Historisch Archief 1877-1940
No. 1584
D E A M S T E R D A M M K U W E K K B L A D VOOR N li D K R L A N 1).
o
&
Notre Exposition Générale
DE FOURRURES
aura fieu CÖimancfie 3 ^Qundi *f ^ïKprdi 3 cT(ovem6re
nof
vitrine f, seront
exposéef nof dernière?
créationf a de$ prix
avaniageux. ainsi gue fey
fourrure$ fefpfuf raref
et lef
précieuse?
fa sofid/féet Ie bon uscrrs
de foufes nos fourrurss
llllllllllllllllnlIllllllllllllllflIIIIIIHIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
de handigste, 't meest verdienende
voddenraapsterg van Parus. En dat alles omdat
madame Coulet's inrichting haar heeft gered
van den hongerdood.
M. K.
iiilililliiiiiiiiiiiiinliiliiiiiiiiiiiliiiitiiiiiMi i iiiiiii iiiiiii in Minimin i
Huwelijk van Gladt/s Vanderbilt. Lord
\\emysi. Alice Rothschitd. Be
schrijvende schoonheid. Marie-Thér
seCharlotte de Francf.
Over een paar weken, zal in Trinity Church,
te Newport. het huwelijk voltrokken worden,
tueschen Gladys (spreek uit: Gleddes) Van
derbilt en den zwierigen, jongen,
levenslustigen, mnziekalen Hongaar: Graai Laszlo
Szechenyi.
De graaf is in de eerste kringen van Weenen
<jn Budapest, de lieveling van alle dames, die
nem steeds met zijn bijnaam Lalla" aanspre
ken. Het is te hopen, dat de zelfbewuste
Amerikaansehe, niet jaloerech is! De jongelui
teerden elkander kennen te Parijs, waar, naar
een trant vafi , Amerikaansche millionaireg
mhe finishing ^oucb" .iwa.de opvoeding van
Gladys werd gegeven Het schatrijke, jonge
meisje beschikt over een inkomen van 3
millioen pond sterling, en, een zeldzaam mooi ge
luid, dat onder leiding van Jean de Reszkétot
harmonische ontwikkeling werd gebracht.
Zij kreeg zanglessen van dien beroemden,
meester, a raison van 150 frank per uur.
Verder nam Gladys: schilder- en rijlessen.
Een aantal Engelsehe en Italiiansche pre
tendenten, de traditioneele prinsen,
marUIT DE
NATUCCXLVI. Een zwammen-excursie.
Dan nog maar eens over paddestoelen en
wel op vereerend verzoek. Wie 't vervelend
, vindt al weer iets over die zwammige schep
selen van 't natte herfst bosch te lezen, moet
dezen keer mijn opstel vooral niet overslaan.
Want ik ga reclame maken. En over padde
stoelen schrijf ik eerst over tien maanden
weer iets.
Ik ben namelijk vandaag uit geweest, als
gewoon lid mee op excursie (zooals 't heet
met een onvertaalbaar woord) met een goede
tachtig leden van de Natuur. Historische
Vereeniging uit Amsterdam. Het doel van de
tocht was de paddestoelen bestudeeren in de
duinen bij Santpoort, en dit doel is uitmuntend
bereikt.
Maar dat vond ik 't mooiste en het beste
niet. Het regende zachtjes toeu de bende te
Overveen uit den trein stapte, 't werd eventjes
bijna droog bij 't Kopje, 't regende flink bij
Caprera en 't stortregende bij Santpoort.
Laat ik er u bij vertellen dat de groote meer
derheid van 't gezelschap uit zeer jonge en
uit minder jeugdige dames bestond, ver
der uit heeren tusschen zestien en zestig
jaar; ook nog: dat velen zonder paraplu of
ander wapen tegen de nattigheid waren uit
getogen, en ge zult me moeten toegeven, dat
in natuursport en natuurstudie een opwek
kende en geest verheffende kracht schuilt,
wanneer ik u verzeker: geen oogenblik werd
de geest gedrukt, ieder was en bleef opgeruimd.
't Begon al bij de eerste oranje
houtzwammetjes op de paaltjes bij 't station; 't ging
voort bij elke vondst, 't Was een voortdurend
loopen en draven en dringen en vragen om
de leidster van de tocht die zoovele paddestoe
len op 't eerste gezicht bij name kende en om de
enkele jongelui die tamelijk op de hoogte waren.
