Historisch Archief 1877-1940
NQ. 1531
D E A MS T E E D A M M E R WE E K B fc A D V O O R N E D ER LAND.
MAGGI's Soepen in tabletten,
merk Kruisster,
maKen het mogelijk om in den kortst
mogelijken tijd (10?-25 minuten), slechts
met water, voortreffelijker krachtige
soepen klaar te makea. Per tablet voor
2 flinke borden
Fransche soepen 10 Ct.
Pikante soepen 13
MAGGI's Bouillon-Capsules,
merk rnisster,
geven door oplossing in kokend water
oogenblikkelijk een voortreflelijken voor
het gebruik gereed zijnden bouillon. Per
capsule voor 2 koppen
Consommé(extra sterk vleeschnat
zonder vet) 12 Ct.
Bouillon (vleeschnat met vet) . 9
staatkundige fracties zich in de laatste weken
voor Vrouwenkiesrecht hebben verklaard,
heeft BU een der toongevende Zuid-Duitsehe
Koomsch-Katholieke bladen voor dit beginsel
front gemaakt op grond van het feit, dat de
Kerk zelve den zusters van geestelijke orden
kiesrecht en zelfbestuur toekent, tevens ver
klarende dat de kerkelijke wetten de
ontvoogding der vrouw in het minst niet
veroordeelen, terwijl de rede en de maatschap
pelijke en economische ontwikkeling van
onzen t|jd die niet alleen gewenscht maar
zelfs noodzakelijk maken.
Dit weinige, niet meer dan een greep uit
den inhoud der twee tot nog toe verschenen
nummers van het Orgaan van den Wereldbond
voor Vrouwenkiesrecht moge genoeg zijn
om tot Badere kennismaking daarmede op
te wekken.
JOH ANNA W. A. NABER,
Lid van het Int. Comitévoor Vrouwenkiesrecht.
n i m i
wam.
VI.
Ik gruw van het denkbeeld School, voor
3?C-jarigen ; ik zou het een zegen achten dat
ook de kleintjes van onvermogende vrouwen
thuis konden blijven. Zoover is het nog lang
niet; dat weet ik zeer goed. Daarom ben ik
bl\j dat er bewaarplaatsen zijn, waar men de
kindertjes die thuis niemand hebben om ze
te verzorgen en voor kwaad ie behoeden,
liefdelijk opneemt. Maar al geeft men zulk
een inrichting nog zulk een mooien naam,
niemand zal mij overtuigen dat ze meer is
dan een surrogaat; de echte plek waar het jonge
kind kan gedijen is het ouderlijk huis.
Ik heb zes meisjes uit n gezin (ze hadden
v\jf broeders) 8 of 9 klasse!» eener meisjes
school voor M. U. L. onderwijs door, in haar
ontwikkeling gadegeslagen. Wat een levens
lustig, origineel troepje was dat I Ze liepen
sterk uiteen, er waren geen twee gelijk;
wel hadden ze eenige trekken gemeen. Eg
voorbeeld, ze hadden mooie oogen en dik,
glanzend haar, maar de een was slank, de
ander een dikkertje; twee waren bijzonder
leergierig, drie uiterst schrander, n slechts
ijverig uit pliehtgevoel. Stoeien, dat deden
allen even graag, en o I haar ruime, heldere
lach I Al het goede en kwade dat in haar
was; kreeg men te zien, voor eet» leugen
waren zij veel te trotsch, ze dachter, als het
ware, hardop, waarbij veel liefs, maar ook
menige stoutigheid voor den dag kwam.
Frisch kwamen zij op school, met even
frisschen geest verlieten ze ons. 't Zijn flinke
vrouwen geworden, wispelturig noch neus
wijs; ze hangen aan elkaar, zijn behulpzaam.
- en redzaam. Geen d*r zep is esn, genie, mgar
fc ze oetwïkjteteftrïicb. nog steeds, bij vader in
x de bibliotheek, bij moeder te midden van
' haar werkzaamheden, in haar eigen gezin,
',' in grootere kringen.
? ' Zijn ze getrouwd?" Hebben ze een
be, roep ?" Dal doet er niet toe, ze zijn en ze
'-? maken geluking. Haar bijzondere aanleg voelt
zich bevredigd.
Ze waren zeker dochters van vermogende
en intelligente ouders ?" Dat doet er ook niet
toe. Slechts dit wil ik u wel zeggen: de
ouders verlangden dat hét niet zou heeten
Ue school neemt het belangrijkste deel der
: opvoeding voor haar rekening. De ouders
willen er wel af zijn."
Ieder kind, met name ieder meisje, wensen
ik toe:
UIT DE NATUU
CXCIV. Een boomenmoordenaar.
Nu na de eerste vorst in October de geel
bruine bladeren het grasveld bestrooien in
onze parken, en 't mos bedekken in onze
bosschen, zal een nauwlettend wandelaar in
't geelgrijsbruin gewirwar langs de paden al
heel gauir zwammen opmerken, die een opper
vlakkig kijker allicht voorbijloopt, zonder ze
te zien.
Dit komt doordat deze paddestoelen zeer
sterk in kleur gelijken op afgevallen herfstblad;
als ze oud worden en de randen inplooien,
wordt de uiterlijke overeenkomst, ook wat
den vorm betreft, nog sterker; tusschen 't
kromgetrokken rimpelig blad van eschdoorn,
beuk of iep zyn ze dan alleen zichtbaar voor 't
geoefend oog van den plantenvriend; toch
staan ze vaak bij honderden dicht opeen,
soms in verdiepingen boven elkaar of vormen
kringen, die, wanneer 't dorre blad verwaait
en ze wat meer in 't oog vallen, door 't volk
met den naam van heksenkringen worden
aangeduid.
Van de weii:ige andere paddestoelen die
er op lijken en die 't na de nachtvorsten
van eind October of November nog uithouden,
is de merkwaardige geelbruine zwam meestal
dadelijk te onderscheiden door de massa's
waarin hij voorkomt; en ook door 't groeien in
dichte groepen, in zooden, in klonten haast;
dertig of veertig op een paar vierkante deci
meters, ik zou hem wel de groote
duizendzwam willen noemen. Ook als er bij toeval
een enkele apart staat, wijzen de ring en de
sluier, bij een jong exemplaar de fijne bruine
schubbetjes op den hoed er op, dat we te doen
hebben met de beruchte Armillaria mellea;
deze heet, vertaald, den honing',wam, naar de
kleur; of dan duizendzwam; 't is de Hallimasch
van de Duitschers. En wie ze maar eenmaal goed
aangekeken heeft, berkent ze bij eiken ouden
vermolmden boomstronk, en aan den voet van
veel oude stammen; op de hak vlakte van
gekapte beuken zitten ze vaak zoo
opeengedrongen, dat ze in hun jeugdvorm op een
massa klinknagels lijken, die rechtop of
scheef op 't hout zijn gezet.
'k Zei van deze zwam, dat ze berucht en
merkwaardig is ; berucht om een eigenschap,
voor den boschbouw gevaarlijk. Vroeger
dacht men dat alle paddestoelen schadelijk
waren voor 't levende hout; dat is een vergis
sing gebleken; gevolgen waren voor oorzaken
gehouden. Verreweg de meeste van de hoogere
zwammen zijn saprophyten d w. z. zij leven
van doode stoffen; wat men door paddestoelen
L Zes, zeven jaar lang een huiselijk kin
derleven ; zeer weinig invloed van vreemden.
Opzettelijke licbaamsoefeningen door wan
deling, spel. klein dienstbetoon, enz
Ontwikkeling der zintuigen, vorming van
den wil.
2. Gedurende 8, 9, 10 jaar het genot van
opvoedend onderwijs in scholen; daarnaast de
voortgezette opvoeding door het gezin.
Het doel van huis en school moge zijn:
jonge menschen te kweeken die zich in den
huiselijken kring op hun plaats gevoelen, en
van daaruit tevreden hun taak in de groote
maatschappij beschouwen; die thuis en daar
buiten willen.
De trots op hun zelfstandige kracht worde
in de volwassen kinderen getemperd door een
gevoel van afhankelijkheid, even teer als het
was toen ze nog nietige huiskindertjes"
waren!
Men schrijft dezer dagen in Hollandsche
en Duitsche geschriften veel over Fr
belscholen. Een smakelijk onderwerp voor de
voorstanders, naar het schijnt I Hun voor
raad argumenten raakt niet uitgeput. Ik ver
diepte mij er in, deed mijn best het eens te
worden met hen die de Fröbelschool
(voor"bereidende school) de beste plaats van op
voeding voor 3?6-jarige kinderen noemen.
Ben ik bevooroordeeld, styfhoofdig?"
vraag ik mij af. Ik tracht het niet te zijn,
en te gelooven dat met de voorgestelde ver
beteringen neen hervormingen" der
bestaande Fröbelscholen het ideale zal bereikt
worden. Mijn herinneringen laten zich niet
door theorieën verjagen; de nieuwe plannen
wekken geen voldoend vertrouwen.
Wat hebben wij in de jongste klassen (mv.)
onzer Meisjesschool met de voormalige be
zoeksters van Fröbelscholen getobd! Vooral
op het punt van den wil, wel te onderschei
den van de gewilligheid, die passief was en
o! zoo lang passief bleef. Onder elkaar spra
ken we van teuterig", zeurig", er zit geen
vaart in"; ook hoorde men: eigenwijs",
klein oud mensch." 't Is mij altijd voor
gekomen of de toepassing van ruime denk
beelden -een erg bekrompen plekje bearbeidde:
dit wél en dat niet; geen streep verder,
ook geen streep minder ver" enz.
De echte Fröbelechoöl". schrijft een
Duitscher, is een goede voorbereiding tot de
lagere school, en door deze, tot het leven."
't Mocht wat! No. n: de school; No.
twee : de school; No. drie: het leven ! Zou
den we ook liever de n- en tweejarige
wurmen naar een schooltje brengen? Als voor
bereiding tot de Fröbelschool, de lagere
school en het leven ?"
Het leven. Wat is dat hier een vaag begrip
geworden l Er is iets ongezonde in de
voorBfiHïiig,' Het Jeveft vangt, immers met den
e"éV8tetl ademtocht van hét kind aan l Het
werkt in het kind, of het al dan niet fröbelt,
van 3?6 jaar! Het werkt in den knaap, in
het meisje, even goed in de vele uren die ze
tehuis doorbrengen, als gedurende den school
tijd, die zooveel korter is I
Van de gezinnen, of liever van het gezin"
wordt verbazend veel kwaad gesproken. Men
generaliseert: het gezin" vertroetelt, maakt
lui, leugenachtig, heeft een verderfelijken in
vloed, ja, wat niet al I Men kon beter weten.
Het gezin", arm of rijk, heeft zijn gebreken,
evengoed als de school" voor onvermogen
den of aanzienlijken. Maar er strijk en zet
tegen aan te voeren dat het niet deugt, dat
de kinderen, hoe eer hoe beter, aan het ge
zin" moeten worden onttrokken, acht ik weinig
bezet ziet, is in 99 van de 100 gevallen niet
door deze gedood, maar eerst na 't afsterven
aangetast; 't is een leven dat wortel t in den
liefderijk. Ook de uitspraak: de kleintjes
hebben niemand die op ze past," eischt
voorzichtigheid.
In plaats van het gezin" te miskennen,
ware bet beter er achting er liefde voor te
wekken ; het bij de vragen omtrent de volks
opvoeding zooveel mogelijk op den voorgrond
te stellen. Ouders en kinderen, vooral jonge
kinderen, te scheiden moet uitzondering
blijven.
Sticht, wachtende op betere tijden, een
menigte bewaarplaatsen, met of zonder
fröbelei, als toevluchtsoorden voor
hulpelooze onbeschermde kindertjes. Waarom niet?
't Zijn vriendelijke tuchtschooltjes.
Maar bevordert tevens oe opvoeding thuis
door eigen volk, waar zulks niet onmogelijk is.
Buiten en in de stad bestaan heel wat ge
zinnen, die bewijzen : Wij kunnen de taak
wel aan, omdat wij willen.
Sluimert de wil en daardoor de kracht, ja,
dan kost het soms moeite beide te wekken.
Maar is het niet een verheffend, echt humaan
doel, een niet onwaardig gezin er op te wijzen
hoe het zijn aandeel aan de .opvoeding zijner
kleine lievelingen kan vergrfcoten ?
VII.
Nog eens : Wat worde er voor 3?6-jarige
kinderen gedaan ?
Dr. Steglich, uit Dresden, zegt: De Fröbel
scholen zijn goed:
Ie. voor eenige kinderen ; 2e. voor kinderen
uit kleine gezinnen; 3e. voor kinderen van
ongeschikte ouders. Ze willen opvoeden en
vormen zonder dwang, evenals bet huisgezin,
in een vrije omgeving, bij spel. Haar hoofd
doel is: bazigheid voor het kind, dat zich
zelf tot middelpunt heeft, en dat niet mag
merken dat er iets bijzonders met hem wordt
gedaan.
Opmerkingen. Het nig kind wordt veel
te dikwijls voor een ongelukkig, vertroeteld
wezen geschold> n. Ik ken verscheiden eenige
zoontjes en dochtertjes, diébeter terecht zijn
gekomen dan andere kinderen wier ouders
hun talry'k gezin in 't honderd lieten loopen.
Ook menig spannetje wies met zen tweeën
voordeeliger op dan de laatste vier van een
tiental spruiten. ? De ongeschikte ouders!
waarlijk, een hoogst treurige factor, maar...
kent dr. Steglich geen families waar, een
kloeke zoon, n brave dochter, jong soms
en in menig opzicht onervaren, de teugels
in handen durfde nemen.? Vooral het meisje
tracht, bij ziekte, dronkehicbap, ondeugd,
dikwijls de kleintjes voor leed te vrijwaren,
Ik ken een 8-jarig meisje dat een broertje
van 5 en een zu«je van 'afe'een moeder
beschermde, maakte dat ze te eten kregen,
niet schreeuwden of stout waren. Vuil waren
ze met zen drieën ; van wassofcün Bad ze dan
ook geen ondervinding?-; ik mëeft maar: moe
derlijk instinkt dreef ,haar om te doen wat
ze kon; ze wilde het goede, Voor zoover ze
het kende. Welnu, kènnis..^^ men haar bij
brengen, al geeft men de ouders op
Ook de ouders zijn dikwijl» minder
onge.schikt dan ze söhijnen. Ze frhldereh er op
los, of klagen zoflder eind, m*w heeft men,
met veel moeite en Omzichtigheid! hun ge
voelig punt ontdekt, dan beginnen ze ach
ting te krijgen «n geven toe, dat ze toch wel
iets" meer voor de jongsten kunnen doen,
als de juffrouw of mijnheer" een handje
zou willen helpen, hetgeen bier beteekent:
als ze twee, liefst gevulde, ,ianden willen
uitsteken. Men werkt alzoo op de
begeerigheid van den een, de ijdelheid van den
ander l Later wekt men edeler gevoelens bij
iMiiiiiiMiniiiiiiimiiimiimiiiiiimiiiiiiiiiiMitirmiMiHtiiitiiiiiiiiiiiiiiii
dood ; en daardoor zijn ze van onberekenbaar
nut voor andere planten.
Dit lev«n van 't doode nu is ook wel 't
hen op; ten slotte kan men ze met hun
kinderen alleen laten begaan.
Dat zijn wel exceptioneele onderwijzeressen
die een aantal kinderen uit verschillende ge
zinnen, eenige uren achtereen, ongedwongen,
spelend beziy houden, in een vrije omgeving,
zooals in het huisgezin!" Maar het huisgezin
oefent wel degelijk dwang! De vrijheid is
betrekkelijk ! Mag in een gewoon gezin eeu
kind zeggen wat het wil ? den hond sarren,
zusje wakker maken, in den tuin plassen,
lui blijven zitten, zijn speelgoed laten slin
geren ? Mag het geen wil voelen ?
Verder: bij spel, Spel, in huis en op school,
geregeld spel, dat eenigen tijd wordt voort
gezet, blijft geen bezigheid waarvan het kind
zelf het middelpunt is, zonder dat het weet
waartoe dat spel moet dienen." Wel, een kind
is toch geen draaitol, die zich beweegt en
het zweepje niet vermoedt ? Een automaat
die zelf bcuzelt, terwijl anderen ietsgewichtigs
aan hem volbrengen? Tot zoo iets krijgt
men een kind niet, dan ten koste van zijn
echt kinderlijke natuur. En dr. Steglich's
Fröbelschool is in mijn oog een wereldje vol
onnatuurlij kheid.
F. M. S. GUYOT.
Winter-modes. Alexandre Dumas fis over
tooneeUpr.elaters. De Koningin der
Wateren'.
De schoonheid van bloemen komt meer
tot haar recht, wanneer men bloemen van
n soort, afzonderlijk in vazen plaatst, dan
wanneer men van allerlei soorten een alle
gaartje maakt. Veel gaat dan verloren van
haar prachtige vormen en tinten. Toevoe
ging van donkere beukenblaren verhoogt
de reine blankheid van lelies en witte chry
santhen; teer-groene slingers zijn een
gewenscht attribuut bij een mand zacht-rose
rozen. De vermenging der bloemsoorten echter
blijft even ongewenscht als het gebruiken
van verschillende soorten bont en kant, bij
de confectie van n mantel, of n toilet,
zoo als de mode dit een tijd lang voorschreef.
Thans heeft men, wat het bont betreft,
ingezien, dat de kracht en de schoonheid
van pelswerk verhoogd wordt, wanneer niet
verschillende dierenvellen gebruikt worden
als materiaal en garneering van mantels.
Stola's en pelerines in pelswerk zullen
dezen winter langer en wijder zijn dan ooit.
Als garneering van bont-mantels zal voor
het naderend seizoen gebruikt worden: pattes
van geborduurd fluweel in tint harmonieerend
met het bont.
Voor avondtoiletten doet men dezen winter
nog niet geheel afstand van de flatteerende
Empire-robe. Het model blijft eenigzins
gewijzigd, tóch modieus. De taille wordt
langer; de lijn van het middel wordt ver
plaatst. De rokken zijn zeer wijd en zeer
lang. Door de volumineuse wijdte der rokken,
blijven etherische weefsels, chifl'on, ninon,
mousseline de soie, een geliefd materiaal.
Wit Ie tout blanc is weer de
modetint voor avondtoiletten.
De Parisienne de zér jonge Parisienne
namelijk, doet afstand van het coquette,
door haar gelanceerde modetje, zwart te
kiezen voor avondtoiletten, diner-robes en
theater-toiletten. Drie jaar heeft zij zich
aan dit pikante modegrilletje gehouden;
drie jaar, is voor een Parijsche mode een
ongekende leeftijd.'
* *
*
In het Journal du Bien Public", nummer
van 15 September j.l., komt een merkwaardig
De Honingzwam (Afmillaria mellea) in allerlei stadia van groei.
geval met de overige planten, met rozen net
zoo goed als niet snijboonen ; alleen met dit
onderscheid, dat deze hun voedsel vinden in
de zooveel verder ontbonden organische ma
terie, dat ze al weer haast of geheel in anor
ganische stoffen is gescheiden. Zoo wordt u
door tuinman of bloemkweeker meestal aan
bevolen in de bakken goed vergane
bladermest te gebruiken ; in enkele gevallen even
wel, b.v. voor sommige varens en orchideeën,
liever boschgrond. Zoo'n uitzondering op
den regel maakt ook de hier bedoelde
zwam; die is ontmaskerd als een werkelijke
boomenvijand.
Om dit te kunnen begrijpen, moet u zich
even herinneren wat eigenlijk een paddestoel
is. Immers: het openlijke, het zichtbare deel is
't minst van hem''; en als wij 't woord padde
stoel" voor zwam" gebruiken nemen wij
pars pro toto. De in den regel boven den grond
zichtbare paddestoel is alleen een deel, zooals
een mos vrucht of een bloem slechts een deel
is van een plant; en wel 't deel dat voor de
verspreiding der sporen dient. Als wij sporen
die geen kiem vertoonen gelijk stellen met
zaden die er meestal wel een bezitten, kun
nen we daarom zeggen dat de paddestoel al
leen de vrucht of 't vruchtlichaarn van de zwam
is. De eigenlijke plant bestaat uit vlokkige
schiminelachtige draden, die zich sterk ver
takken, en in de aarde of in 't vermolmend
hout verborgen zijn; die zwamvlok" kan zich
ver verspreiden ; bij gronden waarop veel
paddestoelen zichtbaar worden, is de geheele
bodem met zwamdraden doorweven ; wat ook
al weer zijn nut heeft, doordat dit 't vormen
van een compacte en daardoor onvrucht
bare aardkorst verhindert.
De zwamvlok van onze honingzwam nu
kan in vele gevallen een eenigszins andere ge
daante aannemen. Hij vormt dikke koorden of
platte banden, bruin en hard als wortels en
dikwijls van een vinger breedte of dikte.
Deze dingen waren al lang bekend ; maar wat
't eigenlijk was, wist niemand; ze werden
gevonden bij 't vellen van doode boomen;
ook als van een zieken boom de bart afviel,
kwamen vaak die landkaartachtige iiguren te
zien, en ze kregen in de botanie al vast een
naam lihizomorfiha; letterlijk : wortelvorm.
Deze rhiz?morphen nu zijn niets anders
dan de gewijzigde zwamvlok van de honing
zwam, Agaricus of Armillaria meileus.
Meteen is gebleken dat deze zwam wel dege
lijk ais een parasiet moet beschouwd worden.
Hij zuigt ook lerende sappen uit de cellen op
en doodt eindelijk den verzwakten boom,
door zich te wringen tusschen bast en hout,
zoodat ten slotte de boom dikwijls geheel
naakt komt te staar. Op de biologische
tenIHAGGI's Aroma,
merk Zmisster,
geeft aan zwakke soepen, sausen, groen
ten, hutspot zoowel aan allerlei
vleeschgerec hten oogenblikkelijk een verrassenden,
fijnen smaak. Zeer toereikend, derhalve
spaarzaam te gebruiken.
Verkrijgbaar in flacons vanaf 80 Ct.
artikeltje voor : A propos du théatre". Het
is onderteekend : Mémor (l'Eglise libre).
De schrijver deelt mede, dat, toen het voor
hem een heilige roeping was geworden, zoo
veel doenlijk te waken voor het zedelijk
welzijn der vrouw, hij het niet meer met zijn
geweten kon overeenbrengen, schouwburgen
te bezoeken. Vrouwen als tooneelspeelster
te zien optreden, achtte hij uit den Booze.
Hij was vrijwel overtuigd, dat de val van
iedere actrice, een onvermijdelijk gevolg is,
van de verleiding waaraan haar werkkring.
haar voortdurend blootstelt. Toch hield hij
zoo veel van muziek, dat hij niet kon nalaten,
een enkele maal naar de opera te gaan, tot
hij zich voorgoed ook dit genoegen ont
zegde, naar aanleiding van een brief van
Alexandre Dumas fils, gepubliceerd in de
Ternps". Hij ging persoonlijk naar Dumas
toe, en, vroeg of hij werkelijk meende, wat
hij aangaande de moraliteit van
tooneelspeelsters in zoo krasse bewoordingen staafde
in de Temps". En Dumas antwoordde: Me
neer, luister goed, naar wat ik u zal zeggen.
Ik heb twee dochters. Indien zij aan 't tooneel
wilden gaan, indien ik haar van dit denkbeeld
niet vermocht af-te-brengen, indien zij mij
verzochten, haar bij een theater-directeur
aan-te-bevelen, dan zou ik er mijne dochters
heenbrengen, niet per rijtuig, maar te voet.
Ik zou met baar langs de Seine gaan loopen,
en, ddiir waar de strooming het sterkst is,
zou ik haar in 't water storten... Daarna
zou ik mij verantwoorden tegenover de
menschelijke en goddelijke gerechtigheid, en, ik
zou zeggen : Ik wasch mijne handen in on
schuld. Duizendmaal liever in de diepte van
de Seine, dan in de diepte van verwording,
wai het theater is, voor tooneelspeelsters."
* #
#
In La Tribuna Illustrata" van 16 Septem
ber j.l. staat: In deze democratische en
socialistische tijden, is het meer dan merk
waardig, hoe juist in de volksklasse eene ware
koningsmanie heerscht." Het aantal
Marktsouvereinen" neemt in Italiësteeds toe.
Er zijn koninginnen van de vischmarkt,
van de groentenmark t. van de vruchtenmarkt.
van de vleeschhal. Het aantal dezer vorstin
nen, is in Montecatini met ne vermeerderd.
Elisa Gaggioli, die den 5n Juni 1887 te
Bagni in Montecatini het levenslicht zag,
werd den 9n September plechtig gehuldigd
als: Kegina delle Acque": Koningin der
Wateren. Elisa Gaggioli slijt gewoon drink
water en allerlei soorten bronwateren.
Aan Elisa I zijn twee eere-joffers Sestilia
Tanteri en Gemma Natucci toegevoegd, om
haar behulpzaam te zijn, bij den verkoop en
het schenken van water. De fotografie stelt
het drietal voor met haar dagelijksche attri
buten : Karaf water, flesch bronwater en
drinkglas. De mooie meisjes, vooral de Eegina
bellissima, zijn gekleed in donkere, korte
japonnetjes en gehuld in groote, witte boe
zelaars. Een wit kanten mutsje toont aardig
af tegen haar donkere kopjes.
De koningin van de markt van Florence,
is gekomen, om hulde te brengen aan de
nieuwe koningin. A rendere omaggio alla
nuova Regina venuta da Firenze la Regina
del Mercato."
L' investitura solenne de plechtige in
huldiging, de feestmaaltijd die er op volgde,
het ontsteken van vreugdevuren, en de fakkel
optocht, waren in alle opzichten geslaagd.
De Tribuna eindigt met te zeggen, dat nu
nog niet valt uit te maken, wilt eenmaal de
klaarheid van Elisa's hemel zal verduisteren.
CAPRICE.
lliliiiimiiiiiMiim
toonstelling van verleden jaar was een zeer
duidelijk voorbeeld hiervan te zien.
In onze parken en bosschen blijft tegen
woordig zoo'n door Armillaria gedoode boom
niet lang staan; alles wat dood is en leelijk,
wordt er gauw opgeruimd. Vroeger was
dat anders, dan kon zoo'n bastlooze witte
stam jaren lang blij ven staan, waar hij stierf, en
zijn dikke kale takken behouden; het werd in 't
donkere bosch een verschijning, die zijn armen
ten hemel hief; een van die dingen die oud
tijds het woud tot een plaats van verschrik
king maakten. En wie gedwongen werd in
't duister of in schemering het bosch te be
treden, had wel reden beangst te zijn, indien
er doode boomen stonden, die dooi de
honingzwam waren aangetast. Dan wachtte daar de
ongelukkige vluchtelingen of verdwaalden met
terdaad een schrikbeeld, dat ook nu nog, in
onzen tijd dat de natuurkennis algemeen wordt,
wel in staat is, iemand een oogenblik het bloed
naar 't harte terug te jagen. Want het ver
molmde hout, dat doorsponnen is met de
zwamvlok, het mycelium van ,den
honingzwam, straalt in 't duister een phosphoriek
licht uit. 't Is niet sterk, maar toch voldoende
om op een afstand zoo'n boomstam, die
dan in een blauwige of soms gelige lichtsluier
gehuld schijnt, duidelijk te onderscheiden;
en daar zoo'n spook dan 't eenige is dat
zichtbaar wordt en enkele, er voor langs be
wegende bladeren of twijgjes van andere
boomen den schijn geven, dat het ding zelf
in beweging is, wordt het geheimzinnig genoeg.
'k Heb van de week verscheidene stukken
van zulk hout inee naar huis genomen, maar 't
verschijnsel is, als 't hout onderweg wat ver
droogt, zoo zwak, dat men 't alleen opmerkt
als men 't al vooruit weet. Wie dicht bij
een bosch woont, heeft in deze week, nu er
nog duizenden Armillaria's staan, gelegenheid,
't eens op de plaats zelf te gaan bestudeeren.
E. HEIMAXS.
CORRESPONDENTIE.
Coll. A. Boomkikvorschen zijn nog nooit
zoo dicht bij Amsterdam gevangen. Misschien
zijn 't ontsnapte vluchtelingen. U kunt be
rekenen, dat er in A. elk jaar aan minstens
een duizendtal de kost wordt gegeven in
terrariums.
S. G. A. en anderen. Kleine goedkoope
boekjes voor kleine tuinen zijn er : van Boon,
Ericus, van Garjeanne, van Budde en Kors;
grootere van Witte en van Sideiius.
Vraag ze uw boekhandelaar op zicht, dan
heeft u stellig iets naar behoefte.