mijnheer Anger scheen zeer te ontstellen
door die. vraag.. Hij dacht een oogenblik na,
terwijl hij nog steeds de broche bekeek, die
hij in de hand hield, en met aandoenlijk
kinderlijke overtuiging antwoordde hij toen:
Neen... nooit.... Zij weet trouwen9
hoeveel ik van haar houd, neen, waarachtig,
zij is heel gelukkig, dat weet ik zeker."
Driedubbel blind!" dacht mevrouw Chatel
toen ze vol vertwijfeling bemerkte, dat het
onmogelijk was, eenige achterdocht te wekken
in deze open ziel. Dat kan zoo niet verder
ga^in.. . . Als het hem tot in dezen graad aan
nieuwsgierigheid ontbreekt, dau moet ik het
met zwaarder geschut beproeven."
Mijnheer Auger had iutusschen zy'n rust
weergevonden en haalde juist een prachtig,
klein geheimslot te voorschijn, dat den vorm
ha l van een klok.
Om het te openen, moet de wijzer op een
bepaald uur gezet «orden . .. zoo ... ziet u
is het niet ver/ukkelyk?"
Bilderdy'k mogen geweest zijn, dit neemt
niet weg dat de gaven van den dichter Bil
derdijk groot blijven en grootsch. Zoo ry'k
ik herhaal wat in den aanvang van dit
opstel ik schreef zóó rijk aan poëten zijn
we niet, dat wij de herinnering aan een der
uitnemendsten niet in dankbare gedachtenis
zouden houden l
Amsterdam. P. VAN DER VEEN.
MlllllllllllulllimmiHIIIIIIHIIIHIIIIIMHIIIIIIIMttlllltHMIinillltllllttlllllHI
Inhoud van Tijdschriften.
Onze L'e w, 9e afl.: Noortje Velt, door
Jacqueline E. van der Vaals, III, slot. Het Par
lement en het spooiwegpersoneel, door jhr.
mr. H. Smissaert. Briefwisseling van Bak
huizen van den Brink met zijne vrienden
gedurende zijne ballingschap (1844 1851),
uitgegeven door mr. S. Maller Fzn., VII, slot.
Verzen, door Renéde Clercq.
De XXf. Etuw.Se afl : Ethiek en maatschappij,
door dr. C. .1. Wynaendts Francken. Gedich
ten, door J. Reddingins. Uit het dagboek
van e*n hypochonder, door J. Everts Jr,
Aan 't labeuren, door Renéde Clercq. Is
cels'raf' nog langer geoorloofd en gewenscht?,
door dr. A. Aletrino. Gnosis en evangelie,
door prof. G. J. P. J. Bolland.
Voor-geschiedenis en vestiging vari den Oranje-Vrijstaat,
door Ar. Hendrik P. N.'Muller. Staatkundige
kroniek, door mr. H. P. Marchant.
De Bewig'.vrj.Sept.: De wettelijke
tienurendag, door J. Molenmaker. Kembrandt
vereerintr. en Rembrandtnavolging, door Frederik
van Eeden. Duitschegedichten, vertalingen,
door Albert Verwey. Quiabsurdum, slot,
door Nico van Suchtelen. Op de Heuvelen,
door Fred. van Eeden. Boeken, menschen
en «troomingen. door Will Vesper. Die
Frnte aus acht Jahrhunderten Deutfcher
Lyrik, door Albert Verwey.
Boekbeoordeengen, door A PX Gutteling.
I ragen van den Lag, Sept.: Mr. Willem Bil
derdijk als geoloog, door H. Blink. Dr. C.
Easton, Het sterrenstelsel. F. Adriani, De
poeiale l etee'jenis der epidemische en besmet
te ij ke volk<ziekten K. Sideiius, Zintuigen
en zenuwen by de planten. Bibliographie.
Van maand to maand: Hoe de lente komt,
door Mieterlinck. De klassieke talen en hun
beteekenis voor het hooger onderwijs en de
a' ,'eineene vorming, door prof. J. Mac. Leod.
ludi-ioh nalnnrso.hoon. I, De tuin voor water
en moerasrjlanten te Buitenzorg. II, Palmen,
bamboes, door H J. Wigman.
Groit Xedirltmd. Sept.: r R. A. Kollewijn,
De dichte»Bilderdijk. -r- Louis Couperus. Son
netten. Kard van de Woestyne, Afwijkin
gen.?L. S. Hijlsma. Verzen. Dr. Edw. B.
Koster, Demonen vandeNotreDamp.?Fokko
Bos. Zijn dro >m van geluk.?J. Rpddingius,
Spel. Ad. Herckenrath, Dit is het leutig
weik enBoomen bij avond.?Frans Coeoen Jr.,
Vondelverval-ching ter eere van Retnbrandf.
Dii Vrouw en. ff nar Huis, No. 5 : Ik houd van
je ... door lobanna Steketee. De stoel in het
woonhuis, door 'l ies Bles. Prin'es Anna van
Hannover als Moeder, door Johanna W. A.
Naber. Een praatje over knnstnaaldwerk,
doorElisM Rosge. Iets over bloedarmoede,
door dr. J. Schrij /er. Onze planten, door dr.
A J. M. Garjeanne Op moeders verjaardag,
door B E van Oss^len- van Delden. Gehoor
zaamheid, door J. van Leiden. E'ck wat
wils. Wat men ziet en leest. Voorradige
knippatronen.
(Zie vervolg pag. 10.)
cht Victoriawate
OBERLAHNSTEIM
cht Victoriawate
Suzanne Chatel werd ongeduldig. Deze
echtgenoot was werkelyk te naïef. Vroeger
had ze Lucienne veroordeeld; nu begon ze
deze dwaze, vertrouwende goedigheid te laken.
Wie weet, misschien handelde baar vriendin
goed, toen ze haar onstuimig hart uit deze
docdende omgeving, uit deze verlammende
atmosfeer, waar geen plaats voor warme ge
voelens was, trachtte te redden.
Toen al haar bemoeiingen om de treurige
onthullingen zoo verschoonend mogelijk in
te leiden, mislukt waren, stond ze op, ging
naar den verward rondkjjkenden heer Auger
toe en greep zyn handen.
Arme vriend," sprak ze, daar gij mij niet
begrijpen wilt, ben ik genoodzaakt, my duide
lijker uit te drukken. Lucienne...
Op d,t oogenbük weerklonk de electrischs
schel. Mevrouw Chatel hield op. Een seconde
later doorvoer haar een siddering toen ze
Lucienne zag binnenkomen. Deze scheen nog
een weinig geagiteerd, maar ze beheerschte
haar gevoelens genoeg, om niets aan haar
man te laten merken. Nog altijd met zijn
gedachten in het verleden toevend, zag hij
niet een-1, dat ze ir. reistoilet was.
Wat kom j-j laat!" zei hij achteloos.
Ik ben opgehouden,' antwoordde zij kort.
Goed.. . goed!" suste mijnheer Auger
zonder verder te vragen, en sloot voorzichtig
zyne kostbare glazenkast weer af.
Overigens," voegde hij er met een vleugje
van galanterie bij. zich tot mevrouw Chatel
wendende, fas ik ondertusschen in bemin
nelijk gezelschap, ik hoef mij niet te be
klagen. ..."
Lucienne was Suzanne om den hals ge
vallen en had haar met koortsachtige op
winding gekust
\Vil je ons een oogenblik alleen laten,
mijn vriend ?" zei ze tot haar echtgenoot.
De heer Auger willigde haar verzoek onver
schillig in, groette mevrouw Chatel en verliet
de kamer.
'ij... jij...!" stootte Suzanna uit. Je
komt werkelijk juist te rechter tijd... Daar
ik met alle voorbereidingen mijn doel niet
bereikte, wilde ik hem juist de waarheid
brutaal in het gezicht zeggen... Maar wat
is er gebeurd?... Ik dacht, dat j9 al ver
weg was... Goddank, dat er nog niets be
sloten is I"
O, lieve, vriendin," riep Lucienne, het
leven is vreemd!... Om vier uur was alles
vast b sloten... Om vijf uur was ik bij Louis,
die mij verwachtte... Opwinding, beloften
van liefde, verrukking... Oh, 't was heerlyk!"
We zullen dus altijd van elkaar houden?"
Altijd."
Ik vroeg hem :
Heb je geen berouw? Ik vertrouw je
mijn leven toe..."
..9I1ETE E
U1YER KRIÜPVRUE NATUUR
IEDER STUK bAT KRIMPT
W0RDT T E RUG 5E n 9 ME M.
WAAR GEEN C«r!TRACTAHTE«
ZUM WEMbE MEH ZI^H T?T
EGGERTSTK.3 -AMSTERDAM
VERKRUGBAAR BU - l
H. NEIJEB, Hofl. Amsterdam.
May. HUL .ANKER, Den Haag.
6'/lO'rta<fc C'o., Utreciit.
fin. T H LAKSE R. Apeldoorn.
J. G't/fA'A'/V.s./r.. Haarlem.
A^Ë7T& B KOUTERS. Zwolle.
(V. (,'. *CHu
'/. Leeuw ai den.
TA.
HUKMAVfl, Gronin gen.
H. A. nKKKtSMAN. Groningen.
Jt'l,lliti Ht/F, JJen He! der.
Gedeponeerd
Filialen: SPUI 25, VAN WOUWTKAAT 9.
Depots: v. Baerlestraat 38, Joh.
Verhulststraat 105, 1ste Const. Huygensstraat 92,
1ste Helmersstraat 201, Na*saukade 30 la, de
Clercqstraat 8, Marnixstraat 2*7, Haarlemmer
dijk 20, Plantage Kerklaan 35, Von Zesenstraat
29, Jivastraat 5, Camperetraat 20,
Weesperzijde 74, Watergraafsmeer: Brerde CPB 1.
fl >|| '
Cailler
Fij n sfl Zwrrs.ERscHE
(H O GOLFDE
aut^t\afccn:9
Cnc/JOen SUIKER.
BOUWT t. NUNSP£ET
O/d.
VELUWE,
Inlicht, b/d. Vereenigins: Kantoren
voor Vaste Goederen in Nederland te
Nunspeet.
?MtlnlIIMIIIIMIIIIItllllllltllllmlMlllllllllllllmlIMIIIIIIlmHHIItlUtllHMIMI
In plaats van te antwoorden kuste hij mii.
Toeu bracht een rijtuig ons weg .. Wij
kwamen aan het station .. Ik was als in een
roes... Zijn wil was my'n wil... Ik ondervond
niet eens een licht gevoel van angst of
schaa'nte, zooals ik eerst gedacht had .. Ik
was gelukkig, zalig !... Alle'* om mij heen
leek veranderd ie zijn .. Wrj stapten in deu
trein. Ik dacht: Dit is de Tijheid .. Nu
begint mijn leven pas werkelijk... Wat
beteekenen sociale conventies naast het geluk ?"
Ik beklaagde alle ontevredenen, alle
onverstandigen, die het niet zooals ik gewaagd
hadden, zich te verzetten, en haar lot zelf
in handen te nemen Toen ik het mij makke
lijk gemaakt had, zei hij lachend tegen mij,
met die zekerheid, die hem nog nooit ver
laten heeft:
Ben je gelukkig?"
Een heerlijke rilling ging door mij heen,
Als ik eraan denk, dat je nu voor altijd
mijn meester bent?'1
Natuurlyk!"
Heel zeker?... Voor alty'd?"
Jon dwaas kleintje!"
Een schok bracht den trein even in be
weging. De conducteur kwam, om de plaats
kaartjes na te den. Toen Louis ze hem
aangaf, liet hy ze vallen door een kleine
beweging, die ik gemaakt had, om een eindje
op zij te gaan... Ik vond het prettig ze op
te rapen en te betasten, deze kleine stukjes
papier, die mij den sleutel toeschenen vau
mijn toekomstig lot... Ik las ze, ik bekeek
ze... Oh, Suzanne, Suzanne !!... Ik had vau
altijd" gesproken, ik had een eed gedaan
voor eeuwig... Louis was wijzer geweest;
hij had retourbilletten geno:mn !... Iets in
mij scheurde... ik sprong uit den wagen CB
liep weg; ik liep weg, zonder mij aan
zijn roepen te storen, met een soort wilde
vreugde by de gedachte aan zijn verbluft
gezicht .. Mijn bagage reist naar Londen,
maar ik, ik ben teruggekeerd ... ik blijf hier."
Je hebt je heelen roman in een oogf nblik
doorleefd," zeide mevrouw Chatel, ,,des te
beter!"
Lucienne nog geheel ontroerd door de
doorgestane opwinding, barstte in zenuw
achtig lachen uit:
O, als ik mij voorstel, hoe hij geheel
alleen in den wagen achterajebleren is, ter
wijl de trein doorging en hij niet meer uit
stappen kon, en hoe hij geheel radeloos niet
begreep, wat ik ineens had! . .. Waar hij nu
zijn zou?... Waarschijnlijk te Amiëns?...
Wat zal hij zichzelf belachelijk vinden!...
Zijn retourbillet zal hij gauw kunnen ge
bruiken !..."