De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1908 26 juli pagina 8

26 juli 1908 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

8 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. ffo. 1622 Hei docht my de naamlijst naziende, toe valliger wflze, van de leden der teekenmaatschappij, dat onder anderen een tweetal zeker recht had lid te zgn van deze vereeniging. Het is waar dat deze maatschappij niet meer is wat te was. Sinds Aag. 1876 toen ze werd opgericht met 23 gewone leden en 31 eereleden, onder het bestuur van H. W. Mesdag, A. Mauve, W. Marie, is ze in bloei toegenomen; ze culmineerde, ze verminderde. Er werden een aantal leden gewonnen (in plaats van de overledene) die wellicht gemist hadden kun nen worden maar het is nog de Teekenmaatschappq. De naam (soms alleen deze) ?heeft iets van eea roemrijke vlag. En daarom docht juist me een tweetal leden niet onge schikt ter versterking, te weten: W. van Konynenbnrg en -Kamerlingh Onnes. Het talent van Onnes is zeker dat van een aqua rellist. Zijn aangename, niet diepzinnige arrangementen zjjn soms geraffineerd van kleur. Hij ware daarom een aanwinst. Wat W, v. Konijnenburg betreft, een aquarel als de Stad met de Ossenkar" (1908; eigendom W. Bchurmann) is een werk dat zeker het belang van een tentoonstelling niet zou ver minderen. Integendeel het dunkt me belangrijk; een werk dat een tentoonstelling goed zon doen. Beide zyn geen lid, noch v. Konijnenburg, noch Kamerlingh Onnes hun werk docht me voldoende reden hier op te wijzen. PLASSCHABKT. Eeprodnctie. Bet gchynt mjj toe dat ik gewoon ben de .dingen beter te controleeren dan de heer E. W. P. de Vries Jr. dat doet. Over compositie mocht ik een andermaal het wellicht hebben, het is nu over het schilderij da Herten" van W. v. Konijnenburg, en over de repro ductie daarvan in Elzevier. De heer R. W. P. de Vries Jr. beweert dat ongeveer het sponningverlies bjj de reproductie afgevallen i?. Hjj schijnt deze bewering niet gecontroleerd te hebben want ze is onjuist. Aan de bovenzode ig links een gedeelte van bet loof van den boom afgevallen: rechts het gedeelte luchtAat nog boven de groep van de 3 boomen is en dat een noodzakelijk deel van de compositie uitmaakt. Het is niet ongeveer het eponningsverlies. Het is veel meer. De uitdruk king . ongeveer is niet onhandig maar ze is te gemakkelijk te controleeren op haar handigheid. Rechts is een gedeelte van een water afgenomen. De compositie is aan die zijde daardoor geschonden. Van onder is een deel van den voorgrond afgevallen, niet het sponningsverlies, maar een deel van het gehilderjj. De compositie is daardoor geschon den. Er is nog iets dat juist wijst op wat ik meldde. De photo die eerst genomen is, gaf het schilderij goed de reproductie in Elzevier gaf het schilderij weer, op de verholene wijze er aan afbreuk doend. De schrijver van het artikel, A. van Veen, schreef me daarenboven dat dit cartreeren" buiten zyn weten plaats had. Door dit alles schijnt het me toe dat ik beter controleerde dan de heer E. W. P. de Vries Jr. Aan bet afsnijden had de redactie van Elzevier schuld: Zij controleerde niet. PlASSCHABRT. * * * De heer Plasschaert schijnt zichzelf gaarne een brevet van controleur te willen geven. HU verzuimde echter de controle in zijn vorig schrijven, en hierop meenden wij te moeten wijzen. Zonder gecontroleerd te hebben trachtte hij redactie en uitgevers verdacht te maken door de bewering, als ware de afsnijding van den lichtdruk naar v. Konijnenburg's herten, in Elsevier's maandschrift (Elsevier is met een « en niet z). met hunne instem ming en goedkeuring geschied. Waar wy in ons antwoord deden uitkomen dat wij iedere afsnijding, hoe gering ook, en welt kunstwerk ze ook betrof beslist afkeurden, en wat dit aangaat dus volmaakt met hém instemden, daar is het thans m. i. gansch overbodig de bedoelde afsnijding nog eens in den breede uit te gaan meten, wat alleen dunkt mij dienen kan, om de zaak weer anders voor te stellen dan ze geschied is en dan ik reeds aantoonde. Zelfs des heeren Plaaschaert's bewering, dat de foto die eerst' genomen is, goed was (dit was zy jw-st niet, want daarom is er een tweede gemaakt) is van weinig beteekenis, daar ik eveneens mededeelde, dat een onafgesneden lichtdruk door mij werd goedgekeurd en voor afdrukken gegeven. Eenige controle op eigen werk zy den heer Plasschaert dus verder aanbevolen. R. W. P. DE VKIES JE.'3 De Club de Tien". Geachte Redactie! Eine Seele, zwei Gedanken? In de Nieuwe Gooi en Eemlander van Zater dag 27 Juni, schrijft de heer Gerard Koekkoek, kunstschilder te Hilversum, over de tentoon stelling der Club de Tien" o. a.: F. Langeveld. Hier is een lust tot kleur?zij het een nog niet geheel zuivere een zich laten gaan, zich laten ... meevoeren in het spel van de kleuren, stoeienderwijs. Soms, zooals in de voorstelling met de roode koe onder den wilg, wordt het spel te bruut, ont aardt het in een uiterste. Ter afwisseling werke Langeveld eens met het simpelste materiaal een blad papier en een krijtje een gansenen dag tusschen de beesten, tot den avond... Er zal dan geen aarzeling meer zijn in de vormen der koeien, de structuur der plans zal hechter zijn op een later te beginnen schil derij. Maar Keulen en Aken zijn niet op een achternamiddag gebouwd; nu reeds acht ik hem de knapste van de Tien". Het Kalfje lijkt mij het mooist. Jammer, dat het huis of de schuur op de linkerhelft van het schilderij, gezien op een afstand, niet meer als huis aandoet, 't snijdt 't doek ook te veel af." In De Amsterdammer Weekblad voor Neder land, van 12 Juli, schrijft dezelfde heer o ver dezelfde tentoonstelling in een kritisch aperyu geteekend K. onder meer: Er kan waarlijk niet geklaagd worden dat de wanden eener tentoonstelling geen kleuren te geven. Doch of die kleuren altijd zijn wat kleur" mag verondersteld worden te bedoelen, is een te betwisten vraag. Zoo is hier b.v. Langeveld met een groot doek Vroegzomer". 't Is een wei met een witte en een roode koe. De witte koe staat links op de schilderij, in het opene, de andere vult bijna geheel het rechter plan, den voorgrond; met af ge wen den kop staat zy in de schaduw van een wilg; het geheel is in zon. Er is in dit werk, dat het meest in het oog vallende is van de tentoonstelling, ge streefd naar weligheid en sappigheid, naar licht vooral. Het is wel van een schilder" dit doek. Doch men vraagt zich af, kou het niet wat minder? Er is iets waardeerbaars in het aspect, ook suggereert het den zomer wel, het blije daarvan; maar bij wie er den nagalm uit hooren van vroegere Grooten, wekt het weemoed." Het zal den aandachtigen lezer van beide stukken, zonder eenig commentaar, opvallen, dat, ondanks eenige punten van overeenkomst, de strekking in beide eene tegenovergestelde is. M. a. w. het eerste is gunstig, ondanks de kritische aanmerkingen, het tweede beslist ongunstig, vooral door den insinueerenden slotzin. Mijne bedoeling is niet anti-kritiek te geven, zoodat, wat door den heer Koekkoek geschre ven is buiten beschouwing kan blijven. Wél acht ik het billijk en op zijn plaats er op te wijzen welk een treffend meeningsver schil er is te vinden in de kritieken van denzelfden schrijver over hetzelfde werk, op dezelfde tentoonstelling, bijna gelijktijdig; maar in 2 verschillende bladen. Meent de heer Koekkoek wellicht dat het gewenscht is voor De Amsterdammer (uit den aard belangrijker blad dan eenig lokaal blad zijn ken) een geheel anderen maatstaf te moeten aanleggen dan voor de Nieuwe Gooi en JSemlander, dan behoeft zijne handelwijze voor mügeen nadere kwalificatie. Is de schrijver zich echter niet bewust van den verschillenden indruk, die zijn beide stukken teweeg brengen, dan blijkt daaruit voldoende, dat hij niet genoeg meester van zijn taal is, om op verschillende wijzen het zelfde te zeggen, en zich das (wil hu niet in eene dubbelzinnige positie komen) in zijne gewaardeerde voorlichtingen dient te beper ken tot n blad. Met beleefden dank voor de opname, Hoogachtend, Uw dw. dr, FRANS LANGEVBLD. Laren (N.-H.), 1-5 Juli '08. Wij zien geen tegenstrijdigheid in deze twee critieken. De een is voor den heer Langeveld wat prettiger gesteld dan de andere, maar komt ook voor in de N, Gooi- en Eemlander", waarin een criticns, vanzelf en onopzettelijk, geneigd is de zaken ... huiselijker te behan delen. En toch, ook in die critiek stond reeds een vingerwijzing in dezelfde richting: De heer L. moest eens gaan werken met sim peler materiaal. In het stuk in dit Weekblad noemde de heer K. bovendien de Giooten"... en als men over die komt te spreken in verband met tegenwoordige schilderkunst (in een later nummer van diezelfde N. G. en E. door den heer K. nabloei" genoemd) dan is de ... toon wel eens weemoedig. Et ce n'est pas Ie ton qui fait la critique... (Red.) HENKI VAN WERMESKERKEN, Van het won dere Geluk. Rotterdam, Nygh & Van Ditmar. 1908. Het gegeven is belangwekkend genoeg: de vrouw met een verleden, wier eergevoel haar verbiedt dit te verzwijgen voor de man die baar en die zij liefheeft wetend dat zij door haar bekentenis haar geluk verliezen zal. De schrijver had de keuze, daartegenover een man te stellen die zich niets te verwijten heeft en 't zou interessant zijn geweest te horen weergeven wat in zulk een man onder die omstandigheden omgaat of wel een die elk recht tot het werpen van de eerste steen mist. De heer Van Wermeskerken kiest het laatste geval, en als auteur heeft hij gelijk: daar is veel meer van te maken. Deze held, Bertho Lang, is onmeedogend in al zy'n lam lendigheid geschilderd: een luie, willoze materialist, die waarlik het wondere geluk, dat hem ten deel valt, allerminst verdient, en meer roemen kan op geluk dan op wijs heid. Zichzelf ontzegt hij niets; aan eigen reinheid heeft hij naaiing. Maar van de vrouw die de grote gebeurtenis in zijn leven bete kent, die met haar bezwaard verleden en al heel wat hoger staat dan hij, die hem tot zich opheft uit zijn kleinheid ? van die vrouw eist hij waarop hij zelf geen aanspraak kan maken. Het kost hem zelfs strijd en overwinning over die faux-pas heen te stap pen. Gelukkig heeft hij een vriend, Maurits Eikerhof, die de dingen ruimer aanziet; door diens invloed begint hij te begrijpen hoe weinig recht van spreken hij heeft, en hoe bij het geluk inderdaad een wonder van genade voor hem, armzalige met beide handen dient aan te grijpen. En hij doet 't. De vraag blijft of de omkeer in zijn levensaanschouwing duurzaam zijn zal, of hu de weelde van zijn nieuw leven zal kunnen blij ven dragen. De schrijver eindigt, wanneer deze vraag aan de orde komt. Toch zijn er hoopvolle tekenen: van schrijven'spreekt Bertho die met alle geweld kunstenaar wilde zijn aan 't eind van het boek niet meer. Heeft hij 't er. aan gegeven, dan ia de wereld daarmee werkelik 'n stap vooruit. Dit tweede boek van de heer Van Wer meskerken is vlot en gemakkelik geschreven, al te gemakkelik. Een volgend werk mocht wat meer de sporen van moeite en studie dragen; nu treffen nog maar al te dikwels pasklare uitdrukkingen, vergieten zinnen, gemeenplaatsen, waaraan een modern schrij ver ontgroeid diende te zijn. Een herhaald foutief citeren van Goethe's Ueber allen Gipfelu" moest in dit duits ge tinte werk niet voorkomen.