De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1907 6 januari pagina 5

6 januari 1907 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

N o. 1541 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. HIAGGI's Soepen in tabletten, merk Kruisster, maKen het mogelijk om in den kortst mogelijken tijd (10?25 minuten), slechts met water, voortreffelijke krachtige soepen klaar te maken. Per tablet voor 2 flinke borden Fransehe soepen 10 Ct. Pikante soepen ? 13 MAGGI's Bouillon-Capsules, merk Kruisster, geven door oplossing in kokend water oogenblikkelijk een voortreffelijken voor het gebruik gereed zijnden bouillon. Per capsule voor 2 koppen Consommé(extra sterk vleeschnat zonder vet) 12 Ct. Bouillon (vleeschnat met vet) . 9 »» nieuwe strafbepalingen in de wet, waaronder zij zouden kunnen vallen. Het laatste punt van de agenda, het terug, zenden naar haar vaderland van die vrouwen die geen ander middel van bestaan hebben dan de prostitutie en in een vreemd land ver blijf houden 1), moest door het Hollandsche Nationale Comitéworden ingeleid, hetwelk tot rapporteur den heer mr. A. de Graaf had gekozen. Het was een netelige quaestie, ook omdat de meeningen uiteen liepen of zij niet m'"ér hoorde op het terrein van den strijd tegen de prostitutie dan op dat van de bestrijding van den handel in vrouwen. Oogenschijnlijk zou men denken dat deze twee vraagstukken zóó nauw verbonden zijn, dat ze niet te scheiden zy'n, en 't Hollandsche comitéis ook van dit gevoelen, doch een deel der congressisten, met name senator Bérenger en 't Fransche Nationale Comitédenkt daar geheel anders over. Toen nu in den loop der discussie bleek dat er zich ook nog juridische en practische bezwaren tegen het terugzenden zouden kunnen voordoen, werd besloten, dit punt aan te houden, nog eens in studie te nemen en op een volgend congres te behandelen. Hiermee was de agenda afgeloopen en wilde de president het congres sluiten, toen eensklaps Mme Avril de Sainte Croix, secr. v. d. Nat. Vrouwenraad v. Frankrijk opstond en met luide stem vroeg : la réglementation de la prostitution est-elle favorable ou nuisible a la Traite des Blanches?" het was de vraag, die zorgvuldig vermeden was onder de oogen te zien, uit angst de harmonie te verbreken, die nu, aan de oppervlakte ah hans, heerschte tusschen de congressisten, doch die zóó 't hart van de quaestie raakt, dat ze ondanks 't besluit van 't congres te Londen in 1899 niet langer te vermijden is. Ze m?et worden gesteld en beantwoord, vroeg of laat, al de smeekbeden van Bérenger en Dreyfus kunnen haar niet tegenhouden, al is 't hun ook gelukt ze ook nog op dit 3e congres te limineeren. Het was een prachtig moment vol span ning, zooals madame Avril daar stond en met luide sympathieke stem, ernstig, waardig en standvastig pleitte voor de behandeling, niet zwichtte voor de tegenstanders en dan ook eindelijk bereikte dat de president beloofde, dat de e.v. conferentie die 't 4e congres moet voorbereiden, zal onderzoeken of de vraag op dat congres aan de orde zal kunnen worden gesteld. Groot is dat succes niet, maar laat ons dat niet ontmoedigen, het begin is er en dus zal, als noodzakelijk gevolg, ook 't einde komen. Op 't eerste congres te Londen in '1899 ge houden, waar al dadelijk de houding van de bestrijders der Traite des Blanches" tegen over de prostitutie en de bordeelen ter sprake kwam, bleek hierover groot verschil van meening te bestaan; toen werd ter kwader ure het ernstige werk der bestrijders opgeofferd aan de internationale harmonie, die wel zér te waardeeren is, maar waarmee men toch niet ' erder komt, als er onder de liefelijke opper vlakte zulke ernstige verschillen schuilen. Dan is het m. i. veel beter deze ruiterlijk uit te vechten en moet het zijn, te scheiden, in plaats van zooals nu, den kostbaren tijd met 't zoeken naar lapmiddeltjes te verspillen. Zwitserland's rapport leerde ons al, van hoeveel belang de bordeelen voor den inter nationalen handel in vrouwen en meisjes zijn, waar het zegt: daar de bordeelen slechts in ne stad n eer worden getolereerd, is de plaatsing van jonge meisjes met 't doel om ze te prostitueeren, van weinig belang." Deze ne zin spreekt boekdeelen, evenals het adres 1) Nu gebeurt dit alleen als zij het zelve vragen. UIT DB NATUUIi CCIV. De Vogelpudding. Erger u niet, geëerde vegetariërs en vogel beschermers, 't is geen pudding van vogels, maar een voor vogels. Men heeft mij gevraagd, of 't werkelijk nuttig en noodig is wilde vogels zooals meezen, boomklevers, roodborst 's winters te voederen en zoo ja, hoe dit dan uitgevoerd kan worden op de meest practische en minst kostbare wyze. 't Is een verbreide meening, dat vogels zeer goed tegen de koude kunnen; door hun dikke veerenpak en hun hooge lichaams temperatuur (40°a 44°C.) zoo heet het, zijn ze zoo veel beter beschut dan andere dieren; hun hoornige pootjes en snavels hebben weinig gevoel en onbekleede uitstekende deelen als ooren of staart bezitten ze ook niet. Wat kan er aan zoo'n veeren balletje bevriezen t Toch is die meening een dwaling. Zeker, zoo'n kleine vogel, een mees bijv. produceert heel wat warmte, maar 't is een zeer beweeg lijke persoonlijkheid en zijn spijsvertering is al even haastig als 't diertje zelf. 't Kan zijn warmteverlies (dat juist doordat 't dier klein is betrekkelijk groot rnoet zijn) ondanks de beschermende luchtlaag in de veeren, wel dekken en doet dat ook behoorlijk, als.... Juist, in dat als zit 't hem. Als 't diertje maar voortdurend (letterlijk opvatten) eten kan. En juist dat, het vinden van voedsel is in den winter vaak zoo moeilijk, soms onmo gelijk. Wanneer er dag aan dag sneeuw valt, wanneer de mist tot rijp wordt en de motregen tot ijzel, dan worden bosch en veld een oogenlust voor ons menschen, maar dan hebben de kleine vogeltjes, vooral de insecieneters, onze beste vriendjes in de gevederde wereld, 't hard te verantwoorden. Dat is al op te maken uit de driestheid, waarmee de anders zoo schuwe diertjes onze woningen naderen, soms binnen komen; dat is af te leiden ook uit 't verminderd zijn van hun aantal in 't voorjaar, dat op zoo'n rijp- en ijzelwinter volgt. Ik heb zelf ook wel eens de nood der vogels gezien op zulke da;en, en ook wel eens een half verhongerde pimpelmees n et de hand en den hoed gevangen en thuis weer op fleur dat een Haagsch bordeelhouder richtte tot den Minister van Justitie in ons land, in 1891, naar aanleiding van een maatregel van den Haagschen commissaris van politie v. Schermbeek, die' de vreemde prostituees, als zijnde zonder wettelijk erkend middel van bestaan, het verblijf in de stad ontzegde, en waarin genoemde bordeelhouder zich be klaagde dat door dezen maatregel zijn brood winning, ter dood was veroordeeld. Hoe kan 't ook anders, als 't houden van bordeelen strafbaar wordt geateld, deze dus verdwijnen, is het doel voor den handel ver vallen en zullen tenminste geen minderjarige kinderen, zooals nu de meeste slachtoffers zijn, uit hun land worden weggevoerd en aan al de ellende van een ontuchtig leven worden blootgesteld. Van hoeveel ernstig streven en werken het 3de congres tot bestrijding van den handel in vrouwen en meisjes ook heeft getuigd, toch zijn de voorgestelde en aangenomen maat regelen slechts palliatieven; zij zouden niet meer noodig zijn zoo spoedig elk der aan gesloten Regeeringen besloot het voorbeeld van de Deensche te volgen, om bij rijkswet het houden van bordeelen straf baar te stellen. Daarop zij dus het streven van allen die voor de bestrijding van den handel in vrou wen en meisjes werken, gericht, dat moet voortaan onze leuze zijn, al ontveinzen wij ons niet dat groote moeilijkheden zullen moeten worden overwonnen en veel strijd zal moeten worden gestreden vóór het doel bereikt zal zijn, maar het is dat waard! Nog rest mij te vermelden, dat de Franschen gracieuse gastheeren zijn, er was geen moeite gespaard het den congressisten aan genaam te maken en zelfs het hoofd van den staat, president Fallières ontving hen op het Elyssée. Het volgende congres dat over 4 jaar zal plaats hebben, zal op uitnoodiging van den koning van Spanje te Madrid gehouden worden. C. SANDEUS-HuiDEKOrKK. gebracht. Maar ik ben aip stadsmensch te weinig 's winters buiten, om in 't algemeen een oordeel te durven uitspreken; dat ware op te weinig ondervinding gegrond. Daarom ging ik bij anderen, bij erkende autoriteiten infornieeren. Hier volgen een paar regels van niemand minder dan van Von Berlepsch, de. man van de Gesammte Vogelschutz en nog zoo veel meer op 't ge bied van vogels en bijenbiologie. Baafje en Witkop, door JOH. H. BEEN. Amsterdam, S. L. van Looy. Een boek dat niet opzettelijk voor kinderen is geschreven en dat toch een van de beste boeken voor de jengd is. Oorspronkelijk had de schrijver, zooals hij in zijn voorwoord l zegt. het niet voor kinderen bedoeld, maar nu hij bemerkte dat het veel door ze gelezen werd, heeft hij er eenige minder voor hen geschikte gedeelten uitgelaten. Maar dat is nog niet 'n boek opzettelijk kinderachtig maken; er zijn dingen waar de jeugd nog buiten staat. Baasje en Witkop zijn niet verwaterd, ze zijn karakters gebleven. levens uit n stuk. De schrijver heeft het wezen van zijn personen gevoeld en vanuit de diepte van dat wezen heeft hij ze gegeven of liever hebben ze zichzelf volkomen uit geleefd. Als Joh. Been dit boek dadelijk aan de jeugd had willen geven dan zou hij het, geloof ik, niet anders hebben gedaan dan zooals het nu voor ons ligt. Baasje en Witkop zijn Baasje en Witkop; hun karakter blijft hetzelfde of nu ouder of jonger ze lezen, aan hun innigst wezen verandert dit niet. Een krachtig boek, een boek van kunnen. Dat doet goed, dat kunnen, er is zooveel gehaspel en geknoei in de kinderliteratuur, zooveel onnoodige omhaal, omdat de schrijver een vaag, zwak beeld heeft van z n persoon en in wijdte gaat uitmeten, wat hij in diepte mist. Bij Joh. Been geen spoor van dat teemige, zeurige; zijn ziel is vol van het beeld van Baasje en Witkop en die volheid is de grond van zijn kunnen. Het is 'n boek van ruimte en vrijheid, van ruimte waarin 't wel eens stormen mag Hessisch vogelroerhuis. De loorsle glasrand i's weggenomen om de etensiafel beter te doen zifn. ...'t Was Nieuwjaarsdag 1901. November en December waren buitengewoon zacht ge weest, zoodat er haast niemand aan vogelvoedering hadden gedaan. In d'?n Oudejaars nacht sloeg plotseling 't weer om, en's mor gens was alles in 't park bij Kassei met een en men niet zoo angstig voor hekjes en grenspaaltjes behoeft te zijn. Zoo is b.v. in een van de eerste hoofdstukken van Witkop 'n beschrijving van den omgang van Huib en z'n zusje. Dreigt er gevaar, zoo zijn ze eendrachtiglijk n, maar als het gevaar voorbij is, dan wordt het vechten. Dat zijn me nu een broertje en zusje!" had eens een buurvrouw gezegd tot een ouden heer, die hoofdschuddend van zulk een krasse vecht partij getuige was. Ai, dat is wat anders dan al die zoete kindertjes die zoo precies weten, wat je wel en niet mag doen en zoo gauw met hun berouw klaar zijn. Maar Huib en z'n zusje, die mogen wel vechten, want 't zijn levende, sterke zielen, die dapper vechten, maar ook dapper liefhebben. En het vechten slijt niet de wilde jaren maar 't lief hebben wordt inniger. Wat 'n simpele Bistorie is Baasje. De geschiedenis van 'n jongen met zijn duif. Maar wat 'n ontroering in die geschiedenis. Ontroering omdat we hier met 'n ziel in aanraking komen, met een wilde en toch zoo'n zachte ziel. Al dadelijk in het eerste hoofd stuk zien we Baasje geheel voor ons. Er is 'n heerlijke vreugde in dat eerste hoofdstuk, met wat 'n warmte en blijdschap heeft de schrijver het geschreven. Zijn ziel was zoo blijde omdat Baasje met /'n rond, open karak ter, dat Baasje dat het o zoo schrikkelijk dwaas en kinderachtig zou hebben gevonden gevoelig te zijn en dat toch zoo teeder, zoo innig met z'n duifje omgaat. Dat malie duifje daar zooveel humor inzit, voor wie al z'n dwaze dingen zoo hooge ernst zijn; de mooie, witte duif, maar die heelemaal groezelig ziet, omdat Baasje hem zooveel in handen heeft. En dan de meester; een meester, die de humor aandurft! Is daar eigenlijk niet alles rnee gezegd 't En wie de humor aandurft in de omgang met andren, die kent de ruimte en de teederheid van ziel. En die de ruimte en de teederheid kent, begrijpt Baasje. En zoo moest het wel wonder goed gaan met Baasje en den meester. Ja, zelfs wordt Koeri de duif aan den meester voorgesteld, wien 't eindelijk gelukt, hoewel niet /.onder angst en beven voor 'n nijdigen vleugelslag Koeri over de kop te strijken. Doch kroelen deed Koeri niet. Hij liet het zich welgeval len, meer niet. Maar de meester was er haast even blij mee als een leerling, die een pluimpje krijgt voor het Hink oplossen van een moeilijke som." En dan tegenover dat warme samenleven van Baasje en Koeri, beide zoo wild, zoo onstuimig, zoo ongeduldig, dat wreede hoofd stuk van maar twee bladzijden, de zwerf tochten van Koeri.Baasje is weg op zeeën tante gestorven. De kleine duif komt eindelijk bij een schoonmaakster terecht, die last van de roos heeft, waar zoo'n bees't goed vo >r is. Alles zoo nuchter, zoo zakelijk geschreven, dor en koud en ach, Koeri ig zooveel warmte en vreugde gewend. Zoo heftig heeft dit kleine beest zijn baasje lief, dat hij, als hij hem na jaren plotseling terugziet van vreugde sterft. Het verhaal van Witkop staat m.i. niet zoo hoog als Baasje. Er is niet die ontroering in; er worden ook niet zulke diepten van het echte inenschenleven in geraakt. Maar ook in dit verhaal ruimte en frischlieid. de zeewind gaat erover. De eerste hoofd-tukken zijn kostelijk; Huib met zijn wilde jongens natuur, die alles moet wagen en winnen, maar wiens plannen in voortdurende botsing rnet het zorgvuldige leven van zijn moe Ier zijn. Een v*n de beste hoofdstukken is mee .,Een Nacht in de Weeftouwen", dat zoo gemakkelijk sentimenteel en goedkoop had kunnen worden, maar nu juist diep aangrijpt door zijn soberte, waardoor het echt en natuurlijk is. Voor kinderen van 12, 14 jaar en natuurlijk laag rijp omgeven, de boomstammen en de groote takken waren beijzeld en de aarde zoo hard als steen. Ik zag 't gevaar voorde vogels en ging er op uit, om te zien hoe 't er mee stond. Bij een voederboom waar gere geld een ?üof .id vogels kwamen, hoofd zakelijk meezen, goudhaantjes, boomklevers en bonte spechten, scheen 't ge'.ond en wel toe te gaan; maar overal verderop in 't park, bemerkte ik al tegen 10 uur vogeltjes, die dik in de opgezette veeren gedoken zaten; tegen 12 uur had ik al acht doode vogeltjes gevonden. Ken boomklever leefde nog, die nam ik mee naar huis, maar hij kon al geen voedsel meer opnemen en stierf. De magen van al deze vogels waren volkomen leeg. Deze negen vogels vormden natuurlijk maar een klein deel van alle, die omgekomen waren door de plotselinge ijzelvorming. De rijke vogel wereld om Kassei was in dat jaar dui delijk merkbaar verarmd. Overeenkomstige waarnemingen wer lea dien dag ook in andere plaatsen gedaan, voornamelijk in Silezië.'' Deze oudervinding spreekt duidelijk genoeg; als de weersgesteldheid ook maar eenige uren de meezen en boomkruipers belet oui voedsel te vinden, dan ia er al levensgevaar bij de zwakke kleine vogels; zij kunnen 't warmteverlies, dat bij 't zoeken naar voedsel in de strenge koude zeer groot is, niet dekken en geraken snel uitgeput. Vogelvoedering in den winter is werkelijk geen' nuttelooze of scha lelijke liefdadigheid, als 't maar op den goeden tijd en de goede manier gebeurt. Von Berlepsch zegt zelf, dat veel gevoeder als 't niet sneeuwt, ijzelt of rijpt, de vogels juist ruïneert, doordat ze 't zoeken van insect eneieren opge.'en en 't overvloedig en gemakkelijk voer van de mongeberi aannemen. Komt er daarna zoo'n gevaarlijke nacht en is de voederbak eens niet voorzien, ondergesneeuwd of zelfs maar beijzeld, dan is 't lot van da vaste klanten beslist. < >ok 't voeren met meelkost, brood of beschuit, dat nat regent en verzuurt of be schimmelt, helpt heel wat vogeltjes, ondanks de goede bedoelingen, uit den tijd. Daarom is 't goed van de ondervind ng van rnenfchen als Von Berlepsch gebruik te maken, en, als men wil voederen, 't met overleg te doen. In de eerste plaats dus heel weinig voedsel daarboven, is dit boek een rijk bezit, 'n Paar van zulke goede boeken die ze meeleven kunnen, die in hen voortleven is meer dan een stapel van oppervlakkige rommel, die ze eeas doorlezen, maar die geen verdieping en verruiming al is die onbewust, hun geven. Het boek is geïllustreerd door Heukelom; hij heeft zich geheel in het onderwerp ge geven, de illustraties zijn wel heel duidelijk maar ze geven geen schoonheid. T. KUUYT-HOGERZEIL. Brieven van Koningin Victoria. Geschenk aan Prenvhnt Roosevelt. Een verstandig besluit. Lady de Bunsen. -Speculatie in sabelbont. Actrice en Veearts. Hulde aan Paganini. De reeds veel besproken uitgave der brie ven van Koningin Victoria wordt nu stellig in het voorjaar H)07 verwacht. Het zitten der correspondentie kostte hél wat tijd, en vergde vrij wat geduld van den oudsten zoon der orerleden koningin, den thans regeerenden, blijmoedigen Eddy. Ruim schoots maakte hij gebruik van 't blauwe potlood. Alle gedeelten met genoemde stift door den koning onderstreept mogen niet in 't licht verschijnen. Onthullingen, mededeelingen van te kieschen aard, niet voor het publiek bestemd, en die juist ongaarne door de lezers gemist worden, omdat zij de pikante zijde uitmaken van dergelijke brieven. Koningin Victoria bezat zelf niet den zin voor humor, maar waardeerde dien bizonder, als zij hem in anderen ontdekte. Zij koes terde een naïve bewondering voor jonge, knap-uitziende mannen. Toilet en kapsel van haar dochters, en van alle dames uit haar omg-ving, werden streng door haar gekriti seerd. De oude vorstin waardeerde Alexandra's smaakvolle wijze van zich te kleeden en te tooien, doch in later tijden, maakte zij er geen geheim van, dat de toenmalige kroonprinses, haar schoondochter, als moeder van volwassen kinderen, zich veel te jeugdig kleedde voor de ouderwetsche opvatting van Koningin Victoria. Koningin Alexandra bewijst hierdoor, dat zij de heerschende mode volgt. Grootmoeders kleeien zich in onze dagen ais jonge meisjes. Mevrouw Lula B. < erover, bekend om aardsche goederen en gezindheden en nei gingen, afwijkend van het. normale peil, heeft bij uiterste wilsbeschikking haar twee prach tige Angora-katten vermaakt aan den bewoner van het Witte Huis, De viervoeters gingen scheep, maakten de reis van hun home in Lexington Avenue te Ne w-York, naar Washing ton, en ?ijn thans bij ,,Teddy" ingekwartierd. De dieren zijn de lievelingen, de pets" van de familie Roosevelt. De meesteres der langharige, dikstaartige poesen, broeide sedert geruimen tijd over het noodlottig zelfmoord plan, dat zij den Ssten December j.l. vol voerde. Zij had een groote vereering en liefde voor president Roofevelt en zijn zoon, aan wie zij herhaaldelijk geschenken zond. * * * Ter eere van de geboorte van den stam houder van den groothertog en der groot hertogin van Hessen, wenschteu de be woners van Darmstadt uiting te geven aan hun blijdschap, door het houden van eerj fakkeloptocht. Dit kwam den groothertog ter oore, en hij verzocht dringend, niet het oog op het naderend Kerstfeest, het geld dat men voor den fakkeloptocht bestemde, onder de armen te verdeelen. ..liet zal mij vél aangenamer zijn, zei de Hertog, dat de geboorte van mijn zoontje herdacht wordt, door warmte en gezelligheid te brengen in woningen van minvermogenden, dan rook door de stad te verspreiden, en een aantal MAGGTs Aroma, merk Ernisster, geeft aan zwakke soepen, sausen, groen ten, hutspot zoowel aan allerlei vleeschgerechten oogenblikkelijk een verrassenden, fijnen smaak. Zeer toereikend, derhalve spaarzaam te gebruiken. Verkrygbaar in flacons vanaf 30 Ct. mensehen bloot te stellen koude te vatten. ter eere vau mijn stamhuuder" I Men heeft gehoor gegeven aan den verstandigen wensch van den Groot Hertog, die, gelukkig in volmaakte harmonie leeft met zijne tweede vrouw, en, die niet op 't punt staat, zich ook weer van deze te laten scheiden zooals voorbarige en grimmige berichten reeds vermeldden. * " * De bekoorlijke, tactvolle echtgenoote van Sir Maurice de Bunsen, Britech gezant te Madrid, verstaat uitstekend de kunst belang stelling te kweeken bij lieden van het Engelsch High Life, voor Spanje en zijn bevolking. Te Madrid zijn de recepties van Lady de Buneen druk bezocht. Van kind af aan is zij gewend in hofkringen te verkeeren. Als heel jong meisje, was zij de lieveling van den beroem den Staatsman Beaconsfield. Hij verkneuterde zich over haar gevatheid, was gestreeld door haar sierlijke lieftalligheid, en, bewonderde haar aangeboren, diplomatieke omzichtigheid. In de jaren, dat htt onbezonnen mondje en het rappe tongetje zich hél spoedig voorbijpraten, wist de nicbt van Lord Rowton, de atere Lady de Bunsen, en tegenwoordige Engelsche ambassadrice, reeds precies wat zij ?iril, en wat zij niet moest zeggen. Met haar jonge souvereine en landgenoote, koningin Victoria Eugénie, koningin Ena, zooals zij genoemd wordt, houdt Lady de Buusen een wedstrijd in het aanleeren en spreken der schoone, doch zeer moeilijke Spaansche taal. Het streven der Engelsche ambassadrice, bestaat ook hierin, dat zij haar vrienden en kennissen uit Engeland tracht over te halen het modieuze verblijf aan de oevers van den Nijl, te vervangen door een reis naar Spanje. * # # Sonja l'avlova, is een Russische tooneelspeelster, wier dramatisch talent hoogelijk wordt bewonderd door Kicolaas II, den regeereuden sar aller Russen. Mejuü'rouw Pa vlo va stamt misschien uit een handels familie ; althans zij bezit een eiaenaardigen trek, dien de meeste artisten missen : w loverlegd en bedachtzaam werken om fortuin te maken. Haar speculatie in sabelbont is volkomen gelukt. Drie jaar geleden besteedde zij een gedeelte van haar vermogen aan sabelbont. Zij kocht op, zooveel zij kon ; bracht haar bezittingen in veiligheid, en, wachtte rustig den tijd af om haar prachtige verzameling bontwerk voordeelig van-de-band te zetten. Dezen winter is sabelbont extra hoog geno teerd, en Sonja heeft door haar handige speculatie haar vermogen aardig doen toe nemen. Met grove winst heeft zij het bont verkocht. Ter afwisseling van haar studies zet mejuii'rouw Pavlova allicht een nieuwe speculatie op 't getouw. # # x De Hongaarsche actrice Bozena Bradsky, speculeert niet, maar is, gedreven door groote dierenliefde, op de gedachte gekomen, een eigen, geheel door haar bestuurd hondens-aaatoriurn op-te-richten. Bozena Bradeky in het bezit van een diploma als veearts, wijdt persoonlijk haar zorgen aan de viervoeters die haar ter behandeling \\ orden toegezonden. Zij rekent honderd en honderd vijftig gulden voor een medische behandeling. * * * De kleine Vivien Chartres, het elfjarig Engelsch violistje, heeft in Parrna geconcer teerd. Attüa Paganini, afstammeling van den wereldberoemden violist, bood het meisje een bloemgeschenk. Tijdens haar verblijf te Parma, bezocht zij het graf van Paganini, en legde er een lauerkrans op, waaraan een wit lint bevestigd was met de woorden : Nede rige hulde van Vivien". CAPRICE. bieden in den tijd dat ook de insectenvogels den kost zelf' nog kunnen zoeken en vinden. Maar dan toch zooveel, dat zij, als 't gebrek nijpt, de plaats weten te vinden en die ook voldoende vertrouwen, om er zich zonder uitstel te wagen, in de tweede plaats geschikt voedsel, dat niet door nat worden bederft. En bij gesloten water 't drinken niet vergeten. Recepten voor een algemeen bruikbaar wintervogel voer bestaan er bij tientallen; in een opzicht komen alle overeen: er moet veel hennepzaad in, gekneusde en gave kor rels, gedroogd en gemalen vleesch of ei, heel weinig beschuit of droog brood tot poeder gewreven en dan nog allerlei zaden en bessen die te krijgen zijn, krenten en rozijnen zijn ook goed, maanzaad ook, geen raapzaad of zwartzaad. .Mierenpoppen kunnen als lekkernij er bij, maar dat is duur en't behoeft niet. Al du' ingrediënten kunnen afzonderlijk niet dienen ; de vogels verstrooien en vermorseii te veel, of enkele vogels, zooals boomklevers, sleepen de helft weg; bovendien ze geraken, juist als ze dienst moeten doen onder de sneeuw of ijzel, en ze bederven gauw. Maar bakt ge er eeu vette pudding van. dan zijn alle la?ten voorkomen. Smelt een Hink stuk vet (iets meer dan de andere ingrediënten samen) in een puddiugvorrn of hooge pan, gooi daar (van 't vuur) de hutspot in en roer 't zoodje dooreen, tot 't begint stijf te w'orden. Zoo krijgt ge een zeer vaste en zeer voedzame winterspijs voor allerhande vogels. 't Vet. belet de verzuring en vertraagt 't bederven ; morsen en versleepen is ook niet meer zoo te duchten. Hoe dat nu te presenteeren, zonder katten te lokken. Ophangen, of op een punt steken, dat spreekt. Je kunt er twee of drie kleintjes van maken en die op ijzeren of houten pen nen steken, ze ophangen aan een boomtak, een tuinhek of iets derglijks. Maar dan is 't nog altijd mogelijk, dat een plotselinge ijzel in den vroegen morgen de vogels belet te eten; al zal 't vet niet zoo licht beijzelen, 't zou kunnen ; ook nog (wat althans beter is) als ge gaten boort in een stuk hout, die opvult met de klokspijs en 't blok ophangt of tegen een Voorn bindt. Wie 't voederen in optima forma wil uit voeren, moet een voederkooi, nog beter een voederhuis maken. Het voornaamste deel hiervan is de voedertafel met opstaanden rand (tegen 't ver strooien). Boven de tafel komt een schuin dak, dat een rechten rand van glas heeft, deze reikt neer tot op de hoogte van de tafel; de vogels kunnen op de tafel kijken, maar sneeuw of ijzel 01 rijp komt er niet op 't voedsel. Ook de wind en de regen hebben er geen vat op. Een loktafeltje er onder, waarop hennep, amandels, rozijnen of wat ander lekkers is gestrooid dat niet bederft, is alleen in den eersten tijd en voor nieuw aangekomen gasten van nut. Het dak staat op 4 hooge stokken iie tafel in 't middel op een vijfde. Zorg dat de tafelrand 2 a 3 d.M. van den glasrand komt te staan, anders durven de vogels er niet tusschen door ; ook moet het geheel zoo hoog zijn en zoo vrij staan, dat een kat er niet op kan springen. Wilt ge 't wat aanklteden met dennetakken en wat dwarshoutjes in den paal voor vogeltjes die er komen rusten, zoo veel te beter. Ook kunt ge zoo'n geheel stevig voederhuis (llessisches Futterhaus geheeten) met beton voetstukken voor de palen, dwarsstutten en geteerd dak, kant en klaar laten komen van de lirma Scheid te Buren, Westfalen ; dat is 1.5 M. hoog ongeveer, tot aan 't dak; en 't kost maar 30 Mark. Handiger en misschien goedkooper is 't er zelf een te knutselen of te Uiten maken, 't model hierbij is uit JDtr genainmte Voyelxchutz, 'Jde druk, door Von Berlepsch ? 1.?. Ook in 't Nederlandsen ver taald: Alijemeene. Vogelbescherming, door Von Berlepsch, bij A. Versluys, Amsterdam, 't Kan evenwel veel eenvoudiger; de palen kunnen ook wel in den grond zelf voldoende vast gezet worden. Rondom het voederhuis en dicht in de buurt hangt ge nu nog een restje Cur. amandels of pinda's aan een touwtje of een breinaald, een stukje spek, kokosnoot, wal- of hazel noten, om al vast wat vogeltjes te lokken; en zijt ge al handig in 't fotografeeren, dan is 't eerste loon voor al uw moeite en kosten stellig een mislukt kiekje van een koolmees, 't tweede is 't dagelijks terugkeerende plezier van veel verschillende vogels te zien en te kunnen bestudeeren; en lest best: de vogels went ge zoo aan uw tuin of uw buitenplaats, dat ze er 's zomers gaan nestelen en muggenvangen. E. HEIMANS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl