Historisch Archief 1877-1940
No. 1578
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD Y;Ó R NEDERLAND.
geslacht." In allerlei tonen klonk het jam
merlied en merkwaardig: Als je die
slacht< fiere" van meiden-gemeenheid" zoohoordet,
waarlijk je zondt haast, haast gaan wanen,
dat daar alleen vermoorde onnooielheden"
aan 't woord waren: onnoozelheden(!) ver
moord door monsters, die met den naam van
dienstboden worden bestempeld.
Een poosje had ik stilzwijgend dat dis
cours (?) aangehoord, toen echter een der
teaenden," omtrent wier capricieusen b
oogmoedigen en onverstandigen omgang met haar
personeel ik alles door persoonlijke overtui
ging wist, nn ook haar lijdensgeschiedenis ten
beste wilde geven, toen viel 't mij in, dat
j dist in mjjn zak zich bevond het schrijven
van een dienstmeisje, dat, waar haar eigen
mevrouw voor drie maanden buiten 'slands
had getoefd, na eenigen tijd vacantie genoten
te hebben, tijdelijk een deftigen dienst" voor
meid-alleen noodhulp had aangenomen.
Ik verzocht het publiek eens e ren zij n aan
dacht aan dat schrijven te willen schenken.
Dit geschiedde inderdaad; maar o! 't onweer
van ergernis dat na de lezing over 't (ge
lukkig niet-daar-aanwezige) hoofd der brief
schrijfster los is gebarsten I Niet n onder't
gezelschap, die zich ook maar even de vraag
heeft gesteld: kan er iets waars zijn in wat dat
meisje daar schetst, niet n die ook
maar bij benadering eigen beeld zag in wat
daar werd gegeven. Zal 't bij nu officieele
publicatie van dit schrijven beter gaan? Zal
«en nkele lezeres genoeg eerlijkheid en ernst
hebben om door dat schrijven van een
pintere achttienjarige, wier brief hier volgt
zooals zij dien haar mevrouw zond, om tot
't bekennen te komen : Ja, zoo zijn er, en...
zich dan af te vragen: Heb ik óók niet
eenige gelijkenis met het hier gegeven beeld ?
Ik hoop 't, en... vertrouw op wat verbetering.
En nu dien brief:
Geachte Mevrouw!
Uw ansichtskaart heb ik ontvangen. Wat
moet 't daar mooi zijn, waar u nu bent.
Maar mooi is 't hier ook, want u weet 't,
ik woon nu op de Kerkhoflaan na et de boscbjes
vlak over me en heerlijke tuinen achter heel
die r\j huizen. Ik hoor hier van 's morgens
vroeg tot 's avonds laat 't gefluit en gezang
der vogels en als ik in de keuken ben, heb
ik juist 't gezicht op den tuin vol rozen.
Nu zal mevrouw zeker denken: Nu, die
Oor heeft 't getroffen l" En Oor zal dan ant
woorden :
Mevrouw, 't zal de vraag zijn, of ik't hier
die acht weken uithoud. En dat is niet,
omdat al dadelijk toen ik voor 't eerst 's mor
gens brood en melk nam, de bakker zei:
Zoo ... alweer hier 'n ander I" En de melk
boer: Ia d'r hier nu al weer een van tusschen
uit!" Neen hoor, want ik ben hier gekomen
met de gedachte: goed of kwaad, 't is toch
maar voor n acht weekjes Maar o mevrouw !
dat is nu heusch een stuk chagrijn die def
tigheid hier. Nooit hoor je een vriendelijk
woord, je ziet nooit anders dan een strak
zuur gezicht. Als die mevrouw d'r mond
open doet, dan is 't of om te commandeeren
je kunt 't merken dat d'r man een hooge
is geweest of 't is om te vitten. Want
vitten, dat is haar lust en leven. Mevrouw is al
heel wat jaren weduwe en woont hél-alleen in
dat héle groote huis wat haar eigendom is,
maar z& heeft niet het huis4 het huis heeft
Hfört Dat ja den teelen da% stof afnemen,
zoeken naar een vlekje hier op de verf, daar
op de muur en al wat ze dan vindt en
't meeste is voor 'n ander niet te zien
kry'g ik op m'n bochel, waar ik dan ben:
UIT DB N AT UU Ij.
Voor-herfst.
De astronomische jaargetijden en de werke
lijke komen by- ons niet gelijktijdig, althans
ze beginnen niet tegely k; de lente en de zomer
komen meestal veel later dan de kalender
aangeeft, de winter gewoonlijk wat vroeger;
de herfst alleen is in den regel op tijd, ook
deze keer.
In de stad en op 't vlakke veld merken
we 't alleen aan de boomen en de
stoppelvelden. Het gaat met de boomen als met de
hoofden van de meeste menschen tegen de
vijftig; ze zijn dun, wel nog lang niet kaal,
maar 't begint er op te lijken,'t is al midden
in 't begin van 't eind.
De kastanjes zijn haast bruin, de eschdoorns
al tamelijk vaal van tint; deolmen vertoonen
verdachte gapingen en 't blad schijnt wel
hoe langer hoe kleiner te worden, 't schrom
pelt, 't Eikeblad vertoont nog weinig sporen
van ouderdom en verval, maar de beuken is
't aan te zien, dat ze hun tijd al weer geaad
hebben : déeerste bladeren vallen. De
Arnerikaaneche ahorns en wilde wingerd gaan al
den rooden gloed vertoonen, die in hun
vaderland den naam aan 't seizoen geeft.
Ook aan de vogels is 't te zien en te hooren,
dat de herfst begint; de kieviten zwerven
in troepen van honderden over de lage
weide; zwaluwen verzamelen zich tot dui
zenden, en de spreeuwen vormen wolken
van honderdduizenden boven de groote
rietplassen; en, ook al even als in 't voorjaar, zingt
een enkele er van zijn hoogste liedjen uit
op een dakgoot of een hooiberg, De sperwers
komen alweer boven de steden op duiven
jagen; de meeuwen zweven boven de grachten
in het stadsplantsoen; in de tuinen klinkt
't hooge stemmetje van de tjiftjaf en doet
denken aan 21 Maart op 21 September. Wat
toch dat leuke vertrouwelijke diertje beweegt
nu al zijn monotone deuntje af te spelenl
Misschien een stemoefening! Of anders een
afscheidsgroet! Wel mag 't diertje blijde en de
menschen dankbaar zijn; 't wordt heel wat
beter behandeld en meer gewaardeerd dan
in mijn jeugd; toen was een piepertjes-nest
lang niet zoo veilig als tegenwoordig.
Ook meezen en vinken zwerven al in heele
troepen. Gisteren genoot ik bij toeval een
schouwspel dat ik jaren lang heb gemist. Ik
zocht naar Atalanta- rupsen op brandnetels
aan de Zuiderzeedijk en opeens kwamen een
dertig of veertig puttertjes achter elkaar, bij
vijf of zes te gelijk, neerstrijken op een groote
groep uitgebloeide distels. Prachtig, die bonte
rood met brons en gele vogellijfjes op de groen
niet wit en paarse distels.
'In de duinboschjes en onder de dennen
in 't Gooi beginnen de wijnroode kardinaals
mutsjes kleur te brengen in de vaalten; met
medewerking van oranje lijsterbessen, roode
hagedoornsvruchten, rozebottels
(meelappeltjes n knoedels, zeiden wy jongens) en van
de glanzige gele en kersroode bessen van
Ggldersche roos.
In 't kaler duin dringt sterk een oranje
tint door 't grijs van de duindoorns heen;
twee hoog of beneden, of ik midden in iets
bezig ben, of voor 't fornuis sta, als de bel
van Mevrouw gaat, dan is 't: Alles dadelijk
liggen laten en pink op d'n naad van d'n
bro^k l En dan heb je maar aan te hooren
't razen waar je part noch deel aan hebt,
want u begrijpt wel Mevrouw, dat je, als
meid-alleen in zóó'n huis, heusch niet stil
behoeft te staan als je de zaken behoorlijk
wilt doen. En ... behoorlijk doe ik 't heusch,
zooals u 't mjj geleerd hebt, maar hier kan
niemand voldoen, omdat ze hier het onmo
gelijke willen. En dan Mevrouw, weet u hoe
ze die Mevrouw moesten uitfotografeeren ?
Met in n hand de stofdoek, in den ander
het sleutelmandje. Want ik geloof heusch
dat ze daar 's nachts op slaapt! Zóó wan
trouwend als die mevrouw is, neen, dat zou
n niet kunnen denken, en als ik 's morgens
melk of brood neem, dan staat ze boven aan
de trap te luisteren. Ik heb eens bij toeval
de corridor-deur open gelaten en daar't nog
al woei, tochtte 't naar boven en toen hoorde
ik in eens tweemaal hard niesen. Ik kende
mevrouw toen al en dacht er 't mijne van.
Ik heb toen 't met moedwil een paar maal
nog eens gedaan en of 't was kuchen of niesen,
aan de deur praten dat heeft ze me dadelijk
streng verboden. Nu mevrouw u weet wel
dat ik dat niet voor gewoonte heb, maar als
hier de bakker of wie komt, dan moet je
stemmetje spelen en mevrouw staat je te
beluisteren of je durft te kikken.
Eiken dag ben ik uren alleen... maar dat
heb ik hier liever dan dat mevrouw thuis
is, want als je toch niks kwaads in zin hebt,
en dan te weten, dat je altijd bespionneerd
wordt, dat is om gek te worden. Ik woon
hier heel dicht bij 't kerkhof, maar ik pas
liever op die dooden, dan dat ik die mevrouw
bij me heb l
Denk u eens: Ik wilde onlangs voor moe
ders verjaardag een mooie ansicht even weg
brengen. Ik had die op my'n uitgaansavondje
gekocht. Ik vraag mevrouw of ik even naar
de bus mag en daar kreeg ik: Ik houd niet
van dat boodschappen zoeken; als je brieven
naar de post moet brengen, dan wacht je
maar tot Zondag als je je kerkbeurt hebt ?
En mevrouw, niet een enkele maal had ik
nog iets van dien aard haar gevraagd.
Is mevrouw thuis dan hoor je geen geluid
als dat ze de bel roert, visite krygt ze haast
nooit, maar is die er, dan haalt ze haar schade
in 't stemmetje spelen in. Met mij nooit een
woord meer dan hoog noodig is of, 'n standje
en dan komt er hél wat uit. Voor de rest
mag ik met de keukentafel spreken.
Ik ben hier nu veertien dagen, maar houd
ik 't bier acht weken uit, dan zal ik u wel
nooit meer zoo aan 't lachen kunnen maken,
als vóór u wegging, want dan zal ik óók wel
zoo'n stuk chagrijn geworden zijn, net als die
deftige mevrouw."
Men wane nu niet, dat ik door dik en dun
partij trek voor de tegenwoordige dienstbode.
Integendeel, tijdgeest en bovenal onoordeel
kundige leiding van goed-meenenden, die ineens
een beschavings-doop toegepast willen zien
op helaas zoo bitter-weinig beschaafde en
ontwikkelde jonge meiajes uit de werkmans
klasse, ze werken beiden de juiste ontwik
keling ran hart en van verstand tegen en
bevorderen zeer zeker de dwaze pretenties,
het eiscben zonder plichtsbegrip, wat maar
téalgemeen wordt.
Mogelijk laat ik op'dit schetsje, door
leekenhand 200 waarheidsgetrouw gegeven, later eens
een kijkje volgen van wat de wereld der dienst
boden aan onrechtmatige eischen en harte
loosheid bieden kan, doch waartegenover de
mér-ontwikkelden, juist als zoodanig door
tact n humaniteit moeten trachten te
neutraliseeren wat onoordeelkündig aan kwaad
wordt gezaaid. VROUWKE.
verbazend, zooals die van 't jaar vrucht heb
ben gedragen, 't Is toch over 't algemeen
een bijzonder goed jaar geweest voor de wilde
vruchten. Nog niet vaak heb ik aan de gele
kornoelje vruchten en nog maar zelden zoo
vele en rijpe vruchten gezien Ook de bramen
zyn in deze herfst buitengewoon talrijk,
sappig en lekker. Wie daarvan smullen wil
moet er in deze week op uit, want de vogels,
roodborst en spreeuw vooral, houden ei- huis in.
Bloem valt er niet veel meer te zien. De
dahlia's van de tuinen zijn aan 't aftakelen,
Jubilee liaison Hirscti & .Cie.
Dat het huis Hirsch & Cie. a.s. Zaterdag
haar 25-jarig bestaan herdenkt zal stellig
menigeen, vooral de dames, met belangstel
ling vernemen.
Wanneer wij dan ook nagaan op welke
bescheiden schaal de firma Hirsch & Cie. nu
25 jaar geleden haar bedrijf in een buurhuis
op het Leidscheplein opende, en velen zich
afvroegen hoe eene firma het wagen durfde
op het alstoen afgelegen Leidscheplein eene
zaak te openen en men haar zelfs een kort
bestaan voorspelde, dan zien wij hier wat een
helderen blik in de toekomst, gepaard met
ijver en wilskracht, vermag.
De zaak der firma Hirach & Cie. begon naar
w\j vernamen met een klein aantal ge
mployeerden en haar atelier telde toen slechts
een 20tal buitenlandscbe werksters.
Dat het Leidscheplein ge iurende bet aantal
jaren verfraaid ook een druk verkeer verkre
gen heeft, zoodat het thans een centrum der
stad beschouwd kan worden, behoeft geen
betoog; dat ook de firma H. & Cie. gedurende
hetzelfde tijdsverloop in bloei mocht toene
men, zoodat zy, eigenares geworden van ver
schillende panden op het Leidscheplein, telken
jare genoodzaakt was zich uit te breiden en
te verbouwen, waardoor zij nu bijna al de
bovenverdiepingen van bet geheele blok
huizen van Weteringschans tot Leidsche
Kade voor hare verkooplokalen en ateliers
inneemt, is een feit dat pleit voor de zaak.
Dat dezen dag ^21 Sept.) door de firma
H. & Cie. met luister gevierd zal worden is
ontegenzeggelijk zeker.
Wij vernemen zelfs, dat de heeren Berg
en Kahn (eigenaars der firma) Zaterdag
ten 2 uur receptie zullen houden in het
Concertgebouw, dat de heeren patroons zich
met hunne employé's 's avonds zullen ver
eenigen aan een diner ten Huize Couturier,
terwijl de panden door de firma Hirsch & Cie.
ingenomen, luisterrijk verlicht zullen worden.
De personen die het jubileum mede vieren
en dus sedert de oprichting aan de zaak
verbonden, zyn: A. Keij zer, hoofd-boekhouder,
W. Taks, coupeur, A. de Jong, conciërge.
Treurige voorspelling. Een aapje als
huisdier. Lady Arthur Grosvenor,
alias Syeira Lee in een woonwagen.
De schoonste vrouw der wereld.
Een Italiaansche waarzegster heeft den
dichter Gabriele d'Annunzio eeaigen tijd ge
leden voorspeld, dat hy in den jare 1909 ten
doode was geteekend. In dat jaar zal
d'Annunzio het slachtoffer worden van een
medeminnaar, die hem het moordend staal
in de borst zal stooten. Met Oostersche be
rusting heeft d'Annunzio deze voorspelling,
waaraan hij allerminst twijfelt, aangehoord
en beantwoord met de woorden: het zij zoo l
Hij heeft zy'n testament gemaakt en alle
mogelijke schikkingen getroffen, overtuigd,
dat in 1909 zijn levensdraad zal worden
afgesneden. Ondertusschen rijdt hij met zulk
een snelheid in zijn auto, dat bloedverwanten
en vrienden hem voortdurend wijzen op het
gevaar van in zulk een onzinnig tempo door
lakwerk; die ronde of ovale schijven aan de
bloeitakken lijken in 't geheel niet op het
bekende vijfpuntige klimoploof; dit is alleen
aan de niet bloeiende takken, ook onder aan
den stam op den grond te vinden.
In 't boscb, in de boschjes en in de groote
parken begint de bodem weer kleur te krijgen.
Mét dat de eerste gele bladeren het glanzig
mos beplekken, dringen ze omhoog, de
regimenten paddestoelen; zij zyn de ware
herfstmakers in 't bosch; wel zijn er al in
Februari en Maart voorloopers van het groote
de vlakte te razen. D'Annunzio schudt by
iedere waarschuwing lachend het hoofd,
zeggend: Neen l nu nog niet ! eerst in 1909
is 't met mij gedaan; maar ik sterf niet in
een automobile, dat heeft zij mij niet voor
speld. Ik leg mij neer bij haar verdict."
* *
*
Het modieuse huisdier van de dames der
Amerikaanse hèSmart Set, is: een aapje.
Van hoe kleiner afmeting hoe liever, want,
het diertje wordt meegenomen op de wan
deling en nestelt zich in mof, handtaschje
of mantelzak zijner meesteres. Het aapje
met zijn menschelijk snoetje en slimme oogjes,
krij gt 's middags evengoed zijn kopje
afternoontea, als zijn meesteres en haar bezoekers.
Het diertje heeft in den regel een keur van
toiletten, en, aan zijn opvoeding wordt de
grootste zorg besteed. Aapje zal wel eens
giegelen achter zijn gulzig grijp-handje, om
de onuitputtelijke zotheid der menschen.
* *
*
Syeira (Sara) Lee, gepatenteerd manden
verkoopster, door Engeland reizend in haar
woonwagen No. 69, is niemand anders dan
Lady Arthur Grosvenor, dochter van Sir
Robbert ShefBeld, in 1893 in 't huwelijk ge
treden met Lord Arthur Grosvenor, tweeden
zoon van den hertog van Westminster.
Het is een zonderlinge gril van Lord en
Lady Grosvenor, hun prachtige estate"
Broxton-Hall met zijn talrijk dienstpersoneel,
schitterend kasteel, paarden, rijtuigen en
auto's te verlaten om als kermisvolk" in een
woonwagen hun land door te trekken. Zy,
die verleden winter Queen of Motorism"
genoemd werd, stuurt nu eigenhandig haar
woonwagen. Vlak achter haar aan, rijdt lord
Grosvenor met den wagen die hun huis
raad bevat. Syeira Lee's kar is gevuld en
omhangen met manden in alle afmetingen.
Zy brengt vlot de koopwaar aan den man,
Lord Arthur, die er in zijn fietscostuum weinig
Zigeunerachtig uitziet, heeft geen slag van
loven, dingen en bieden". Syeira heeft
groote, grove schoenen met platte hakken
aan de fijne voetjes ; een donkerblauwe rok
en een vlam-roode wollen jersey, met een
rood-zij den foulard in den hals geknoopt,
tooveren de slanke, sierlijke, mooie hertogin
om in een pracht Gipsy (Zigeunerin). Een
paar groote, gouden ringen in de ooren en
een zoogenaamde vijgenmat" met een vies,
verschoten lint gegarneerd, overschaduwt
haar fijn, ernstig gezichtje.
Twee woonwagens, twee paarden en een
hond worden door hen verzorgd. Zij
wasschen, plassen en koken als alle Zigeuners
op de plaatsen waar de paarden worden
uitgespannen. Hun paarden, forsche, wel
doorvoede trekdieren, zouden in staat zijn
hun incognito dat zij angstvallig handhaven,
te verklappen door hun wèlgedaanheid, waar
door zij geheel afwijken van hun armzalige
Zigeuner confraters. Zij leven van de opbrengst
van hun koopwaar, die zy' in 't groot hebben
opgedaan. Fabriekswerk opkoopen en
verkoopen bevredigt Syeira Lee niet. In het
aanstaand winterseizoen wil zij zelf manden
leeren maken, om die in 't voorjaar van
1908 in Frankrijk te verkoopen.
Zy zijn verrukt over hun onafhankelijk
nomaden-leven. Het nige wat hen grieft
en teleurstelt is de wantrouwende houding
der platteland-bewoners tegenover Zigeuners.
Dikwijls wordt hen door boeren in de ruwste
bewoordingen toegesnauwd niet voor hun
hoeven te toeven, geen water bij hen te
halen, want, dat zij het dieven-gespuis voor
geen oortje vertrouwen. Lady Grosvenor
bena een paar zwoele dagen, kwamen ze snel
en in massa's te voorschijn. Dat belooft wat
voor October.
Vooral de soorten, die bij voorkeur onder
eiken-hakhout groeien, zijn voordeelig ont
wikkeld ; de roode Russuia's lijken mij grooter
en vuriger dan gewoonlijk, en in ontzaglijke
massa schieten de lekkere bruine Krul zoomen
ofPaxillen op. De Eierzwammen zijn al aan
hun tweede vrucht-peru de bezig. In de eerste
week van Juli stonden de dennebosschen van
't Gooi vol van die zacht oranje en
zeemleerde zonnebloem en andere groote gele com
posieten die er op gelijken, laten hun stralen
slap hangen rondom de gele of bruine
schy'f of er overheen; de herfstasters, meest
paars met geel, staan nog goed; en ook de
hagewinden langs den weg blijven frisch.
In de weide beginnen de paardebloemen hun
tweede bloeiperiode; dat doen ook enkele
andere voorjaarsbloemen zooals primula's en
dotterbloemen ; maar veel kleur geven ze niet
aan 't landschap; 't zijn er maar enkele, ze
vormen geen massa.
Alleen op buitenplaatsen, waar veel geld
en zorg aan de herfstbloemen besteed wordt,
staat nog veel fleurigs, herfstseringen en
enkele dahlia's, vooral ook chrysanthen en
naakte herfsttyloozen. Ook bloeit er hier en
daar nog een boom,een accacia.En als de laatste
van 't jaar: de trompetboom, groote bladeren
met kleine pruimkleurige er boven op en
trossen van witte met geel en i oode bloemen;
uit de verte lijkt 't wel kastanje-bloesem.
Juist als die catalpa's 't opgeven, begint de
allerlaatste, de klimop; als kleine gry'sgroene
bessen in bolvormige trosjes steken de duizen
den en duizenden bloemknoppen boven de
glanzige bladeren uit. Die klimop is nu, even
voor den bloei, op z'n mooist; de bovenste
bladeren schitteren in 't zonlicht als Japanscd
Top van een bloemtros van den Trompetboom.
(Catalpa). (Uit De Levende Natuur).
leger, maar dat zijn zonderlingen, die uit den
aard geslagen zyn. Ook de zomer heeft
enkele soorten te gast. Maar niet voor einde
September begint de groote
zwammen-campagne. Dan breken ze door met kracht en
geweld, duizenden by' duizenden, in honderden
soorten, kleuren en vormen.
't Schijnt weer eens een goed
zwammenjaar te zullen worden. Althans in deze week,
kleurige trechters, met hun fijnen theegeur;
tot den lOen Juli kleurden ze heele bosschen
geel en oranje; toen verdwenen ze op eens,
en donker-bruine, verdroogde trechters vertel
den, waar ze gestaan hadden. Nu zijn ze er
weer, naar 't lijkt in minder aantal; maar
misschien schijnt 't maar zoo, doordat er nu
zooveel andere even mooie of mooiere soorten
en exemplaren bij zijn gekomen.
Wat is 't toch jammer, dat verreweg de
meeste menschen zoo voor ingenomen tegen
paddestoelen zijn. 't Is, denk, ik de oude angst
voor 't donkere geheimzinnige bosch, die nog
nawerkt; het bosch met zijn satyrs en
nymphen, zijn roovers en wilde beesten, 't woeste
angstwekkende woud van den oerty'd van 't
men§chdom. Nog altijd zijn veel groote men
schen huiverig als kleine kinderen,om 't bosch
in te gaan, als 't er wat schemerig en een
zaam is, en vooral in den herfst als 't wat
nevelig wordt en den bo lem bont gepikkeld
staat van die vreemdsoortige zwammenhoedjes.
Dan kan 't er ook zoo angstig vreemd benau
wend rieken, dan zweeft de herfstgeur over
't mos; en de vallende bladen dalen er zoo
geheimzinnig ritselend neer tusschen de half
kale takken; en dan die bruine wortels, welke
als groote slangen-lichamen over 't mos
kronkelen.
treurt het zér, dat het geestige, naarstige
Zigeunervolkje, voor wie züals kind reeds
sympathie had, zóó te kwader naam en faam
bekend staat, en, zy houdt vol, dat haar
vrienden, wier leven zy met zooveel genoe
gen nabootst, beter zyn, dan hun reputatie!
* *
*
Op 't veroveren van kampioenschappen
komt het in onze dagen aan. Zoo voor man
nen als vrouwen. Voor 't sterke en voor 't
schcone geslacht. Voorloopig staat de negen
tienjarige, Amerikaansche Margaret Frey, be
ambte in een handelshuis, by haar
landgenooten genoteerd als: de schoonste vrouw
der wereld.
De Chicago Tribune deelt in zyn kolommen
mee: Na een nauwkeurig onderzoek gedu
rende i maanden ingesteld, na't beschouwen
en keuren van 200.000 portretten, weifelen
wy niet, het schoonheidscertificaat aan
Margaret Frey uit Denver (Colorado) uit te
reiken.
Wij beweren.dat Margaret Frey de schoonste
vrouw der wereld is, en, wy zullen ons oor
deel handhaven, tot aig land ons overtuige
van het tegendeel, door ons een vrouw aan
te wijzen van volmaakter schoonheid
Reeds zyn Frankrijk en Engeland door
Amerikaansche bladen uitgenodigd mede te
dingen in dezen schoonheidg-wedstrijd.
Het geïllustreerde tijdschrift voor damee,
Femina" is grif ingegaan op de uitnoodiging
min of meer uitdagend klinkend en seinde
naar de Chicago T ibune Acceptons défi."
Tweemaal vergaderde de jury te Chicago.
Van de 200.000 foto's werden eerst een 9tal
opgemaakt, later een Stal. Toen ontvingen
de 5 dames een uitnoodiging van de jury,
z|ch in levenden lijve te vertoonen, om in
Chicago te vernemen aan wie de
schoonheidspalm zou geboden worden. Aidus geschiedde,
en, de jeugdige Margaret versloeg haar hoogst
gevaarlijke, beeldschoone mededingsters:
Gabrielle Worsley en Sella Carson, de
schoonste vrouw uit Chicago.
Kort en bondig vermeldt de Chicago Tribune
over de zegevierende schoonheid: Mirgaret
Frey, L en ver (Colorado) beambte handelshuis.
Salaris; 20 gulden in de week. Negentien jaar,
Teint melk en bloed. Blond. Lengte l M. 73.
Midlel 53 centimeter. Buste-omvang 90 cen
timeter. Laarzen-nummer : 37. Gewicht 62K
kilo.
Frankryk houdt zich overtuigd binnenkort
wereldkundig te kunnen maken, dat de
schoonste vrouw der wereld, eene Francaise
is. Wie zal 't zijn ?
Van het concours zyn buitengesloten:
professioneele schoonheden,
actrices.schildersmodellen en mannequins" schoone vrouwen,
in mode-magazijnen aangesteld om de model
japonnen en mante s aan te trekken, ten einde
snit, kleuren-combinatie en garneering voor
de oogen der vrouwelijke clientèle onder het
gunstigste licht te plaatsen. CAPRICE.
* *
*
Zwitsersche vla. Benoodigdheden: 4 d L melk,
5 eierdooiers, 120 gr. suiker, 20 gr. maïszena,
200 gr. bitterkoekjes, l dL. rumof marasquin,
ongeveer % L. slagroom, 60 gr. poedersuiker,
vanillepoeder, % dL. rum of marasquin.
Bereiding: De eierdooiers met de suiker en
de maïszena 5 minuten roeren; langzaam de
melk daarbij voegen; deze massa roerende laten
koken tot de maïszena gaar en gebonden is.
De bitterkoekjes met l dL. marasquin m een
schotel plaatsen, daarover de gereed gemaakte
saus storten. Room kloppen, daarna vermen
gen met de poedersuiker, de vanillepoeder en
l dL. marasquin. Schotel garneeren met ge
klopte room.
i mm n ii
lltlllllllMIIMIIMIMMI
Die angst is verklaarbaar, 't is een oud
instinct; maar kinderachtig voor wie heeft
leeren nadenken. Er is geen enkel woud meer
in ons land; 't is alles park of bosch,
aangelegd, en bijna zonder uitzondering goed
onderhouden; zoo al niet geharkte, dan toch
bekapt en van paden voorzien. Wilde dieren
bestaan er niet meer; wel wild, maar dat is
ongevaarlijk, en belangwekken by een ont
moeting ; fazanten, konijnen, hazen en patrij
zen, een ree, een hermelyn, zelden een hert
of nog zeldzamer een marter, dat zyn de be
woners van onze park-bosschen, ware bosschen
of wouden zyn er niet meer, hier niet, en
nergens in heel Midden-Europa.
Mogelijk ook ontstond de huiverigheid voor
paddestoelen bij sommigen niet zoo zeer door
hun geheimzinnige schuilplaats als wel door
't idee dat ze op afgevallen bladen groeien,
altijd op vochtige griezelige plaatsen, waar iets
aan 't vergaan is; ook lijken ze zoo kil en
glibberig, en zoo giftig van kleur en zoo leely'k
duf en schimmelig van geur. Zy, die hierdoor
een afkeer van paddestoelen hebben, kennen
er maar weinige ; ze oordeelen naar enkele
indrukken.
Er zijn paddestoelen die ook het l goed in
't licht groeien en op droge grazige plekken
op de duinen zelfs; de meeste zijn volstrekt
niet glibberig of nat op 't gevoel; sommige
soorten rieken lekker naar thee, meidoorn,
anijs of anjers, en worden op den reuk onder
scheiden van ander soorten.
En giftig? Och, het aankijken of aanvatten
zal stellig niemand in gevaar brengen. Er zijn
giftige paddestoelen, dat is zeker, evengoed
als er giftige bloemplanten zijn, zooals de
aardappel, tabak, paardebloem, papaver en
belladonna en dolle kervel. Wie paddestoelen
maar eerst mooi leert vinden, mooi door de
kleur, goed passend in de omgeving van mos,
dor blad en boomstammen, maar ook mooi
door hun vorm, die overwint al spoedig de
malle vrees voor vergiftiging. Er zy'n er maar
enkele die inderdaad giftig zijn, en dan na
tuurlijk nog alleen als ze in voldoende hoe
veelheid worden gegeten.
Wie buiten woont of vaak naar buiten- trekt
om 't genot van de vry'e natuur, en vooral
wie van 't stillebosch houdt, ontzegt zich een
waar en edel genot als hij zich af keert van de
paddestoelen. Wie maar eens een kleine
gemakkelijke overwinning op zich zelf bevoch
ten heeft, vindt de aardgeur niet akelig meer.
Wie wat mooie paddestoelen plukt om ze
thuis in een ondiepe schotel op de salon- of
werktafel te zetten, goed gerangschi t naar
kleur, vorm en grootte, die is al gewonnen
voor de studie van de champignons. Ze te
gaan eten, en zelf mee te werken om ze tot
volkgvoedael te maken, (wat ze sedert lang
in andere landen zijn, dat behoeft vooreerst
nog niet. Leer ze maar eerst van aanzien
kennen, de naam doet er niet toe, maar
kennismaking moet voorafgaan aan de vriend
schap. Dat is 't eerste stadium, dan komt de
nadere intiemere verhouding, 't Seizoen
begint pas, ik kom er wel weer op terug; ik
heb nog alty'd hoop, ze bemind te maken bij
velen in ons land.
E. HEIMANS.