Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER' W,EEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1565
billijkheid toekomt, door goed geordend
gemeenschappelijk werken, ten bate der
«raneengeslotenen te brengen, terwijl door
die Coöperatie de risiko's bij verhuren weg
kunnen vallen ea de moeite en zorg door
de leden "eener dusdanige bouwve'reeniging
enderlirg gedeeld worden. Die winst is
daarom bestemd voor geleidelijke aflossing
der schuld, aangegaan onder hypothecair
verband tot nagenoeg de volle waarde van
huizen en grond, waardoor personen die
anders nimmer in het bezit van een eigen
woonhuis kunnen komen, nu, wel lang
zaam aan maar toch zeker, het genot van
een eigen haard" in den vollen zin des
woords ten deel kan vallen.
Bovendien is de aan eoöp.-wonen ver
honden zekerheid van niet door den
huis(igenaar tot verhuizen gedwongen te kunnen
worden, niet gering te achten terwijl
huuropslag evenmin daarbij te duchten valt.
En al dit zonder eenig finantieel bezwaar
voor den coöperatief-wonende; alleen de
waarlijk niet van zonzijde
ontbloottekrachtsentwikkeling van fliuk, verstandig, oordeel
kundig samenwerken!
? Doch ter zake. Thans komt het sociale
telang aan de orde, van coöperatief-wonen.
"Wij allen hebben belang bij de woning
verbetering, wel de slecht behuisien het
meest, doch de goelgehuisvesten ook wel
degelijk, al vat menigeen dit niet dadelijk.
Slechte woningen doe a velerlei kwalen,
liekten en gebreken ontstaan en kweeken
die helaas evenzeer aan, als het onkruid
welig onder het graan tiert. Die kwalen
«uz. woekeren natuurlijk voort onder de
goed- ja zelfs onder de uitmuntend
wonenden jen het is inderdaad in ieders
omgeving niet zoo heel onmogelijk na te
gaan, hoezeer baccillen in treurige en slechte
inenschenverblij veu ontstaan en vermeerderd
ook de zeer goed gehuisvesten tot prooi
hebben gezocht en Bevonden!
Zulks is dan ook-de basis gaweost, waarop
in ons land zoovel als in het buitenland
? met «roote toewijding en niet genoeg te
waardeeren veeltij ligen arbeid, wettelijke
bepalingen en voorschriften in het leven
geroepen zijn, eerst tot beperking en daarna
tot geheele wegname der tallooze
misttanden en gebreken in de woningtpestanden
«n met name in de volkshuisvesting.
Maar bij de bespreking dier rijkswetten
is overal de hoogst moeielijke ja schier
onmogelijke uitvoering daarvan, waarlijk
?iet onder stoelen en banken geschoven.
Op een feit mogen wij in Nederland echter
gelukkig toch als gevolg daarvan wijzen,
?1. dat sedert het in werking treden dier
wetten, op l Augustus 1904, aan het
bou?wea van slechte woningen pa*l en perk is
pesteld. Hierop is evenwel de bekende uit
drukking zeer juist yin pas te brengen:
?wel dankbaar, doch niet voldaan.
En juist om dat wel voldaan" ook te
bevorderen, kan het coöperatief-wonen zoo
. nitstekf nd dienst doen, te meer omdat het
Toor allerlei soort huizen en huisjes
benut1igd kan worden, dus ook voor de
goedkoopsten, waarin de jammerlijke misstanden
?en gebreken uit den aard der zaak het meest
yoorkomen. Zelfs in de grootere steden, al
waar slechts gedeelten van perceelen tot
gezinswoningen ingericht kunnen worden,
tengevolge der hooge grondprijzen, is het
coöperatief wonen geen bezwaar, al moet
t>ekomstig gemeenschappelijk bezit daar
onvoorwaardelijk den persoonlijken eigen
dom vervangen.
Meermalen is door bevoegde deskundi
gen op gebied van het woningvraagstuk
er op gewezen, dat de verbetering door
tllllllllllllltllHlllllllimtlM
MILIEU'S.
Naar het Engelsch,van GBACE ELLERY.CIIANNIN-Q
III. (Stof).
Het was in het derde jaar van dit tweede
TerbUjf in Europa, dat Cordelia Rschard Kent
weer ontmoette. Richaid, nog gekleed in het
bergcostuum, waarin hij was a ingekomen,
Mep met den vriend, die hem had op
gewacht, heen en weer op de reranda van
het aan het meer grenzende hotel. Op den
achtergrond verrees de in het avondlicht
bleekglanzende reeka bergtoppen, die zij van
.plan waren te beklimmen, en, als een fijne
camee tegen een dier toppen afgeteekend,
ontdekten Hichard's oogen plotselin t, het pro
fiel eener vrouw. Iets bekends in de ongewone
bevalligheid ervan, deed zijn blik oplettender
worden.
Dat gezicht ken ik," zeide hij.
Dat is juli'rouw Fletcher, de schrijfster,"
antwoordde zijn vriend.
,?0!" zeide Dick. Na een oogenblik voegde
hij' erbij: Wat schrijft zij ?"
Dat weet ik waarachtig niet, maar de
een of ander heeft het mij verte d, dat zij
schreef. Een knip meisje maar niet erg
loeschiefelyk."
H-m l" zeide Dick peinzend. Een paar
minuten later giug hij naar haar toe en nam
»jjn Tyro erhoed af.
Mag ik de kennismaking hernieuwen?"
Hij keek met eenige nieuwsgierigheid neer
o,p het camee achtige gelaat; hot was ouder
geworden, veel ouder, dan alleen op rekening
van de vooibijgaande jaren kon worden
geschreven.
Cordelta bloosde van genoegen. Dick was
nut alleen een voorspoedig journalist, hij
was ook een deel van thuis"; en zij wisselden
nieuws van thuis" met elkaar met al den
gloed van afwezigen.
ik heb een aardigen brief van je gelezen
in 'den Cornet," zeide Dick na eenigen tijd.
Daardoor wist ik na(uurHjk,dat je op reis was."
wO ja> ik schrijf een enkelen keer wel
een« voor den Camel," zeide Cordeüa schou
derophalend, alsof dat iets was, haast te
Onbelangrijk om te vermelden.
'.,'?{?0.1" zeide Dick. Hij was forsch en breed
',ce..w.or4en, en had de gewoonte, zijn hoofd
. .een t^ejn weinig vooruit te houden, hetgeen
ee,n. :ïndruk gaf van kalme levendigheid. De
.'flUtïe kracht en b slistheid waren nog
geproManeeerder geworden.
Watv heb je uitgevoerd in al die jaren,
sedert we slkaar het laatst hebben ontmoet?"
Vertel liever eens, wat jij hebt uitgevoerd?"
?vroeg Cordelia, een antwoord vernijdend.
,lk ? O, van alles wat, couranten, po
litiek, reizen, oor\ogaeoire?pondenüe,
over 't algemeen, alles wat het toeval in
mtfn weg braehtv' Zij lette op, dat hij niet
schrijven" zeide, maar dat hij haar
plotsede meergenoemde wetten eerst dan effekt
kan sorteeren, indien iedereen meer hart
voor zijne of hare woning zal heb
ben, dan nu nog het geval is. Hoewel
het kenbaar maken in ruimen kring
van het ovengenoemde volle aanbeveling
verdient, zoo behoeft het waarlijk geen
betoog, daar faet veilig een axioma genoemd
mag worden. Immers voor niets is de volle
medewerking te verkrijgen, indien de daarbij
belanghebbenden er louw en onverschillig
voor blijven, terwijl het feu sacré" van
betrekkelijk zwakke krachten tot een goed
gevolg kan leiden, dat menigeen verbaasd
doet staan.
Welnu dat feu sacré" (waarvoor ik
geene goede Nederl. uitdrukking weet,
want de letterlijke vertaling geheiligd
vuur" geeft de juis'e bedoeling niet aan)
wordt in hooge mate bevorderd door
coöperatief-wonen en niet het minst bij de
klein behuisden, die in huurwoningen, voor
hunne huisvesting eene verbazend grooto
onverschilligheid aan den dag legden. Men
kan zich het best daarvan overtuigen, door
bij het groote aantal coöp.-wonenden te
's-Gra venhage of Haarlem f ens een persoon
lijk bezoek te maken, doch iederen is
daartoe niet in de gelegenheid, derhalve
zal ik het hier door de meest juiste gegevens
gaarne aantoonen.
Uitgegeven geld waarvoor men dadelijk
iets in ruil ontvangt, wordt niet betreurd,
omdat er oogenblikkelijk genot volgt op
het onaangename gemis, door eea tastbaar
bezit.
Zoo is nu eenmaal de openbare meening
en hoezeer ook kinderachtig te noemen voor
goed ontwikkelde menschen, er ligt toch
veel begrüpel\jks in. Van daar dat huishuur
en belasting betalen voor velen een onaan
genaam werk is, omdat men er geen voor
werp voor terugkrijgt, dat het onaangename
van vermindering van gel ihezit oogen
blikkelijk verzacht of wegneemt. De uit
drukkingen die beroerde huurcenten" 't is
zonde zooveel gold als je \erdlaapt" enz.
zijn waarlijk niet zeldzaam; z\j bavestigen
mijne opvatting hier genoemd.
Zoolang het wonen als een noodzakelijk
kwaad wordt beschouwd, vooral ook door
het meerendeel dergenen die gehuisvest zijn
volkomen in strijd met de thans uitvoerbaar
verklaarde Woning- en Gezondheidswetten,
is de bevordering van het groote sociale
belang het woningvraagstuk'' niet mogelijk.
Verder dan wij nu gekomen zi:n, n.l. het
stuiten van voortgaan op het verkeerde pad,
komen wjj niet.
De bedragen die van gemeente en het
rijk gevraagd moeten worden, als voorschot
tegen matige rente met aflossing in hoog stens
50 jaren, tot het voldoen aan de Ned. wet
telijke bepalingen en voorschriften in zake
alle huisvesting, zijn zoo exhorbitant hoog,
dat zij veilig als boven de draagkracht van
ons kleine land gaande, tot de luchtkasteelen
in Spanje gerekend kunnen worden. Ieder
een kan zulks gemakkelijk berekenen, door
de sommen na te gaan, die door een half
do :ijn vereenigingen re jds aangevraagd zijn,
nadat zij erkend waren als uitsluitend in
het belang der volkshuisvesting werkzaam.
Stel het aantal onvoldoende woningen op
n per 200 inwoners, dus reeds te laag
volgens de statistiek, en dan reeds is het
cijfer, in evenredigheid met de reeds aan
gevraagde sommen en het daarbij gemelde
aantal woningen, zoo verbazend hoog, dat
het de draagkracht der goedbehuiiden, op
wier schouders het nadeelig verschil in
rente toch neer moet komen, te bovon gaat.
Zal het dus lapwerk blijven? M eten
ling scherp aankeek. E:i wat ter wereld
heeft jou naar dit afgelegen oord gebracht T'
Ik ben hier gekomen om typen te bestu
deeren," zeide Cordelia.
Dat is grappig, ik ben juist hier ge
komen om ze te ontloopfnl om te
probeeren, of ik mijzelf moa kan wandelen, en
opaouden, altijd en eeuwig over menschen
na te d mken. Maar 't gieft niets" Hij
haalde de schouders op. fk btsgin alweer te
verlangen naar mijn gewone leventje; over
een dag of twee verdwijn ik weer."
Hij verdween echter niet. Tot zijn groote
verbazing kwam hij weer onder de oude
bekoring, de bekoring die nog steels iu
Cordeha was, half bedekt door iets ander,-,
dat er een .eigenaardige nuance aan gaf. Van
tijd tot tijd hadden haar o >gen een uitdruk
king van doffe treurigheid, die Dick in het
hart trof. Hij vermoedde die uitdrukking
weer onder de schaduw van dea grooten
hoed, dien zij droeg, toen hij op een morgen
tm-chen. twee lange slagen met zijn roeirie
men in, en na een langen blik op het veel
zeggende proflei, onverwacht zeide :
Waarom maak je geen hoeden op voor
de kost?"
Cordelia zat plotseling zoo rech; als een
kaars; hot vuur in haar oogen brandde de
tranen weg.
Waarom maak jij geen vesten 1" vroeg zij.
IJick werd eenigszins bleek; hij voelde den
terugslag van den slag, dien hij had toege
bracht.
Maar kindlief! Cordelia ! Zto meen Ie
ik het niet I Ik meende alleen maar, dat jij
de eenige vrouw ter wereld b^nt, die de
kunst verstaat, een schilderij van zich zelf
te maken, al de anderen zijn zulke nacht
merries! Vroeger kon ik om zoo te zeggen
mijn oogen niet van je af hoaden, en nu
is 't precies hetzelfde. En bovendien"
ging hij voort met het mannelijk instinct
voor verdediging «het is immers eervol
en artistiek werk?'
Dat kan wel zijn maar het is nu een
maal niet mijn werk," zeide Cordelia.
Riehar i was op het mint, met een soort
wanhoop te zeggen : Wat in Godsnaam is
dan wél jou werk?"
Maar hij keek naar haar, en in plaats van
zijn gedachte uit te spreken, voelde hij een
groote teelerheid in zich opkomen.
Hij legde de riemen neer, niet zonder met
eenige bitterheid aan een vorige gelegenheid
te denken, en zeide op vasten toon :
Oordelia geef het op! Word mijn vrouw!"
Ik zal het non't opgeven" zooals jij
het noemt,' zeid-» Cordelia op harden toon.
Nu, word dan mijn vrouw zonder het
op te geven," zeide Dici.
Dat zou op hetzelfde neerkomen."
Onzin l wanneer je werkelijk eenig
talent hebt, zou het dat niet,'" zeide de man,
met die woorden zijn laatste kans tiendui
zend mijlen ver weggooiend.
Het is absoluut nutteloos, het te vragen,"
zeide Cordelia, bleek en stijf reohtop tegen
over hem zittende.
wetten van beslist voornaam sociaal belang,
waaraan tal van kundige personen hunne
beste krachten hebben gewijd en nog gaarne
blijven wijden, in de eerstvolgende
menschenlevens slechts ten deeléuitvoerbaar
blijken? Gaat het aan zich te vergenoegen
mot een halven dop in plaats van het ge
heele ei, zoilang nog niet alles zeprooeerd
is ter verkrijging van het geheele ei?
Immers neen en vooral niet als bevorde
ring van dat sociale belang bereikbaar is,
ind'.en een aantal Nederlanders eenvoudig
maar willen breken met on«o erkende ge
hechtheid aaii bestaande toestanden, iets
wat zeer zeker hare goede zijde heeft, maar
waarom men toch niet te sterk moet vast
houden, zoodra het 't al .renteene belang,
dus ook dat van ons zelf, in den wegstaal!
Aan de earste spoorwegen durf.ie?) de
Nederlanders nu>t aan en evenmin uan do
eerste waterleiding- en gasfabrieken. Dat
moest met geld uit Engeland begonnen
worden, want het zou toch niets geven en
de Nederlanders waren veel te verstandig
om hunne lieve dubbeltjes we<s te s'iiijten.
Wat het resultaat van die overdreven viees
voor verandering in bestaande tos^tanden
geweest is. behoef ik waarlijk hier niet te
vermelden. Iedereen weet het.
Coöperatief-wonen is een van de beste
middelen om juist do nu nog gebrekkig
gehuisveston in goede woningen te krijgen,
al is dit stelsel ook evenzeer voor goed
ji duur wenenden toepas iel i j k, voor zoover
zij hoofdzakelijk best.an van de vruchten
van hunner en harer arbeid. Alleen het
vooruitzicht van toekomstig persoonlijk of
gemeenschappelijk bezit van de woning
waarin het gezin gehuisvest is, zonder aan
opslag of huuropzegging door den eige
naar onderworpen to kunnen worden,
geeft ree !s lust tot goed bewonen en het
aanbrengen van verbeteringen, wegnemen
der gebreken enz., waarop hè; straks
genootnde hart krijgen voor die woning"
gegrondvest is en wat in trouwe toch niet
is te verwachten van huurwoningen, waar
van een goed bewoner die prompt betaalt,
na er b.v. 20 j iren te hebben gewoond, bij
het verlaten er van nog geen halfbteentje
toekomt!
Nu bedoel ik volstrekt niet, dat ie iereen
die in termen valt voor coöperatief-wonen,
meer werk zal maken tot toepassing van
dit stelsel ten eigen bate, dan tot heden
het geval is. Och neen goede wijn behoeft
geen k-ans en iets wat in twee Ned. steden
sedert 20 jaren reeds bu -gerrecht verkreeg,
krijgt avond of morgen o >k in andere
gemeenten hetzelfde, zonder dat het op
mijnen weg ligt daarvoor propaganda te
maken. Maar iets anders is het, wat het
sociale belang daarvan betreft, want iedereen
die middelen kent, ji zelfs ree Is iedereen
die op goede grond in middelen meent te
kennen, die ten nutte van het algemeen
kunnen strekken, is zedelijk verplicht
daarop zooveel doenlijk allen aandacht te
vettigen.
En omdat nu de erg goedkoop wonendon,
natuurlijk de meeste verbeteringen in de
huisvesting behoeven, moeten wij allen
trachten bij dezulken de lust op te wekken
tot het zich althans op de hoogte stellen
van het voor en togen van coöperatief
wonen, waartoe zoo,vel te 's-Gravenhage
ah in Haarlem vol loonde gelegenheid be
staat, want het aantal coöp.-wonenden in
die t.vec steden is balangrijk en door
langjarigon omgang met zoovelen hunner, mag
ik veilig hier nederschrijven, dit elk wo
ning coöpcritor gaarne bereid is, iemand
op do hoogte te stellen van de
hijzoadertk heb mijn lev^ii gekozen, en ik
ver/,oek je vriendölij <., het mij nooit weer
te vragen."
Heel gead." antwoord Ie Dick, dj riemen
weer opnemcad, niet nog iets meer bitter
heid zich dat aadere gelijsworttg oogenblik
herinnerend, en niet een ernstigen blik op
de stijve gedaante aan het roer.
Dien avond vertrok ur.
Arm klein ding! ik zal tenminste zor
gen, dat mijn tegenwoordigheid haar niet
meer hindert," was zijn wijze geweest om
het uit te drukken.
Cordelia zelf verliet het Zwitsersche dal
niet lang daarna. Er waren weinig interes
sante menschen; trouwens, over 'tulgjmeen
waren ernargtns veel interessante menschen,
begon zij te voelen. Het Ie/en zelf was
slechts matig interessant, en het zici
op-eenaf stand-voelen, dat al tij i een van haar karak
teristieke eigenschappen was geweest, begon
een overheerschende karaktertrek ie worden.
Het wa-% alsof zij zich be-voo^; in een wereld,
wair.-an zij eelt' geen wezenlijk bestand leel
uitmaakte. Een omestemde. rusteloosheid
dreef haar teru^ naar Hillbrook en daarna
weer naar Europa.
Haar ouders hadden, in hun groote
teederheid, reeds lang stilzwijgend aangenomen, dat
Hillbrook niels bezat, wat Cordelia zou kunnen
binden. Dat haar talent langen lijd noodig had
orn te rijpen, en behoefte had aar, den zonne
schijn van vele vreemde landen en aan leven
brengenden toevoer uit vele vreera Ie bronnen,
namen zij aan met den zelflen eenvoud,
waarmede zij, nu meer dan dertig jaar ge
leden, Cordelia zelf had len begroet, toen zij
in hun leven was verseaenen als het groote
won ier van hun bestaan. En voor professor
Fletcher lag er een altijd nieuwe bekoring
in, zijn dociiter te liooren vertellen over de
lauden dierbaar aan zijn Mer >vingUche
of Hoscovietische godheden die hij zelf
slechts met zijn geestelijke oogeu had aan
schouwd. Hij was ouder en zwakker
geworJen door zijn onvermoeiden werkij ver, en
zijn vrouw die altijd aan zijn zijde to
vinden was was onmerkbaar met hem ou l
geworden. De tij l had talloos eerhewij/.en
gebracht aan den bescheiden geleerde,
eerbewijzen, die hij een kort oogenblik op
prijs stelde terwille van de voldoening, die
/.ij zouden kunnen bezorgen aan Cordelia
die bemerkte, dat zij langzamerhand hakend
begon te raken a!s de dociiter van den
g-jschiedjchrijver en die hij dan oven spoedig
weer vergit .Misschien had gien enkele vau
die eerbewij-.en hem half zooveel genoegea
gedaan, als het schitteren Ie overzicht van
zijn levenswerk, geschieven door zijn voor
malig n huisgenoot en leerling Kichard Ki»nt,
nu hoofdredac;eur van een tijdschrift, dat den
toon anngaf in letterkundige beoordoslingen.
In die jaren van heen-en-weer-zwerven
timchen twee vastelanden verbeeld Ie Cor
delia. zich, dit zij wetkte, en '/.ij bracht
dan ook werkelijk een. tw»i-de roekjo vo.irt,
dat echter perdu blot'f liggen; zij iiid er nog
niet toe kuuneii besUiken, het te oulenvurpen
heden dienaangaande, uitgaande van het
goede en gezonde grondbeginsel, dat men
arderen ook met he*t grootste genoegen iets
gunt, zelf al-s een'voorrecht ondervonden.
En waarlijk niemand zal het zich ooit
beklagen, een deel van den vrijen tijd be
steed to hebben aan meerdere kennis vau
coöperatief wonen, waarvan ik het sociale
belang hier slechts in breede trekken heb
uiteengezet, aangezien ik niet op te veel
plaatsruimte in dit weekblad aanspraak
mag maken.
Want er zijn z;ovele sociale beUngen!
llHiiimMmmHtiimtiiuiHiiiHliiiiiiMiiimiiiititfiiiiiiiiiniiiiliiiiiiiHlli
Du teplifli ier CoreiaDsiot.
Ik had zeer onlangs op deze i laats de
gelegenheid om over vlaamscheu volksaard
te schrijven, naar aanleiding van do
Cjremanswet, die, tersvijl ze in de belgische
Kamers besproken wordt, tegelijk de
vlaamscho en i'rausehe pers alhier in rep
cnde roere zet. J k beweerde daar ergens
dat, voor eerie rechtvaardige behandeling
der vlaamsche zaak, de t jden nog niet ge
komen wareu en de menschen nog niet rijp.
Dit blijkt nu voortreffelijk ah 111311 na
gaan wil wat, in de ontwikkeling van dea
vlaamschen strijd., de beteekeuis is van
zulke C jremanswet, en hoe zij, op een
politiek gebied, be?tredon wordt en verdedigd.
De Coremanswet is de logische door/ettuig
der wet van 1083. Deze wet schreef in
Vhiamsch-Bilgiëvoor, dat allo of/iciëele
sjholon van middelbaar hooger onderwijs
(athonaeums en colleges) een
overwegendv'aamsch onderricht zouden geven en dat,
tamelijk, de germaansohe talen (engelsch,
duits.:h) en twee andere vakken minstens
(geschiedenis en aardrijkskunde eenerzijds
CM iiituurlijke wetenschappen ten andere)
in hot vlaamsch moeten ouderwezen wor
den. Toegelaten werd nochtans dat, benevens
dat vlaamscho regiem, een régime wallon"
kon worden ingesteld en dat, aldus, de
ouden?, naar beliefte, aan hunne kinderen
het waalsche of ht-t vlaaiiuuhe systeem
mochten opleggen. De tweede wet, welke
thans aan de orde is vau den dag, moet
aangezien worden als eene uitbreiding van
die earste. Zij wil ook de vrije of private
onderwijsinrichtingen, die geldelijk djor
den Staat ondersteund worden, aan de voor
schriften van 1883 onderwerpen en schaf;
meteenen het régime wallon' af, dit, het
is opvallend, uit den aard der zaak zelf in
de vlaamsche gewesten geen reden van be
staan heeft.
Do eerste Coreniins-wet word door de
katholieke meerderheid gestemd en de
tweede Coremans wet zoude insgelijks door
die zelfde meerderheid gestemd worden, in
dien niet een bisschoppelijke omzeil ibrief
te kennen had gegeven dat de kerkelijke
overheid, die het meerendeel d;r viije
scholen beheert, de fliiningantische btelling
niet kon aannennn. Deze bisschoppelijke
inrarnging, welke door August V ermeijlen en
LodewijckdeKiedt,in het tijdschrift Vlaan
deren" behoorlijk werd aan de kaak gestold,
gaf aa ?leididg tot het zonderling politiek
voorspel, waarvan wij nu, in de Kamers,
aio de wreo Ie toets van de pub ieke opi nie.
Gedetllelijk was ditdaaraautoetebchrijven.dat
zij iu haar critisch oordeel zoo veeleischend
was geworden, dat zij, wat passende typen
en gesch.kte milieu's betreft, zelve nooit
tevreden wis. Het leven was voor haar
langzamerhand een koortsachtige jacht op
materiaal geworden, waarvan zij achterna
het grootste gedeelte weer minachtend weg
wierp, vol verbazing o/er de armoede vaa
het heela!.
Het was gedurende haar derde
ofmissclren wel haar vierde verblijf in Europa,
dat zij U'chard weer ontmoette. Ditmaal was
het iu het Kurhaus van een mode-badplaats,
en hij kwam naar haar toe, terwijl zij op het
promenade-uur naar het menschengewoel
zat te kijken.
Nog a'tijd aan het bestudeeren van ty
pen?' zeiie hij. Nu, dit is een prachtige
gelegenheid daarvoor."
Ik voor mij vind de menschen hier
bij '.onder oninteressant en alledaagsch," zeide
Gordelia met ie's hooghartigs in toon en
hou ling, ik gebruik het geheel alleen als
milieu."
O!'' antwoordde Dick. Hij bleef naast
haar loopeu, en was vrierde.ijk en attent
gedurende de enkele dagen van zijn verblijf,
maar hij bracht liet ge-prek niet weer op
beroep!<paesneB, en hij vroeg haar niet
weer, zijn vrouw te willen worden, twee
verzuimen, waarvoor Cordelia niet blind was.
Toen vertrok hij plotseling.
Is het werkelijk waar, dat mijnheer Kent
weg is V' vroeg een vrijmoedig Ainerikaansch
meisje, op Cordelia toesnel'.eud, den dag na
zijn vertrek. Het was een aardig zij het
dan ook eenigs/.ins wereldseh meisje, dat
tot nu toe geen tien woorden tot Cordelia
had gesproken, hoewel deze had opgemerkt,
dit zij haar en Richard overal met haar
blikken had gevolgd. (?Zij weet zeker dat ik
schrijf," had Cordelia gedacht, en die
rneening had haar genadig vriendelijk gemaakt
tegen het jonge ding). O, en ik «natteer
naar hem iets te zeggen O"er zijn boek! Ik
durfde eerst haast geen mond tegen hem opea
te doen, niur nu ik heb een gevoel alsof
ik alles tegen hem zou kunnen zeggen, en
alsof hij alles zou begrijpen. Ik heb het boek
laten komen, zoodra hij hier kwam, en ik
heb d>-n heelen nacht opgegeten om het uit
te le/.en ! Wat! hadt u daar niet van gehoord?
Wel, het is liet boek van dit jair, het
is al iu de ik weet niet hoeveelste uit
gave, yn o, het is zoo'n heerlijk boek,
zoo waar zoo diep zoo aangrijpend,
zoo krachtig zoo echt Ie/end ! IK had hem
zoo graag willen zeggen, wat ik er voor voelde.
Het het geeft je zoo'a gevoel, alsof?alsof'
je dadelijk naar huis zoudt wilien gaan,"
eindigde het jonge ding, en tot Cordelia's
verbazing stonden er tranen in haar blauwe
oogen. U 7/Mcf. het lo/.en, neemt u mijn
exemplaar maar," zeile zij, het in Cordtlia's
hand du -vond.
Cnrdelia's vingers sloten zie'.i om het boek,
en Cordelia draaide zich haas'.ig om. Gehooi
de hooge potsierlijkheid ten beste krijgen,
Het mag inderdaad een
wonderbaar^epektakel heeten. ' '-'?
M AVoeste, TO >rman der katholieke rech
terzijde en talentvolle verdediger der kerke
lijke rechten, opende het debat met eene
behendige redevoering, waarbij hij te be
wijzen trachtte dat de Coremans-wet de
vrijheid van het onderwijs krenkte en bij
gevolg, wegens hare ongrondwettelijkheid,
moest van de hand gewezen worden, Do
zeer uitdrukkelijke verklaringen van M.
Woeste braken de katholieke eensgezind
heid. De vrienden van Coremans hielden
voet bij stuk. Hieruit wilde nu de linker
zijde een onmiddellijk voordeel trekken en
de liberalen o, a. die zich ten allen tijde
zeer weinig met de Vlaamsche beweging
hebbfn ingelaten en met meer overmoed
dan bevoegdheid steeds hare billijkste vor
deringen bestreden, werden ineens warm
voor de zaak. Zij zouden nu Coremans ter
zijde staan, omdat eene wet die voor de
oiticiëele scholen goed was bevonden, ook
voor de vrije gestichten goed moest zijn.
De sociaal-democraten beweerden dat zulke
wet, die den burger dwingt de taal te ken
nen vanden proletariër, de maatschappelijke
afstanden vermindert en de toenadering
bewerkt van werkman en bezitter. Kortom
de oppositie, die zich aantloot met de katho
lieke vrienden van Coremans, bereidde aldus
een hinderlaag voor M. Woaste, de ver
brokkeling der regeerende meerderheid en
wellicht den val van het pis-ontstaan oa
zoo traag ontworpen ministerie.
Het gevaar werl pndertusschen door de
bedreigde Rechterzijde ingezien. Men be
werkte er de formule van een zoogenaamd
graduaat" dat tegelijk de gunsten van
Coremans' en Woeste's vrienden zoude ver
eenigen. Dit graduaat moest dan ook, om
aan de bisschoppelijke voorschriften eene
schijnbare voldoening te geven, de schijn
bare ongrondwette ijkheid redden van de
Coremanswet. Deze formule, welke zich
schikt naar de gegevens van een door
minister de Trooz voorgesteld amendement,
zal zeer waarschijnlijk door de Kamer aan
genomen worden, en zoo ver is men nu
toch, dat de verbrokkelde meerderheid weer
eensgezind optreden kan.
Het graduaat werkt niet, zooals het ont
werp vau H. Coremans, rechtstreeks op de
inrichting der vrije scholen. Het eischt
dat ieder student, eer hij op eetie
hoogeschool toegelaten wordt, blijken geven moet
van eene grondige kennis der nederlandsche
taal, of een bewijsschrift nederlegt, waarbij
vastgesteld wordt dat hij, in eene inrich
ting van middelbaar ho >ger onderwijs, het
duitsch, het eugelsc , de geschiedenis», de
aardrijkskunde en de natuurlijke weten
schappen in het nederlandsch heeft aange
leerd. Het graduaat bopaalt zelf de tamelijk
ernjtige opgaven van hot inganisexaoacn,
waarnaar het de taalkundige bekwaamheid
wil onderzoeken van studenten, die het
geen hun bijgovolg vrijstaat buiten het
door de C M'emans geregeld onderwijs zijn
te leer gegaan.
De geest irii'r, de Vlaamschgezindheid der
liberale oppositie verminderde naar gelang
van het toenemend akkoord der rechterzijde.
Men vond nu dat er heel wat op do wet
was af te dingen en dat de afschaffing van
het regime wallon ' op slot vau rekening
als eone schreeuwende onrechtvaardigheid
mo3st aangezien worden. Tevens bemerkte
me,i dat Brussel zoude behandeld worden
als een Viaamsche ttad een denkbeeli
dat het verduldigst doctrinair dagblal
dadelijk op hol bracht. Ik geloof niet dat
gevende aan die levenslange gewoonte, waar
aan zij nooit scheen te kuanen oatgrje;ea,
ging zij naar hair kamer, en ging tegeno ver
haar beeld in den spiegel zifen.
Du-k had geen woo-d gtzgd ocer zijn boek.
Er waren tij o e lijnen om haar oogen ea
lippen zij zig ze voor de eerste maal;
haar geaee'e gelaat be^on te verharden, te
tvrniyVn, het bezat nog zijn oude
schoonluid van vorm, maar de bekoorlijkheid begon
te verdwijnen.
Dick had haar niet weer gevraagd, zijn vrouw
te ivorden.
Co-delia zag eruit als een vrouw van
middelbaren leef ijd, toen zij het boek op
nam. Het jonge meisje had den heelen
nacht opgezeten, Cordelia bleef den heelen
dag zitten lezen. Het lunch uur ging onop
gemerkt voorbij, terwijl zij blaiaijde na blad
zijde zat om te slaan.
Het was niets acders dan de geschiedenis
van een onbemid lelden professor in een kleine
universiteitsstad maar het was de geheele
cosmos der menschelijke ziel. Het milieu
werd gevorm l door doodgewone huizen en
straten, maar het perspectief was dat van
een geheel ras. De typen waren gewone
mannen en vrouwen, maar zij streden met
de liefde en den do ~>d en den arbeid, en
in hun midden groeide da figuur van den
hard*erkenden, onzelf juchtigea geleerde tot
een heldengestalte. De harten van vrouwen,
de gedachten van mannen leefden erin. Teen
Cordelia het boek dichtsloeg, legde zij haar
hoofd erop en snikte. Dick hal zijn
stukje levende geschiedenis" geschreven !
Het bewijs daarvoor was in Cordelia's armen,
ni'gestrekt naar een onzichtbare gediante,
en in haar kreet: O vader, vader!"
Waarom had zij hem verlaten ! Het kleine
stadje was groot genoeg geweest voor deze
twee mannen deze twee groote mannen,
zooah zij ze bij zich zelf noemde, in een
brandende opwelling van liefde en trots;
en zij dacht aan haar eigen dorre,
zich-zelfzoekeii lo jaren, en bedekte haar gelaat met
beide handen.
I)i k ftad geen ivoord gezegd over zijn boek !
Zij herinnerde zich, wat het jonge meisje
had gezegd: Het geeft je een gevoel, alsof
je dadelijk naar huis zoudt willen gaan!"
en zij stond op en wierp een blik op het
ontroerde beeld in den spiegel. Ik zal naar
huis gaan," zeide zij en hoeden opmaker."
Toen bedekte zij haar gelaat weer. Dick
had haar niet weer gnraugd, zijn vrouw 'e worden.
Op dat oogenblik meende Cordelia, dat zij
het toppunt van lijden had bereikt. Doch
zij vergiste zich.
Een kloppen op de deur deed haar zich
oprichten met een instinctmatige nabootsing
van de oude hooghartigheid. De jongen, die
haar de gele enveloppe overhandigde, was
de laatste, die ooit de oude Cordelia zag.
Voor zijn oogen zag hij haar sidderen, en ver
anderen in oen andere Cordelia, onder den
sla i van de tijding :
Uw vader stierf van morgen om zes uur."