} J. TERSTKEO. De mensen tast soms naar het hoogere, maar grijpt doorgaans met volle handen in de ijdelheid. * Elk leven is uit tal van korte drama's met tal van lange pauzen gecomponeerd. * Menschen zy'n als woorden. Op zichzelf van eenige bednidenis, kunnen ze, in een zin gegroept, tot klare schoonheid worden. Maar de samenstelling van dien zin bepaalt zijn harmonie. * Een mensen is als een encyclopaedie: ei ontbreekt altijd nog meer dan er is. * De moderne mensch is de slaaf van zijn horloge. Wanneer zal de tijd komen, dat taalvorschers er over twisten, wat hun voorzaten bedoelden met het woord bedeeling"? DAAN VAN DBR ZEE. Het Menen yan de diepte der zee. Een methode door Albert F. Eells te Boston gepubliceerd, maakt het mogelijk de diepte van de zee va|t te stellen ook ge durende de vaart. En wel door de tijdruimte op te nemen, die verloopt voordat men den Weergalm hoort, die de bodem van de zee terugkaatst, wanneer dicht bij de oppervlakte van het water geluiden worden teweeggebracht. Fig. l toont ons den voorsteven van een schip met het toestel van ter zyde gezien. Fig. 2, het instrument alleen in doorsnede. Het bestaat uit een buis (6) die loodrecht van het dek uit naar den bodem van het schip gaat en die aan het ondereinde den trechtervorm heeft. In dat onderste, wijdere deel bevindt zich een schel, die naar alle zijden vrij geboord kan worden en die aan een metalen stang (c) hangt. Die stang loopt door de buis en steekt daar iets boven uit. Aan het uitstekende deel van den stang is een knop. Zoo kan men schellen, door met de hand, of door op een of andere mechanische wijze op dien knop te drukken. Het geluid dringt door het water heen tot den bodem der zee, die het weer terugkaatst. Door een of ander geschikt apparaat b.v. een microphoon, kan dan aan boord het geluid opgenomen worden. Uit het tijdsverloop tnsschen ge luid en weerklank kan men de diepte der zee op dat bepaalde punt opnemen. M. C. Kennisgevingen Verloving, Ondertrouw, = Geboorte, enz. = - Invitatiën, Dankbetuigingen. Menu's Programma's, Balbockjes. Visitekaarten, - Luxepapier, Artistiek Stempelwerk B. van Mantgern, Hofleverancier Singel 562, hoek Vijzelstraat, Amst. Ir ^^ Ir " "^ ^^ De Zaanlandsche Zilversmederij KAL, VERSTRA AT 51, Amsterdam. SPUISTRAAT 62, J>en Haag. Specialiteitszaak in Zilver van Antieke Stijlbewerking, Tafel- en Dessertzilver en Zeeuwsen Knoopzilver. NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP AMSTERDAMSCHEWEG, ARNHEM. Fabriek van Kunstaardewerk, Vazen, Jardinières Bloempotten etc. Magazijn Oud-Holland" Damrak 75, Amsterdam. Direct!»: P. C. PAEBELS. TELEFOON 7961. Complete Kamerlnrlclitlnjreii In Oud-Hollandsche en andere oude stijlen. Atelfor v«or bet vervaardigen vu Ori-Nolludsch nijwerfc. + Idyllisch Baitenwonen, +4* VERPLAATSBARE BUITENHUIZEN van gewa pend papier machê, GOEDKOOPE WOtfIWGEW als OPTREKJES voor den Z o m e r, in prijzen van f 12OO,?en hooger, met 3 kamers en meer. Speciale offerten voor Tropische verplaatsbare , , Bungalows. ;; Technisch Bureau MOENS & BECIi te Bloemendaal. FUYT EU ZOMEN - Meubelfabrikanten UTRECHT - - Behangers - COMPLETE AMEUBLEMENTEN KUNSTHANDEL WED. g. DORENS & ZOON. ROKIN 56, AMSTERDAM. TENTOONSTELLING VAN nni en VAN E. v. BEEVER. PHOTO&fiATUREN NAAB OUDE EN MODERNE MEESTERS. * * * * * * * Een natuurgetrouw Portret l» j naar iedere foto ge schilderd, is een allerdankbaarst geschenk voor elke gelegenheid. Prijscourant gratis. mum k o, BOXTEL. Agent voor Amsterdam: MAX. COSMAN, Galerij 48. Meubelfabriek Nederland". J. A. HU1Z1MGA. BINNEN BETIMMERINGEN, BEHANOERIJ, MODELKAMERS. Groningen. WESTERSINGEL. TELEF. 118, FRANCO LEVERING. T BINNENHUIS Inrichting tot meubeleering en versiering der woning RAADHUISSTRAAT 48-50 ?*? AMSTERDAM ?*? Filiaal: KUNSTZA AL KLEIJKAMP, Zuidblaak, Rotterdam. mmmmmmmmmmmmm MAISOH DROUOT -*? -*? WKSSEH A Co. ?«- *? * LANGE HOUTSTRAAT 7 * t « Haag- - - IMTKBC. »74 . . GROOTSTE INRICHTING VOOR COMPLETE MEUBILEERING = IN ALLE STIJLEN = = = = ANTIQUITEITEN = = EIGEN MEUBELFABRIEK VOOQ EILEP5&WOLF: S£? AMSTERDAM."^"1

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl