De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1908 31 mei pagina 5

31 mei 1908 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

Na. 1615 D E' AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. YOOÏ( DAMEjS. Om en bij liet lotfMnaal Congres TOOF n. Thans, na een Vorig maal de leden van het Hoofdbestuur van den Wereldbond te hebben geschetst, een enkel woord over de voornaamsten der te verwachten afgevaar digden. De samenkomst te Amsterdam trekt m het buitenland sterk de aandacht. Onze Hollandeche feministen zijn er met eere be kend; op vroegere internationale Congressen hebben zij reeds meermalen door hare zorg vuldig bewerkte rapporten den roem van ons land hoog gehouden; door hare taalkennis en hare belezenheid hebben zij het inter nationaal verkeer vergemakkelijkt; haar werk diende vaak als model voor tal van onder nemingen elders; de groote vrijheid, waar onder zij hier reeds mogen arbeiden, prikkelde veler naijver. Boyendien is ons land door zijne ligging zoo bijzonder geschikt als plaats van samenkomst en door zijne schoon heid en geschiedenis beide zoo belang wekkend. Dat de zestien aangesloten landen, dezer dagen hebben, gedreven door de opwekking reeds nu uitgaande van het te honden Congres, ook nog Zwitserland, Bulgarije en Zuid-Afrika zich aangesloten bij de dertien volken, die reeds voor lang in den Wereldbond waren vereenigd, dat de zestien aangesloten landen dan ook schitte rend vertegez woordigd zullen zijn door met zorg gekozen delegaties, is reeds bekend. Het zq genoeg als enkelen uit velen hier te noemen: de Yslandsche vrouw, Fru Briet Asmundsen, lid van den Gemeenteraad van Reykjavik, die in haar nationaal costnum eene bijzondere verschijning onder de Congressisten zijn zal, en Froken Mörk uit Noorwegen, de eerste vrouw, die daar tot lid eener jury werd be noemd. Merkwaardig is het zeker ook, dat op den avond, waarop zal worden besproken wat Vrouwenkiesrecht reeds heeft uitgewerkt in de landen, waar het bestaat, voor Finland zal worden gesproken door Alice Nissinen, lid van het gewezen Finsche Parlement, die mededeelingen zal doen omtrent den parle mentairen arbeid der Fineche vrouwelijke volksvertegenwoordigsters; terwijl de Re geering in de vier Staten van Noord-Amerika, waar de vrouwen reeds ia het bezit van staatkundige rechten zijn, zich bereid heeft verklaard, zich officieel te doen vertegen woordigen. Uit Denemarken, waar de vrou wen zoo juist bet communale kiesrecht verwierven, eene overwinning, waaraan de actie uitgaande van het te Kopenhagen gebonden Congres voorzeker niet vreemd was, komen de Presidente der Deensche Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht, Fru Froken Mörck, Noorwegen. iiiimiiiiiiiHimiiii UIT PB N A T U U H. CCLXXV. Aan den waterkant. Elk terrein heeft zijn eigen tijd van glans en glorie, wat de flora betreft; het bosch is op zijn schitterends in den anenomen-tijd en opnieuw in het paddestoelen-seizoen, even voordat de bladeren komen en nadat ze weer gaan ; de heide met Erica en Gentiaan heeft haar glanspunt in den nazomer, omstreeks half September; de duinen in den volzomer tegen Juli als Slangenkruid en Toortsen hoog op schieten; en zoo is de veenplas op zijn mooist in de laatste week van Mei; Hemelvaartsdag is een van de beste dagen, om er van te genieten. Dan is het een lust langzaam te roeien dicht langs den rietzoom van een stille weinig bevaren plas of vaart. Nog heeft het riet zijn volle lengte niet bereikt; de forsche ornamentieke rietbladeren staan nog dauwfrisch recht overeind tegen den stengel, die eindigt in een spitse piek van opgerold blad. De hooge, oude halmen met de verweerde, verwaaide rietpluim op den top, hoog boven 't grijsblauwe-groene nieuwe blad, zijn getui gen van tiet vorige jaar, die vertellen dat het riet nog maar eventjes boven den grond is, en dat het nog heel wat groeien moet, eer het zich volwassen mag noemen en een pluim gaan dragen De gele Lisch, onze Hollandscbe Iris, is al klaar en bloeit dat het een lust is, met een zigzag tros op bedauwde zwaarden. Het rettelt en kwettert er tusschen van de karakieten, die in zenuwachtige opwin ding de indringers van de wijs willen bren gen, ze zullen gevaarlijke menschen wel misleiden omtrent de juiste ligging van de nestjes. Die angst en ontsteltenis is anders heelemaal overbodig; het zou dwaasheid wezen in die rietzee naar een karakietennest te gaan zoeken; en een onbegonnen werk is het teveni, al hebt ge waterlaarzen aan en al zijt ge niet bang voor een stel natte beenen; het riet is een verraderlijke plant; het dringt ook het diepere water in; en men weet nooit of er al wortels en uitloopers genoeg dooreengestrengeld zijn, om een mensen te kunnen dragen. Maar veel moois is al te zien, zonder dat ge aan land behoeft te gaan. Verrassend voor iemand, die zoo'n tochtje langs een rietland voor het eerst doet, is vooral de verMrs Despard. Vibecke Salicatb, Fru Johanna Munter, de redactrice van een groot Deensch Vrouwen blad, de vriendelijke gastvrouw tijdens het Kopenhaagsche Congres, de schrijfster ook van reismdrukken uit Japan, waar zij jaren lang vertoefde en tal van andere litteraire werken, en dan nog fru Pastorinde Blauenfeldt, hier te lande in zendingsfcringen niet onbekend, die op de samenkomst ter be spreking van het Vrou wenkiesrecht-vraagstuk van Christelijk standpunt een spreekbeurt hoopt te vervullen. Dien middag zullen wij ook hooren een woord van lady Frances Balfour, eene ver maarde Engelsoue spreekster en van Marie Maugeret, de leidsvrouw der rechtzinnig geloovige -Roomsen-Katholieke vrouwen in Frankrijk. Eene hoogst merkwaardige vrouw is ook de begaafde redenaarster, de Wel Eerwaarde Anna Shaw, die na te Philadelphia in de godgeleerdheid te hebben gestudeerd aldaar tot het leeraarsambt werd ingezegend. Deze ial op den Zondag voor afgaande aan het Congres, dus op 14 Juni e.k. des namiddags te twee ure in de Groote Walen Kerk te Amsterdam een e godsdienstoefening leiden. Uit Zweden wordt de komst gemeld van fru Holmgren, de weduwe van Prof. Holmgren, eens de vriend en medearbeider van wijlen trof. Donders, en zelve eene propagandiste van groote kracht. Uit Rusland komt Madame Mirovitcb, van wier hand in Jus Suffragii" reeds menig belangrijk overzicht van toestanden in Rusland verscheen; en uit Hongarije komt Rosika Schwimmer, die reeds eerder in Amsterdam eene spreekbeurt heeft vervuld. Delegaties uit landen, waar de beweging nog pas in haar eerste begin is, komen enkel om te zien en te hooren. De afgevaardigden, die uit Natal en uit de Kaap- iolonie onder weg zijn, komen met het uitgesproken doel om door persoonlijke kennismaking met de groote leidsters en woordvoerdsters te leeren hoe best in eigen kring te komen tot aan nsluiting en om zich een oordeel te vor men over de verschillende gebezigde wijzen van propaganda. Anderen hebben reeds eenen rijken schat van ervaringen opgedaan. Zoo de tien vertegenwoordigsters van the Women's Freedom League, de eigenlijke bond der strijdbare suffragettes, die op het oogenblik in Engeland zoo bijzonder krachtig werkt en die tegen het einde der maand Juni te Lon den een monster-meeting organiseert, waar hij een kwart millioen vrouwen hoopt bijeen te brengen, waartoe dien dag niet minder dan 31 extra-treinen naar Londen zullen loopen. Daar hoopt dan onder anderen ook nog het woord te voeren, na vooraf ons Congres te hebben bezocht, Mrs Despard, de zuster van general French, eene vrouw om hare zorg voor armen en kranken in de LondenMiiMiiiMimniMiimMiMHimiiMiiiimilmiiimimHiiiiMiimMiMlmiiiiii schei'denheid in den plantengroei en de mooie en velerlei vormen van het blad. Op een afstand, van den overkant gezien, is zoo'n rietwand n grijs-groene muur, vaal en dof; maar als ge er, half boomend, half roeiend langzaam en kalmpjes langs heen schuift, dan merkt ge eerst hoe schilderachtig zoo'n rietkant gestoffeerd is. Daar is een groote afwisseling in groen. Voorop de bloembiezen en gewone mattenbies; ze steken boven water uit, als een leger van verdronken piekeniers, met extra versiering op zij van de piek, omdat de kapitein jarig is; daarachter komen de lischdodden en zeggen met hun fijne en toch krachtige scherpe vormen, hun donkere byna The Rev. Anna Shaw, Philadelphia. sche achterbuurten zoo bemind, dat, toenzy bij eene demonstratie met andere gezellinnen door bereden politie onder den voet werd gereden en in hechtenis genomen, de Regee ring uit vrees voor eenen volksoploop, indien zij op haren hoogen leeftijd in de gevange nis mocht komen te overlijden, baar deed overbrengen naar het hospitaal, om daar met de uiterste zorg te worden behandeld. Maar hardnekkig bleef Mrs. Despard daar weigeren om in voedsel en ligging meer bevoorrecht te zijn dan hare medegevangenen, wier leven van harde ontbering zij ten volle wilde deelen. Mrs. Billington-Greig, wier portret mede hierbij gaa*, is de eerste vrouw, die in Engeland om haar werken voor Vrou wenkiesrecht in de gevangenis kwam; maar met ongebroken moed en kracht is zij sedert blijven ijveren en propagandeeren, niet ver schrikt door het vooruitzicht van herhaalde opsluiting in een dier Engelsche.vrouwen gevangenissen, waar het verblijf, naar zij nu door bittere ondervinding weet, by alle mis kenning der eisenen van bygiene, bet samen zijn met vrouwen van iederen stempel, den harden leefregel, voor eene beschaafde vrouw van stand erne ware marteling is. Bij alle dankbaarheid, dat in ODS Nederland een dergelijk martelaarschap niet van de vrouwen Lady Frances Balfour. zwarte staande of orerhangende bloemversiering. Dan komt ge op eens langs een p'ant, met bladeren, zoo breed en forsch en helder groen dat het een tropische banaan lijkt, een waterzuring. Waar de rietzoom heel breed is en overgaatin een ware kragge, een rieteiland of een zeggen moeras, daar staan de halmen veel wijder uiteen; daar worden tallooze geultjes en slopjès en poeltjes gevormd, en straatjes, soms zoo recht of ze afgesneden zijn; wat soms werkelijk het geval is. Die plekjes zijn niet leeg : daar steekt de water violier zijn lila ofrosemet gele bloemtorentjes omhoog; steil uit het water rijzen ze op, zonder een blad of sprietje; al hun Bloemtros van Water-klaver. Tweeërlei vorm van bloemen; doorsnee van een langstijl-bloem en knop. Fru Johanne Munter, Denemarken. wordt gevergd, bij onzen afkeer van demon straties, als in Engeland thans aan de orde van de dag zijn en die ons, Hollandschen vrouwen, zoo uitermate onsympathiek zy'n, b\j al ons zuchten, dat het eigenaardig op treden der Engel sche suffragettes ons eerder heeft gehinderd dan gebaat, omdat het ook ons in verdenking bracht van misschien te eeniger tijd eveneens te willen grijpen naar middelen, die zoo weinig strooken met ons volkskarakter, mogen wij onze eerbiedige hulde allerminst onthouden aan die heldhaftige vrouwen, die gevangenisstraf en lichamelijk lyden vrijwillig hebben gedragen voor de zaak, die ons allen gelijkelijk heilige ernst is. Het zal een indrukwekkende aanblik zijn als al deze vrouwen en nog zoovelen meer op 15 Juni a.s. bij de plechtige opening van het Congres samen komen in de groote zaal van het Concertgebouw, die dan met groen en bloemen en de vlaggen der bij den Wereld bond aangesloten landen eenvoudig maar smaakvol en feestelijk zal zijn versierd. Nadat een welkomstlied gezongen is en onze gasten officieel door de Presidente der Nederlandsche Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht, de gast vrouw van dit Congres, zullen zijn begroet, zal de eigenlijke openingsrede worden ge houden door de Presidente van den Wereld bond, Mrs. Carrie Chapman Catt,waarna ten gehoore zal woi den gebracht eene cantate, getiteld Oud-Hollands Nieuwe Tijd," getoonzet en te dirigeereu door Mej. Catharina van Rennes. Dien zelfden avond zal er in den Huize Coutu rier worden gehouden eene greote receptie, voor alle Congresleden toegankelijk, ten einde het persoonlijk verkeer met de buitenlandsche afgevaardigden ongedwongen en gemakkelijk te maken. Daartoe zullen ook moeten dienen de kleine uitstapjes, de wandelingen, de afternoon-tea's, de kleinere, meer intieme samen komsten, waartoe gedurende de Congresweek in het middaguur gelegenheid zal zijn, als mede het diner van eenige honderden in de groote zaal van het Concertgebouw op 20 Juni, de boottocht op 21 Juni van Rotterdam naar het Hollands ch Diep en het feest te Scheveningen op 22 Juni, waarmede de samen komsten van het Congres zullen worden besloten. Gelegenheid tot persoonlijk verkeer, wat toch altijd het krachtigst middel van propaganda en opwekking blijft, is er dus te over. Maar toch, hoe belangwekkend dit complex van volhardend arbeidende vrouwen, met wie wij nu eene week lang zullen mogen verkeeren, wezen moge, men wachte zich voor overschatting. Of ieder van haar op eigen terrein, in eigen kring zoo veel mooier heeft gearbeid dan onze voorgangsters het deden onder ons, mag redelijkerwijze worden betwijfeld. Dat de verdeeldheden, de zucht tot het uitspinnen van persoonlijke quaesties, lllllllMIIIIIIMIMIIIIIMMIIinilllllllllllllllllllllllllnlI/IKIIIIIMIIIIIIIMIIlnl fijne loof blijft onder, alleen de kaarsrechte bloeistengel schiet omhoog met vier of vijf kransen van bloemen, die op sleutelbloemen, primula's lijken en het ook werkelijk zijn. De kransen worden naar boven toe al kleiner en kleiner; door die omgangen" wekt de bloemtros een torentjesachtig idee, net als de gele lupine van de pas ontgonnen heide. Primula is een nobele familie, maar edeler nog zijn de Gentianen; ook daarvan is een lid aangewezen, om de stille afgelegen plekjes van het rietland een verfijnde schoonheid bij te brengen. Dat is de Menyanthes, een Grieksche schoone, die bij ons met den boerschen naam van Waterklaver" wordt aangesproken. 't Eenige wat op klaver lijkt aan deze innig mooie Gentiaan, dat is het groote drie voudige blad; het hoort eigenlijk niet thuis in 't riet, zou men zoo zeggen, waar immers zoo weinig plaats is voor bladontplooiing, en alles wel lang en smal en dun moet zijn, om nog kans te hebben en het licht te bereiken. Onze waterklaver groeit dan ook, zooals ik zei, op de lichtingen in het rietwoud, op open plekjes in gezelschap van zijn ebenbürtige, zijn evenknie: de Waterviolier. Mooier bloemen dan van een waterklaver zijn er moeilijk te vinden. Een teekening kan er geen goed denkbeeld van geven. De heele tros is even mooi als de bloem alleen en op zich zelf bekeken. De overheerschende kleur is wit; maar alles, wat nog jong en ineengesloten is, alle knopjes en jonge bloemen zijn van een vreemd mooi blond-rood. Is een bloem geheel open, dan zweeft er een uiterst fijn kantwerk boven, uitgerafeld en toch niet zonder regelmaat, een ongelooflijk fijne en mooie kantfranje. Midden boven dat wolkje zweven vijf zwarte miniatuur-zwa luwtjes (de helmknoppen) om een rond rood schijfje (de stempel).Dat is allemaal weermooi, teer en fijn. Even interessant als deze plan ten zijn voor een artist, zoo belangwekkend zijn ze ook voor een bioloog. Ge treft er even als bij longekruid en sleutelbloem weer twee vormen aan; 't ia al weer die dimorphie, in dit geval als heterostylie. Wie mijn laatste opstellen over sleutelbloe men niet al te saai en taai heeft gevonden, en er zich doorheen heeft gewerkt, herkent dadelijk het geval in de kleine figuurtjes hierbij. Menigmaal werd mij de vraag gedaan, die hier aan ons feministisch vereenigingsleven zoo onrustbarend knagen, ook elders den voortgang van het feminisme remmen, staat vast; en alle menschenwerk is gebrekkig. Wat nood echter l Het recht, de waarheid, aan geene menschelijke vertolking ooit ge bonden, breken zich onwederstaanbaar baan. Dit samenstroomen, gedreven door nheid van doel en overtuiging van vrouwen uit alle oorden der wereld is er een treffend getuigenis van. Er schuilt dan ook eene groote kracht in dat samenzijn met geest verwanten, in dat gezamenlijk, openlijk ge tuigen voor een grootsch ideaal. Wie ooit reeds het voorrecht had eene dergelijke inter nationale samenkomst bij te wonen en iets heeft gevoeld van die nheid van doel en streven b\j ernstig denkende vrouwen van alle natiën trots ieder verschil van stand, van ras, van geloofsbelijdenis, van politieke overtuiging, van die nheid, die, zij het dam ook in een ver verschiet ns moet leiden tot die nheid der volkeren, tot den wereldvrede, tot die gouden toekomst, waarop wij allen hopen, die ziet naar de aanstaande Jnnidagen uit als naar dagen, die zich later in hare herinnering zullen afteekenen licht en helder, gewijd en geheiligd door hoogen ernst, door blijden moed, door vast vertrouwen en daarom gezegend in den besten zin des woords. En die verheugt zich in het vooruit zicht, dat zoo velen, die zich moeilijk ver plaatsen kunnen, op eigen bodem in dien zegen zullen kunnen deelen. JOHANNA W. A. NABEB. IIIIIIIIIMIIMIIIIIIIIIIIIItlllllMIIIIIIIIIIIIIIHIIIIMIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIHtll Modes. De jour du Vernissage" in den Parijschen Salon, en de rennen te Longchamp, hebben opnieuw getuigd van de ongehoorde weelde der hedendaagsche, modieuse vrouwenkleeding. Niet alleen is een ongekende kostbaar heid vertoond, maar ook een zekere bekoor lijke brutaliteit, die zelfs Fransche vrouwen doet uitroepen, of nu de tijd niet aangebro ken is, een vrouwenbond op te richten, waarvan de leden protest aanteekenen tegen de meer dan gewaagde dessous" van haar, die blindelings de mode volgen in al haar grillige, audacieuse uitingen. Slankl is ook in 1908 het onverbiddelijk parool van Madame Mode. De voorgeschreven slankheid verkrijgt de vrouw door het dragen van het modecorset, en het steeds verminde ren van het rokken-aan tal. Deze verminde ring was trouwens reeds herleid tot n, het minimum-getal; zeemlederen, colleerend onderrokje, met wijd uitslaande hoogen, zijden volant. Nu Madame Mode ook dit kleedingstuk als overtollig beschouwt, en aanraadt Mrs Billing! on-Greig, de eerste Engelsche vrouw, die in de gevangenis kwam, voor haar werken voor vrou wenkiesrecht. waarom toch planten met zulke heerlijk schoone bloemen niet gekweekt worden; ieder een toch moet de diepe en teere schoonheid ervan kunnen voelen. Dat lijkt inderdaad vreemd; er wordt immers zooveel gekweekt van twijfelachtige waarde, en de waardige Meny anthes leeft in stille vergetelheid. Maar... er is inderdaad een maar; die waterklaver is een beautédu diable, verlokkend, bedwel mend schoon.maar dat duurt o zoo kort; terwijl de top van de bloemtros nog in jeugdige frischheiden schoonheid straalt, is het ondereind al verlept, heel leelijk flets goor vervallen en verfrummeld. Minder mooi, maar ook niet zoo bedroe vend kortstondig, is het bloemenleven van de witte en gele waterlelies, die nu hun eergte bloemen ontplooien en hun heele hart en wezen openleggen voor de zon aan den hemel. Het bootje schuift de groote glanzende zachtleeren bladeren op zy, groen of koperbrons, al naar den leeftijd, en zachtjes glijden ze weer terug naar hun plekje, onverstoord en ongedeerd door 't ruw geweld; de gele bloem rust niet op het water, die is te klein, in 't eerst althans, voor den dikken stengel en wordt er door opgelicht; de gr PO t e witte waterlelie is meer in harmonie met zijn stennsel: de groene steel die een eindje in het heldere water te volgen il en dan verdwijnt in 't niet; die ideale droombloem ligt en nut geheel op 't water, mid den tusschen het bewegingloos blad; een veel gebruikt en misbruikt symbool van comtemplatie, van stille gedachtenvolle overgave aan het voorbeschikte lot, en van de begeertelooze (wellust in het niets zijn en het absolute niets willen. Mijn volle sympathie heeft de witte water lelie niet, hoe schitterend mooi en gedachtewekkend ik de bloemen en de heele plant'ook vind; ik wordt er al spoedig lui en gaperig van, er zit m\j te weinig leven en beweging in, een totaal gebrek aan weerstandsvermogen en weerstandslust. Het liefst zie ik ze nog,wan neer de wind op de plas staat, als de witte bloemen bijna geheel gesloten blijven en op en neer wippen, en de bladeren bij iedere vlaag oplichten uit het water; zoover, dat de bruine onderkant naar boven omkrult en het lijkt of er duizend waterhoentjes dobberen op den plas. Dan heb ik weer vrede met zijn slappe overmatige schoonheid onder de hooge zon bij stille lucht. E. HBIMANS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl