De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1908 5 januari pagina 3

5 januari 1908 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 1193 DE AMSTERDAMMER W K B L A D t 00 R N B E R L A& D. zij op zich .n.cerot, -eenvoudig door het lolt, dat, zij $it!h gaat bemoeien inet onze. tooueelkunt-t. *n subsidies aanvaardt. Be vraag van:'t .que diaöla allait-üfairedans rette galère?'' ontgaat men eenmaal niet ia .deze wereld, .eu wie zich willen bemoeien «?»?)$. kunst, ges^g1 oefenen over kunstenaar', oordeelen over toonee.lschryvers en tooneelwenken moeten nog iets meer zijn dan.... offer vaardige n, en voor iets meer oog; en oor hèb ben dan?gentletnanlikeness. Arme Kunst! :Zeker. Ook haar dient gratie beter dan ruwheid; zelfbeheerschii g beter dan to> meluosheid ; fijn gevoel beter dan grof heiJ, en een kunst als van den tooneel-pel r ^ergt ook van den hoogste eerbied voor den schrijver en zijn wei k, en zelftucht onder den eist h van het ensemble! Maar er is toch een waarheid die den steil T van dit stuk en hun, die als hij denken, ontgaat: dat boven dit alles toch ttaat hei t;route kuoi^t vermogen, en zonder dit groote kunst- v«rnnogen elk doen aan kunst het onbe !.-:l»ülligat dileltantisme en de banaalste be schaafdheid" wordt. Zóó oordeeleu over een kunstenaar van Bouwmeesters machtige en kleurrijke plastiek en sterk uitdrukkinssvermogen m»g alleen, wie een gezelschap et.*uti.emb'e gekweekt hebbe", waarin dan wél de kunst tegelijk vorstelijk n gentlemanlike gwdierd -wordt. Men kan, zoo heet het, Bouwmeester niet aan de Kon. Ver. Het .Nedailanjkch - Tooneel «ngageeren ^?oaadat men dan Shakespeare noch Molière vertoo,i:en kan''. JJaar, groote Godeii! ik heb - een paar j .ar geleden met Enyelsche vrien den een veitooning van den Jnliui Ciiesai' CP het L'idtche Plein gezien, zonder Bouwmeester! en we hebben zitten brulhn om de potsierlijkheid, tot we, na liet derde bedrijf, zijn wegjehold in woe dende ergernis en ik met blakende schaamte, omdat in onzen eersten schouwburg de grootste aller dichters zóó gehoond werd! Als Bouwmeester over de schreef gaat, (en j-t Vvh. ioen ik nog kritiek schreef, zijn ^Yerdjij.vingen nooit vergoelijkt), dan voelt meii ten miiHte lat het een machtig kur:stenaar ip, die te \èr gaat . en dat is nog wa^ arders dan het \ ei knoeien van een groot werk door slechte leiding en niet \oor bet werk berekende, kiaciteu. Me', of zonder Bouwmeester heeft men op het ? Leidsche Plein geen werk van Shakespearj ooit tot zijn recht kunnen brengen; mét hem was'i iutusfchen altijd nog een schouwburggapg waard als men van Saakcepeare niet kon genieten, we konden ;t toch \an Bouwmeesters drastische, wel echt hollandeche kunst. En, omdat zelf-i de getitlemaidikfness. rog in iets andeis ligt dan alken in de uiterlijke vormen, is het Bouwmeester in menige creatie, die ik me van vroeger van hem herinner, waar het werk hpm zelfbeheerschii'g opdwong, trou wens wel degelijk gelukt zich tot die hoogte" op te werken; en als ik denk aan zijn spelen in Odef/p, in de kleine J^on/, dan komt voor me op een openbaring van zoo zuker gevoel in ren geheel binnen de grenzen gehouden uit'ng, als waarin weini gen van de gentlemen der Kon. Ver. hern in dat vak" benaderd hebben. En zou ik kunnen voortgaan met mijn orgenoemden kun»tbescheriner voor te hou den, hoe men aan een eczelschap, waar zoo .Taak door regie en speler?, met den tekst, met den geest, met de zitl van tooneel werken gesold is en wordt, gren recht heeft, zich op «eibied voor deze alle te beroepen, waar het gekt een der eerrte speler?, die vél ve wag, te weren en ik zou er hem op kunnen »ijzen, hoe goede ond- richeiding een lijn 4rekt tusschen uiterlijke opi ervlakkigheid van beschaafdheid, en werkelijke kunst.eultuur. Maar waartoe? Elkaar versta m ? zullen we zoo licht niet leeren, en als ik u*>p zijn vraag, wie dan het beheer over Bonzen Stadsschouwburg zou moeten ovcri.fwmen, ten antwoord geef dat op eenig hoog [ fc»lan van kurstoef^ning het al hetzelfde is, i t>f de tegenwoordige beheerders er blijven of Bsfet zal hij mij te min !er begrijpen. fJJijn droombeeld is Falotifühitjkiit; het !i«tijne /. utislniltuur. En al .-luiten ze elkan ier Mniet uit, z«ker is dat wie uitgaat op het -eerste, de tweede niet zal ontmoeten. En ;d«t verklaart voor ons buitenstaanders nu ?«rel al wat we op het Leidsche Plein plegen -te vin len en te missen; wie weet of't mijn ' tegenstander niet enis duidelijk wordt, ?tcauroi/i zijn geliefde \ereeniging zooveel -bedillers, zoo weii ig sympathie vindt. Over de verhouding ^an de Gemeente ? -tot den Sta 'schouwburg ten slotte alleen nog dit: ik erken, dat men er indertijd in geslaagd is, een zeer verwikkelden toestand . te scheppen, waarbij de Gemeente betaalt en niéis te zeggen heeft. Zóó ongunstig als mijn correspondent het voorstelt, zit de Gemeente er echter niet voor; om het befchtkkinysrecht over den schouwburg te krijgen ik spreek niet van het ei./je.n. dom behoeft zij niet eerst de geheele leening af te lossen. En dat het heffen \an een belasting op alle openbare vertooningen, die het publiek betaalt en nit{ de -directies, niets in het bizonderlijk met don stadssc' ouwburg te maken heeft, zal mijn tegenstander bij nader inzien allicht zelf begrijpen. Trouwens, als de Gijsbrechtvertooningen ? J (K)?aan belasting opbrengen, is dit te danken aan Vondels genie, en de gehechtheid van ons publiek ami zijn werk; toch wel niet aan de onder scheidende piëteit, waarmee de jaarlijksche \ertooniug pleegt te jebeuren. L SIMONS. P. S. Ter voorkoming dat miji. anonyniious in mijn publiceeren van zijn brief weer, y;i//r//j««s-gert ijs, een vulling \an eigen beurs zou zoeken (wat ik in doj'iren 1887?ISO.'! aan arbeid olfurde aan onze tooncel/uak weegt wellicht tfigen y.ijn fitiantieele ntt'ers op!) heb ik de uitgevers van hot \Y eekblad verzocht hot honorarium te. willen doen toekomen aan het Onderstenningsfonds van het Tooneel verbond. Sociale Alhoewel ik geen voorstander ben van voortzetting der debatten in de dagidadep, d^ar waar ons raadsleden in de raadszaal ruimschoots de gelegenheid geboden wordt om gemeentebelangen te bespreken, meen ik toch even te moeten opkomen tog« n hetgeen de heer Simons dd. 22 dezer schrijft. De hfer Simons zegt: Ea in fiigranten strijl met den heer Sjneltema, ben ik zoo vrij te raeenan, dat Am-iterdams kansen pp een bloeiende industri', waarop ha« ligging haar in menig opzicht uitzicht biedt, te gunstiger staan, naar mate in haar midden de moderne vakhevvtgiqg zioh te rustiger uitbreidt." Wanneer en waa-, zou ik den heer Simons willen vragen, heb ik ooit beweer i Jat een r *tigi'. uitbreiding van de moJerne vakbe weging da kansen op een bloeiende indus trie -zi u tegenhouden:' Meent de heer Simons, dat de toon in de sociaal-democratische vakbladen, en de her haald'' stakingen in de haven teekenen zijn van een ruxtije uitbreiding der vakbewe ging !?" Da heer Simons weet. zeer goed, dat het b.i de behandeling d r be^-ooting niet ging <>'ii do vakbeweging, maar om ile agi tatie d.;r Sbci.ial-dem:)craten, dte slechts tot een ierwij lering tus<che:i de arbeiders en de andjre klassen der Maatschappij leiden kan en belemmerend werkt op de geregelde ontwikkeling der industrie. J. H. SrilKl.TKMA. * * ^ Pe heer Sjheltema zou zijn tegenspraak ongeschreven hebben gelaten, als hij, al lezend, den nadruk hacl gelegt i>p't woord uw IITII, eu niet op het woord rn^ti/j. Immers onder nio terne vttkbeu'fiji-u/j wordt nu een maal in den laatsten tijd verstaan de onder sociaal democratixchen invloed slaande be weging van het Vakverbond, gericht tegen de s t au k-maai- raak metholen van hetauarchisiische N. A. S. M/i'Jrnte vakbeweging is dus sociaal dei>ioc>'(iti.si-he, vakbtsweging ; de philippica van den heer Sjholtema richtte zich, gelijk hij nog eem herhaalt, legende agitatie der sociaal-democraten ; ergo tegen de lA'idenie vukburejtny, wït-r uitbreiding hij rtus niet wenschr, en wi|er rmtige uitbre d ng (waarvan ik sprak ih tejenstelliog tot de onrustige methoden der staiik-maarrakers) vojr hém altijd itifuxti] zal zijn, omdat ze ... nociaal ilemorrutfach is. Had ik geschreven o-er de rustige uitbreiding der vakbeweging'1 zonder meer, de heer Sjhelteina had me terecht beschuklijd van hem iets toegedicht te hebben wat hij bedoeld noch gezea'l had ; maar dan zou aei l mijn betoog oveibodig zijn geweest. Voor het overige in en ik rda,t het wijzer blijft in de Raadszaal niet al te ruimschoots van de gelegenheid tot bespreking van alijeineeiie kwesties als deze gebruik te maken. Qaze debatten dair zijn al lan? genoeg, en de vorm waarin ze onder de oogen van ons publiek plegen gebracht te word«'', doet het schrijven er over ver kieslijk lijken boven het bespreken. fleu^cïennis? Het gaat om miss Duncan en Beethoven's Vlle symphonie. \rer?cheiden toonaacgevt n Ie dag')lad-n beb >en het min of meer on*? past gevonden. De heer Wi leui Hut.-chenruiter gaat in bet Toonkun-itnuiuuier van 5 Decem ber zelfs /.óóver, bet beilig-chennis te noemen. En be.rrijp ik wel, wat de beer Hut dien uiier schrijft, dau zou men elk dacsip«-l bij en pympbonie van B.jetaoven »eu heiligschennis moeten noemen. Dd heer A verkam [> onischrijft zijn meeninj;; met de meeste beslistheid iu !i«t VVeekolal De Amsterdammer vi.n.ONu/. op de vol gei de «ij ',t ; Een Fymphonie van Beeibo/en is een volt >meii c )inpl«et ku istwerk, daa-aau ma« men nifts toevoegen, noch iets ook daaraan afnemen. Geen co u men'aar of ve-dii del ij kin a lieeft men er voor noodi,; Ook geen mid delen om tot verbooude stemming te komen ... Uij die nog uiterlijke mid.leien noodig heeft om. in stemming te worden gtbracbt, doet beter zich met Beet hoven nitt bezig te hou ieii." Kc valt hierop wel wat aan te merker. Gs en comnentaur no.dig en wie uit t zoi.d»r dat in stcmuiint; koint, moet maar van Beet hoven af nlijven. Zt'ó niedoo^enlons gejend zou het er voor vtltn en meu mag gerint zeggen ook ernstige mtizieküeflieboer't al slacht uitzien. Het kan toe^eg>-V( n worden, dat er ruenschen zijn, die door absolute muziek zonder meer, volkomen bevredigd worden. Mür t.oeveïen zijn er dat? Het ?,al den heer Averkanp met zijn lange mu .iia e ervaring toch zeker tit-t onbekend zrjn, dat behalve de/.e ge ukkigen en degenen, die in het febeel geen geboor voor mu/.iek heoben. ooi een categor.e van personen bestaat en d^ar booren wellicht de tneesten toe voor wie de muziek op zichzelf niet volkomtn begrijpelijk is. Die menscht-n hebben een commentaar nepaa'd no dig et kunnen eeist door een ] a seud aangebracb'e gedachtenaasociati^ de stemming in de zuivere absolu e nui'.iek genieren De:e dient i!au o?eretn te komen tm-: een stemminj veroor/.iakt door een 'L-tarmee samengaande reeks van voorstelling n. Het zijn personen die symphoninën, ouvertures en unaitefen niet geheel kunnen gemeten, indien er niet een aanduiding nij etieven wordt van wat zij er zich bij denken ku,n>,-'n. Ik onderstreep hier bet wordt, kunnen ', oTidat ik wil /.eg gen, dit et n bfpaaiile voorste'lin.g niet on afscheidelijk ver-Ooudi-u beSioeft 'u zijn bij de mudek, nuur- alleen noodig hei-J'i te pis sen bij liet karakter van bet stuk lat uitge voerd «"ordt Nu idjii er onder deze categoiie vel uifznnderingen met vohio r.de eigen f.mt.i/.ic, die de VO'jr hen -ifi-i '''./-? roiniiienlaar er zeit bij uuiken. lenuuul miiid T 'ian K cli<ird Wagnvr schroef eer. volieaive coiïinit n'.aar o[> de ou/er u-t- Coriol.i'i. Vo'ir dea h"er Averka'nii abso n it overliod'g; u>k"r. Vo.ir Waaner niet. En r.u kan ik me heel goed voorstellen, dat, er n onscüen zijr-, voor wie Wagner's i:< ninieataar een n; kom-t n ge. worden ea di~, met d;; da:via aan-e:ev(.n gcdacbteni?a[.g. een e.-en (heptn iiniruk van B'etbo/en's «eik krijgen, als <i>> htor A.V.kamp door de commentBarloor.e a1).-.) uU maziek zelf. 7r\\\ men nu die velen (-enviuiig kunnen verhied«-n zich met lïee bo ,'en ne'.ii: te houden. De qiiaeftie vas m er «I'.'irn iert-n mti'.ikalen aanleg laat ik hier geheel l.ni'fn. Hoe dikwijls wordt bovendien zoo'n c"mmtntaar gfgeven in dt-n vorm van een c >ncertgid". Bij muziek van oao Ie-ne toougedichten ii ze zelfs voor het gan-che publiek zonder uil zondering, een vereiscMe. De heer A verkamp zegt ook : Een gymjhonie van Beethoven is een volkomen com.pleet kun?twerk, daaraan mag men niets toevoegen..." Hoe heb ik het nu met de-.e hoeren pritcipe cavalleristen t Is een vers van Heine geen volkomen com pleet kunst *eik of een drama van Shakespeare of de Egmond van Goetbe? En moeten we nu Beethoven veroordeelen om<:at bij mudek bij de Egmoud schreef, of Verdi omdat hij hetzelfde detd by Sbakespeare of Schumann voor zyo. muziek by zooveel liederen van Heine? ,lk weet wel dat er mu-iii ? cok alleen maar musici zyn, die beweren, dat bijv. Shaktspeare geen volmaakte kuns; leverde, omdat er rnuz ek aan ontbrak. Conwqiieut moeten deze lieden dan ook begeren dat Beethoven geen volmaakte kunst Ie'erJe. omdat het alleen mu-.iek wa°, wat hij schreef. Het mo t erkend worden, dit zij de conse quentie ook wel aaniurven ; ofschoon hvt niet moeilijk zuu zijn aan te to men, welke groote vergissing zij. door misvaJ,ing van Wagner's theorie ooitient het Gesammtkun?twerk " begaan hebt en, d or ie beweren, dat R th-Wa ner's werk de beteekanis heeft van ein Scoritt rier den Autor des Hauilets hiraus getan "en dat Beethoven in de Xle symphonie een slotkoor te pas bracht, uit machteloosheid om met muziek alles uit te drukkm wat hem op het hart lag. Mat den bet-r Aveikamp behoeven we hierover niet te twisten. Door zijn ..erkenEing dat de Vlle pymphonie van Btethoven een volkomen compleet kunstwerk is, zal hy ioapliuite ook wel erkennen moeten, dat er in andere kunst u tii gen evenzoo comple.e kunst merken beslaan. Des te in?er moet men zich er over ver bazen, dat bij voor werk van Beethoven zoo'n exclu-ief stan ipunt inneemt, elke toevoegiag daarvan verweipeijk vindt en toch weer accepteeit, dat Beethoven muiiek schrijft bij een compleet kunst wei k als Goethe's Egmond. MÜdunkt in deze quae-tie wordt het cri terium verkeerd aangelegd, out genre est bon sauf iVnnuyeux''. Laat een kunstenaar uitin» geven am zijn. gemoed, op wolk»wyia hij dat verkies' ; als we maar iets goeds krijgt 11 /.óó wordt het net een principieele vraag uver de rnogelijkh- id om bij Beetho eu's rnu/.iik door gelarenkunst iets uit te drukken wat aan Beetho en eongeuiaa! is. Waarom zou hit niet tno.je'ijk iju? Waaro n zou niet iemand bij de VI Ie Symphonie een t pos kunnen schrijven, da1 gelijkwaardig was aan de fymphoui '! Een ten Kate sou het niet gekund hebber. Z»u het boven de kr ebt en van een Remb audt gedaan zijn bij dat .elfde opus een grootsch schi derwerk te maken, geïnspireerd door Beethovend muziek en op gelijke hooite daarmede staand^? Waarom niet 't En de ge >arenkunsl :' Is er eétevonn van kunstuiting, die zich beter met musiek laat vereenigen dan juist d* gebarenkucst ? Beter dan met de p astische kunsten, waarbij een combinat'e af>toot op de aanwe/iigbód van twee tegenstrijdige elementen ; beter neg ('an met wooidkuast, waarhij men voor het onvermijdelijke geval staat, dat de klan!:?choonheid van het ge-proken woord een der ab;o'u!e vereischten om een goed dichter te zija voli men ve'dwijnt, wanneer het woo;d gezongen wonii ; beter, zui-er Ier onged vongener is een samengaan van mu iek met gebarenkunst mogelijk; in b.'ide is een gelijk bewegingselement aauweiig, terwijl in ge n van beide iets atn:etrolf-)n wordt dat et r ij !ig is met de andere) vorm van kunst D.tt men zicb diarMj zou moeten bevalen tot d mmuziek, kan ik niet inzien. In een muziekdrama schijnt er bij r. geen bezwaar te bestaan tegen een samenvoeging van muziek met een ander soo;t geha-enkun;t dan d n dan-1. Bij een muzieiwtrk als eeii fvinpbonie zouden deze bei ie vormen van gebarenkunst niet passen. 0;u den gesloten vorm pan bet muziekwerk, jonden we ook moe ien om den naar een meer afgepast verhaa1 in de gebarentaal. Natuurlijk niet naturalistisch maar gestyleerd, een aaneengesloten en afge paste reeks van doorloopende bewegingen en standen O;n ten s'otte tot miss Puncan terug te keTen. Deze beeft zoo iets bij B^ethoveu's Vlle ?yinphon:e willen geven. Het is haar niet celnkt. Het moet eikind worden, dat de uinnlk in baar gebarenl-unst iu het geheel niet rxpie-sit-f is. De absolute kunst ;an bet ddiisen is l a ir kracht eu om dese reden past ?ich baar kunst ook beter aan Gluck's muziek aan, die voor zt o groot gedeelte uit dansmuziek bes aa'. Dat miss Dui.can het toch met Beethoven reproefde, of.-choon haar capaciteiten daarvocr, juist door het ont breken van mimische kracht in haar gebaren spel te kort scl o'.en, zou tO'.:h hoogstens een fout in haar kunstenaartconscientie genoemd kunnen wordt n. De mislukking kan in geen geval een beslissing geven over de principieela quaestie. Mr. J. J. RAAM. * * * Het is mij niet recht duidelijk hoe de heer Kaatl' er toe komt om, nanr aanleiding van een artikel drs bteren Win. Hutscheni nyter in Toonkunii" van 5 Dec., gastvrijheid te vragen aan de redactie van LI Amsterdammer voor boveus'aiiid s'uk. D:U dit opstei 18 geschreven naar aanleidirg .a:i lei Toonkun-tniitmner beJiij<t de geiijkluideruie tile; ..'?leiliaschennis '. De heer Kaall' heeft er alleen een vraagtt ukeu achter geplaats*. Mi-ir ware het dan tiet correcter geweest hel stuk der redactie van Tjonkuust" ter plaatN'iig anti te liiedeii '.' Is dan aliccn het citaat, dat de heer Hu!pcht-iir iijter uit mijn artikel van '2D Nov. aaiisjt-hnai l heelt, ln-t motief vaor den heer ?, Knal! om zich hier. in 'l -ze kolommen, tegen j mij in hi-t liarn.-.s te jagen ? j lloe d.t zij, aaarne voM.,e ik aan het verziek vuil de rei.lac.it' cm een onder>-chrif; te plii-.t-en b.j 'st.teifu Küili'~ art kei. l n tegen-teiling toet de meening van mijn t'eaci.ten opj.oni ut, bijf-ik beweren dat e e n i- y m p h n ;i i e, v a n Beet h o v e n een zoo volkomen cuinp'iet tuiislwtik is. dat >:e toe- j hoorder >li ? <!e motieven kent - - en wie ke;it die J.i'jt bij de ge-ti idhcM van on-^e te^en-.vooid'g zoo.-ee; \ei beterde mmikale cjivoeding? gei n comuinitacr noodig heeft, om tot het juisie begrip eu het rechte genot van Beethoven te komen! Wannetr er, buitt n di n componist om, sprookje.s of verhaa tjes bij muziek zijn gefabiiceer', dan zou ik die naar de kinder kamer willen v«rwijzsn. Als de heer Raaft zich beroept op de com mentaar die Wagner b;j Beethoven's Co.ioian" heeft geschreven, dan komt het mg voor, dut aijn ondtfrscbeidt&gsvermögen hem in den steek laat. B»elho^en toci componeerde die ouverture bij Colliu's treurspel Coriolan." Wat is er du^ natuurlijker dan dat het publiek, het treurspel niet kennende, gaarne op de hoogte gp>ira ht wordt van het onderwerp? Welnu, Wagner d-ed dit. Ma dunkt, een heel ander geval als met de ze/eüde symphonie! L'e heer Raatf schijnt de draagwijdte van de ui d-ukking absolute muziek" niet te begrijpen. Ten minste Lij maikt er een onjui-t gebru.k var. Wanneer in onze Concertgebouw-program ma's, acalysen voorkomen van moderne werken, dan j ui 'h ik dat volkomen toe. Zulke werken zijn in ddn regel niet zoo volkomen en tonpleet als een symphonie van Beet hoven. De componisten nouden mij deze be wering ten goede! Maar meer nog, zij zijn geen gemeengoed gemorden van den muziekief hebber; ?ij hebben geen factor uitge maakt bij de muzikale opvoeding. Overigens is een muzika e analyse toch ook geen commentaar. De Eurmont" van Goetbe is een zeer schoon kunstwerk. C'ü>chen's lieder, n Frtulvoll und leidvoll ' en die Trommel gerühret" vragen ecuter om mudek; derhalve is Egmonv" &iet een compleet kunstwerk, in dien zin als Beethoveu's revende" dit is. Ik zou ditzelf Ie mutat s n.utandis op b.". Shakespeare's Midsummernights-dream1' in toepassing kunnen brengen. En een vers van Heine... Zijn' de ged'hten van Heine, van Eichendorf, van Mörike, nii t als het ware expres voor de muiitk gedcbt? Hebben zij hunne roeping niet eerst vervuld, toen de groote lyrische toondichlers ?e vereeuwigd hebben? VVosrd en toon completeeren eikaar. Volgt hieruit d, n niet dat beide bostandleelen a part incompleet zijn ? Dan komt een heel relaas van den heer RaaÜ' c'at ik gevoegelijk kan ov>rj'aan. Of ik dan niet erken dat er in andere kunstuitingen evenzo;) complete kunstwerken bi.sfaan ? Zeker doe, ii dat en heb ik nog onlangs in deze kolommen gedaan, toen ik beweerde dat enkele verzen van Gezelle zóó af en in ?zich zei ven zóó compleet zijn, dat muziek er niet bij past. Als e f n dichter een epos zou geschreven hebben (Ie heer Raaff noemt ook iemand op die bet echter niet gedaan heeft en, volgens hem, ook niet gekund zou hebben) by de ze'ei de i-ymphonie, zou dan in waarheid BeetLo reii's zevende daardoor minde.' com pleet zijn gewordeij ? Eerder ze.u men mogen beweren dat dit epos in ,'pe m n Ier z >u genoten worden, als de lezer Beetboveii's werk niet grondig ken.te. Ei ge.-teld (.'.'? n of andere R mbrandt had een fcbilderij gemaakt geïnspireerd door Beetho en's zevende, zou dit dan in licht beeld moeten ver'o n l worden in het Concertgehou v. vóór den aanvang der t,y mphonie, om deze daard or e verduidelijken? Zou dit in waarhei l het publiés nader brengen tot Beetho .'e 's kun-i ? Omjekeerd is het eerder bet ueva'. De ^e loeling van den M-bililer zou s eciits duidelijk worden, voor hem riin de syruphon:e goed kent. Alweer vraaa ik, is Be-thoveu's zevende daardoor minder complet t'' I< zou het li-rbij kunnen laten. Doch 4n ding meen ik n \z te moeten releveeren. Het >Uat niemaiid vrij zich van een kunstwerk te bulieritn in den gee-t zooals miss Duncaa dit d-M! hij Beet hovt-i/s revende, wanneer int-n müaai;nem-n, dat de schepper van ht t kunstwerk er zich tegen zou verze'ten In mijn art.kei van 10 No ?. ecireefikook n o i dit : Men stele zi h epn= Beethoven voor, den reus, den trot-c'it u in zic'i zelven gekeerde» man. teg-nover de heva ige, gracieuse, steeds iliiulachei.d i miss D'iLcaii. Wat zou bij baar ten an'woo d hebtien geaeven. in lien zij hem had kunnen vrag n zijn zev nde fympbonie aan baar hf te staan? X"lf' een veel minder harsene na'uur zou -igar m jf verontwaardiging van v.ich hebben };ewezeu " !< hab een rluiiv vermoeden dat de heer Riafl' mijn a-tikel van M Xov. niet gelezen heeft, maar dit zijn opp s tie tegen mij zich sltclus baseert op het door den heer Hut scheurnyter gtc\i'erpeeidd uit het oonkunstnini ner vaL ?"> I)e*'4 In ieri de heer Kaall' deze zinsnede eens gnm i 'a overwogen t n eens naie lacht had, over p teit tezenover een knii-i werk en zijn schep|u r, zon hij lan zijn opstel niet iu de pen gehuuden hebbeu ? ANT. Inhoud van Tydschriften. Om,' ??>..»?. Ie gil Tan. 'OS: Fin de Sec'", door mr. S. MillerKzn. Uit liet leven Viin AMStophanes. door prol. dr. J. van Leeuwen. |jjven*:ilylle. d ;or Th. van Merwede. Over .Ie Xuori-c'ie btrg-vlakte, door D. KoijremauVan der Willigen. Het tekort fier Rjksverzekerinüsbaijk, door jhr. mr. H. Sniis.-aert Onze leestaft'1. l),' .VA'»1 Knnr, Jan. 'C'S : Ver.-je, door Jac. ! van Lo. y. M-.OA'e jaren, door dr. A. A'etrino. Met ivoren Aapje (vervolg) door Ht-r-nan 'l'eir inck. Ui.komst, door Herm. HeijermatH .Ir. Gediehttn, door Hein B H-ken. 11 jt lied van l'nao m, d o Jr K irel vai i!,-; NVoesti.'n". De nieuwe tdon-clspelen van Marce'.lus K nants en Herman Heijej nr.m .Ir, d >ot l-'ians Mijns^en lsle:n<' proza stukken, duor l'. H. Ritter.I'-. De (iek. (i'sor H>-nri van P> >oven. Sinte'klans. door H. Bouma. (irnnt Xi-flerln.il. Jan. 'l S : Anna van GoghKHiilbach, l'ü^en haard Ueiiéde ('ieicij, V iii'leii;.' vh- 01 ke eii O d. n k ei e bt-ukeiihooin. ?- l !r. K. A. Koilettijn, J. I;nlo ;itsinH. Over Bi cienl,k. Mi>ie K ,et er.-', Uutgooch'.1 ing. !)ranuiii-c!io Kun~t. .V'iu.'r A'^ei'l. Maan Isc lirif; van (jroot \ Neder and, uil. l en '1. gewijd aan lit'eratuur. ' rvecidoiid-i knust en m u ijt: J.iha Hakker, Koue jen?.i. -?Vi^tord-M yere. KleguJn. \V. Graadt van Roggen, Van het jonge lee 1. BeneJicta tn. In stillen nacht. Van blijde in-nre. J. Tersteej. Kust. l'ol ile Ment, Eu Halewijn sprak. -J ,J-ic.T io.nson, Herfstmelodu en. Ad. Herckenratb, Gedichten. Frans Bnyens, aoiroaanj;. VM. Blok^ijl, Wan de Elven. K.: vjnrdeft!Oereiy Verzen,?Om. K. de La^y*, Verh*ngfen. 'Dr ienêde (Olercq, Dichter G«ido ?Gezeile *ls Volkfraan. Ans. Salomon?, Av»4d" Porta WesiMita. LfefJe verloren, Droom, Inhaildigins', ?W-an-hooptnacht. Ricbard de Cneffdt. Alierh«ilig» n. Ary Delen, De meezen va-n-gers". _ Theo Fccq, A. A. J. Daalmeijer. C. Eeckelc, In stillen racht. Victor de Meyere, Over den hedendiagschen roman. Ed.Thorn Prikker, Tot de jonge [.oëeten. W. A. C. van i am, Nietzschean 4- P- van Sonsbeeci', Ontgooehelirg. Morgen. Dt Katholiek, Jan 'v'8: Van kerk^ouwsiijlen. en ? rschen van .onzen'ijd, door J. J Graaf Maria Beatrice van Modena I hertogin van York. door VI. S. Frie-che letterkunde, door W. P. de V ies. Blijde mare, door K. van Kro 'iienhurg. Ontwaking, aft 12: CMcar S x, R :zeken uit den blauAen Hemel. Willem Gijsse'e E^n lied van leven. Siska van Daelen. De G iede Predikant en Bonnetter- Sie^fri. d Nacht, nit den O.ly;see 'an een o s'atideling. Jarques M-^-inie, Blieven u;t Parjs. Se^ber Kahau^, Een internationa'e agitatie voor Ed vard Joris B >--k->n e- tij Ischrifien. Df Vrti-uw en knar Huis: No. 9: Bij dea komenden dar, door A. C. Bol - Denija. Jengi en ouderdom, door E V. Filet Brode", door EIH. M. Rogg°, «ralenweik. Onze planten, door dr. A J. M. Garjeanne. Over schapen en reeën, door Erious. Gtikos'u meerde balj, do >r K. H. D. Griekscha kleederdrac it, door Ma'jor. Elck wat wile: Wat ge niet weet. of mogelrk weet. I ene Sanders. Wat men ziet en leest.?N.eu*e uitgaven. Beric .t over patronen. Schoonheid en oiiderwïj*. No. L. Aan d« lezer?. De school tfan Ligt hart I, door A. v, d Willigen. Boekbespreking. Avond ster (muzie ) door A. fr. Dysermek Van verre en van nabij : TentoonstelTu g O^ivoeling van bet kind", door J D. R. Onze beweging: Nieuwe leden. Orgaanfomis. Propagan lacommissie. ? Zang nderwijs op de L. S. Lezing van Ca'harir.a van Rennea o -er Het kinderlied op de L. S." Df. l.everids Natuur, ah'. 9. Der.'07 : Uitliet Vogeldagboek, d >or Jac. P. Toijsse. Wan delende lakken, door L. Dorsman. -- Sjhierm innikoog. door A W. Kloots Jr. Vage,!ver volging en MU- chengilde, door J \'ij'erberg. De Piantenarmoede van de Duinen doo» Jac. P. Thij«se. Van Z.volle's Omgevinsr, door B. G BuUinu. In het K'o ister, do n G J. Meinen He f,ib]oei en Henf.<tgroei, do ir Jac. P. Tri V ragen en Korte Me ledeel ng<in,. Nifuio Vrnuu-enl t-(n. M. andhlad 'i-or dame^ onder redac'ie van Da'sy E. A. Junin-<, Ie jüargang, No. l ; Welkom Ban de lezen3. Hoofdarikel, door notaris M >11. Canari:ch8 herinneringen, door de redactie. Kuhri k voor heeren. Open brief am generaal tad, door de redac'ie. Van den man. die er 'a pension op na hield, door mevr. Wink. De vere.eniging voor vrouwen k:e-<rechf, door mevr.. Jacohs. Boekbespreking Cosaiopolitiscbe Caramels, door Miu o-a Het Koninklijk bes'uit van f Maarf, door D. E, A J. Feuilleton, A Ie. lei. Eijen Haard. Impulsie, door C.'r;i Fint* E°n jonge dame'-kostschool nit de eerste heift der 191e eeuw. Nederland vi or honderd jaren, door genei aal Wü;>pei man i met af b ) Bij Grootmoeder, door J ro. de V ie~ (hij de plaat). Bij grootmoeder (naar de schilderij van D. A. C. Ar z, in het Rijkimu<t um te Am sterdam) Een rmtkjraairtiift-f i^r'ek. door Hermin J. da Vr.es ( ne' af (> ) Ver-cheidenhei 1. Feuilleton. Uw g-°!uk-ter in '!)OS. Mannenkoor Kunst na V'heid". Mr. A A. de Pin o f?B»uvi<i reteAuas'e-dim. Een ha'tstochtelijke ,ezer van Eigen Haa'd'. de, naar hij ons m'de, leelde, zelfs in zijn had, onmi'HelHjk n^ onivargsr, het blad leeest. >ien\vjaa--fe, <t bij de Cbineezen op M .cas,-ar, ahts met af b. Ad 7erten!ièn. 40 ? ? n 1 1 p ? r r ? f » i Verlangt S.v.p. stalen van onze nouveautés in zwart, wit of gekleurd van 60 cents tot 9 gulden per Meter. Specialiteit: Zj;destoffen voor Gezelschaps-, Eruids-, Bal- en Wande.toiletten en voor Blouses Voering enz Wij verkoopen slechts gegarandeerd soliede zijdestoflen direct aan par ticulieren, franco vracht en rech ten aan buis. SCHWEIZER & Co., Luzern H25. (Zwitserland'. Zijdestoffen-Export Kon Hofl Noniiiiül-üntlerklfi'uiiiii van Prof.DrG. Eenige Fabrikanten rW.BengerSötme Stuttgart HoofdUepOt te AMSTERDAM: Kal ver-tr. 157 K. F. DEÜSCHLE-BENGER. BOUWT u mmm o d. VELUWL Inlicht. b,d. Vereeniging Kantoren voor Vaste Goederen in Nunspeet.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl