Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1070
heffen van de hoogere invoerrechten op 7.g.
premie-suiker, kan krachtens de bepalin
gen der conventie eerst van l September
1908 in werking treden.
Vermoedelijk heeft tchter deze aangele
genheid reeds het onderwerp eener
voorloopige gedachtenwisseling tusschen de
onderteekenaars der conven ie uitgemaakt. Men
schijnt in beginsel reeds pogingen in het
werk te hebben gesteld om voor den
uittredenden staat een anderen be'anghebbende
tot toetreden te animeeren. Daarvoor zou
dan alleen Rusland in aanmsrking kunnen
komen.
Zou Rusland geneigd zijn afstand te doen
van het bevoorrechten van zijn suiker-uitvoer,
dan zou de gelijkmatige mede iingiug tusschen
de landen, die suiker uitvoeren, overeen
komstig de bedoeling der conventie, weder
zijn hersteld, daar er geen ander export-land
van voldoende beteekenis is, dit het premie
stelsel nog handhaaft In dat geval zou ook
Engeland's uittreding voor het beoogde doel
geen nadeelige beteekenis hebben en kon da
conventie, door Rusland in de plaats van
£ngeland als mede onderteekenaar aan te
nemen, bïjjven doorwerken.
Maar dit wordt niet waarschijnlijk geac'jt,
( als is het gerucht, als zoude Rusland niet
'geneigd zijn tot de conventie toe te treden,
tot dusver nog niet bevestigd geworden. Men
gelooft echter, dat het geen afstand zal wil
len doen van da bevoorrechting zijner suiker
industrie en daar de staten, toegetreden tot
de conventie, op hunne beuit evenmin ge
neigd zullen zijn aan de Russische suiker
een bevoorrechte positie op de Britsjhe
markt toe te kennen, zal Engeland van zijn
besluit tot uittreding met 31 Augustus a.H.
officieel mededeeling moeten doen en de
Conventie opzeggen.
, * Daarmede houdt de conventie echter nog
niet op van kracit te zijn; eerst wanneer
ook een tweede der toegetreden staten met
31 October 1907 zijn lidmaatschap opzegt,
is de overeenkomst by het einde van den
vaststelden duur, zijnde 31 Augustus 1908,
definitief ontbonden.
' Zelfs in 't geval, dat Engeland dm niet
op Sijn voornemen mocht terugkomen, is
het toch zeer goed mogelijk, dat de overige,
of althans de voornaamste uitvoer-landen
van feuiker de overeenkomst in stand houden
en opnieuw zich vereenigen, om de déloyale
concurrentie, waarvan zij vóór het tot stand
komen van de Brusselsche conventie maar
al te zeer de nadeelen hadden ondervonden,
ook in de toekomst het hoofd ie kunnen
bieden.
In dat geval zouden de onderteekenaars
van het verdrog vermoedelijk overgaan tut
martregelen, waardoor voor hen de mede
dinging met de Russische suiker op dezelfde
grondslagen mogelijk wordt en waardoor zij
voorts in staat zouden zijn, zich te wapenen
legen eventueele invoering van premiën
door andere staten, in de eerste plaats door
de Britsche koloniën.
Onder het ministerie Campbell
Banaerman is invoering van het premie-stelsel van
de zijde dezer koloniën wel is waar niet
waarschynliJK, maar bij optreding van een
kabinet met meer beschermende neigingen
zou zoo iets niet tot onmogelijkheden
behooren.
De vraag is nu, van welke beteekenis zou
een door .Engeland begunstigde mededinging
van Russische suiker zijn en welke belangen
zouden, door toelating daarvan, voornamelijk
worden benadeeld ?
Volgens du opgaven, omtrent Engeland's
buitenlandschen handel, betrok het (in
inillioenen Cwt.):
a. rietsuiker, ruw
4.160 in 1906
6.312 1'JUS
b. beet wortelsuiker, ruw:
11.089 in 1906
8.341 1905
waarvan uit Duitschland :
8813 in 1906
5.8SO 19U5
c. geraffineerd (riet- tu beetwortel)
18 L07 in 190(5
14.6:6 19U5
waarvan uit Duitschlacd;
12.466 in 100:5
9.82') 1905
Hieruit blijkt dus, dat Engeland zijn ruwe
beetwortelsuiker en geratiiueerd grootendeels
uit Duitschland betrekt. Waarsctu nlijk echter
ia in de hier genoemde hoeveelheden van
1906, nl. 8.813.0UO Cwr. ruw en 12.466.000
geraffineerd, een niet onbeteekensnd gedeelte
ostenrijksche suiker begrepen, die via Ham
burg werd verscheept.
Hoe griot dit laatst beloeld gedeelte is,
vermeiIt de Engelsche statistiek niet, diar
deze alleen de verscheping-na/ens, doch niet
de landen van oorsproag der geïmporteerde
producten noemt.
Maar naast Uuitschland is van de
beetwortel-suiker uitvoer-landen Oostenrijk waar
schijnlijk de meest beteekeuende
guikerleverancier van Engeland en die eide landen
zouden dus, ind,en de Britsctie markt
elders de uoodige dekking von l voor hare
consumptie, daarvan net grootste nadeel
ondervinden.
Welke verhouding bestond er nu vóór de
Brusselsche conventie, tueri de Russische
euiker nog met die van de andere lan
den concurreerde?
In de 6 jaren van 1897 tot en met 1902
betrok Engeland uit Rusland ruw beetwortel
suiker in hoaveelhederj, van Iü3 tot 5000 cwt.
uiteenloopend. Ook de invoer van Russisch
geraffineerd nam in slechts weinige jaren
belangrijk toe.
Hierbij dient echter in 't oog te worden
gehouden, dat vóór het in werking treden
van de bepalingen der Brusselsche conventie
ook de andere landen op hun
suikeruitvoer het premie-stelsel toepasten.
Voorts dient er rekening te worden ge
houden met: Ie dat de andere landen op een
of andere wijze erop bedacht zullen zijn,
maatregelen te nemen om ie kunnen mede
dingen, indien de Russische suiker op de
Britsche markt mocht worden bevoorrecht,
2e dat Rusland geographisch, dus wat vracht
en vervoer betreft, in een minder gunstige
positie verkeert, dan Duitschland of Bohème,
te dat sedert 1903 de bevoorrechting van
van Russische suiker belangrijk beperkt is
geworden en 4s dat door hei forceeren van
den uitvoer van Russische suiker naar Enge
land, Rus.and's mededinging in Aziëen de
Levant belangrijk zou verminderen, hetgeen
voornamelijk Oostenrijk zou ten goede komen,
A'leen wanneer de beetwortel-cultuur en de
euiker-productie in Rusland ten sterke uit
breiding zouden ondergaan, zou Rus'and's
mededinging -meer gevaarlijke verhoudingen
voor de andere belanghebbende producenten
kunnen aannemen. Bij den tegenwoordigen
staatkundigen en agrarischen toestand in het
Tearenrijk is dit echter voorloopig zeer on
waarschijnlijk.
Van nog grooter belang dan Engeland,
is voor de Oostenryksche, specUal
Hongaarsche suiker Indiëals af iet-gebied. Daar
echter bestonden reeds vóór de Brusselsche
conventie verhoogde in voerrechten op
premieBuUer en die zullen wél van kracht blijven,
ook al zou de conventie worden ontbonden, in
welk laatste geval ook in Engelsch-Indiëde
positie voor Russijnhe suiker er zeker niet
beter op zou worden.
25/7 '07. V. d. S.
Vacantic-Kinderfeest.
Mede namens den heer H. van B:eemen
zeg ik bij dezen hartelijk dank aan de velen,
die aan mijn oproeping voor de arme
Amsterdamsche schoolkinderen gehoor heb
ben gegeven. Dat er zoo vele gevers en die
velen zoo gul zouden zijn, hadden wij niet
durven hopen. A<vn haar of hooi, die ? 2 iO liet
brengen, zonder naam of woonplaats te willen
zeggen, afzonderlijk onzen dank. Wil die
goele geest mij dan ook niet een naam en
een postkantoor opgeven, waar 't verslag van
het vacantie kinderfeest poste restante ge
adresseerd kan worden ?
^^^^^^^^^ E. HEIMANS.
De zeehaven Rotterdam.
Een kostbaar en kostelijk geschenk is aan
de Led^n der Tweede Vredesconferentie en
aan de Binnen en Buitenlandsche Journalisten
en enkelen aaderen,?die met her, door het
bestuur der Holland Amerika lijn genooligd
waren tot een tocht door Rotterdam's haven,
gevolgd door een feestmaal aan boord va a
een harer groote schepen, aangeboden door
de volgende Rotterdamsche maatschappijen
en firma's : Americain Company; K. V. Blauw
hoeden veem ; H. Braakman en Co.; D.
Bu-ger en Zoon; Ch. Cornelder en Zonen; Q.
Dirkzwager M'.n.; Disconto Maatschappij;
Furness and Nephews Ltd ; Jan Havelaar en
Zoon; A. v. Hoboken en Co ;
HollandAuerika lijn; Hudig en Pieters; Hudi^ en
Veder; Internationale Sleepdienst- Maat
schappij ; Internationale Crediet- en
Handelsvireeniging : Rotterdam ;" Kuyper, van
Datn en Smeer; N. V. Leydsche Veem;
Marx en Co's Bank; R. Mees en Zoonen ;
M. en R de Monchy; Wni. H Muller en
Co ; Ph. van Ommeren; Pakhuismeesteren;
Rotterdarnsc.ie Bank, Ruys en Co.; Shipping
en Coai Compaty;
Steenkolen-handelsvereeniging ; Weise en Co.; De Wissel- en E
'ectenbank ; en Wilton's engineering and
Sapway Co.
Het geschenk is een dik album met een
groot aantal lichtdrukken, voorstellende de
stad, in het bizonder de schilderachtige ge
deelten, de haren, en alles wat het haven
bedrijf te Rotterdam aangaap
Deze lichtdrukken zijn naar fotografrën,
opgenomen door de heeren L. Jacobson L*n.,
Jan Wilton, ?.mateur-fotoj;raven te Rot
terdam, en door J. D Zeilmaker, fotograaf
Etniik en Binger te Haarlem, en W.
Ringlever te 's Grarenhage.
A. Voogd, journa'ist te Rotterdam, heeft
voor dit prachtwerk zooals er van Rotter
dam geen tweede bestaat een beknopte
en duidelijke beschrijving van de Rotterdam
sche haren geschreven in de Fransche taal.
Dit feestalaum: Rotterdam, Port de Mer"
keuii.; ia ieder opzicht ook de zinrijke
band, is uitgevoerd door de firma: Emrik
en Binger te Hiarlenn.
HE1TSJES
Een slraaHaioir.
De avonturen van een mannetjesmuscb.
2Vaar het Engelich, van ERNST SETON TJIOMTSON.
AVat een tj Ipende, piepende, fladderende
menigte! Een half dozijn gewone Europeesche
musschen verdrong zich schelden i en schim
pend in de goot van een deftige straat in
.N'ew-York Als het kluwen zich een weinig
ontwarde, zag men te midden van het gewoel
de oorzaak van al die opschudding een
kleine wijfjesmusch, d e zich krachtig tegen
de aanvallen van haar vrijers verdedigde.
Naar het scheen, maakten zij baar werkelijk
het hof, maar dat gebeurde op zoo'n
barbaarsche wijze, dat uien evengoed kon gelooven,
dat zij een onge#euscvit lid van hun
musscherimaatschappij wilden lynchen. Zij plaag
den en kwelden de verontwaardig ie kleine
dame zeer onbeschaamd, al wilden zij haar
klaarblijkelijk geen kwaad doen. Zij weelde
zich echter dapper
Het leei geen twijlel, dat zij haar het hof
maakte en naar haar lief Ie dongen, maar het
was even duidelijk, dat zij van geen hunner
iets wilde weten, en nadat zij de aanvallers
met de kracht van haar snavel hiervan
eenigszins hal overtuigd, maakte zij van een toe
vallige bres in dn haar ornringenden kring
gebruik en vloog op de dichtbij zijnde dak
goot. Daarbij werden in een van haar vleugels
een paar witte veertjes zichtbaar, waaraan
men haar gemakkelijk van haar soortgenooten
km herkennen, en die waarschijnlijk haar
grootste bekoorlijkheid vormden.
Trotsch op zijn zwarte das en zijn witte
boord, was een niannetjesmusch druk bezig
een nest te bouwen in een vogelkastje, dat
door een paar kinderen in den tuin was
neergezet, lij was in uieer dan een opzicht
een merkwaardige vogel. Het bouwmateriaal,
dat hij gebruikte bestond uit ver weg gehaalde
takjes en houtjes, 's Morgens vroeg hield hij
dikwijls op een poosje te werken en dan zong
hij zoo luid en mooi, alsof hij een kanaiij was.
Dat een maunetjesmu'ch alleen zijn nest
bouwt, is iets ongewoocs. Maar zooals gezegd,
hij was ook een ongewone vogel. >a een
week was hij klaarblijkelijk klaar met, zijn
werk, want het kastje was tot aan de deur
volgepropt met takje?, die de hoornen van de
stadsparken hem had ien geleverd. Hij had
nu meer tijd over om te zingen en telkens
bracht bij de menschen in de buuit in ver
ba ring door zijn lang, zeer onmuschachtig"
gezang. Waarschijnlijk zou uien hem alj
et n niet te verklaren wonder zijn gaan be
schouwen, indien men niet een in de buurt
wonende barbier en vogelliefhebber de ont
brekende hoofdstukken van zijn levensge
schiedenis bad medegedeeld.
De man bad een musschenei in het nest
van zijn kanarievogels neergelegd. Het ei
was uitgebroed en de jonge vogel door zijn
pleegouders opgevoed. Hun specialite.t was
het zingen, hij had de longen en de kracht
van het musscnengeslacht. De kanarievogels
voedden hem zorgvuldig volgens hun manier
op en het gevolg was, da, hij een zanger
werd, die door volharding goed maakte, wat
hem aan aangeboren talent ontbrak. Zoowel
sterk en strijdlustig als muzikaal, was deze
heli van het zwaard en van de lier spoedig
heer en meester in de vogelkooi. Kon hij een
kanarievogel niet door muzikaal overwicht
ten onder krijgen, dan zag hij er geen be
zwaar in zoolang op hem los te hameren,
tot hij zweeg en telkens aU hij op deze wijze
de zege in dtn strij i der zangers had be
haald, zond hij de schoons'e melodieën de
wereld in.
Toen zij a zwart borstlapje was ontwikkeld,
wai hij de grootste bezienswaardigheid van
den barbierswinkel. Maar op een goeden dag
raakte de plank los, waarop de vogelkooien
stonden, alles viel op den j,rond en in de
algemeene verwarring vlogen vele vogels weg.
Daaronder was ook Bertrarid de Born, zooals
men hem naar den beroemden Franschen
troubadour ha i genoemd. Terwijl ech'er de
kanaries vrijwillig in de kooi terugkeerden
of zich lieten vangen, huppelde Beitrand
uit een achter venster, tsjilpte een paar maal
en begon de baksteenwüderi.ie, die hem om
gaf, te doorvorschen. Hij stamde niet van
een sedert vele generaties getemd geslacht
af en schikte zich daarom gemakkelijk in het
neuïe vrije .'even. Na een week was hij bijni
even wild als de overige vertegenwoordigen
van zijn geslacht en tot een kleinen
straatroover ontaard. Hij hield zich met zijn
soortgenooten in de straatgoot op en gaf hun in
het vechten en schelden niets toe. Zoo nu
en dan verraste hij de voorbijgangers echter
door zijn met musschenenergie uitgevoerd
kauaritgesang.
Bertrand was het dus, die van het vogel
kooitje bezit had genomen en nu is het ook
duidelijk, waarom hij het mat takjes had
gevuld. Het eenige nest, dat hij ooit had
gezien, was uit mandenwerk vervaardigd;
voor hem bestond ten echt nest dus uit
takjes.
ÓS'a een paar dagen kwam Bertrand met
een gezellin aan. Waarschijnlijk zou ik de
bovenbeschreven vechtpartij in de goot ver
geten hebben, als ik in Bertrands bruid niet
het kleine witgevleugelde mussen en wijfje oad
herkend, dat daarvan onvrijwillig de oorzaak
was geweest.
Blijkbaar was zij wel gene:gd, Bertrands
liefde aan te nemen, maar zij stelde zich
nog wat preutsch aan en pikte naar hem,
als hij dichtbij Laar kwam. Met han
gende vleugels eri opgeheven staart draaide
hij om haar heen en daarbij ijilpte hij, zooals
alleen een verliefde maiiuetjesmu-.cli dit kan,
terwijl hij die straittorien lelkeus afwisselde
door met zijn kanarievogeltaleuten te pronken.
De be;waren, die zij nog kon hebb.-n,
waren klaarblijkelijk overwonnen, misschien
wel door zijn verbazingwekkend gezang. Hij
geleidde haar uu naar het nest, ging vóór
haar naar binnen, om haar dtn we g te wijzen
en sprong trotsch yn in Let bewustzijn van
zijn vaardigheid om havr heen. Zij volgde
beur, maar kvvam dalelijk weer terug me;
den luid ts-jilpendi n Bertrand achter zich aan.
Maar hij moect lang praten, eer hij haar kon
overhalen nog eem nair binnen te gaan.
En weer kwam zij dadelijs naar buiten,
ditmaal schimpend t n scheldend. Xog eens
scheen hij zijn o/erredingskuust aan te wen
den en ten slotte giiij; zij ouder luid protest
naar binnen, verscheen weer met een takje
in haar snavel, liet dat vallen en vloox weg.
Bertrand kwam ook naar buiten. Al zijn
vreugde en trots op het huis waren verdwenen.
Het was een steek in zijn hart: Lij had op
niets dan loftuitingen gerekend. Troosteloos
zat hij een poosje op den drempel eu tsjilpte,
alsof hij wilde zeggen: Kom terug, kom
terug!1' Maar het bruidje kwam niet teiug.
Toen ging hij weer iu het nest, men hooide
eeu krakend geluid en da Jelijk daarop kwam
hij terug ruet een l.outje, dat hij op den
grond wierp. Daarna haalde hij een twtede
en wierp dat bij het eerste en zoo ging hrj
door, totdat alle takjes en stofjes, die hij 7,00
vlijtig had verzameld, op den grond la^er.
Alles moest weg, ook het u;ooie gevorkte stuk,
dat hem zooveel moe,töha l gekost, en de
twee gladde hou'jes, die er net zoo uitzagen a's
die in het nest van zijn pleegmoeder. Zwijgend
en eenzaam werkte hij een uur lang door.
Toen was hij klaar. Op den grond lag een
heele stapel takjes, liet leek wel, of de
straatjongens een vuurtje wilden stoken.
Daar lag nu de arbeid van zeven da^en!
Bartrand eloeg een wilden blik op he,t kastje,
liet een kort, rauw gitsjilp hooren, waar
schijnlijk een miu-schenvloek, en vloog weg.
Den volgenden dag was hij weer met zijn
bruid terug, maakte haar als eeu volleerd
musschenndder het hof en bracht haar onder
voortdurend geb;,ilp nair het nest. Zij Hip
pelde binnen, kwam nu weer naar buiter,
keek met eeu scheef kopje naar den slapel
takjes op den grond, gicg weer naar binnen
en verscheen met eeu heel klein takje, dat
hij had vergeten. Zij liet het vallen eu zag
klaarblijkelijk met genoegen, hoe het op het
stapeltje terecht kwam.
-Nadat zij een poo:-je in- en uitgehuppeld
waren, vlogen zij s.imen weg. Toen zij
lerugkivatnen, had zij den snavel vol huoi, hij
een enkelen strjohalm. Uit werd naar binnen
gedragen en zij vlogen heen om m-er h >oi
te halen. Teen Bertiand wist wit hij motst
meebrengen, bleef ziju metgezellin in het
kastje, om het hooi te tchikken. Alleen
wanneer hij te lang wegbleef, vloog zij ook
uit. Het was merkwaardig om to zien, hoe
zachtaardig zijn ridderlijke houding tegenover
zijn bruid den strijd.ustigen Bertrand had
gemaakt. Toen het ne?t half klair was,
waagde hij het een takje binnen te dragen,
maar een oogenolik later v, erd het uiiar builen
op den grond geworpen. Arme Bertiaud!
Alles, wat hij voor 't berte hield, was niets
waard al zijn mooie hou'jes hal hij te
vergeefs gehaa'.d. Zijn moeder had eeu houten
nefct gehai, een mooi uest, te mooi! xsiets
dan stroo moeit het ziju eu daarop geen
hout ruaar zachte s'.C'Jl'sii. Hij schikte zich
in zijn lot, dat had de vrijhei! hem al ge
leerd. Vroeger had hij altijd gedicht, Jat de
barbierswinkel de hee'.e wereld was en dat
hij daarin de voornaamste persoon was, maar
die beide ideeën hadden iu den laa-.sten tijd
een iliukeu knauw gekregen. Zijn bruid
was van maening, dit zijn opvoeding heel
slecht was geweest, wat betreft het praktische
leven, en dat het haar taak was daarin ver
betering te brengen.
(Uit Hie Life of the Hunled.)
ofn
v
Motor-Koorts of antomoliile-foeile?
Geachte lieer Bei!
Daar hebt gij het nu al, op uwe leeftijd
een automobiel te willen bestijgen, en dan
in galop de Groene" door hollen, dat gaat
niet. Geen wonder dan ook dat toen uw
voertuig voor een kUi/nnodtt ging stijgen n
ge den draad kwijt raakte. En zoo haastig
waart je zelfs, dat in stede van mijn vervo'g"
af te wachten, ja, zelfs op uw gemak mijn
artikel nog eens door te lezen, ge u a?n t e'
\eonen hebt gezet om welkereden dan ook'
en conclusies hebt getrokken waar Sherlock
Holmes jaloersch op zou zijn. Uit Jr. besluit
gij gezwind dat ik een jongoientch ben, laat
mij u zeggen dat ik menschen ken van in
de zesiig die ook Jr. acater hunniarn hebbtn
staan.
Dat ik niet de officieele naam Dulbile en
beweegbare ijzerdraartji-juren aan uwe vinding
gaf, leidde tot uw vermoeden, dat dier.<iriw*<(?)
mij onbekend waren. Wie zelfs buiten het
teekenonderwijs hoorde die dingen ooit zoo
noemen ? ' Ik zou haast zegden, wie toc"i in
het teekenonderwijs hoorde ooit die officieele
naam, en niet steeds den korteren en toch
begrijpelijken term \anKlnpmodellenumIieii.
Maar what is a name? G j noch de lezers
die zich voor dit onderwerp interesseeren en
en eenigsüins van den gang van zaken in het
teekenoriderwijs op de hoogte zijn, zullen bij
mijn expressie een moment aan
SanchoPanza, Klapperdos, Klapbessen of ie:s van
dien aard gedacht hebben.
Tosn uw tuf-tuf echter schichtig werd,
trilde en sidderde de Groene' in uw hand
en slceg gij bij mijn pleidooi (?) voor het
rationeel teekeuonderricht" in eens eenige
regels over en raakte daardoor geheel uit
den koers.
Ge rende door naar 't ergste dit nog
komen oio st', een zeer neutraal zinnetje,
wij'.ende op het feit dat ter Tentoonstelling
naast teekeningen van veel te moeilijke
natuurvoorwerpen, er na'eakeuingeri waten
van prentjes die een vijf en twintig jaar
terug zeer ,,«n vogue" waren.
Het allerergste is geloof ik nog, da', ik dit
feit zelf constateer.
Htusch mijnheer Bes, lees niet m°er in
uw automobiel de Groene'' of andere peri
odieken, neem 't S:uiversblad of een Wilson
bijv., daarbij hindert 't niets al slaat gij eens
een alinea of wat over, aan het eitd krijgt
gij den draad wel weer te pakken. Had ge
eers-t 't vervolg" afgewacht of minstens mijn
artikel nog eens overgelezen, dan waren er
ge«n automobiel ongelukken gebeurd, eu
zoult £ij gemerkt hebben, dat oehoude s de
onvoorwaardelijke Jeugd die het Jr.--cbap
iemand schenken, en de oneerbieduhjk ge
doopte (Uw/juiodellen, wij in hoofdzaak het
wel eens zijp.
R. W. P. DE VEIES JR.
De HolUclie Lelie."
Aan de u heer M. Jongeneel J r.,
te Rolt rdam.
In den laatst verschenen Amsterdammer of
wel bijgenaam l de Groene" No. 15ö9, ver
scheen een ingezonden stuk van uwe haud over
De Uollandsche Lelie, waarin u de redactrice
in een nieuw daglicht stelt.
Aangezien freule Lohman nog s'eeds in
Zwitserland vertoeft en dus waarschijnlijk
De Amsterdammer niet onder de oogen krijut,
zal zij uw stukje vermoedelijk ook niet leien,
en al zou zij het gelezen hebben, dan zou
zij zich daarboven verheven gevoalen eu er
zich niets van aantrekken.
Wat de heer Sarvaas van Rooijen o?er
freule Lohman schrijft, is geen goddelijke
adoratie" zooals u dat gelieft te noemen, maar
dit is eenvoudig waar. Er zit duif" in freule
Lohman, zij zegt haar meeuing altijd rondweg.
Zij is eerlijk en waar en dat kan werkelijk
niet van iedereen gezegd worden, vooral niet
in den tegeuwoordigeu tijd, waarin politiek
en publieke opinie zu'k eeu groote rol spelen,
zoodat de meening van den mensch dikwijls
met alle winden nieövaait".
Dat freule Lohman door ha?e aangeboren
eerlijkheid, zich htftij; kan keeren tegen hare
zïster en, is waar, ruaar is het dan ook niet
zoo, dat een vrouw meestal door kronkel
wegen baar doel tracht te bereiken, terwijl
de min er recht op afgaat? (Ik spreek hier
in het algemeen van ,,'te vrouw", begrijpt u
me P.v.p. uiet verkeeid.) Geen van alien /.ijn
wij g cslelijk" slaaf van wat freule Lohman
0113 opdischt", want als u De Hollnndtcke
Lelie trouw leest, zoudt u zien, dar er telkens
wrijving van gedachten is en iedereen zijn
of haar opinie ten beste ge.tft.
Maar 't schijnt wel, alsof men er een zeker
genoegen in schept om freule Lohman aan
te vallen, want alles, wat er do./r n
aungehaald wordt in uw stukje, als zijnde
?.e.faduratie, eigenwaan, euz , is dat niet, d.iar is
zelfs gteu que-tij van. Zegt men hier in dit
ondermaansche wat men meen*, dan wordt
men afgetakeld, want och, de waarheid \vordt
niet graag gehoord.
Gelukkig da', de redactrice zich daarboven
verheven aclit.
Er is o jk, Goddank ! geen sprake van
mixtrerr, Viel van witterere van die meui-chen,
die altijd klaar staan om freule Loliman te
bespotten.
Mevrouw C. Sein.IMMER,
A ma t. ge^' AUNT/.EXIU.S.
iiitiiMiuinitiiiiiiiriiiiitiitiiiiMiitHiiiiliiiiiiiiiiimttiiiiiiiliuiw
4s Jaargang. 2S Juli 19J7.
Red.: C. H. BBOEKKAMP, Damrak 59, Amst.
Verzoeke alle raededeeimgen, deze -ubrif L
betreffende-, te riekten aan bovenstaand adres
ding van poatwijfel a ? 1.10, aan den heer
P. M. Sondijn, As;nie.-estraat 10, Rotterdam,
franco toegesonden.
No. 9i. ProVileem ter mededinging No. 4.
Zwart (13 schijven en l dam.)
Wij vestigen nog eens de aandacht op let
zak-daraspel, portefeuille formaat, hetwelk o.a.
bijzonder geschikt is voor het spelen van
correspondentie-partijen. Men voorkomt hier
mede het herhaaldelijk opzetten van den
stand, hetgeen, hij het gebruik maken ven
gewone dambordeu, noodwendig uioet ge
schieden. Dit zak-damspel wordt, na
toezenWit (11 schijven en l dam.)
Oplossingen mo< ten binnen 14 dagen wor
den opgezonlen asn bovenstaand adres.
Opl. eind-ipel No. 90, van den autiurJ.de
Bree. A'dam.
W 7-2 , 12-3 . 18-9 . g-8
Z 3u 4S A, , C, 28 32U, 46-1(5, Bo ui E,
32-3S,
., , 936. 3 rO. 20 38 8-24 en-O
E 20-3 L, 32-38, 33 43, 43:32~
,.?,28 .18 9 . 8:35. 9 27,27- 38,35-49t
D 28 33,4i-L'ö.2ó 3UOIÏ.33 38.3S-42.42.33,
.. .. , 2:35 . 18 27. 27-38,12 29pnzf
C. 2»-32 of Ho, 2oi'33 38, 38 12, 42;3o,
, 12-8 pru w. ee makkelij k!
B 3o-óo,
.,?.123 , 18 9 S:£ó .
A3o2o, 28-32 a, b, 2520e, d, 32-3/ ol 't,
3-26. 2B-37. 25-48!
37-4L, 41:31',
, 9-27. 27-33, 35-49!
d 25 3U, 3Ü-33 of ?, 3o-42, 42:33,
.. . 2-3", 9 14. 3:37!
c 26-is, -ia:zó, 20.9 ,
, 18 9 enz. als voren! / , 2 8 a. vor.r
b 2S-a3, / a 20- 4 S,
2e opl. W. 7-2, 2-8 , 18-9. 12 26. '2^:8 enz.f
Z. 3U 48,48-20 of/, 20:3, 3:12,
CORRESPONDENTIF.
L. G E. te Z. e. a. Bij- het onderzoeken, he'it
gij zeker over het hoofd gezien dat, na w 7-2>
z 30-48, w 12 26, zwart met 28 32 beslist remise
maakt. Wel jammer, daar de overige varianten,
goei zijn doorgewerkt.
Des wijze v. n noteeren is zeer eenvoudig,
zooals uit de hierboven aangegeven oplossing:
dui lelijk is te zien.
J. F. te tl en W. v. D. te H. e. K. Wij zeggen
u vriendelijk dank voor uwe mededeeling,
waarin gij op zoo on luboelziunige wijze ver
klaart, het correcte van pr. No. b9, te erken
nen. Ook zal het u thans duidelijk zijn, dat
en de problemist en de pnciische kenner
van het spel, wel degelijk moeten samengaan
om dergelijke stukjes te kunnen vervaardigen.
Dat wij h. erop in 't bijzonder*wijzen is, om
dat eeuige am-aeurs onlangs vergast werden
op een circulaire van de heeren Bittefeld en
De Haas, waaiin niet minder te lezen stond
dan het volgende : Wij geven hier een aantal
problemen ter oplossing, ofschoon wij er met
nadruk op wijzen, dat men een zeer goed maker
van problemen kan zijn en tevens een zwak
speler.''' F n verder: dat er te A inziet d men
elders btken Ie problemisten zijn, die ze.fs in
bet Buitenland met hunne problemen prijzen
behailden, maar als damspeltrs niets
beteekenen."
Een iijn staaltje van voorlichting niet waar,
of is h.e.'voor wellicht een beter passende
naam te gebruiken ?
(De cuisifeeriug is van on-.)
KORTE B10GRAPHIE.
Van enkele meesters in het damspel.
VIL
Een te volgen opening kan theoretisch
aangegeven en doorgevoerd \vordt-n tot aaa
het middenspel, onverschillig of zij goed dan
wel minder goed is. Hoe groot het f.antal
varianten ook zij, dat tijdens de voortzetting
en oeactwo *rdiug te voorschijn komt, alles
kan op 't papier gebracht en behan-ie.J
worden, omdat men de grens eener opening
kan bepalen eu vaststellen. Echter in het
midden- en eindspel isditandeis. Hieiiuzijn
de verschillende voortzettingen en dj hierdoor
te voorschijn koiueade af A ijkingen zoo legio,
dat geen ruenschelijs verstand in staat ij,
deze uiteen te ze'.ten, zoader in een labyrinht
van cijfers te verwarren. Daarbij komt nog
een groot bezwaar, dat de behandeling vrijwel
onmogelijk maakt. Het is meermalen geble
ken, dit bij deu aanvang vau het mid lenspel,
de voort'.euicg op verschillende manieren
kan geschieden, en dat verscbeiderie dezer
van e. kander afwijkende voortzettingen goed
ziin. Ook komt liet d k wij Is voor, d »t iu do
zeilde voortzetting, de beantwoording op
verschillende maniereu kan plaats hebben,
terwijl e.ke beantwoording op zichzelf loei
tot een co;rect eindspel kan leiden Weluu,
dit ailts theoretisch u't werken, is met den
besten wil rütt mogelijk.
Om van zoo'n reuzenwerk ach een klein
denkbeeld te kiiMien vormen, behoett men
slecbts de eirad.-taud op te zetten van een
slag-probleem, waarin, na de fclotcombicatie,
de winst duidelijk zichtbaar is, of-choou aan
zwart nog gelegenheid is gegeven op
verschilleri'le manieren te kunnen
mauoeuvrter.n. Echter, niemand zal er aan denkeu dit
alles schriftelijk uit te we.keii. Xi Ie laatste
af loei) de slagzet, zegt uieu eenvoud'g: en
wint!" Ir dien LU iemand toch de aiuli :heid
zou hebben, dit alles schriftelijk t« willen
uitwerken, zoo geef ik hem de ver/.ekeriug,
dat, na een cahitr te l.ubLen vo'gt-klad met
variaireu, hij er wel gtnoeg van /.al hèben,
en niet belust is, zich een tweede cihier
hiervoor aau te schallen. Welnu, wat wil
men dan beginnen bij d sn aanvang eu
voor.zetting ven het middenspel, waarin 30 en
meer schijven nog op het bord staan? Ik
herhaal daarom nogmaals, dat het niet doen
lijk is, het miidenspel theoretisch te be
handelen. (Woidl verco (/??/).