Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Nö. 1501
Industrieele waarden, het koersverloop aan
de beurs te Berlijn in dit jaar:
begin einde midden
Januari Maart Dec.
Harpener Bergbau 214.40 199.30 191.50
Galsenkirchener 222-40 190.40
190'Laurahutte 241.50 215.50 213.80
Cousolidation 453.- 405?413.50
Phönii 212.75 181.- 167.50
Oberschles. Eiseninclustrie. .. 123.75106.?94.75
Deutsch-Ltuu-mb. Bergwtrk . 2"0.75 159.50 138.30
Dortmundei- Union 83.80 67.75 52.60
AlVem. Elektr. Ges 214.50 197.50 194,75
Siemens & Halske 181.- 167.90 164.50
Berlinei- Ainlin 374.- 357.- 387.25
Nubel Dynamit l 71.75 159.?153 57
?20/12-07. V. D. S.
Inhoud van Tijdschriften.
Jeugd. afl. 12 : M. E. Van der
Velde-Pijnappel, Tom. M. Ovink-Soer, In den dieren
tuin van C. Ha^enbeck. K. Kuipers-Van
der Koogh, uit de Blinden Wereld. Op
reis naar huis voor de Kerstdagen, d jor
Charlotte Niese, vertaald door Hermanna.
Keizer Wilhelm bij koning Edward. Bij
de plaat. Slöjiwerk. Raadsels. Onze
railbandel, enz.
Het Tooneel, No. 7: H. L. Berckenhoff, Louis
Bouwmeester en de Koninklijke. W. S.,
Rotterdamgche kroniek. C. A. V., Naar aan
leiding van Friihlings Erwachen. H. L. B.,
Amsterdameche kroniek. Knipsels en
snipp«rg.
Caecilia, No. 12: Muziek wetenschap en
muzikale techniek, door J. C. Hol. Uit
voering van oude muziekwerken, door inr.
J. J. Raaff. Romantiek en humor in het
kunstenaars leven, door J. D, C. van
Dokkum. Italiaansche opéra ondernemingen,
door Hollandsr, III. Maandelijksch over
zicht. Muziekberichten. Mededeelingen
van allerlei aard.
Dg Nieuwe Tijd, No. 12 : De liberale
onderdomsverzekering, door F. M. Wibaut.
Aanvallende of verdedigende oorlog? (Een
nieuw hoek van Jaurès), door W. van
Ravesteyn Jr. De Bond de Rechtstoestand."
De gehuwde vrouw en de
groepsvertfgenwoordiging, door Tb. van der VVaerder*.
De krisis in de Katholieke Kerk, slot, door
W. H, Vliegen. Het jongste
begrootingsdebat in den Amsterdams chen Gemeenteraad,
door Jos. Loopuijt. Literaire Kritiek, door
H. Roland Holst Over de Koloniale
Kwestie," door J. Saks.
Eigen Haard: Verloving, door G , VI, slot.
Ons Hollanders in Michigai, door Theo de
Veer, II, De Vader der Pelgrim-Vaderen,"
met af b. De Aanbidding der Herders, door
Jero. de Vries, (bij de plaar.) De Verkon
diging aan de Herders, naar deschildeiij van
Abraham Hondius, in het Rijks-Museum te
Amsterdam. Het zonnige uur, door A.
Peaux. Waar heide eens WPS, een reisje
door de Groninger Veenkoloniën, door R. H.
Herwip, III. met afb. Fin de saiaon,"
door ]\1. J. Salverda de Grave?Herder-schee1,
I. Feuilleton Kerstmi?. Het
Keizerrlijk bezoek, alles met afb.
liiiiiiiiiiitiiMiililiiiliiiiniiiiiiiiitiiimiiiiiiiiiiMMMfiiiii
cJnq&zonbin
iiitiiitiiittiiiiMiimi
Een Protest.
Wij ontvingen een protest van den heer
L. van der Wal uit Leeuwarden tegen de
beschuldiging, onlangs door den heer Prick
van Wely iu dit Weekb!a t te^n hem ge
richt. Door bizondere orns'andigheden zal
het eerst in ons volgend cummer geplaatst
worden. Red.
