De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1908 26 april pagina 2

26 april 1908 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

1) K A vi ^ i' r, R l) A M AI K il W ,-, K Iv U'L A 1) V J O U N K K R L A Jtf D. JSto. 1609 beginsel. Wentholt en Sabron met behoud van hun rechtsche beginselen: bij behoud van de begiri-elen van Kuyper, Lohraan en S 'naep'nan !! Nietwaar, hinria wordt heel iets anders gezegd, diii <lit zij in leger en-vloot een l»eschaafdere>ii frmii wenschen, dan thans ia de kazernes der christelijke naties wordt anniri'sUgeMi! Zou De yederlmder. dit overwegende, iuunen nanncmen, dat Heemskerk in zijn kabirietsredi! het nogal nauw heeft genomen met de wairheid?!" EQ te v 'rrleren, dat een minister waarheid zal .spreken, dit geeft toch zeker geen recht o u te zeggen, gelijk fie Neder l n iv 11-r do?t: Men legt banden aan di vruchtbaar handelen onmogelijk maken." Welnu e«nig betoog, waartoe althans in het vroeger door ons beantwoorde artikel nog een zwakke poging werd ge daan om aan te toonen, dat Heemskerk door Sabroüen Wentholt voor rechtsch, d. i. principieel Christelijk uit te gevea, niet aan de wa-irheid te kort behoefde te doen, ontbreekt geheel. Onze weder legging blijft zoo goed als on weersproken. Thans staat l)e Nederlander, bij een dis cussie over het ware of onware van Heemskerk's kabiaetsrede, reeds op het standpunt: welke de persoonlijke over tuiging is van onze beide Ministers van defensie, is ons onbekend en gaat ons ook minder dan"\ Dit is in het gegeven geval werkelijk een groot gemak! Zou nu mis schien nog volgen: dat onze beide Minis ters van defensie oud-liberaal zijn, weten wij zoo goed als de heele wereld, m tar Heemskerk mocht ze in zijn rede gerust bij de principieel-Christelijke infeelen; daar is hij onze Heemskerk voor! Wij zeiden het reeds vroeger: jammer, dat de Christen Heemskerk zich aldus is komen te ontgaan. Als Ctiristenstaatsman heeft hij niet alleen in het oog der Calvinisten, maar alsmede in dat van hen die, ofschoon zelf niet Christelijk, toch in de Chriatelijkheid het radicale liever zien dan het opportunis tische, zijn joligheid" sterk tegen zich. En bij die joligheid nu zulk een tastbaar-onwaar begin; zulk een vroolijke losheid belooft niet veel goeds. Van de Standaard zal de noodige kritiek niet ontbreken; een raadgevende kritiek, die ten doel heeft hem aan 't lijntje te houden. Die onware kabinetsrede was »iet anders dan een bedeesdelijk opTolgen van den Standaard-taaA. Hoe noodig heeft dan deze premier nog een andere criticus; ean die uit hoogere dan partij bedoelingen, hem de waarheid zegt, en eerbied voor de waarheid leert. De Nederlander zou zulk een kracht kunnen zijn; maar wair zij tegenover Kuyper post heeft gevat zoodra zij Hee nskerk Toor zich ziet, snit zij met dezen mee. Dit betreuren wij. Zoo gaat het politiek bederf, ook onder dit nieuwe kabinet, op de oude wijze voort. D. K. EEN FEESTDAG DOOR W. M. E B B I N K. I. Met drift-nijd in. z'n schorre stem zei Snap3: M'n handschoenen." Je handschoenen?'' en, zenuwachtig-bang voor de ruue-stemming van d'r man, keek ze naar de tafel Die heb 'k dernet daar neergelegd, op tafel." Waar dan?" Wel, op de tafel." Zie jij ze dan? Ik niet." 