BIJVOEGSEL van De Amsterdammer. Weekblad voor .Vederland van 28 Juli 1907. Een Ministerie, dat eindelijk op dreef komt. Vmst. Bock- eu Steeadrukkerij. vih. Ellcrman. Harms tV Co NED. MAAGD (tot Minisier de Meester c.s.}: Tot dusver heeft niemand uwer zich bij mij aangemeld, dan Cohennetje. Waar blijft gij ? De Staten- en Gemeenteraadsverkiezingen hebben bewezen, dat er ganschelijk geen constitutioneele grondslag meer voor u is - doet uw plicht. . . . gaat heen. DE MEESTER: Mevrouw, we zijn tier genoeg om deze drie heroën te dienen. Is het niet de plicht der verslagenen den overwinnaars de voetzolen te kussen? En dan zulke edelmoedige triomphators ! Zij zijn nog niet gereed om ons uittedrijven. ... en schonken voor de nog komende maanden mij dit rieten staafje tot veldheersstaf. LOHMAN (tot Kolkman en 7 alma): Voortreffelijke Excellenties; hoe neigen zij reeds tot het Christendom ! l Heel anders dan dat heidensch vrouwmensch. . . . NED. MAAGD (tot De Meester c.s.) : Ongelukkigen, zonder wil en geestkracht, zonder karakter en eergevoel !