Historisch Archief 1877-1940
No. 1573
DE AMSTERD AÏOÏER WEEKBX, A D Y O CTK NEDERLAND.'
Een steile stelten hiel, sjijt Satyrs ppitsche
kcöten ;
Een swaeyende kappoot, meer hinder lick dan
nut,
Meer vlagge dan rerdeck, meer ballast dan be
schut,". ..
Mooi hè? ED de rest, de Zeestraat,
Hofwijck, Oogentroost, de Zedepiinten,
Cluyswerck, Daghwerck en hoe ze veider mogen
faeeten dat alles kan alleen door en voor
deskundigen" ernstig besproken wolden.
Een kek weet er geen weg mee.
* *
*
Bijvoorbeeld een moderne lezer die zicbze'f
zit te proberen op llofwijck :
Geloof jij dat Huygens een ziel had?
Nja. da's een lastige vraag. Ik ben er
meer voor om het aantal wezens die eet
ziel hebben wat uit te breiden, dan. om zoo
maar willekeurig het een of ander uit ie
stuiten. Ik zou zoo zeggen van wel.
Zou jvj dan zeggen dat er in Hofwyck
siel zit?
Of, als het op die manier nut gaat, dan
net van de andere kant af, door redenering.
Alles wat eea mens dott, is noodzakelik.
Onze kleinste daden zijn onmisbaar in het
grote geheel van ons leven; alles wat we
doen is gemotiveerd, het is goed. Zoo kan
er dus geen sprake meer zy'n van lager"
of hoger," of van dichterlike etof* en
onwaardige;" alles is eerbiedwekkend, als
uiting van het leven. Een dichter kan dat
inzicht hebben. Hu eet een boterham er
komt een vérs. Hij valt van da trap dat
geeft verzen. Hy laat zijn haar knippen
verzen, al maar vereen. £n zo voort en zo
?voort.
Maar zo lukt het nóg niet. Want, zien we
diskn',1'inzicht beeft een uichter niet nodig.
*f!'Kan: desnoods onbewust. Hij doet of hij
óWSérviudt iets, dat doet hem aan, soms
meer soms minder. Soms, meestentijds, bli.ft
bij gewoon, koud; maar eoms wordt het
aandóenin?, ontroering, hevige ontroering,
big wil, hij moet, er komt een vers.
Dat zal dus wezen bjj die dingen, die hem
he.t mee t adndoen, die het gewichtigste
iyn vóór zy'rj innerlijk léven ; die het diepet
doordringen in zijn ónder zijn gewone leven
sluimerende ónderziel.
Jj er dus hjektiéf geen onderscheid tus
sen de dingen, voor ons is het er wel.
Gevolg is dat wat ik diepgaand noem, mis
schiet! door een ander oppervlakkig gevoeld
wordt. En zo wordt het mcgelik dat iemand
zich dichterlik voelt aangedaan door oorzaken,
die op ons lan» niet sterk genoeg zpuden
werken, om zo'n resultaat te krijgen. En
daar is niets op tegen. Alleen kunnen wij er
de persoon uit kernen.
Neem nu Hof*ijck. In December 1639,
zoo weten we van Eymael, koopt Huygets
een stuk land onder Voorburg, groot zoveel
mergen zo?eel reeden, kost zoveel guldens
zoveel stuivers zoveel penningen. Een jaar
later, dus in December 1610, koopt hij er
nog een stuk bij, groot zoveel mergen zoveel
roeden, .kost zoveel gulden zoveel stuivers
zo?eel penningen. Faclt zoveel guldens zoveel
stuivers, nul penningen deze keer. Hij
maakt zelf een ontwerp, overlegt met Pieter
Post, architekt, geboren te Haarlem in 1608,
gestorven 1669, en met Jacob van Campen,
die de archhektuur in Iialiëbestudeerd had,
gestorven 1657; enz. enz.
Dat is dus: het maken van plannen, en
liet laten bouwen onder zyn toezicht, en het
inricht'n en meubileren, van een huis. Een
hél eigen huis.
Het is zo gek niet, dat H-jygensdaai veel
plezier in had, dat het een groot deel van
hem in beslag nam. We kennen allemaal
datzelfde gevoel, in 't klein. Een nieuwe
jas of een nieuwe hoed i t voor ous net
zoo góéd een evenement. Alleen maar, wij
zouden daar geen vérs over schrijven. Als we
verzen schreven, dan zou dat wezen bij heel
endere dingen. Die dieper gaan, dieper
zelfs dan e. n heel nieuw huis volgens eigen
ontwerp.
En wat zou daar nu uit moeten volgen ?
Dit. Dat voor Hnygens dingen die het
diepste bij hem gingen, die zijn innerlik
leven het meest in beroering brachten, soort
gelijke gebeurteiii-sen ztuden geweest zijn
als het bouwen van een rituw eigen huis.
Dat zou dus de stand van zijn geesteiike
.ontwikkeling zijn. V. at wy noemen groter of
hoger gevoelens, voelde bij of niet, of iiiet
zoo sterk als dit: dat hij een nieuw hun
gebouwd had.
Neen, met de gedichten van Huygens weet
!iêen moderne lezer geen weg.
* *
*
Wij, die gewend zijn de kunst immers
'$e uhing van het dieps.e le-ven in ons
te ?ien opbloeien bij zoo heel andere aan
leidingen, formuleren onze gewaarwording
«6: maar dat Hrfwijck dat heffe toch
absoluut niets met kunst te maken l"
En dat is nu maar net zoals we 't nemen
? ?Willen. Voor Huygens was het het zeker we' ;
en die Huygens-vereerders, licht vinden die
nog wel Huygens mooi, en iets als Hofwijek
het hoogste.
Er is eens een verstandige boer geweest,
en die at vijgen. Want dat was zo zijn smaak.
» »
*
Potgieter laten we nu ook eens een
oogenblikje literairhistories wezen Potgieter
is een keer heel blij geweett met het terug
vinden van een tot zijn tijd onbekend gedicht
van Jluygens, omdat de dichter er zoo goed
uit te kennen was. En bij slot van rekening
lijkt het nog zoo verkeerd niet, om zooals
h\j toen gedaan heeft, uit zo'n gedicht in de
eerste plaats de perfóónlikheid van Huygens
'te rekonstrueren. Het is geloof ik zowat
het eenige waar je deze verzen voor gebruiken
kunt. Eigenlik hebben we straks al zo iets
gedaan, toen we geprobeerd hebben een streep
Huygens" te zetten op de peilscbaal van
de hoogste stijgingen van het geestesleven
van de mens; en dat «ouden we kunnen
voortzetten. Het is ook al meer dan eens
gedaan*). En niet alleen zijn persoon, ook
zijn levensomstandigheden en zijn manier
van werken, alles is tot in bijzonderheden
bestudeerd en genoteerd. Jonckb'oet heeft
met zy'n gewone scherpzinnigheid uitgezocht,
wat er nu toch eigenlik waar kan zijn ten
minste van die lietdesgeschiedenis met
Dorothea van Dorp, en van die andere met
Machteld van Kampen; uit Jorissen kunnen
we vernemen, dat Huygens niet heeft
kunnen leren zwemmen, en bij welke
gelegenheid of hij van de Prins een paard
gekregen heeft; en van de kleinere studies
*) Potgieter dan in Kritische Studiën II 9;
Jonckbloet 1V4 bl. 71.
noem ik nu alleen maar de ii.leiding van
Leende) t z, van Dr. Leendertz, op het Voorhout
en Co-ielick Mal, waar we wetens waai
dighedtn kunnen vinden als deze, dat Huygens
zich «el eens vergiste als hij een veis
uitscnreef voor de pers; en dat brj d; n het
foutie\e woord doorhaalde, vaak al voordat
het nog helemaal af was, en dat hij dan het
gocie woord er achter schreef; maar dat het
soms ook wel eens gebeurde dat er achter
het vej keerde wooid alweer wat anders stond,
voor nij de fout merkte; en wat denk je
dat l ij dan deed ? Dan haalde hij het ver
keerde óók wel door, maar dan schreef hij
het gueie er hóvin. Enzovoort enzovoort
alweer, want dit is oneindig.
*
-x*
En nu noe even weer ons voorbeeld. EPH
jambe is twee lettergrepen; zes jamben is
een A! xandrijn ; en Hof wijck is tweeduizend
achlioideid en nog wat Alexandrijnen. N'u
hggtn dus twee vragen vo< r de hand Ten
eerste: hoe is het mogeLk om over een
buitei plaats zo'n lang gedicht te maken?
En u-u tweede: het kan toch niet ar-ders
zijn dan afgrjjselik ver.elend?
Het antwoord op de eerste vraag is
gemakkelik te geven: dat komt omdat hij er
van alles byhaalt. Het heet e'-gerjlijk een
beschrij ing van het buiten, zorals tiij zich
voorstelt dat het er over hondeid jaar uit
zal zien ; maar dat iomt neer op een soort
burgeiruans-wijpgerige bespiegeling over, of
liever naar aaoleidirg van alles wat er te
zien is, met hier en daar een gefantaseerd
verhaaltje van schippers die voorbijvaren,
of van vrijende boeren en boui.inn.e.n. Zoo
behandelt hij als inteiding bijvoorbeeld :
Zijc aftreden als amb enaar, \% reg^l. De
bronsheid van het menu like leven, 2% regel.
O erspauniog, l regel. Zijn hoge leeitijd, 6
regels. Hofwijek magnitt onbezongen blij ren,
3 regel?. Ken gral.-chr ft op hem zelf, 5
regels, Zijn Les uit Lin te dichten, 4 regels.
Vuor wie het is, 2 regel". De zwakheid van
mensewerk, '6 regele. Ouslerfelikheid van ,,de
kuust", 3 rege's. Ligging van iiet latdgoed,
4 regels. Grondgeste.dhe;d enz , 9 regel?.
Verdeling en beste-nnrpg, S regels. Pe
!a^ogiese oDhij-heid van ouder» die te veel van
hun kinderen verwachten en vejgen, 12 re^J?,
Het grondwerk, 2 regels.... Dat is samen nu
al 16 ?ege'?, en de Inleiding is nog niet
half u K
Of uit, de beschrijving" zelf, een helemaal
willekeurig staaltje :
Vier lanen zijn er, 2 regel*. De bassen
van Den Haag en Breda, 6 regels Waar hij
zijn dennen vandaan heefr, 4 regels. Manier
van planten, 8 regel?. Gasten, met en zon
der gevolg, 4 regels. Over hertekampen, 6
regels. G- kerstende negtrs, 5 regels. Nut
van de denren, 5 regels. Altijd groen, 6
regele. Trouwe vrienden. 2 regels. Veidere
beplanting, 2 regels. Bijge'oof bij het
tareldtkken, 5 regel?. Fierheid van onze zin
tuigen, 3 regel?. Beplanting met eiken, 6
regel?. Nut van de eiken, 14 regel?. Ple ier,
vergroot door verdriet van anderen, 1% regel.
Gefingeerd eiland in zee, 3 regels. Hemel
bestormers, 2 regel?. Aardrijkskundige
gefteldheid van dat eiland, 4 regels. Veilig
heid, 4 regels. Schipbreukelingen, 13 reg>Js.
Tegenstrijdigheden, 2 regel?. Zeekliniaat van
een kelJer, 2 regels. Zi je onder de tiken,
S regel?. Tevredenheid van een os in de
wei, 4 regelt". En van Huygens in zijn boeje,
2 regt-ls. ... Dat is samen alweer 1 26 H
regel, alleen over die booien, en 't is nog
lang niet uit, we krijgen nos; het verbed
den van zieken, onder- en bovenkleren,
paarlvisser-", vlugheid van de gedachte,
onmuzikale mensen, burgertwisten, en zoo
nog het een en ander meer.
Daarmee is dunkt me het antwoord op
de eerste vraag meer dan genoeg toegelicht.
En wat dan betreft die vervelendheid
ja, wie het nu leest, en het valt hem joins
mee, die moet maar eens vragen : hoe
komt dat ?
Want ddt is nu juist de kunst; Huygens
N. C. MEIJER
(Slot volgt).
BOEK AANKONDIGING.
Donkene dagen. (Piccolo Mondo Antico),
door ANTOXIO FOGAX/*KO. Uit het
Italiaan^ch naar de 36,-ue uitgave.
Vertaa'd door K. I. T. Amsteidam, Van
Holkema & Warendorf.
Deze roman is al niet meer nieuw, maar
zal niet gauw verouderen, want hij is, ofschoon
in het begin wat langdradig, in meer dan
n opzicht belangwekkend. Goed dat hij
vertaald en go< d vertaald is, want niet ie Je reen
leest Italiaansch.
Het verhaal verplaatst u in den tijd. toen
voor Oostenrijk de I aliaan>che provircies
op 't spel stouden, en het den Italianen te
doen was om de ei nheid van hun land.
Spionnen omringde n de Italiaatische patriot
ten, die met groote geestdiift alles waagden
voor de vrijheid en om.f hanke ijkheid.
Maar niet op het poli ieke leven wordt het
meeet de aan lacht gevestigd, veeleer schijnt
de schrijver de bedoeling gehad te hebben
een denkbeeld te geven van de godsdienstige
beweging in Italië.
Franco en Luisa de held en heldin
vertegenwoor.iigen twee opvattingen van den
godsdienst.
Hij, uit een aanzienlijk geslacht gesproten,
is een geloo^ige in den kerkelijken zin van
het woord, dichterlijk van aanleg, gevoelig
van hart en tot groote opsieringen in staat.
Zij is van eenvoudiger familie, dochter
eentr vrome Catholieke vrouw, maar zelve
viijdenkster, wat niet wil zeggen, dat zij
ati^eïs e is, en in Holland or der de beslist
ongeloovigen zou worden geteld, maar wel, dat
zij de kerkleer en de godsdienstige voorstel
lingen der Catholieken ongerijmd vindt. Zij
heeft een soort filosofie op haar eigen handje,
en redeneert,zooals velen barergeestverwanten
in Italiëen elders redeneeren. Misschien is
zij het die uitspreekt wat de auteur denkt,
en aan den man wil brengen.
Reeds in haar jeugd, zoo wordt verhaald
op pag. 86 had zij de neiging gehad niet
verder te zien dan het aardsche Isven, en
daarbij niet aan zichzeiven te denken, maar
voor anderen te leven, voor het welzijn van
anderen volgens een haar ingeschapen streng
gevoel vin recbr. Zij ging ter kerk en nam
hare kerkelijke plichten waar, zonder zich
in te beelden God daarmede welgevallig te
zijn. Zij had een revelachtige voorafelling
van God zóó groot en zóó verheven, dat er
tusschen Hem en den mensch geen directe
aanraking kon bestaan.
Toch meent zij volstrekt niet ongodsdienstig
t« zijn. Zij zou bijv. (pag. 155) nooit het
godsdienstig gevoel van haar dochtertje Maria
willen onderdrukken. Maria moest, eenmaal
vrouw geworden, de spil voor haar eigen
leven vinden in een streng zedelijk bewus>t4jn,
niet berustende op bestaande begrippen die
ten slotte niet anders zijn dan hypothesen
e-n beschouwingen, waarmee zij den een <.?(
anderen dag, misschien zich niet meer zou
kunnen vereenigen. Het geloof aan het Ware,
het Goede behouden afgezien van elk bijbegrip
van IK op of vrees, kwam haar voor het hoogste
peil te zijn van haar menschelijk Geweten.
In zu!k een volzin ovt-r ze lelijk bewustzijn,
dat ni< t berust op bestaande" begrippen,
die t<n sle>tte maar hypothesen zijn" is wel
kirakteri-itiik weergegeven het onac-uiate
van lieden die hun oudgebof verloren en
wel hooge aspiraties hebben, maar niet goed
w-ten nat /.ij willen.
De auteur schetste roet voorliefde Luisa's
liberalisme, m ar «chijnt toch van oordeel te
zijn, dat het tude peloof meer troos-t geeft
in ctnart". Lnisa wordt bepaald ongeloovig
als zij baar kind heeft verloren, en vin It 't
rationeeler, aangenamer zich afhankelijk te
voelen van n natuur zonder God, een
b inden meester, die niet opzettelijk slrcbt
is, dan van een onztchtbaren tiran een
schepper die wreed voor zijn schepselen
Het verschil tu schen haar en haar man
is groot.
Als i;a een bange nacht de dageraad aan
breekt, heeft God het stempel van zijn oordeel
gedrukt op beider gelaat. Zijn voorhoofd
tt'aalt ran een innerlijk licht, ondanks zijn
trane-n glinsteren zijn ooten van levensk-acht;
het voorhoofd van L'iisa wordt etrpeis don
kerder, doodsche duisternis doemde op in
haar d' fl'e oogen.
Zij zocht in gemeenschap te Wijven met
haar kind door 't Spiritisme, Siirrogiat voor
het godsdienstig geloof, iiij acht 't strijdig
met den eerbied zijn kind op te roepen, dat
zo>veel nader lij God is dan hij zeif.
Het is onnoodig me r van di zen roman
te vertellen, de intrige is de hoofdzaak niet.
Het bork is van de goede sooit. Wie het
gelezen hebben legg< n het niet voor goed
ter zijde.
A. v. II.
ttlllllllillIliniilllll
llllllIIIIIIIIIIIII-'lllJIIIIHItllllltUllllllb
lUUIIIIIIMMMl |»lMMIIII)llMI*HII*IIMIIIèM*ttU
Ce TmcMen van Gei) lager
M°t bijzondere be'angatelling maakte ik
kencis met de beschouwingen van den heer
,). W. Gerhard te Amsterdam over de
vruchten van het lager ouderv ij", ' voor
komende in het nummer van 21 Juli jl.
Menigeen, die buiten het onderwijs staat,
zal bij de lezing dier beschouwingen 1e schrik
om het hart zijn geslagen over de treurige
resultaten, die de heer Gerhard publ ceerde.
Laat men echter niet gaan gt neraliseeren.
Ons lager onderwijs in het algemeen is nog
lang n:et wat het zijn moet en zijn kun, maar
zoo slecht, als men daaruit -zo1! opmaken, is
het niet. Hetzelflj dictee, waarin de
lee:lingen der Ie en 2e k as'e Be hol en ie Am
sterdam, die nog wel met een lofle'ijk
getuigschiift de tchool ha Iden verlaten,
geinildeld ruim 8 fouten maakt> n (> n welke!) heb
ik opgegeven aan mijn leerlingen der 6e
(jaar)klasse onzer echool, waar bovei.dien nog 5
uur per wet k onderwijs in het Fransch wordt
gegeven, welke uren aan dt> andeiti vakken
moeten worden onttrokken, en verkreeg als
gemiddeld aantal fouten ruim 2 (meest al e
tegen de naamvallei,). Ik vertrouw dan ook,
dat de heer Gerhard in de 6e klasse van de
tchool, waara n Lij werkzaam is, tot rjiet
OEgunstiger resultaat ;al komen. Een d:c' te. a Is het
gegevene, moet en wordt ook inderdaad door
ele leerlingen, d:e de (ie klasse onz.er
otboorlijk ingerichte lagere scholen hebben
doorloopen, zonder al te storende fouten gemaakt.
Dat een kind een paar 4e naamvallen voor
3e dito's aanziet, is het gevolg \an ons dwaas
spel ingste'.sel, tengevolge waarvan wij onze
leerlingen met angstvallige zorg moeten leeren
toe/ien, of zich erge-ns ook een s raamval
heeft verscholen. (Ze zijn er alzoo d kwijls
inge/ofp n !). Foute'n echter, als de door den
heer Ge hard geciteerde, bewijzen, dat er
iets niet in den haak is.
Nu werpt deze de schuld op de methodes
en leerboekjes, die door de autoriteiten worden
voorge-chreven, maar dan moet liet er aan
de Amsterdamsche j- en 4e klasse-scholen,
waar de ondi-rwijzers toch zeker even veel
cf even weii.ii viijhtil van handelen be
zitten, ook even treurig uitzien en dat kan
ik veiorloopig moeilijk gelooven. Hoezoiuhn
anders de leerlingen dier inrichtingen naar
het umldelbaar en hooger onderwijs kunnen
overgaan en dat met vrucht volget ?
Er zulle-n zeker wel lezers z.ijn, die aan een
e- of 4e-klasse school even de proef willen
n^men en de resultaten in dit blad meedeelen.
Zeifs vermoed ik, dat aan dorpsscholen, die
onder niet al te ongunstige condines verkeeren,
het resultaat bet< r zal zijn dan te Amsterdam
aan de Ie en 2e l lass e-scholen.
Bedrieg ik mij i iet, dan zal de heer Gerhard
dus < ok tot eejn heel andere conclusie moeten
komen en in andere richting naar de oorza
ken moeten zoeken.
Gaarne wil ik dan mijne meening raast
of misschien tegenover de zijne stellen: de
zaak is belangrijk genoeg, ook voor
nietvakinannen, om eens ernstig onder het oog
te worden gezien.
A. MULDER,
Hoofd der Nutssc/iool, Eindhoven.
* *
*
Een kort antwoord aan de heeren A. Mulder
en K. Hooyland.
Den heer M. merk ik allereerst op, dat niet
ik treurige resultaten van het L. O." publi
ceerde, maar de Amsterdamsche schoolcom
missie; ik ben het in dezen echter volkomen
met die commissie eens. De heer M. schijnt
te gelooven, dat het aan de 3e en 4e klasse
scholen te Amsterdam veel beter moet zijn,
dan aan de Ie en 2e klasse scholen. Nu kan
men dit ge us t toestemmen ; de conclusie,
daaruit getrokken, zou dan de:e wezgn : om
het onderwijs op de Ie en 2e klasse scholen
betere vruchten Ie doen afwerpen, moet de
overheid: Ie op die scholen de k'assen veel
kleiner maken, evenals op de reen4eklaese
en 2e door kindervoeding en -kleeding op
groote schaal zorgen, dat de leerlingen dir
Ie en 2e klasse scholen eenigszins in dezelfde
gunstiga condities komen als die der 3e
en 4e klasse scholen. Maar hierin schuilt
toch niet de oorzaak van het kwaad, dat
door e?e Amsterdamsche schoolcommissie ge
constateerd wordt en waarover ik 't alleen
gehad heb. De critiek, door mijn artikel uit
gelokt, ia te wijten aan het minder duidelijke
(en door de heeren M. en H. verkeerd be
grepen) opschrift. Ik heb volstrekt niet
bede^eld een volledige studie te leveren over
de resultaten van ons L. O. Mijn opschrift
nam ik over uit het verslag der schoolcom
missie. En deze bad ze r bepaalde feiten op
't oog, toen zij schreef van treurige resultaten.
Die feiten heb ik opgesomd, en daarvan alleen
de oorzaak trachten op te sporen. Dat er
natuurlijk nog w-l meeidere factoren bij in't
spel komen, zooals de heer Hoogland
breedvoeri< aantcont, weet ik natuurlijk even goed
als hij. Hoeveel ma'.c n heb ik niet aanretoond,
dat ons volksonderwijs alleen beter zal kun
nen worden als: Ie n 8-jarigen leerplicht
wordt irgevoerd; 2e de onderwijiejs veel
beter bezoldigd en 3e opgeleid worden; 4e
de kin leren niet zoo lang achtereen inspan
nend worden beziggehouden, 5e de onderwij
zers als z Ifstandige meascheu worden erkend
en behandeld etz.
Moest ik dat alles nu weer herhalen? Neen,
want ik berprak alleen eenige zaken, in het
Schoolverblag vermeid, en daarin als treurige
re;iiltaten van het L. O. in de hoofdstad
voorgesteld. En ik durf er bijvoegen, elat die
resulta:en niet alleen aan de Je en 2e klasse
scholen te Amsterdam te constateeien zijn,
maar overal in ons land gevonden moeten
worden. Dat het aan de school des heeren
M. iets beter is, wil ik gaarne aannemen.
Evenzoo, dat er nog wel meerdere hooiden
kunnen komen, die zullen :eggen; aan mijn
school is 't niet aldus gesleldl Die enkele
uitzonderingen bewijzen echter abso'uut niet,
dat het bij de groote massa in Nederland
niet evenzoo is als bij de groote massa
derscholen in Amsterdam, n.l. dat er zoo bitter
weinig blijft hangen van 't geleerde, (wel te
verstaan, met de erkende uitzonderingen!)
Hiervoor alleen heb ik als oorzaak genoemd,
de afhankelijkheid der onderwijzers van de hun
opgedrongen methodes en leerboeken en als
middel daartegen: meer vrijheid voor da
onderwij er?, meer ze fregeering, Het is zeker
voor eiken denkenden lezer duidelijk, dat ik
daarnaast steeds zal wijzen op de vroeger
genoemde middelen, om ocs volksonderwijs
in zijn geheel te verhtfl'en. Meer t e antwoor
den op de critiek der heeren M. en H. acht.
ik overbodig. Alleen wil ik nog zeggen,
datde heer Hoogland allen g-on d mist, om te
schrijven dat ik voor elke fout van ons
onderwijs 't geneesn.i'ldel zoek in de school
vergadering." Ik heb zu/ks nimmer gezegd <?
gevcli enn. De h( er H. kr n weten, dat ik steeds
teten de xooge-naainde verplichte schoolver
gaderingen" ben geweest. Een schoolsynode'*
a's door mij voorgesteld, is heel wat anders.
Laat de hter H. mijn artikel maar een»
goed lezen.
J. W. GERU.AKD.
Aeslli lisi
In het nummer van 28 Juli 1907 van De
Amsterdammer, komt onder bovenstaanden titejl
ei n ar'ikel vcor van den heer Carel L. Dake.
De heer D. geeft in dit stukje in korte trekkeu
aan, dat het onderwijs lijdt aan ovérlad nij
van leerstof met het gevolg, dathtt onderwijt
over 't algemeen te rer.l rergt fan < e hoofden
onz r klndrren en te weinig doet om de harten
iiiimiinimiiiimmi
Reclames.
COGNAC J. & F. MARTELL
Vraagt Uwen "Wijnhandelaar naar deze
absoluut zuivere Cognac, welke vanaf
/ 3.5O tot / 8.5O p. flesch geleverd wordt.
Generale Agenten voor Nederland en Koloniën:
liOOIMJA\* «V 1SRU1MKK,
A H S T K U U A M.
Verlangt s v p. stalen van onze
nouveautés in z«art, wit of gekleu-d
van 60 cents tot 9 gulden per Meter.
Specialiteit: Zj'destoffen voor
Gezelschaps-, Fruids-, Bal- en
Wande'.toilett en en voor Blouses
Voering enz.
Wij verkoopens'echtsgegarandeerd
soliede zijdeshitl n direct aan par
ticulieren, franco vracht en rech
ten aan huis.
SCHWEIZtR & Co., Luzern H25.
(Zw.tserland^.
Zijdestoffen-Export Kon. Hof).
luchtkuuroord van Nederland.
, . .
Huis 1ste Eang: B0!el (U'S I^S-BüS,
Mat. pr. Tir'n Pension. Oranib. El. licht enz.
NEDERLAHDSGHE INDUSTRIE
TER VERVAARDIGING VAN
IEDER STUK DflT KRIMPT
WORDT TERÜ5<JENOMEH
FABRIKANTEN VALTON ZONEN.
AMSTERDAM.
Verkrijgbaar brj:
HIRSCH & Cif.. Hofl. Leid?chepl., Amst.
H. MEIJER, Hofl. Amsteidam.
RUI). HOFHrrTS. Old England, Amst.
'. Gr. Markt, Haarlem,
A.
S J>m?Haarlem.
r. ASNELT & HKnUWERS, Zwolle.
O. C. HCHOVKHOOV, Leeuwarden.
ti. B RM .i *N en W. A. W REES M A N,
Groningen.
Mag. HET ANKER, Den Haag.
d. HERG. Tiel.
EU W 'l ROK. Arnhem.
H KR MA \ :\' YPELS, Spoorstraat 41,
den Helder.
Meran Savoy-Sotel,
Zuld-Tyrol.
Modern, voornaam familiehotel van den eersten rang. Vrij en rustig gelegen aan de
Stephaniepromenade, bekend als het aangenaamste en meest gewilde deel van Meran. Nieuwste
comfort. AppartemeLten met bad en toiletten. Op verzoek streng diep»-.
F. B RUNNER, Eigenaar.
ExtraTa rwebl o e m
voor de fijne keuken.
cht Victoriawater
OBERLAHNSTEIN
E c h t- Vlet o r i a w a t e r
OBERLAHNSTEIN
\ PdKJe van Vi Kilogr. ?0.12'
Mw.VOORMEEL-En BROODFABRIEKErV
- VIJZELGRACHT 28.
c. (fjij opsave van uwadrea wordt U door d»
?fdeeling Broodfabnek particulier bediend
NoraaaJ-OnderidEEuini
van
Prof.DrG.
Fabrikanten
W. BengerSöhne
Sruttgart
Hor.fddei.ot te AMSTERDAM: Kalver«tr.l57
K. F. DEPSCHLE-BENGER.
BOUWT ,e NUNSPEET
o;d.
VELUWE.
Inlicht, b/d. Vereeniging Kantoren
voor Vaste Goederen in Nederland te
Nunspeet.