Historisch Archief 1877-1940
No. 1595
DE-AMSTERDAMMER WEEKBLAD TOOR NEDERLAND.
Om ?een misbioik te maken van
plaa+Ernimte zal ik op goedge'uk sltcbte twee of
drie voorbeelden kiezen ter staving van
mjjn beweren.
Mallarmélaat zijn Faun een verhaal dic'>
t«n om twe« oymfen te vereeuwigen, die hg
gezien heeft hetag in werkeljjkhtid of in
den droom:
Ces nymphes je les veux perpétuer,
wat de heer v. A. wtêrgeeft met:
Die rymfen wil 'k voortdurend om mij zien.
Nadat het voorepel rauwel^ks is ingezet:
M. prélude lent, oünaissent les pipeaux,
v. A. traag begin der wordende schalmei,
verdwijnt het verrukkelyk gezicht en de
Faun verklaart:
Inerte, tout buïle dans l'heure fauve
Sans marquer par qnel art ensemble détala
Trop d hyujjn S'ouhaitéde qui cberche Ie la:
Vol loouen brand 't al ligt in rossge stond
en toont niet, hoe zoo plots en kunstig
(met elkaar
al 't over heil verdween voor hem, die
(«oekt het H.ar :
Hoe is 't mogelijk niet in te zien dat dit
büden heer v. A. tot zoo iets z nderlings
geworden la eenvou lig de a van den toon
ladder beduidt I
Dit volsta voor zoover het betreft de ge
wone btiteekenis der woorden. Wat er terecht
komt Vande, j-jc^alfeeringen en fijnheden i o
de uitdrukkingen "by 'verzen zoo faits tt
voulus", kan men-"zich licht voorsteder.
Woorden"in" 't''mefervpuH worden bijna
^sleleelma'tig tot enkel 'oud en omgekeerd, tijden
en 'wyzén der werkwoorden worden zonder
veel bezwaar'verwisseld. En zelfs het zuiver
klassieke -rhythmèvan Mal arméwordt
wierpegeven door prosodische kunstgrepen van
de storend-te uitwerking:
Faiire, l'illusion s'échappe des yeux bleus
ffit'fro'd»,...
Faun, de begoocheling kan nimmer blijven in
het blauwe en koude oog ...
Tache donc, instrument des fuites, ó maligne
Byrinx, ...
Zorgdu»,ospeeltuia; van de vluchten, o
aleine syrinx....
Mallarmé's klassicisme heeft hem steeds
het gebruik van neologismen verboden, de
beer v. A. dringt ze hem in overvloed op.
Geen spoor ten slotte van het adrnirable
poème... coquin'1 waarover Verlaine zoo
oordeelkundig spre kt in zyn Quinze jours
en Hollande" en waarvan de uitlegging in
het openbaar zoo hachelijk kan zijn. Ces
vers impeccables qui savent tout noncer et
tout sous-entendre et cacher sous leurs ombres
-ici d'ailleurs bien transparentes.. .", zijn
onder de handen van den heer v. A tot ik
?weel niet wat voor casse léte chinois" ge
worden. Ten zeerste betwy'fel ik of dit veel
kan bijdragen tot het ree it verstand de/.er
verzen, en opnieuw wordt de wijs. eid be
vestigd van den raad, dien hun auteur zoo
leukweg gaf: n'expl quez pas mes ptèmes,
vous feriez croire qu'ils sont obscurs".
Intusschen is de poging van den heer ^. i.
op zich zelf zeer loffelijk, alleen ia't jammer
dat hij zoo ongelukkig gekozen beeft: een
werk als dit van Mallarmékan niet vertaald
?worden, daar het misseh en het eenige is in
de Fransche littera!uur van di 19e eeuw,
dat volkomen beantwoordt aan de door Th.
de Banville van het ideale gedicht tege/en
definitie: une composition dont l'e-xpression
De Fronsac zuchtte vol beteekenis. Op
mijn leefdjd is iemand zoo verstindig om
de verleiding te ontwijken."
Is dat niet een beetje onaardig tegenover
de verleiding?" opperde ne, haar wonderlijke
oogen opslaand.
De Fronsac week een stap achteruit.
Bovendien had ik een boel te doen,' voegde
hij er stijf aan toe, ik heb een drukke
werkkring. Hoewel ik 't b.v. prettig zou
vinden nu met u te praten", maar zijn
vastberajenheid liet hem in de steek en hij was
niet in staat te zeggen dat hij maar voor
een oogenblikje was komen kijken.
Hoewel u 't prettiz zou vinden met me
te praten 1" vroeg Florozonde.
Moest ik eigenlijk aan mijn bureau zitten,"
besloot hij hortend.
Ik ben blij dat u niet aan uw bureau
zit.' zei ze.
Omdat ?" mompelde de Fronsac met
vreeselyke emotie.
Omdat ik u nooit genorg gedankt heb
voor uw belangstelling in mij, en ik wilde
u zeggen dat ik dat niet vergeet." 7,3 gaf
hem haar hand, en hu hield die vast, strijdend
met vrees.
Mademoiselle," antwoordde hij bevend,
toen ik dat s'.ukje over u schreef, was mijn
belangstelling in u zuiver die van een journalist,
zoodat ik daarvoor uw dank niet verdien.
Maar sinia ik de eer heb gehad u te ont
moeten heb ik een belangstelling gevoeld,
die heelemaal anders was; de belangstelling
van een man, van een een ." Uier
klapperden zijn tanden en hield hij op.
Van een wat?" vroeg ze zacht
droomerip.
Van een vriend," fluisterde hij. Een kille
vrees maakte den vriend" tot een ijsberg.
Maar ze liet zijn hand niet los.
. Ik ben blij," zei ze. O, u bent goed voor
me geweest, monsieur; en wanneer ik in
e'.rijd met alles soms treurig ben, ben ik Uch
niet ontdankbaar."
U bent treurig?" stamelde het wankelend
slachtoffer. Waarom?"
Haar boezem zwoegde. Is succes alles
wat een vrouw verlangt?"
Ah l" riep de Fronsac hartstochtelijk uit,
is 't'le.-en zoo niet? Voor ons allen bestaat
't onbereikbare voor u, voor mij."
Voor u 't" fluisterde ze. Haar oogen waren
bovennatuurlijk. Bewondering en angst streden
in hem.
Werkelijk," snikte hij, ik ben de
ongelukk-gsta van alle menschen l Wat is een
genie, wat is roem, wanneer je eenzaam en
onbemind bent ?"
Ze kwam dichter bij hem zoo dicht, dat
de geur van haar haar hem dronken maakte.
Zijn hart scheen te kloppen tegen zijn ribben
en 't zweet parelde op zijn voorhoofd. E"n
oogenblik aarzelde hij aan de rand van zijn
graf dacht hij. Toen liet hij haar baad los
en ging achteruit. Maar waarom zou ik u
(oit si abso'no, 8i parfaite et si déftnitive
qn'on n'y puisse faire aucun changement
qut'qo'il eoir, sans la rendre moing bonne et
SinR en atténuer Ie eens'.
Het -f.t u ten hoogde betreurenswaardig
zfón, in Hen zelfs de belles infidèes" er de
lettres >n kunstenaars afkeerig van maakten:
die ta. k blyve overgelaten aan de trage en
bekrompen cri.ici.
H.-P. HARI.EM.
E^n antwoord aan den lieer Aaerkamp.
Waarom ik m£n opstel ter opname in het
week b id De Amsterdammer aanbood? Uit
het f. it dat het stuk werd opgenomen, moet
ik vei moeden, dat de redactie haar gegronde
reden voor de opname zal bebben gehad.
Ik de. k dat cok zij everals ik de
algemeenheid van het door mij behatdelde
onderwerp in aanmerking nam. Dat ik
daarhy fpeciaal met den heer Averkamp in
debat geraakte, komt hierdoor,dat hy, b shster
nog dm ik het in andere bladen las, zijn
meening over het onderwerp formuleerde.
Ii de e bijkomstigheid naar niijn idee
voldoende hiermeie opgehelderd, dan moet
ik eeilijk bekennen een beetje met de handen
in 't haar ti zitten, wanneer ik bepeins hoe
ik den heer A/erkamp op de hoofdzaken van
repliek za! dienen. Voeral omdat ik, na zijn
antwoo d voel da', we elkander waarschijnlijk
zul en blijven mieven-taar. De heer A/erkamp
spreekt byyoorbeeld in het beg'n reeds van
een zich tegen hem in het harnas jagen,
tetwijl uit mijn S'uk toch goed leesbaar is,
dal zooiets niet in myn bed jeling gelegen
heeft. Ik heb nie's persoonlijks tegen hem
en wat ik aan zijn adrec zeide t eb ik gejegd
tegenover alle musici, die, juist wegens hun
door en door muiikaal-zijn, zich gewoonlijk
vergissen als zij met kunstuitingen op ander
gebied te doen hebben.
Wanneer da heer Aveikamp Fchrijft: Zijn
de gedichten van Heine, van Eic^endo'i,
van Mörike, niet a's het ware expres voor
de muiiek gedicbt?" dan zou ik antwoorden :
neen, neen en nog ereis neen ! Een derge
lijke aanmatiging kan alleen opkomen in tiet
biein van muriekvakmensrhen. Het kan
hun in het geheel niet kwalijk genomen
worden, maar het is een even onzinnige
bewering als in he.t omgekeerde geval eetjige
jaren geleden gedaan werd d.>or een dirigeat
in L 'ipiig, die ik meen dat het in Die
Mu'il; wai volhield dat de quasi recitatieven
in de ('male van ISjetboveri's IXe symphonie,
letterlijk om ten tfxt vragen en die er dan
ook een text bij le.'erde,
Hebben zij (Ie dich'ers Heine er.z ) hunne
roeping niet eerst vervuld, toen de groo'e
lyrische toondichters ?e vereen wigd hebben?"
vraagt de heer Averkamp verd r. Arme Heine,
die daar zijn hei Ie leven doorbracht met het
leveren van half werk. Hij is er in elk geval
nog goed aan toe geween. Maar vrat te zeg
gen van zulke slumpers als Keats en Shelley,
die tot nu toe nog maar niet door i en
reidenden toonkunstenaar vereeuwigd we,-den?
Hun lot is zeker niet benijdenswaard.
Kooi, ik voor mij ben er in het geheel niet
z-o zeker van dat een Schumann of eeu H1130
WoHï' zichzelf wel a.p de reddeis van Heine
en Moricke gevoeld hebben, zo >a!s de heer
Averkamp en met hen waarschijnlijk ook
andeie mu-ici het willen doen voorkomen.
En of de dichters zich wel als de geredden
beschouwd hebben is ook de vraa".
Men zou er aan gaan wanhopen om iemand
die zóó denkt over dichtkunst doi lelijk te
maken dat een vers evenzo -d een in zich ^e.f
MIIIIMIIMMIIIIIH
.las'ig vallen met mijn verdriet ':" stamelde
hij. Au rtvoir, malemoiselle."
Buiten, de d ur wenschte hij zich*e'f geluk
met zijn zeltbeheersching. Kn nog bleek
van de crisis legde hij een eed af baar niet
meer te naderen.
Onderwijl was P.tou in 't buitenland
ontroostbaar gebleven. Of-choon de menscheu
in den Haag Fransch spraken, zeiden ze
vreemde dingen te^en hem. Hij rui-ite
Montmartre, al 't intreseante van Parijs.
Terwijl Lij de klan'en piano's tracntie aan
te smeren of leuterde over de mooie toon,
benij ide hij F.orozonde daar in Parij*.
Florozonde, die hij bad ontdekt nam zijn
ge lachten in bes'air. 's ivonds las hij over
haar bij van der Pijl; 'a Zondags als de train
hem mar Scheveningen bracht, om daar een
bier-je te drinken, las hij over haar in het
Kurhaua. En toen gebeurde 't onverwachte
op deze manier :
P.tou werd ontslagen.
Weinig dingen zouden hem meer hebben
kunnen verbazen, en om de waa beid te zegden,
weinigdingen zouden hem minder hebben kun
nen schelef . Het is beter in Parijs var. honger
om te komen, dan in Holland diu te worden,"'
vond hij. Hij rinkelde, niet zijn kapitaal in
zijn bro.-kzak, rook in zijn verbeelding al zijn
diner in Ie Faisan d'or, en maakte als een
haas dat hij we^ kwam uit de pianowiukel,
alsof die in brand stond.
De klok stond op kwart voor zes toen
Nicoli8 Piton, componist, opdook uitdedare
du Nord, en zijn kodertje, dat zijn gaide-ro'je
bevatte, lic'itelijk zwaaiend, jiinj; tiij er op
uit om een logies te zoekt-n. Hij l a l 't
geluk zijn vroegere kamer onbezet te vind,u.
Hij kuste de conciërge ontsiuimig wat
haar de adem ontnam d» ed e>-g weel lerig
en nu n een bakje na ir Ie FaUati d'or.
waar tiij opsnee.l over zijn avonturen, inliet
buitenland, welke die van U ->:i gemout
overtrollen en gin^ naar la (Juupole.
Eii daar geduwd do ir de menigte, keek
de arme kerel in 'c theater naar de roem? ijke
vrouw, die hij had uitgevonden en weid
verliefd op haar.
Je zou kunnen zeegen dat er meer (lande
heele gioot!e van do comedie tusschen hen
was, je zou kunnen zeygen dat de af-tand
onmetelijk wa». W;e on ier hes punhek ZMII
vera.o den dat Fluroson ie onbt kend /.ou n u
gewee-t zord.'r dien man in de l'coir ciiuif'.'
Ja hij «erd verlicfj op haar KC'ioouhHd,
haar jratie, misschien o >k wel op de omstan
digheden. Het theater weerklonk van t,et hai.d
geklap; het gordijn verborg haar; en hij ging
naar buhen, zweetend. Hij kon uit t lmp,>n
haar dien avond te sp'eken, maar bij was
nieuwsgierig haar te zien als ze wegging.
Hij besloot den volgenden morden de Fronfac
op te gaan zieken, dair ze hem zon Ier
tvi.fel nu wel zou kinnen, en vragen hem
aan haar voor te stellen. Zich'.elf dit belovend,
kwam hij aan de tooneeldeur waar de
compleet knnstwerk ia als een gigue van
Bach of een sonate van Beethoven. Dat een
gedichtje iich bijzonder goed leent yoor een
muzikale bewerking, beter dan byv. Dante's
Comoedia of Quer.do'ii Mpn^chenwee, doet
niets af tot het feit, dat 1.el als kunstproduct
volkomen af en ook zonder muziek te genie
ten is. Niet voor een musicus, die ge wo mlijk
in woordkunst niet anders dan
gelachttnkunst ziet en meent het recht te hebben
klank en rhyiine van een vers aan flarden te
m'gen scheuren, wanneer hy zich maar strict
houJt aan den gedach:engang door de woor
den uitgedrukt. Dat ook de heer Averkamp
tot deze categorie van stricte musici behoort,
blijkt uit z£n beweiing: Woord en toon
completeeren elkaar." Mijn lieve leste beer Aver
kamp, ddt kan niet, het is een phywolagifche
onmogelijkheid en wel om de^e eenvoudige
reden, dat klank en rhytme van het ^e?proken
woord van g> hsel ander allen i zijn dan
toon en rhytme die we in het gezongen
woord van een lied te hooren krijgen. Het
eenige wat mogelijk is, is d t : dat klank en
rhytiLe van een gedicht bjj de muzikale
bewerking vervangen wo den door toon en
rbytme der muziek. E.n musicus noemt dit
comple'eeren, omdat van de woordkunst
enktl d) door da woordi-n teweeggebrachte
geda:hten tot hem doordringen en hij ge
woonlijk stokdoof is voor versklank en vers
rhytnr». D<tt blijkt ook voldoende uit het
van den heer Averkamp aangehaalde. II\j
kent van de dichtkunst alleen het wcord;
de klank en hè; rhytine. mi ent hij, komen
er eerst bij duor de muziek.
Een componint kan, wanneer hij producten
van de woordkunst voor zijn doeleinden ge
bruikt, wel een nieu v werk maken ; het gaat
echter steeds ten kor-te van een der ess
ntialia der «oordkunst, namelijk de schooue
klank van bet gesproken woord. E^nlUd van
Wo!fl is niet een gedicht van Mö'icke met
muziek erop; het iseeu nieuw kunstwerk, waar
aan hoogstens degedachtengangvanMöricke's
gedicht ten grondslag ligt, maar dat defchoene
klank en het rhytme van Mörlcke's wootd
kuint geheel ruist en missen moet, omdat
het ge-preken woord iets essentieel anders
is dan de gezun^n toon De heer Averkamp
geeft toe, dat hij van Gezelle wel gedichten
kent,die h ij voor zóó vol komen camp Ititst houdc,
dat uiu/.iek er niet bijpast. Zij n ze niet a
ecompleel ? ('f is het enkel een kwistie van graad ?
En wie zou dan volgens den heer Averkamp
de beslissing moeien hebben over da v-raag
it ten gedicht compleet is of wel de bu'p
van een tojndichter noodig heefc om ver
eeuwigd te worden ? Zou de heer Averkamp
dau liiidelijk nog bij benade ing kuni.en
aangeven om welke reienen hij He ne en
de overigen voor incjmpleet houdt, terwijl
Gezelle in de door hem bedoelde gedichten het
zonder hulp van anderen wel alleen af kon?
Ik vrees er voor dat wij ieder o j OLS e-igen
standpunt, geheel tegenover elkander zullen
blijven staan. Ik houd de Egmond van Goethe
voor een volkomen compleet kunstwerk, waar
voor ie ouvertu:e van Beethoven geheel over
bodig is. Hetzelfde geldt ook voor de
tooneelwerken van Sfiakespeare en roor de gedichten
van Heine, Moricke en zooveel anderen ; ook
voor een fymphonie van B ethoveri. Maar
daarmede beweer ik hoegenaamd niet, dat
deze werken niet de aanleiding iiio^eu zijn
voor nieu ve kunstwerken in den zin '-O als
ik dat boven uiteei-zette. Een opera van
Verdi op een drami van S:iakespeare zal
ik j>een heiligschennis tegen hakeppeare
noemen. De opera is hierbij eennieuw werk
gemorden, dat niets m»er met Shake-tpeares
woordkun-tweik te maken heefr. We! zou
h;t ondnnij zijn waaneer Verdi in
eende~gelijk geval beweerde dat hij 'iakespeare
verbeterd tiad. Zoo kern ik ook op legende
krasse bewering van den iieer Averkamp,
Fronsac, bevend over al zijn leden, zichzelf
stond geluk te wen.chen met zijn ielf beheer
sching.
Mijn vriend," riep Pitou enthousias' uit.
wat ben ik blij je te zien l" en hij Kneep
zijn haLd haast af.
Au ! pas op." bromde de Fronsac, zich
li/gfvringend. Au l au! ik wist met dat
ja zooveel van me hie d. Dus ben je teru^
uit Zweden V"
,Ta, daar ben ik wel niet geweest, maar
waarom zouden we deoatteeeren over aard
rijkskunde? Wat was je aan 't doen. toi n
aaijkwam je verzen aan 't reciteeren ?
A propo«, ik moet je et u dienst vragen; ik
wilde gfaa^ aan Florozonde voorgesteld
wor ien."
Nooit l''antwoordde de dicht er vast bes'oten,
ii hou te veel van je ik ben juist zeif be
sloten haar niet meer terug te XK-U. Boven
dien, ik dacht dat je haar in het circus
kende ?"
Uaar heb ik nooit met haar gefproken
ik bewonderde haar alleen maar vanaf mijn
plank. Kom, ga met me mee naar binnen,
en Kiel me voor."
\ Is onmogelijk, hield de Froneac vol.
Ig. zeg je dat ik uie niet meer in haar na
bij btid wil wagen. En dan ook, ze komt
dadelijk naar buiten, haar coupéstaat daar
te wachten."
Terwijl hij nog pprak, kwam ze naar buiten,
en net doende ot' ze hem niet zag, ging ze
gauw naar haar rijtuig. Maar dit was volstrekt
111 j[ naar den zin, van Piton. Mademoiselle,"
riep hij uit, zijn hoed haast tot deii grond
afnemend.
la, wat is er?' zei ze kortaf, zich
omkeertnd.
Ik heb juist mijn vriend de Fronsac
verz(n-lit mij aan u voor te stellen, maar hij was
bau^ dat u zijn biutaalheid /.ou kwalijk nemen.
Mag ik u verzoeken de mijne te vergeven?"
Zy glimlachte. Het was het oogenblik
waarop noch de man uoch de vrou v weet
«ie \ eerst zal spreken, noch wat er gezegd
moet worden het oogenblik waarvan een
lur nfuangt.
Pitou vatte het aan :
M.idemoiselle, ik kwam juist vanavond in
Frankrijk terug. De bede reis door was mijn
ee.nij,e gedachte u te zien zoo ^auw ik zou
zijn aangekomen."
Uw vriend," zei ze, met een verachtelijke
blik op du Frousac, die elegant
wegslenterde, ..ou u waarschuwen dat u onbezon
nen beiii."
,,1\ be-n niet bang voor zijn waarschuwing."
Brilt u u:et bang voor mij?"
All f u bang dat u me te gauw zult
wegzekden."
Mon Di<-u, dan moet u devdapper8te man
uit Parijs zijn," zei ze.
In ieder geval ben ik op 't oogenblik de
gelukkigste."
.Nu wai 't een heerlijke verandering voor
dat de toondichfers er eerst voor gezorgd
hebben dat de woorddichters hun . o ping
ver vu d hebben. Ik kom ook verder op tegen
het t are paraiieeren met piëteitloosheid en
heiligschennis en tegen de ontzettend over
dreven vereering van groote mannen, die op
zoo OLbarmhartiee wijze de slapte van den
tegenwoordi^tn tijd op kunstgebied karakte
riseert.
Hoe de barsche" Beethoren zich tegen
over d-< bevallige, gracieuse steeds glim
lachende" miss Duncau zou uitgelaten hebben?
Ik waag het Beethoven ongeveer het vol
gende in den mond te leggen: Kindlief,
dat kan je niet, maar ik zal wat componeeren,
dat meer in het bereik van jou krachten
ligü". Maar wat Beethoven gezegd zou hebben
tegen het gros van de moderne musici, die
in stuiptrekkende aanbidding voor hem
geknieild liggen? JoEgpns, ik geloof dat dan de
barsche'' van Bjetho7en geducht losbarsten
zou en ze voor verwijfde malloten zou uit
maken evenals hy de^d toen hij in Berlijn
speelde voor een eezt Uuhap, dat nitt in taat
was de tranen deg gevoels te beheertcher.
Neen, de ophef die er tegenwoordig over
picteit tegenover kunstwerken gemaakt wordt,
is wel heel onuitstaanbaar. Dit mag er
niet mee gebeuren en c'at is er niet mee
geoorloofd. Mijn hemel, het kunstwerk zelf,
het/.ij let een drama, een muziek- of een
dichcwe k is, lijdt er toch geen schade do ir.
Welke afbreuk kan het doen aan Beethoveo's
Vlle symphonie, wanreer Duncan daar
mimiek bij geeft ? Toch wel even weinig als
wanneer iemand slechte muziek maakt bij
een goea gedicht van Gezelle.
Ik zou die h<eren die l un kruit nu een
maal toch willen verschieten op het veel
vuldig voorkomend gebrek aan piëteit, aan
raden dit liever te doen tegen die cotnissies
en eert-comités, die voor de huldiging van
groo'e mai'nen geconstitueerd worden en
achter de oilicieele schermen b'ijk geven van
veel meer afwezig'.eid van piëteit, dan bij
iemand als Duncan het geval is, die het beste
van htar eiien knnst tracht te geven al gaan
ook de pogingen die zij doet, zooals bij haar
mimeeren van de Vlle, soms boven haar
krai'lren.
Nog eea enkel punt in het antwoord van
den t.eer A erka-np wil ik even bespreken:
Let btg ip abso'u'e muziek" en Wagner's
coiï,uinntaar op de C iriolan-ouvertürp. Wat
het laat- e betreft rand ik des heer Averkamp
aan het beluste opstel in Wagcei'.i ver-amelde
geschriften nog eens na te lezer. Ik ben
er zek-r van, dat hij het dan zal rangschikken
onder de verhaaltjes", die hij naarde l
inderkamer (zou) willen verrijzen."
En uu de dra^iwij Ite vat de uitdrukking
absolute rnu'.iek," die ik niet fchijn te begrij
pen, lii heb inderii. d in het muziekblad Toon
kunst eens e* n o s elle'je geschreven onder
deii titel: A'ieolule eu pro^rammu:iek. Het
is mij niet b kend of ei van het stuk door
een ander blad notiiie werd genomen. Op
zichzelf beteekent d;t na'uurlijk nietp. Maar
mis-c iien begrijpt de h< er Averkamp nu ook
waarom ik zoo na dun, wanneer ik ietxop het
hart t eh, om past; r ij hei l ook bij de redactie
van De. Aiii<tn<l «inner kom vragen. Mijn
betoog kwa-n dan heel in het kort hierop r eer,
dit naar mijn meening de onderscheiding
tusïchen abs luie en programmuzi k, zooals
zij gangbaar is, op een onzuiver criterium
berust. IK zou zefgen, dat het absolute
elemi ut in de u uziek ligt in l et rnelov' De
uar.we/iïl.e d b ervan in een muziekwerk
ttempelt let to ubso'ute rumiek. IS u Bestaat
er mu/.iek, die als eeni.' element dit absoiu*e
bevat Ik noem bij 7. de Inventioneri vin
Bachjpi naten variBeethoven en andere weiken.
I)e/e niu'.ick drii'gt door'.ot l et gemctd zonder
<Ut \ve er eeriit'e voorstellii g bij van ncode
hebben, Geheel tegen >vergesteld hiervan
Florozonde, een man te ontmoeten die Liet
oang voor haar was, en ze voad 'c wel aardig
aan de Fronsac te kujneu toonen dat zijn
lal'heid baar nut ontroostbaar had geliten.
Ze lachte iiard genoeg dat hy 'tkontiooren.
lümoest u dat geiak ui t verochatl'en,"
antwoordde ze. Vrienden wacaten me in het
catéde Paris."
Ik verwacatte die elag a'," zei Pitou. En
hoe zuu IK durven onderstel en dat u uw
vrienden zotidi teleurstellen om met mij te
Suupeeren. in .e Faitau d'm '!"
Le?" vroeg ze iileu wsgierig.
Faitan d'o>."
loaar Leo IK nog nooit van gehoord."
Uvv Jjoels.e: e veiiuim deiA ik. Wij zouden
er neen loopen en ons souper zou o francs
kosïe'ii, wijii inbegrepen."
Ia 't euii uiiiioodigiiig ?"
't Is een verzoek."
\Vie bent u ?"
...Mijn naam is Nicolas Pitou."
Ta Paiij- ':"
,, L'it ^Boiièine.' "
Wat doet u d iar ?"'
Honger eubeu en muziek maken."
Zonder suices ': '
,, Vanavouu Litt."
ti.eng me Laar Ie Faisan d'or," zei ze, en
ze ^oLd liet iijtiii^ wtg.
De Fioiisac, omkijkend toeij ze weg gingen,
was utdioeld toen nij zag dat de jonge man
zoo zi_u jeveri in de uaagsuliaal bte.de.
lu ie J i>i,-an O 'o.' bracht Lun binnenkomen
eeu heele opt-c:iuddinu' teweeg. Zy sloeg Laar
Djiuilel lenig, eu l'Hou sctjiJite ijem uvtr twee
stoelen.
Totn gooide ze haar haiidt-choeneij weg in
'c biuodiaaii (je eu de kelli.er en de eigenaar
en de i.edc lamme bewies eerbied aan haar
toi.et.
., \\'ie zou dat gedacht hebben ?' glimlachte
ze, eu haai' glimlach \eigat geheimzinnig
te zijti.
Ka het retUuraut er zoo trotsch op
zou zij u V
Neen, dat is niets, maar dat ik er ooet
jou zou i-oiiteereii. Zeg me eens, dit tiai je
toch niet genoopt op je reis t,è? 't Wastoc
waar, v>at je vertelde van je leis?"
Ja leker l Nee, hoe kon ik het hopen?
] i liep rond na je dans alleen maar om je
van dic.uer bij te zien; eu toen ontmoette
ik de Fronsae, eu toeu '
.,Ea toen was je erg brutaal. Antwoord!
Waarom biel je belang ia me? Om wat ze
vaii nae zeggen 't"
Niet heelemaa'."
Waarom verder dau nog?'
Omdat je zoo mooi ben', l Antwoord l
Waarom btn je met me gaan eoupeeren?'
Urn leiiiand anders 't land aan te jagen ? '
Niet heelemaai."
Waarom verder dan nog?"
Umdat je niet Lang van me bent. Weet
je zeker dac je niet bang van me bent? O,
bestaat er muziek waaraan het melos geheel
ontbreekt: de zuiver rea'iatiech beschrijvende
muziek zooals we die o. a. nogal eens bij
Kich. S ranss te booien krygen. Men zou dit
kortweg geen muziek kunnen noemen, ik
heb er vrede mee. Men ze u er ook de
zuiTerste vorm van programmuziek in k u men
ziep. 'Een voorbeeld van muziek die op de
grens van zuivere progracnmuziek s'aat ly'kt
mij te zijn die bekende blad/.ijden van onweer
en bliksem uit Beethoven's Pastoral».
Tmfchen deze uitersten in, is alle muziek eigenlijk
steeds een mengsel van abso'ute mu»iak ea
program. Met een enkel voorbeeld zal dit
misschien duidelijk wordt n. Een zoogenaamd
lyrisch" lied revat absolute rmizi'k ;
dikwyls dringt ze zoo volkomen door tot het
gemoed, dat men er de woorden wel bij
missen kan. In elk geval blijft de te^t een
zekere aanwy'zing inhouden die hem vol
komen gelijk doet staan met een pr< gram.
In het moderne lied treedt het
irogramma;ische soms zelfs heel sterk op den voorgrond,
zonder echter het karakter van absolute
40 ? ? n t ? par r ? g ? 1.
Sctweizer
Verlangt s.v.p. stalen van onze
nouveautés in zwart, wit of gekleurd
van 60 cents tot 9 gulden per Meter.
Specialiteit: Zjidestoffen voor
Gezelschaps-, Erutds-, Bal- en
Wandeltoiletten en voor Blouses
Voering enz
Wij verkoopen s'echts gegarandeerd
soliede zijdestoflen direct aan par
ticulieren, franco vracht en rech
ten aan huis.
SCHWEIZtR & Co., Luzern H25.
(Zwitserland).
Zijdestoffen-Export. Kon. Hofl.
Nonnaal-önderkleeding
van
PrafDcB.
»r Eenige
Fabrikanten
W.BengerSöhne
Stuttaarf
Hoofddepöt te A M STUK U AM: Kaïver ,Vt.rl57
K. F. DEÜSCHLE-BENGEE.
BOUWT , NUNSPEET
od.
VELUWE.
Inlicht, b/d. Vereeniging Kantoren
voor Vaste Goederen in Nederland te
Nunspeet.
deck toch aan je vreeselijk lo', als ik te veel
van je ging houden !"
,.'t Zou een prachtige reclame vo'T je zijn!"
zei Pitou. Laat me er op p,a_diiugen dat
je die ge egenheid gebrul K t."
Waagha.sl" lachte ze. Schenk me nog;
maar lens in. O, wal is 't heerlijk hier ! 't Ij
net als vroeger. ligen uien (.p die lieve vuile
muren, en de servetten sijii zoo lekker vochtig.
In ziüke restaurants ging ik vroeger altijd op
feestdagen gouptertn, als mijn sala> i- me
tenmir.ste was uitbetaald. '
Kn als 't iiiet was uitbetaa'd \ '
,, Oan soui eerde ik ma .r in mijn
verbppldinjr. Och hemel, ik heb een ci^aret als Si
uper gehad en 't gras als bed. Ik tirb met de
troep rneege-FJoU ivd terwijl de sterren al h'eek
werden en ik heb ontbeten op de trommel
in de tent. En jij, op een back in de Chaoips
Klysées hè?"
't Is wel eens gebeurd.'1
En je zag de zon opkomen en je maakte
muiiek eu je wenfcbte dat je ?elt o >k kon
opkomen hè? Ik moe: je muziek POLS hooreu.
Je moet een dans Voor me comj)oneeren.
Goed ?'
,.'t Contract is al «eteeken 1. ' zei Piton.
Ik ben blij dat ik j1- ontmoet heb, 't is
't beste gouper dat ik coit in Parijs gehad
heb. Waanui reken je uit hjfveel 't gekost
heeft op de achterkant van c'c rekei-ing ?''
Dat doe ik nie'. J!c coii:p neer j-j danv,"
zei Piton. Zeg even niets, 't Zat prachtig
wirden 't Zal ook een souvenir zijn al,-' je
weg bent. '
Miar vooreerst g:iu' ;:e Liet weg. 't Was
laat toen ze uit Ie F<ti>au dVr v\eg gingen
sleed< pratend en er was aid «ir meer
te veriellen. Op dit oogmbl k hit ld Pitou
niet alleen van t.aar tchoonhiid l.ij aan
bad de vrou .v. \\'at l-'ii-ro.'.oii Ie helrtft, ze
vond hem riet alleen a-trdigom/.ijn moed
zij vond den man goed
Luister: hij was jong. hartstochtelijk, en
ten arie:,-', zijn aanz ,ek h.-d hij ged ar, v e' >r
ze de deur bereik'en en '/.{] i'üui l,ut aan.
Hun verbintenis was liet pr.i.i'j.; van den
dag en ie lereeu verwachtte te zuilen hooren
dat Pitou ac:i van kant had gemaakt Zijn
naam werd wijd en, zijd beken'1.
Maar wekeu, en maanden gin^pn voorbij,
Floroionde'i contract liep op eeu eind. en
nog ahijd zag hij er stralend uit.
I'itou was de onpopulairste m-n in Parijs.
Eens op een dag ontmoette hy iu de Uue
Dauphine de Fronsr.c.
)us je leeft nog," bromde de dichter.
Nooit gezonder geweest," verklaaide Pit-oii
,,'c Komt uil," voegde hij er veitrou vvelijk
aan toe, er was niets van v a ir van die
gcpchiedenis 't was niets dan nonsen».'"
Dat schijnt zoo, ik moet je feliciteeren,"
zei de Fronsac, woest nijdig.