'k Meen toch, da'k ze dernet heb neer gelegd." Ja, wat je meent, daar heb 'k gsen weergaai an; ze liggen d'er niet.'t Is hier eeuwig en altijd zoek," en Snap? liep van de kast naar de tafel en omgekeerd en deed onderwijl z'n sabel aan, haastig, bang voor te laat komen. Toen nam-i van de tafel z'n keep en za?, dat daaronder zijn handschoenen lagen. Zwijgend deed-i ze aan, zei niets aan z'n /rouw, die steeds nog zocht. Tosn ze naar hèna keek, zag ze 't. Waar ware ze nou?" Onder m'n keep laze ze. Zoo kèje wel an 't zoeke blijve" zei-i nijdig. Hij had z'u keep er zelf opgelegd. De harmonie tusscheu Snaps en z'n vrouw was niet van de beste. Kom-i koffiedrinken?" vroeg ze, toen-i Ie trap afging. Ja," en met harden slag sloeg de huisdeur dicht. Saaps was sergeant by de infanterie.'t Was vandaag juist vier en twintig jaar geleden, dat-i 't militaire pakje aantrok, en dienten gevolge zou hem de zilveren medaille wor den uitgereikt. Om negen uur nuest-i in de kazerne zijn. Alsdan zou de plechtigheid aanvangen. Te liat komen zou vandaag al een beroerd ding zijn, en 't zou een mooie bo il worden als de hoofdpersoon mankeerde. Dus liep Snaps vlugger dan-i gewoonlijk deed. Toeu-i van morgen opstond, had z'n vrouw gevraagd, of ze wat mosst opd^cu" van draukerij" of zoo, as zekwarne iiieceteere." Wal doch-i dan?" had i gezegd. Wou je ze op 'n drogie late?" Onder die ze" rekende hij zich zelf in de aerste plaats. Suaps zijn neus getuigde sterk van jenevergebruik. Aan de kleur van dit lichaamsdeel had-i in de kazerne bij de kerels" drn bijnaam kraantje-lek" te danken. Nog juist op tijd kwam-i in de kazerne. De compagnieën van 't bataljon, waartoe Snaps behoorde, marcheerden reeds 't vourplein van de kazerne op, stelden zich in carréformatie, met 't front naar binnen, de rug naar den vijand." Toen ze stonden. geDe onzedelijke uitstalling van het Handelsblad. De geest en invloed der journalistiek.... Ik vermoed dat die redactioneele heeren daarginds eenigszins verbaasd zullen zijn, als men die niet heele maal zegenrijk en hun blad b.v. bepaal t een pionier der be schaving acht. Een betere terrn ware mis schien : Pionier der oppervlakkigste alnieuwsgierigheid en betweterij, voor hen die zop'n ding samenstellen nog iets ver derfelijker dan voor hun, die het lezen. Wij allen lezen kranten ... maar er be staat waarlijk geen reden (Jaar trotsch op te zijn. Het is onze slechte gewoonte, onze ondeugd geworden dagelijks op de krant te wachten om de n euwtjes te weten uit alle oorden der wereld die ons hoegenaamd niet aanyaan. En niets be.lionrden aan te gaan... Want die belustheid op het ver rassende, ontzettende, griezelige, zenuw-prik kelende, beteekent op sinistere wijze de leegte, verveling en emotieloosheid onzer levens. Het is 't terrein der buurtpraatjes, over de gansche wereld uitgebreid, het sug gestieve van moord en misdrijf tot in 't oneindige verhoogd. Terwijl bovendien door hun- veelheid en ergheid die dagelijksche aanvoer van nieuws" ons voelen nog ge regeld afstompt, zoodat hoe meer dooien en akelig verminkten er vallen bij een spoorweg-, mijn- of zeeramp, hoe meer wij, moderne krantelezers, er akelig van emulleu. Vroeger plachten de melodrama's die ge nieting onschuldiger te verschaffen. Maar een goede courant geeft nog veel meer zegeningen. Sedert wij burgers zijn van een respublica, een gemeenebest, behooren wij allen een politieke meening te hebben. Ook daarvoor zorgt de krant, naar onzen stand en de maat van onzen geest. Wat wij zoo wat verward meenen over de publieke zaak, wordt door haar duidelijk ge maakt, hetgeen onnoodig denken bespaart en tevens het verluchtende en vleiende gevoel verschaft, dat het toch bijna onze ideeën zijn, die hier zoo n parmantig figuur maken. Maar in de inbriek Buitenland gaan wij nog hoogerl Daar steken wij onze burgelijke neuzen familiaar in de kabinetten der vorsten, en ministers, om (zonder eenig verder benul trouwens) hun politiek te hooren bedillen en hen, altijd op gezag van den al wijzen redacteur, in onze huiskamers lekkertjes te kapittelen. Terwijl daarentegen in de berichten van het Hof en uit ,,hooge kringen" ons weer de gelegenheid geboden wordt toe te geven aan die fiere behoefte van ons onafhankelijk burgerdom te krui pen voor de Grootheid en bewonderend haar voetzolen te lekken: een alleszins zedelijke bezigheid, die men ook in ons vaderland geregeld in werking kan zien. De kunstberichten en verslagen zijn dan nog meer bepaald tot onze beschaving bsdoeld. Zij geven een, wel is waar ontbeer lijk, maar toch aangenaam besef' van ont wikkeling en ge\oel door den gelukkigen lezer in staat te stellen met superioriteit mee te praten over kunst en letteren, zonder van beido eigenlijk iots méar te weten of te gevoelen. Met de beurs- en handelsberichten echter zijn wij dan weer op den werkelijken bodem van ons leven, op ons meer eigenlijk terrein. Daar is geen spoor meer van pose, liefheb berij of verveling. Daar i-s de ernst on «er levens. Die beurs- markt- en handelsberich ten, zij zijn openbaringen van ons noodlot, onze God zelf', die toevallig een Beurs- en Handelsgod is, in vree/e en beving, noj; meer in grinneken en vloeken gediend. Hier zijn wij in de diepste diepten onzer.... beschaving, en de krant men moet ook het reed voor de plechtigheid, k -vam de overste bataljons-commandant, gevolgd door z'u adjudant en een adjudam-oaderofücier. De laa'ste droeg een opgerold stuk papier. Suaps z'n kapitein commandeerde geeftacht", presenteerde 't bataljon aan z'n chef, die zich mjt z'n staf naar 't midden van 't carrébegaf, salueerde, dani-u" zei, en een telken gaf, waarop Snaps v-rscheen, voor dit oogenbhk de merkwaardigste persjon van 't heele batalj )n. Z'n verschijnen bracht hier en daar een auwen giimlach in de gelederen. Z'n mager lichaam, dat zelden in eene uniform stak, die niet glom van vet en kaal was van ouderdom, droeg voor dezen keer z'u beate bullen. Z'n groeztlige tronie echter, met de grimmigen harden knevel, recht vooruit stekend ooven de lippen als een dunne borstel, onder de zoo in't oog vallende neus, gaf hem een alles behalve militair voorko men. Toch had-i z'n best gedaan om netjes voor iei dag te ko nau. Z'a sjiiojnen, ouder 't vlug loopen naar de kaseniöbemodderd, had-i nog gauw een wreefje gegeven. Je mocht heen nu zien. Kraantje-lek was in conditie. Toen-i i.ich op aanwijzing van den Overste had opgesteld, ontrolde de adjudant-onder officier het papier en las met duidelijk ver staanbare, eentonige stem eerst een aantal datums en nummers van verschillende voor drachten en besluiten voor eu daarna, dat aan Snaps Jan, sergeant bij du 2e compagnie van het 2d Bataljon vau het Ie Regiment Infanterie was toegekend de zilveren medaille ian 21 jarigen eerlijken ;;u trou ven dienst. En toen deze voorlezing was gedaan en liet papier weer was opgerold, nam de adju.iautonderoflioieT uit de achterzak van z'u jas een doosje, overhandigde di; aan den overste, die het opende en er de zü-eren medaille uitnam, welke hij na veel moeite up de trouwe borst vau '!tn eerlijken S..a:;> neer hing, terwijl de^e niet onveranderliJK iaen?tgezicht. recht voor zich irtkijiend. di ', v.-rsieriug onderging. Toea de overste u'eiee<i was en een paar passen terugtrad, keek Suapj even naar 'c zilveren plakkaat, eu 't zou o in niet verwond-reu, a!« 'jij i>e;e.A,'iu!r. hoeveel ,,'aaieir' hij daarvoor wei zou K,,,* neu koopeu. Us ovar-ite, kiV.nU' miliuif, rui ILV van u, Militaire Willemsorde, d,e beur kou vei;,r.o;; dan spreken, pia;Us!e zich nu tegenover .-usps in de houding, kuchte evesiijes en a>.;i : .,S_-rgeant... e ... Suau^. 'k Vind het preUis:, usu ik je dtv-.o medaille mag ui: reiken. Je heb, ei vierentwintig jaren iaug voor gedimd, ,:oad-.--,i veel bokkesproüyx'ii temaken. Anders aad je 'na ook niet gekregen. J i) i;;;:n het in diet; tijd tot sergeant gebracut. 't Is w t-1 niet vui, m^u't blijft de moei i u waard o'.n er ju ikM .oor te doen. Je h e b i. dj.:u mediiiilu virdi-jn,i, onidat je trouw en eer:ijk bciil gebit!» en. U'.is je dat niet, Jan was je do kast inir^gaa;:. Tegenover straf staat bilouniiig. Dit vuj..iije goede opmerken ! bedient hier de lezers slechts naar hun behoeven en eigen spon taan begeeren. Terwijl dan in de advertentiepagina de geheele drom ?an lezers in koor schijnt mee te brullen voor eigen afschuwelijk winstbejag. Het is daar dat die aardige instelling, de Courant, aan de onze lelijkste aller publieke uitingen, de Reclame, volle vrijheid geeft zijn schorren keel uit te kraaien in onder ling gezwets en geuraal en het meest laag hartige, meest noodlottige bedrog.... De reclame, die mt'er dan iets anders de moraal van onzen tijd bevat.... Ziedaar dan de beschaving van een groote krant. Al dit gemeene, deze ijdelheid van schijnweton, de ontzedelijkende voldoening van leege nieuwsgierigheid, handlangerdiensten voor geld- en winsthonger is dan de beschaving, die, in den verf'ijnd-aesthetischen vorm van voddig papier en slechten druk, avond aan avond gebracht wordt in de zedelijke huis-gezinnen. Wel moge het hun bekomen! Evenwel, zoo goed als de onz. uitst. zijn ook de kranten grootendeels symptomen, noodzakelijke uitingen van den tijdgeest, die nu eenmaal behagen schept in misgeboor ten. En het is waarschijnlijk omdat zij dit ook zoo inzien, dat de onze lelijke hoekwinkeltjes zich tot heden toe onthielden een actie op te zetten tegen die andere onzede lijke uitstallingen, de couranten, waaraan zij zich denkelijk: meer ergeren, naarmate deze meer winstgevend zijn. Edoch, ofschoon toegevend, dat beider kwaad onvermijdelijk schijnt zoolang de samenleving blijft als zij is, moet men toch wenschen dat het zoo klein mogelijk zij, ook in zake krantebedrijf. Er is, m. a. w. slechte en slechtere, of toegeeflijk gezegd- goede en slechte jour nalistiek. De goe'la meent dikwijls wat zij zegt en bezit zelfs nog eenige onderko men ' ideaaltjes; de slechte is volkomen onverschillig en cynisch voor al wat niet haar eigen winst geldt. De goede tracht misstanden te ontsluieren", onrecht aan 't licht te brengen en zoo, houdt, in de eenvoudt hiars harten en zonder in den spiegel te kijken, enquêtes over winkeltjes op den hoek en is, over het geheel, niet zoo direct omkoopbaar. De slechte schept mis standen, als er toevallig geen voorhanden zijn, om ze vervolgens gedruischvol en winstgevend te ontsluieren", speculeert immer en overal op de laagste passies om lezers te trekken en geeft gelijk aan wie maar 't meeste biedt. De Fransche natie heeft het ver gebracht in deze laatste soort krante-ontucht. Met veel talent en geest worden daar ginds dagelijks het oordeel verward en het gevoel vergiftigd. Voor een reportage van waarlijk beestachtige brutaliteit is daar ook het allerintiemste familieleven niet veilig, worden do afschuwelijkste, pijnlijkste, beschamendste scones nauwlettend beloerd en geraffi neerd lang en lijn uitgesponnen, worden de meest ontzettende rampen opgediend niet klaterende gewichtigheid, om 't maar erg, erg, erg te maken voor een afgestompten lezersbent. Onze Kngelsche buren en de Amerikanen vertoonen op dit stuk, bij ongeveer dezelfde geraftineerdheid en vél minder geest, nog tevens zekere naïveteit, als wisten ze niet wat ze deden, of een gemoedelijke business frankheid, die beide niet zonder bekoring zijn inderdaad. Ten onzent echter - o, moge het geen (,'huuvinistische voorkeur zijn, die mij hier verblindt! heerschte tot nog toe een drugp, deftige zedigheid, ook in het kranteho Irijf, «Int het in vergelijking dragelijk maakte. De hoofdartikelen waren nog al hier bevelen. Ik feliciteer je." De, over.-te drukte Snaps de haud, kort krachtig schud dend even diens arm, zoodat Snaps' zij a keep scheef ging staan De overste was b!ij, dat i klaar was. Spietsen,' 'zei Suaps later, daar had-i geen bi-nul van." De overste noodigde nu de andere officieren uit Snaps te feliciteeren. Ifieraan voldaan zijnde, stelden de overste en Snaps zich op aau 't eind van het plein en werd er voor Kraantje-lek''gedetileerd met muziek.Trotech stond daar Snaps, met blij schitteren ie oogeu kijkend naar de gezichten, die zich onder 't delileeren rechts" wenden, 't Was 'n groote eer, dat voelde hij, een nooit geiende ge waarwording. Een heel bataljon, dat keek naar hem, naar hém alleen. Helder wit stak de medaille af tegen 't donkerblauwe laken van Suaps z'n beste jas. Snaps vnèlde haar hangen j en genoot zeer en vond het leven aangenaam. Na 't defiieeren trok de troep de kazerne uit en Snaps de cantine in. Daar uaia-i er eentje en ontving nog vele blijken van har' teli.'ke belangstelling zijner collega's, die hem zeer ondubbelzinnig te kennen gaven, dat-i j vau middag moest tracteeren. Snaps ha l vrijaf, j zoo.ils altijd op zoo'n dag, eu z'n nijdige bui j van thuis, z'u huishumeur" was zoetje^aau i verkeerd in eene, blijmoedige sLe-UJiing. IJ ij [ beloofde traktatie. i Toen ginsc-i, na hier en daar een praalje te j heboen gemaakt, op z'u gemak naar huis. l Met s'a nieuw zilveren stuk" op z'n beste jas, z'u brutale neus omhoog, met blije oogeu van töestelijke stemming, knus zich voelen l I in i/a vrij-zija, liep-i de straat over ea was 1 iui-i vjor-i 't wist. Hij vond er de boel op| geruim l, netjes en zindelijk, en de koilie| iafei ??- voor dezen keer was er gedekt -', kia.ii', !? Deed alles wel aan een bijzoaueien 1 d,r..'. Jeuken, 't Zonnetje was gaan schijnen, j wii !'p v;',;,,lijk bieede .ichtïtrej-ea onder de ] ;..:?>, hjuen door op '* hei ie'"-r(>ode karpei. aeed K:i';i:n-.'n di: witheid van het tal'ellakeu en :.. .1 i'-i'-ii 't. vertrek een vriendelijkheid, >j.-n ui':.'.-ibibeid, uit' ook Suaps wei voelde. ,./.it-.:"i, 't -t\t er op hojr,'' zei S.idp.i (-11 t r;'h. :-'..: iiandschdenen uit. ..i, i ilesr-leer jo," «'i z'n vru'.iw, /'.? v>v.-i :!;. : ,;:? er ,e,ven;.ïvet:; u- /;e^j:en, vond iii'Ou ';!:!^,.1!! dlU!:g UlClT Uit V l leilUei ij ::.- '- ij ti. i :. !,-'-i;j,e SioVea, I al'ijd ,-.iOet'-ie:i X'.'O;1 i o:-?i ^a~r vaa i.'ior^eu, en voorai C'//, eheiitii.^ i un;';c-(ii sleeds, '-'j/t rau^v O;iti'ei.ieu aU;jii. . i.niilfii haar vervormd tot een in-nich ,-:e,if , u.'k-.-iömeusc::, oaaaaiastbaar voor blije ??Mi'lii ^. .-,111,js aeeu iiu z'n beste builen uil ea /.u ? u;de au, eu toen giiigej ze koili-'drinken. i /.\\l,:ie;id gingen ze zitten, schonk zij kolhu. i j. i,en .'.e lieidea ai w ui hadden gesleten. MVI?' :-ij h-e.! .-daird, zonder iie n una te i ici_,k'-'ii Mol je vanmiddax nog uit':' i ,.'it'i,i uocii i Jan '.'" krt'üni 't er uit ge woon U' i i..ir.: ;;iï. Wou j o soia-1, (fat 'K thuis bleef'.'" ; ..:i', i-; dan geeüudj vandaag'.' gemeend (vooral die van den heer Valkenter Kips) de nieuwtjes waren aandoenlijk echt en zelden verzonnen (wat toch misschien j immer was) en in de rubriek Rechtzaken spreekt men liever van een zekere B" dan den naam voluit te noemen. Zoo ook duidt men bescheidenlijk aan, dat ten huize van den heer H" de^e of gene huiselijke orgelegenheid (gaspijp gesprongen, dochter weggeloopen) heeft plaats gehad en weigert den naam te noemen of onnoodig uit te wijden, tenzij de concurrentie dwingt. Maar dat begint zij te doen, helaas l en dan adieu! fatsoen, bescheidenheid, fijner gevoel en medelijden. Reeds is de reportage ook bij ons niet meer beperkt tot nette branden en dito vergaderingen van winstdoelende aandeel houders, lleeds varen reporters op alle stroomen en winden mee, worden er zelf' winderig van en, interviewen de grootste Hollamlsi-he letterkundigen, lleeds floreert de enquête met vragen aan den lezer, die het zelfs den armste-van-geest voortaan mogelijk maakt zich gedrukt te zien. En wat zijn ook die romantische feuilletons o ?er alles en nog wat in de groote bladen anders dan uitgewerkte gemengde beberichten", die het heele leven curiositeitshalve naderbij halen, het optuigen en romantizeeren, als echtgebeurde meio's, hoe af schuwelijker en prikkelender hoe mooier, ten behoeve der huis- en kantoorzittenie nervosen en tuberculosen, uamborstigen en spillebeenigen en armbloedigen, deze gansche verpieterde menschheid, 'wie nooit zelf meer iets overkomt en die toch zonder wat ex tract van emotie niet leven kan!... Arme menschheid! is men geneigd te zuchten. Aldus wordt de Pers dan nog tot haar troosteres, haar fopspeen, haar op wekkend drankjewan arjua 'iMil'.ata met suiker. ... En wij dienen ten slotte wel zwijgend aan te zien dat zij wordt, zooals de menigte haar hebben wil en winstbejag haar for meert. Maar toch niet zonder somtijds ons de opluchting te gunnen van een eenigszins luid protest tegen hen die zoo ijverig bezig zijn te bederven het schamele beetje dat ons aan ideaal joed nog rest en die waar achtig niet allen zoo volmaakt onwetend zijn van wat zij doen. F. C. Laat het zoo zijn. De heer F. Coenen heeft in dit blad de campagne van het Hmiilelxlilud tegen de vuile prentjes in een belachelijk licht ge steld. Ik zou willen zeggen: Nu, mijnheer, laat het zoo zijn, dat het ILiinli'Ixhluil op goedkoope manier aan toonbare kopy wou komen ; laat het zoo zijn, dat haar vragen ietwat onnoozel zijn uitgevallen ; laat het zoo zijn, dat ontuchtige prentuitstallingen maar wat drupjes vormen van den verlei dingspoel, waarin wij, groote stadsmenschen, rondzwemmen; laat het zoo zijn, dat ondanks alles, bij liep inzien het onweaseheljjk kan blijken er iets tegen te doen laat dat alles zoo zijn ik tart u te ontkennen, dat die vuile rommel een geestelijke pest is. Daarmee is niet uitgemaakt, dat er wettelijk iets aan gedaan kan worden; maar daarmee is teel uitgemaakt, dat ernstig dient onderzocht, ///' er wettelijk iets aan gedaan kan worden. Dat de Handelsbladredactie tot dit onderzoek dringt, is een mérite, hetzij dit haar reclame-kopy oplevert of niet, zelfs hetzij ze dit geesteloos doet of niet. (ieostis iets verrukkelijks; en toch er is nou iets, dat daarboven gaat. Vooral voor wie ounige verantwoordelijkheid dragen voor jongeren. Dezulken weten ook wel vau dien poel u weet wel. Maar ze voelen absoluut »Vrat zou dat dan nog?" Lichte wrevel, klaar om z'n stemming te bederven, kwam al boven. O, as je uit wil, gaan jij dan maar uit. 'k Zeg 't niet voor miju. 'K Ben toch altijd alleen," ..Je hoef-i om mijn niet bezorgd te inake," zei Snaps. Toen was er weer stilte even, had de kamer veel van ha.ir gezelligheid verloren. _\i zwij gen l happen van brood met telke:is een ski k koflie, zei Snaps, tusschen 't smakkend eten door: .Ie mot me strak kies wat geld geve." Geld? Waarvoor dan':" Omdat 'k mot trakteere." Trakteere?" Ja, in de cantine." u . . . (lus dan hoef ik niks vuu drankerij of zoo . ..' Wei wisóeuwerachtig. En as er nou van van avond lui (comme." .. Oa's dubbel op" zei 2e, schuchter-zacht. j da eens laaide drift op in hem, om haar j bezwaren, m.tar vooral, vooral om baar kalmte, het zachte m haar spreken, dat hem irriteerde. j hém juist deed schreeuwen. (J, weid ze maar \ es nijdig, schold ze maar es, ja siuex ze desi iioods. iJ:'i." zou-i voelea ais een tegemoetkoi men. ali HJ!S, waar i tegt-n-ip kuu oou. Maar j dat sijiie, dat lijdzame, niets tegeiuUiende, o, 't maaku; htüa i'a/.emf sjics. richreeuweiig zei i: ,,':''^ niet te kletse. *!eef miju noii maar ceate. Lit.' Toen deed-i'u vinnige hap in i'.'u urut.i], spoelde niet dra.iibewei;ing z'n koflij in t ko;.je om, slurpte 't ui z'n etensvolie .iioii : eu zelte K o 11 j e . w e ir ueer niets voor de logica, die er op aandringt den heelen poel maarte laten voortwoekeren, jop grond dat de heele poel nu eenmaal niet uit te roeien is. U zegt: Die van huis uit sterk is tegen deze soort en andere soort verleiding, blijft staan, die van huisuit niet sterk is, valt toch; zoo niet langs dezen, dan langs een anderen weg. Dat zijn van die dooddoeners, mijnheer, waarbij het geinoel van een kindervriend nu een maal geen vrede vinden kan. Eu de middelsterken dan ? O, het doet zoo'n pijn aan hun zedelijk martelbed te denken, den geest bij geval geïnfecteerd door die beroerde dingen. Want vergeet bovenal niet, hier is een infectiebron, volkomen eenig in z'n soort, met geene andere, welke ook in de verste verte, naar kracht en invloed te vergelijken. Denk eens aan een tentoon stelling van yedlneden jn beeld en woord permanent, kosteloos, openbaar, letterlijk voor een elk toegankelijk, den geheelen dag geopend, niet vari<-ererd pogramma! Noem 'ns 'n tweede! Het Handelsblad och, wat kan ons het Handelsblad schelen:' Een onderzoek naar de mogelijkheid een zedeiijke infectiebron van zoo nigen aard dicht te gooien speel uw lenige ver beelding de ziel van een paedegoog of een vader binnen neen, u hebt tegen dat onderzoek geen bezwaar, - wel, meneer ('oenen? D. Stop gezet. il. De twee groote producenten van ruwe diamant zijn de de Beers en Premiermaat schappijen. Het laatste halfjaar hadden beide den verkoop der grondstof opgedragen aan het Ruwsyndicaat te Londen. De band tusschen de Premier en het Ruwsyniicaat is echter thans verbroken. Ten einde te verkrijgen dat deze twee elkaar niet door prijsverlaging concurrentie aandoen, is een merkwaardige actie der gezamenlijke groote koopers begonnen om te zorgen, dat zij, hetgeen zy koopen, niet te laag betalen. Het georganiseerd zijn der werklieden werkt door bij de patroons. Ik vermeldde reeds dat hit optreden der werkliedenorganisatie te Amsterdam ten gevolge heeft gehad dat een krachtige patroons-organisatie daar ter stede ontstond. Te Antwerpen, waar het model van den A.N.D.B. door de werklieden gevolgd werd, is men thans ook ernstig bezig op het model der A.J.V. eene patronale vakvereeniging te stichten. De nevenbedrijven: de fabriekseigenaars, de schijvenschuurders en zelfs de loopknechten zijn te Amsterdam georganiseerd. De gebeurtenissen der laatste dagen hebben nu ook den groothandel in diamanten tot een begin van organisatie doen toetreden. Te Antwerpen constitueerde zich Het ('omitéter behartiging der belangen van Handelen Nijverheid in het Diamantvak". Dit comitébevat de kiem van een woreldverboml der patronale vakvereenigingen en en van don groothandel. Het is samengesteld uit afgevaardigden der A.J.V. te Amsterdam, der L'hambre syndicale des né^oeiants en diamants te Parijs, iler Chambre syndicale te Antwerpen en van de Associatioii of diamond manufacttirers lo New-York. Voorshands richt het comitézijn oog op den verkoop van de ruwe grondstof, maar de bedoeling is comitéen federatie blijvend te dom xijn, en het is dus geenszins uit gesloten dat bij latere gebeurtenissen in deze tak van nijverheid wij de patronale federatie en het Wereldverbond der werk lieden met elkaar de zaak internationaal /uilen zien regelen of uitvechten. kijken. Ze was bezig de koflietafel af te nemen, liep heen en weer naar de keuken, zwijgend, zonder kijken naar hem. En hij, toegevende aan een plotseling opkomend gevoel vau welwillendheid, wachtte tot ze weer uit de keukeu terug was, om d'er wat te zeggen. Even verwonderd keek ze op, toen-i met vreemd-vriendelijk intonatie zei: ,,'k Zal voor jou wat meeneme van middag, 't Is voor jou ook feest." Maar vervelend, strak werd dadelijk weer haar gezicht, toen ze antwoordde: Dat hoef i niet. As ik wat noodig heb, zal 'k't zelf wel koope." \Veg was ineens z'n zucht tot vriendelijkzijn. Driftig stond-i op en zei: Xou, niet dan. 'k Zal jou weer es wat. . ." Jij zal je ceiite wel nood:g hebbe," zei ze, hem in de rede vallend, dat kenne me." Dat-i voor z'n gueie bedoeling zoo weinig waardeering vond, maakte bern nijdig. En toch gevoelde hij iets van vreugde, dat ze weigerde, had-i al gevreesd een oogenb'ik, dat ze blij zou zijn om z'n vriendelijk doen eu ook zou zijn bijgedraaid, waardoor 't gaan naar de cantine hem minder gemakkelijk zo;i zijn geworden. Maar nu, na haar brute wei gering op zijn poging tot toenadering, meende hij mt-'t een gerust geweten te kuimsn gaan, niet willen Ie begrijpen, dat een jarenlange kwelling zijnerzijds niet met een paar vrien delijke woorden maar zoo dadelijs was noed te maken. .,.Vs je nijdig bent, om lat ik naar de eantine ga. mot je 't maar zegge." Dan bleef je zeker thuis," zei ze-, ietwa1", ironisch. Ken je net denken," was 't antwoord. Toen uuuht-i z'a pet en z'n handschoenen, deed z'n sabel om eu ging he"u, zonder groet. liet l,ar;! dichtslaan van dr; huisd.mr leek eeu vei-i\?? a-'diiiïg, die nakwam. Toen-i wes; was, L'ing j'i;iVouw Siuxps even zitten. Ze vo irzasj ei!'-;,d- uit die d°eoraiie." /.e keiide 'in-u1 ii. Vierentwiatu'jaar had hij 'l lat.d 'rouw eu eerlijk" gediend, veertien jaar la'.ig deed zij 'r U-m, maiir 't viel li.Vir 't >.\v;iar.»t. '( V'.'jn daarbij zuinigjes an fr:.:vveest: ;::t:j.! n.'. v;ui '; 'n; gin af. Maar ?/.<>. kAdta e;-, dank ;:ij :i:r, >..'or:eg eii kuidórioo.'-'.c-id, e], i>(...:, >.-(i dut :iij er nog ie;s bijvt-rdiviide ;n-.'t ..o-; ?!;']?:?.?;'' bij e;:u slager, Da'ird"or Ui'! ??-? -^j'l ir-iï.v:'.; geld Ufiart liggen. lïisi van yyf /,*? lv-hi /,O:K-/--Üen begreep wel, dat-i ei geeüc-'.uf . AU zon t. < rn ;/uien. Wel was '; niet veel, wat /,<; iu 14. ie i eu had, maar al had- ie no;; eens :'.o;j-, :.";-ii'egen, opmaken d:'v?\l i iiet Un-.'i. lli| iiinn: -.-r vau zica groot" ie hoiide»], r-ov\.cil te due:i, eu vandaag was 't een goeie aeiegenhei'! daar >Mor. 3Iuar nu reeds gevoelde zij zich aLgs:.:.u i'.is ze aan -ïiju thuis komen dacht. Ai - l ?. ? . i ,ij' had «as-i l.i-'tisj, ruw, niets vat.'l ?)?'!. Kn V.:IL ilau met ue vi~lie? Ban.; te ,..,.j,.ie.-Uja.; ,.J i'i>, j>ing do_ir lut,-: opruimi-ij.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl