Historisch Archief 1877-1940
No. 1525
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD V O O R N E D E R L A N D.
fortuin, zegt ze hem of liever schrijft ze
voor hem, terwijl hij over baar Behouder
kijkt, want ze kin 't niet zeggen het
bero-p van haar moeder. Dan ziet hy van haar
af: van geld op die manier verdiend kan
hjj niet leven en hu zetf verdient r iet a.
Daarna is 't laatste tooneel gewijd aan de
breuk met haar moeder.
Vooral treft in dit stak de groot e ernst. Shaw
hanteert spot en ironie meestal zoo meester
lijk, dat het is of hij niet alleen het publiek
maar ook zich zelf bij den neus neemt. Hier
van is ditmaal geen sprake. Koel en hard
handig, niets ontziend doortastend doet by
dit werk Geen menschen wil hq treffen, geen
maatschappelijke standen d K u gel se h
maatschappij als geheel. Hij wil laten
zien, laten voelen wat er is, en wat gene
geerd wordt.
Vivie zegt tegen Crofts: Als ik denk aan
de maatschappij die u laat begaan, aan de
wetten die a beschermen als ik bedenk
hoe hulpeloos negen van de tien jonge meisies
rijn die in handen vallen van u en mijn
moeder: de vrouw, over wie men zwijgt, en
haar steun, den kapitalist..."
Sir Crofts vloekt, maar beeft zijn opinie
al gegeven: Zoo lang als je de maatschappij
Biet openlyk schandaliseert doet de
ruaataehappjj geen ongepaste vragen... 't Zijn de
yeiligfte geheimen die iedereen kent."
volgt). W. G. VAN NOUHUYS.
NIEUWE UITGAVEN.
Hypotheekbanken, handboek ten d enste van
hypotheek banken, bypotheeknemera, pand
brief houder* etc. etc., door W. P. DE VRIES.
Rotterdam, Willemsen et Co.
Het ambulantitme. Uitgegeven door 't
hoofdbestuur van de bon t van Nederl. onderwijzers,
190ti.
Een pleidooi voor kleiner schoolklassen, door
JACÜB EK. Overdruk uit Dt Bode, orgaan van
de bond van Neder), onder w ij era. Uitgegeven
door 't hoofdbest van Nederl. onderwijzers.
Wandelen en waarnemen, Geill. schetsen uit
het leven van planten endieren, door E. Hei
mans. Amsterdam, Van Holkermiii Warendorf.
Veroordeeld, Zweedacb-Finsche novelle, door
A. CH. EDGREN-LEFFLER, No. 198 Van Waren
dorfs novellen bibliotheek. Amsterdam, Van
Bolkema & Warendorf.
Wat wil ae internationale verereeniijing
Vredetentoonstelling f en Welk nut kan de interna.lio,
nalevereeniging \'rede-1entoim*lellin / stichten en
hoe werkt zij f, door A. TEtrBoseii N.Jzn.
Over voeding in het a'gemten en over suiker att:
voeding»- en genotmiddel in hrt bijzonder, d )or
C. J. VAN LOOKEKEN CAMPAGNE. Wageningen,
F. E. Haak.
Een bezoek aan een Nederfandsche stad in de
XIV eeuw, door dr. F. BUITENRUST HETTEMA
en mr. A. TELTIXG, met een kaan en pla.en.
Den Haag, MariinuaiNyhoff.
Goliath verthg, n, of het reuzensmaadschrift
van graaf Hoenttbroech weerlegd, door een
niet-katboliek, naar het Dnitsch van PILATUS,
bewerkt door H. W. J. HOOSEMANS. Amster
dam, C. L. van Langenhu yeen.
Inhoud van Tijdschriften.
> Europa, afl 9 : M. J. Brusse, Dieven op de
rivier. Nannie van Weh l, Optreden. M.
E. Francis, Een weggeloopen paarije. Elinor
?llliniltHIIIMIIIIIIIfMIIIIIItllMllllllltllllllllllllllltltllllllllllllllMIIIIIIIIII
EEN JONGEN,
DOOR
EMMA VAN BERGEN.
?**Hy liep op het schemerende Rapenburg
onder de hooge, kale booinen, het hoofd een
beetje gebogen en zwaar- langzaam stappend
met zijn lange, dunne beenen.
Het was St. Nicolaasavond, en hij had naar
huis geschre/en, dat hij niet overkomen kon,
omdat 't gevooute was, dat de studenten
dien avond met elkaar doorbrachten. Zijn
moeder had 't dadelijk goedgevonden : dan
vieren we 't Zondag met ons allen, m'n jon
gen. Zonder jou is 't toch geen feest, "stond
in haar brief alleen 't jongste zusje was
er boos over geworden. Maar hij dacht, dat
't flink en mannelijk was, deze avond nu 's
niet bümoeder thuis, maar met vrienden op
de kroeg, onder uitgelaten vroolijkheid te
vieren, en daarom had hij er zich dagen van
te voren al op verheugd.
Maar vanmiddag was zijn blijdschap lang
zaam aan verminderd tot bange onzekerheid,
en nu hij hier alleen in den schemer langs
al die statige huizen liep, waarvan de luiken
al gesloten waren, die zeker heel veel gezel
lige huiselijkheid en bigde verwachting voor
hem vei borgen, nu hy' niets hoorde, dan wat
voetstappen in de verte en 't gekabbel van
het zwart-stille water, naar de lantaarns hier
en daar onrustige lichtplassen op wierpen;
nu voelde tij zich een arme, eenzame, ver
laten jongen, waar niemand aan dacht, naar
?wien door niemand verlangend werd uitge
zien, en die ook door geen zou worden gemist.
Hy had 't zich zoo heel anders voorgesteld;
hy had gedacht, dat ze allemaal zouden
blijven, alle oudere jaars zeker, dat de kroeg
vol zou zijn, als bij een gewone kroegjool,
dat de geestigste, lolligste kerels den avond
zouden vol maken met grappen en liedjes
en voordrachten.
's Middags was hij aardig, flink eerste
jaartje, dat by ouderen vriendelijk ontvangen
werd hier en daar bij lui. waar hij erg
veel van verwachtte even opgeloopen, om te
vragen : hoe laat ga jij van avond ? wat ben
je van plan te doen " En dan bad hij, of van
de juffrouw gekregen : nee meneer, meneer
ia al naar huis, voor vanavond," of hij had
den man bezig gevonden allerlei vieemd uit
ziende voorwerpen in zijn kofl'er opeen te
persen.
Wat doe je nou, kerel?''
Ik pak ... Ach ga jij hier 's even op zitten;
dat springt aldoor op, en daarom wil de
koffer niet dicht."
Maar wat zit er in godsnaam allemaal
in? Ga je er van door?"
Surprises, cadeautjes natuurlijk voor de
heele familie. Als ik thuis kom, moet ik de
kleintjes aan de surprise voor pa en ma hel
pen ; dus ik moet klaar zy'n. Kun jij niet
naar huis ? Beroerd. Nou, 'n volgend jaar dan,"
Beroerd." Dat dacht hij nu telkens ook.
Laö. Beroerd. Waarom heb ik het gedaan?
Ik dacht, dat niemand gaan zou, dan 'n
moeders pappot-kindje ... en nu schijnen juist
veel eeiste-jaars te blijven; de ouderen trek
ken weg, houden mier van hun huis, dan
van de vrijheid."
G'yn, Ambrosine's overpeinzingen. Cenato?,
Keu Doekenpraatje. L)r. E., Populair weten
schappelijk overwicht. Gat o E. Levie, De
vorige maand.
D, Levende Natuur, afl. 6 : De bokken-orchis,
door Jac. f. Thijsse. Vleermuizen, door J. J.
van Heekereu. De nestbouw van onze
vogels, door P. Tesch. Excursies op Schou
wen en Duivelaud, door K. J. D'huy en F. K.
van Iterson. Opruimers, dor S. Leef man s.
Lente in het Geuldal, vervolg, door H. C. Dels
man Jr. Het Naardermeer, door Jac. P.
Thijsse. Een kwikstaartjes historie, door J.
L. F. de Meiere. Benige jaren bij de tabak in
Deli, vervolg, door Taukeb. Wanneer heb
ben on«e vogela eieren, door T. Vragen en
korte mededeelingen.
liet Hui*, Oud en Nieuw. I. Het Nederl. In
disch bamboe ornament, door J. A LoeberJr.
II. Toelichting bij de platen1 III.
Boekainkondiger.
Toonkunst, No. 3ó : Over de zuiverheid van
den styl, door K. A Textor. De
kromarograaf Verschillende Barbiers van Sevil a.
Iets over het dirigeeren. Een brief van Beet
hoven. Varia. Beric iten en
uae-iedeeiingen. Uit het vereenigingsleven.
De Volksgezondheid. No. 9: Het bezoeken
van 't Congres voor openbare gezond heids
regeling verboden. Het handhaven der
bouwverordeningen. Keuring .van vleesch
(Ontwerp van Wet). HuUfilters.
Wouingtoes tanden in Nederland. (Ge'derland). Apel
doorn, Bergh, Doesburg, Driel (^em. Heteren),
Tiel. (Utrecht): Utrecht. Handelingen der
Gezondheidscommiesiën (Medisch schooltoe
zicht). Drank best Tijding. Maatregelen ter
bevordering der Open bare Gezondheid in het
buitenland (Wet ter bevordering der Open
bare gezondtiuid ) Verrcbeidenheden.
\laanderen ept. 1906: De twee vrienden,
door Herman Teirtinek. Z tmerverzen,
door Karel van de Woeatyne. Het Raadsel,
(slol). door Guataaf Verrneeisch. Leven
en Kunst: De gedichten, Letterkunde, Roman
Literatuur.
E:gi-n Haard, No 37: Een Peest acht, door
G., I. Willetn Lodewyk van Nassau, niet
afb. De bovenbouw van de Westelijke
viaduct, door W. Rinulever, met afb.
Tijdelijk. Schets, door Han Hage. Onze
booinen, door dr. A. J. M. Garjeanne, met
afb. I. Een nidtoriêche herinnering, door
"J. Abratnsz, met afb. Dr. C. Easton, met
ponret. Feuilleton.
VOOR DAMES.
Iillü.
v.
In een werkmanagezin, waarin ik belang
stel, was een zoon geboren; hij had ver
scheiden broertjes en zusjes. Tientje, de
oudste dochter, had ik jaren geleien wel
met Guus en Helmoet, thans acht jaar oud,
zien spelen; beiden waren haar toen de
baas; ze was te goedig en niet gevat, vtel
te braaf om bijtijds in te zien, wanneer de
knaapjes jokten, hun snoepen te voorkomen.
Ik was benieuwd te weten of zij thans de
zorg voor den zuigeling gedeeltelijk op zich
u iiiiniiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiimimiiii iiniii min
Hij had er nog even over gedacht om toch
naar huis te gaan. Dit was toen hij een vriend,
die bizonder be'aden was, z'n cadeautjes en
verrassingen naar 't sla'ion hielp dragen De
vrietd was een bekend jolig type, die nooit
een ernstig woord zei, en van dwaasheid in
dwaasheid rolde; maar nu, al onder den
invloed van de eenvoudige eerlijkheid thuis,
't mannetje naast, zich niet voelend ah student
maar als huiselijK vriendje, had hij hem van
alles over z'n familie ver e d, eu over, hoe
zy' 't altyd vierden, Sint Nicolaas...
Toen was 't verlangen opeens zóó sterk
geworden naar zijn moeder, naar zijn broertjes
en zusjes en hun manier van feestvieren, dat
hij onwillekeurig zei: Ja, 't is wel een feett,
dat je eigenlijk thuis moet vieren."
Waarom ga je dan niet ?" had de ander
gezegd.
Och, ik heb nu eenmaal geschreven, dat
'k niet kom."
Kerel, juist leuk. Dan ben je een levende
surprise."
En hy hid 't even gezien heel verleide
lijk , hoe 't zijn zoa, als hij ging; hoe de
oude meid lachen zou en zeggen: kyk, daar
is de jongeneer nou toeti; dat 's aardig; hoe
z'n zusjes om 'm heen zouden springen...
En moeder zon bleek worden, zooals altijd,
wanneer ze ergens heel blij over was, en 'm
zoenen...
Ach nee," had hij toen langzaam gezegd.
Ik heb hier met lui afgesproken, en 't zal
vanavond op de kroeg tich wel lollig zijn."
Ja, om 's ns mee te maken..."
Nu h d hij er weer spijt van, pijnende spijt,
dat hij maar niet ineens in den trein was
gestapt, toen 't nog mogelijk was, dat hij er
zich aan gestoord had, wat z'n vrinden zouden
zeggen, en teruggesehrikt was van de gedachte,
dat, els hij toch thuis kwam, hij opeens weer
heelemaalVmoeder's lieve, oudste jongen"
zou zijn, niet langer de zelfi-tandige student
met z'n gewichtige corps-verplichtingen. Had
hij niet best tegen de jongens niet 'n deftig
gezicht kunnen zeggen, dat niemand bleef, du>
dat hij toen maar liever naar de oude'ui was
gegaan? En zou hij 't niet be'er hebben ge
vonden nu als'n verwachtende, Vilije jongen,
als 'n kind order de kinderen, thuis «e',ell^
om de tafel te zitten in 't heldere licht, daa
hier te loopen in den killfn avond, in schijn
'n man, maar klein en bedroefd in z u hart,
tusschen de statige strengheid van de hooge
huizen."
Hij tikte met z'n nuppel tegen z'n b*n,
en schudde het hoofd, weemoedig: niets te
geven, niets te krijgen op 'n dag als de^en ;
alleen te zijn op z'n stille kamer, onder 't
schijnsel van z' studeerlamp ; toen dacht
hy aan z'n hond, en in 'n groote verteedenng
ging hij den weg naar de Haarlemmerstraat
op, om bij 'n vleeschhouwer 'u stuk worst
voor 'm te balen.
Hij had, als gewoonly'k, met 'n club samen
op de kroeg gegeten. Maar 't was niet, als
gewoonlijk, gezellig geweest.
Twee ontbraken, die naar huis wa'-en ge
gaan ; de vier anderen deden onrustig ; of was
dat slechts verbeelding van hém, die voor't
eerst het gemis van z'n thuis heel diep voelde.
De zaal had hem leeger en ongezelliger, de
gesprekken laffer en onbelangrijker ^e.eken.
Vlug was de maaltijd afgeloopen, terwijl ze
anders, onder koffie en poui-jes uren lang
konden blijven hangen, verdiept in
nooitzon nemen, en welken toon zy jegens Louize
en Jan, die nog niet school gingen, aansloeg.
Ik vond haar in de huiskamer, met het
kindje op schoot.
Moe is een beetje gaan liggen", zei ze
«meewarig, moe blijft zóó zwak l"
Zie u eens, wat een jongen! ik ben er
trotsch op.
Het was een stevig, gezond kind, dat gretig
at van de pap die ze hem voerde l Helaas l
't was te voorzien dat zulk voedsel, hem zoo
spoedig reeds gegeven, hem niet goed zou
bekomen op den duur. Maar 't kon niet anders.
Waarom ze het kind in het warme vertrek
een wollen dekentje over het hoofd bad ge
trokken en het reeds kousjes, zw art wollen
kousjes droeg, begrijp ik niet. Of het moet
zy'n dat er verzuimd was tijdig voor geschikter
bedekking van hoofdje en voetjes te zorgen.
Ik moet zeggen, Tientje dee l zou vrouwelijk
met de kleine, dat de kraamvrouw zich ryk
mocht achten; het 17-jarig substituut-moe
dertje was met heel haar ziel bij de taak.
Wat een ernst, wat een innigheid, sprak uit
woord en blik I Later hoorde ik dat ze het
kleintje o >k verscheiden maal 's nachts bij zicb
nam, opdat moe rustig zou doorslapen. Is dat
geen verbazende opoffering van haar geweest?
Een 17-jarige kan zooveel en zoo diep slapen.
Bij het venster zat de 13 jarige Bertha aan
een kan je te baken. Ik vroeg waarvoor het
moest dienen.
't Worden strookjes voor een broek van
Louize'."
Louize 5 jaar, kwam binnen schuiven,
bleef met den vinger in den mond staan.
Is moe er niet ? Tien geef me een boter
ham. Met suiker. Een dikke. Waar is moe
toch ?"
. Zeg die mevrouw goeden dag, Louize, dan
zal ik ju een boterham gaan snijden, of Bertha
kan het doen."
Dag mevrouw. Toe, geef mij nu een boter
ham, jij moet het doen, niet Bertba." Ze gaf
haar een klap over de hand.
Wacnt toch even, ik zit nu met broertje."
'k Wil niet wachten, 'k Ga naar moe."
Weg was ze; de deur trok ze hard dicht.
't Is een stout kind, mevrouw," sprak
Bertha parmantig, niets geen manieren."
Maar Bertha liep Louize niet na, om
te verhinderen dat ze moe in haar rust
stoorde...
Ja, ze is erg ongezeggelyk,"klaagde Tientje,
ik kan haar niet regeeren."
Een oogeu blikje later werd tegen de deur
geschopt. Ik zat er dicht bij en deed haar
open. Daar stond Jan op zy'a kousen en in
zijn onderbroek.
Wel, venije," zei ik, kom je half uitge
kleed V ' Ik keek de meisjes aan Tien'je
kreeg een hooge kleur en bleef sprakeloos.
De arme schaamde zich en wilde broertje
niet afvallen.
Gauw weer weg, Jan," grauwde Bertha
heul toe.
Waarom?"
Daarom."
,,'k Doe het toch niet."
Ik was zoo vry den jongen zacht bij den
arm te nemen en uit de kamer te zetten.
Kom terug met jo klompjes en broekje
aan, m^n kind."
Met emige verbazing zag ik dat thans de
meisjes een lachend gezicht zetten, 't Is een
iiiiiiiimiiiiiiiiHiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimHiimiHtiiimii
eindigende disputen. Aan andere tafels was
't hier en daar al luidruchtig geweest van
voorpret, maar hij voelde de luide lachbuien,
de opgillende stemmen als iets opgeschroefde,
en, stiller wordend, naarmate de drukte bij
de anderen toenam, waren ze eindelijk stil
letjes opgestapt, eii naar de dichtst- bij-gelegen
kamer gegaan. Daar hadden ze ernsiig en
aewichtig zitten thee drinken en toen biertjes,
en veei gerookt, en ondertusschen inet be
zadigde stemmen wat zitten bjomen over
colleges en examens en wie van hun club
't wel het verste zou brengen.
Hy vond dat rustig zitten praten op 'n
kamer altijd erg prettig. Je voelde dan zoo
echt, dat je 'n man werd, rnet 'n meening, die
je kon motiveeren; met'n o/ertu ging, waar
voor je doodgaan wilde; en hij genoot z'n
stuient-zijn veel intenser als hy zoo ernstig
zat te praten, met diep-zinnige rimpels in z'n
tijn, hoog voorhoofd, en 'n trek van wil om
z'n mond, terwijl hij, net als z'n vader, z'n
woorden met kleine tikjes tegen z'n sigaar
accentueerde, dan wanneer hij, dol uitgelaten,
foof en, zooald de menschen zeiden, van z'n
vrijheid gebruik maakte."
Hy had onder 't praten alleen zoo nu en
dan eens op de klok gekeken, en gedacht:
Anders zouën we nii beginnen." ,,^u zou
de groote ketel met chocolademelk binnen
komen," maar verder scheen 't hier binnen
met de jongens van alle dag om 'm heen,
'n avond als 'n andere; toen ze tegen elven
opgestaan waren, had hij even 't weer gehad:
nu zouën we thuis al naar bed gaan, en hier
begint 't pas." Daar had hij tóch 'n prettig
gevoel van gekregen: vrijheid, blijheid, en
dit leven was toch beter dan eenig ander.
Slechts in 'n sentimenteele bui kon hij 'r het
land aan hebben. Hier kon je zelf je karakter
maken, doen, wat je goed leek, zonder door
anderer raad gehinderd te worden. Hier werd
je 'n wezenlijk, 'n bewust mensch.
Hij voelde z'n hoofd weer van goeie plan
nen vol : bij wil ie zoo Hink, zoo sterk, zoo
buonder worden, 't Leven genieten want
waarvoor is 't mooie er anders ? n werken,
dat hij later veel zou presteeren in z'n vak.
De toekomst \a.{ zoo heerlijk voor 'in open.
Er was nog niets bedorven en nog niets
groots gedaan.
Hij moest 't alles nog maken...
In de stille Breestraat, voor hij de stoep
van de kroeg opging, bleef hij even staan,
keek naar ooven ; de lucht was strak, wittig
van sterren ; er was geen wind ; er waren
geen wolken De huizen waren meest donker
en 't was stil op straat. Alles was eenvoudig
en sterk.
Hij voelde zich 'n klein mannetje in de
groote, stille wereld; 'n niets; maar met 'n
wil zóó sterk ; 'n levensm ed zóó groot, dat
alles eens zou schijnen om heui alleen te
bestaan.
Ze zaten allemaal rood en opgewonden
achter hun warme glazen punch, gooiden met
specu'aas, klommen, dan weer op tafels, gilden
en brulden dooreen, zoodat de nuchter bin
nenkomenden even, aU verbaasd, aan de deur
bleven staan. Het was voller dan Henk had
verwacht, maar toen hij rondkeek zag hij
vojral veel Indische jongens en lui, wier
familie in 't buitenland was; ook 'n paar,
waarvan bekend was, dat ze altijd met de
oude lui overhoop lagen. Dat gaf'm'n schul
dig gevoel; hoe ondankbaar, dat hij, die 'n
rare,"zei Bertha, hg wil zich altijd uitkleeden."
Vooral wanneer hem iets mankeert,"
voegde Tientje erbij. Jan heeft veel last
van rheumatiek, en verbeeldt zich daarbij
dat de kleeren hem pyn geven."
Maar meisjes," vroeg ik, denk jullie dat
het niet erger zal worden, wanneer hij dun
gekleed door de kille gang loopt ? En hoe
jammer van de mooie kousjes!"
O, die zijn stevig; ze z\jn nog nieuw."
, (ïoed," dacht ik, de kinderkopjes die
ik bezig ben te bieien, komen niet aan Jan's
voeten. Hardop zei ik: Misschien loopt Jan
wat veel alleen rond. Kan Bertha hem niet
een poosje bezighouden?"
Bertha krikte van neen. Ik kan nieU
van hem gedaan krijgen. Vader geeft hem
wel eens een tik op de ringers, maar dat doe
ik liever niet, want dan bijt hij my. Hn
voert het liefst kattekwaad uit."
Heeft hij dan geen aardig speelgoed? Jij
en Tientje hadden genoeg."
O I van alles; ze krygen 7eel speelgoed,
maar ze smijten alles stuk en dan kan ik de
stukken oprapen en weggooien."
't Is te hopen dat Jan een beetje ver
standiger zal worden vóór hy' naar school
moet, anders maakt hij daar een hard tijdje
door,' merkte ik aan.
O, maar Janneman is niet dom!" riep
Tiertje uit. Heelemaal niet. Hij komt veel
by juffrouw Bulten hiernaast. Gister kreeg
hy een suikerbal van haar en bleef naar het
trommeltje kijken."
Wel Jan." zei de juffrouw, hoe is 't met
't broertja?'
HltlHMMIIMIIIIIItllllflItlllllllllltlMIIHIIHIMIIIIIHIMMIMIl
o/faciawas
40 eent» per r«(«L
Prof. Dr C.
^ Eénige
Fabrikanten
W.Benger Söhne
Stultqart
HoofddepSt te AMSTERDAM: Kalverstraat 1571
K. F. DEUSCHLE-BENOER.
BOUWT te NUNSPEET
o/d.
VELUWE.
Inlicht, b/d. Vereeniging Kantoren
voor Vaste Goederen in Nederland tf
Nunspeet.
lllllllllllllllllllllllllllltllllllllMIIIIIMIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIinillllllllll
familie had, en zóó'n familia. hier nu zat
tusschen al die eenzamen, die niets anders
ken len, in plaats van thuis... Hij dronk de
wa'me punch ernstig op. luisterde droomerig
naar 't kabaal om zich heen, en voelde zich
warm en soezerig worden in de rookerige
omgeving. Hij zag de jongens met roode of
strak witte gezichten gesticuleeren, zich op
winden, lachen. Hij vond 't d waas en zonder
zin, zocht z'n clubgenooten niet de oogen.
Die waren ook al luchtig aan 't dazen ge
gaan, stonden met bijna vreemde jongens
handen te schudden. Het scheen 'n algemeene
verbroedering te zijn.
Opeens werd 't rumoer stil, en
verplechtigden de gezichten: door de wijd-open deur
klonk even 'n diepe stem : toen verscheen
St. Nicolaas in den wijden rooden mantel,
den gouden staf in de hand. Ze waren allemaal
opgestaan, en de rookerige zaal stond vol van
lange, zwarte lijven. Ze stonden stil en ernstig
of er iets heel wichtigs gebeuren ging, en,
bij 't inzetten van de piano, klonken krachtig
alle stemmen op:
Zie de maan schijnt door de boomen,
Makkers, staakt uw wild geraas,
't Heerlijk avondje is gekomen,
't Avondje van St. Niklaas.
Henk stond tnsschen allemaal in, en balde
z'n vuisten. Kou Ie rillingen liepen over z'n
rug, en z'n stem klonk benepen en schor.
Hij zag weer, hoe ze allemaal op de treden
van de trap zaten, hij, de zusjes, kleine broer,
hij voelde de spanning z'n keel dichtknijpen,
terwijl ze boven, op de logeerkamer, de stap
pen hoorden van vader en moeder, die de
laatste hand aan de tafel'' legden. Dan riep
moeder eindelijk : zing nu maar een liedje
voor St. Nicolaas." En dan kwamen hun
stemmetjes, smeeken l en verlangend van
onder af de donkere t) ap, en daa zongen ze ook:
Was het ook niet alle dagen,
Vele waien wij toch zoet.
Met heffingen en dalingen, gestadig door
werd het lied voortgezongen. Er was geen,
die zich spotten! aan de plechtigheid ont
trok. Henk zag ze allemaal staan rechtop en
strak, met huu zingende monden in de ont
roerde gezichten ; en hij voelde 't : het was
niet alleen, omd.it bij nog maar zoo'n jong
ventje was, en voor 't eerst van huis, dat hij
zich alles nog zoo precies, zoo levend herin
nerde. Dit lied was voor allen 'n evocatie van
het verleden, en, welke groote (.f kleine zon
den ze na dien tijd ook hadden bedreven,
welk zwaar verdriet of hoog geluk hen ook
van rie kinderjaren scheidde er was geen,
die nu niet 'n lief, vergeten gewaand tafe
reeltje, van huiselijk geluk voor z'n oogen zag
opkomen, en zichzelf weer -even al- 't kleine
jongetje voelde, dat nog niets van 't leven wist.
Toen was het uit, opeens. De knecht zeulde
de eerste jaars naar 't podium, er werden
pepernoolen gegooid, allen grabbelden, rolden
over elkaar heen, schreeuwden en lachten,
het waren weer de studenten op de kroeg.
Henk stond als bedwelmd in het gedrang:
er werd 'n voordracht gecommandeerd, en 'n
brutaal klein ventje drong naar voren, en
declameerde met scherp-geaccentueerde stem
'n stuk uit de Mei." Hij werd met speculaas
gegooid, uitgelachen ; toen was er toch weer
applaus, en 'n slank Chineesje voerde 'n
vreemde dans uit, met schelle krijgskreten,
en dan weer eentonig gezang, als 'n water
kraan, die moeilijk opendraait.
NEDERL-INDU5TRIE
VALToruzoriErr
IEDER 5TUKD/TT KRIMP
ADR. SCHAKEL, Hofl. Amsieidam.
Ki-.l'/jhKfinUh', A msterdam.
AU f>Ui\ MAKCHÉ, Amsterdam.
HE l A N KEK, Den Haag.
(y. J. VAN LI&K n u KGH. Leiden.
A. KASil-tAflilSK, Utrecht.
KA <JHK & C'» , U trecht.
KI) ">. TtiUE, Arnhem.
Ui. l>n LIUME, Arnhem.
A. V A v HOUTK. Zwolle.
Gedeponeerd
Filialen : SPUI 25, VAN WOUSTRAAT 9.
Depots: v. Baerlestraat 38, Joh.
Verhulststraat 105, 1ste Gonst. Huygensstraat 92,
1ste Helmersstraat 201, Nasfaukade o()4a, de
Clercqatraat 8, Marnixstraat 2*7, Haarlemmer
dijk 20, Plantage Kerklaan 15, Von Zesenstraat
29, Javastraat 5, Camperstraat 20,
Weesperzyde 74, Watergraafsmeer : Breedeweg l.
Echt Victoriawatei
OBCRLAHNSTEIM.
cht Victoriawate.
MiiHiiiiHuiimiiiiiiiiiiniiiiiiiMimiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiimiiiiiMiiiiiHiiu
De voordrachten "vielen over elkaar heen
met bliksem-snelheid. Henk, opgewonden door
't rumoer om z'n heete hoofd, zong met z'ri
nog hooge jongensstem 'n liedje, dat hy 's iu
'n Variétéhad gehoord, lang geleden. Het
had uitbundig succes; ze vonden 'm ,,'n leuke,
kleine kerel." Hij werd aan 't tafeltje van 'u
paar ouderen geroepen, kreeg
panchenconjacjes. Nu ging hij 't tóch leuk vinden : dat
was nou 's 'n chte fuif. De zaal was over
stroomd van licht, en daar klitsten hard de
geluiden doorheen, en er was voortdurend
druk beweeg in al de zwarte lijven. De oudere
jaars begonnen nu met voordrachten. Ze
hakenen elkaar op 't podium, (rokken er dan
weer n af; telkens moest 'n kellner 'n
gebroken stoel, of gezwicht tafeltje wegdragen.
Henk voelde zich nu op en top student.
Hij hoorde hier thuis onder deze menschen,
hij hield van ze. Er was 'n warmte in z'n
hart van ze allemaal iets liefs te willen doen.
Telkens stond hy op, om handen te geven,
en vertrouwelijk te zeggen, dat ze goeie vrien
den waren. De ouderen hadden al 't angst
wekkende voor hem verloren : ay leunde op
hun arm. want de grond golfde vreemd, en
dan zei hij: Je bent 'n goeie kerel, 'n beste
kerel; geef me 'n hand, je bent 'n beste kerel."
Ze gaven 'm overal weer punch, lachten, klop
ten 'm op z'n rug, en zeiden, dat hij maar
moest gaan zitten.
Later merkte hij op, dat ze allemaal dron
ken werden ; onzeker stapte hij telkens naar
n toe om te zeggen: Beste kerel, jij bent
bezopen ; ga toch zitten, jij bent waarachtig
bezopen."
Hij dronk maar steeds door, verzekerend
aan iedereen : 't Is vreemd, maar ik voel
niets... alleen m'n tong... heb... ik...
verbrand.
Toen 't licht begon te worden namen twee
ouderejaars 'm gernoede'y'k 01 der den aria
en sjouwden 'm naar buiten, 't Was koud,
mistig winterweer: alles wit-berypt. De ster
ren waren verbleekt, en de straat lag stil en
triestig. Ze hielden met moeite het Map-neer
hangende lijf tusschen hen tweeën op: de
enkele menschen, die voorbij kwamen bleven
hun i a staan kijken.
Toe, kerel, zet nou toch je voeten op den
grond," hijgde de oudste, terwijl ze 'm de trap
op trokken
We zullen 'm maar op de ranapéleggen,
dan kleedt z'n oppasser 'm straks wel uit."
Ja maar, maak jij eerst 's even licht."
Henk keek als verdwaasd z'n kamer rond.
toen hij eenmaal zat. Hij streek met z'n hand
over z'n voorhoofd om zich te beginnen, zocut
langs de muren, langs f1 en grond. Toen keek
hij naar de tafel: daar stonden>vijf pakjes,
naast elkaar. En hij wist 't opeens, zonder'11
oogenblik twijfelen : die waren van thuis, van
vader en moeder en de twee zusjes en broer
Hij wist 't zoo zeker, dat hy zelfs niet meer
naar de adressen hoefde te kijken.
En opeens boosr hy'z'n hoofd in z'n handen,
en barstte in hevig snikken uit.
Of-tie 'm ook omheeft!" zeiden ze tegen
elkaar.
We zullen 'm maar laten, I ; dat xakt
wel ! Doe 't licht nit ; dan slaapt-ie in !"
Ze stommel ien zachtjes de trap weer af,
trokken de deur achter zich toe. Hy hoorde
hun stappen wegklinken.
En hij zat allten in de schemerende kamer,
't kloppend hoofd in de handen, oatnuchterd
door schaamte en berouw...