De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1908 21 juni pagina 10

21 juni 1908 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD ^00 R NEDERLAND. No. 161?1 haar laatste jaarverslag, over een belangrijk bedrag in. gereed geld kan beschikken, zou zij. des nood» gedurende eenigen tyd ook kannen voorzien in de nitkeering der 2% dividend op bare f 510.000.000 Commpn shares, .waarvoor jaarlijks slechts ruim / 10.000.000 .wordt vereischt. In het ergste geval zon sqj dan tijdelijk de alschrij vingen eenigermate kannen verminderen. De enorme ? vaste lasten, ten deele een gevolg van het sterk verwaterd kapitaal, zijn een ernstige constructie-fout "van de Steeltrnst. Andere metaal-maatschappijen, bijv. de Duitsche, die zich thans eveneens in een zeer moeielijke situatie bevinden,, kunnen eenvoudig hare dividenden verlagen, als de omstandigheden dit gebieden. Maar bij de Steeltrnst spelen 'de dividenden in ver gelijking met de vaste lasten een onder geschikte rol. Want het dividend op de preferred shares is accumulatief: kan bet in eenig jaar niet worden uitgekeerd, dan drukt de verplichting daartoe dus op de volgende jaren. Zou de Steeltrust echter onverhoopt inde noodzakelijkheid komen, de betaling van het dividend op de preferente aandeelen te moeten uitstellen, dan zou men terstond aan hare betalingscapaciteit gaan twijfelen en de ge volgen daarvan zonden hoogst ernstig zijn, niet alleen voor de waarden der trust zelve, maar voor alle Amerikaansche beurswaarden, voor het geheel e bedrijf, alsmede de inter nationale, markt. 19,6 'Og. V. D. S. (Slot volgt.) IIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIM.il IIIIIIIIJIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Illlll Lectuur ofer ie genene fcarbtoclit Voor eenigen tijd werd bericht, dat de let terkundige, of liever de lezende wereld in ons land het verschijnen 'van een boek kan tege moet zien, over de zieke geslachtsbegeerte. Door de. vermelding, van wie door het schrij ven van een voorrede voor dat boek zijn sanctie had gegeven aan de uitgave daarvan en door de publicatie van een fragment van het ge schrift, werd bij anticipatie een zekere wel willende stemming gemaakt. En het doel dezer regelen wil niet zoozeer zijn een tegenstemming op te wekken, als wel de aanstaande lezers in overweging te geven, zich wel goed te bedenken, alvorens zich te zetten tot de lezing van n geschrift, dat zooals zijn titel ook al aanduidt in gemoedelijke waarschu wing, geheel behoort tot het gebied van de zieke begeerte. Misschien, zal het boek blijken, groote let terkundige waarde te bezitten. En het is in die veronderstelling, dat deze overwegingen worden neergeschreven. Met hoe grooter talent toch het leven-der kranke begeerte wordt be schreven, zooveel te, 'dreigender is ook het gevaar, dat een of meer der lezer*, die zich op de grens tnsschen normaal voelend en pathologisch bevinden, zullen worden omlaag getrokken. Iedereen weet, dat er een voort, durende wisselwerking bestaat tusschen leven en literatuur, in dien zin, dat het leven, zij het dikwijls onbewust, de litteratuur navolgt. Meermalen heeft zich het geval voorgedaan, dat een gedetailleerd verslag van een moord of zelfmoord analoge voorvallen tengevolge hebben gehad. En de tegenwerping, dat zoo iets alleen kan voorkomen bij de pathologische ziel, worde beantwoord met een volkomen erkenning. En tegenover den raad, dat zij, die zich gepraedisponeerd weten, dan maar zulke" lektu ar moeten vermijden, worde in het midden gebracht, dat het juist een kenmerk is van den zieken geest, dat hij bij voorkeur grypt naar beschrijvingen van het abnormale; ze zijn hem een gewenechte stimulans. Of we dan, als dit mogelijk ware. dergelijke geschriften door de censuur verboden zouden wenschen? Neen, iedere geestelijke uiting, ook de zieke beeft als verschijnsel ongetwijfeld zijn waarde. En de censuur blijkt nog steeds medicijn, erger dan de kwaal. Uit de ver warde taal van den lijder aan een psychose leert de psychiater den aard der afwijking ken nen. Uitdrukkelijk zij hier vermeld,dat dit vergelijkingglid allerminst betrekking wil hebben, op de schrijvers van verhalen over ziektetoe standen van het liefde-gevoelen, gedachtig gan het aloude; dooec probetur contrarium. De vraag welken invloed een auteur moet ondervinden, die zich onder het bewerken van rijn boek indenken mott in de zaken, die hij beschrijft, bltjvts hier onbesproken. Boeken ov*r perverse begeerten zijn niets nieuws. Men herinnere zir.h maar de boeken van Bacher-Uasocb, o. a. het bekende Das Verm Jicht nis Kaïns" dat in 1870 in Duitschland zooveel opzien verwekte ea niet minder aan stoot. Met opzet wordt hier de naam der serie genoemd en niet der afzondelij ke boeken evenmin als de plaats van uitgave. Het is Brieven van Oom Jodocus. XVII. Waarde Neef! Ge zult een gevoel van leegte gehad hebben, nu er zelfs enkele weken moesten verloopen zonder een opwekkend woord van mijn kant. Ik begrijp en waardeer dat. Maar sedert jij mijn adviezen af drukt, raadpleegt men mij zoo druk van allerlei zijden, dat «r voor de correspon dentie slechts weinig tijd overblijft. Doch gij. redt het buiten mij slechts kwalijk : en dan moet wat het zwaarste is het zwaarst wegen. Er is trouwens iet«v ons niet bekend, in hoeverre Masoch zelf abnormaal was, maar zijn voorganger, de beruchte schrijver van de schandelijke boe ken-, die aan de crimineele justitie de mis drijven van het sadisme heeft leeren kennen, is wegens paederastie en giftmengen ter dood veroordeeld, gevlucht en heeft toen weer verder geschreven. De beruchte Comte de Lautréamont, de schrüver van Les Chants de Maldoror schijnt ook op niet zeer wenschenswaarde wij «e aan z^n eind te zijn gekomen. En onze conclusie luidt, dat geschriften ala bovenbedoelde, geen wezenlijke waarde hebben, kunnen hebben, als ze de vruchten zijn van een gezonde fantasie, daar ze dan niet reël zjjn; en zijn ze, zooals die van den Markies de Sada en van Lautiéamont getuigenissen van de eigen zieke ziel, da*n hebben ze hoogstens waarde als documenten voor psychiaters, justitieele geneeskundigen en rechters, die de misdaden, begaan door den abnormalen wil, habben onschadelijk te maken; We hebben steeds gemeend, dat de onzedelijke wil, als zoodanig geen rechten en geen verplichtingen heeft, maar er dreigt een gevaar, dat als het beloofde boek eenig succes heeft, ook anderen zich geroepen zullen gevoelen, over zieken hartstocht te schrijven. Het is waarlijk geen- verheffend idee voor hen, die het wel meenen met de letterkunde, haar gedwongen te zien, tot symbiose met datgene, wat bij normale men schen nog steeds de meest onwelkome ge voelens opwekt. Arnhem, 9 Juni '08. FRITS VAN RAALTE. De Rijmlrofliei TUD Meester Peiewip. 7. Van een Kamer-katje. 't Waa voor 't parlement te veel!... Den president ontviel de hamer, En plote'ling stokte bet debat: Daar sloop op pootjes van fluweel Al over het tapijt der Kamer De allereerste Kamer-kat! Wist ze van 't Congres in Amsterdam; En was haar komst een demons ratie Toen zy de Kaner binnentrad? Was 't soms omdat zij vragen kwam: Wie bindt de bel hier eens, eilacie, Om d'allereerste Kamer-kat?" Baanbreekster was zij misschien; Misschien een stille suffragette; l^e geest misschien van Chapman Catt... Maar het Congres mag in haar zien, Die dus in politiek haar jootjes zette, Ouz' allereerste Kamer-kat! PENNEWIP. NIEUWE UITGAVEN. Kleine Vaderlandiche Geschiedenis voor de lagere school, met tal van opgaven -tot ver werking der leerstof, door T.TLCIM. Zevende druk. De Taalttriend. Taaioefeningen voor de lagere school, door B. BAAS. Vierde stukje, voor leerlingen van 11 4 12 jaar. Vierde, herziene druk. Hoofdlijnen der Staathuishoudkunde, door mr. J. B. COHBK. Derde druk. Antwoorden bij BOOSJIAN & Bos' Nieuwe Rekenschool, 3e, 4e, 5e en 6e stukje. Alle uitgaven van P. Noordhoff, Groningen. Legerwet, door W, VOS.MAKK. Utrecht, H. Honig. . . Sociale Studiën, No. 4: Verzekering tegen Werkloosheid, door C. D. WKSSKLING. Leiden, Uitgeversvennootschap Futura". E. J. POTOIKTER, Litdtkens van Bonttkoe. Blaauw Be», Blaauw Bes! 'l Is maar een pennelikker! Marie. De Ezelinntn. Hanna. E. J. POTGIETER, Jan, Jannetje en hun jongste Kind. Hel Rijksmuseum, met inleiding en aanteekeningen en vierenveertig afbeeldingen. Amsterdam. Mij. voor goede en goedkoope lectuur. waarover ik je graag wat zeggen wilde. Het is over je opvatting van het geschil tusschen de heeren Treub en Plemp van Duiveland. Ik had daarover eerst willen zwijgen. Maar toen had ik niet gedacht aan die groote bekwaamheid onzer jour nalisten om een donderslag te fabrieken van iets, dat mijn pen weigert te noemen. Zoo groeide de cause célèbre als het mosterdzaad ut de Schrift, en als iedereen moest gij daar natuurlijk ook je woordje van zeggen. Ik zou daar over niet vallen, als daarin iets te vinden waren geweest, dat mij naar het hart gesproken was. Je kunt dat wel eens doen, maar nu was, en bleef, bet bezijden. Met geen woord hadt je het over den toon". De toon die de muziek kan maken en die haar, helaas, ook niet kan maken. Gelooft ge nu werkelijk, dat gij Uw beschaafde lezers behouden zult als gij niet waakt, niet als een onverschrokken krijger staat op de wallen ter verdedi ging van den toon"? Kijk eens, de ge wone Hollander kan veel, misschen alles verdragen, zoo het hem gezegd wordt op den juisten en in den goeden toon. Dat zit hem nog in de natuur van onze oude handelaars. En vooral in het parle mentaire leven is de toon allea. Wat bleef er van over als men met het hech ten aan den vorm ophield? Het mager democratisch en frisch uitzien zoo maar pardoes met de naakte waarheid voor den dag te komen, voor mij, en ik meen voor eiken, gezeten veratandigen Neder lander, heeft dat iets onkiesch, iets stuitends,wij zien daar liever niet dan wel naar. ELISABETH ROBIKS, Bekemd, naar het En gelsen, door TITIA VA» DEB TDÜK. Almelo, W. Hilarius W.Zn. Het blank Htelal, door ALBERT VERWEIJ. Amsterdam, W. Verelnija. Uit de Ontwfkkelirigsgeichiedenis van het menschelijk denken (Van Thales tot Kant) deel I, door R. CABIMIK. Amsterdam, Mij. voor goede en goedkoope lectuur. Onder jongens en meisjes, door HANS MARTIN. Rotterdam, W. L. & J. Brugse. KBAAL'S verbeterde Militaire Wandel- en Wielrijkaart Utrecht, Zeist enz." Zeist, Jan W. Kraal W.Zn. Immanuel Kant» Critiek der Zuivere Rede, voorafgegaan door de Prolegomena, afl. 3 en 4. Amsterdam, Uitgeversmij. Vivat." Het geheim van den dood, door J. L. W. P. MATLA en G. J. ZAALBKKG VAN ZELST. Den Haag, S. S. Korthuis. Verzen, 2e druk, 2 deelen. (Bloemlezing.) Amsterdam, L. J. Veen. Vijfde Jaarverslag der Rijks Commissie tot het opmaken en uitgeven van een inventaris en eene beschrijving van de Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst o ver 1907. Verslagen en mededeelingen van de afdeeling Handel van het departement van Land bouw, Nijverheid en Handel, jaargang 1908," No. l: Verslag omtrent Handel, Nijverheid en Scheepvaart van Nederland, gedurende 1907. Vivisectie, is .zij te rechtvaardigen f door CHABLES BELL TAYLOB. Vertaald door mr. G. E. KlDÜER HuiJSSEN VAN KATTENDIJKE, No. 2 der brochures, uitgegeven door het comit tot beptrkin< der vivisectie. Den Haag, Avondpcst-drukkerij. De Ontwikkeling'gang der Nederlandtche let terkunde, door dr. J. TE WINKEL, afl. 5. Haar lem, De Erven 'F. Bohn. Aristocraten, door JOHAN DE MEESTER. Bussum, C. A. J. van Dishoeck. Inhoud van Tijdschriften. Europa, afl. 6: Helene Lapidoth-Swarth, Verzen van Engelsche dichters. Annie Salomons, Een stil wonder. J. de Meester, Potgieter. P. N. van Eijk, Middag. Gen it Timmermans, Uitvaart. Johan Borg man, straat. Daan van der Zee, Brandersknechtf. Dirk Coster, Proza van Novalis vertaald. Georg Grünewald K.Zn., Violenbed. Jules Claretie, Margot. Dina Moliinger?Hooijer, Erotiek.^?J. de Meester, Dina van Rooien. Ignace Dabrowski, Felka. H. G. van Houten, Het Tooneel. Op de Hoogte, Juni-afl.: Op het omslag: Meipje van Capri," reproductie naar schil derij E. Sain. Bijlage: reproductie land schap naar A. Mauve.?Over de maand, die heenging, geïil. Over een paar inzendingen op St. Lucas en Arti, met speciale opnamen, door H. L. Berckenhoff. Racebooten, met af b., door S. Snuyff. Een oud spel in nieu wen stijl, met ill., door J. O. Waal. April, Echets door mevr. M. C. E. Ovink Scer. Over bouwkunst, slot, geil!., door A. W. Weissman. Een kleutertjes-societeit, met ill., door E. d'Oliveira Jr.?De Groote dag, schets door J. P. D. Lokhof Haydn, Mozart, Beethoven, met af b., door H. L. Beiekenhoff. Potgieter-herdenking, met portret en ill, door dr. C. G. N. de Vooys. Een enkele aanteekening over Potgieter, met afb., door J. C. Waa!. WitjeSjgeïll., door L. Dorsman C.Zn. Eigen Haard. Het licht van de vreugde, door G., l V. Een onbekend portret van den Zwijger", door jhr. B. W. F. van Riemsdijk, met afb. In Burgemeesters kamer te Am sterdam, met afb. Lizeloe,de kleine bazinne, door Piet van Assche. Spanderswoud, bij de afb. naar foto's van mevr. de Vries-Blom. In vroege morgenuren, doer M. E. J. Pot gieter, door Jer°de Vries, I, met afb. ? Een huisvlijt in de afdeeling Moeara-Doewa der Residentie Palembang, door Beroega, I. Feuilleton. Het hoogste schip der wereld. De Dames-Congressisten aan Het Kalfje." Holland Olympia. Burgemeester M. W. Sehaly. Het groote nationale kegelcon cours te Utrecht. Degradatie van den Fraaschen zeeofficier Ullmo. Een herkenningsteeken uit den Oranjetijd, alles met aft). Moleschott, No. 60 : Schadelijke bestanddeelen in vleesch, door K. Hoefnagel. Een wet ter bestrijding van volksziekten, door dr. G. W. Bruinsma. Neurasthenie, door dr. Ch. B!es. IIIMIIIIIllllllllllllMIIIIIIIMIMIIIIIIIIIIMilllllllltMIMUIIIIMIIIIIMIMMMIItll ofncwzcnton. Het VatanMintËrfeest, Evenals vorige jaren is do-r de afd. A'dam van den Bood van Ned. Ond. en de-Ameterdamsche gymnastiekonderwijzersvereeniging Als een socialist dat doet, enfin hun publiek is er naar en we behoeven niet naar hen te luisteren, maar van andere afgevaardigden verwachten wij, dat ze ons niet zullen erge ren door te veel vertoon van naakt bij het geen zij te zeggen hebben. Zorgen zij daar voor, dan wordt luisteren vaak een genot. En waaneer gij, journalisten, daaraan de hand niet houdt, dan gaat het met ons Parlement als- met zoovele. De heer Treub is in die richting al een aardig eind op weg. Er moet, meent hij, ergens iets los zijn in zijn speeches, zóóals zijn stramme figuur wordt opgevroolijkt door zijn sierlijke strikdas. Zoo in dit ge val ook weer, en nu ging bet bovendien tegen een man als den heer Plemp, wiens naam men slechts heeft te noemen om een zeker aroma van distinctie in den neus te krijgen. Zoo botweg komt Treub vertellen, dat de groote werkgeversvereeniging voor 4 jaar "telkens 7000 gulden toegezegd heeft aan de Nieuwe Courant, wanneer die een specialen redacteur zou belasten met de verdedi ging der werkgeversbelangen. Is dat nu behoorlijk van Treub ? In de eerste plaats niet, omdat hij zich vergist: het ?ia niet 4 maal zeven, doch 3 maal achtdui zend ; wie niet geheel ongevoelig voor cijfers is, bemerkt daar een verschil van vierduizend gulden; maar in de tweede plaats niet omdat zijn plompe verklaring blijk geeft van het meest grover mate rialisme en hij bij qns volk daardoor een voorstelling wil wekken die even grof materialisme veronderstelt n bij Plemp n bij de groote werkgevers. Dit een commissie samengesteld, die tot taak heeft een feest te organiséeren voor de armste kinderen van alle Amsterdamsche openb. en bijz. scholen op den Isten Maandag der zomervacantie, -den 27sten Juli a.g. Zeer zeker, de tijden zijn niet gunstig, maar daaronder mogen toch zeker de arme kinderen niet mér lijden, dan ze reeds doen. Dien eenen dag van zonneschijn, dien eenen dag van frissche lujht en vroolijke opgewektheid in een heel jaar mogen ze wel hebben. Wij gelooven, dat daarvoor ieder gaarne het zijne zal willen bijdragen. Het is nu de vierde maal, dat de commissie dit feest organiseert. Tot heden mocht ze telkens het genoegen smaken meer kinderen een dag op de hei, in 't T>osch of aan 't strand te doen doorbrengen dan een vorige maal, maar ook telkens moest ze vele kinderen, die 't toch zoo bitter noodig hadden, thuislaten. Laat dat dezen keer niet het geval zijn. Het behoeft ook niet. Gerust kunnen we zeggen: ieder gevoelt voor dit kinderfeeet, ieder heeft er wat voor over; dat dan ook ieder daarvan blijk geve. Gelden (van welker besteding ieder gever volledige verantwoording wordt gedaan) kunnen gezonden woiden aan de heeren: H. v. Breemen, penningmee-ter, Wagenaarstraat 6, (Na l Juli Sarphatipark 70). H. H. Kapperburg, Allard Piersonstraat 17. W. Ploeger, Secretaris, Brederodestraat 69. 5e Jaargang. - 21 Juni 1908. Bed. C. H. BBOBKKAMP, Damrak 59, Amst. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, te richten aan bovenstaand adres P/obleem No. 112, is goed opgelost, door S. Abrain, A. Damstra, K. C. de Jonge, A. D. Querido, W. van Rumt, A'dam; C. V. L. Nagel, Delft; K. Bouwes, N. Bouwee, D. Kiktee, Edam; J. Pels, 's Gravenland; J. Luteyn, Groede; W. van Daalen, W. J. A. Matla, J. Meijer, Haarlem; K. Koster, Hoogcarspel; J. Fortgets, Hoorn; J. H. Makkink, Utrecht; K. Slagter, Zaandam. UIT DE DAMWERELD. Zooals reeds met een enkel woord is ver meld, heeft het Congres te Marseille geen voortgang gehad. Het dam-concours evenwel is uitmuntend geslaagd, en hiervoor waren vele amateurs uit verschillende plaatsen overgekomen. Zie hier het resultaat: Championnat du Sud est. 1. Raphaèl, Marseille; 2. Bonnard, Lyon; 3, Revertégat, Marseille; 4. Géva, Marseille; 5. Le petit Fabre, Marseille; 6. Molimart, Lyon; 7 8. Ex aeqao" Laurent, Grenoble en Jaufrèt, Marseille. 10 Spelers ontvingen prijzen. Beudin, Parijs en Dumaine Margeille, hebben hun partijen niet afgespeeld. Costa en Carle waren dien dag niet best op dreef. Concours d'amateurs, Ie serie: 1. Jacquet, Lyon; 2 3. Ex aequo" Esménard en Songny, Marseüle; 4. Père Philippe, Matseille; 5. Mucin, Marseille; 6. Arnoux, Lyon. Concours d'amateurs 2e seiie: 1. Isoard, Martigues; 2. Williams, Allauch; 3-4. Ex aequo" Songny en Esménard. Handicap d'amateurs: 1. Isoaid; 2 3. Ex aequo" Jacquet en Wil liams; 4-5. Ex atquo" Songny en Esménard. Partij No. 79 gespeeld te Haarlem, tusschen de betren W. J. A. Matla, met wit en J. Jacobson Az., met zwart. Mei 1908. KORTE CENTRUM-OPENING". Wit. Zwart, Wit. Zwart. 1.3328 1823 2. 31 27 20 24 3.3430 1420 1) 4.3933 1218 2) 5.3731 3) 1721! 4) 6.4439? 5) 712! 7. 31 26 6) 10 14? 7) 8. 26:17 11:31 "9.3627 27? 8) 10. 41 37 9) 20 25 11.5044 2534 12. 40:?0 14:26 10) 13.4641! 410 14.444011) 1014 15. 3934712) 611! 16. 43 39 l 6! 17.4943 1420! 18. 4136 5 10 19. 37 31 10 14 13) 20. 42 37 14) 23 29 15) 21.34:23 18:29 22.33:24 19:30 23. 35:24 20:29 (*) 24. 39 33716) 14 20 17) 25. 33:24 26. 47 42 27. 28 22 28." 32:34 29. 31 26 30.3731 31.26:17 32. 38:27 33 31 26 34. 42 37 35. 37 31 36.2721 37. 31:22 38. 22 17! 39. 26 17 40. 36 31! 4L.31 26 42*40 35!! 43. 45:34 44. 43 39 45. 39 33 46. 35: 2! 20:29 1217 18) 17:28 712 1117 1721719) 1232 812 1520 2024 3 8 16:27 1319 12:21 914 1923 2429 29:40 1419 23 28? 21) 28.30 verloren. 20) iMiniiiiiiiiiilliiiiiiiiimllilliiMliimiyiirliMimiiMmiiiiiii is om een zacht woord te gebruiken vergiftigen van de volksziel, en wie dat toejuicht staat daaraan mede schuldig. "Ware ik de heer Plemp geweest, ik hadde een hooghartig stilzwijgen bewaard, ik hadde niet het air aangenomen alsof dit min welriekend menschelijk geluid overeenkwam met een werkelijfcen don derslag. Maar eens aan het spreken, ik zou het er niet schooner hebben kunnen afbrengen dan mr. Plemp. Misschien had ik het nog duidelijker gezegd, dat er toch niets geen schande in is, dat in een van oudsher commercieel aangelegd land als het onze zuiver ideëele, zuiver geestelijke sympathiën, hun natuurlijke uitdrukking vinden in, immers ook edel, metaal. En waar ging het heen indien men Treub op dezen weg volgde ? Zou men niet huiverig worden voor het bewijzen van al die diensten, welke juist onze verhoudin gen als menschen uit eene maatschappij, kinderen uit n huis als het ware, zoo bijzonder veraangenamen, door vrees voor dien materialistischen bijsmaak. Bovendien,vraag ik, was zoo iets te zeggen noodig? Was er iemand, die twijfelde aan de innige sympathie tusschen de heeren van de Nieuwe Courant en die van de Werkgeversvereeniging? Ook daardoor zit er iets, dat onaangenaam aandoet in de uiting van mr. Treub: men onthult niet als fatsoenlijk man de geheimen van den echt; er moet kleedgeld en huishoudgeld zijn, dat weten wij allen, maar is er bij twee gelieven niet steeds een zoete illuzie, dat zij althans om die beide niet hebben gedacht? Is het gracieus voor (*) Stand na den 23en zet van zwart: Z. S, 6/9,11/16, 25,29. W. 27/28, 31/32, 36/40, 43,45,47/18. 1) 14-20 is.een te goede vrije-zet, om nu reeds te gebruiken 17-21 is het juiste ant woord. 2) Nu moest 17-21 beslist volgen, en daarna 12-18. 3) Wit had nu moeten profiteeren van den te vroeg gespeelden zet 12-18, en wel als volgt: W. 27-22, zl8:27, w 32:12, z23:22(gedw. wegens 30-25), w 37:28, z 7:18 de beste, w 30-25. Nu moet zwart eene opsluiting toelaten, anders kan by een schijf-verlies niet coupee ren; hij is dus verplicht om met 9 of 10-14 te antwoorden, waarop wit vervolgt, met 41-37, 47-41 enz., waarmede de betere stelling is ver kregen. Zwart heeft thans drie nadeelen, te weten; een opsluiting bij.zijn langen vleugel; het centrum prijsgegeven en zijn korten vleu gel te veel verzwakt. Dit is'veeltijds het gevolg van het te vroeg gebruik maken eener tempo zet, en het niet op tijd spelen van de juiste zetten. In De Damspeler" worden deze na deelen duicfelyk aangewezen, bij de behande ling der openingen. 4) Eigenaardig, dat deze zet precies het omgekeerde uitwerkt van de nacht tusschen 4 en 5 Juni 1).; toen daalde de temperatuur van 80 op 50 en, met deze zet rijst hij van 50 op 80 graden. 5) Nu moest beslist 31-26-volgen, om geen nadeelige stelling te bekomen. 6) Te laat; een schijf verlies is hier van het gevolg. 7) Sterke beenen, die de weelde dragen. Met 24 29 en 29-34, had zwart een sehijf kunnen winnen. 8) Nu moest 2025 volgen. Elke andere zet is fout. 9) Waarom niet onmiddellijk geprofiteerd en de schijf van 30 op 25 gebracht, en daarna een attaqne ontwikkeld op zwart's koiten vleugel? Zulks zou beslist voordeel aange bracht hebben. 10) 15:24 is veel sterker. Deze zet brengt de schijf onmiddellijk naar het centrum, waar zij krachtig kan werken, terwijl, met 14:25, de schijf op ten slecht hoek ield wordt gebracht, en niets kan uitrichten. 11) Direct op zwart's vleugel aansturen, is o. i. beter, b.v.: 41-36, 36 31, 47 41, 41-36 en 31-26. Zwart is toch niet in staat, dit te belet ten, ter oorzake van zijn krachtelooze schijf op 25. 12) Zie nogmaals bij 11. 13) Hiermede heeft zwart zijn spel weder kracatig gemaakt. 14) Op 47-41, volgt een damzet; 16-21,18-22, 12:21, 23 29 enz. 15) Niet goed. 20-24 is de zet, waardoor wit gf dwongen wordt, zyn vrijen- zet 47-42 te f pe len of af te ruilen met 24 29 enz, waardoor hij zijn korten vleugel beduidend verzwakt. Dergelijke voordeelen gaan maar al te dikwijls verloren, omdat de waarde er van nog niet voldoende gekend wordt. En, toch hebben zij in vele gevallen meer waarde, dan een schijf voordeel, 16) Fout, S9-34 moeit volgen. Wil zwart nu zijn schijf trachten te behouden, dan moet hij 13 18 spelen, in welk geval dan volgt: w 34:23, z 18:29, w 28-23, z 29:18, w 27-21, z 16:27, w 31:2 of 4!! 17) Fout. 14-19 en 19:30, is de beste voort. zetting. 18) Een blinder. Echter, 13 19 of 25-30 kan evenmin gespeeld worden. 19) Nog was bet beier geweest, de afruiling van wit af te wachten en kracht te ontwik kelen bij wit's korten vleugel, met de schijven 9, 13, 15 en 25. Wellicht was langs dien weg, de remise nog te verkrijgen. 20) 12-17 en 6:17, was in elk geval beter geweest. 21) Weder een klein foutje met een groot gevolg. PRIJSVRAAG LEERZA.ME OEFENING. A. zwait opgegeven. B. z 20-24, w l-7. C. zwart opgegeven. D. zwatt remise! E. zwart opgegeven. F. z 33- 20, w 40- 3 5. G. zwart remise! H. zwart opgegeven. I. zwart opgegeven. K. zwart remise! L. zwart opgegeven. M. zwart remise! N. z 46-5, w 2-30. O. zwart opgegeven. P. zwart opgegeven. een man van de wereld zulk een illuzie in het publiek en zoo grof te verstoren? Neen waarlijk, mijn jongen, laten wij toch illuzies niet verstoren! Hoe schoon zou de journalistiek haar taak opvatten als zij zich daarop toelegde, als ze het zoete zelfbedrog eer aankweekte dan vernietigde, als zij ieder toeliet in zijn uiltje een valk te zien. Hoeveel minder ontevredenheid, hoeveel minder afgunst, hoeveel minder strijd. Leven en laten leven, ziehier een Hollandsche spreuk bij uitnemendheid. Van jou, mijn jongen, had ik nu eigenlijk het royale woord verwacht: Komt menschen wat maak je je druk: dat wisten wij nu toch wel, bederf daarvoor niet je eigen eet lust en andermans liefdes-begoocheling, laat Plemp zijn illuzie en, waar hij net zoo min als gij en ik van de liefde alleen leven kan, zijn achtduizend pop!" Dat ware ruim geweest en verstandig. Ook met het oog op de waardeering van het vak, dat nu eenmaal het jouwe is. Het gebeurt toch waarachtig niet iederen dag, dat het door deskundigen, door commercieelen van de bovenste plank zoo hoog wordt getaxeerd. Maar wees er verzekerd van, dat bij die taxatie meetelde, dat Plemp met zijn mooien naam, die als fondant op je tong is, altijd den juisten, den lieflijken toon aanslaat, dat hij de dingen niet naakt laat zien, niet zóó, dat zij misnoegen wekken en ontevredeuheid Mijn jongen je kunt vél van hem , leeren, bijna zooveel als van je OOM JODOCUS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl