De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1906 28 oktober pagina 5

28 oktober 1906 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

NQ. 1531 D E A MS T E E D A M M E R WE E K B fc A D V O O R N E D ER LAND. MAGGI's Soepen in tabletten, merk Kruisster, maKen het mogelijk om in den kortst mogelijken tijd (10?-25 minuten), slechts met water, voortreffelijker krachtige soepen klaar te makea. Per tablet voor 2 flinke borden Fransche soepen 10 Ct. Pikante soepen 13 MAGGI's Bouillon-Capsules, merk rnisster, geven door oplossing in kokend water oogenblikkelijk een voortreflelijken voor het gebruik gereed zijnden bouillon. Per capsule voor 2 koppen Consommé(extra sterk vleeschnat zonder vet) 12 Ct. Bouillon (vleeschnat met vet) . 9 staatkundige fracties zich in de laatste weken voor Vrouwenkiesrecht hebben verklaard, heeft BU een der toongevende Zuid-Duitsehe Koomsch-Katholieke bladen voor dit beginsel front gemaakt op grond van het feit, dat de Kerk zelve den zusters van geestelijke orden kiesrecht en zelfbestuur toekent, tevens ver klarende dat de kerkelijke wetten de ontvoogding der vrouw in het minst niet veroordeelen, terwijl de rede en de maatschap pelijke en economische ontwikkeling van onzen t|jd die niet alleen gewenscht maar zelfs noodzakelijk maken. Dit weinige, niet meer dan een greep uit den inhoud der twee tot nog toe verschenen nummers van het Orgaan van den Wereldbond voor Vrouwenkiesrecht moge genoeg zijn om tot Badere kennismaking daarmede op te wekken. JOH ANNA W. A. NABER, Lid van het Int. Comitévoor Vrouwenkiesrecht. n i m i wam. VI. Ik gruw van het denkbeeld School, voor 3?C-jarigen ; ik zou het een zegen achten dat ook de kleintjes van onvermogende vrouwen thuis konden blijven. Zoover is het nog lang niet; dat weet ik zeer goed. Daarom ben ik bl\j dat er bewaarplaatsen zijn, waar men de kindertjes die thuis niemand hebben om ze te verzorgen en voor kwaad ie behoeden, liefdelijk opneemt. Maar al geeft men zulk een inrichting nog zulk een mooien naam, niemand zal mij overtuigen dat ze meer is dan een surrogaat; de echte plek waar het jonge kind kan gedijen is het ouderlijk huis. Ik heb zes meisjes uit n gezin (ze hadden v\jf broeders) 8 of 9 klasse!» eener meisjes school voor M. U. L. onderwijs door, in haar ontwikkeling gadegeslagen. Wat een levens lustig, origineel troepje was dat I Ze liepen sterk uiteen, er waren geen twee gelijk; wel hadden ze eenige trekken gemeen. Eg voorbeeld, ze hadden mooie oogen en dik, glanzend haar, maar de een was slank, de ander een dikkertje; twee waren bijzonder leergierig, drie uiterst schrander, n slechts ijverig uit pliehtgevoel. Stoeien, dat deden allen even graag, en o I haar ruime, heldere lach I Al het goede en kwade dat in haar was; kreeg men te zien, voor eet» leugen waren zij veel te trotsch, ze dachter, als het ware, hardop, waarbij veel liefs, maar ook menige stoutigheid voor den dag kwam. Frisch kwamen zij op school, met even frisschen geest verlieten ze ons. 