De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1907 27 januari pagina 3

27 januari 1907 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. '1544DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. G(*chiedenis dtr Nederl. Letterkunde, door dr. W. van SCHOTHOKST. Dr. W. van Schothorst heeft een Leeren leesboek ten gebruike bij het onder A ijs in de gtsehiedenis der Nederlandsche letter kunde" *) geschreven, waarin de leerlingen beknopt en m bevatrelijken vorm grooten deels terug kunnen vinden wat het levende wooid van den leeraar hun heeft geleerd"; een repetititboek dus, dat het in de les gehoorde helpt vastleggen. Tegelijk is het een leesboek: bet bevat een kleiüe bloeuile/.ing die afwisselt met het overzicht van de geschiedenis der letterkunde en er zich bij aansluit. Het verband tussen de btide delen wordt hier en daar duidelik gemaakt door letters en cijfers, die bewijs plaat-en aanduiden. Waar oijv. van Hooft gezegd wordt: Voor zijn liederen koos hij vaak middelefuwsche vormen" wordt met (A 2) verwezen naar het \Vachterlied Galatbea, ziet: de dag komt acn." Van de taal van Hooft z'n dramatiese poëzie wordt gezegd dat ze zangerig" en rijk aan echoone beelden tn vergelijkingen'' i?, en letters en cijfers verwijzen naar regels uit ten fragment van Granida. Het spreekt van zelf dat lang niet ailes wat uit de opgenomen teksten te bewijzen óf ai te leiden valt, op die wijze aangeduid is; het boek is een bul pmiddtl by het mondeling onderricht: de leraar zal zorgen voor een doelmatig ge bruik van 't leesboek. Maar de schrijver meent dat zijn boek ook voor zejfstudie ti gebruiken zal zijn en 't is voor hen die zon der hulp de geschiedenis van de letterkunde uit zijn werk willen leren dat dr. v. . zijn wegwijze? s plaatste. l)e schrijver heeft zijn boek voorzien van een beredeneerde' innoud, die niet alleen, zoals een register, het naslaan geinakkehk maakt, maar ook het overzien. We komen op dit boi k teiug als ook het tweede deel verschenen is; maar wat de schrijver zich tot taak s elde en hae hij die voor de helft vervulde, blijkt al uit het eerste deel. Dr. v. S. gaat uit van juiste beginselen: de leerling moet tot zelfwerkzaamheid ge prikkeld worden, tot eigen waarnemen ; alle geleerdheid moet verruedui ; de stijl van 't leerboek moet eenvoudig zijn, het aantal behandelde schrijvers en werken zo klein als met hei- oog op 't eindeksamen rnogelik is; geen oordeel moet uitgesproken worden zonder motiveiing, om onbegrepen napra ten te voorkomen; bij de keus van stukkeu dient op het lypiese geit t. Volgens 't programma van 't eindeksamen der hogeie burgertcholtn met vijfjarige Uursus omvat liet eksamen in de neaerlandse letter kunde: dehooldtretiken van hare geschiedenis SeJert t.et begin der Itie eeuw eii de kennis van enkele van hare \oorriaamste voort brengselen in de 17e en 18e, en meer in het bij ;onder in de lite eeuw." TOCH hetft de fchiijver terecht ook de middeleeuwen in -zijn boek opgenomen : de latere tijdvakken mogen niet in de lucht handen, en de ridderromans vallen in de Smaak van de leerlingen. .Naar die oegineelen neeft dr. v. S. een boek geleverd, dat zeker bij het onderwijs in de geschiedenis der letterkunde goede diensten zal kunnen bewij'.en, als de leraar die 't gebruikt er op btdaciu ij, de leerlingen een beeld te geven van elk tijdvak in zijn geheel en de hoofdpersonen in dat tijdvak Te doen leven. Wil men tegeuwoi rJig de gescliiedeni» vooral als ontwikkelingsgeschie denis van een vo,k behandeld zien, de littera tuur Kan niet begrepen buittn verband met de zo opgevatte hinorie. 't Is een te zware eis n wegens de leeftijd van de leerlingen n wegens het te gering aantal beschik bare uren dat de kandidaat voor 't eind eksamen de ontwikkelingsgang van ons volk in zijn litteratuur in verband met zijn staat kundige geschiedenis geheel vóór zich zou hebeen en weer zou kunnen geven ; maar er kan getracht worden hem er euig begrip vac bij te brengen. Zal dat met dit leerboek bereikt worden, dan moet er voor zover daarover volgens de bewerking van 't eersie deel geoordeeld kan worden, heel wat door i!e leraar uitgewerkt worden. Maar daar Wordt ook (zie het Voorbericht) door de schrijver op gerekend. \Vie 't boek voor zelfuiiderricht gebruikt, vindt hier in dat opzicht niet genoeg. Op een paar plaatsen lijkt de voorstelling, door de schrijver gegeven, rnii.der juist. waartchijnlik ten gevolg van niet gelukkig gekozen uitdiukkingen. /o verklaart dr. v. S. (blz. ;i.) h"t ont staan van het leerdicht uit ..het verlangen naar geestelijke ontwikkeling, dat zich in de welvarend geworden burgerij sterk deed ge voelen," eii zegt dan : om te voldoen aan die zucht naar kennis schiep men het leer dicht." Up bldz. 4) wordt gezeg l dat de burger mede leling verlangde van bijbelse waar heden, histonese feiten, verschijnselen uit de planten- en dierenwereld in eenvoudige en bevattelike vorm, en dat Jacob van Maerlant de eerste Dietse dichter was die aan dit verlangen trachtte tegemoet te komen." Kr is :eker een wisselwerking tussen de dicttter en zijn lezers; maar de hier gekoz«-n woorden kunten de onervaren lezer van dit leerl oek brengen tut de voorste ling dat de dichter (schrijver) is aN de fabrikant, die naar de behoefte van zijn tijd nieuwe producten aan de markt brengt, wat natuurlik niet de zienswijze van dr. v. is. Op blz. 8'J zegt de schrijver dat de renais sance de oogeii [opem J voor natuurlijkheid eenvoud en oorspronkelijkheid" Kin zo gunstig oordeel over een \erschijLsel dat in menig op/.icht de ontwikkeling m nationale z'n ('hi-i de oorspronkelikheid en naluurlikntid) tegenwerkte; waarvan de schadelike invloed o. a. op taalgebied zich nog a tijd laat gevoelen, lijkt rnoeilik te verdedigen en wordt nitt voldoende getemperd door- het op sommen van enkele ongunstige gevolgen. Ook hier zal de mondelinge toelichting van de schrijver in de les waarschijnlik een verkeerde voorstelling voorkomt n; maar vooral in 't belang van hen die 't prakties ingelichte leer- en leesboek zonder hulp a's haud.eidirg zullen gebruiken, is een her ziening van 't aangestipte hij eeji hei druk ge wenst. J. L. ( . A. Mr.i.iKi;. *) l'trechf, Kemink en Zoon. Silhouetten door L. E. Met een inleiding van JER°DE VRIES. Dit boek met zes historisch-romantische verbalen en een zeer waardeerend voorwoord van den inleider, verplaatst ons in tijden lang vervlogen. Het geeft 't leven uit het einde der achtiende en het begin der neaentiende eeuw. Alleen de tweede vertelling Pastor Picardts Bock, valt voor in een veel vroegere n tijd. Daarin wordt vermeld hoe een zekere Juffer Margaretha Albertsopeen Augustiisdag van 't jaar 1649 een reis onder neemt van haar landgoed, geleden in de NederGraafschap Bentheim naar Coevorden, toen ter tijde een stad met vestingmuren, linnen en torens, door vier Burgemeesters geregeerd. Vermakelijke bijzonderheden uit 't dagelijksch leven komen in deze vertelling voor; name lijk hoe Joll'er Maertje's d'enst bode Santje Jans een loon ontvangt van ? 7 'sjaars, benevens een nieuw jak en een paar klompen met Mm* jaar en Kermis; een zoo vorstelijk loon, dat de schoolmeester 't fe.t vermeldt achter Santjes naam in haar vaders bijbel. Als de dochter van den pastor trouwt, komt tegelij kertijd met de statige Meeren Burgemeesteren de oude Geertemeu, die gewend wa< dagelijks afval voor de konijnen te komen halen, de bruid geluk wenschen. In de schitterende caros des Heeren Landdrost van Boetselaer wordt de bruid naar de kerk gereden, wel heel anders als indertijd haar moeder, die uit Holland kwam. en per trekschuit naar de kerk was gegaan, met muzikanten op de voor- en achterplecht, de mast versierd met de bruidskroon; zij was werkelijk in de huwelijksboot geweest. In 't eerste verhaal Pastei", wordt 't familieleven geteekend in 't begin der vorige eeuw, met aardige tooneeltjes uit't précieuse kostschoolleven dier dagen, waarin de leer lingen werden opgevoed volgens fransche Kssaies d'Educations. Oreral in 't leven de geest van den tijd. Het is April IS 115, de Garde, d'Honneur wordt ingesteld, de verkozen jongelingschap van Nederland wordt opgeroepen daaraan deel te nemen: Vlansitur, j'ai l'honneur de vous prévenir que j'ai désunévotre h'U Kobert ?Guillanme pour la Garde d'Honneur". en Kobert Willetn wordt in 'c leger ingelijfd om bij Leipzig 't leven te verliezen. Naar documenten en brieven wordt de vervlogen tijd in deze ver halen opgeroepen, en mei) gevoelt or een grond van waarheid in, die een eigene, soms '.eer weemoedige bekoring heeft. Toch is er in deze) heide eerste verhalen iets langdradig». zij zijn minder vlot geschreven dan de volgende. Wat inhoud betreft dient de rornnn Klizabetn het eerst te worden genoemd. Van deze Elizabeth, die op vijftienjarigen leeftijd trouwt, geelt de auteur een levensschets, volgens de drie voornaamste datums van haar korte leven: haar geboorte, haar buwelijk tn haar dood. Kr komen zeer schoone bladzijden in deze vertelling voor; de wijze waarop de huwelijksdag de;er vijftienjarige bruid geteekend is, mag uiterst fijn en teeder geacht worden. Kn Elizabeth in haar grooten stoel zag toe en luisterde, en lachte a's de anderen lachten, hoewel zij niet wist waarom, alleen wetend dat ze moe" was, onuitsprekelijk moe, en dat zij verlaagde wej; te gaan naar haar stille Iterkamer, waar hot nu zoo koel en rus ig zou zijn. Daar zou zij alleen zijn, daar zou zij haar tranen niet behoeven terug te houden, maar zij zou het uit kunnen snikken van droefheid en vermoeidheid en kunnen uitrusten in haar grooten s'oei bij het venster, en haar bonzend hoofd kunnen legden tegen de hooge leuning. O. zij wilde dat zij gaan kon; het werd haar hier ondragelijk. Vriomd toch het lag zoo dicht bij die Mille leerkamer, even de trap o:>, en toch was het onbereik baar voor haar. Maar het deed haar t< ch goed er aan te denken, er zich te wanen ; nu zou de zon er zeker staan en robijnen op het portret van Willem den Zwijger; dat gebeurde altijd op dit nur in dit seizoen. Wilieui den Zwijger zager dan al lijd vriend e ij ker uit, a s de zon er op s -heen ; als kind ( ad zij dit eens opgelet /.ij glimlachte even over die gedachte maar plotseling schrikte zij op met een lichten schok . . . Zie op Betje, mijnheer l'iccardt gaat spreken,''fluis terde Andreas haar toe "... In alle vertellingen komen dergelijke teekenende b'.adiijden voor. Ju Kamilieoverleveiing", heeft o a. \Volter Benlinck een be;oek gebracht op Alerdinck, een landgoed in Overijsel. lu deze vertelling komt een aardige tegenstelling voor van 'r, leven te Amsterdam in die tijden, met dat op de landgoederen in de pro vincie; als de heer van Alerdii.ck de Amsterdamsche kooplui niet hoog- r van afkomst acht dan zijn eigen stalknecht en ze in hun opgeblazenneid stapel <:e!; noem!, dan iaat er een glimlach over 't gelaat v ui Wolter Bentinck. Hij dei kt aan 't oordeel der Hollanders over do ach'erhoek-che pro vinciën, en hun n-bimpen en spotten over die lompe boeren: hij d; rikt aan hun pak-izen en huizen en buitens, aan de sommee, die zj besteden voor collecties en lusepaaiden. carossen en kleeding en pruiken, en even ziet hij 't eenvoudig vertrek van Alerdinck rond met zijn eenvou.lL-e meubels, en mevrouw in haar donkere iapon. e;i wollen kap en polsmollen, en mijnheer in /.ij n oude bi uine lakensche jas. .Naast hem zit l'iiil o;> ee i tabouret, de handen ge-lagen om luia-knieën, met vuur meepratend ovir de'aatMc jachten, o ver de paarden, de honden, den oogst, tent-el ongevoelig voor 't feit, dat zij riiet a l'Kuridic-! is gekapt, en dat haar.; (pon niet is couleur nncara, naar de laatst" modi-, -Maar Uentinck verkoos in stilte tnri het oude A erdinck -:oven de A mstenla-u-ciie pa.eizen. Telkens zulke aardige kijkjts in den tijd en waarde personen in d'-ze -?, l nonetten voor ori.< soms HO] eern sil'ioiiettcn biijven, ?zoo geeft de schrijfster ons /.onder uit ?.ondering in iedere venelliiig met vee! talent een sterk sprekend l.eeld van den tijd. Wij schreven v >ortdur< u i M hrijNtor ctfchodn de auteur um dit boek ons oni ekerid is; d< i-'i er gaat duur dc-e verlm'i n e<-;i natuurlijke lijnl.eid in tei-rlii-id. we-ke. ;?<".zeer vrouwelijk i-, dat wij dc'.e H!h< -nellen moeilijk aan t'( n manlijk aut; ur /iciden kun nen toeschrijven. Ook , ijn dt> .-romvei.!: _-nn -n veel eigener geg.nen dan <]?? iiianm-ii AiU-eii in de vertelling Zijn zoon en xi.jühui>". is de He-er des huizes een met een L' ? Kracht gegeven persoonlijkheid. Kr is hier en daar ten opzichte der com positie een fout np te merken die soms /eer storend werkt, namelijk wanneer de auteur in den IOMJ van eui gesprek plo seling een persoonlijke opmerking | laatst". Dit maakt ongeduldig; wij geven hiervan e^n voorbeeld : 'Wolter Bentinck heeft voor Phil een geschenk meegebracht. Ik heb noe; wat voor je mee geb-acht Phil," zeide hij teeder, hier is het," en uit een der zakken van zijn wijde jas kwam een klein pak;e te voorschijn, een doosje waarin een ivoren naaldenkokertje met een smal gouden bandje. En het bestaat nog, datzelfde eenvoudige geschenk, dat Wolter- Beutinck mee bracht voor de Jonk vrouwe van Alerdinck." ? it laatst vermelde feit kan ons niets schelen; wij leven in 't geluk van Phil en het archief van den buize Alerdinck is ons op dat oogenblik volkomen onverschillig, ofschoon het ons la er interesseeren kan dergelijke bijzonder heden te vernemen. JJe laatste vertelling, La Bellissime Hollande'', waarin volgens een zevental brieven uit (ie jaren 1767?1700 de levensgeschiede nis verteld wordt van Madeuioiselle de Bar, een Westfaalsche laiidjonkvromv, van moe derszijde verwant aan 't geslacht der Amerongens, is uitnemend gesctireven. Vlug, geestig, onderhoudend vertel t, staat dit ver haal in het kunnen van de schrijfster zeker hooger dan de anderen. De/.e IViademoiselle de Bar blijft g<en Silhouette"; zij leeft voor ons als zij met den wijden hoepelrok en het sierlijk gepoederde hoofdje in haar rozentuin staat, toevallig altijd op 't uur, dat haar aan bidder voorbij moet komen. Een oulerwetsch boek", heb ik van de Silhouetten" hooren zeggen. Wat is ouder wet sch t zijn we geneigd te vragen. Vertellen en verhalen is op zichzelf zeker iets zeer ouds, ma<vr iets dat toch vermoedelijk van iederen tijd zal blijven, omdat er nu eenmaal altijd inenschen zullen zijn, die gaarne hooren vertellen en verhalen. Wat is oud en wat is nieuw? Iets dat ruim vijf en twintig jaren achter ons ligt, wordt bijna zonder uitzon dering in alle zaken ouderweUch geach', van dat soort ouderwetschheid dat men nog niet waardeeren kan als antiquiteit; daarvoor zouden ten minste twee of drie kwarteeuwen moéten verloopen. Waarom spreekt dan ieder kind dat pas komt kijien van een nieuwen stijl, die reeds bijna dertig jaar geleden haar oorsprong vond in enkele geniale hoofden; een -tijl waarop nu Jan en Alleman zonder genialiteit, vaak zonder een sprankje geest of vernuft maar aliijd voort blijft zeuren. Ouderweisch, nieuwerwetse!], 't zijn in den grond slechts wo irden ; wat heden nieuw is, is morgen oud, en wat gisteren on l was is heden nieuw, 't kotnt er slechts op aan in een werk iets j.eigens" te Kunnen geven Iets van dat eigene' vindt men in de ?Silhouetten," en daarin heeft dit boek zijn waarde. De zes verhalen zijn allen uit't leven voort gekomen. Chercher l'Amour" is de grond toon der meeslen. Ontstaan uit oude docu menten, gegeven met veel kennis rail vervlogen tijden, leekenen zij een leven van heel wit meer rust dan het on.e. Heden ten dage rent rnen het leven d-x,r, maar onder die rennenden zijn er velen, die toch gaarne rog eens even omz en naar wat daar achter hen ligt. \Vanneer dit boek gekend zal zijn, zal het V(el geleden worden; er gaat rust en bekoring van uit. C. M. VLS.-I:KIM,. jM-\i:c'Ki.i.us K.MAXTS, Loki. Amsterdam, Van Holkema en \Varendorf. Mijn eerste uiting na het le.'en en herlezen van l.oki van Kmants was een glimlach, want het bracht mij tot herdenken van m'n eigen Bragi. Ik las dit er nog eens bij na met z'n volgende regels ; De Dichtgod en d'Keuwtge Jeugd. Lioena, Zullen verslaan de sluwe Loke. En daarna het slot van LOK! : Al wat is Valt Loki toe en Loki voert het tot zijn val. De optimistiese en de pessimistiese levensheschoiiwing iri dezelfde behandelde stof uitweg krijgend, dus geheel velschillende beelden scheppende. Kortom, werk leverende dat als warm bloed sta.it tegenover rotsijs. Ik zal niet mijn opvatting verde agcn en die van Kmants dus tot meerdere glorie van mezelf uit elkaar rafelen, maar wil alleen in een paar tegenstellingen het verschillend karakter doen uitkomen, ais ik eerst vastges eld heb welke de verhouding is van ..L'iki ' tot Go lenschemering."Kman's noemt het eerste een ..dramaties gedicht', geen drama of tragedie dus, het is o-ik niets meer maar ook nieis min Ier dan de tielel aanduidt. Voor een held van een drama is knki niet gt schikt, dunkt mij, tenzij men zich op het s'andi'iint plaatst, dat Vondel tegenover LuciVr innam ; immers i r is duidel.k verwant schap lussen de tuii'en Loki en Ki;c:fer. zoals df mvtholoLi'n dun ink al va-.tgesn.ld hebben. .Maar '>m dat te kuiiiitn, moet men ook in de < iermaanse gods- en ueieldgedachte opgaan evemi.s Vondel in de katholieke godsvoorstel.ing Kn l us-en opuaanen zich-or in deuken, zich-aan-verwant-voelen is nog ee:i groot verschil. Toch is dit zicl'-aanverwant-voelen de reden juist waarom l.oiii de held is ge worden van deze dramalirse bc wei k ing. l hier over strak-*, l '.t ..(ioden-cLemerin "isvtrvailen de hein diefstal van Idoemi door Tia-.-i. als onbruikbaar; of eigeniik i.- de hele dii'f-'al omgezet in een even heengaan van Idoena, dat mm of meer vaag is. AU Loki in het begin van het stuk /,'n twist met de goden heilt gehad en (Mum ge'zegd heelt: /.. t lli dre nmel 1 driiiien d' '.sen \veg, aln ur; ef N lei m:J. maar hen A!-'aders e-o; deel heen. !>e /a: hte Idod.a is al ganse h ml ;.:cht; D-idi weifelt liragi ? Waarschuwd' ik lit ,11 niet. D:i! iii.'i'is np 't ???eitran i naar/iin .oiige t:ade Tiassi -'p d» n iii:kijk MaulV Maar acli,... line /i -nderiing . . . i; u uit on'.' oogen zij De schijnt' hncijster van den kos! hreii si-li.it. Die u Asen vin r ver z\vakk>ng scliul te. z\\ niid. Lijkt cei:-klai s Asgaards hcldi-nheir ontitdeUi. \"'ig' ecu ;M-c'; rij vin g, door Luki gi'jes'en, van tiet verouderen der goden op dat ogen blik. Het gi sprei tussen Loki en Oliën gaat >!,>< r en 'i blz. verder, in i/r:f'/"''1 ~"?''.'/ 'ii'r>, l-.ornt i-rikka /.eggen: Ii'oena <!e bekoorlik' is gekeerd Ku jeiigdkracht heeft de goden weer verjongd, I>ie liangdeii om der gouden app'len bergster. Zie, nu werkt die bekorting komies. AH Idoena geen 10 minuten weg kan zyn, of de goden worden ouder, is die overdrijving de schuld ligt hier aan het besnoeien belachelik. Iïstem toe de hele schaakgeschiedenis van Idoena past mer niet in; maar alleen dit... neem het er dan liever geheel uit. D»t kan best bij 'en nieuwe druk. Ook pa-t de beschrijving van het verouderen van de goden we! in de mond van de dichter, maar slecht in die van Loki: dan gaat het weer komies worden doordat het zienderogen gaat. En dan die zowat 10 minuten daarbij ! Zou de manier van oplossing door v. Eeden in De Broer'era" toegepast, epiese beschrij vingen tussen de dramatiese in, ook in dit geval geen aanbeveling verdienen? We missen nu die prachtige beschrijving van de jacht op Loki in de vuurberg door Odien en x'n zoons. We missen meer, te veel. Kn dat waarom? Omdat de heer Vogel het stuk in z'n geheel wenst te dramatiseeren, maar heeft de lieer V, daarmee niet zijn eigen talent overschat, of liever heeft de dichter met dit voordragen wel voldoende rekening gehouden? Ik geloof het niet. Zie, er wordt veel voorgedragen tegenwoordig; het is mode geworden er naar toe te gaan ; maar als daar stukken worden gegeven, die waard zijn bestudeerd te worden, omdat ze door etudie alleen tot hun recht komen, als Potgieters Florence of Kmants z'n Loki, dan geloof ik, dat men het publiek bederft; het leert naar klanken te luisteren, die het niet zo gauw verwerken kan, waardoor het oppervlakkig wordt dus en, zo als ik zei, Loki werkt daartoe mee en Vogel, als hij het >oordraagt, eveneens; want het veronderstelt een kennis van mythologie, van de Edda, die men ook bij het ontwikkelde publiek in de verste verte niet mag veronderstellen. Ken bewijs uit vele. Op blz. I 'l wordt weer een toespeling ge-naakt op de d.efstal-van .Idoena door de reus Tiassi in de gestalte van een arend, in deze verzen : l' Ontsnappen wist Tias-i, o die snoode. Hij tart u. Toor, en toeft niet ver van hier. Noem ik dien eed'len held, wien n'addaar ztjit W'tkfn valhg erf itioett s (ian> (hui weet Idoeua ook wiens hjit van liefde laait voor hare lielljkheid. Xiet waar? Js dat mythologiese feit nu zo algemeen bekend; evenals vele andere ver wijten, die Liti de goden maakt in de eerste zang? Zolang dat in de Uudenschemering" te. lezen stond, dat alles, kou het geen kwaad ; je kon het op* jeken als je wou. Nu, als ik zei, wel. Dat zijn mijn bezwaren zowat tegen het veranderen van Godenschemering 'in Loki". Kr is uiogelik een drama van te maKen; maar dan m< et de. -ctirij ver zich nog meer losmaken \an de stof. Kn uu kom ik als vanzelf aan rn'ii tegenstel lingen. Loki' volgt rnin of meer vrij, maar in hoofdzaak toe!) !e > dda; Uragi' isgeborluurd op een paar feiten (?) uit de Kdda. ..Loki ' verplaatst dus in Noordse gedachten ; Biagi" blijft op Nederlandse bodem ook in denken. Loki ' heelt het stugge karakter van Nooise rotsbergen; Bragi" is kind van hei en ven en oos,'van '/ee en wei en duineland. Loki" is geweldig; Bragi ' is meer rnenselik. Voor de heftiebbeis dit uit te werken. Geweldig is , L-jki'. maa>- niets geweldiger dan Godenschemering". Jn een opzie it ook bevredigden belde mij niet en de schuld ligt aan het met vrij verwerken van de stof Evenals in Godenschemering" geelt Od'.en zich .-.e.f o ik hier de schuld van Bal-Iers dood ; zijn liefde tot l.iufeja, waarvan L itide vrucht wa^, de achteruitzelting van deze ea de inouid er op voUende. vormen i en keten van oorzaak en gevolg, die Odien heel logies tot zelf beschuldiging meet brengen; maar dan kan hij Luki ook niet s'iHllen. Ik liet hem dan ook in Bragi" straffeloos; maxr voelde en schreef dat VValhalla zo ook nie bestaan kon, want ..onrecht woekert daar'. Dat werd dus het begin van het einde. Ook volgens jongere onderzotking»n moet in iie Balder-m vil,e oor-pr. van geen .-traf sprake geweest zijn omdat het O lien zelf was als doodsgod tevens natuurlik, die lia'dcrs dood veroorzaakte Ivgi. Kaulimann s Baldei) Maar de Kdda laat Loki de daad plegen en hem wel gestraft wolden. De zoon van L'iKi, Nar Ai wordt eer«t gedood: Niet verder v>oek're 't kwaad. Ken fraai motief voor een ojipen-h' god. Gelukkig voor beschuldigden- ( n schuldi_ei:vau nu, dat er bij ons meuse.ikcr rechter» ui,r. Luister vi rd-^i : l j Ten slotte zij l.aufeja's sluwe zcon Met Nar'.vi's darm genepen aan 'i graniet, i Kn giet" ongure siangensloml baar gitt Van hooge loNpunt over 't rossig hoofd, j it K /iji/H ,l,tii. 'l'li' lllide-iij'.iill ; idt: (t'tcin'liuiia dltif, iji'i'in/'.' l Voor ons zijn dat redei.aiies, die op de Gevangenpoort in \roegereeuvven thuishoor den; maar ze pasten wel in t.et kader \an i de Noord>e gedachten, waar de blo(dvcie | vooikwain en veel ook. Zie daar: de MarcelliH Kmants novelleschrijver, die vrij, zelfstandig tegenover bet leven s'.aat. zou anders n:iil,n s'-hrijveu. dunKt j me, maar hij kon niet, want de Kdda hield hem vast genepen aan t graniet van z'n .stoerheid. In de Godenschemering ' hetzelfde : Zii lUiders dood gevvroki n, 't eiiui' ,'crtniagd i Wie dit iin,rilrii;>iïi hooit, moet zich er j bewust of onbewust viui ai'ker'ii. omdat liet j van vu.'>r goed d.ii/.en-.l j.uir terug te denken. i,ui; staan in dat \an t-en ander volk. \ ; (II hij het later, n/i z'n >j< tn:ik : < l Irztn'l*. kan. het w ij fel ik s'erk. <' lien \* t'icii de Opperste, de Ui m;-l_o-l. -Mt't andere vMvixlen : ik bepleit | hu-r voor de k iele. i.oki-iciio van de lieer -i Kmants het. nog eens aanvatten van het j Loki-motief en laat hij zich er dan vrij bij maken van vreemde uitheemse traditie. i Ik /.mi graa;,- de zuiver pes.-imi=tie-e ie'.ensj opvatting, zonder antikwarie,-e, mythologie biezonderheden belichaamd zien in een diclitof kunstwerk en de schrijver Kmants lijkt mij daar de man voor toe. Hij veelt zijn denken verwant met Loki en wie menen mocht, da. men door hardnekkig modern proza te schrij/en ten slotle voor verzen geen ta ent meer heeft, moet dit boekje maar eens voor zich zelf lezen. Kr is een Duits scnrijver geweest die geharnischte sonnelteu" schreef; dit ook is geharnaste taal; ze fs gaat de schrijver zover dat hij Frikka in de mond legt: wapens ... Waar 't stevigst punlserttaal, niet aan weerstaat. Dat «as voor Krupp te prol en-n Zelt lezei, moet men dit boek.e en herezen: dan begrijpt men ook r.-gel-», do T het stafitjrn wat gewrongen geworden, f.erstelt enige romen, ei zoekt in onhnvk geraakte woorden op En hiermee k; n ik einditrer : bewii/enuit Loki" aa.iiialen voor 't pessimisne-e i deze schrijver is overbodig; het is nog ln-tzo f de als m Go-ien->chen,ering'' en bet boort bij hem, is natuur dus. Aanvaren /,..u us dwaashei l 'ijt'. Ik ?» n hier >vaf langer bij h'ijv. n sul-taan, om het nihik verwijt te on taan. d..' er van Godenschemering" zó weinig tennis- enomen is door de k.itiek. dat, het d^ s<"TIJ t-r een scherpe inleidrn-- terecht aan -ijn tweede druk van Godi-n.-c- emering" de»-d toevoegen. Goden s die men n " verdient a l Ie-'Eiseen veel uitvoerige) bespreking en l'ki" e-eneens. Bei Jen verdienen gelezer, be-'n Jeerd en be sproken :e worden ook op sc! uien H a a r l e rn. J. B. Sl'llKI'HRS. .,.....m,<w| 40 c ? n t ? per rtgtl. lllltNHHIHIIIIIIIUM Bitterwater NEDERLANDSCHËINDUSTRtl TER VERVAARDIGING VAN IEDER STUK DflT KRIMPT WORDT TERUGGENOMEN FABRIKANTEN VALTON ZONEN. AMSTERDAtVl. i ar Dij : U. MKI.1FJ', Hort. Amsterdam. j | l! l ' H<>' l! r IS, Qld Knglam', A . t.nos- A'.s ./-/-i , Haarlem. II <-'/ U . /; l A' /\" /?;/,' Wormerveer. r. l-s.s'/-;///' ,y- Hi:nr\\']-:n^. Zwolle. <; c. X 'lid v /?:/;', // U, Leeuwarden. ]ï. Hl 'l; M l \ ,\' en iT". .-). 1 1' />'/?'/'>? l/ t 'i Groningen. jr/./i'.s' IJJJ^- l'cn Helder. rVv/-.V,'. Den Haag-. te od. VELUWL Inlicht, b d. Vereeniging Kantoren voor Vaste Goederen in Nederland te Nunspeet.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl