Historisch Archief 1877-1940
DE A M S T E R D A M W E R W E E K B L A D \ O O R N E D E R LA N D.
Oostenrijksehen Arbeids-Inspecteur Hauck
aanleiding gegeven langs anderen weg
wereldkundig te maken, wat hij daarover
aan belangrijke gegevens had verzameld
en de studie door hem gemaakt.
Daar, v >or zoover mij bekend, z|jn be
langrijke artikelen in hét /eitscbrift für
Gewerbe-llygiene, Unfallverhüttung und
Arbeiter wóhlf'art" geen weerklank hebben
gevonden in onze sociale week- en maand
bladen, wil ik trachten hier in bet kort de
strekking daarvan mede te deelen.
Al wat bedrijfsongevallen betreft ma.;
zich sod'Tt cen'igH j iren in de algemeene
belangstelling verheugen van congressen,
de pers en regeeringen. Stapels papier zijn
reeds volgeschreven met meer en minder
belangrijke ongevallenstatistieken, maar de
ziektestatistiek is nog altijd het stiefkind
gebleven. De dagbladpers doet trouw ver
slag van iederen vallenden loodgieter, maar
alle loodpatiënten met elkaar hebben nog
geen regel in de rubriek Gemengde berich
ten" gevull.
Toch is deze ellende niet minder groot
en, voor wie er voldoen Ie aandacht aan
wijdt, niet minder treffend. De ziektever
zekering zal er, hopen wij, komen vóór de
ziektostatistiek er is, zij zal eindelijk die
statistiek in het leven roepen. Waar wij
hier vooral op willen wijden is, dat die
statistiek niet alleen voor een behoorlijke
regeling dier verzekering van belang is,
maar dat hut voorkomen van bedrij f-ziekten
eerst d ai niet vrucht kan worden nage
streefd, wanneer de statistiek aantoont, waar
het gevaar schuilt en hoe hot met succes
bestreden wordt. Ook zal dan duidelijk tot
het groote publiek het besef gebracht worden,
dat hut aaut'il slachtoffer-; dat langzaam
maar zeker wegkwijnt aan be:lrijf*ziekten
veel grouter is dan dat der dooreen ongeval
getroffen* n.
Thans zijn nog maar weinigen zich hier
van b wus'f, en verblijdend is het, dat van
die weinigen een krachtige actie uitgaat in
de Int. Ver tot Wettelijke Bescherming
van Arbeiders," waar zij de beveiliging tegen
industrieele vergiften op een eerste plaats
hebben gezet.
Maar behalve die min of meer plotseling
werkende vergiften, (waarvan reeds enkele
tot verzekering bij dood en ziekte hebben
aanleiding gegeven en een ander de
witte phosphor in vele landen verboden
is) zijn er nog ontelbare andere oorzaken
voor de enorme verschillen in sterftecijfers
in de verschillende beroepen. Voor Neder
land is onlangs voor de 2de maal de
vijfjaarlijksche statistiek 1) verschenen van de
sterfte in de verschillende beroepen. Ik
haal er hier slechts de volgende cijfers uit
aan, aangevende hoeveel sterfgevallen op
1000 arbeiders per jaar voorkwamen:
Fabricage van vlas 18.40
aardewerk en
tabakspijpen . . 17.31
Steenhouwers enz 1607
Kleermakers, coupeurs enz 14 57
Schoenmakers ? ? ? 12.61
Aard- en pollerwerkers ..... 11.78
Timmerlieden 10.86
Textiele nijverheid 1063
Leerlooiers !)-15
hrieven- en telegrambestellors. . . K.21
Slagers, en/ 7.14
Fabricage van papier 7.61
Onderwijs. . . 654
Totaal van alle mannen 11 52
Hauck haalt soortgelijke cijfers aan en
ook die welke aangeven den gemiddelden
leefty l bij overlijden en roejpt dan uit:
Reeds htt menschelijk medegevoel alleen
gebiedt ons, na te speuren, hoe zulk een
schrikwekkende sterflijkheid is tegen te
gaan." Hij becijfert dat van de jaren, die
een werkman na zijn opleiding ten nutte
der gemeenschap werkzaam kan zijn, (om
de zaak ook staathuishoudkundig te be
schouwen) een slotenmaker O 7 jaren inboet,
een kleermaker 5, een graveur 13.8 jaren.
En dan vraagt hij terecht: Wel e bedrijfs
tak is in staat om door de daarin voor
komende ONGEVALLEN dm Staat ook maar
bij benadering zooveel arbeidskracht te
onttrekken, al* htm door de, in enkele
bedrijfstakken het gemiddelde ver overschrij
dende, ma e van MORTAUTEIT en MOIIBHHTEIT
aan arbeiders onttrokken wordt?"
Het antwoord kan slechts zijn: G eene.
Daar komt nog bij, dat de slachtoffers
van beroepsziekten dikwijls de ellende op
IIIIIIIIHIIIMMIIIIIIIIItllllllltlllllllllHM
D E SPIO N.
Naar het Engelsch, van JosErii CONRAD.
Het was een uitstekende raad, maar in
plaats van terug te gaan, kwam het jonge
mei je naderbij, gevo'gd door haar broeIer
in zijn sportpak, waarin hij komische liedjes
had gezongen tot vermaak van een
vreugdeloos proletariaat. Zij kwam naderbij, niet
alsof zij de waarschuwing niet had begrepen,
het woord politie" heeft een beteekenis,
die dadelijk tot iedereen doordringt maar
veeleer, alsof zij het ondanks haar zelve
deed. Zij liep niet met den viijmoedigen gang
en de welwillende houding van een amateur
anarchist ond^-r arme, worstelende beroeps
anarch's en, maar met licht opgetrokken
schouders en tegen het lichaam aangedrukte
ellebegen. alsof zij onwillekeuiig trachtte,
zich zoo k'ein mogelijk te maken. Haar oigen
waren onafgewend op Sevrin gevestigd. Op
Sevrin den man, dunkt mij. niet op Sevrin
den anarchist. Maar zij kwam naderbij. En
dat was na'uiirlijk. Niettegenstaande al hun
voorgewende onafhankelijkheid zijn meisjes
van baar stand gewend te voelen, dat zij
te alltn tijde worden beschermd, wat dan
ook werkelijk het geval is. Dit geval is de
onbewuste oorzaak van negen tiende van baar
stoutm>d'gheid. Alle kleur was uit haar
gelaat vei d wenen, 't Was ook geen kleinig.
heid voor haar, zoo maar plotseling te hooren
te krijgen, dat zij t o1; de soort menscheu
oehooide. die voor de politie op den loop
m/>e en gaan! Ik geloof, dat zij hoofdzakelijk
bltek zag van verontwaardiging, hoewel er
natuurlijk ook eenige angst bij kwam voor
haar onbesmette persoonlijkheid, een soort
van or bestemde vrees voor de een of andere
j uwe b.-j-gening. En het was volkomen
nalanriJK, dat zij zich tot een man wend Ie.
tot den man op wien zij om zio te zeggen
eenige aanspraak had, op den man, die haar,
hun kinderen overdragen, wat met getrof
fenen door een ongeval als regel niet het
geval is.
Een nauwkeurige zelfs een /eer globale
vergelijking van het verlies aan arbeids
kracht door ziekte, verval van krachten en
te vroegen dood als gevolg van
bedrijfsinvloeden met het verlies, dat alleen door
ongevallen ontstaat, is thans onmogelijk.
Hadden we een goede ziektestatistiek, die
vo'ir iedere categorie van arbeiders dat ver
gelijk mogelijk maakte, dan zou ook een
billijke regeling in ons land mogelijk zijn
voor de premiebetaling bij de nu ontworpen
ziektever^ekeringswet, waarbij de eerste zes
weken ongevallen-ongeschiktheid met ziekte
vermengd worden. O jk zou het mij ver
wonderen of het ver vijzen naar zoo'n open
baring van ellende eu zorg niet met meer
warmte zou doen strijden voor een heel
spoedig invaliditeitspensioen, dat nu weer
voor wie weet hoelang verschoven is op
grond van vrees voor simulatie en agravatie.
Het aantal simulanten moet wi l ontzaglijk
groot zijn om daarin gegionde reden te
vinden (.m de ongetelde, wellcht ontelbare
niet-simulanten te stritten met < n'houd;ng
van allen steun voor zit h en hun gezip,
wanneer zij tengevo'ge van de di'iis'en aan
de gemeenschap bewezen op 40 a 50 jarigen
leef ijd 2) tot de heel- of' halfsleets 'hen gaan
behooren, voir wie werkel joi-heid zomi r
inkomsten een trouwe, niet af te wijzen
gast is.
* *
#
Dehoofdzaak, waarom 'net ons thans te doen
is, blijft evenwel het ten nutte maken
deistatistiek aan de bestrijding der
beirijf-ziekten. Daarom zullen we hier in
hoofdtrekken aangeven op welke wijze we dat
verwachten en welke eischen daartoe aan
die statistiek gesteld moeten worden.
Thans tast de bedrijfshygiënist nog veelal
in hot zwartstoduister, o:iidat hem het eerste
rioodige ontbreekt voor het opbouwen ziji.er
wetenschap, n.l. het getal. Beschamend is
dat te meer, daar b.v. nauwkeurig bekend
is bij welke grenzen van soda-, zeep , koji^r
enz. gehalte van het water, dit voor die
en die vischsoort schadelijk wordt; dat men
de temperatuursgrenzen precies kent waarbij
bepaalde nuttige planten nog gedijen. Ten
opzichte van den mensch zelf heerscht over
de grenzen van schadelijkheid zoo goed als
volkomen onbekendheid. Vivisectie is in
deze niet geoorloofd 3). Dan blijft geen beter
middel dan de statistiek over. Wel bezitten
we enkele op zichzelf staande gegevens voor
acuut optredende benadeelingen der arbei
ders, maar de sporaditeit dezer gevallen,
en niet minder de dikwijls sterk
uiteenloopende waarden door verschillende onder
zoekers aangegeven, doen klaar en duidelijk
de onvoldoendheid en onbetrouwbaarheid
der gevonden of benaderde waarden aan
den dag treden. Die enkele cijfers willen
dan nog slechts aangeven welke hoeveelheid
van zekere stof' in de lucht of'in een vloei
stof in staat is acuut te benadeelen. Een
veel grooter vijand is evenwel de chronisch
werkende. En daarvan weet men nog minder;
ja zoo goed als niets. Wie heeft ooit vast
gesteld binnen welke grenzen het stof- en
gasgehalte der lucht gelegen moet zijn, opdat
de daarin aroeidenden niet na jaren door
een wellicht ongeneeslijk lijden getroffen
worden? Hoe sterk moeten de vloertrillingen
b.v. in weverijen zijn, om op den duur tot
een typisch lijden en bij «rouwen tot abortus
aanleiding te geven r1 Welke lichtsterkte
voorkomt op den duur bijziendheid voor
letterzetters, voor kantwerktters, enz.?
Welke temperatuurs- en
vochtigheidsuitersten zijn zonder nadeel toe te laten? Welke
maximumarbeidsduur is voor ieder bedrijf
toe te laten ? enz. enz.
1) Statistiek van de sterfte onder de man
nen, met onderscheiding naar het beroep en
in verband met leeftijden en doodsoorzaken
in de jaren ],S<JG (9(10. Prijs ?0.00.
Uitvoerig besproken in het Sociaal Weekblad
in November 'UG.
2) On'angs trjf mij in de TfxtUe Hferciiry,
een weikgeversblad, de uitlating dat werk
lieden boven 40 jaar niet ineer als volslagen
meetellen. De mijnwerkers in Duitschland
worden op 45 jaar invalide.
3) Toch wordt ze in werke'ijkheid juist
toegepast door eerst in te grijpen, als de
nadeelige gevolgen door ziekte en dood zijn
gebleken, b.v. bij onze steenhouwers.
in welke moeilijkheid ook, niet in den steek
zou kunnen laten".
Maar", riep ik uit, vol verbazing over
deze analyse, als de zaak ernst was geweest,
echt en werkelijk, bedoel ik, zooals zij
toch meende, d.tt het ge»al was, - wat kon
zij dan verwachten, dat hy voor haar zou
doen ':''
H. verroerde geen spier van zijn gelaat.
De hemel mag het weten. Ik veronderstel,
dat dit bekoorlijke, edelmoedige, onafhanke
lijke schepsel'je iu baar geheele leven nooit
een waarachtige eedao ite had gekend; ik
bedoel, geen enkele gedachte, die geheel los
was van kleine menscheliJKe ijdelheidjes, of
die niet baar oorsprong n ad in de een of
andere conventionn-'e opvatting. Alles wat
ik weet, is, dat zij, na een paar schreden
dichterbij te zijn gekomen, haar han l uit
strekte naar den roerloozen Sevrin. En dat
was ten minste geen pose, geen acteursgebaar.
Het wa-< "en natuurlijke bewegintr. En wat
zij eigenlijk van hem verwachtte? Het on
mogelijke waarschijnlijk. Maar, in elk geval,
w;ït zij ook verwachtte, ik durf geruft zegden,
dat het in geen vergelijking kon truien met
datgene, wat hij zic'i hal voorjeaonieu te
doen, zelfs nog vóór dat die smeekende hand
naar hem werd uitgestoken. Dat gebaar was
niet noedig geweest. Van htt oogenblik af,
dat 7,ij den kelder was binnengekomen, had
hij besloten, al het nut, dat hij in de toe
komst nog had kunnen stichten, op te oil'eren,
het ondoordringbare masker, dat hij jaren lang
met trots hal gedragen, af te werpen "
Wit bedoelt ge?" viel ik hem vol ver
bazing in de rede. Het was toch niet Sevrin,
die '
Het was Sevrin. De nrieest volhardende,
de meest systematische, de handigste, de
gevaarlijkste van alle spionnen. Een genie
onder de verraders. Gelukkig voor ons was
hij un'ek. De man was een dweeper, zooals
ik u heb verteld. Gelukk g voor ons alweer
had hij zijn hart verloren aan liet volmaakte
en onschuldige comediespel van dat jonge
meisje Zelf een acteur vol heiligen ernst,
moet hij wel geloofd hebben in d i absolute
waar Ie van conventioneele kenmerken. En
dat hij zoo onverwacht en volkomen in den
Geen wonder dat bij dezen stand van
zaken de bescherming der arbeiders tegen
de gevaren, die hunne gezondheid bedreigen
slechts uiterst langzaam vordert. Want aan
de met do arbeiders bescherming belaste
organen ontbreekt een ruggesteun, de op
ervaring berustende onaanvechtbare cijfers.
En menig fabrikant, die gewoon geraakt
is aan de nadeelen van zijn bedrijf (stof,
gasontsnapping, hitte, koude, vocht, duister
nis) gelooft zoolang geen menschenlevens
daaraan direct ten offer zijn gevallen, dat
de voorschriften die hem gegeven worden,
slechts het gevolg zijn van een persoonlijke
gevoeligheid van den ambtenaar voor stof
of stank, koude of duisternis, enz. Ook
voor (ÜPII fabrikant is het dus van belang
met cijfers in de hand te kunnen aantoone^
of aan hem onredelijke eisenen worden
gesteld.
Xooveel mogelijk moeten we dus in de
statistiek de gevolgen van iedere schadelijk
heid afzonderlijk opsporen. Hoe ik mij dat
voorstel, kan ik het best duidelijk maken
aan de hand onzer ongevallen-statistiek.
Deze houdt nl. met dien eiscli absoluut g. on
rekening. Iu het verslag van don inspecteur
van den arbeid in de 7e inspectie over 11)13
en- l')04 komt evenwel een statistiek voor
g°lijk ik hier bedeel. Daarin worden van
alle werktuigen en onderdeelen vau werk
tuigen in do tt xtielindustrie de in die beide
jaren voorgekomen ongevallen aangegeven.
Dat geefc een betrouwbare gids hij het
voorkomen van ongevallen, en legt
ongeloovige en eigenwijze fabrikanten het zwij
gen oj). Wil de Rijks-Verzekeringsbank
voor de volgende jaren haar groote schat
vau materieel op dezelfde wijze be .verken,
dan doet zij een vruchtbaar werk in den
strijd tegen ongevallen.
In den strijd tegen de bedrijfsziekten
moeten op gelijke wijze alle oor/aken
oj>gespoord worden wat ook hier alleen kan
door uit te gaan van de geopenbaarde
gevolgen. Daartoe moet van iedere zieke
meer bekend zijn dan alleen het bedrijf
waarin hij werkt, nl. de catagorie van
arbeiders in dat bedrijf waartoe hij behoort.
liet ziektecijfer van de arbeiders in de
metaalwarenfabrieken geeft ons geen aan
wijzing van beteekenis, zoolang we niet
tevens weten hoeveel en welke zieken komen
voor rekenirg van de messinggieterij, van
de vernikkelarij, van de slijperij, enz.
Hauck stelt voor van ie leren arbeider een
ziekteboekje aan te leggen, dat hem van
het eene ziekenfonds naar het andere ver
gezelt, zonder hemzelf ooit onder oogen te
komen. Hij wordt gekeurd bij de intrede
in het vak (zoo noodig afgekeurd), die
bevinding wordt geboekt. Voorts wordt hij
periodiek en bij iedere ziekte opnieuw on
derzocht en dat eveneens aangeteekend.
De onderzoekingen, die herhaaldelijk in zijn
werkplaats worden ingesteld naar den aard
en de mate van schadelijkheid, worden even
eens in zijn boekje aangeteekend. Dat
boekje wordt b.v. om de 5 of 10 jaar mot
alle andere statistisch verwerkt. Maar het
geeft nog meerdere voor.ieelen. De
beroepssimulanten, die van de eene ziekenkas naar
de andere trekken, worden o'era!, waar zij
zich aanmelden terstond herkend en extra
gadegeslagen. De medici zullen meer dan
tot nog toe belang gaan stellen in de
nijverheids-hygiërie. De arbeiders met bizondere
vatbaarheid voor bepaal Ie kwalen zullen
door hun medicus gewezen kunnen worden
op de gevaren, die door hen het eerst ver
meden moeten worden. Natuurlijk is een
hoofdvereischte dat de arts geheel onaf
hankelijk staat tegenover den werkgever
en geen neiging heeft om de ware oorzaak
van eenig lijden te verbloemen of den aard
van dat lijden als minder ernstig voor te
stellen dan hij is.
Met de ziektecijfers aan den esnen kant en
de nauwkeurige gegevens omtrent den aard
en de mate der schadelijke invloeien aan den
anderen kant zal het mogelijk zijn
toeloatbuarheidsgre,nze,ii voor al die nadeelen vast
te stellen. We zullen er door op het spoor
komen van nog verborgen gevaren; en is
die statistiek internationaal op gelijke wijze
(wat noodig is om eeri voldoend aantal ge
gevens te krijgen) ingericht, dan zal door
vergelijking blijken, waar en hoe gevaren
met succes bestreden worden, dio tot dus
verre tot de onvermijdelijke'' werden ge
rekend.
val liep, kan ik alleen toeschrijven aan het
feit, dat twee gevoelens van zulk een alles
orerheerschende kracht niet tegelijkertijd in
n en hetzelfde hart kunnen plaats vinden.
Het gevaar, waarin het jonge meisje ver
keerde beroofde hem van zijn juist inzicht,
van zijn scherpzinnigheid. Ja, iu het eerste
oogenblik beroofle tiet hem zelfs van zijn
zelf bebeersching. Maar die kreeg hij bijna
onmiddellijk weer terug door de noodzake
lijkheid zooa'.s het hem voorkwam om
dadelijk handelend op te treden. Natuurlijk
moest zij zoo gauw mogelijk uit het huis
j verwijderd worden. Die gedachte kwam hij
l hem op met wanhopige kracht. Ik hen u
verteld, dat hij den indruk maak e, in
loodelijke angst te zijn. l'ie au^st kon onmogelijk
hem zelf geilen. Ilij was verhaas l en ge
rgerd geweest over een voor hèn teheel
| onverwachte en in zijn oogen ontijdige
maiiM'ivre. lx. kan zelfs zeggen, dat hij woedend
was geweest. Hij was gewend, de laatste
scène van zijn verrade)u-drama's te
arrangeeren met een lijne, se lerpzinnige kunst
vaardigheid, die zijn eigen reputatie als anar
chist onaangetast liet. Maar. voor zoover ik
bet kan beoordeelen, bat hij, .oud inks zijn
ergernis, besloten, hetgeen er gebeurde in
j alle kalmte te dragen, eu zijn masker niet
af te werpen.
i Doch de ontdekking, dat zij zich in het
buis bevond, hal alles de gedwongen
kalmte, de beteugeling van zijn fanatisme,
. het ondoordringbare masker plotseling in
een soort van paaiek doen verdvijnen.
Vanwaar die paniek zult ge vragen'.'
Het antwoord is zeer eenvoudig. 11 ij her
innerde zich of neen, ik kan gerust zeggen :
hij had geen oogenblik verbeten, dat de
proi fessor zich geheel alleen boven in het buts
i bevond, bezig met zijn onderzoetunaen en
j proefnemingen, omringd door een menigte
j buiken met Stoue's Gedroogle Sjep. In
enkele daarvan was genoeg om ons allen
onder een hoop puin te begraven.
Sevrin wist dat natuurlijk. Eu w ij moeten
ook aannemen, dat hij het waie karakter van
dien man kende. Hij had zooveel karak'ers
gepeild! Of miss :hien was het alleen maar,
dat hij van den Profesior datgene verwachtte,
Moge het aangevoerde duidelijk gemaakt
hebben, dat, zoowel van humanitair als van
st lalhuishoudkundig standpunt beschouwd,
noodzakelijk vereischt moet worden, dat
aan de bescherming van de gezondheid der
arbeiders tegen benadeeling door hun beroep
een minstens even groote belangrijkheid
worde toegekend als aan het streven naar
voorkoming van ongevallen, maar vooral
dat een internationale ziektestatistiek, inden
geest als boven aangegeven, de onmi-bare
grondslag vormt van dien vooruitgang.
Arnhem, Jan. '07. C. J. l'. ZAAUIKKG.
Hei Yürwdipn m r (Mate iu \ t
m
De/er dagen werd mij een tamelijk lijvig
boekje toegezonden vanwege het ..Centraal
Bureau voor Sociale Adviezen'', getiteld:
klein-industrieën ten platten lande, be
werkt door mr. E. M. Meyers.
1. liet vervaardigen van rolmatten in het
noorden van Overijssel". Menige, prachtig
in donkerbruin at'gewer-cte jihoto-zinco's in
den tekst lokten onmiddellijk tot lezen aan,
en toen ik het h-id doorgewerkt, was ik
oprecht verheugd, met het intere.-sante
werkje van 70 blz. kennis te hebbeu ge
maakt, en dacht ik: /ie, dat is een buiten
gewoon ernstig, nuttig en noodig werk!
Diit is een uitnemende wijze, om wetgever
en pers en publiek door woord en beeld
eerlijk op du hoogte te brengen van de toe
standen, waaronder zoo dui/.cnden in
stilvergeten hoeken \an ons land leven! Dat
vei meerdert on/e ki nnis omtrent on/.e
volkst''Cstanden, en al is het ook niet altijd
mogelijk om de misstanden, die daarbij aan
den dag kom 'n, dadelijk te verhelpen, toch
is het van onschatbare waarde, dat op zulk
een uitnemende wij/.e de economische toe
standen onzer j
latielands-arbeiders-bevolkmg meer en meer worden bekend gemaakt.
* *
*
Maar laat ik eerst een en ander
mededeelen over wat voor de verschijning van
dit i'i'.rste boekje, eerste tener Ilinke reeks
naar wij hopen, de aanleiding is geweest.
Dat woidt ons in de inleiding" uitvoerig
meegedeeld. Kr bestaat nl., tot nu toe in
onze sociale litteratuur en kennis een leemte:
do onbekendheid van den werkelijkeu toe
stand der klein industrieën ten platten lande.
Fragmentarisch komt men er wel eens iets
van te weten, uit de verslagen der Arbeids
inspectie, die ons b.v. omtrent de huisindu
strie in 't tabaksbewerkersvak reeds veel
interessante dingen heoben medegedeeld,
maar dat gaat zóó verbazend langzaam en
is zóó afhankelijk van de opdrachten, die
de Minister belieft te geven, dat du wel
allerminst afdoende heeten kan.
In de/,e leemte nu, wil het Centraal Bu
reau voor Sociale Adviezen trachten te
voorzien, door de uitgave van een reeks
studiën over de klein-Industrieën ten platten
lande. Later komen ook misschien andere
bedrijfsgroepen aan de beurt. De gegevens
zijn en worden meestal vei kregen door
plaatselijke, persoonlijk ingestelde onder
zoekingen, en men mag den jongen, ener
gieken reiacteur van het Sociaal \\'e<kblad,
mr. K. M. Meyers dankbaar zijn, dat hij
dezen eersten arbeid op zich heeft willen
nemen.
Een meer wetenschappelijk hoofdstuk, als
inleiding voor dit rapport en volgende, over
hetzelfde onderwerp, gegeven, zal ik, hoe
belangwekkend ook en hoezeer het ook den
lezer een klaar en duidelijk beeld geeft van
de icording dezer klein-industrieën ten
platten lande, maar overslaan, omdat dat
hoofdstuk zich niet in enkele aanhalingen
laat weergeven.
# ( *
Maar nu het eigenlijke rapport.
In de noordwestelijke streek van Over
ijssel, de oude dorpen ofstadj js Henemuiden,
dan de dorpen rondom Kampen, verder
(Irafhorst, l Jsselmuiien. enz., waar de
gronden over 't algemeen laag gelegen zijn,
vindt men, behalve en naast een door
bloeiende veeteelt weigestelden boerenstand,
ook een armere bevolking, die zich bezig
houdr, als middel van bestaan, met liet
vlechten van de bekende groote biezen- of
russchenmatten. Het aantal matten in de
genoemde dorpen wordt geschat op ongeveer
waartoe hijzelf in zijn plaats in staat zou zijn
geweest. Hoe het ook zij. zijn angst was
duidelijk zichtbaar. Kn plotseling verhief hij
zijn stem en zeide op een toon van gezag:
Breng die dame oogeüblikkelijk weg." Hij
was zoo hee.-ch ais een kraai Zonder twijfel
tengevolge van zijn groote ontroering. Zijn
woorden behoefden geen antwoord. Zij waren
uitgesproken en zij waren noodlottig voor
heoi Toch vond de man, die voor inspecteur
speelde, bet nog noodig, op ruwen toon te
zeggen: Zij zal gauw genoeg worden weg
gebracht, en jullie allemaal erbij."
..Uit waren de laatste woorden, die tot het
comedie-gedeelte vau de zaak behoorden.
Alles en ie lereen vergetend, ging Seviin
op den man toe en greep hem van voren bij
zijn jas beet. Onder zijn magere wangen kon
men zijn kaken heftig zien bewegen.
,,'ie hebt natuurlijk mannen staan buiten
de den'. Laat die dame onmiddellijk naar
buis brengen. Verstil je mij'.' Ogenblikkelijk.
j Vóórdat je tracht den man boven te pakken
j te krijgen.""
.,<>. i- er nog een man boven," spotte de
pseu lo inspeetnir openlijk. Nu, we zullen
zorgen, dat hij bijtijds beneden is, om te zien,
i h'je dit alloopt." :
j VaarSe;rin geheel bulten zichzelf, schonk
geen aandacht aan den toon, waarop dit werd
gezegd.
j ..,. Wie is de idiote bemoeial, die jullie hier
heen heeft gestuurd om een dointneu streek
uit te halen? eb jullie je instructies niet
begrepen? Bun je nergens van op de hoogte?
Hier "
l Hij liet de jas los, waarbij bij den man bad
i he-:n en weer geselud. Hij stak zijn hand in
j zijn borst en rukte zenuwachtig aan iets on Ier
zijn hemd. Ten slotte bracht hij een klein
viertant taschje vau zacht leer te voorschijn,
dat waar-chijalijk als een scapulier oai zijn
hals bad gehangen aan het koord, waarvan
de i-tuk gel rokken einden uit zijn hand hingen.
Kijk daar maar eens in", riep hij uit, liet
den anderen man in het ge dcht gooiend En
oniuid lellijk wendde hij zich tot h -t meisje.
Zij stond vlak achter hem, zwijgend en onbe
wegelijk. Haar stil, bleek gelaat maakte een
indruk vau kalmte. Alleen haar strak op
2500. De grondstof der mat is de breeda
bies, die overtalrijk groeit in de moerassige
gronden, en de meer fijnere rusch. De bies
grooit in breede strooken aan de zeekust, de
rusch meer landwaarts in. De exploitatie vau
biesvelden wordt door de Gemeente Kampen
voornamelijk gedreven, die daarvoor ge
middeld 's jaarlijks ruim ?8000 ontvangt,
dat is 12% pCt. van het bestede kapitaal.
Gedurende .Juli en Augustus, trekt de man
nelijke bevolking der dorpen er op uit om
de bies te snijden, lieeds 's ochtends om
twee uur gaan velen van huis, waaronder
ook j ingens van 12?14 jaar, begeven zich
de snijders naar de wateren, op hun
platgeboomd vaartuig, men moet daarbij gedu
rende <s ',) uren per dag tot aan de heupen
in hi t water staan. Bij mooi, warm weer
gaat dit nog, maar ook bij ongunstig weer
moet er wel eens gesneden worden, als het
water hooger is, en staan ze uren lang tot
aan de borst in het koude water, zoodat ze
ten slotte geen gevoel meer in hun voeten
hebben. Met het dragen belasten zich de
vrouwen. Meestal snijden do bie/ers voor
eigen rekening, d. w. z. worden de matten
in het gezin gevlochten. Werkt hij voor
groot-handelaren, dan is het loon zeer af
hankelijk van de weersgesteldheid. Het
varieert van ?5 tot /'25 per week. liet
snijden van de russchen eischt meer tijd.
Als 't russchenveld ver-af ligt, gaat de
vader met zijn kin leien naar 't kamp",
men eet brood eu knllienat, en slaapt iu
hooibergen of schuren. Do armsten kunnen
nog wat verdienen met het zaaien vau
russchenzaaJ. 'S oor een arbeid van een
hcelen dag wor U 25 cent betaal l!
Al deze biezen en russehen, eenmaal ge
droogd, worden thuis verwerkt op do pri
mitieve matten weef-toostelljn. De werk
plaats der mtttcrs bevindt zich steeds in
de woning vau den matter. Meestal is (ie
ruimte, waarin het matten geschiedt, het
eenige vertrek, dat de woning bevat. Deze
ruimte dient gelijk voor woon vertrek, slaap
vertrek eti werkplaats. Deze combinatie is
stellig een der oorzaken van het hooge
sterftecijfer in de Gemeenten, en van de
groote slordigheid tevens. Vroeger werden
ook kinderen van 12 jaar daarvoor gebezigd,
en hier en daar nog! liet ge.niddelde uur
loon bedraagt 3!4, 4 en 5 cent. Daardoor
is de werktijd zeer lang. Om 6 a 7 uur
begint de arbeid, en dan gaat het door tot
's avonds 'J 10 uur! Wekelijksche ver
diensten van ? 8 en /'2 vooreen matter zijn
niet zelden! Vroeger was het nog ellendiger.
De t ibereulose tiert welig in deze dorpen,
gelijk uitvoerig wordt aangetoond aan de
hand der sterfte-statistiek. De sterfte aan
longtering, en daarmee overeenkomende
ziekten was in d« periode van 1*75 1!)IK),
op de HXIO mannen: voor Nederland: !!!.!>;
voor Genemuiden 28, (vrouwen 4 i.*.'),
Grafhorst 135.1 (vrouwen ?>/.:>.'), voor Wilsum
1~> (vrouwen i.5.'). lit de mattersgemei'nle»,
sterft' bijna een denle deel der vrouwen boren
de 1-i janr aan de tering! Deze buitenge
woontreurigo toestand komt vooral door de slechte
voeding en de treurige woiiingtoestarideri,
die in dit bedrijf voorkomen! Terwijl ook
de familie-huwelijken tot de degeneratie
meewerken !
*
* *
Ziedaar slechts enkele gegevens uit het,
met prachtige, rustige duidelijkheid be
werkte boekje, waarin plotseling voor
het publiek een stukje volks-ellende belicht
wordt, waarvan het bestaan wellicht maar
aan slee'.ts enkelen bekend was! In
\reesehjke eentonigheid, in oneindige zorgen
volgt het eene geslacht het andere op, en
dóór den droeven toestand der arbeidsvoor
waarden blijft ook de degeneratie der
lichamen en de verstomping der geesten
voortduren.
Als er ooit betere tijden komen, ook voor
déze armen, dan is toch dit rapport daar
voor een voorwaarde gewee5t, en heeft
het zér bevorderd.
Eere aan het Centraal Bureau en aan
den bekwamen bewerker, voor zulk een
nuttigen en degelijken arbeid!
heui gerichte oogen schenen grooter en don
kerder te zijn geworden.
Hij sprak snel tot haar, met zenuwachtige
beslistheid. Ik hoorde hem beloven, haar
alles binnenkort volkomen op te helderen,
maar dat was alles, wat ik kou opvangen.
Hij stond dicht bij baar, maar verroerde
zich niet, hief geen hand op, trachtte zelfj
geen oogenblik haar aan ie raken En zij
keek hèn aan, blijkbaar zonder hem te be
grijpen, bijna onnoozel. Een oogenblik echter
sloot zij baar oogen, langzaam, pathetisch,
en toen zag zij, met de lange donkere wim
pers op de bleeke wangen rustend, even er
j uil, alsof zij op bet punt was flauwte vallen.
Doch zij wankelde ze i's Liet. Hij drong, nu
op lui len toon, erop aan, dat zij hem zi.u
volgen, zonder een oogenblik te verlie/,en,
en liep op de deur aan het einde van den.
j kelder toe, zonder om te kijken. En w< r
i keüjk, zij bewoog z'c.i een paar tcbredtn
j jich'er hem aan Maar natuuilijk werd hem
j niet toegestaan, <le deur te bereikten. To )rni«e
uitroejjen volg len, bet geilruisch van een
j korte, hevige worsteling. Met kracht
teruggeslingerd, tuimel ie hij achteruit, juist op
iiaar af. Zij hief haar banden op met een
gebaar van schrik en ging op zij om de aan
raking van zijn hoofd te vermijden, dat met
een bons tegen den grond sloeg, vlak naast
haar voet.
De schok ontlokte hem een dof gesteun.
Eu ioen hij, langzaam, half verdoofd, weer
j was opgestaan, was hij zich bewust van
hetj geen er eigenlijk was gebeurd. L>e man, die
het leeren taschje in banden had gekregen,
j bad er een smalle reep blauwachtig panier
uit te voorschijn gehuild. Hij hield het op
boven zijn hoofd, en toen na de w>rsteling
een pijnlijke siilte, vol afwachting, intrad,
witrj) hij het minachtend op den grond, met
de woorden : Mij dunkt, makkers, dat dit
bewijs eigenlijk niet ten* meer noodig was."
Snel als de gedachte bukte het meisje zich
naar het ne^rlladderende stukje papier. Het
met beide handen a-thoudend, keek zij er
even naar; toen, zonder de oogen op te slaan,
lieten haar vingers los en viel het langz. am
op den grond.
(Slot rolyt.)