't Zijn flinke vrouwen geworden, wispelturig noch neus wijs; ze hangen aan elkaar, zijn behulpzaam. - en redzaam. Geen d*r zep is esn, genie, mgar fc ze oetwïkjteteftrïicb. nog steeds, bij vader in x de bibliotheek, bij moeder te midden van ' haar werkzaamheden, in haar eigen gezin, ',' in grootere kringen. ? ' Zijn ze getrouwd?" Hebben ze een be, roep ?" Dal doet er niet toe, ze zijn en ze '-? maken geluking. Haar bijzondere aanleg voelt zich bevredigd. Ze waren zeker dochters van vermogende en intelligente ouders ?" Dat doet er ook niet toe. Slechts dit wil ik u wel zeggen: de ouders verlangden dat hét niet zou heeten Ue school neemt het belangrijkste deel der : opvoeding voor haar rekening. De ouders willen er wel af zijn." Ieder kind, met name ieder meisje, wensen ik toe: UIT DE NATUU CXCIV. Een boomenmoordenaar. Nu na de eerste vorst in October de geel bruine bladeren het grasveld bestrooien in onze parken, en 't mos bedekken in onze bosschen, zal een nauwlettend wandelaar in 't geelgrijsbruin gewirwar langs de paden al heel gauir zwammen opmerken, die een opper vlakkig kijker allicht voorbijloopt, zonder ze te zien. Dit komt doordat deze paddestoelen zeer sterk in kleur gelijken op afgevallen herfstblad; als ze oud worden en de randen inplooien, wordt de uiterlijke overeenkomst, ook wat den vorm betreft, nog sterker; tusschen 't kromgetrokken rimpelig blad van eschdoorn, beuk of iep zyn ze dan alleen zichtbaar voor 't geoefend oog van den plantenvriend; toch staan ze vaak bij honderden dicht opeen, soms in verdiepingen boven elkaar of vormen kringen, die, wanneer 't dorre blad verwaait en ze wat meer in 't oog vallen, door 't volk met den naam van heksenkringen worden aangeduid. Van de weii:ige andere paddestoelen die er op lijken en die 't na de nachtvorsten van eind October of November nog uithouden, is de merkwaardige geelbruine zwam meestal dadelijk te onderscheiden door de massa's waarin hij voorkomt; en ook door 't groeien in dichte groepen, in zooden, in klonten haast; dertig of veertig op een paar vierkante deci meters, ik zou hem wel de groote duizendzwam willen noemen. Ook als er bij toeval een enkele apart staat, wijzen de ring en de sluier, bij een jong exemplaar de fijne bruine schubbetjes op den hoed er op, dat we te doen hebben met de beruchte Armillaria mellea; deze heet, vertaald, den honing',wam, naar de kleur; of dan duizendzwam; 't is de Hallimasch van de Duitschers. En wie ze maar eenmaal goed aangekeken heeft, berkent ze bij eiken ouden vermolmden boomstronk, en aan den voet van veel oude stammen; op de hak vlakte van gekapte beuken zitten ze vaak zoo opeengedrongen, dat ze in hun jeugdvorm op een massa klinknagels lijken, die rechtop of scheef op 't hout zijn gezet. 'k Zei van deze zwam, dat ze berucht en merkwaardig is ; berucht om een eigenschap, voor den boschbouw gevaarlijk. Vroeger dacht men dat alle paddestoelen schadelijk waren voor 't levende hout; dat is een vergis sing gebleken; gevolgen waren voor oorzaken gehouden. Verreweg de meeste van de hoogere zwammen zijn saprophyten d w. z. zij leven van doode stoffen; wat men door paddestoelen L Zes, zeven jaar lang een huiselijk kin derleven ; zeer weinig invloed van vreemden. Opzettelijke licbaamsoefeningen door wan deling, spel. klein dienstbetoon, enz Ontwikkeling der zintuigen, vorming van den wil. 2. Gedurende 8, 9, 10 jaar het genot van opvoedend onderwijs in scholen; daarnaast de voortgezette opvoeding door het gezin. Het doel van huis en school moge zijn: jonge menschen te kweeken die zich in den huiselijken kring op hun plaats gevoelen, en van daaruit tevreden hun taak in de groote maatschappij beschouwen; die thuis en daar buiten willen. De trots op hun zelfstandige kracht worde in de volwassen kinderen getemperd door een gevoel van afhankelijkheid, even teer als het was toen ze nog nietige huiskindertjes" waren! Men schrijft dezer dagen in Hollandsche en Duitsche geschriften veel over Fr belscholen. Een smakelijk onderwerp voor de voorstanders, naar het schijnt I Hun voor raad argumenten raakt niet uitgeput. Ik ver diepte mij er in, deed mijn best het eens te worden met hen die de Fröbelschool (voor"bereidende school) de beste plaats van op voeding voor 3?6-jarige kinderen noemen. Ben ik bevooroordeeld, styfhoofdig?" vraag ik mij af. Ik tracht het niet te zijn, en te gelooven dat met de voorgestelde ver beteringen neen hervormingen" der bestaande Fröbelscholen het ideale zal bereikt worden. Mijn herinneringen laten zich niet door theorieën verjagen; de nieuwe plannen wekken geen voldoend vertrouwen. Wat hebben wij in de jongste klassen (mv.) onzer Meisjesschool met de voormalige be zoeksters van Fröbelscholen getobd! Vooral op het punt van den wil, wel te onderschei den van de gewilligheid, die passief was en o! zoo lang passief bleef. Onder elkaar spra ken we van teuterig", zeurig", er zit geen vaart in"; ook hoorde men: eigenwijs", klein oud mensch." 't Is mij altijd voor gekomen of de toepassing van ruime denk beelden -een erg bekrompen plekje bearbeidde: dit wél en dat niet; geen streep verder, ook geen streep minder ver" enz. De echte Fröbelechoöl". schrijft een Duitscher, is een goede voorbereiding tot de lagere school, en door deze, tot het leven." 't Mocht wat! No. n: de school; No. twee : de school; No. drie: het leven ! Zou den we ook liever de n- en tweejarige wurmen naar een schooltje brengen? Als voor bereiding tot de Fröbelschool, de lagere school en het leven ?" Het leven. Wat is dat hier een vaag begrip geworden l Er is iets ongezonde in de voorBfiHïiig,' Het Jeveft vangt, immers met den e"éV8tetl ademtocht van hét kind aan l Het werkt in het kind, of het al dan niet fröbelt, van 3?6 jaar! Het werkt in den knaap, in het meisje, even goed in de vele uren die ze tehuis doorbrengen, als gedurende den school tijd, die zooveel korter is I Van de gezinnen, of liever van het gezin" wordt verbazend veel kwaad gesproken. Men generaliseert: het gezin" vertroetelt, maakt lui, leugenachtig, heeft een verderfelijken in vloed, ja, wat niet al I Men kon beter weten. Het gezin", arm of rijk, heeft zijn gebreken, evengoed als de school" voor onvermogen den of aanzienlijken. Maar er strijk en zet tegen aan te voeren dat het niet deugt, dat de kinderen, hoe eer hoe beter, aan het ge zin" moeten worden onttrokken, acht ik weinig bezet ziet, is in 99 van de 100 gevallen niet door deze gedood, maar eerst na 't afsterven aangetast; 't is een leven dat wortel t in den liefderijk. Ook de uitspraak: de kleintjes hebben niemand die op ze past," eischt voorzichtigheid. In plaats van het gezin" te miskennen, ware bet beter er achting er liefde voor te wekken ; het bij de vragen omtrent de volks opvoeding zooveel mogelijk op den voorgrond te stellen. Ouders en kinderen, vooral jonge kinderen, te scheiden moet uitzondering blijven. Sticht, wachtende op betere tijden, een menigte bewaarplaatsen, met of zonder fröbelei, als toevluchtsoorden voor hulpelooze onbeschermde kindertjes. Waarom niet? 't Zijn vriendelijke tuchtschooltjes. Maar bevordert tevens oe opvoeding thuis door eigen volk, waar zulks niet onmogelijk is. Buiten en in de stad bestaan heel wat ge zinnen, die bewijzen : Wij kunnen de taak wel aan, omdat wij willen. Sluimert de wil en daardoor de kracht, ja, dan kost het soms moeite beide te wekken. Maar is het niet een verheffend, echt humaan doel, een niet onwaardig gezin er op te wijzen hoe het zijn aandeel aan de .opvoeding zijner kleine lievelingen kan vergrfcoten ? VII. Nog eens : Wat worde er voor 3?6-jarige kinderen gedaan ? Dr. Steglich, uit Dresden, zegt: De Fröbel scholen zijn goed: Ie. voor eenige kinderen ; 2e. voor kinderen uit kleine gezinnen; 3e. voor kinderen van ongeschikte ouders. Ze willen opvoeden en vormen zonder dwang, evenals bet huisgezin, in een vrije omgeving, bij spel. Haar hoofd doel is: bazigheid voor het kind, dat zich zelf tot middelpunt heeft, en dat niet mag merken dat er iets bijzonders met hem wordt gedaan. Opmerkingen. Het nig kind wordt veel te dikwijls voor een ongelukkig, vertroeteld wezen geschold> n. Ik ken verscheiden eenige zoontjes en dochtertjes, diébeter terecht zijn gekomen dan andere kinderen wier ouders hun talry'k gezin in 't honderd lieten loopen. Ook menig spannetje wies met zen tweeën voordeeliger op dan de laatste vier van een tiental spruiten. ? De ongeschikte ouders! waarlijk, een hoogst treurige factor, maar... kent dr. Steglich geen families waar, een kloeke zoon, n brave dochter, jong soms en in menig opzicht onervaren, de teugels in handen durfde nemen.? Vooral het meisje tracht, bij ziekte, dronkehicbap, ondeugd, dikwijls de kleintjes voor leed te vrijwaren, Ik ken een 8-jarig meisje dat een broertje van 5 en een zu«je van 'afe'een moeder beschermde, maakte dat ze te eten kregen, niet schreeuwden of stout waren. Vuil waren ze met zen drieën ; van wassofcün Bad ze dan ook geen ondervinding?-; ik mëeft maar: moe derlijk instinkt dreef ,haar om te doen wat ze kon; ze wilde het goede, Voor zoover ze het kende. Welnu, kènnis..^^ men haar bij brengen, al geeft men de ouders op Ook de ouders zijn dikwijl» minder onge.schikt dan ze söhijnen. Ze frhldereh er op los, of klagen zoflder eind, m*w heeft men, met veel moeite en Omzichtigheid! hun ge voelig punt ontdekt, dan beginnen ze ach ting te krijgen «n geven toe, dat ze toch wel iets" meer voor de jongsten kunnen doen, als de juffrouw of mijnheer" een handje zou willen helpen, hetgeen bier beteekent: als ze twee, liefst gevulde, ,ianden willen uitsteken. Men werkt alzoo op de begeerigheid van den een, de ijdelheid van den ander l Later wekt men edeler gevoelens bij iMiiiiiiMiniiiiiiimiiimiimiiiiiimiiiiiiiiiiMitirmiMiHtiiitiiiiiiiiiiiiiiii dood ; en daardoor zijn ze van onberekenbaar nut voor andere planten. Dit lev«n van 't doode nu is ook wel 't hen op; ten slotte kan men ze met hun kinderen alleen laten begaan. Dat zijn wel exceptioneele onderwijzeressen die een aantal kinderen uit verschillende ge zinnen, eenige uren achtereen, ongedwongen, spelend beziy houden, in een vrije omgeving, zooals in het huisgezin!" Maar het huisgezin oefent wel degelijk dwang! De vrijheid is betrekkelijk ! Mag in een gewoon gezin eeu kind zeggen wat het wil ? den hond sarren, zusje wakker maken, in den tuin plassen, lui blijven zitten, zijn speelgoed laten slin geren ? Mag het geen wil voelen ? Verder: bij spel, Spel, in huis en op school, geregeld spel, dat eenigen tijd wordt voort gezet, blijft geen bezigheid waarvan het kind zelf het middelpunt is, zonder dat het weet waartoe dat spel moet dienen." Wel, een kind is toch geen draaitol, die zich beweegt en het zweepje niet vermoedt ? Een automaat die zelf bcuzelt, terwijl anderen ietsgewichtigs aan hem volbrengen? Tot zoo iets krijgt men een kind niet, dan ten koste van zijn echt kinderlijke natuur. En dr. Steglich's Fröbelschool is in mijn oog een wereldje vol onnatuurlij kheid. F. M. S. GUYOT. Winter-modes. Alexandre Dumas fis over tooneeUpr.elaters. De Koningin der Wateren'. De schoonheid van bloemen komt meer tot haar recht, wanneer men bloemen van n soort, afzonderlijk in vazen plaatst, dan wanneer men van allerlei soorten een alle gaartje maakt. Veel gaat dan verloren van haar prachtige vormen en tinten. Toevoe ging van donkere beukenblaren verhoogt de reine blankheid van lelies en witte chry santhen; teer-groene slingers zijn een gewenscht attribuut bij een mand zacht-rose rozen. De vermenging der bloemsoorten echter blijft even ongewenscht als het gebruiken van verschillende soorten bont en kant, bij de confectie van n mantel, of n toilet, zoo als de mode dit een tijd lang voorschreef. Thans heeft men, wat het bont betreft, ingezien, dat de kracht en de schoonheid van pelswerk verhoogd wordt, wanneer niet verschillende dierenvellen gebruikt worden als materiaal en garneering van mantels. Stola's en pelerines in pelswerk zullen dezen winter langer en wijder zijn dan ooit. Als garneering van bont-mantels zal voor het naderend seizoen gebruikt worden: pattes van geborduurd fluweel in tint harmonieerend met het bont. Voor avondtoiletten doet men dezen winter nog niet geheel afstand van de flatteerende Empire-robe. Het model blijft eenigzins gewijzigd, tóch modieus. De taille wordt langer; de lijn van het middel wordt ver plaatst. De rokken zijn zeer wijd en zeer lang. Door de volumineuse wijdte der rokken, blijven etherische weefsels, chifl'on, ninon, mousseline de soie, een geliefd materiaal. Wit Ie tout blanc is weer de modetint voor avondtoiletten. De Parisienne de zér jonge Parisienne namelijk, doet afstand van het coquette, door haar gelanceerde modetje, zwart te kiezen voor avondtoiletten, diner-robes en theater-toiletten. Drie jaar heeft zij zich aan dit pikante modegrilletje gehouden; drie jaar, is voor een Parijsche mode een ongekende leeftijd.' * * * In het Journal du Bien Public", nummer van 15 September j.l., komt een merkwaardig De Honingzwam (Afmillaria mellea) in allerlei stadia van groei. geval met de overige planten, met rozen net zoo goed als niet snijboonen ; alleen met dit onderscheid, dat deze hun voedsel vinden in de zooveel verder ontbonden organische ma terie, dat ze al weer haast of geheel in anor ganische stoffen is gescheiden. Zoo wordt u door tuinman of bloemkweeker meestal aan bevolen in de bakken goed vergane bladermest te gebruiken ; in enkele gevallen even wel, b.v. voor sommige varens en orchideeën, liever boschgrond. Zoo'n uitzondering op den regel maakt ook de hier bedoelde zwam; die is ontmaskerd als een werkelijke boomenvijand. Om dit te kunnen begrijpen, moet u zich even herinneren wat eigenlijk een paddestoel is. Immers: het openlijke, het zichtbare deel is 't minst van hem''; en als wij 't woord padde stoel" voor zwam" gebruiken nemen wij pars pro toto. De in den regel boven den grond zichtbare paddestoel is alleen een deel, zooals een mos vrucht of een bloem slechts een deel is van een plant; en wel 't deel dat voor de verspreiding der sporen dient. Als wij sporen die geen kiem vertoonen gelijk stellen met zaden die er meestal wel een bezitten, kun nen we daarom zeggen dat de paddestoel al leen de vrucht of 't vruchtlichaarn van de zwam is. De eigenlijke plant bestaat uit vlokkige schiminelachtige draden, die zich sterk ver takken, en in de aarde of in 't vermolmend hout verborgen zijn; die zwamvlok" kan zich ver verspreiden ; bij gronden waarop veel paddestoelen zichtbaar worden, is de geheele bodem met zwamdraden doorweven ; wat ook al weer zijn nut heeft, doordat dit 't vormen van een compacte en daardoor onvrucht bare aardkorst verhindert. De zwamvlok van onze honingzwam nu kan in vele gevallen een eenigszins andere ge daante aannemen. Hij vormt dikke koorden of platte banden, bruin en hard als wortels en dikwijls van een vinger breedte of dikte. Deze dingen waren al lang bekend ; maar wat 't eigenlijk was, wist niemand; ze werden gevonden bij 't vellen van doode boomen; ook als van een zieken boom de bart afviel, kwamen vaak die landkaartachtige iiguren te zien, en ze kregen in de botanie al vast een naam lihizomorfiha; letterlijk : wortelvorm. Deze rhiz?morphen nu zijn niets anders dan de gewijzigde zwamvlok van de honing zwam, Agaricus of Armillaria meileus. Meteen is gebleken dat deze zwam wel dege lijk ais een parasiet moet beschouwd worden. Hij zuigt ook lerende sappen uit de cellen op en doodt eindelijk den verzwakten boom, door zich te wringen tusschen bast en hout, zoodat ten slotte de boom dikwijls geheel naakt komt te staar. Op de biologische tenIHAGGI's Aroma, merk Zmisster, geeft aan zwakke soepen, sausen, groen ten, hutspot zoowel aan allerlei vleeschgerec hten oogenblikkelijk een verrassenden, fijnen smaak. Zeer toereikend, derhalve spaarzaam te gebruiken. Verkrijgbaar in flacons vanaf 80 Ct. artikeltje voor : A propos du théatre". Het is onderteekend : Mémor (l'Eglise libre). De schrijver deelt mede, dat, toen het voor hem een heilige roeping was geworden, zoo veel doenlijk te waken voor het zedelijk welzijn der vrouw, hij het niet meer met zijn geweten kon overeenbrengen, schouwburgen te bezoeken. Vrouwen als tooneelspeelster te zien optreden, achtte hij uit den Booze. Hij was vrijwel overtuigd, dat de val van iedere actrice, een onvermijdelijk gevolg is, van de verleiding waaraan haar werkkring. haar voortdurend blootstelt. Toch hield hij zoo veel van muziek, dat hij niet kon nalaten, een enkele maal naar de opera te gaan, tot hij zich voorgoed ook dit genoegen ont zegde, naar aanleiding van een brief van Alexandre Dumas fils, gepubliceerd in de Ternps". Hij ging persoonlijk naar Dumas toe, en, vroeg of hij werkelijk meende, wat hij aangaande de moraliteit van tooneelspeelsters in zoo krasse bewoordingen staafde in de Temps". En Dumas antwoordde: Me neer, luister goed, naar wat ik u zal zeggen. Ik heb twee dochters. Indien zij aan 't tooneel wilden gaan, indien ik haar van dit denkbeeld niet vermocht af-te-brengen, indien zij mij verzochten, haar bij een theater-directeur aan-te-bevelen, dan zou ik er mijne dochters heenbrengen, niet per rijtuig, maar te voet. Ik zou met baar langs de Seine gaan loopen, en, ddiir waar de strooming het sterkst is, zou ik haar in 't water storten... Daarna zou ik mij verantwoorden tegenover de menschelijke en goddelijke gerechtigheid, en, ik zou zeggen : Ik wasch mijne handen in on schuld. Duizendmaal liever in de diepte van de Seine, dan in de diepte van verwording, wai het theater is, voor tooneelspeelsters." * # # In La Tribuna Illustrata" van 16 Septem ber j.l. staat: In deze democratische en socialistische tijden, is het meer dan merk waardig, hoe juist in de volksklasse eene ware koningsmanie heerscht." Het aantal Marktsouvereinen" neemt in Italiësteeds toe. Er zijn koninginnen van de vischmarkt, van de groentenmark t. van de vruchtenmarkt. van de vleeschhal. Het aantal dezer vorstin nen, is in Montecatini met ne vermeerderd. Elisa Gaggioli, die den 5n Juni 1887 te Bagni in Montecatini het levenslicht zag, werd den 9n September plechtig gehuldigd als: Kegina delle Acque": Koningin der Wateren. Elisa Gaggioli slijt gewoon drink water en allerlei soorten bronwateren. Aan Elisa I zijn twee eere-joffers Sestilia Tanteri en Gemma Natucci toegevoegd, om haar behulpzaam te zijn, bij den verkoop en het schenken van water. De fotografie stelt het drietal voor met haar dagelijksche attri buten : Karaf water, flesch bronwater en drinkglas. De mooie meisjes, vooral de Eegina bellissima, zijn gekleed in donkere, korte japonnetjes en gehuld in groote, witte boe zelaars. Een wit kanten mutsje toont aardig af tegen haar donkere kopjes. De koningin van de markt van Florence, is gekomen, om hulde te brengen aan de nieuwe koningin. A rendere omaggio alla nuova Regina venuta da Firenze la Regina del Mercato." L' investitura solenne de plechtige in huldiging, de feestmaaltijd die er op volgde, het ontsteken van vreugdevuren, en de fakkel optocht, waren in alle opzichten geslaagd. De Tribuna eindigt met te zeggen, dat nu nog niet valt uit te maken, wilt eenmaal de klaarheid van Elisa's hemel zal verduisteren. CAPRICE. lliliiiimiiiiiMiim toonstelling van verleden jaar was een zeer duidelijk voorbeeld hiervan te zien. In onze parken en bosschen blijft tegen woordig zoo'n door Armillaria gedoode boom niet lang staan; alles wat dood is en leelijk, wordt er gauw opgeruimd. Vroeger was dat anders, dan kon zoo'n bastlooze witte stam jaren lang blij ven staan, waar hij stierf, en zijn dikke kale takken behouden; het werd in 't donkere bosch een verschijning, die zijn armen ten hemel hief; een van die dingen die oud tijds het woud tot een plaats van verschrik king maakten. En wie gedwongen werd in 't duister of in schemering het bosch te be treden, had wel reden beangst te zijn, indien er doode boomen stonden, die dooi de honingzwam waren aangetast. Dan wachtte daar de ongelukkige vluchtelingen of verdwaalden met terdaad een schrikbeeld, dat ook nu nog, in onzen tijd dat de natuurkennis algemeen wordt, wel in staat is, iemand een oogenblik het bloed naar 't harte terug te jagen. Want het ver molmde hout, dat doorsponnen is met de zwamvlok, het mycelium van ,den honingzwam, straalt in 't duister een phosphoriek licht uit. 't Is niet sterk, maar toch voldoende om op een afstand zoo'n boomstam, die dan in een blauwige of soms gelige lichtsluier gehuld schijnt, duidelijk te onderscheiden; en daar zoo'n spook dan 't eenige is dat zichtbaar wordt en enkele, er voor langs be wegende bladeren of twijgjes van andere boomen den schijn geven, dat het ding zelf in beweging is, wordt het geheimzinnig genoeg. 'k Heb van de week verscheidene stukken van zulk hout inee naar huis genomen, maar 't verschijnsel is, als 't hout onderweg wat ver droogt, zoo zwak, dat men 't alleen opmerkt als men 't al vooruit weet. Wie dicht bij een bosch woont, heeft in deze week, nu er nog duizenden Armillaria's staan, gelegenheid, 't eens op de plaats zelf te gaan bestudeeren. E. HEIMAXS. CORRESPONDENTIE. Coll. A. Boomkikvorschen zijn nog nooit zoo dicht bij Amsterdam gevangen. Misschien zijn 't ontsnapte vluchtelingen. U kunt be rekenen, dat er in A. elk jaar aan minstens een duizendtal de kost wordt gegeven in terrariums. S. G. A. en anderen. Kleine goedkoope boekjes voor kleine tuinen zijn er : van Boon, Ericus, van Garjeanne, van Budde en Kors; grootere van Witte en van Sideiius. Vraag ze uw boekhandelaar op zicht, dan heeft u stellig iets naar behoefte.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl