De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1907 26 mei pagina 7

26 mei 1907 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

o. 1561 D K AMSTERDAMMER \V E E K B L A D VOOR NEDERLAND. negentiende eeuw behoort, wijzen van toen nog niet de deftige pontifex van de R«vue des deux Mondes, voerde er zijn saltomortales in uit en schreef er in zijne magistrale kritieken; Gustave Geffroy en Villiers de Visie d'Adam, Verlaine en anderen niet minderen werkten mede. Toen ook begon Huysmans te wijzen op de kunst van Chéret, Degas en Odilon Radon; h\j-was het, die-voor het eerst het mooie in hun werk aantoonde en hen tot vermaardheid heeft geholpen. Met A Reboura, dat in 1884 uitkwam, begon de ken tering. Des Esseintes, de held van dit merkwaardige boek, vertegenwoordigde den haat van het vulgaire en het gew»»e in de natuur. Die tegenzin in de gewone din gen van den dag, en in het catalogiseeren van onze onmiddelijke omgeving, waarin sommige naturalisten begonnen te verval len, deed hem uitzien naar iets anders, dat hem meer zou kunnen bevredigen. Des Esieintes is eene creatie, die nog lang zal leven, het is een type geworden zooals Monsieur Prud'homme of Homais. Het origineele ar van kan niemand de o auteur betwiste», zy oefende invloed uit en dreef de Fransche litteratuur uit het oude spoor, zij baande den weg voor het nieuwe, dat reeds was geboren, maar dat nog weinig zichtbaar nu de omhulsels doorbrak en onder den naam van het symbolisme den knak gaf aan het werk van Zola. Zeer zeker was Huysmans geen symbolist, want deze naam kwam alleen aan de dichters toe, maar ik meen, dat het juist Huysmans is geweest, die de aanleiding tot de revolutie heeft gegeven, en zoo mogen wij hem als litteraire figuur in belangrijkheid gerust naast Zola stellen, al heeft hij misschien. geen zoo'n compleet kunstwerk geschapen aU l' Assommoir. Niet alleen heeft hij, zooals ik zeide, voor het eerst gewezen op de moderne schilderschool, maar hij is het ook ge weest, die den stoot heeft gegeven voor eene hernieuwde bewonderingdermiddeleeuwsche beeld bouwkunst en der primitie ren: daardoor duurt zijn invloed nog voort op den huldigen dag, terwijl die van Zola heeft opgehouden, Het was voornamelijk in En Route en La Cathédrale, dat hij zijne kunstbeschouwingen daaromtrent heeft uiteengezet. Daar in ook heeft hij gewezen op het bewonderens waardige der grootémystici St. Catharina van Siena, de heilige Theresia, St. Johannus van het Kruis, Ruysbroek en anderen. Toch is hij zelf geen mysticus geworden. Zijne begrippen zijn scherp afgelijnd en zijn stijl is helder. Al heeft hij Europa herinnerd aan de pracht en de diepte dier gr >ote zieners, hij zelf is slechts tolk gebleven en er in zijn werk niet in opgegaan. Door zjjn terugkeer tot het geloof be haalde hij de overwinning op de eigene rede, want het geloof is niet de vernietiging daarvan, maar laat haar bestaan intact, versterkt ze, en geeft haar meerdere vast heid. Zooals in de lichamelijke orde der dingen de onthouding voert tot kracht en gezondheid. En zooals iedere overwinning eon vooruitgang is, zoo was het ook deze. Wat sommigen, daaronder ook eenige katholieken, hebben gezegd, men mag gerust beweren dat Huysmans een groot man was en dat de fransche litteratuur een groot verlies heeft geleden. Zün leven is altijd zeer eenvoudig geweest. In het stille heertje, dat lederen morgen naar zyn bureau ging in het ministerie, zou niemand den genialen man hebben ver moed. Nooit heeft hjj zich met politiek bemoeid, evenmin als Daudet en Goncourt, zijn kunst was hem genoeg. Toen hij zijn ontslag nam als sous-chef de bureau, werd hij gedecoreerd met het kruis van hel legioen van eer voor zijne verdiensten als trouwe ambtenaar. Dit jaar, in Januari, heeft men zich herinnerd, dat hij ook een bekwaam schrijver was en maakte de regeering hem tot officier van het legioen van eer. Zijn leven als celibatair heeft hij beschreven in het mooie boekje A V au l' eau. Het is bekend, dat hij eenigen tijd heeft gewoond te Ligug bij het klooster der Benedictijnen, zijn plan om eene christelijke kolonie te stichten stootte op zoovele moeielijkheden, dat hij er van af moest zien. In den omgang was hij goedaardig en zacht, alleen in zijn appre ciaties van kunst was hij soms kras en meedoogenloos. Lichamelijk heeft Huysmans in de laatste maanden veel geleden ; van de Rue de Sèvres naar de Rue St. Placide verhuisd, bleef hij toch in hetzelf ie quartier, dat hij zoo lang had bewoond en waarvan hij zooveel hield. Toen hij het einde voelde komen, liet hij zich door zijn secretaris en vriend, Jean de Caldain, de gebeden der stervenden geven en, zittende in zijn fauteuil, las hij ze zelf en stierf. WeemoedJj kijken wij nu uit naar de mannen van heden in Frankrijk; wij zien rond maar vinden onder de nieuwe generatie, die nu tot rijpheid van jaren is gekomen, er geen meer, die op de hoogte staan van die der vorige. Zullen er spoedig anderen komen, die vergoeden wat wij hebben ver loren ? L o c a r n o, 17 Mei. FRANS EREXS. Eene Yronw-ïanselreiienaar. Anna Plothow heeft aan Reverend Ger trud von Petzold een bezoek gebracht, en, met enkele woorden ter inleiding, dit van haar verteld. Het christelijk-vrome Engeland, dat strenger dan wij, aan het kerkelijk Chris tendom getrouw blijft, heeft zich toch meer voor den vooruitgang betoond dan wij ver lichte Duitscaers, want het is het eerste land in het oude Europa, dat het voor beeld van Amerika volgend, de benoeming vun een predikante aan eene openbare kerk toeliet. Het woord van Paulus: het is goed, dat de vrouw in de gemeente zwijge", heeft voor de Unitarische kerk in Lecester geen kracht meer, sinds er de innemende Reverend Gertrud von Petzold door haar tot ziel verzorger aangesteld werd Het geeft een gunstig denkbeeld van de vrije denkwijze der bewoners van Leecester, dat zij liberaal genoeg waren, om het predik ambt aan eene Duitsche op te dragen, want de goede betrekkingen tusschen beide naties te bevorderen, is zeker niet de minste taak in het verantwoordelijke beroep deijonge Duitsche. Toen ik," vertelde Anna Plothow, Re verend v. Petzold, die op haar reis door Duitschland voordrachten houdt, onlangs te Berlijn in de woning harer verwanten een bezoek bracht, zag ik een nog jonge vrouw voor mij, slank en aristocratisch van houding, wier ongewone beminnelijkheid den bezoekers onmiddellijk voor zich inneemt, en onvergetelijken indruk maakt door de helderheid harer denkbeelden in den adel uit bet begi& der tweede belft der 19de eeuw. van haar wezen. Gertrud v. Petzold behoort tot de ver lichte naturen, schijnbaar uit fijner stof gevormd, de woorden -uit de aarde aardsch" schier logenstraffend, en vrij van alle mystische dweeperij, die door hun hoog geestelijk en geestesleven ziel en zin van anderen vermogen te verheften. Het strenge geloof en de aristocratische teruggetrok kenheid harer voorouders heeft zich bij haar in liefde voor de geheele menschheid gelouterd. In het priesterschap heeft zij hare ware bestemming gevonden. Daar Anna Plothow en Gertrud v. Pet zold al spoedig ontdekten dat zij eenzelfde liberaal-theologische opvatting hadden, be antwoordde Reverend von Petzold gaarne Anna Plothow de brandende" vraag: waarom zij als vrouw zich op de studie der theologie had toegelegd, die voor eene Duitsche doelloos is." Als dochter eener styf-orthodoxe officiersfamilie te Stettin werd Gertrud von Pet zold in een streng orthodox pensionaat in Neu-Torney bij Stettin, opgevoed. De sterke geest van het jonge meisje verzette zich tegen het geloof dat op dogma's be rustte. Vastgegroeid in de overleveringen harer familie, begon een jarenlange inner lijke strijd, in welken zij door de studie van geschriften over de nieuwere theologie tot klaarheid zocht te komen. Natuurlijk kon zij van haar zielestrijd niets aan hare omgeving laten merken, slechts met veel moeite vond hare familie het goed, dat zij examen, als onderwijzeres deed. Daarna ging zij naar Engeland, waar zij vele vrienden had, om er zich voor het toelatings examen voor te bereiden. Na welgeslaagd examen ging zij aan een kleine Schotsche universiteit, in St. Androw, in de medi cijnen studeeren. Maar de onopgeloste levensvragen lieten haar geen rust; telkens meer werd zij door de theologie aangetrokken, en toen zij, toevallig hoorde, dat de Oxfordsche profes soren haar op hun college zouden toelaten, begon zij vol moed de studie der theologie. Een jaar studeerde zij ook te Berlijn, liep er college bij professor Harnack, Pfeidener, Baumgarten, Gunkel Weinert, e.a. Te Oxford verwierf zij den graad van Magister of Arts"; de examens moest zij echter in Edinburg doen, omdat Oxford en Cambridge de vrouwen er niet voor toelaten. Gertrud v. Petzhold wilde niet voor zelf alleen tot klaarheid komen, zij wenschte die ook anderen te brengen; daarom begon zij, na de vervulling van allerlei formali teiten ijverig naar een plaats als predikante uit te zien. Zij solliciteerde naar iedere plaats, die open kwam. Het was eene proef neming, die hare leeraren en vrienden naar den geest met spannende verwachting volgden. Zij slaagde spoedig. Op hare sollicitatie werd haar door de Unitarische gemeente te Leicester toegestaan een proefpreek te houden. Kort er na volgde haar benoeming. De vrije kerk in Leicester is geen staatskerk; het bestuur der gemeente is toe vertrouwd aan een comité. Dit comitéhad tegen de be noeming eener vrouw geen bezwaar, en zoo kreeg Engeland zijne eerste openbare predikante; want het preêken van vrouwen in kapellen der talrijke sekten is in Engeland niets nieuws. Ook in het openbare leven worden hoogstaande vrouwen door de geestelijken vaak uitgenoodigd in hun kerk eene toespraak te houden maar tusschen zulke gelegenheidst «spraken en het verantwoordelijk bestuur van een predikantsplaats door eene vrouw, ligt meer dan een schrede. Reverend v. Petzhold heeft aan de in haar gestelde verwachtingen volkomen beant woord: in de tweejaar harer ambtsvervulling heeft zij hare gemeente grooter zien worden en hare kerk, iederen Zondag, berstens vol. En dit, ondanks dat zij 's morgens ea 's avonds preekt, en Zondag-namiddags's nog een Pleasant Afternoon", houdt, een mannenbijeenkomst, die ook in de kerk plaats heeft, waarin zij 's morgens vroeg kinderkerk houdt. In de week heeft Gertrud von Petzold bijna iederen avond eene samenkomst met moeders, met fabrieksmeisjes, met vrouwen, met dienstmeisjes, kortom met allerlei vrouwen, oud en jong. Het vereenigingsleven gedijdt in Engeland hoofdzakelijk in schaduw der kerk; de gemeente eischt daar voor op haar beurt, dat hare geestelijken midden in het leven staan en aan alle sociale en intellectueele bewegingen deelnemen. Aan dat verlangen nu weet predikante Gertrud v. Pietzon uitmuntend te voldoen. Voor de mannen-bijeeiikomsten, die zij voor het eerst in haar kerk ingevoerd heeft, weet zij vaak politieke redenaars van naam te doen optreden, of spreekt zelf over een onderwerp van politiek, als: De politieke partijen in Duitschland", Het stemrecht voor vrouwen", enz. Natuurlijk is Thans geen oude, en, op enkele uit zonderingen na, geen moderne kunst bij Frederic Mulder en Co, Nu kunst uit de jaren 1850, en later; schilderijen van Noord- en Zuid-Nederlandsehe, Fransche en Duitsche schilders, die in hun t\jd grooten naam hadden, en van wie verscheidene naam hiel den. Er is werk van A. Achenbach, Bakalonitz, A. H. Bakker Korff, H. Baugniet, H. Bellangé, P. M. Beyle, D. Bles, J. Peyrol Bonheur, J. W. van Borselen, J. Bosboom, A. W. Bougercau, P. de Bracheleer, Ed. Brandon, H. J. Buagers, A. Calame, C. Claes, Reverend von Petzold als alle kerkelijke vrouwen van Engeland eene overtuigde standster der politieke vrouwenstemrechtbeweging. Voor de ayondbeurten kiest predikante v. Petzold vrije onderwerpen; terwijl zij bij de ochtendgodsdienstoefening haar gehoor sticht en opbouwt naar aanleiding der heilige schrift. Zoo heeft zij gesproken over Kant als srodsdienstleeraar"; Wat heeft Fichte voor het Duitsche volk gedaan?"; Over de bekentenis eener schoone ziel" in Goethe's Wilhelm Meister", en, hoewel haar gehoor voor het grootste deel bestaat uit menschen uit den middenstand, uit winkeliers en lagere beambten, weet zij haar.«t<it zX5ó populair te behandelen, dat haaf de toehoorders met grootébelangstelling v ilgen, en be grijpen. Ook op den uiterlij ien vorm van den ietwat puriteinsch nuchteren godsdienst der Unita rische gemeente heeft Gertrud v. Petzold invloed geoefend. Zoo heeft de kansel een klankbord gekregen, de open ruimte om het altaar wordt iederen Zondag met bloemen gevuld; en op het Kerstfeest is er een kerst boom in de kerk met brandend e kaarsjes. Ook de kinderdoop met water, en de avondmaalsviering heeft zij weder ingevoerd. Natuurlijk mag Reverend Gertrud v. Petzold alle be dieningen, die het predikambt vordert, waarnemen. Daartoe behoort ook het ker kelijk huwelijk. Toen zij voor het eerst een paar trouwde, hadden alle grootégeïllu streerde bladen te Londen photographen naar Leicester gezonden. Zelfs te Berlijn heeft Gertrud v. Petzold vóór eenige jaren aan het ?raf van haar neef, den Overste v. Petzold, een lijkrede ge houden. Het kerkbestuur had er haar verlof toe gegeven, maar de aanwezige vertegenwoordigers van den hoogen adel hebben het hoogst ongepast gevonden. Onder de geestelijken te Berlijn heeft Gertrud v. Petzold vele vrienden. Hoewel zij allen aan haar gaarne hun kerk ter be schikking zouden stellen, blijft toch haar wensch, om voor de Berlijners een volledige godsdienstoefening te houden, onvervulbaar. Het Groot-Consistorie zou er nooit toe stemming voor geven. Zij moet zich daarom tevreden stellen met voordrachten over hare inzichten omtrent den Godsdienst. Doch ook zóó zal zij voor werkdadige deel neming der vrouw aan het kerkelijke leven besluit Anna Plot haar propaganda maken. tflffltófflONfll Nu het naar de tweede Vredesconferentie gaat loopen, beginnen de internationale ge moederen te kooken. Met angst en beven wacht men allerwege deze vredelievende ontmoeting af. De drie voornaamste strijdpunten ZIJD: 1. het voorstel van Engeland, dat een voldoende vloot bezit, en dus wel wil ophouden met uitbreiden, mits de concurrenten ook niet verder bou wen ; 2. het voorstel van Duitschland, om met den wereldvrede te wachten,tot het voldoende JOZKF IKAËLS, Huislijk leed". P. J. Clays, L. Victor Dupré, B. te Genipt, H, Gudin, A.. Haanen, J. Hilverdink, J. F. Hoppenbrouwers, H. van Hove, Herman F. ten Kate, H. Kauffman, P. L. Kluyver, L. Knaus, B. C. Koekkoek, H. Koekkoek, J. C. Dillens, H. Kretzchmer, C. Leickert, C. Leroux, H. Leys, J. B. Madon, E. Maes, Louis Meyer, C. L. Muller, L. Perrault, N. Pieneman, C. Rocbussen, W. Roelofs, A. Scheffer, A. Schelfhout, E. Verboeckhoven, C. Springer, H. J. Scholten, J. C. Schotel, H. A. van Trigt, W. Verschuur, S. L. Vereer, M. Verveer, A. Waldorp, J. Weispenbruch, onderlegd zal zijn in het koloniaal-oorlog voeren; en 3. het voorstel van Frankrijk, om tenminste geduld te hebben tot de ontworpen herbevolking practische vruchten is gaan dragen. ?',?? Inmiddels kijkt de heele wereld woedend uit naar den eindelijken aanvang van den bouw van het Vredespaleis, en woedt de architecteutonische oorlog in Eindhoven; en ook de Sambaskwestie kwam de aandacht trekken. Hier schijnt trouwens het hapje eetbare vogelnestjea den koning van Engeland onschuldig te zyn voorbijgegaan. Gelukkig werd Z. M. schadeloos gesteld door de blijde gebeurtenis in Spanje, waai de traditioneele geboortemaand een kroonprinsje bracht, dat tegen de ten-uit voer legging van. de prijsvraag onverzwakt voort. Zoo kan men wél zeggen. dat er weinig gebeurtenissen zijn, die zulke hevige wereldschokken hebben veroorzaakt als de blanke vredes idee. Behalve de bekende uitersten van hitte en kou, waarop Meimaand de [menschheid als naar gewoonte vergastte, hadden geen ernstige natuurgebeurtenissen plaats. Wel in het maatschappelijk leven. De belangstelling werd gevestigd op de sigarenstaking enz. Van lateren tyd zijn er werken va <\ Louis Apol, J. J. van Sande Bakhuizen, W. C. Sakken, enz. Van Jozef Israëls, die ^an de vorige en van deze eeuw is, en wien de kunstprofeten voorspellen, dat hij met andere uitverkorenen van iederen tjjd zal zjjn, is een zeer bizonder schilderij, dat de eereplaats heeft, het bekende: Huiselijk leed. Alle schilderyen zvjn afkomstig uit de ver zameling H. C. du Bois. Kijkdagen zijn Zaterdag l, Zondag 2, en Maandag 3 Juni. iini iiiiiiMMiiiiiHiiiiiinmiMiiMiMiimiiMimiiMMiiiiiiiiiiiuulimiiK echte Engelsche moedermelk gezoogd zal worden. Ook in ruimeren kring heeft Engeland een gelukkige periode achter den rug, daar al zijn koloniën op visite kwamen, en de Engelsche menu's eindelijk den vroeger onoverwinljjken Louis Botha onder de knie wisten te krijgen. Ten slotte vallen er drie jubilé's te k-onieken. Dr. Cuypers vierde, in afwijking van het strenge Spaansche protokol niet |metljSpaansche traditie, doch met zonder afgunst van vakgenooten, zijn tat'htigsten verjaardag. Een ander Zweedsch, lai <igenoot werd in den geleerden Linnaeus gehuldigd. En ook de A. N D. B., hoewel in diamanten gezet, vierde, om te beginnen, zjjn koperen feest. KRAS. De mirscMlóeriDp m Roland Holst. De Diamantbewerkersbond heeft van de tegenwoordige welvaart in het gilde, althana ook op gedenkwaardige wijze gebruik weten te maken, door stichting van een in den goeden zin van het woord deftig vereenigingsgebouw, uitgevoerd door Berlage. De kwistigheid strekte zich verder uit met de wanden der vergaderzaal te doen versieren l door Roland Holst. Na tweejarigen arbeid ' zijn de schilderingen thans voltooid. Ze werden uitgevoerd in watercaseinverf direkt op de witte kalk". Dit nuchter commentaar, de techniek betreffende, is lang niet zonder belang by de bespreking van fresco's. In den staat der tegenwoordige schilder kunst, of lierer der zoo redeloos-overBloe dige schilderij.productie, is de onderneming op zich zelf van de beoefening der steile wand- of bouwschilderkunst reeds achtens waard!*. Natuurlyk als het geschiedt met de middelen door de principieele wetten dezer kunst aangewezen. Dit heeft Holst alvast in zyn voordeel. dat zijn streven karakter heeft en hij niet transigeert met de rechte voorwaarden der vlakschildering. Zijn werk ziet er hier anders uit dan dat in de Beurs. Het onderscheid der plaatselijke gesteldheid kan daartoe iets hebben bijge dragen ; hier kon hij zijn tafereelen, die gezamenlijk zouden werken tot versiering van een besloten lokaal, binden tot een ge heel. Toch valt erbij op een verder stadium in zijn streven te wy'zen. Naar het uiterlijk aanzien genomen, is het kleuriger; maar ook het lynenstel is meer ingewikkeld en de ornamentatie weelderiger. Een ontwikkeling meen ik verder te vinden in de behandeling zelf, die vrjjer is in uit beelding en met blijkbaar meer zelfvertrouwen. Intusschen heeft het werk op sommige

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl