*> te,1*0 D<E V00K NEDERLAND. Xo. 1:27 De groep der fabrieken vraagt Ditmaal, om, verschillende reden, in 't bijzonder de aandajjht. De directie van de Wtsteriuikerrofinaderij is door de aandeelhouders tot uitgifte van 5 ton nieuwe aandeelen gemachtigd. Maandag a g. kan daarop tegen dep koers van 150 pCt. ing schreven worden. Het-be zit van 5 oude aandeelen geeft recht van voorkeur op n nieuw. De prijs van de be staande stukken was beden 174 pCt. Behoefte aan contanten, ontstaan door de betaling van dékoopsom der imstelsuikerrafina'ierij, is de reden van deze uitgifte. De Westersuiker U in 1882 opgericht en k.on over 't algemeen een bevredigende uitkeering be schikbaar stellen. Slechts vijfmaal moest zij de aandeelhouders teleurstellen. Het dividend dat over die 23 jaren betaald kon worden bedroeg gemiddeld ongeveer 10 pCt. Let ik op deze cyfers en op de uitgifte koers dan schijnen deze stukken fel aantrekkelijk, al mag niet vergeten worden dat de resultaten van industrieën altijd ietwat wisselvallig zyn. 'k Vermoed evenwel dat voor outsiders niet veel van dénieuwe stukken beschikbaar zal komen. De andere uitgifte in deze rubriek, die van de Ned. Fabriek van Werktuigen en Spoorwegmaterieel is van anderen aard. Deze onderneming vraagt om twee loillioen, waarvoor ze 4 pOt. Ie typth. obligatiën geeft. Aan vragen worden Woensdag a s. ingewacht. Koers van uitgifte is VS'A pCt. Eén millioen «al gebruikt worden tot aflossing van de bestaande 4 pCt. obligatiën. Houdeis van die obligatiën hebben bij de inschrijving recht van voorkeur. De prijs van die stukken is 100 pCt. Zij ontvangen daarom behaUe de nieuwe obligatiën het verschil in koers in contanten, beneyens % pCt. conversiepremie of te wel te zameu ? 22.50. Het ging der ed. Fabriek van Spoorwegmaterieel van hare geboorte af wel. Het bedrijf ging geregeld vooruit. In 1903 werd voor een waarde van ruim 1.6 miliioen verwerkt, in 1906 zal dat cjjfer tot meer dan 4 miliioen gestegen zijn. In 't eerste jaar werd met 'n kapitaal van l 3 miliioen bijna 56.000 guldeu netto verdiend, terwijl voor 1905 deze cijfers Onderscheidenlijk bijna ? loO.OOO en onge veer 2 miliioen bedragen, Voor verbeteringen en uitbreidingen, zoowel als voo/ afschrij vingen werd steeds goed gezorgd. In 19U7 wordt met de aflossing van do nieuwe obli gatiën begonnen; elk jaar wordt 'n halve ton afbetaald. Voor rente en aflossing wordt ieder jaar ? 130.000 gevorderd. De resul taten van 1906 zouden daarvoor bereids al voldoende geweest zijn. Vermelding ver dient nog dat de reaerve, volgens de laatste balans l)i ton groot was en dat de-onder neming 3/4 ton aan effecten bezat. Vermoe delijk wacht deze nationale onderneming, die onder bescherming staat van onze beide spoorwegmaatschappijen, met deze emissie «veneens succes. De aand. Lettergieterij Tetterode zetten hunne ijzende beweging van de laatste weken verder tot 136 pCt. voort en ook de Ned. Gist & Spiritusfabriek vermochtea 'n avans van 5 pCt. te behalen. De Amerikaantche di.erten zien er wat zwak ker uit. Van de trammen kon de rotterdamsche tram van 315 tot 341 pCt. avanceeren, onder den invloed van de veelbelovende resultaten ~vaa het electrisch bedrijf. Onder de bekoring daarvan z\jn de Haagsche tramaandeelen tot 590 pCt. gestegen. Met de expl. van 't Witte Huis, waarvan de obligatiën onder de hollandtche d v, f ten genoteerd worden, gaat 't niet naar wensch. De uitgelote obligatiën en de coupon per l September j 1. konden niet betaald worden. iwimmiiimiiimiiiHiiiiimimiiliiiuimiimiiliiiiiiiimmmiiiimimii UIT DB NATUUÏ^ CXC. Naar den Broeken, Zoo zaten we daar dan op een breed gra»,ig voetpad midden in 't moeras aan Holland te denken. Precies zooals we op de OudLeusder heide bij de veentjes zoo vaak ons twaalfuurtje gebiuikt hebben, deden we 't hier; en net zoo min als we daar bij zulke gele genheden door menschen bekeken werden, gebeurde dit hier. V\ e waren lekkertjes aheen. De dreigende donkere Rennfck'nberg vlak voor ons, het groote sparre woud in de vette achter ons, die zeiden wel wat anders dan de Zeistei pyramideheu7el en de bosschen van de Treek ; toch gaf 't ons in 't geheel geen Oberharzachtig gevoel, zooalg we dat op onze vorige tochten en ook in 't vorige jaar tusschen Seesen en Lauterthal ondervonden. Maar 't zou wel komen. Naar links, N ach Holle und Broeken, wees de vinger van de Jlarzclub; en opgefrischt, zonder een spoor van vermoeienis, trokken wy zuidwaarts er op los. Achter de moerassen dailde de weg en daar konden we duidelijk zien hoe ver schillende beekjes hun bron en oorsprong vonden in 't water dat uit het moeras langs een steenachtige helling afsijpelde. Dan waren we opeens weer in 't sparrebotch; maar hier waren 't al niet meer de reuzen van 't dal van Dra'nge en iloltemme. Niet veel hooger z\jn ze dan de weinige fparren, die bij ons als vreemdelingen in de dennebossehen voorkomen. Hier staan de dennen juist een zaam en vreemd tusschen de sparren. Een zypad roert naar de Holle. Nu die hel viel me tegen, 't was er volstrekt niet wilder of woester dan aan de Renne; 't is n groote keienzee, maar dan keien van kubieke meters, de holten opgevuld met kleine scherpe steenen, waartusschen een warboech van allerlei strui ken opgeschoten z\jn; vlier, bramen, hop, clematis, kamperfoelie alles door en over elkaar; de naam kon wel bedacht zijn door menschen begaafd met likdoorns, want 't loopen is er een ware penitentie. Langs de Holle voert een smal pad t usschen twee rotsmuren ODS onverwachts aan den voet van de zuidelijkste afaakking van de Renneckenberg. Daar begon 't lieve leven. De helling is volkomen kaal gekapt, met hier en daar een jonge aanplanting, net hoog genoeg oin de knieën in de schaduw te zetten en 't uitzicht te beletten. Het pad zelf, geen twee meter breed, steeg al dadelijk zoo stel, dat we na vijf minuten al uitkeken naar een zitplaatsje, dat er niet was of we moesten den bodem voor lief nemen. En was 't nu nog maar een eö'en pad geweest! Het schijnt wel of de lui, die 't uit de berg helling gehouwen of geeprengd hebben, voor de aardigheid ot voor 't genaak al de eteensplinters en brokken op 't pad hebben laten liggen en alletn de groote stukken aan weers kanten Lebbtn opgestapeld. De zon stond op zjjn hoogst en de heete steenen kaatsten ons de stralen in 't gezicht, dat we al gauw aan De obligatiehouders zullen gezamenlijk hunne belangen behartigen. Het doel is na 't fail lissement inkoop van het onderpand voor gezamenlijke rekening. 'k Vind in de koerslijst ook opgenomen de obligatiën van de N. V. Nationaal Grondbezit te 'sGravenhage. Deze onderneming maakte in 't afgeloopen jaar goede zaken. Met 'n ge stort kapitaal van nog geen l 'A ton werd meer dan 3M ton bru o en ruim \% ton netto verdiend. Het doel van deze onderneming is het verkrijgen, vervreemden, verhuren en exploiteeren van onroerende goederen in Nederland. Daarvoor zyn contanten noodig, die de Mpij door den verkoop van 4 en 4K pCt. obligatiën verkrijgt. De obligatieschuld vind ik op de balans voor ongeveer 4Ji miliioen, (splitsing in 4 en 414 pCt. obliga tiën wordt niet gemaakt), daartegenover de Onroerende goederen voor 4.1 miliioen, de effecten voor l?i ton, het reservefonds voor l % ton. Welke zijn de effecten en in welke pandbrieven is het reservefonds belegd? De koersrekening wordt geheel afgeschreven. Is ? 12.000 voor de rekening van afschrij ving niet wat weinig? Van hare geboorte af ging 't deze Mpij voorspoedig. In 1897 opgericht, kon zij over 1898 5 pCt en ver volgens 26, 24, 18, 18, 15, 18 en O7er 1905 zelfs 27 pCt. beschikbaar stellen. Die groote uitkeeringen zijn blijkens het rapport van den raad van toezicht, ook in 't bijzonder te danken aan de toewijding en yver van het personeel. Wellicht staat daarmele in verband de sympathieke balanspost: Fonds voor het personeel van ? 4000. Na volging zy aanbevolen meneeren! Donderd./Vrijdag. D. STIGTER. NIEUWE UITGAVEN. Van simpele menseden, d. GUSTAAF D'ÏOXDT, Amsterdam, Van Hólkema & Warendorf. Verten ging voor de Zeevaart, gevestigd te Rotterdam, 37e afl., Augustus 1906. De kunst van het theater. B. GORDO\ -CRAIG, vertaling van DOXAERT VAS ELTEN, ingeleid door Jan C. de Vos, Jac. van Looy en M. A. J. Bauer. Amsterdam, 3. L. van Looy. Register op de journalen van Constantijn Huijgens Jr. Amsterdam, Johannes Muller. Beeringenen Houth elen 5 en 6 Augustus 1831, door jhr. J. E. MEIJER, Harderwijk, firma S. Wedding. BERNARD CANTER, Twee weken bedelaar, met 2 portretten, 2e herziene druk. Rotterdam, W. L. & J. Brusse. Het Oude Teslan.ent en de critiek, door dr. J. J. P. V AI,'TOS Jr. Baarn, Hollandia drukkerij. De dooditraf, door mr. D. P. D. FA.BIUS. Am sterdam, J. W. A. van Schaïk. Sluimerende zielen, van DORA M LAGAR, be werkt door MA IA WORSTMAN. Amsterdam, Van Hólkema & Warendorf. Lichaamgichoonheiii. Hoe men het lichaam lenig, krachtig en mooi kan maken door mid del van eenvoudige huisgymnastiek, door DEBORAII PBIJIROFE, voor Nederland bewerkt door MAK A B. ROOZEN, met een inleiding van M. STEFFELAAR, met 72 illustraties naar photo's. Amsterdam, Uitg. Mpij. Elsevier'1. Religie en welenechap, door dr. A. H. DE HARTOG. Paarn, Hollandia-drukkerij. 3e Jaargang. 30 September 1906. Red.: C. H. BROBKKAMP, Damrak 59, Amst. Verzoeke alle mededeelingen, deze ^ubriek betreffende, te richten aan bovenstaand adres. Probleem No. 68 is goed opgelost door: S. een bakkersoven en daarna aan een stoombad dachten. In 't eerst hadden we pret om 't afglijden en achteruitkrabhelen; do geestigheid dat we de Brokken hier al onder ons hadden, kon nog aardig gevonden worden. Maar onze kaart leerde, dat we zoo vier u vijfhonderd meter stijgen moesten over een afs'and van een drie kwartier gaans; dat was geen prettig vooruitzicht vooral als je daarbij in't geheel geen uitzicht hebt en het terugkeken nog lastiger schijnt dan 't opklauteren. Van rechtuit rechtaan loopen was geen sprake, we moesten springen of laveeren om de keiijes heen en die hadden allemaal van die halfronde koppen, waarop je nooit met ge rustheid je voet durft zetten. Sedert de spoortrein in 1899 de Broeken zelfs voor menschen zonder beenen toegangelij k heeft ge maakt, denkt niemand er meer aan per rijtuig te gaan; en te voel, zoo zegt Hoffman in zijn groot plaatwerk van den Harz: kraxelt höchstens noch hi'- und da einmal e'm altmodigch romantis:erendes Individuum oder lin buszfertiyer Pi/grim iu AbspiUunjfeiner tanden. Nu zoo erg is 't niet; we kwamen hier werkelijk een paar keer menschen tegen, heeren. dames en kinderen ook; ze hadden allemaal glimmende roodekool-gezichten. Maar ze lachten toch vergenoegd, ter wijl ze omlaag schokten; dit ging met een zoo'n vaartje, dat ze van tijd tot tijd hun bergstokken tegen den kant moes ten duwen en afstoot en om zich tegen te houden. Wij eclipseerden ons om de botsing te vermijden tegen den hoogen steenen wegkant, en vroegen hoe lang 't nog klimmen was. Ook onze dalende lotgenooten waren blijkbaar niet afkeerig van een gedwongen halte.Zij zetten zich schrap en vertelden, jolig en luidruchtig als Berlijners inzulke omstandigheden kunnen zijn: dat het een eind verder noa; veel erger werd, dat de steenen er nat waren door een bron, die door en over het pad liep; maar dan werd 't uitzicht prachtig ; bij de Schutzhütte vooral; en dio was geen half uur ver meer. Maar we behoefden ons niet te haasten : 't Was er zoo vol op den Broeken, dat we vooreerst geen plaats om te staan hadden." Dat half uur was voor ons een vol nur. 't Laatste stuk was de ergste klim, de eenige wer kelijk vermoeiende, die wij op onze heele reis hebben geha 1; maar hij beloonde ons inderdaad de moeite eenigszins ; want we kregen telkens achteruit heerlijke vergezichten naar 't noord oosten, naar 't dal van Hasserode en op de stad en 't slot bij Wernigerode. Waar uit zicht te genieten valt, is 't stijgen ook bij S. van Baaien, K. G. de Jonge, M. Wolder, A'dam ; A. Admiraal, Canada; K. Bouwes, N. Bouwes, D. Kikke, Edam ; J. Luteijn, Groede; W. van Daalen, J. Fortgens, W. J. A. Matla, Haarlem; J. Veersheirn. Hilversum; W. Vijn, Hoogwoud; J. Meijer, Nijmegen. De heer J. Lnteijn, Groede, verzoekt ons pr. No. 68 nogmaals te plaateen met de onderstaande wijziging. Gaarne voldoen wij hieraan, daar de thans verkregen combinatie niet minder schoon is, dan in de oorspronkelijke stelling. Veran dering der s'ukken: De witte dam op 36 en de twee witte schijven 45 en 46 op 47 en50. Zwart (9 schijven en l dam), Wit (LO schijven en l dam). Na 14 dagen vermelden wij de oplossing en de namen van hen, die ons deze tijdig toezenden. UIT DE DAM WERELD. Zondag 16 Sept. 1.1., gaf de Lyonsche Damclub een wedstrijd, waarvan het resultaat was: mr. Le Goff, 25 punten, allen partijen goed!!; Poulleau, 18 p.; Berluirat, 15 p. Deze dag gaf aan de Lyonsche damvrienden een recht genoegelijke ontspanning, en de president verklaarde, dat, op dien weg voortgaande, de Lyonsche damclub bij het congres in 1907, zeker flink zal uitkomen. Men schryft ons uit Rotterdam : In de simultaan séance 1.1 Zaterdagavond bij de Damvereeni^ing Constant' alhier, werden door den heer Pb. L. Battefeld, voor zitter van het Vereenigd Amsterdamsch Damgenootschap, niet minder dan 26 partijen gespeeld en daarvan « gewonnen, 11 remise gemaakt en 7 verloren. > De séance werd zeer druk bezocht; menige fraaie zet trok de aandacht, en het groot aantal nieuwe leden, dat zich op dezen avond heeft aangemeld, gaf getuigenis van de toe nemende belangstelling in het hoogkunstige danispel. AT. v. d. D. De heer K. Koster, Hoog Carspel, deelne mer aan de eerste Nederlandsche zes-kamp, uitgeschreven door den A. N. D.", wijst ons op het onderstaande, waarvoor wij gaarne een plaatsje inruimen, daar het uitsluitend het technisch deel van het damspel betreft, en nuttig is voor hen die het spel beoefenen. In de rubriek van 30 April 1905, staat onder No. 20, een rartij, Weiss?de Haas-. Bij den 47en zet doet zwart een zet, welke groote hitte niet erg; je blijft er met plezier, om dubbele reden wat vaker rusten en de benauwde warmte van het enge besloten pad is al weer vergeten, wanneer de fris-che beralucht van alle kanten kan toestroomen. Bij de Schutzhütte waren we halfweg den Broeken. Dat is een heerlijke uitvinding, die vluchthuit-jes in de bergen. Die op den kam van den Renneckenberg is een dubbele, een vertrek voor heeren en een voor dames. Ingeval van noodweer, mist of storm is't er best een nacht uit te houden, al zijn de slaapbankfn niet bekleed; het eenige wat er ontbreekt is proviand, maar die hebben de toeristen altijd wel bij zich. Aan de bewoners van de streek is 't overnachten in de houten hut bei Strafe enz. verboden, tenzij ze tegen den nacht overvallen worden door mist of zelfs voor weinig geoefende spelers als een blunder moet aangerekend worden. In het maandblad Het Damsptl No. 7, (September 1906) is deae partij nogmaals opgenomen, echter met de volgende analyse van den heer De Haas, tevens als speler met zwart: 47e zet. Wit 37-31!! Stand na den 47en zet van wit. Analyse: Prachtig gespeeld! Speelt zwart 21-26, dan is hij verloren. Met eiken anderen zet veiliest zwart den schijf op 21." Niets toch is minder waar, en wit zal, dit lezend^, wederom moeten lachen, zooals dit zeker geschiedde bij het simpele antwoord 21-26. Zwart heeft op dit moment de betere stel ling en een groote winstkans bovendien, die, blijkens de bovenstaande analyse, dm voor de tweede maal, weder aan zwart is ontsnapt, hetgeen met het volgende zal aangetoond worden: w 3 ?-31, z 18 23!! Wit moet nu 31-26 spelen, anders verliest hij een schijf en hoogst waarschijnlijk de partij bovendien, z ^5-20, w 26 :17, z 24-29, w 43 38 (gedw.), z 29 : 40, w 35 : 44 z25 30. Nu kan wit niet vervolgen met 44-40 of 38 33, want dan speelt zwart 20 25, en gaat aanstonds op zijn gemak een dam halen. Wit moet dus zijn gewonnen schijf weder teruggeven, met 17-12, z 8 : 17, w 22:11, z!6;7üDit is de beste stand die wit kan innemen. Speelt hij anders, dan zal de partij vrij zeker door hem verloren worden. Zou echter bij het spel van wit een ? nog niet op zijn plaats zijn ? De slagzet 12 : l, bij den 19en zet van zwart welke in de dam rubriek terecht is afgekeurd, doch in Het Damspel in tegenovergestelde richting wordt geanaliseerd, blijft buiten be spreking, daar de beoordeeling hiervan, voor ieder geoefend speler niet moeielijk is. Zou, bij het lezen van de opmerking bij partij No. 14, in datzelMe blad geplaatst, niet met recht aan de splinter en de balk moeten gedacht worien, of doet het los bygevoegd diagra-nmetje nog iets erger veronderstellen? CORRESPONDENTIE-WEDSTRIJD. Tabel der gespeelde zetten van Zwart. P. W. Z. No. 23. ; No. 33. i No. 36. i No. 77. D - i F - i F -|N K 19-23: E 9-13 M 30-34! D 34-39 toren. Oin de schuilhut heen voert een flinke bijna waterpasse weg; we dalen nu weer, stijgen nog eens; dan zien we opeens de heele Brockengroep voor ons; de Broeken zelf met zijn uitzichttoren, zoo d'iidelijk, dat we met den kij&er er mensehen en een trein op onderscheiden konden. Wat waren we blij het doel van de tocht ?,oo dicht bij of althans schijnbaar zoo dicht bij gekomen te zijn. Bij elke wending kwamen we merkbaar nader; toch kan ik niet zeggen dat het gozicht me trof. De bergen rondom,die we nu overtrok ken zijn maar weinig lager dan de Broeken ; een honderd meter ongeveer; en zij zien er met huu heel of half kale ronde k< ppen zoo mak uit. Ook de Broeken zei) werd er bij 't na deren niet grootscher op. Uit de verte, vooral sKte^^ë4?*?S De Kuppe, de top van den Broeken. sneeuw. Wat een uitgesneden en ingekraste namen daar op die wanden l En wat zijn er veel Nederlandsehe bij, ook een paar Engelsche, maar geen enkele Fransche. Hier troif'en we ook weer reizigers ; vrien delijke lui, die ons in de wazige verte de witte dubbele torens van i^uedlinburg en llalberstadt aanwezen. Met den kijker was 't uitzicht er nog mooi, maar voor 't bloote oog is er niet veel meer aan, 't iseen groo'e nevelzee, die vlakte, waaruit de Harzbergen oprijzen". En de hoogte, we zijn al boven de 9ÜO M., maakt alles zoo klein en nietig. Alleen de rotiklompen van de Ahrensklint, een kwartiertje naar 't Zuiden, zeggen nog iets van de wilde krachten die hier in vroeger tijd gewerkt hebben; als ontzaglijke wolzakken liggen daar een aantal plat ronde steenen op elkaar en vormen een allerzonderlingsten uit het dal gezien, is 't een toning, die, als de tchte oude koningen, een hoofd boven zijn hovelingen uit steekt. Van dicht bij is hij wat dikker van lijf en wat platter en kaler van schedel dan zijn hofhouding, maar niet forscher of flinker. Was dat nu de woeste heUche Broeken van de Wulpurgisnacht, de ang>t« ekkende Blocksberg, waar mijn grootmoeder 't altijd ov< r ht:d! Even maar verloren we hem weer uit 't gezichr, dat was toen onze weg uitmondeop den Chaussee van Ilsenburg. Daar liejen menschen ?at en ook de rijtuigen hebben nog lang niet uitgediend, zooals Hifi'man beweert. Van dien kant kwamen er nog luidjes genoeg opzetten, en op de groote spiraal die om den Broeken heen naar de Kuppe voert, was 't alles behalve eenzaam en verlaten. Zoodat wij een oogenblik werkelijk vreesden, dat de grap van de Berliners wel eens waar kon zi.'n A. LUBBERS c.s., Makelaars, zullen op Maandag 8 October1»O«, des avonds na zes uur, in het Verkooplokaal Frascati", ten overstaan van de Notarissen Mr 4- J- G. JONGEJAN & P. D OOï, m veiling brengen: Een 1IFIS, met Oiiderbiiig en Achterhuis, Open Plaatsen en ERVE, tbans ingericht voor Kantoren, Magazijnen en Bergplaatsen, te Amsterdam, aan het beste gedeelte van den B. Z. Voorburgwal 280, tegenover het Nieuws van den Dag, groot l Are, 95 Centiaren. Te bezichtigen Dinsdag, Donder dag en op den Verkoopdag, van 2 tot 4 uur. VCraYPiibage, 26 Sept. 1906, 's morgens 11 uur 45 minuten t DAGNELIE, Dam 8, Amsterd. No. 9313, 5O M I LI. E, LOTISICO." Vit bet bovenstaande blijkt, dat geadresseerde, vertegen woordiger van DE EERSTE NEDERLANDSCHE MAAT SCHAPPIJ tot VERZEKERING van RISICO inLOTERIJEN,Lange Vijverberg No. 2 te 's-GRAVENHAGE, -r- de polis Sfo. 931* onder zijne administratie beeft, waarop eene uitkeeriug van /2131.5O versclmldigd is, omdat op betzelfde nummer iii de 5e klasse van de tbaus trekkende Staats loterij de prijs van nominaal 5O mille gevallen is. SHT" Op schriftelijk verzoek aan het adres van I.OTISICO, Lange Vijver berg Wo. 2 te's-Gravenhage, worden prospectussen met bijbehoorende documenten eneenige proefnummers van het Maandblad der Vennootschap franco per post toegezonden. HlimiMiiMiitimiiililiiuluiiiiuttiiiiiiitimiimiiiiiiiimilmnitmitmtiB en we queue zouden moeten maken, om een plaats op den top te krijgen. Nog iets viel ons heel erg tegen ; dat is de plantengroei. Ik had zooveel geleztn van de m rkwaardige alpine plantengroei, die alleen op den Broeken voorkomt, Jat mijn ver wachting hoog, veel te hoog gespannen wa«. Wel was 't interessant de sparreboomen te zien inkrimpen tot dwergjes, tot verweerde, en verwaaide kreupele en geschonden boomp jes, net als bij ons de eiken in de zeeduinen; ook de temperatuur daalde daarboven merk baar, maar de alpen plant en, die we zouden vinden en waarvan ik den nacht te voren nog wonderen gedroomd had, bepaalden zich tot ne ; een heele mooie wel is waar: da Alpenanemone. 't Is een groote bloem, rijn blauw van buiten, wit met geel van binnen, en om geven door een krans van gryzig groene, kant fijn uitgesneden blaadjes. Die bloeidevoor de tweede maal. Er stond er ook een in vrucht, net een dot vlasvezels. Broeken heksen, heeten ze. Alles hekst hier. Een eind verder, vlak bij 't laatste stijgpad' naar de Kuppe, staat een bord waarop 't bloemenplukken verbodenis: boete 15 Mark. Eindelijk zijn we boven, een vlakte van een half uur in omtrek, b'exaaid met groote platte en ronde en scherpkantige steenen, hier en daar in hoopen bijeen, als van een ruïne, voor de rest afgegraasd of uitgedroogd gras en een paar dwergdennen. In 't mid den een 18 M. hooge uitzichttorenen aan een zijde een lang laag en lang niet mooi gebouw het hotel. We wilden maar meteen naar de toren, omdat we toch nog den gang in onze been* n hadden; maar daar moesten we werkelijk queue maken. Ook de trein werd net bettormd door een verbazende menigte. Ook 't hotel was propvol en vol lawaai, gezang, muziek van dilettanten, geroep van kelners en dor stige menschen. En aan den rand van d» Kuppe overal praters en kijkers met binocle. liet Heksenaltar, de Duivelekansel en/., allemaal steengevaarten, die in stilte, bij neyel, of als de wolken er over vliegen een machtigen indruk moeten maken. Nu lagen, hingen en zaten re vol nien-chenmet broodjes in de mond en mandjes of valiesjes in de hand. Alles in de hooge volle zon, die geen hitte gaf en den demonische;) berg bijzonder geschikt maakte voor een jolige picnicpartij; steenen tafels bij de vleet, vol eetwaar, een enkele gedekt zoo waar. 't Benige plekje waar 't stil was en bleef dat is 't proefstation van de Götünger Universiteit. Daar worden de planten van 't Hooggebergte gekweekt en die van de B/oeken gered uit den bek van de koeien en de hand van de verzamelaars. Daar was 't werkelijk rustig, maar er stond ook een fchutting om, met een stevig hangslot op 't hek. 'k Wil den Broeken wel eens weer zien, maar dan in 't voorjaar of later in den herfst, als 't niet zulk mooi weer is en er geen duizend menschen tegelijk boven zijn. E. HEIMAXS.