Brieven van OOBÏJoilocus.
v.
Aan den AVelEdelon Ileere Hoofd
redacteur van Dr AiH*ii-r<lfinuner,
]\rcfkbl(i<l voor
Waan!*' Neef!
Tante Martba mag dan zeegen, wat
zij wil, de journalistiek is toch maar iets
prachtige; nu ik er zelf oo'v zoo wat bij
beboor, begin ik dat dagelijks meer te
beseffen. Tegenover jou, mijn jongen,
behoef ik mijn bewondering nier onder
stoelen en banken te steken, \vaut je
bent zelf meegetreden in bet leger van
dien koenen en dichterlijken heros onzer
dagbladpers, dien Tirtaeus, w ion de
lauweren niet verwelken om de slapen,
daar door de hittigheid des hoofde, om
met den Psalmist te spreken, ra/i <h<rj
tot dag nieuwe bladeren ontluiken aan
den immer groeaen stengel. Maar als ik
thuis mijn bewondering lucht, raakt tante
uit baar humeur, en Annet vraagt of
zij mee mag, wanneer ik met een man
doline langs de straten schooien ga. Alxaf
dat er nu bij hoort.' Alsof jouw oude
baas en alsof dominee Ritter er niet
gekomen zijn zonder die poppenkasterij.
"Waren de ethische fragmenten uit het
Niew<"K minder mooi, omdat dominee
niet eerst ah een vagebond door Amster
dam gezwalkt had om zijn oor te luisteren
tp leggen aan bet tart des volks ? En
Nogmaals kiemen."
Aan I». Quérido.
Alleen om 1e voorkomen dat mijn zwijgen
als toestemming beschouwd worde, aog deze
paar woorden.
Toen ik u voor ruim acht jaren bezocht
om u een goed bezoldigde plaats van criti u?
aan De Telegraaf aan te bieien, Maurice"
hield toen nog niet van journalistiek en
sloeg het aanbod af waren van
Diamantetad" slechts twee houfdstukken voltooid. Er
kon dm geen sprake zijn van een gevestigd
oordeel o?er dezen roman ia twee deelen,
die eerst jaren later in zijn geheel verscheen,
noch bij mij, noch bij u. Waarlijk ik
herinner 't mij nu Rooadorp was de eerste
en ik de tweede, die Quérido als mannetje
van twee en twintig jaar" aanmoedigend
verwelkomde. Evenwel niet (zooals gij ver
onderstelt) oindat gij Kloos den mantel
uitveegde" maar omdat ik meende, dat uw
ontluikend talent miskend werd. Hoop ma ir,
dat gij nooit droeviger bejokt" worde, dan
zal 't wel losloopen..
Gij trekt uw beschu'diging van plagiaat
tegenover mij in maar plubliceert meieen
weer een reeks nieuwe lasterlijke aantijgingen,
zonder spoor van bewijc. Dat ik n x;h over
Heijermans noch over uw werk critieken in
't licht zond, vindt zijn eenvoudige oorzaak in
't feit, dat ik, nadat mijn betrekkingen met De
Tekgranf verbroken wan n, uitsluitend als
scheppend kunstenaar werkzaam ben geveest.
Maar hoe kont gij, die mij alle critische
gave ontzegt, geraakt zijn, dat ik over uw
werk zwijg?
GouJgmit verhef ik niet ten kos-te van u
maar wegens zijn eigen werk, dat wel
niet de qualittiten van Kloos, Verwey en
<r. Deyssel bij elkaar," heeft, maar die van
Goudsmit, van hem allén.
Uw beschuldiging van plagiaat jegens de
andere schrijvers, zult gij w&;lr moeten maken
anders blijft u ook tegenover hen niets
anders over, dan een intrekken van uw
woorden. B. GASTER.
Bertla m Snnner tn ie pnaóier.
Aan de redactie van het
Weekblad voor Nederland.
WelEdele Heer,
Mag ik voor onderstaand een plaalsinuw
geëerd blad?
In uw blad vond ik een stuVje over Barones
von Suttner en de grenadier", op 8 Dec. J.'.
Ik kan UEd. mtdedeelen, da1;
ondergeteekende de persoon is gewtest, die barones
von SuUner in grenadiersuüiform heeft gekapt.
Ik deel u dat mede, daar de heer..... kapper
alhier, het feit tegenspreekt.
Wanneer UEd. van hem een schrijden
mocht ontvangen, dat u of wel den schrijver
van het stuk in dezen faalt, u het bericht
een bescceiden plaats-Je in den prullemand
geeft, daar die man iets schrijlt, wat hij niet
ban verantwoorden.Zoo noodig is mijn patroon,
de WelEd. heer W. Lanen, nog wel bereid
u de bewijzen hiervan te leveren. Hopende,
dat UEd. mij dit schrijven niet ten kwade
duidt, noem ik mij
Hoogachtend,
15 Dec. H, COXRADI,
Noordemde 'JU, den Haag.
>" Gfl .,
Geachte Redactie,
[n het jongste nummer van uw Weekblad
komt een artikel yoor van den heer Van
Breerneti, die, naar den inhoud daarvan ver
moeden doet, in den onderwijzers-kring leeft.
Ia dit zoo, dan UIHJ; ik verwachten, dat
hij afkeer heeft vau taalfouten, niet al een
in het Xederlandtch, ook in andere talen,
die hij na en dan gebruikt. Allerminst zal
deint men minder aangenaam mede op
de kabbelende ut' zwellende, ruischende,
bruischende, dreunende, donderende
woordenzee van een van dag tut dag",
omdat die Tirtaeus nog niet als "een
balladeereude minstreel te nacht en ontijde
langs haven en kust gezworven heeft?
Ik raad het hem trouwens niet aan:
heeft niet iedere dag zijn nieuwe chnniK'*,
i-i het niet een dagelijks nieuw en ander
kleed, dat de journalist behoeft r1 Js liet
noodig zich te vermommen om dag in,
dag uit komedie te spelen P
Immers neen! En dat is wat ik het
schooue, het verhevene in het eenvoudige,
de poëzie in het gewone, het
verfrUschende iu de dagelijksche dorheid noem.
Jloe heerlijk is het niet de vreugde van
een kind te zien, die ontluiking eener onbe
dorven roos te midden der kille doornen.
Het sinterklaasfeest, dat met zijn zoete
herinneringen nog zoo kort achter ons
ligt, gaf OLS weer herhaalde gelegenheid
ervan te genieten. Ka zie, dat kinder
lijke, dat naïeve, dat lacht mij telkens
tegen uit zoo menig journalisten-gezicht.
Uroote kindereu jijzelf, mijn be^te
jongen, deed mij reeds meermalen die
gedachte naar de lippen komen groote
kinderen, hoe onbedorven, hoe weinig
blasé, gaan zij voort in het leven, liet
keizerbezoek dezer dagen leverde daarvan
weer zoo opwekkende, hart en hoofd
verkwikkende bewij/.en. Welk een op
rechte vreugd om a keuerwoord. ILoe
fijn wordt een web van woorden van
sympathie geweven rondom zoo'u
wereldschokkend gezegde. Die luisterende ge
zichten, stralend van het geloof, dat
gansch do beschaafde wereld wacht, on
geduldig wacht, op wat zij zullen hooren,
die oogen vochtig van sympathie, die
indriuken heel dien van God gezalfden
menseh, vun zijn Jakschoenen tot zijn
marinepet, omdat zij weten, dat zoo
aanstonds, gekahcld naar Oost en West.
naar Noord en /uid, hun berichten stof
zullen zijn van menig gemoedelijk ge
sprek, hier en daar misschien een licht
straal zullen werpen in een duister,
wellicht reeds wanhopend menschenhart r1
Poëzie is overal" heeft een onzer dich
ters eens gezongen.
Poëzie is overal
Overal, mijn vrin len,
't Ia de vraag maar, wie ze a!,
Wie ze niet kan vinden !
hij het dus me euvel duilen, dat ik hem
opmerkzaam maak op een jammerlijken flater,
welken hij, en met bern de halve onder
wij «erswereld geregeld gewoon s te maken.
Onder de tam geworden werveldieren, die
den naam menseh" dragen, is n. veel
gesmade, ondereoort, welke bij' zekere vurige
beweging met den wetenschappelijken naam
atnbulantuu" wordt aangeduid. Couranten
a's De Volksonderwijzer, De Volksschool, De
Bode, e. d. wijden wekelijks meer ot minder
diepzinnige artikelen aan dit proef konijntje
van polemiek-vivisectie. De schrijvers
gelooven dan, dat zij, dien term gebruikende, doen
aan Latijn.
Als eeu leerling der eerste klas van het
gymnasium, met zyn klein Latijnsch besefje,
dit voor 't eerst ziet, vindt hij het een fout,
waarin hij pret kan hebben. Voor ouderen
is het onaangenaam, bij telkens herhaalde
ontmoeting ze fs hinderlijk.
Uit vrees voor school-ofeBterig te morden
aangezien door de onderwijs journalisten, zal
ik niet aantormen, dat amhulantui" vaneen
Latijnse h woord slechts den uiterlijken schijn
heeff, een pedant air; niet, wastrin de fuut
steekt. Het zal geenanti-hoofl-bewegings man
moei ijk vallen zich in betrekking te stellen
met een gymnasiast van het eerste of van
latere jaren, en, zooals ge/.egd is>, zult een
geleerde kan htm den weg wijden; hij iveet,
dat wandelend' in het Latijn genoemd
wordt: enkelvoud ambalans, meervoud
a/nbulmittf.
Men schrijft: bru(i«s, maarniet: excelsiortiif,
a, um; niet semper virentuf, a, um; niet
stimulantug, a, um, maar excelsior, virens,
stimulans, om een» een paar zeer bekende
latijneche uitdrukkingen aan te halen.
Waarom zou men niet liever, het
fchoolhoofl met een p kanten scheldnaam willende
aanduiden, eenvoudiger de rondwandelaai"
zeggen?
Nu ik toch o?er n vreemd woord schrijf,
zij h> t mij geoorloofd meteen op nog een
eigenaardige fuut te wijten, die ook geen
un'curn is.
Onze dag'-'laden hebben tegenwoordig veel
mee te dtelen uit Tanger, de alotule stal,
d e een Nederlandcche naam hetft. lie Nieuwe
lïolterdamsi'he Courant daidt haar echter steeds
aan met Tandzjer" of 'I and jii". De imoud
van berichten uit buitenlaudsche bladen en
van telegrammen wordt vertaald, de riaasn
van de stad ni<-t. Dit gebeurt wei niet London
Berlin, Pari?, VVien, KG n, Bruxelles, Anver».
Er is geen reien om Tand-jer" met
NewYork, dat wij allen onvertaald laten, op n
lijn te zetten.
\Vtet de A1, ll-iit. Crt. niet beter? Onze
Nederlandsohe aardrijkskunde-boekjes feven
het antwoord; eu bovendien: Veertien dagen
geleden, toen de redactie van dat blat, in
een polemiek over het door haar gewoonlijk
gebruikte taaltje, ge-chreven had, dat zij
gaarne goede wenken aanneemt, heb is haar
iii een particulier en geteekend brielj",
gevriugd, of zij voortaan niet Tanger" zon
fcurijven. Dat ik geen antwoord kreeg, vind
ik best, rnaar het is een hee'je jammer, dat
aud'.jer" bleef.
7j«o gaf ik vroejer, ook particulier, aan Te
Volksonderwijzer een vriendelijk gesteld lejjf
in het Latijn, met het verzoek, uit de on
IVrwijsbaivegin^taal ti-i kreet : arnbu'.antin ' te
verwijderen. ().,k daar b eek men aan den
flater al te gevvuon of erop al te be uH tez ijn.
Van een dagblad-redactie kan ik zoo idts
begrijpen; van lieden diw da^'-lijks
taal-oudt-rwijs ge^en. nier. Mifxchir.n helpt dit schrijven
iri u !V blad beter dan een particiil ere brief ?
li durf niet voluit teekenen, want, nu ik
wijsheid verkoop uit dj laagste klas van
het gymnasium en uit da lagere aardrijka
uadeschodl, zal ik dVjh waarcchijruiJK ver
waand genoemd worden.
Met dank voor de plaatsruimte,
Uw d'., F. W.
Oaze journalisten zijn ziilke gelukkigen.
Wat zouden wij niet jij en ik, mijn
jongen, maar de gewone nuchtere menseh
vinden in hut verhaal van iemand,
die een goeden kennis van de boot haalt
en vraagt of hij zeeziek is geweest?
Niets, nietwaar, dan nare banaliteit. Toch
ontbloeien ook hier romantische rozen,
ontsluit zich een geurende dramatiek,
door de loutere en louterende journalis
tieke aanraking. Toch weet de ,Y. ( V/, van
den heer Plemp van Duiveuland kunjo
zoetvl'ieieridet' naam bedenken: je begint
te trekkebekken van .het geluid-uHee-n
daar dit boni(uotje dramatiek uit te garen:
Omtrent de aankomst aan de
Handelskade kunnen nog do volgende
ljij;ni>i/nli/'tli'ii worden gemeld. Toen do
Hu/irnzollcrn aan de kade lag en de Keizer,
die er goed uitzng met door do zon
aebruintl gelaat aan de valreep vorscheiMi,
riep de Ivonininn /. M. toe: Wie war
die Ucliorf'.'ilirt i" De Keizer 'antwoordde :
Daoko sehr! EUvas stürmisch, aber die
lierren h tbon sich sehr gut gehalten, sie
sind allen zum Essen gekomm^n." De
Keizer begroette in het piviljoen de
Koningin met een kus op de wunir en
een handkus. Toen het vorstelijk gezel
schap later het paviljoen verlier, om de
marine-eerewacht te inspoctee en, zei de
do Keizer met het oog op den stroo
menden regen : Schade um dein schonen
Kleid!" Do Prins droeg de gele ;-.jei'p
van den Z\v irten Adelaar."
Nietwaar, wut is dat alles opeens
iets anders, zoouls het terecht gt-/e<id
werd : iets bijznndt-rx. Welk een harte
lijke deelneming van Hare Majesteit in
de fysieke gesteldheid van l [.tav [lon
gen Gast. Waarschijnlijk had /ij zich.
als wij, oenigszins verontrust bij het
bericht over de enorme hoeveelheid voe
dingsmiddelen door Keizer en gevolg
tijdens zijn verblijf in Kngelaml
huniutergetVesseri". Eu h o 3 geestig en fijn,
vooral teaenovei' een dame, is 's Keizers
r<']ittrlic. Welk een wij zouden haast
zeggen --- llollandsclie gulrondheid, met
iets van dat echt zcemansachtigc, dat ons
in minister Wentho.lt zoo g>>ed doet, met
bovendien een tikje studentikoziteit,
die echter itiaathield door niet over te
slaan tot het jargon dat onze jongelieden
bij dergelijke gelegenheden helaas plegen
te bezigen. En welïeen galanterie, die
zeker de harten steelt van al onze
vrou4e Jaargang. 22 December 1907.
Bed.: C. H. BBOBKKAMI-, Damrak 59, Amst
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, te richten aan bovenstaand adres
E'ndjpel Xo. 101, ter mededinging
meestertitei" N'1. 7, in den problemenweditrijd No. 13.
Zwart ('2 fchijren en l dam.)
Wit (2 schijven en '2 dammen.)
Oplossingen moeten binnen 14 daten wor
den opgewonden aan bovenstaand adrej.
Oplo=i-infr van pr. Xo. 100 van den auteur:
W. 30 2ö, S 32, 4742, lïlt, 4S-43, 16-11,
11 : 24, 25:3!!
2eopl.w. 13-8,30 24,48-43,8-3, 3: 25!
Jammer dat in dit anders z< o rchoon en
gecompliceerd probleem, deze eenvoudige
bij-oplossing den au'eur is ontsnap*.
Oplossing van het b'adprobleem van den
heer Ahram, A'aam. W. 13-8, 3S 32, 47-42,
21-20, 20 : 4S! Eeu prachtige opsluiting.
AlXiEMKE.VE NEDKKT.A.VnSCIIK DAMUOXI).
(Goedgek. bij Kon. besluit van 14 Mei l'Ji (i).
De Algem. Ned. Damb houdt Donderdag
2(5 Dec. a.s. (2« Kersti'ai), zijn a'gemeene
jaarvergadering in het Heeren Logement',
te E lam. Oper-ing 12 uur middag, r reciec.
Na afloop van de bes; rekingen, nemen de
leden deel aan een diner in genoemd hotel.
Ongeveer 3 uur u au), wordt een groote en
zeer interessan e simultaan-wedHrijd aange
vangen, waaraan ile ini est bekende en gerou
tineerde simu'tianspelerH deelnemen. Te
Eoml heeft voor dien wtd trijd vele aardige
prijzen bt schik baar gesteld.
De simultaan wedstrijd, geheel nieuw op
dams;ev)ied, onder leiding vau den heer
Brcekkarnp, belooft een geuotvolle dag, daar
al e aanwezigen Lieiaan kunr.tu dtelcemer.
Uit Ams.trJam zal net vertrek naar I^dain
plaats hebbttD, 's mjrgens 10 25 u. siadstijd
van Stat onsplein, per N. 11. T.
liet programma voor dezi n den dainm^rs
veel beloveudd da;; is zoo opgnsttld, dat. allen
dien i.eifleu avond weder tijdig huiswaarts
kunnen keeren.
Verdere inlichtingen worden nog gaarne
verstrekt d«or den Bondssc cretarin, den heer
K C. de Jonge. Van W juüraat 5-^n, bij wien
tevens gelegenheid bes'.a-it om zich op te
geven voor het lidmaitpchap van den Uond.
De contiibtitie bedraagt slechts L'öcent, voor
en h!ou" aanae-jloteu vereenigiugen en ove
rigens f l, per ]id en ] er jaar.
(\Veg( n? ji'aaii-gtbn k eert-t tuden gejlga'st).
KORT K BIOCR VP11IK.
Van enkele uietwii i« in het damspel.
XVI.
Tijdecs den nationalen \vtdrt>ijd in Amster
dam in l'Jii2, bricht het gro-jteserisAtie oniltT
wen tante was er ten minste door
geroortl -?- in die vriendelijke belang
stelling voor de j-:pon onzer beminde \
orstin. Hoe zon een man, die zoo -ipreekt,
rondloopen kunnen met annexatie-ge
dachten y Toch scheen Hendrik niet Be
rust. Maar wedei'oni hoe fijn, hoe wel
levend om dit slechts te kennen te geven
door de t/i-lf sjerp te drigen van don
'/ir<trti-n adelaar, die immers het devies
heeft: suum cuiquc? Hadden wij onze
journalisten niet ---- hoe weinig minder
diep droniren wij door in de harten vau
hen, die U o l ons gesteld h (.??.? f t tot
heerschers en koningen. Zij vertalen als het
ware het gewoou-mensclielijke in do
r\thnien van het verhevene, zij voeren
ons zaehtkens op naar ten hooger
kvcnsplan.
Hadden wij aeen jouni.-ilisten srehad,
/.ouden wij dan ouil in ons hart dat
warme kloppen ]icb!>:'ii givorld om dat
lieve liedji', dat duur oen zoete kinder
stem iu (i:c steinniige hallen van ons
Htjks-Museinii werl Kemclodieerd. niet
da t teeder begin. d:it tcijt-lijk deuken
doet aan een NaclitHedjo vau l-'n-dcrik
en aan de bette da^en van Hardeus
proces :
Der Kaiser i-r ein lie':-ei' M.irin,
Er wo .net in l i r in,
l'ud'vii.' da-i .'i:'.-hi ?><< weit vu'-, hier. j
Da;: ?/(<,: i<'i h f i;' nn:-h hi;i." l
S ) ha'K-n n <\- t >-rhu;r \vir i
(TAV <.f; nut St-'.n ur u i:e-ur. L't-n. l
Doch was bis 'h 11 ' nu.' S"i:iiMiri,t war
Heul' ist es h*-r lien g. iuiue»."
l n ons Tiritei'i ilistisch loven, hij de
t-leehto beui'sbei K' iteii, den Htldi)o<><!. dt; j
werkeloosheid, de ellen fc om ons heen.
kan zoo iets. d-ir do teerste snaren in
ons geinoMl d.-.et trillen, niet i;enoe<r
worden «e\va;ii'deerJ. D.iarom heb ik ;
het /.oi> betivuvi, dut lu-t Ucz'H'k zon ?
kort heefr e<iiiiifi-i : i'i'"i iliiir. l loc kunnen
dan alle pijlen, die de joiunalist op zijt
lioou le-raen kan, worden af^cx'hoti'U
liet iraat dan te snel, te vli'.ehtiir. Xno :
las ik wel, dat do hter Moes, on/e te- i
waardeerde directeur van het. Prenten
kabinet, de HooL'e Bezoekers mede op
wachtte iti de vestibule, maar niet ot'
Z. E'l. daarbij in ambtsgewaad was; dat
was toch zeker een bliken een beschrijving
waard geweest. Ook. is het oord^ el vun
den Keizer over de nieuwe plaatsing van
de dammers, toen een der deelnemers de, in
de vorige biographie genoemde afruiling
toepaste op het spel van een zeer kundig
tegenspeler, maar meer nog van de cude
Hoüandsche school. De getroffene geraakte
hierdoor dan ook zoo onthutst, dat /ijn anders
chetpen geest hem totaal lofliet en dit aan
leiding gaf, dat onmiddellijk hierop een
onherstelbare blunder volgde.
Later ig meermalen het deugdelijke vsa
dezeafruilir.ggeblekerj.entegenwoordigzullen
bfna alle geschoolde dammers haar in het
spel toepassen.
Als men nu weet dat de hierboven bedoelde
deelnemer tevoren meermalen zelf verklaard
hal ook aan mij met de beschreven
thtorie van Barteling kennis gemaakt te
hebben, dan is het te betreuren, dat sedert
tcch aanhoudend getracht wordt, die leer
stelling als te'f ontworpen oo.-tpronkelijki
Holtandsche theorie, den dammers voor te
houden, hierbij wellicht steunende op de
veronderstelling, dat Barteling's theorie ia
OES lacd nog onbekend if.
Wil men iets weergeven wat leerzaam i«,
zulks wordt zeker gewaardeerd maar *ilt
nimmer trachten het werk van een ander
als ei ij en werk aan te bieden, zelfs dan nog
niet, al zou men meenen, dat het ongestraft
kan geschieden. Dit is ongeoorloofd en ver
dient dcor allen, die het damppe' ten
ridderepei" ncemen, veroordeeld te worden.
Hierna moet m 't bijzondvr genoem i wor
den onze Frantche meester Ba dent. Deze
auttur kan zeker een der grootste zoo niet
de giootste der ijveraars en voorvechters van
one geliefd damspel genoemd worden. Hij
toch aetft meer voortgebracht als vele an le
ren te samen.
la 1882 verscheen vau Balédent een om
vangrijk en studievol standaard w eik, in twee
deeltrr, geti e'.d: Le Datnier, Cours déwlopé'
<ie theorie sur Ie jeu de Dam s a la polonaise''.
H ie van is n deel uitsluitend gewi d aan
problemen en eindcpe en, en order" deze
duizende composities, vindt men vele fraaie
en gecompliceerde exemplaren, van de meest.
bekende en gerenommeerde problemi-ter>.
Wij kunnen ons bijna geen voorstel.ing
makt n van den renzenarbeid, die feëischt
werd om deze ver^ame ing tot een b< ekdeel
te vormen, en het geduld hiervoor verlang
kenmerkt dan ook volkomen, den otver
moeide en werkzan_e Ba'éMent.
Hm andere deel behandelt meer speciaal
de theoretische en practkche studie van het
[?pel. Men vindt in dit boek zoo .vel de een
voudigste als moeitlijkste glag&etun, welke
ia het practi.-che spel- en vooral iri de
C'iiregelmat ge spel-openir gen kunnen
ontw kkeld worden, f n de combina'ie ppel r
treedt hierbij in zijn volle kracht op dtn
voorgrond Hun, die een bijzondere studie
willen maken van slagzetten, welke in het
spel kunnen ontleed worden, raden «ij aan,
dit werk aui te ,-chaflen
Vele dezer slag/.etien bestempelt Ba'ét'ent
met een onsterfelijke naam, en een'ge hiervan
warden den laatgteu tijd geregeld aangebo
den, door middel van een ' Holland-ch
damlijdjchrift. Wel is het opvallend da', bij het
taubieden dier zetten in het hedoe'de D ad,
de au'eur nog nimmer is genoemd geworden.
Wij uieenen toch, dat zu'ks in de eert-1 e plaats
diende te geschieden, teneinle den schinte'
outwijken, alsof het aangebodene ook 'e'njsn
werk is. Na zii:len 2ij. die met d" inhoud
van het boek van Ila.édent onbekend vijn.
hitrdoc.r allicht verke.erdd gevo'gtn-kkin iVu
maken, en dit mag m. i. t)jet voorkomen,
te^e^over meesters als BaléJent.
( M O'r/lt ttrrt>f.{jt').
de .Nachtwacht niet genoteerd. Ook
wetjn wij niets van den indruk, dTe onze
grootsche historische galerij en do
(Jrai.ji.z utl op den Vorst maakte. Heeft hij
niets van al die portret ten gezegd
Jlerinnerd?? hij niet aan bet woord van den
Alten Fritz, die onzen braven \Villem IV
lii-f'koz-'ii l noemde de schildpad van
Ureda" '; Wij tasten helaas oiut:eiit al
die dingen nog in het duister.
Maar toch, tegenover het vele, dat
wij wél weten, valt dit weg.
D.inkl/a.ai-lioi(i houdt den boventoon. Je moet
dus. jongen, op de een of' andere manier
den braven reporters een pluimpje ireven.
Maar je moogt dit niet doen zondu' de
reürlin»- van het programma af te keuren.
Hot molkmoii-je, dat zelfs bij een
krj^man als 'riiomson in een behoefte
vuui1ziet . laat ik daar, zij is onze ntii.--,
c'-/,'.',-,-r- op het nui'iient, en hij kon er.
met zijn vH\-ehe K>)«olsehi; indrukken.
het liedje van Caldecott dechuueereii :
..\Vh;it is yonr forfure, my pn-t'v rn-ii.l '.
,,Mv f.u'e is my fortun-^, tir, shesii i'.
M.üir bet Weeshuis! Mo;;t d- e.>->de
man d sar nu altijd heen. 11 PI ft hij Lrwn
zwarten e;i rooden gcnoc": in zijn land.
oi!i In-in hier te laten kijken hoe de
eo;nbinat:e het doet" Hij, komt toch
uii't vuor liet tl itr<'ere::de p'kje van de
in"isji>s . .. . aan de regenten althans
i,\v('in'g te kijk !
l'.n do Kraters graf en de Nie.iwe
!\erk ! ,. Kveiials in IS'.il bewonderde
(\K e>/.er her koperen koorhek''. Waar-ms
l!"eir MCU zijn bolmiir-telting niet laims
n'piiwo banen geleid;-' Waarom *i\i:i
bij i i t ii;'ar de ]!eai's en de
regeltvan l'ooro]), ('f naar bet
8cb:ittej-ijlüiisL'iüii v.in kapitein Haas en ov r.
uSia'ip Y
\Iai-' ik bederf met die vragen mijti
(liiiikbare stemming, en dat mair niet.
I)aii'en als deze doen mij ons gilde we 'r re
liever krijgen. Dan pantser ik mij teren
de vernietigende blikken van tante, dan
doop ik met een half plechtig, half ver
heugd gebaar mijn pen in, dan komt er
iets warms rondom mijn hart, en daaruit
vloeit dan, waarde neef, confièrebad
ik baast geschreven een brief aan
jou van je je toegenegen
? GUM JuDucrs.