Wie dacht nog aan regen of vergeten paraplu?
Wie vroeg er naar, wie gaf er wat om of de
eikeboschjes nattig en boomstammen glib
berig waren ? Je hoorde niets dan uitroepen
van blijheid met een zeldzame vondst, van
bewondering over een mooi gekleurde of
zonderling gevormde zwam, aardsterren en
porceleinzwammen gingen van band tot hand,
verdwenen in de bussen om thuis geteekend
of bestudeerd te worden. Hier jonge
nestzwammetjes vol eieren. Wie moet er een
paarse ruiterzwam? Buik die eens; precies
anys. Kijk wat een mooi brok tak met
Hertshoorntjes voor de tentoonstelling.
De broodjes werden in de zakken gestopt
om de plantenbussen vrij te krijgen. Alles
werkte met geest en lichaam, deed mee met
hart en ziel. Jong en eud vouwde, plooi ie
zich door een oude prikkeldraadversper
ring heen, liep de duinen op en de dui
nen af, bukte neer bij stuifballen op
lange steeltjes en vnurroode bekers van
verstarde gelei. Vooral de dames riepen 't
uit van verbazing om de schoonheid van een
paar jonge blauw grauwe stropharia'a, rekten
kiezen en graven, benijden den guitigen
Lalla," op wien Gladys' keuze viel. Mama
Vanderbilt vertelt, dat het aanstaand huwelijk
een zuivere liefde-verbintenis is.
Heel wat aanbidders hebben Gladys en haar
moeder, mevrouw Cornelius Vanderbilt, over
laden met hoffelijkheden, tijdens haar verblijf
in de Ville Lumière.
Graaf en gravin Laszlo Szechenyi zullen
zich te Weenen met-ter-woon vestigen.
*? *
*
De hertogin van Connaught, brengt met
haar dochter Patricia het mooie prinsesje,
van wie verteld wordt, dat zij koning Alfonso's
huwelijksaanzoek om godsdienstverschil van
de hand wees, haar jaarlijksch bezoek aan
den oudsten en intiemsten vriend van den
hertog van Connaught. De dames zijn de
gasten van lord en lady Wemyss, op hun
landgoed Goeford House, Haddingtonshire,
in Schotland.
Lord Wemyss mag grif beschouwd worden
als het wonder van zijn tijd. Zeven jaar ge
leden, trad hij voor de tweede maal in 't
huwelijk met de vijf-en-dertigjarige Grace
Black burn. Lord Wemyss telde toen 82 lentes.
De thans negen-en-tachtigjarige, is kern
gezond ; rijdt paard; maakt verre wandel
tochten; gaat op jacht; speelt golf; blijft
onvermoeid.
Mij dunkt, prinses Patricia zal niet uitge
keken raken aan haar gastheer, aan het
merkwaardig toonbeeld van onverwoestbare
levenslust. Lady Weoayss, eerst ni haar
zich om de groote zwammen aan een boom
stam van zoo dichtbij te zien als mogelijk wai.
Hier wss geen aanstellerij, geen pronken
met kennis, geen valsche schaamte om niet
weten, alles weetlust en leerlust, uitbreiden
van kennis, elkaar verbeteren bij fouten of
vergissingen, alles studie o n de stu iie ; ieder
bovendien blij met 't buitenzijn, al was 't op
een regendag, en tevreden met een broodje
uit de vuist.
Wie er ooit aan getwijfeld mocht hebben,
dat natuursport veredelend en hartverheflend
werken kan, zou vandaag van die waarheid
overtuigd zijn geworden, als hij aan juist deze
excursie had meegedaan.
Hier deed zich een buitengewoon geval
voor, iets dat mij bijzonder trof en bij voort
during aangenaam aandeed. Het
waren nu eens geen jonger en, die
eerbiedig luisterden en gretig de
kennis der ouderen en ervaren
meesters opzogen, de rollen waren
voor dezen keer omgekeerd. Nu
waren 't eens de heeren en dames,
die een jaar geleden nog de korte
broek of dito rokken droegen,
die de kennis uitdeelden. De
meesters, grijze leeraren waren
er bij, riepen voor den naam van
een zwam dien ze vonden om
hulp bij hun leerlingen die drie
jaar geleden nog vóór hen op
den schoolbanken zaten. Daar
was iets aandoenlijks in dat ge
heel onbevangen vragen, in dat
in de leer gaan van de ouderen
bij de jongeren, en in dat vrij
moedig en toch eerbiedig onder
wijs geven, zoo volmaakt zonder
waan of trots van de jongeren
aan de ouderen.
Telkens liep er een heele troep
te hoop; tien twintig luidjes,
drongen dan dicht opeen roudorn
een juü'ertje van even twintig,
denk ik; de achtersten rekten
zich uit boven over de middelsten
en voorsten om geen woord te
verliezen van de uitlegging; ook
om alle détails goed te zien van
de vreemde ro >de zwam, die daar
net uit het eikenboschhout ge
bracht was door een oud heertje.
Geen mensch, niet een van de
dames van tegen de vijftig, niet
een van de oudere heeren, werke
lijk zeergeleerde heeren waren er
bij, was ook maar een oogenblik
afgunstig op dat jonge juffertje
uit Haarlem, dat de leidster en
lesgeefster was op dezen tocht,
of 't moest zijn op haar jeugd en
haar kracht. Want ze gaf 's mid
dags tegen drieën nog maar
weinig blijken van vermoeienis,
en toch was er flink doorgestapt
en had ze minstens, laat ik zeggen
duizend vragers te woord gestaan;
ze heeft allen die om haar been
drongen, kwiek en vaardig
beanthuwelijk met den 82-jarigen lord, meer be
kend m zyn kringen, is een slanke, rijzige
brunette, met artistieken aanleg, en
bizondere liefde voor beeldhouwkunst.
***
Een der rijk'te vrouwen van Engeland,
Aüce Rothschild, aan wie haar broeder,
baron Ferdinand de Rothschild zijn kolossaal
fortuin vermaakte, heeft de ergernis der
upper ten verwekt. Tijdens de najaarsma
noeuvres in Buckinghamshire, heeft zij gewei
gerd de troepen- manschappen, paarden en
wagens over haar landgoed Waddesdon te
laten passeeren. De estate" Waddesdon
behoort tot de schoonste en best
onderhpuden privaat-domeinen van Engeland.
Een leger tuinlieden is er dagelijks aan
't werk. Waddesdon heeft een kostbare ver
zameling zeldzame planten, bloemen en
boomen. In de uitgestrekte, malsche, giazige
weiden voeren koeien, kalveren en schapen
gen onbekommerd bes-taan. De bogëchen van
Waddesdon z^jn bövo&t inet allerlei vreemd
soortige, uit 'alle oorden der wereld verza
melde vogels en viervoeters, een liefhebberij,
eigen aan veel leden der familie Rothschild.
Eenige, boudeerende. Engeleche bladen,
nemen Alice Rithschild'S" verzet zeer euvel,
en, beweren, d_at ,,zij, geld genoeg he^ft. om
alle mcigelijkg 'schade; door détroepefl aan
gericht te doen herstellen. Déze redenatie
is wel praktisch, doch bewijst, dat de; tegen
miss Rothschild in 't harnas gejaagde lieden,
niet beseffen, dat men een terrein, met
ZÓOimil l mimi imillfllimiimmiuillmilillimiliil H mimi minimum
woord ook, en zelden met een: dat weet
ik niet.
Duizend vragen naar namen en kenmer
ken van paddestoelen, van dingen die ze in
de laatste jaren maar een paar maanden
in 't jaar een enkelen keer gezien kan heb
ben, alleen op ten versnaperingstochtje's na
middags na een afmattende oudetalenstudie.
En dan nog moest ze determineeren van
nieuwe vondsten onder de hand daor. Wie
die dat kan zonder dof te worden, zonder
maar even suf te kijken of kribbig te wor
den, alleen maar een verhoogd kleurtje door
de inspanning vertoont, die kan meer. En wie
dat doet zonder eenig persoonlijk belang,
want zij kon er weinig of niets door leeren,
die verdient een woordje van dank; dat
veel liefde en onkosten tot bloei en schoon
heid gekweekt, niet opent, zij het ook niet
voor een invasie van Oost- of West-Gothen,
evenmin voor mak doortrekkend voet- en
paai denvolk, waarvan de makheid tóch
treurige sporen zou achterlaten.
* *
*
Marion Crawford's laatste roman:
Arethusa" bevat de volgende tirade, over be
schrijvende schoonheid: Mij dunkt dat vol
komen schoonheid boven elke beschrijving
is; gij kunt de marmeren vlekkeloosheid van
eene meesterlijk omlijnde statue aan iemand
: beschrijven, die goede statuën zag en ze als
maatstaf kan terugbrengen voor zijne her
innering. Misschien kunt ge ook woorden
vinden ter beschrijving van den gloed, de
warmte en den diepen zin van een schilderij
en, wat gij dan geschreven hebt, zal iets
Keggen tot hen, die bekend zyn met het werk
des meesters, gij kunt zelfs een beeld te
.voorschijn roepen voor ongeoefende oogen,
*döch geen nauwkeurige omschrij f ing. noch
een fraai-gebouwde volzin, evenmin als een
schrander bij^oegelijk naamwoord, of, fefen
tastbare vergelijking, kan ook maar de halve
waarheid doen voelen van een schoon levend
wezen. En dan, vrouwelijk schoon?! Siijgt
niet de schoonste vrouw tot dubbelen graad
van schoonheid, wanneer een glimp van
blijheid, liefde, haat of smart in haar oogen
vonkt ? Dan speelt haar ziel in haar gelaat."
Marion Crawford heeft gelijk te beweren,
dat dit schoonheid, die ontroerende
schoonevenwel niet verlangd of gegeven werd.
't Spreekt immers van zelf. dat ieder lid van
de vereeniging al naar zijn tijd en gezondheid
en kennis doet wat hij kan, veel geeft van
de kennis die zij of hij heeft, maar ook op
zijn beurt ook weer veel ontvangt door de
welwillendheid, de mededeelzaamheid en de
opoffering van anderen ; vooral van 't
dagelijksch bestuur der groote afdeeliugen.
Er zullen weinig vereenigingen zijn, die in
dit opzicht moreel hooger staan dan de natuur
historische, waar zoo voor eikaars kennis
gewerkt wordt, zoo zonder eenig idee van
wedstrijd, van een voorrang behalen of van
anderen voorbij streven. Dat er velen zijn die
alleen ontvangen, die zonder eenige of met
zeer geringe kennis van de natunr meedoen
Lagere Zwammen.
I. Moederkoorn, a. aar ; b. korrels, die er uit groeien ; c. sclerotium ; c. de zwammen ; II.
Eschdoornvlekken; III. Morieljes, 2 soorten, a. is de gewone tafel morielje ; IV. Helvella's (3 soorten);
V. 6. Knotszwammen, a en c. Bekerzwam en d. Verpa, d. r.; VI. Brand in de Tarwe en Haver;
VII. Koornroest a. op berberis, b. idem vergroot, c. op koorn en gras overgegaan; VIII. De
Koode Elzenvlag, b. de sterk vergroote sporen : IX. Aardappelziekte b. c. de sporen in de zieke
plekken; X. Heksenbezem in berkebooinen a. zwamdradeu die in de cellen doordringen en de
misvorming veroorzaken; XI. Sporenligging van vele lagere zwammen (Ascomyceten) a.
sporenzakjes met 8 sporen ; b. sterile zakjes (hypophysen) c. verloste sporen; XII. Sporen ligging van
de hoogere zwammen, evenals 't vorige liguur 100?600 maal vergroot, a. Dwarse doorsnede van
3 plaatjes, /<. sporenvlies bestaande uit basidiën of steuncellen, b. sterker vergroote basidiën, elk
met 4 sporen (bij e met 2 sporen, zooals bij de champignon), c. nog sterker vergroote basidiën
met sporen en ?. onvruchtbare steuncellen (Cystiden), bij il. sporen onder 't microscoop van
boren op de plaatjes gezien.
Miimmiiimmmmiimmi
heidsbekoring niet te beschrijven is; doch,
ook niet allen stervelingen is de gave geschon
ken, die schoonheid te onderkennen, en
jubelend, of stil dankend te genieten.
* *
#
De on .-ermoeide verzamelaar van documen
ten uit de Fransche historie: G. Lenótre,
heeft onder den titel van: La fille de Louij
XVI een boek doen verschijnen, dat Marie
Thérèse Charlotte de France in drie groote epi
soden van baar jammerlijk leven doet kennen.
Haar bestaan tijdens de al- vernielende
Parijsche demagogie, toen zij in den Temple"
gevangen werd gehouden; hare uitwisseling
tegen gevangenen in Oostenrijk; en baar
droeve verbanning naar Weenen, waar de
beklagen'waardige prinses door haar kille
verlatenheid in den keizerlijken Hofburg,
geen vergoeding vond, voor haar leven naast
den Franschen troon. De gelukkigste volken
zijn die, welke geen historie hebben. Waar
schijnlijk" zal tot in lengte van dagen de
maatstaf voor vrouwengeluk, blijven: onbe-*
sprokenheid. CAPRICE.
- *T * *
*
Glazuur voor taarten. Benoodigdheden : 125
gr. poedersuiker, l a 2 eiwitten, enkele drup
pels citroensap, maraqnin, punch of kirsch.
Bereiding : Wrijf al de klontjes uit de poeder
suiker en vermeng deze langhaam met het
eiwit en het aroma gevend sap ! Het glazuur
moet zeer dik zijn. Men strijkt het met een
mes over 't gebak.
en meegaan uit pure belangstelling en uit
verlangen na ir kennis dac spreekt van zelf;
maar die werken dan toch mee om audito
rium te vormen en contributie te betalen.
Er zijn aannemers, bakkers, advocaten,
kantoorheeren, schilders, kooplieden en letter
kundigen onder de natuurlievende leden van
de natuurhistorische vereeniging te vinden.
Wie van deze 't kan, houdt eens een voor
dracht of doet een mededeeling in de ver
gadering, waar altijd veel te zien en te-hooren
is. Maar een belofte van werkzaamheid be
hoeft niemand te geven; ieder kan lid wor
den, al is 't met de meest egoïstische
bedoelingen; hij of zij behoeft zich maar
aan te geven bij den secretaris van een
aideeling of bij dien van 't hoordbestuur,
Dr. H. W. Heinsiug, Vonkelkerkstraat 10
te Amsterdam, waar ook inlichtingen te
krijgen zijn.
Ook is op bijeenkomsttn en tentoonstellin
gen de introductie zoo goed als onbeperkt.
Zoo'n vergadering met tentoonstelling,dezen
keer van paddestoelen, w rdt a.s. Zondag
morgen en -middag en ook Maandag in Artis
gehouden, Ingang Middellaan; wie in de gele
genheid is, door een lid van de vereeniging
geïntroduceerd te worden, of in Artis kan
komen, moet niet verzuimen eens te komen
kijken, 't Is pas Maandag, nu ik dit al schrij
ven moet, en vóór Z ndagkan 't wel sterk gaan
vriezen; maar dat geloof ik toch niet, mooie
dagen zullen er ook van de week wel komen.die
't verzamelen voor de ten toonstelling gemak
kelijker maken. Dus dat 't mooi zal worden,
geloof ik vast, al weet ik 't natuurlijk niet
in welke mate. Ook de
zwammententoonstelling in Haarlem en in Ons Huis zijn
best ge!ukt, er was maar n roep over de
heerlijke vormen, en over de fijne kleuren
van die tot voor korten tijd als verschop
pelingen behandelde planten. Er zullen,
zoo hoor ik, ook teekening<-n en aquarellen
komen van dilettanten, en er komt misschien
ook iets, dat mij bijzonder veel genoegen
zal doen, n.l. de paddenstoelen-maaltijd uit
de keuken van Artis, daar zou weer een
andere Haailemsche jutier voor zorgen.
Of er voor zooveel duizenden, als stellig de
tentoonstelling zullen bezoeken, wel genoeg
couverts zullen zijn, betwijfel ik wel een beetje.
De paddestoelen, als lief hebberij werk, is
pas in zijn opkomsi in ons land; daarin
stndeeren heel wat jongelui, en dat worden
de leiders en de beste kenners in deze.
Jammer dat professor Oudemans, de man voor
de Nederlandsche paddestoelen, dit niet meer
beleefd heeft. Wat zou hij vandaag en a.s.
Zondag genoten hebben!
E. HEIMANS.
S. B. R. De beide Morieljes die u bedoelt
vindt u in omtrek ascgeduid op dit blaadje
met figuurtjes. Ze zijn er nu stellig niet, 't
zijn Mei-zwammen. Wat u vond kan een
Helvella zijn, ook dit blaadje is te vinden.
Lagere zwammen zijn zulke, die in tegestel
ling me', de Hoogere ('t plaatje van voor L'
weken) geen basidiën of steunsels onder do
sporen dragen, zie fig. VII.