Historisch Archief 1877-1940
1583
D E' AM STER D A 51 M E tl 'WE E KB L A D''VOO R NEDERLAND.
zijn ir r dan icripressionislief". Ik wildeslechfs
dat men van de beide poezen de kla?elike
ellende en de gekoes:erde behagelikbeid be
grijpen zou, ook van de mïnsen iets en
dan iets van den dichter begreep.
"Toch hoop ik ook met deze verzen de
vastheid van plastiek te doen bewonderen,
en de vete deugden die sjj bevatten en die
te releveren overbolig is.
Wat den innerliken gang van de cyclus be
treft, bij is deze : De dichter leert de
schoonh*id ook in de stad en hairsmartelik leven,
zien. Een weerkeren tot zjjn dorp :
En in gondregen schreden wij teeaam,
Mijn liefste, die 'k hervond in zon en stilte.
Waai nu ver heen. o hemelwind, de kilte,
Wuil om ons boofd, fluisterend Liefde's naam!
Liefde, mijn liefje, waart gij n-e ook nabij
Toen 't stadsgedruiBt'h dreunde in mijn schuch
tere ooren,
Of kon 'k uw tonen slecht a vereenzaamd b ooren
Met Diets dan rust tn vreugd rond u en mij?
gteikt rustiger besef in hem tot een hoop volle
schoonheid,een verwachting diede werkl:kh>id
verbeertikt en de Aarde tot den Hemel heft.
IV.
De Galerijen van mijn Smart en Vreugde'',
verzen dia in de eerste aflevering van De
Beweging" verschenen, getuigdi n, meer dan
ieder redelik betoog, van een jeugdig-krachtige
voortbloei der poeiie. tze verzen verenigen
in zich al wat poëzie leven doet.
De Galerijen van mijn Smart en Vreugde"
geven een droom van geluk. Alle verzen in
deze reeks dragen van dit geluk den vollen
klank.
--? Ook in Affodillen" tn Mijn Droomen" is
het de ongebroken brede lyriese stroom van
gedachte en gevoel, van leven der ziel, die
geleidelik vervloeit tot een helder kris'ahen
vlak van diepe bewustheil Uit deze bewust
heid gesfaltte bg met een ongewoon vi raio
gen van pia^ties beeldende fantasie de ge
daante ener klare schoonheid.
Ik geef hier ditene vers waai in de gedachte
hit voornamelik te zegden heeft, inaar dat
niettemin naast de meer aan ioenlik bewogene
kenschetsend is.
Eens- stierf een grijsaard in het vreemde Janei.
Bij); wilde rutten m geboortegrond.
Zijn kist stond op het sdiip. e golven blond
Flonkeiden ver, daitel in zonnebrand.
Met vrootke gasten was bet schip bemand.
Zij dronken wijn. Uitbundig zong hun n ond.
Zij zaten op de kist tn in bet rond
Een wijnpias vloeide langs withouten rand,
En spelen we allen niet ons dartel spel
Waar gij, doodstille wijding, beter waart:
Lachen en zondigen wij op geen graf ?
Wulpschen en onnadenkenden, weet w*l;
Dat menig doodshoofd uit zijn diepte staart
Naar. u omhoog en leert uw blij.Ischap af.
Mooi is van dit sonnet het sterke uitlopen
in de laatste terzinen, waar, in een siijgin;?
de kracht wint en htt sonnet vast en rusiig
in den geest staat.
Van Mijn Dioomen" wil ik bet tweede
sonnet aanhalen dat door bizonder kleurige
fantasie ongemeen lijk is:
Mijn ziel is als een zee, in vroege stonden.
Zij wacht hetmorgenliclt dit door /al breken
En> door koralentvtijgen Wondend leken
Op de goud-schemerend bemoste gronden.
Waar de gewassen donker zi.jh doorwonden
Is het nog nacli ; maar in de rui ue streken
Zie 't weemlend water zilverig verbleeken ...
De viisehen wachten siil met open monden
En straks, als de eerste goudatraal breekt, gaan
ze allen
Omboog in flankerende duizerjdtallen
Metalig 'blauw, n goud en zilverolank,
En de zeevrouwen gaan in bleeke scharen
Door 't weeke licht at om l air zijden hart u
Glanzend, 'droomerig etreelt hür leden rank.
Ook hiejr de versterkende stijgiu-J. Het
vrouwelik rijm in de twee voorlaatste verzen,
de verbredende ee-Klank die deze verzen
beheers», maKtn de goWing hier luirner eu
dit wordt nog mér geaccentueerd dour 't
doortrekken van het ritme over de rij:ueu
.heen tot ia. den laatsten regel. Welke laatste
regel dan door div even ophouden van den
ritme g mg achter 'glan/.end' en door de af«
Hgeling van, tiochaeëii en jamben, een slinge
ring krijgt, een deining die ongemeen beeldend
is ^ oor de golver.de beweging die valt weer
te geven. Zie ook hoe hier stijging gewonnen
wordt door de steecis strakkere inzet der
laatste verzen : ^ ^ ? > ^ ' ;
v_- <_? - ; Eerst met t wee, dan met een diling
en ten slotte met een hiffing, zet het versiii.
Dit zijn van die kleice voortreifelikheden
waaraan men den rntcs'er direkt hei kent,
den waren dichter, wiens sterk opdiingend
gevoel vormen van rituie en maat behterat,
en naar eigen gedaante herschept.
Het is niet de ger'ngste deugd van
Guttelings verien, dat zij steeds zo vorm
vast zijn. Zijn sonnetten zijn geen
sonnetteuin- naam (gelijk de meeste gedichten die tegen
woordig voor sonnetten worden uitgegeven)
maar zij zijn sonnetten uaar geenteliken bouw,
naar weze-nlike inaerlike gedaante. En waar
deze zuivere sonretvorm niet voorkomt,
heerst bijna overal de harmoniese, geserreerde
groepering van vier kwatriji en, deze de meest
juiste voor het minder hartstochtelike, meer
beKoncene vers.
De kunstenaar, die het zich niet te makktli
maakt, maar met het mateiiaal waaiin hij
zich uitdrukt strijdt, die zich strenge wetten
stelt en de vaste vorm als een krachtige
maar lenige betomin* van zijn gevo.l behoudt,
behoeft niet te \ rezen ooit ongevoeld,
krachteloos werk te geven, want alleen de
sterke gevoelsdrang, zal den strijd bestaan, en
al het waardeloze komt niet tot leven.
Guttelings werk geeft het bewijs hiervan.
'Er is in dezen gehelen bundel geen enkel
gedichr, dat een zwakke spontaniteit verraadt,
nergens aarzelt de stem die steeds klatkvol
en zacgerig ia. Waarlik, indien wij ons hier
in HiHand ooit verheugen mogen over de
verschijning van een nieuw en levensblij
dichter, dan nu.
Deo. 'Ü. 51 AU RITS UÏLDERT.
Etn ondengeiid
Miserabel spel van Lanaeloet met Sanderijn.
Om dit luxurieus" geïllustreerde boekje,
dat inderdaad, als de omslag reeds waar
schuwt niet voor kinderen" is, zullen mis
schien sommigen zich boos maken. Het abel
spel,' waar dit een parodie op i?, schijnt hun
niet miserabel genoeg, on er tóó mee te
cpelen, ja, in het geheel niet miserabel, maar
fijn en lie-f, Toegegeven nu, dat bet a tijd
wenschelijker en smaakvoller is, mtt iets
waarlijk belachelijks den spot te drijven, zoo
kan men Uch deze snakerij zeer wel ver
dedigen.
Men kan het n.l. róó opvatten. Het
toonee'.spel in kwestie behandelt, op een mooi
nienscbi-lijke en fijne wyze een uiterst banaal
geval. Djor dit geval nu, zooah de auteur
doet, in onzen tijd over te brengen en de
personen een gemeenzame taal te laten sp.
eken, maakt hij niet zoozeer het tooneelspel
belachelijk als wel het feit, dat er ook in de
zond." zoo niets nieuws onder de zon is,
dat de moderne menscheu nauwelijks
vcoir.init"
Tlic oltlest siiis the H \vest kiii'l ot' \\uys"
Of willen we liever maar in het geheel
niet raar een verontschuldiging zotken ? ...
Wam de zaak is, datde:e jarodie eigenlijk
wel aardig -geschreven is en de luxurieuze"
illustraiies voor een deel wel heel aardig zijn.
De schrijver, een paeulonymu?, die in het
jargon van de demi-monde, ? moet men
7e.rg n, in benijdenswaardige mate??thuis
schijnt te zijp, heeft de grap nogal sober
opgeva', zich goed beheerscht. De moppigheid
zit er behalve in de mingeslaigde inlei
ding van den z.g. di. Hazelaar niet al te
dik op. En in zijn onverwachts gebruik van
heel familiare woorden zit wel een factor van
geestigheid.
Na het motlo, een variant van het ca se
fait, mais ca ne se dit pas," komt een voor
ei ilootr," die wel vermakelijk is, al staat er
n fou'je in, dat men niet zou hebben ver
wacht.
Sauderijn toch was toen de fijne r'ddei"
haar ten huveüjk vroeg, ook niet meer een
demi-i-ier^e. Doch dat is-»tot daaraan toe.
Het begin is in zijn beknoptheid wel goed.
,,Ik sla liiei' iu Je intini'si-hijn
En \\;up!it tic scl.oune SauiU-njn.
en de aan klassieke voorbeelden geschoolde
begroe'irig van S.mderija.
(ii-groet, o eed Ie Lanscloit,
llue vaart uwer Met mij ga-jt 't goed"
Ovk Lanfe'oets beschrijving van de sil natie:
,,'k heb maling aan Mijn Koninkrijk. En 'k
vraag jöhier ten huwelijk" en Sanderijus
bezw.aar : Gij zijt de eerste van het land,
En ik ben van veel mindren stand,' zijn raak.
Evenzoo Lanseloe'.s belofie aan de moederlijke
koppelaars'.er : Ik zweer, na afloop der séauce,
eloe 'k afstand van mijn me-al l ia nee." Ook de
aankondigingen van Sanderijns huwelijk met
Ridder de Ftjnp, en van de geboorte van huini'3
dochter Uancelina", zijn goed. Daar is de
m-il'.igheid even aangedui i, wat, ttcli a tijd
het geestigst is. Elders is de tek^t wel eens
te uiU'oeiijj, en dientengevolge grover.
En iu die luxurieu?.e ' illu-traties.
Wel. die zijn lang niet onverdii n-ite'ijk. Z-i
'/,\}a wel wat ze moeten zijn. Ueei eenvuii lig
en frappant geteekend en /-6f>r in den gees-t
van den tekst. Ze herinneren pan Beardsley,
doch zijn minder gestykerd en minier gezocht
dan diens tee'sei iugen. En ejr is als liet ware
een luclr je aan, dat het imiócente en erol ische
mi i'u in k *-ettie suggereert. De beugelta-ch
van de juffer op het titelplaa'je fcbijut mij
zeer ter snede aangebracht.
De pakjes, dj kapsels, de houdingen en
grijnzen der julFers doen het uitstekend; er
is in echier t IkeHju ietf geraflineerd obscenB;
ook in de plaatsing en verdeelingdtr zware
i n witte vaiben. En ilat moet dier. In wkere-n
zin zijn de teekeningen ilan ook ma i o ea:er e-n
onvoegz.iiner dan'de tekft. Heel goei is d-i
mama Lan-eloer, de [insinuef r( ede jatioie
en Sanderijn tijdens het tconeel ia den tuin,
met haar sluw q'ia^i-zedig lachje. Jammer
dat Sanüerijn later de blon Ie pruik voor een
zv. arte schijnt te hebben verwis-e!d eu dan in
het geheel zoo goed niet meer ^or.lt.
Lsnseloet i-i wel een echte geur-en plezierrnaier,
doch Rein'ju; en d3 ridder zijn ge-en levende
menschen geworden. Weer bet< r dan Ie voren
wordt de getrouwde Sacderijn, die vo komen
gemeen genoeg is!... Ook geslaagd ij de
traditiont-ele Londcnbegroelin^ op den ach
terkant.
Ik wil hst honi soit qui mal y pense,"
dat ocder dit drastische prentje staat, den
auteur en den teekt naar niet naspreken, ook
niet in scherts.. Wij moeten zulke dingen
aanvaarden, zooals ze zijp. Dit boekje is een
geslaagde en vermakelijke ongepastheid.
Neme aanstoot, wie wil. Ik zal hem zi.n
efgen is niet euvel duileii eu :ijn blos niet
misgunnen.
CoRXELts VETIT.
Z<) i't'ndm, door SAMUEL GOUDÏMIT. Am
sterdam, van Holkema it Waiendoif.
Wanneer ik hier ga zeggen, dat Samuel
G )udsmit, de jonge Samuel (fuudsmit, naar
mijn rneeijing de grootste van de Jord.-ct.o
prova-schrijvers in Xederland is, behoe-fi in-n
ni4t bang te zijn, dat ik hem o?er den
l'etasin til... hij heeft difn nog niet bcsie
ge-n. Zijn ros is niet gevletkt hij kent geen
dichterlijke vlucht. Samuel Goudsrnit is
prozaschrijrer geen dichter.
Maar dan ook, welk een glorieii3e ver
schijning. Deze man heeft de dubbele deugden
van den Jood en den Nederlander te samen.
Dit is ras cultuur ik wil zeggen, veredeling
van den stam.
Warmte, g^roel ea toch ze'.f belwaa<. Hol
landsen. eenvoulïg, onopgesmukt, maar
zonder het lauwe, het kille. Nergens een zich
bedrinken aan de eigen woordroes ; geen
enkele maal een zich laten meegaan, zoodat
sentiment, sentimentaliteit woidt.
Rotseerlijk als Spinoza en even onvermurwbaar
scherp inet een tot het uiterste gaanden afkeer
van alles wat niet innerlijk, innig en waar is,
Quérido, onmachtig de van de vaderen geëifde
ux de bouche af te wei nen en nu trach
tend van 't gebrek een deugd te maken, door
het tot een monstrum van woordwerk op te
blazen; Heijermans, met een sterken wil, een
ijzeren energie begaafd, zooals alleen een man
uit het ia, dat dulden tot erfdeel heef:, ee-a
klein natuurlijk schrijftalent tot iels schijn
baar groots en krachtigs doordrijvend afwis
selend zuner photographiieh beschrijvend,
dan verrassend snel combineerend en
coir.pi'.eerend; vernuftig, haliel, handig, maat
schappelijk, en vruchtbaar als een echte zoon
Israëls, niet af keerig van een litterair gewin
zelf-! ten koste van 't eigen ras. (De blinde
vader in Ghetto, beschouwd als schepping
van een Jood), maar ook hij «allend met
de eerste critiek (die van Quérido op Dia
mantstad) geschreven met ras-intt;nct. A e
tiino, hopeloos eedzijdig in ee-n eerlijke
melancholie, tn ten fclotte, als e leerling
van den tooverwar, die 't bedwingende
wachtwoord niet meer kende, overmand door
de droeve geesten, die hy zelf heeft opge
roepen.
En dan eindelijk . .. eindelijk Samuel
Goudsmit in dit boek Zorhndtn, reeds als titel een
symbool voor het hee'e ras, dac gedreven in
den maalstroom der volkeren, na diiehonderd
jaren van vrijhe.d bij een verdraagzaam, braaf,
volk, zionisme heimwee krijgt raar een ver,
onbekend land, dat bet ras eigenlijk nooit
veel meer dan het symbool van een vader
land was.
Dit boek is geen aangenaam boek. Als gij
er in begint te lezen is het, alt-of gij, een
wan leling naar Zeeburg willende gaan maken,
eerst door de Jodenbuurt moet.
Het is bet Ghetto niet bet Ghetto waarin
het andere volk hen opslojt, maar het Giietto,
waarin zij z'ch zelf e o}>sl jten, dat zij mee
dragen, door a!le landen en aile eeuwen, het
Giietto dat hier uitverkoren volk" en d:iar,
verdrukte natie" heet, maar altoos is een
afzondering door uitzondering, afzondering
door trots of door serviliteit. Een Joodsub
hart is altoos een :aam. Het zoekt door famdle
un, gezeiligheid,sainenhokken,doorgeaieeiide
liefde en ongemeende vleieiij, door liefde .ol
en mededeeUaain afdalen en toenaderen i'f
zelfs assimi'atie (A. O. Wertheim, MontefiorP,
Da Costa), door stug-trotsche verhevenheid
(Spinoza) c f ge-niale opdringerige inmenging
(Heine), door verbroedering en versmelting
(Maix) die eenzaamheid, dien diepen,
viteselijken afgrond der psyche te ontgaan.
Maar het is alles vergeefs, hij de Jood,
blijft de groote, eenzame zwerver, zoo een
zaam, dat zelfs de dood ! m niet verlost.
Vlo»-k of zegen wie za bet uitmaken,
sedeit wij erkennen dat lijden een bewijs van
uitverkorenhe:d is, en Christus, de heiligste
geest, ook het rnést geltdtn heeft?
In X'tikenden .ijn alle menschen eenzaam.
Allen leven op zich zelf t n voor zich zelf,
ieder is de eenigste Lewoner van het heelal
en erkent alleen zijn leven a's het ware ea
het voornaams'e.
By den eersten regel begint het reeds:
Sindj Joop zich van hen (zijn vader en
moeder) gescheiden had en zijn /aak begon
nen was aan de o ver jij..." Dan komen de
ouders van Joop, zijn vader de ouwe t5eem,
die nog wel wat voe-lt vo<r den zoon, maar
toch. bij leeft alleen zich zeif en
waVopon^ren H, «eet hij niet. De moeder, als de
teef, die 'c j >ng afbijt van baar kluif en het
dadelijk daaina met haar eigen melk voert
alleen instinct moeder. Ik zou alle figuren
uit dit boek moeten (i-n kunnei) opsommen
om d,t eenzaam zijn te bewijzen.
G mdsmit heeft dit, Liet van te voren ge
Mild en waarschijnlijk toon ik he:n voor 't
eerst dit perspectief in zijn leven<-kijkspel.
M.iar het getuigt tr voor hoa goed, hoe
onovertrefbaar goed. deze schrijver de psyche
van d3 d )or hem beschreven sfeer heeft door
grond. Als van een roman de psychologie
juist H, kan men eigenlijk al zeggen, dat hij
als kunst werk gesla-igj is.
Maar Goudsmit kao mér. Hij doordringt
niet allten zijn personen tot op het- diepste
van de ziel hij weet ze ook allen, allen
zuiver zie i te laten uiten. Als me-n een paar
hoofdsluüken van dit boek ge-Jezen het fi, ver
geet men, dat m< n hier leert, dat men be
schreven v,erk voor >ich het ft ; men léft
mee, men leeft tussche-n deze personen.
Het is een me'amo.-phose d.e ge onder
gaat zooals do re us die zich in een
iet u'*? «.f in cei muis k(n vtrcudt n n zoo
verpndcrt gij, lerend, in n van de mci,tc:ien
uil de..e geschil di-nis, dia een z\ujg n l aan
deel neemt in het gereiüen. Gij ziet de
u;er.echen !<u;>en en bewegen, hoort ze spr. ken
elk met de eigen stem ; gij voelt, al naar gij
in dj..e familie verkeert, medelijden, afkeer,
toorn, veracluing, sympathie....
Dit is niet pijnlijk juist photografeeren of
nauwkeurig be.-chrijvtn, maar dit is schep
j>^n. Dit boek is als een wereldbol in do
rui/ute i,e;;;vierd of als, oen ziel- inademiiig
in stof e 11 ik heb ged.icht aan dat wondere
Joo Ischo type van MO.«H, die zijn staf in
e--n U'ven leu s 11114 veranderd;. Hoe is iiet.
mogelijk, dat met zoo iets doods a's bedrukt
papier een zoo levende wereld vau denkende,
voelen Ie, spreken Ie, zich bewegende
menBchelijVe wezens kan geschapen worder.
En wat armzalig gepruts levert ook de
meest volmaakte techniek door photrgialie,
kinematograaf en- phouograaf i.aatt, et n zoo
levend, bezield kunstwerk a's dit. boek.
Met schijnoaareenvoudige middelen bereikt
G udsmit dit alle-s. Ik mag niet zeggen, dat hij
zoo vrij van voorgangers en meesters is, dat
men aannemen kan, \ óór '80, vóór Van Looy,
Netscher en andere scheppers van het nieuw
f.roz:-XederUinds'ch, zou Goudsrnit zijn boek
op dezelfde «ijs geschreven hebben. Dat is
niet te, bewijien. ,\Iiar Goudstnit heeft toch
eigenlijk meer, zooals Heine zei, den regel
gevolgd, dat ieder ook in de litteratuur een
grootvader heeft. M iet de vaders, h=t voor
gaande geslacht waren '.ijn meesters, maar de
oer overgrootvaders, de oude Hollaüdeis ais
Geaard Dou, Jan fc-tee-u, de iloogh de
:odu'.diga beschouwers van de realiteit, de
f ij nsc hilders, zooals 't volk zoo
teekenend zegt, dezelfden waarbij Hildevranl
zijn licht heeft opgestoken tenzij dan,
dit men ('icprr wil gaan en zeggen: Zij
schiepen zoo, o.nilat hun ras, hun aard zoo
was, wat weer samenhangt met klimaat, licht
en sfeer. Fn dat nu een .lood zich in zijn
werk, zijn werk dat toch een Joodsch milieu
weergeeft, zoo zuiver, zoo volkomen Ne
derlander i*, wat zijn schiijftechnitk aangaat,
geve te denken aan degenen, die nog altocs
den Xederlandschec Jood wel gaarnea!s vreem
deling zouden willen beschouwen. Xeen, neen,
driehonderd jaren \ an vrijheid hebben zelfs
dit ras ten slotte n gemaakt met een bodem,
waaiop het zoolacg nu heeft geleefd met
lustig besef niet meer opgejaagd te zullen
wo:den. Een Ktisai.-clie J< od lietfi nie's van
een Kus; een Dtiitsche Jood is in een uur
van een Duitschen Germaan te onderscheiden.
Maar een Nederlands :he Joo l, een chte, een
met gevoe', die weet, dat ook hij in Nederland
ziwii vaderland heeft gevonden.
Nederlandsen, is de techniek van G .udsmit.
Ik wii daar e nige voorbeeidtn van geven.
j.en uitzicht in een provincie stad-straatje:
Tut de kamer, drie traptreOjes lager dau
de winkel, za<;en ze over de keien heen,
naar 't smalle huisje rechts aan d' overkant,
gehinderd alleen door de glooiing der hoofd
straat, waar 't met z'n lage deur en ramen
achter wegdcok. 't Was 't laatfct zichtbare
huisje daar, onoogelijk uitspitsend geveltje
van smoezelig chocoladebruine steenen met
ouwe kalkvoegjes uit gekrabbeld giijswit, twee
sina:-h';O<:e ramen met bitiln; kozijnen, n
met v 11 en vleeïch op aangehaakt
uilstalplankje, n met koschere kaas en potjes
poijes."
Een vrouwe portret: Voor 't tweede raam
zat Moeder, liever in den canapéhoek, waar
ze verder zien kon, met ouwe beringde han
den ondersteunend 't smalknokige hoofdje,
waar de gouden pince nez, voor op de magere
neus, vreemd jong dartelde in het tanige van
de trekken en onder 't ouwelijke van 't
leigeel doorstreepte bandeau-zwart."
Een ander portret, ten voeten uit:
kwam Jette van achter, moeilijk-zwaar
sloffand door de gang, eindje tong uit den mond,
poflig en warm van koken en eigen dikte.
Haar rooie haar was weggezakt uit de kam
men, sliertjes. klitten op 't vierkante bezweete
voorhoofd, e wenkbrauwen leken daar twee
licht aanrossemle vlekjes op, dadelijk daar
onder de vadsig ver;.akte kuiltjes van
oogengrauw. Groot, vierkant was haar heele gezicht,
leig van afmetingen, de huid egaal
bezonneelippeld; de kin kwabde waim gummend
vooruit met zachte haarvla'plokjes; ook de
bovenlip, door de onderlip overspannen, had
voel rossig dons. Ze was klein en dik, altijd
rnet dea buik vooiuit, de banden gespreid
en naast zich zwaaiend als om haar zwaarte
in evenwicht voort te ro-ien."
Ik geloof, dat is realisti-che plastiek, riet ?
Er is in dit wondersrchoone boek een pas
sage, waarbij mijn hart betfda van ontzetting.
Als I'.ak sterft. Ik werd minder gein fl'en
door het dramatische, door de heroïeke tra
giek van het geval een man, ttervend,
clie nog vóór 't sterven wat wil zeggen, wat
wil, een oude vader, die een ongelukkige
dochter op zijn sterfbed voor 't uit het huis
zetten door wrecde broers wil voorkomen,
door de broers een gelofte op 't stetfbed »f
te nemen, maar door den dood zich voelt
overweldigen en met zuchten steifr.. Wat is
de blinde Oedipus als iragedisch geval tegen
dit tafereel? Wie \él heeft gelezen, voelt
zoo iets len slotte toch meer als mooi geval".
Maar zouals Goudsrnit dat sterven beschrijft,
stnuk'oos, eenvoidigweg, maarzoo diep innijf,
zoo tot in 'c hart van 't mysterie van den
Stervenden inensch binneudriagend, gaat
rnen aan de oud Joodsche profeten denken,
die immers ook hier op aard al wisten wat
het leven hiernamaals is.
Ja, G, ud.-mit hee-ft hier iets profetis :h.
Xooit voor hem is de stervende mensen zé)ó
tot in zijn diepste roerselen doorgrond. Is
het dan toch waar, dat God mtt dit volk
een verhoed heeft gesloten ?
Vindt gij nu heelemaal niets aan te mei ken
op dit werk ? Mij dunkt een critiek is toch
wat anders dan een hymne. Ik vind niets aan
te merken... ik kan de.en joegen man geen
toekomst, voorspellen wie dit heden heeft,
h< eft '/.ijn loeko j et 7( ( ds daarri. Als Ge udsrnit
nooit minder wendt dan n.iüg< n allen, die Min
de Niderlandtehe litteratuur houden, zich
Verheug-en.
Men wed de?u'ken zijn onder de liedtn
van 't vak ze dia»ui. Aan hen, het
giootdoeneiige uit de hoogte oon.'eelen over een
meerdere die hun, bij zijn tweede boek,
al oveitieft. BKU.NAKD CANTEK.
Mz&lat
40 ? ? n t« per r ? g ? i.
NIEUWE UITGAVEN.
Uit let len ii, ran Mark 'I umin.
Autoblographie, door J. DE Hooi' CIIKI-TEI;. Haarlem,
Vincent Loo^es.
M ari'inl'iif s i.i'il.'ui'l'>'reid<> Fum'd e Ku'ender
voor l-tl jnar \\\( S. Vollniijje kalender n.tt
ta^botk, munttafel. zcgeitarit f, lijst van
tiui'atimr, en/. .\uv-e-.ien t n bij ir,)<_"en
iiui.Bernard C'ai;ier, l'e <n ede Ver vacht ng ; 'f.
II»j:e)an, Do Ku.is! i\-is; T. M. Vis?er, De
Kiek"; F deöiuclair, Hoe meneer Knop vcor
baby zo-g'e; B. S.ichter, Ken aangenaam fak;
Ken llee; euparlijlje in de 18e eeuw, geul.; 14
groote platen naar: Ileinbrandt, Frans Hals,
Jan Steen, H. W. ile^da/, A. M. (iorter, H. J.
lla-rennan enx. Treinien : Een gezel-'ebapfspel
ieliteld: Het pjel der .'Jij bees'.en; Ktn porte
feuille almaiiak.
J't: Mn'ilin Eii.'iij-retclie 1'ij-d en Mi-hl.-^f/iDn!,
door A. Utrecht, i>;e)ondi uk Ie li.driMrie"
iii' K'/ntiflimr in h«ir Ir"/' tij</perktr>,tli;or
l!i;\i;[ Kviius, j^dei-l, i,ll 4. Ue < iothische stijl
ia N t deih'i il.
Keik en .-iefe, stiie I, Xo S. D? Jfzu'u
lenor(/c, li'ior II. EKMANN. Baain, Hoi'andia-druk.
d'ixdtn ku-iinit, tien n.inan, door J. ^'TEVXEN*,
2 Jee en. Rotterdam, MeiuJert Boogaerdt JUP.
Inhoud- van Tijdschriften.
Cacnl'm, N o. 10: 1) >. Oours de (iymnastfyue
rhythai que" van EuulJt i]';e-.s a'.ciOie, door
Catb. van Htnnes. Te Saloine \an Sirf.uss,
dtior flenuau Kutteis. Iiahaansche opkra
ondernemingen, door Hollaiult-r.
Maarijdelijkrcli overz;ct)t. Mu i kheiichte-j'.
Med= tl-ciiogen ran nie/'u aan!
Muziekbijlage Die stille ctadt", door Koi ;\uiler.
Op di' tia<ig/.t>, Oct.-i 11.: L'o kroonpiinses
Cetilib" van de Norddeutscher Lloyd
Bij age: Onweer te Warmond, foto dr.
Neuhauser. U ,-er de maand 'die heenging.
Over hotndeittelt, elo'jr Ej;cu-.?Een nieuw
Doek van d>-. A Knyper. Een dierenwereld:
in puiseleir. Fotoj:raUe als ten kunst.
Ari^ocraien, vervolg loniai1, door J de Mees
ter. Wi:je, door Hennütte Holst-ilendrix.
KiltJHij in de na uur:
LuclitaLiegeiir-g.Béen Ans, door Van mar.?Si i'te, niettepr.,
door J. C'. \V.ial. Kdvard Uagerup <; ,-ieji,
door Herman Kuiters. - IVrrette, naar Ktn
Ba. in. - Diamaiische kroniek, door L van de
Cappelle.?Ken schilder van degrootindu-trie.
FabriekJLntnsc'ien, door D. Veltinan.
Haat, naar A. Ttchectu 11'.
De Aarde <n haar \'olken, Xo. 4, : Reis door
Nubië, door V.. Amt liUeau. Spel, I Oude
vuurbt-rj:en a»n den Kiju. Uit Kamaroen
Twijfe'. Op den Apenberg bij Fa-lang.
Harsinzameliijo; in Zuidrt est--Frankrijk.
Goede raal. Feuilleton.
Hfi 2'ooTiet/, No. 4: AfdeeLicg Amsterdam
Wederoproeringen. Bo:tenlamsche kro
niek. J. K : Chacurj s i vie Amsterdamsche
kroniek. Kcipie.'s en snippers.
Toonkunst, No. 4'2: Mn,:igale
.,1'ienemanntn". Ue ontwikkeling van deu modernen
ir struinen! alen stijl om&treeks 1750. Berich
ten en meded elicgen. Uit het
vereenigingsleven.
£?'gen Haard: Xieune luf-de, door Lute
Klager, 1. Tersehelling tn het n'eave
kustlicht op den Braudaiis, dooi F. F. P.
Bins, I, rnet afb. Droe f,tieel-je.?Dr. A.
Kuyper, anno aetatis L\'X, :'oar J. Postmus,
met portret. Dr. A. Kuyper in zijne
S;udeerkamer te Amsteidain (1897), naar eene
voor Eigen Haa-.d opgenomen futo. Het
krankzinnigengesticht Endegeest," door W.
P. J. M. v. d. Heuvel, I, mtt afb. Inge
zonden. -- Feuilleton. De Keizer komt.
Luchtfcheepvaarf. Tooneel en Jliuiek.
Om een hond, alles met af'o.
COGNAC J. & F. MARTELL
Vraagt Uwen Wijnhandelaar naar dez«
absoluut zuivere Cognac, welke vanaf
? 3.5O tot / S.5O p. flesch geleverd wordt
Generale Agenten voor Nederland en Koloniën:
KOOI* J! A 3 S <V BltUlAif>ii,
A M S T K II U A Tl.
Verlangt s.v.p. stalen van onze
nouveautés in zwart, wit of geUeu'd
van 64) cents tot U gulden per .Meter.
Specialiteit: Zj'destoffen voor
Gezelschaps-, Eruids-, Ba!- en
Wandeltoiletten en voor Blouses
Voering enz
Wij verknopen slerhts gegarandeerd
soliede zijdestonVn direct aan par
ticulieren, franco vracht en rech
ten aan buis.
SCHWEIZIR & Co., Luzern H25.
(Zw tserlanrJA
Zijdestoffan-Export. Kon. Hofl.
luchtkuuroord van Nederland,
, ,,.,,, n D
Huis iste KaBg: Hole! des Pays-Bas.
Mat. pr. Tuin. Pension. Omnib. Fl.lichtenz.
-Echt
'
Eenige
Fabrikanten
V/.BengerSöhuc
Stutlgarl
Hootddepót te AM&TKKUAM: Ka^tr/ -tr. 157
K. F. DEÜCHLE-BIKCER.
FBBWKANTÉK VALTON IONEN.
'
Geill. prijscouranten, attesten en 'ijst!
onzer contractanten worden gaarne d )or
ons franco or> aanvrage toegezonden.
OPGERICHT
1870
GEVESTIGD
E HAARLEM
BOUWT ,e NUNSPEET
, VELUWE.
Inlicht. b,d. Vereeniging Kantoren
voor Vaste Goederen in JXederiatad te
Nunspeet.