De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1908 16 februari pagina 1

16 februari 1908 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

. 1599 DE AMSTERDAMMER A0. 1908» WEEK Dit nummer bevat een bijvoegsel. VOOR NEDERLAND redactie -VSLTL IMIr. H. IF. L. W l HiSSHHTGK uitgeven: VAN HOLKEMA ft WABENDORF, Keizersgracht 333, Amsterdam. Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Abonnement per 3 maanden .... Voer Indiëjxr jaar, büvooruitbetaling, . f 1.50, fr. p. post f 1.65 . . . - mail , 10. A&onderljjke Nummer» aan de Kiosken verkrijgbaar 0.12' Zondag 16 Februari Advertentiën van l?5 regels f 1.25, elke regel meer. ..... ? 0.25 Reclames per regel , 0.40 Annonces uit Duitichlmnd, Oostenrijk en Zwitserland worden uitsluitend aangenomen door de firma RUDOLF MOSSE te Kenlen en door alle filialen dezer firma. De prijs per regel is 40 Pfennig. INHOUD: VAN VERRE EN VAN NABIJ: Wisseling van Ministerie. Einde der crisis, door d. K. Een Dienstorder, door d. K. Medische coatióle bij de Rijksverzekeringbank, door Medicus. Ten slotte, door d. K. Gemeentebelangen, door L. Simons. FEUILLETON: Buiten schilderen, door Gerard J. Koekkoek. KUNSTEN LETTE"!REN: Muziek in de Hoofdstad, door Ant. Averkamp. VOOR DAMES: Broertjes eerste levensjaren, door Ernst en Gertrud Scupin, beoord. door E. Tierie-Hogerzeil, ALLER LEI, door Caprice. UIT i;E NATUUR, door E. Heiman?. De kunst van August Schmarsow gehuldigd, met ai b., door A. J. S. v. R Ellen Key's nieuwste boek, door F. Buitenrust Hettema Portretten van het nieuwe Ministerie. Nieuwe groepeering, door Plassehaert. Kunst te Utrecht, door R. A. Ysbrand, door dr. Fr. van Eeden, beoordeeld door Stelwagen Jr. Het beloofde land, door dr. Fr. van Eeden, beoord. door Stelwagen Jr. INGEZONDEN. FINANCIEELE EN OECONOMISCHE KRONIEK, door Alex. J. Hendrix en v. d. S. De BÜmkroniek van Meester Pennewip. Brie ven eener Parisienne, do 3r DAMRUBRIEK. SCHAAKSPEL. ADVERTENTIËN. Wisseling van Ministerie. Bij een wisseling van ministerie als bij alle groote natuurtafereelen! ziet men gewoonlijk het innerlijk van de dingen een oogenblik duidelijk boven komen. Voor wie realist is, kan dat zijn bekoring hebben. Immers, wat niet ?wilde zichtbaar zijn, wordt zichtbaar. De touwtjes van het abele spel" komen te kijk. Men zou ook kunnen zeggen: de aap komt uit den mouw. Bladen als Centrum en Standaard, die, wij twijfelen er niet aan, met ons samen gaan om kwakzalverij te weren van hun laatste bladzijden, geven in zulke dagen aan kwakzalverij de eereplaats op hun eerste..., maar zóó, en dit verblijdt ons ten slotte , dat het boerenbedrog in den kijkerd loopt Rechts, beweert het Centrum van 10 Febr., was men heslemaal niet tuk op de regeermacht'. Het argument ? Dan had de rechterzijde immers" gemak kelijk, dit is toch in confesso", het demissionnaire Kabinet veel eerder kun nen wegdringen! Veel rder ... (houden wij ons ge zicht in de plooi, lachen wij niet!) Veel eerder, ja, maar ook op een roor zekere staatslieden zóó gunstig moment? Grappenmakend Centrum.' En het feit," gaat dan op een zwaarwichtigen toon het verheugde blid verder, dat de rechterzijde onder de tegemcoordige omstandigheden bereid is Regeeringspartij te worden, bewijst ten overvloede, dat zij geen ander oogmerk heeft, dan de belangen des lands te dienen, nu de linkerzij daartoe verder onmachtig bleek." Dat is wel een onvervaard optreden! Het Kabinet-Z>e Meester werd door ons nooit verdedigd, maar wij mogen toch Tragen: Is het gepast om, na een sluipaanval als van 21 December op een Kabinet, dat wel aan de zaak van het liberalisme veel kwaad heeft gedaan, maar toch zeker niet zooveel meer dan een ander aan het land", te beweren, dat men, in 's Hemels naam, om Neder land te redden, op den regeerstoel is gaan zitten ?! Want ten eerste", zegt het Centrum zijn die omstandigheden (waaronder het nieuwe ministerie optreedt) niet aan lokkelijk. En ten andere is de ministerieele waardigheid geenszins het aangenaamste wat een Staatsman wenschen kan. Men herinnere zich het typische woord van dr.' Kuyper in het onderhoud, dat wij einde October met hem hadden". Zeker! Dr. Kuyper zou het verdrietig vinden weer te moeten regeeren.... Daarover straks een woord. Maar hoe vindt men zoo'n pruillip ? Als de Barmhartige Samaritaan knielen zij bij het gewonde Vaderland neer, halen hun beste conservatieve middelen te voorschijn, maar... och, lier er waren y.c nog een beetje gaan wandelen of studeeren! De ministerieele waardigheid is geens zins het aangenaamste wat een Staats man wenschen kan"! In al dij nieuwe-ministerie-literatnur is nergens met zooveel woorden sprake vaneenHeemskerk-Kuyper-antagonisme. Maar hier en daar breekt dat antago nisme zoo aardig dóór! Tusschen alle lofredenen op het nieuwe ministerie en te midden van al de broederlijke" taal (voor de goo-gemeeute bestemd) staan overal in de coalitie-pers bedekt-dreigende of bedekt-verlokkende zinnetjes. Het duidelijkst-dreigend is echter Kuyper's blad. Vergeet het ook niet: Kuyper, die DE van God gegeven leider is, ziet een ander van God gegeven leider een gooi doen naar niets minder dan het heeleniaal elimineeren van hem en zijn politiek .' De heer Heemskerk wekt zulk een storm van sympathie bij een groot deel der kerkelijken en ltij_ een f/root deel der bc. houdende vrijzinnigen, dat de Kuyperkoers, dat Kuyper meteen, in het gedrang komt, in het gedrang zou kunnen komen tenminste. Wij heeten het nieuwe ministerie van harte welkom, zegt de Standaard, maar het Standaard-h&Tt klopt tegelijkertijd hoorbaar! Als die vrij liberale antirevolutionair Heemskerk eens afweek van het in 1901?'05 gedeponeerde"' Kuyperdom! Als de Nederlander hem eens verleidde, het Chr.-Hist. blad, dat nooit voor Kuyper heeft willen buigen! Als de wierook van de Nieuwe Courant en het Handelsblad hem eens naar 't hoofd steeg! Als Heemskerk eens meende, dat hij ook na de verkiezingen van 1909 aan 't bewind mocht blijven! Zien wij de Standaard in: Links erkende ineens niet meer tot regeeren in staat te zijn, zegt het blad. Maar, daar Rechts geen meerderheid heeft, ontstond van nu tot Juni 1909 in de loopende legislatieve periode een leemte, die moest worden aangevuld, en we achten het volkomen correct, dat men zich van Rechts tot die aanvulling ge leend heeft", enz. Dat is zooveel gezegd als: Broeder Heemskerk, let wel, gij hebt een tijdelijke roeping, gij zijt het vulsel eener leemte... De Standaard wordt nog duidelijker: Nu heeft men blijkens de heele samen stelling ie el te doen met een Kabinet van Rechts. Allen twijfel ten deze achten wij ongeoorloofd. Alleen maar, het kan en zal niet zijn een Kabinet van Rechts in normalen zin. Het springt in, om tot Juni 1909, met een meerderheid in de Tweede Kamer tegen zich, het bewind te voeren". Het sprint/t in.... Het neemt icaar, had de Standaard óók kunnen zeggen, totdat, in 190!»,... Kuyper weer komt! Ziet men op den schoorsteen der poli tiek de twee leeuwen van Chineesche fayence: Heemskerk en Kuyper, tegen elkaar grijazen? Verheven gezicht! Kuyper's achterdocht was niet onge grond. Toen dit artikel geschreven werd kon hij nog niet weten wat in de Neder lander van Jhr. Lohman gebrouwen werd : een aansporing tot het nieuwe Kabinet om zoo ... abnormaal te blijven, als het is, en juist daarom zoo lang mogelijk (lang, hoonend-cursief! Pak aan, Dr. Kuy per!) aan het bewind te blijven, en de hulp van achtenswaard-conservatieve vrij zinnigen niet te versmaden! En de antithese dan ? Die krijgt voor deze gelegenheid nog eens een flinken duw. De sociaal-democratie", heet het in De Nederlander, eenvoudig bij de liberale partijen, van welke groep ook, te tellen" (zooals Kuyper's antithesepolitiek dat immers halsstarrig wil), gaat niet aan.,.." Kuyper wist niet, dat het gebrouwen werd, maar hij heeft het zeker vermoed. Zie dit openlijke dreigement: Men zou kunnen gaan heulen met de conservatieve elementen.... Maar dan is er de anti-revolutionaire club ook nog, om, als het te ver ging, haar plicht te doen".... Nu stelt ieder zich de vraag: Maar om dit (van antithese-standpunt onver antwoordelijke) t/esrJiipper samen met nietchristelijke" elementen, onmogelijk te maken, zou Kamerontbinding toch vol doende zijn.... Kuyper, de man van de sterke" politiek, drijft dus zeker naar zulk een ontbinding? Neen. hij waarschuwt er voor. Slechts in den uitersten nood, indien Links er toe drijft, mag zij aanvaard. Wie herkent Kuyper in die angstige gemoedsbezwaren om van krachtige mid delen gebruik te maken ? Welke is de oplossing van dezen zonderlingen rebus ? Zou het ook soms wij voor ons moeten wel tot zulk een conclusie komen - een kreet van zelfbehoud zijn, door Dr. Kuyper geslaakt? Waar bleef Kuyper en zijn heele régime, indien Heemskerk een Kamerontbinding uitlokte op een voor hem gunstig moment, indien hij 't deed na een gemarkeerde eigen politiek, en dan met glans er door heen kwam? Wanneer een kudde hinden, met een hert aan 't hoofd, zoo vertellen ons de natuuronderzoekers, een losloopend hert ontmoet, aan den boschrand of op een open plek, ontstaat, in den bronstijd, tusschen de chef van de kudde en den nieuweling een gevecht op leven en dood. De fijne hinden met haar lieve, béte gezichtjes kijken het aan. En wie over winnaar is volgen zij gedwee, zonder aarzelen. Zouden de twee hertebokken Kuyper en Heemskerk eikaars gewei reeds aan hst schuren zijn ? En wat zeggen de lieve fijne" hinden ervan ? Einde der crisis. Het Heemskerk-ministerie is er. Drie anti-revolutionairen, drie katho lieken en drie niet-kerkelijke conser vatieven. Een ietwat vreemde vertooning, noch nicht dagewesen. 't Is te begrijpen, dat de pers deze nieuwigheid een beetje raar" vindt en met haar oordeel niet zoo precies gereed kan komen, te meer daar deze negen vogels van diverse pluimage nog geen geluid, als Excellenties, hebben gegeven. In elk geval dan toch geen Kuyperministerie. Zelt's geen Kuyper in de verte, zoodat men zou kunnen meenen, als had Heemskerk willen zeggen: nu beginnen wij maar vast, maar als de hoeren het te bont maken, dan komt hij. ? Zijn laatste reis naar het geliefde Brussel is nu gebleken voor den genialen leider te zijn geweest een weggezonden worden in de woestijn. Met deze samenvoeging van anti-revolutionairen, katholieken en niet-kerkelijken is de jjittere antithese tot een soort van sucade geconfeit, alleen om in zeer geringe hoeveelheid nog ge bruikt te worden tot het smakelijk maken voor een deel der gasten van het nieuwe politiek gebak. Deze radicale maatregel van den heer Heemskerk strekt ongetwijfeld eenigermate tot het verzachten van de oppositiefelheid, die in de harten der goden links vlamt; maar zij is ook een verzwakking van de positie der kerkelijken, zelfs waai de niet-kerkelijken weten, dat Kuyper, als boeman-Excellentie, zijn spookbestaan ontnomen is. Zij zullen nu nog lichter een potje durven breken. Gevaarlijker verzwakking echter van het kabinet-Heemskerk is, dunkt ons, het uitsluit :n van de Christelijk-Ilistorische groep. Zoo toch is niet alleen de antithese tot onherkenbaarwordens toe in dit ministrieele beeld verbleekt, maar ook de Christelijke coalitie, die ster zijns voorhoofds, afgevallen. Want in de plaats van een der zes geprononceerd-antirevolutionairen en katholieken, zou toch zeker ook wel een geprononceerd ChristelijkHistorische zijn te stellen geweest. Arme Kuyper, als hij dit zoogenaamd kerkelijk kabinet ziet, dat met paganisten samenrot, en maar twee stengels vertoont van de drie, die op den nen wortel stoelen. Het is gelukkig nog niet noodig over deze kabinetsformatie een oordeel uit te spreken. Wat de bekende en de onbe kende portefeuilledragers ons zullen bren gen niemand die het zeggen kan. Men wachte hun woorden en daden af. De X. IL Ct. geeft in een kalm en wél beredeneerd artikel als hare meening te verstaan, dat h. i. de balans niet bepaald ongunstig is. In hoeverre in dezen balans het voordeel bij haar moge mede gewogen hebben, drie harer geest verwanten in dit kabinet aan te treffen, weten wij niet. Het is nogal natuurlijk, dat de aanwezigheid van dit drietal geruststellend voor haar werkt. Uit een democratisch oogpunt echter beschouwd, zou men er zich eer over kunnen beang stigen, dat kerkelijken, die zich voor democratisch uitgeven, juist in die conservatieren de personen hebben gevonden, met wie zij het liefst samenwerken. Maar, zooals wij reeds zeiden, de tijd zal ons dienaangaande leeron. In een ander opzicht zijn wij het met de N. K. C. geheel eens, nl. waar zij schrijft: De partij groepen, die het vorig kabinet met spijt in het hart hebben zien heen gaan, mogen vooral bedenken, dat het kabinet-Heemskerk, wat de samenstelling der Kamer betreft, ja, niet meer, maar toch ook niet minder recht heeft, om achter de groene tafel te zitten, dan het kabinet, dat vertrok". Inderdaad, niet meer, maar ook niet minder" recht om daar te zitten, want of men gaat regeeren met een Eerste en met een Tweede kamer, die politiek tegen over elkander staan, en het kabinet zelf steunt op de Eerste, of het steunt op de Tweede Kamer het staat constitutioneel volkomen gelijk. Het liberale kabinet, dat nu den dood gevonden heeft, had alleen de porte feuilles mogen aanvaarden wij hebben 't zoo dikwijls gezegd! om dadelijk den toestand van verwarring door Grondwetslieïziening te doen eindigen, zoodat althans men kon verkrijgen een Eerste en een Tweede Kamer-meerderheid van dezelfde politieke richting. Dit verzuimd te hebben, dit uitgesteld te hebben jaren lang, is de oorsprong geweest van alle narigheid, die wij moesten beleven. En zoo staat het nu ook met het kerkelijk kabinet, dat thans optreedt. Het kan eerst moreel een constitutioneel recht op de negen zetels doen gelden, indien het ten spoedigste aan den parlementairen warwinkel een eind maakt. Zal dit bewijs van recht te hebben om achter de groene tafel te gaan zitten, nu gegeven worden of krijgen wij een kerkelijke voortzetting van het liberaal gescharrel met twee tegenover elkander staande Kamers, tot een nog dieper bederf der politiek? == D. K. Een Dienstorder. Land en Volk bevat het stellige be richt omtrent de uitvaardiging van een dienstorder door den directeur-generaal der Posterijen, Majoor Pop: Aangezien geen redenen bestaan een voor schrift uit te vaardigen, waarbij den ambte naren wordt gelast, zich bij verkiesingen niet op den voorgrond te plaatsen, omdat zij het algemeen belang moeten dienen en ook om geen ergernis te verwekken of hun dienst te veronachtzamen, laat ik het aan de directeuren en inspecteurs over op te treden, indien een ambtenaar dat wel doet." Dit stellige bericht werd door den heer Helsdingen, die als eerste spreker op de Vergadering, belegd door de afdeelingen Amsterdam van den Bond , De Post" en van de Organisatie der Assistenten" het woord voerde, in twijfel getrokken; al thans nog niet als bevestigd medegedeeld. Hij liet zich (zie het verslag der ver gadering in He t Volk van 11 Febr.) als volgt uit: Zoo missen zij feitelijk in de praktijk het middel der werkstaking, welk middel spr. den aanwedgen niet aanraadt; tegen de postbeambten zoo goed als tegen alle arbeiders wenscht spr. te zeggen, dat het middel der werkstaking zijn moet: het allerlaatste middel. Maar de poatbeambten hebben een ander middel. Zij hebben hun kiesrecht, waarvan zij een goed gebruik kunnen maken om ver betering hunner positie te verkrijgen. Daarom alleen reeds moeten zij ijverige voorstanders van het algemeen kiesrecht zijn. Wel is het volgens de heerschende meening der poatautoriteiten uit den booze, wanneer de post beambten zich bij de verkiezingen om iets anders beiommeren dan wat zij het algemeen belang" noemen, en heeft zelfs, is spr. goed ingelicht, de direkteur-generaal Pop een circulaire verzonden, waarin het op den voorgrond treden der postbeambten bij verkiezingen niet geacht wordt te zijn in het algemeen belang; doch daarmee is spr. het niet eens. En is inderdaad die circulaire verzonden, dan is daarover het laatste woord nog niet gesproken." Inderdaad, al zou men kunnen meenen, dat een dergelijke dienstorder volkomen past in den geest van den militairen directeur-generaal, het is toch bijna niet aan te nemen, dat hij bet oorbaar kan geoordeeld hebben, de komst van een kerkelijk kabinet op deze wijs voor de post en telegrafie aan te kondigen. En al evenmin kan men vermoeden dat Minister Kraus, hem daartoe de vrijheid zal hebben verleend. Zeker, als het geval zich voordoet, dat een postambtenaar zijn dienst reronachtzaainf is de postautoriteit de man om hierop toe te zien eu den nalatige te straften of tot ijver aan te sporen, maar wat heeft directeur of inspecteur met de bemoeiingen aan verkiezingen door ambtenaar of beambten uit te staan ? Het zich op den voorgrond stellen, dat wil in dit geval zeggen: het candidaat zijn, het deelnemen aan het bestuur eener kiesvereeniging, het spreken in een kiezersvergadering, zou dus ver boden zijn voor post- en telegraafambtenaren, omdat zij liet algemeen belang moeten dienen." Maar in welk opzicht kan de technische, administratieve en expeditionnaire werkzaamheid van post en telegraafambtenaren en beambten nadeel ondervinden van de politieke werk zaamheid, indien hare uitoefening zich slechts bepaalt tot eene welke niet dienst veronachtzaming" ten gevolge heeft? Waarom, zoo zouden wij willen vragen, mag er voor een ambtenaar of beambte bij dezen tak van dienst geen ander al gemeen belang bestaan, dan dat der pos terijen en telegrafie; geen algemeen be lang van nog veel hooger orde, dat hij als staatsburger van ganscher harte heeft te dienen in zijn vrijen tijd? Om geen ergernis te verwekken? Maar wie zich aan de politiek en de partijbe langstelling in het algemeen belang van een post- of telegraafman ergert, krijgt daardoor toch geen minder goede be diening, hetzij wat de bezorging van zijn brieven, de opname van zijn telegram men, of de uitvoering van al de bij de wet voorgeschreven verplichtingen, welke post of telegraaf zijn opgelegd, betreft. Waarom mogen wij allen, ja moeten wij allen, in menig geval onze al te gevoe lige medemenschen door onze denkwijze ergeren, en mag alleen een post-oftelegraafambtenaar dat niet doen? Zulk een ambtenaar woont b. v. in een calvinistische gemeente, en is modern geloovig, mag hij daarvan dan geen blijk geven aan zijn orthodoxe plaatsgen ooten, opdat deze zich niet zullen ergeren! Of, hij is socialist een politiek geloof, dat tegenwoordig onder ambtenaren nogal eens voorkomt moet hij deze zijne overtuiging versteken voor zijn katholieke medeburgers; mag hij voor zijn denk beelden niet ijreren in 't openbaar? Inderdaad er zijn, die een ambtenaar, en niet alleen een post- en telegraafambtenaar, gaarne van zijn vrijheid tot spreken en medespreken op politiek ge bied vooral bij verkiezingen zouden berooven. Een ambtenaar moet, volgen» hen, als een kostschooljongen . worden behandeld en wat hij doe, doe hij stiekem". Het ambtenaarscorps de meest mogelijke ruimte van beweging te geven, schijnt hun gevaarlijk ; daar moet zooveel mogelijk gezag worden uitgeoefend, ook buiten den dienstkring. En zoo ontstaat juist het gevaar, dat door alle dwang en vrijheidsbeperking buiten het door en in den dienst gevorderde, steeds valt waar te nemen. Volkomen had hij gelijk, toen Hels dingen op de vergadering zei : Staken moogt gij niet maar late men u dan ook het recht in volle vrijheid van het verkiezingswapen gebruik te maken. Wij hopen dat Land en Volk weldra haar bericht zal kunnen terug nemen; is dat niet het geval, dan heeft mr. Bevers blijk te geven, dat het nieuwe kerkelijke kabinet zulk een daad van vrijheidsberooving niet gedoogt. D. K. Sedert bovenstaand artikel geschreven werd, heeft men getracht 't bestaan van de dienstorder te ontkennen. Een officieus bericht zegt: Van zulk een dienstorder is bij het vak niets bekend." Noch in de z.g. groentjes", noch in de autographische circulaires is tot heden zulk een dienstorder aan de ambtenaren bekend gemaakt. En een andere wijze van bekend making van algemeene dienstorders begaat bij de posterijen en telegraphie niet. De bedoelde verwittiging was dus, dat is het eenige waartoe men besluiten mag-, geen algemeene dienstorder". Het boven staand stuk blijft dus van kracht, want indien Land en Volk had misgetast, zou wel een beslister tegenspraak zijn gevolgd. Medische controle bij de Rijksverzekeringsbank. Het verslag der Rijksverzekeringsbank wijst een zeer groot tekort aan. Men noemt voor dit tekort zeer verschillende oorzaken. Indien, zooals beweerd wordt, de premiën te laag zijn, moeten ze natuurlijk verhoogd worden, of als de risicodragende maatschap pijen te weinig bijdragez in de kosten van administratie, moet daarin verandering ka men. Het is tevens een plicht, na te gaan, of de inricnting van hot bedrijf niet minder kostbaar kan gemaakt woreen. 'Bij voorbeeld, door vereenvoudiging van administratie, door meerdere decentralisatie, enz. Er is echter m. i. een andere weg ter verbetering die nog niet in het openbaar is aangewezen. Zou door andere inrichting aan de medische , controle niet een groot geldelijk voordeel kunnen verkregen worden? Mijns inziens kan dit zeer goed en wel zonder aan de eischt-n van humaniteit te kort te doen. Ik wensch er nl. den nadruk op te leggen, dat ik geen scherpere controle wensch ten nadeel' van de gezondheid der arbeiders en ten voordeele van de patroons. Hoe is thans de controle geregeld ? De geneesheer, die de eerste hulp verleent zendt een formulier naar de E. V. B. De agent ?ntbiedt na eenige dagen, ik geloof altijd door middel van een kaart door een politie agent bebracht, den patiënt. Deze ambtenaar stelt een voorloopig on zoek in. Is de vermoedelijke duur va _J

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl