De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1907 10 november pagina 3

10 november 1907 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 1585 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD V O O R NEDERLAND. <en dienst heeft bewezen met op de muziek van Beetboven's revende"' te gaan dansen. Het ontoereikende harer muzikale e'genschappen kiram o.l. daardoor daidelijk voor den dag. Hoe ter wereld toch kan Miss Dnncan op dit fatale denkbeeld gekomen zijn? Zou het soms zyn omdat Wagner de zevende eymphonie eens genoemd heeft die Apotheose des Tanzes?" Als dit zóó is dan heeft zij Wagner's tendens niet begrepen. Zooals bekend ia heeft de syrnphonie zich nit de oude dansvormen der Suite ontwikkeld. Die vormen echter hebben door onzegrooie kunstenaars zulk een uitbreiding ondergaan, dat zij voor den dans niet meer gebruikt kunnen worden. Wagner heeft zich een phantastische voors'elling gemaakt, die echter niet anders dan pbanta-ie kan blijven. Hij schrijft o,a. : Wie een zweiter Promeihpu*, der aas Tüon Menschen bildete, batte B-etLoven aus Tun seine Tanzer zu bilden gesacht. Waien des Prometheus Bildungen nur d e m Au ge dargestellt, fo waren die Beethoven's es nnr d e m O h r e. Nur wo Auge und Ohr sich gegenseitig seint r Erecheinung versichern ist der ganze k ustleiijche Mensch vorhanden." Nu most men n;et vergeten dit Wagner de danskunst identifieert met de mimiek, bet gebaa ; dat hij de negen ie symphonie beschouwt ala het werk waarin de instru mentale .muziek losgemaakt wordt van haar abeo'utifime door het gebruik van het woord en dat zijn geschrift heet das Kunstwerk der Znkni.fi.". Het ia dn delijk dat Wagner in den geheelen opzet van zijn geschrift zich wil beroepen op Beethoven om aan te toonen dat bij (VVagner), voortbouwende op hetgeen Beethoven gedaan heeft, nood wendig moest komen tot het Gesamtknnst?werk.' In dit licht gezien verkrijgt de uitdrukking Apotheose des Tanzes" niet de beteekenis, dat zelfs een zoo gedistingueerde persoonlijk heid als MUs Duncan, zich maar van de zevende symphonie mag meester maken om die voor haar doeleinden te misbruiken. In het tweede deel van den avond danste Misa Duncan epaansche dansen van Moszkowsky, door Philipp Sc'iarweuka gtïastru menteerd. In deze werkjes, met hun uitge sproken- dansrbythme, toonde de gevierde kunsteEares zich de gracieuse vrouw die met hare slanke en lenige barrnonieuse bevreg'ngen en haar zin voor schoonheid van "minlek en gebaar z'ch allerwege lauweren heeft ver worven en terecht als priesteres van het schoone mag genoemd wordt n. Miss Dunean beperke zich in haar keuze tot dergelijke muziek. Maar zij moet Beet hoven met rust laten en ook Schubert ea Chopic; die hebben niet gewerkt voor Mies DuncanS kunst. Het Utrechtsche orchest heeft herhaald' lijk de zevende symphcnie gespeeld en ook goed gespeeld. Op den Duncan avond stond niet de beer Hütschenrtiijter aan het hoofd zijnei schare. Toen werd een keer te meer het bewijs geleverd boe een praestatie kan verbleeken, wanneer niet iemand er voor staat die bezield en bezielend den staf weet te zwatien. A's cenlzeer b kwa'm dirigent deed zich Hei kennen de lieer Ant. B. H. Verhey uit Rotterdam, die Zondag 3 dezer, op het oogenblik dat de heer Mengelberg te Parij* lauwe ren oogstte, met het Concertgebouw-o chest uitvoerde Schuiert's C-dur symphonie, de Scène d'amour" uit Berlios' Romeo-sym phonie en een potpourriachtige orchestco:npisitie van Dvorak genaamd Heldenlied". De heer Verhey werd door het talrijke publiek levendig toegejuicht. Gotifried Galston heeft thans afscheid van ons genomen met een avond gewijd aan Brahms. Het waren meerendeels bekende werken die hij ten gehoore bracht. Alleen de acht walsen op. 39 zullen vermoedelijk wel weinig in de concertzaal gespeeld zijn. Composit i;n als de varia'iëa op een thema van Handel op. 24 en op n van Paganiüi op. 35 geven den pianist in hooge mate gelegenheid zijn talent aan den dag te leggen Daarnaast speelde niiiHlllllilllHiliMiiuiliiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiitiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiii sijpelde onder den steen door. Hij duwda de.zen weg, en een verblindende helderheid stortte de grot binnen. Eerst zag hij niets. 't Leek hem of de wereld niets meer was dan n helderheid. Hij wresf zich de oogen, hij begon er langzaoaeihand weer aan ta wen nen, en zag de aarde. Zij lag daar nog altijd vóór hem, groen en stralend. Gedurende hoeveel tijd hadden ze ges'apon? zonder twijfel een langen nacht, want hij voelde zich heerlijk uitgerust en verjongd, hij voelde zich van een frischheid en vroolykheid als van de jeugd, zijn vreugde was zoo groot, dat hij er van schaterlachte en als een kind danste in het heldere licht van de zon. Toea zag hy den prins, c'ie tegelijk met hem waa opgestaan en naait hem ttond, altyd zwijgzaam. Hij keek naar het schitterende licht en beschouwde in ver rnkking de stralende en maagdelijke wereld, die gedompeld scheen in betooverin?. 't Gras was opgeschoten. Tot op den ingang der grot stonden wonderbaarlijke en vreemd soortige blauwe bloemen. Zij gunster len als levende sterren, wiegelend op dunne stengels. De kleinfr planten waren boomen geworden, de blaren gevleugelde yeeren.De vlakte leek op een werkelijk aardsch paradijs, van schaduwen en lichtstralen doorkruist, Men kon op de wei Ie, tnaschen de andere, de blauwe paddestoelen van den avond te voren herkennen aan haren ontzaglijken blauwen koepel, die haar deed vergelijken met moskeeën van een fantastischen eeredienst. Plotseling hoorden zij boven bun hoof len een fluitend stemmetje, dat zei; menschen.' Op 't zelfde oogenblik vluchtte een eek hoorn, mét den staart, als een pluim, omhoog, in een boomtop. Een gouden appel viel daaruit %oor de voeten van Saturnus. Hij raapte hem op, proefde hem en wierp hem vol verschrikking dadelijk weg. Hij was als van vuur. Waar zijn wij! riep hij uit. Zijn wij in den slaap opgestaan? Hebben wij over de aarde gedwaald in den slaap als slaapwande laars! Is 't-hier Mesopotamiëo: het gelukkig Arabië, dat;de'gouden appels er op de boomen groeien en de vogels er praten l En wat is dat daar voor een stroom, die groote lichtende stroom? is 't de kleine rivier, die wij gisteren hebben verlaten? Alles is wel veranderd. Geloefd zijn de goden, riep de prins uit. Wij hebben, lang geslapen, heel lang. Bereiden wij ons voor op het zien van een Galsfon, behalve de reeds genoemde wa'sen, de twee Rhapeodiên in h en in g kl. terts, op. 79, benevens de klavierstukken op. 119 De; he«r GaUtoa heefc deze c>mr>ositiën op zeer zelfstandige wijze'opge<-ai; hij heeft ze met grooie liefde in zich opgenomen en weergcg ven en hij is er ook in gedaagd het pui'liek met zijn reproductiè'n te ver warmen. Galston is poëet aa;t het klavier; hij traulit dichterlijke indrukken op Ie w^k ?en en daarian besteedt hij al de uitdrukking van ?ij i nuancerijk spel en echoonen aanslag, niet te ve-geten ook het oordeelkundig ge bruik der beide pedalen. Of n» de opvatting \an eenige dezer compo-itit"n gehee! strookte met die van Brahms zelf? i.< vermoed dat. de componist bier en daar w^l Pens d^ voordracht mind< r ausgeklügeli" zou willen hebben, en de tott^en iets fo-jrher aangepakt. Maar men moet i umeïti ieder zijn op.'atting laten? Als ce heer Gilaton terugkomt dan zal men hf m als ernstig kunstenaar gaarne weer begroeien. AXT. AVISHKAMI'. Inhoud van Tijdschriften. Onze -Eeuw, He afl.: Une Detnoiselle" vrt de LSe eeuw, door Ignatia Lubeley. Uit de Folklore van Rune, dooïdr. J. F L. O r baan. C u r» c-10 in 1803?1804, door P. A. Enwtns. Vtritn, d >or U. E. V. Johan da Witt in de eerste jaren van zijn staatkundige loopbaan, door dr. N Japikje. Ouze leestafel, De litiveging, Nov. '07: De levensdroom, door Alex Guttnlirg. Alaf Tryivaton il. door G. E G. Meu'ernan. D chtjec, door W. L. Penning Jr. Drugt,HermingarJ (gedf eltelijk herdr.,11) door Albert Verw^y. Gedichten, d jor Th. van Aiaeiiie. Verzen, door AJ. S. Hoefman. L'teratjur en Leren in de 15e eeuw, door dr. C. G. N. de Vooys. De tegen woordige s'and en kansen der N'ed. sor. wet geving, door J. Molenmaker.?HetSiuttgarter congres II,door mr. P. J. Troelstra. Boeken, monschen n stroomingen. De on gekeelde wij^e, door Albert Verweij. Botkbeooid-elingpn, door Albert Virweij De YAV £euw, lle afl.: Vergelijkingen tus chttn Duitscbe en Hollaüds;henegeutiende eeuweche beeldende kunst.door ('ornelis Veth Het ivoren aapje, vervolg, door Herman Teirlirck. Krisis in het kathoüci.-mp, (s!oi), door Johan van Gulick. Deachte middag van een faun, door Tü. van Ameide. Over individu en massa als factoren in de ont wikkeling.-'gesc'iiederiis der beschaving, do >r E. 1) Bau-ran. S'r.a k'indige kroniek, door mr. H. P. MarcLant. Leci'nxreclt, Xo. 11: K u astbij lage .- Mevr. Julia van Lier-Cuy;ers als kf>ningin Loni-ie in ..Mul'.atu'i's Voistenschoal." De. A. J. C S lijders, L>e nieuwere ontwikke'ing vaa h-?t Darwinisme. AnnadeS ivorrjiu Lohman: Phrasen makerij. Eberhard Büchuer: Een Tneosofl.-cbe-Konimunistiscbe J-M^M te Berlijn. Jdhan S.-huiidt: Pianken entré'e (-lot). Flaamlertn. Nov. '07: De jacht, door St ij n Streu7eK Het berkje, en V.jen Flora, duor Lambrecht Lambrecht». Wintetsprookje, en Drie Koningen liedeke. door Fe'.ix Tim merman». Cuique Suuin, Firmin van Hecke. Aan jonge onderwijzers, door L Bosfart. Kroniek: Warhol J, (slot), door Aug. Vermeijlen. Leven en Kun-t. Volksknnde. Groot Ktdtrla.n'1, Nov. '07: Loui-i B.>nheijclen, Le^eusleer. Carry v. Bruigen, S'. Maarten. Annie Salomon?, Verzen. Dr. Kdw. B. Koster, Het Adonisfeest. Dr. J. L VValch, Nieuwe bij iragen tot de XlXeeeuwtche litterituurgeschiedenis. Literatuur. EnrojKi,, afl 11: W.F. Gouwe, Een gevangene. llé!èrie Lapidoth Swarth, Rjems erj?che volk&litderen. Anna Llubert ?an Beu-seko D, Pension Lindenhof. D. Mollinger-Ho< y*-r, Nacht.?W. van Hooff-Gua!th4rie van Weezel, Kinderzielye. - S. Abas, Herfst. Gust. Naumacn, Lawaai in donkere a'egen, 'frïolg. 8. G. R^ddiagius-van Harliugen, \'er?. Henri de Reguicr, Minnevrees, vervolg. Josine C. Ternaat, Nieu-ve Rnssischu letteren. De HMandiche A'CTUC, No. ld: Fr jnt:8pieee, .Tacques Hartog. Wereldgeschiedenis. Belangrijke onderwerpen. Karak'er>cheif: Daan de Clercq. Revue der tijdschriften. nieuwe wereld, een nieuwen eeuw. Maar sta je toch n:et zoo te verwonderen ! Meester, zeide Saturnu*, dnnkt bet u niet, dat het nu tijd is wakker te worden? Ziedaar de dag. Wij zouden ginds in dien schoonen stroom ons kunnen baden. Ja, antwoordde de prins, wien Saturnus' phlegma genoegen deed, ja. en gaan wij ons zuiveren van de ( u Ie aarde. Beiden gingen baden. Eu uit het svater gakomen, zetten zij zich in den zonneschijn en bleven een tijdlang daarin, naakt, tussehen't gras en de bloemen. Saturnus haalde uit zijn reis^ak het brood, dat alleen nogr een zwarte steen was en wierp het in 't water; dan narn, hij zijn fee&tkltèren, zijn degen en zijn fl:iit. Maar het kleed, dat vroeger van gele satijn was geweest, was zoodanig vericnoten, dat het leek op oud-gouJen damast. Het gaf Satur nus 't voojkomen-v%n een dier legendarische personen, die men ttp oude tapijtwerken ziet, bij welk voorkomen de degen, die hij zich aangordle, prachtig paste, en de fluit, die hij in de hand hie d. Hij voltooide zijn toilet met een zouneb!oem-hoed, welke hij in de weide plukte tusjchen de talloo.'.e blauwe paddestoelen. De meeite waren reusachtig geworden en vormden een frisch en licht hoofd ltkst-1, dat Saturnus juist te pas kwam, da ir hij als Socrate=, kaal was. Maar de prins, afkeeri,; van onnoodigen opschik, bleef naakt, net zooals hij pas u;t de rivier was gekomen. Zoo leek by, in de lauwe en stralende; atmospheer van dien beerlijken dag, op den Cynthischen Apollo, waarfan hij de gelaats trekken hal, de lange gekru'de haren en het jeugdig en zegevierend optreden. Bij de Goden! zei hij, het moet van daag ftest zijn over de hee!e aarde, alles is zoo vreugdevol en zoo klaar. Laat ons de wereld gaan zien! Maar vóór zij vertrokken, besloten zij den horizon te gaan onderzoeken van hun rots af, welke zij de grot der slaap noemden: Van daar af gezien, bood de stad een f=mtastischen aanblik. 't Is bijna niet te herkennen, ri^p SaturBUS uit. Ze hebben zoowat alles opnieuw gebouwd. Gelukkig, dat zij enkele ou Ie torens en die eerwaardige Sirenenbrug behou den hebhen, die ik liefhad, en waar ik speelde als kin). Dat is maar goed ook, want het was een geneigdheid en een manie van voorheen om alles van ijzer, dat afschuwelijke metaal van dien tijd, op te bouwen. Behalve dat, blijft Het boel* van de maand: de Jezuïfenorde", door II Ermann, S. J. l>e Kdtnoliek, Nov. '07: Eichendorff als Hed^rlicTter, door J. van Well.?De Nederlandsch Duitsche stichting der Anima" te Rome dx>r dr. G M. Broos. Het stikstofvraagKtuk,ook wel genoemd broodvraagstuk", door N. .T. A Taverne. Orestes en de mon niken, door dr. L. .1. Sickinjr. De S 'uwwfrdd, No. 43: De waarde van ka'kzamlsteen. Landhuis aan den Elspeetsc'ien weg te Nunspeet. Arch Anton J. Sanders, Groningen, met af b Dr. Joh. C. Breen. De Dam te ATIS erdam. II. De Dam in de Middeleeuwen, I Beiictren en mededee'ingen. Bock en Tijdfchr.ft. _ Prijsvragt-n, Examens en Tentoonstellingen. Fersonalia. Isaac Gosscha'k f (met poitre^) Met vif af b. in den tekat. Schiinn/ieid en. Onderwijs, No. 6: Schoonheid en onderwijj, doorlda Ueijerman?. School gebouwen en inrichtingen, door J. D. Ros. Bij het musiekonderwij >. door S. B. Het brouwn, door W. van Thienen. Boekbe spreking. Onze beweginp, enz. De Mililai e Gidn. lle afl : De stellingvan Amsterdam, door R. De bejuinigicg-commis.-iën van minister Slaat. Legerstelsels, IV, door R Het schiet voorschrift der infanterie 1P07 (ontwerp) II, door X. Samensmelting vaa het korps pontonniersmet h>t regiment genietroepen?, do^r Vaa Maanen. Belangrijke f. iien in het leger Luchtvaart, door C J. Snijders. Aankondi ging en beo irdeeling. Eigen Haard. Beeldhouwer B 'rgenval!, Eaar het Zweed-ch, van Henn'ng Berger. Het krankzinnigeiig"Pticht k'n legeest'', door W. P. J. M v. d "Heuvel, IE, (sïol). mKafb. Twijfel, door M. Komend» herfst, door J. A. v. H. Teifcliellini en het nivuwe kustlicbt op den Brandari.J, d 'Or F F. P. Bins III, (?'lot). inetaf'o Ver«r''eidi'tiheid Feu lieton. Den Vaierlant (-j'u trouwe". Derornpvan de Siuinatne''. De hoofd) ersorx-n van het sensaliepioce* te Berlijn. Pt Maarlensganzen. De Amerikannscbe gel.lcrisif. Tijde. lijke diabolo-rnbriek. Jan Cock Blornhoff, aMes met af b. VOOR Jictorii do Goede". Toen koning Wülem IVT in 1830, na den dood van <ieorge IV, zouder wettige erfgtnamen de Kogels :he regeering had aanvaard eu het eenige kind van den tien jaar vrotver overleden hertoi vau Kent zijn troonopvolgster was gewordi-n, werd het noodig gevon den, de elfjarige prin-es Alexandrina Victoria met haar ju'ste positie in kennis te stellen. Derhalve legde baar gouvernante, rtiss, (later barones) L^hzen. eanen daa een g>plachtlij <t in haar leerboek van het EngelsC-e vorsten huis. Toen de kleine prinses bij de les d;e lijst gewaar werd zoo vert'aa't Sir TheoMartin, in zijn levensbeschrijving van den prins-gemaal verbaasde zij zicli er over, t:aar niet eerder te hebhen gezien. Waarop de gouvernante antwoordde, dat dat d as ven e niet noodig was L'ca^ht. Ik zie, dich'er bij den troon te zijn, dan ik dacht," zeide de prins--». Kn na een oigenblik zwijgen, vrrvoUde zij: Nu zon menig kin i ?ichd->arop heroemen, maar zij kennen de moeilijkheid van zulk een po-iiie niet. Er is veel lirster aan verhorden, niaur n-ig meer verantwoor delijkheid." Kn onder het opsteken van haar rechter wijsvinger, terwijl z'j haar gouver nante de Jinkerhand gaf, zeide zij enkele ma'en : l will be gnod." Kn goed is zij ontwijfelbaar geweest, de m-rkwaardige vorstin, dii van 18o7 tot llHU ijijt alleen de Fngelsche kroon droe^-, raaar alihen tijd in we :enlij ken zin het groote B'itsche rijk heeft bestierd en over zijn hoog te belangen heeft gewaakt. Lord Rosebery gaf haar o_laugi den caam van ons er bijna niets meer van Varkeveen over. Te mi Iden van een paar oude kloiketorens uit de middeleeuwen, hebben zij kristallen kiosken en torentjes gebouwd, van een onbekenden stijl, het lijkt wel oosterscb, maar die ia ieder geval prachtig samen-stemt met de o /ervloedigheid van den tegenwoordijjen plantengroei. Nooit zag men zoo /eel boomen in Varkeveeii, noch zulke vreemde en exotische; noch zooveel terrassen. Men zou denkeu in den tuin van Baby!on zich te bevinden. Ma ir het opmerkelijkst is dit water, dat gisteren nog een ri?ier was en nu in n nacht een groote stroom is gefforltn; en wat nog onbegrij pelijker is, zijn richting is verande.d; liet water keert terug tot zijn bron. Vroeger had de tijd nnoi voorbijgaan, nooit stuwde een rivier haar water weer omhoog, voor zoover ik weet. Deze, die de stad verliet onder die oude Sire.nenbrug, dan deze weide doorsneedt, langs de grot van den Slaap stroom de, en zich daarginds aan de rechterzijde in zee stortte, komt nu uit de zee, die men in 't Westen ziet, door het woud heen. SaturLm wees niet do hand het uitgestrekte strand aan, overdekt met taosschen, welke tot in de zee reikten. De stroom vloeide daar uit tot een breede kreek vol schepen met ontplooide zeilen, stroomde dan ver Ier door het weiland, stortte zich bruisend onder de ou.le Sirenenbrwj en verdween in de stad. 't Is verbazend, zooals wij geslapen hebben, en zooals de dingen verai.derd zijn! b«s'oot Wat mij betreft, steekt daar niets in wat me verwondert, antwoordde de prins. A' U mirari, dat is de spreuk van den philosopbischen dichter. Lsat ons naar bentden gaan, en de 6tad bekijken. Beiden daalden af van de rois van tltn Slaap en volgden het breede pad, dat, tusschen het hooge gras en het padJenitoelenwoud, recht op de ttad afging. 7.ij hadden nog geen honderd passen ge daan. of /.ij outmoetien een herderinne'je, dat haar pchaapje boeide. llerdeiinnetje, zei Saturnus, brengt deze weg ons naar Varkeveen ? Hij leidt naar Brocéliinde in-'t- Bosch. Naar Brott' iande-in-'t Bosch l riep Saturnus uit. Laten wij maar dcorloopen, prins. Dat kind houdt ons voer den gek. Ken oud vrouwtje kwam voorbij, met een gans ocder haar arm. Hola, moedertje, riep Saturnus, is dit de goede weg naar Varkeveen '.' Wat praat je over Varkeveen' antopschrift. En dat zij met recht Victoria de Goede" kon worden genoemd, blijkt uit hare pas verschenen brieven, van 1837 tot 1861 (leu dood van haar gemaal) geschreven en ontvangen, op gesag van koning Edward door den biograaf A. C. Benson met Viscount E-her beweikt, en alhier door den uitgever John Marray in diie dikke deelen voorden prijs van .?3/i/0 netto in het licht gegeven. Een oilioieele levensbeschrijving, die men hier aanvankelijk van de heeren Benson en E-tier verwachtte, had het karakter van de koningin onmogfclijk zóó goed kunnen schil deren, ali het valt op te maken uit deze brieven, die s'echts een klein deel vormen van Victoria'* gansche correspon lentie, in vijf a zeshonderd jegisters op het kasteel van Wind or bswaard. Hoe tintelen deze ongeveer 1700 schriftstukkf n van wakkerheid, activiteit, hartelijkheid en belangstelling voor het heil van al Lare onderdanen! Al die euenfcbappen komen het best uit in de menigvuldige brieven, door de koningin aericht aan haar dear Unyle". koning Leopold l van België, die zijne zorgen aan hare opvoe ding had gewijd, die haar met raad eu daad bijstond, en aan wien zij in hooge vereering de roerpelen van haar bat t openbaarde. In een der brieven sprak zij van my dull cbildhood". En met reden. Haar jeugd was er een van zorgen en vtrdriet geweest. Nauwelijks acht maanden oud, veiloor zij haar vade-. Ia het Kensington paleis, waar zij werd geboren en getogen, heerschte geen groote weelde. De i krtxsten der hertogin waren maar matig: eens móest koning Leopold g ld verstrekken voor een reis naar Windsor. Daarbij leef Je de hertogin op gespannen voet met den koning, die de jonge prinses meer aan het hof wenschte te zien. Na zijn dooi erkende Victoria, dat hij very good" voor haar was geweest In zijn laat-tte oogenb'ikken dacht hij aan haar, zeggen Ie, dat zij a good woman and a good (^ueen" zou zijn. It will touch every pailor's heart to have a giil Q'ieen to tight for. They'll be tattooing her face en their aima" Wat gebeurde. Het on genoegen m^t de hertogin sproot voort uit ijverzucht tusschi n de huizen van Coburg en Oianj", om der prinses een staingf-noot tot gemaal te geven. De koning had gezegd, dit, zij nimmer een Coburger zou hu ven en hij had, zoo mtn zegt, prins Alexander van Orai je voor haar bestemd. Koning Leopold S O r « g ? l. COGNAC J. & F. MARTELL Vraagt Uwen "Wijnhandelaar naar deze absoluut zuivere Cognac, welke vanaf ? 3.5O tot / 8.5O p. tiesch geleverd wordt Generale Agenten voor Nederland en Koloniën: A :n s T u u u A n. E c H*A VI e tb r i &w a t e r V i c tori a wai ter OBERI-AHNSTEIN woordde 'c oulje. Dat bsstaat al sinds dui zend jaar ri^t meer. Waar komen jullie twetën van laan ? Nog altijd met haar pans onder den arm, begon zij d ?. twee vreemd -lingeu nieuw-g';e'ig op te nemen door haar brilleglazen, dtn man, die in goud gek'eed wa?, en den man, die heelemaal naakt waSj en die door den eerste meester' genoemd, ea w en hij den titel van prit s toekend ?, Houd je nu maar niet alsof j> geen tien kon telen, moederlj", ri -n Saturnus uit. Wij hebbi-n ee. paar etuAen gesla pen, dat is allts, net als een zekere Epimenides van G-iekenland eu een zekere Rip van Wrmkle, omdat, wij walgdm van de wereld. Verwondert je dat? Ons niet; trouwens, nifts verbaast ons. Viaag maar aan Mijnheer. Wij hadden ons op een paar verandeiingen voirbereid: b.v. die van den aanblik van de s-tad, een aanbÜk, die vroeger allertreurigst was; die van haar zoo ordinairen en stnakeloozen naam, en zelfs, omdat alles onder de zon verandert, dat deze stroom van richting zou veranderen ; maar wat ons verbaast, is dat er nog altijd oudjes met ganzen zijn, die de menschen voor den gek houden. Houdc je ons voor onnoozel, en verbeeldt je je eorns, ouJje, dat je ons de amieke legende van Kip van \Vinkle, de alle kinderen kennen, als wat nieuws op kunt disschen? Dat zou verloren tijd en moeite zijn. De prins hoort niat graag verveler.de verbalet. Zeg ons eenvoudig-w< g. zorder zooveel te te beuzelen, of daar ginds de s'ad ligt; haar taain kan OES weinig schelen. Wij gaan er een kijkje nemen en zien of de menschen van tegenwoordig meer waard zijn dan die van vroeger. Menschen van tegenwoonlig! riep 't oudje ui'. Die zijn er gelukkig niet meer. Saturnus en de piins keken elkaar ver bluft aan. Zou de menscbheid dan uitgestorven zijn? vroeg de prins. O ! Al ge lert heel lang. En jij dan, moeder? z^i Saturnus, on geloovig. Maar het oudje haalde de echonders op, zonder te antwoorden, eu de gans gedroeg zich evenzoo Maar, vervolgde Saturnu-", d? stad be staat toch nog altijd, en de boomen en de beesten? Alles is dood, zeg ik je. Er is niets leverds meer onder de zon. Maar de aarde bestaat toch, en de zon ! Verlangt s.v.p. stalen van onze nouveautés in zwart, wit of gekleurd van 60 cents tot 9 gulden per Meter. Specialiteit: Zjidestoffen voor Gezelschaps-, Bruids-, Bal- en Wandeitoiletten en voor Blouses Voering enz Wij verkoopen slechts gegarandeerd soliede zijdestofien direct aan par ticulieren, franco vracht en rech ten aan huis. SCKWEIZFR & Go., Luzern K25. (Zw.tserland). Zijdestoffen-Export. Kon. Hofl \K\IIF VI 'uclltkuuroord van Nederland. Huis'1ste Rang: ICl CS PiiyS'BaS. Mat. pr. Tu^n. Pension. Omnib. El. licht enz. Eenige Fabrikanten V/.BengerSöhne Stuttgarf Hoofddepöi te AMSTKRDAM: Kalver -tr. 157 K. P. DEOSCHLE-BENGEE. HEDERLAHD5GHE INDUSTRIE Geil!, prijscouranten, attesten en lijst oczer contractanten worden gaarn-> d *or ons f. anco o > aanvrage toe/ezouden. KUHSPEÊT 0(1. VELUIE. Inlicht, h d Vdreeniging Kantoren voor Vaste Goederen in OiederLind te Nunspeet Ja, alleen de aarde is niet dood en de zou. Ben jij de Dool in eigen persoon?riep Saturrus, en week acht* ruil. Juist 't tegenovergesteld, ik ben het Leven. Fn dat rntisjs d.iar, in de wei, leeft ook niet ? Zeurkom! antwoordde de oude. Maar dat is het IlfTtlermnetji'. e.n htvir fcch-iap! Waarom zou die net meer leven? Zij is een eeuwig uind. Zij zal altijd die mooie legende leven. Maar. zeg mij eens. waai om zijn jullie twet.ün niet dood, zooaU de anderen? Dat komt omdat wij b'auwe padde stoelen gegeten hebb n, zei Saturnu?. We hebben er n a-ssa's gegeten, een heele wei vol, misschien te veel Misschien meer dan jullie bedoeld had den ? Dat was een vergissing, zei h-t oudje. Eén blauwe padd^stosl zou genoeg geweest zijn om een heele eeuw t« slapen. Jullie moeders witten dat wel. Jullie hebt te veel paddestoelen gegeten, ziedaar ! En ru is er niemand meer over dan wij. Jullie hrbt dui zenden efii^-feii geslapen; het i-i langer dan veertig du zend j^ar geltden s mis alles dood is, alles, tot op den laatsteu mer.ech, den laatsten vogel, de laatste b:oem, tot en met de hemel, en tot en met God zelfs. Alles is dood, behalve wij. Genadige heinel! riep Saturnus uit, die zichtbaar onthutst was. Jullie hebt te veel H, km n broud gegeten, herhaalde de oule, en bars'te in lachen uit, en terzelMer tijd begon haar trans te SLateren. Maar de piins, die zich werkelijk door niets van zijn stuk liet brengen, bleekoi ergeiukkig te zijn. Gezegen l zij de dood, riep hij uit, die ona van het levea bevrijd het f.; ik wachtte op hem. Saturnus intusschen echeen ongeloovig en krabde zich a'chter de ooren. Wat vertel je o. s daar nu oudje? zei hij. Alles is dood, maar zie ik daar dan Biet de stad, het bo-'ch, den stroom, de boomen, de zon, en deze gans? P^n dit zeggende trok hij de gans aan haar poot, hetgeen haar vreeselijk deed snateren. Ziet u 't, zei hij tot den prins, die oude houdt ons voor den gek. Alk s Bestaat nog, dank zij God, die zelf nog bestaat. Maar het oude vrouwtje legde als een profetes den vinger op de lippen, ea zei: IK IIEX MOEDER DE GANS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl