De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1908 23 augustus pagina 5

23 augustus 1908 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1626 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. DAMEjS. Mrs. Henry Dobson, afgevaardigde van Australië. en DU M internationaal Cogres voor IV. Met het laatst verschenen nummer, dat yan 15 Augustus, is de tweede jaargang van Ju» Suffragii, onder redactie van mejuffrouw Martina Kramers te Rotterdam, thans com pleet. Een overzicht van den inhoud der 12 nummers geeft de overtuiging, dat dit maand blad alleszins voldoet aan zijne bestemming om eenen band te vormen tnsschen de ver schillende bij den Wereldbond voor Vrou wenkiesrecht aangesloten Vereenigingen en om aangaande de Vrouwenkiesrecht beweging meer betrouwbare berichten te verspreiden dan de niet overal onpartijdige dagbladpers die geeft. Dit werd ook op het Congres officieel erkend en wij mogen het ons tot een eer rekenen, dat de Wereldbond de redactie yan zijn orgaan heeft toevertrouwd en blijft toevertrouwen aan eene Hollandsche vrouw. « Inderdaad in dit internationaal complex handhaaft de Nederlandsche vrouw eene eervolle plaats. Al kan zij, meest tengevolge van ongedachte politieke wisselingen, niet bogen op reeds verkregen tastbare resultaten in den zin zooals de Noorsche, de Deenscbe, de Finsche vrouw dat kan de organisatie van het Congres te Amsterdam, de tact en de zaakkennis der Hollandsche spreeksters vonden in het buitenland algemeen warmen bijval, zooals blijkt uit wat dienaangaande in de laatste nummers van Jus Suffragii wordt medegedeeld. Warme belangstelling onder vond ons Congres vooral in Australië, waar de vrouwen reeds zijn in het bezit van politieke rechten, welk bezit zij nu ook den vrouwen van andere natiën zoo vurig toewenschen. De Australische Statenbond was tengevolge van haren aandrang dan ook ver tegenwoordigd door eene offlcieeie regeeringsafgevaardigde, waartoe werd benoemd de UIT DE NATUUR. Komkommertijd in de Natuur. De zomer loopt ten end; en het regent; natuurlijk wat zou het dezen tijd anders doen; het is geen zomer meer en nog geen herfst; het loof van de meeste boomen is dof en verrot en ver vreten; de eens zoo zachte en mooie lindebarten zitten vol gaten en vlekken, de eschdoorns zijn zwart bespikkeld, de eiken-blaren hard en kromgetrokken met een vies wit poeder overtogen of bleek en blazig ondermijnd door kleine rupsjes, aan de beuken is haast geen gaaf blad te vinden. Alleen de robinia\ die zoo laat blad krijgen, en de platanen, die telkens nog weer nieuwe leverkleurige blaadjes aanzetten, geven nog wat frischheid aan de boomgroepen; maar als er kastanjes of iepen tusschen staan bederven die weer alles door hun vroege kaal beid; hun blad geelt al; en hier en daar bewijst de bodem, dat hun tijd van ver val al gekomen is. Bloeien doet geen enkele inheemsche boom meer; en de vruchten, de mooie kleurige wiMe vruchten, die van September weer Mei zullen maken, ze zijn nog zoo groen of zoo flets van kleur; ze verbergen zich nog, in plaats yan te pralen met hun schitterschoon. Kijk die meidoorns, hoe dof is hun rood; de lijsterbes begint te kleuren, maar het is nog geen hoogoranje en vuurrood; de kardinaals mutsjes zijn nog zoo bleek, dat ge er naar zoeken moet om er een te vinden. De prui men en kersen zijn van de boomen; de peren komen, maar appels kleuren nog niet. 't Is de overgang, de saaie trage overgang van mooi op mooi, de tijd van beloven, maar nog niet van geven. Met den bodem in park en bosch is het niet veel beter; er bloeit haast niets, dat door de massa fleur en geur kan schenken; hier en daar een paarse ster van een ooievaarsbek, watgeel van nietigenagelkruid-bloempjes en nog al veel geel van streepzaad, haviks kruiden en. ander geelbloeiende hoogopschietende planten. Waar geen boomen staan echtgenoote van den Eersten Minister, presi dente van den Nationalen Vrouwenraad van Tasmanië, Mrs. Heary Dobson, wier portret hierboven staat. Verschillende Australiiche vrouwen van beteekenis zonden bovendien groeten aan het Congres, die jammer genoeg te laat inkwamen om daar te worden voor gelezen, maar die nu in Jus Svffragiïzijn gepubliceerd; en daaruit blijkt, dat men daar ginds vol verwachting uitzag naar bericht omtrent het hier verhandelde, een bericht, dat om den grooten afstand de Australische vrouwen nog nauwelijks kan hebben bereikt. Uit andere landen, waar men van meer nabij kon medeleven met het Congres komt alreeds de tijding, dat de mededeelingen der afgevaardigden naar de Amsterdamsche samen komst tot nieuwen arbeid en inspanning hebben opgewekt. Uit Noorwegen wordt ge meld, dat op eene druk bezochte vergadering der Noorweegsche Vrouwenkiesrechtvereeniging verslag werd uitgebracht door Fru Qnam, onzen congresbezoekers wel bekend, en dat daarop met groote geestdrift werd besloten onvermoeid voort te gaan en niet te rusten voor en aleer het kiesrecht, dat de vrouwen daar thans bezitten, geheel gelijk is geworden aan dat der mannen, wat het nu nog niet is. Ook werd besloten, dat bij de verkiezingen, die in het voorjaar van 1909 aan de orde zijn, de nu kiesgerech tigde vrouwen zullen samenwerken ieder van haar met die politieke partij waartoe zij zich rekent te behooren, maar om alleen te stem men op die candidaten, die zich verklareu voor eenige saken, die den vrouwen meer bijzonder ter harte saan, iu de eerste plaats deze, dat twee vrouwen zitting zullen hebben in de Rijkscommissie, die belast is met de herziening der regeling betreffende de Noorweegeche Staatskerk. In Bulgarije, waar geene eigenlijke Vrouwenkiesrechtvereeniging bestaat, is door den Nationalen Vrouwenraad, waarvan de echt genoote van den Eersten Minister presidente langs dijken en wegen is de groene vlakte voor de tweede keer gemaaid, grondig gemaaid, zoo degelijk, dat de kale bodem door de grondsprieten kijkt. En het bouwland, weg is de rogge, weg is de tarwe en haver, uitgebloeid is ook al de boekweit, die miskleurig te hoop ligt op het land. In het duin fleurt nog wat, maar veel is het ook al niet, alleen aan de toppen van de struiken zit nog wat blauwe bloem vau slangekruid en gele punten van toortsen en tennisbloemen; van de mooie paddestoelen, het palet van den herfst, is nog zoo goed als niets te zien, een enkele stuifbal, een cham pignon, een paar melkzwammen en gele kantarellen, het kleurenrijke kaboutertapijt moet nog komen. Ook de beidttiora maakt toilet en houdt zich nog schuil, tot ze opeens en op zijn mooist te voorschijn kan komen met blauwe gentianen in het rose- en lilakleed. Alleen aan den waterkant, daar is het nog zomer; daar staan de paarsroode hooge aren van de kat testaart, nu druipnat maar toch mooi; daar liggen nog witte waterlelies te blinken tusschen de sputterecde water droppels; de witte sterren van kikkerbeet en gele bekers van de watergentiaan bewegen tusschen de groene schijven van den plas onder den tik van de dikke droppels, ze dansen er lustig op los; wat geven zij om den regen ; het water is hun element. Het riet neuriet een suizend lied, maar de witte windekelken kleven slap en ge plekt tegen de halmen en groote gele zonnen van het hooge kruiskruid zijn gedoofd, half gesloten, verregend en druipend; evenals de kletsnatte moeras-spiraea. Meer kleur is er niet; toch wel; daar zie ik nog iets. Aan den kant half in 't water staan nog wat planten te bloeien; aan den regen storen deze zich blijkbaar niet; ze blijven openen ongedekt bloeien. Wie ze niet kent en zoekt, merkt ze niet op, zoo weinig kleurrijk is, onder den indruk van het door de Bul gaar se hèafgevaardigde Madame Pateff, uit gebrachte verslag besloten bij de Regeering aan te dringen: 1. op invoering yan actief en passief vrouwenkiesrecht voor de gemeente raden ; 2. op intrekking van het Regeeringsbeslnit, waarbij de universiteiten zijn gesloten voor vrouwen, ook voor haar, die er reeds studeerden; 3. intrekking van het Regeeringsbesluit, waarbij het celibaat verplicht is ge steld voor onderwijzeressen; 4. gelijkstelling der salarisregeling voor onderwijzers en onderwijzeressen (de laatsten hebben thans 10 pCt. minder); 5. gelijkstelling van het onderwijsprogramma aan middelbare scholen voor jongens en meisjes; 0. uitbreiding der gelegenheden tot vakopleiding voor vrouwen. Uit Hongarije wordt gemeld, dat de twee voornaamste der daar verschijnende dag bladen tijdens het Congres te Amsterdam dagelijks een uitvoerig artikel daaraan hebben gewijd. De schrijver van de eene reeks dezer warm gestelde artikelen was dr. Geza Kenèdi, vroeger een beslist tegenstander van de politieke ontvoogding der vrouw. Over de tegenwerking door de sociaal-democratische pers wordt door de Hongaarsche afgevaardigde echter bitter geklaag i. Drie der te Stockholm verschijnende dag bladen en een Gothaburgsch blad hadden eigen correspondenten afgevaardigd naar het Congres te Amsterdam. De meest levendig gestelde brieven, dikwijls geïllustreerd met portretten van de voornaamste spreeksters, die deze bladen publiceerden en die door vele kleinere bladen in uittreksel werden overgenomen, hebben veel bijgedragen tot hernieuwden ijver voor de verkiezingsactie, die hier in Augustus Ie wachten is, schrijft men uit Zweden. In Denemarken werd op 28 Juni eene groote betooging over het geheele land gehouden; op 36 verschillende plaatsen hadden groote meetings plaats, meest in de open lucht en de verslaggeefster acht het der vermelding waardig, dat op die druk bezochte samenkomsten ook jongere vrouwen zoo talrijk waren. Op al deze vergaderingen werd de volgende motie voorgesteld en aan genomen: Deensche mannen en vrouwen, den 28sten Juni op verse billende plaatsen van het Rijk vergaderd, vragen van de wetge vende macht eene herziening der constitutie, waarbij aan de vro'iwen dezelfde politieke rechten worden verleend als aan de mannen," In Zwitserland is eene samensmelting van verschillende plaatselijke Vrouwenkiesrechtvereenigingen tot ne nationale Zwitsersche Vereeniging verhaast door de begeerte om nog tijdig te kunnen toetreden tot den Wereldbond om op het Ameterdamsche Con gres door eigen afgevaardigden vertegen woordigd te kunnen zijn. Deze Vereeniging zoekt haar arbeidsveld voorloopig liefst in academische kringen, en meent daar bij man nen en vrouwen het best sympathie 'e kun nen vinden voor het beginsel van politieke gelijkstelling van man en vrouw. De Finsche vrouwen, wier afgevaardigden juist op het Congres de harde tijding ver namen van de inlijving van haar land bij Rusland, hebben, geprikkeld dooi die rationale catastrophe, nu haar land zijne kieswet voorloopig nog behield, hare rechten zoo mogelijk cog actiever dan vroeger weten te doen gelden. Hadden in het vorige Parle ment reeds 19 vrouwen zitling, bij de jongste, in Juli gehouden, verkiezingen zyn 2ó vrouwen tot Parlementsleden gekozen. Het is nog niet recht duidelijk," schrijft de Finsche correspondente in Jus Suffragii, wat de vrouwen voorhands in het Parlement voor vrouwenbelangen zullen kunnen doen. Veel werk van vroegere zittingen is onafgedaan blijven 'i^gen en zal misschien nog in be handeling kunnen worden genomen. Maar te oordeelen naar den huidigen politieken toestand is het meer waarschijnlijk, dat de beraadslagingen in dit Parlement voorname lijk zullen loopen over het conflict met Rusland. Wij hopen en vertrouwen echter, dat de vrouwen, die nu recht van mede spreken hebben, zullen toonen, dat ook de vrouwen onwrikbare verdedigers kunnen zijn van land en volk en zich niet laten afbrengen van haar plicht door woorden of bedreigingen." In Frankrijk gaf het Journal des Débats over het Amsterdamsche Congres een fraai, degelijk bewerkt artikel, dat gro >tendeela door andere bladen werd overgenomen. De Engelsche pers was destijds te zeer vervuld zijn hun kleine bloemen; groen met bruin, dat is geen opzichtige kleur. Het blad doet evenmin moeite in 't oog |te vallen, h^t is een blad als van honderd andere planten; ovale Pchij ven met een punt op lange stelen, ze zijn tegenover elkaar geplaatst aan den sten gel als bij doove-neteis, bracdneteKandoo: ns en andere lipbloemer. Ook ons bloempje volgt dat type. Het heeft een omhonsjgericht slipje en drie andere, die rondom een diep bakje «taan; toch is het geen lipbloem in botanische beteekenis. Het H een oude kennis van mij, dat bloempje, een heel oude, uit den tijd toen ik nog weinig namen kende van wilde planten en ze daarom maar zelf met een of andere kinderlijke be raming aanduidde. Dit bloempje noem ie yan de groote Londenache demonstraties op 12 en 13 Juni om veel plaats te kannen schenken aan de Amsterdameche samenkomst. Het merkwaardigst werd in de Engelsche bladen geacht de bespreking yan het Vronwenkiesrechtvraagstuk yan Christelijk standpunt, de aanwezigheid yan officieele regeeringsafgevaardigden, wier reis- en verblijfkosten door de Regeeringen, die haar uitzonden, werden gedragen, maar boven alles de warme hulde, die op het Congres is gebracht aan de vrouwen, die in Engeland in de voorste gelederen strijden. Die warme sympathie, in internationalen kring zoo onverholen aan den dag gelegd, terwijl bij ons zoovelen het nog unladylike" vinden om gevangenis te trotseeren voor een grootsch ideaal, is der be weging reeds nu krachtig ten goede gekomen," schrijft de Engelache verslaggeefster, Miss Margaret Corbett. Alle bladen, ook vroegere tegenstanders, bericht zjj, geren inde laatste weken veel plaatsruimte aan onze zaak en wijden haar meer goed gezinde artikelen. Men is in Engeland zeer ingenomen met het besluit van den Wereldbond om zijne eerstvolgende samenkomst in het laatst van April te Londen te houden en ijvert reeds om dan in geenen deele achter te staan bij de Nederlandsche zusters. Wat men in dezen algemeen misschien nog het meest bewondert, is het feit, dat het Centraal Comitéter voorbereiding van het Amsterdamsche Con gres na aan alle vorderingen te hebben voldaan, zijne rekening kan afsluiten met een batig saldo, terwijl toch bij de ontvangst der gasten, bij de inrichting der lokalen op onbekrompen wijze was te werk gegaan, de benoodigde, aanzienlijke som op enkele weinige uitzonderingen na geheel aan kleine bijdragen werd ingezameld en alle pogingen ter verkrijging eener subsidie, zooals die bij internationale congressen door de Neder landsche Regeering pleegt te worden verleend, schipbreuk leden. Men acht dit feit terecht van groote beteekenis, omdat daarmede wordt gelogenstraft het zoo dikwijls herhaald beweren, dat vrouwen niet organiseeren kunnen. JOHANNA W. A. NABKR. Monkey-puzzle. Oeen bloote armen! Van 't, ballet naar de balie! Zelfs voor het vernuftige aapje is de modieuse vrouwenhoed, een puzzle; met dieren-argeloosheid ziet bij een vrouwenhoed aan voor een behagelijk bloemperk, waar tusscheu hij zich gaarne opbergt. Dat heeft men dezer dagen kunnen waarnemen aan het Josefstiidter station te Budapest Volgens een bericht uit het Wiener Extrablatt, was de verwarring aan vermeld station niet gering, toen daar een trein uit Rumeniëpasseerde, met een aantal waggons, gevuld met dieren, toebehoorende aan den dierentemmer Ernst Perzina. Het was snikheet, de trein hield enkele minu ten stil, cp last van den heer Perzina open den zijn knechts eenige wa^gona om de dieren een beetje koelte te bezorgen. De apenkooi was niet goed gesloten; in een ommezientje waren de artisten er uit, draaf den links en rechts over 't perron. Seintoestellen, de klok, deurposten en een dameshoed werden bezet door de apen, die bitter weinig aan hun vrijheid badden, omdat van alle zijden een wilde jacht op de vluchtelin gen werd gemaakt. Het aapje wilde zijn denkbeeldig bloem perk niet loslaten, wilde er niet uit verwijderd worden. Duidelijk spraken de schrandere oogjes in zijn guitig apensnoetje : J'y suis, j'y reste." De dame zijner keuze stond schreiend met verfomfaaid kapsel op 't perron; het looze apenkind werd, met zijn niet minder gehavend b oemperk in zijn kooi terug gevoerd. Father Bernard Vaughan (spreek, uit: Vauhn) heeft in Engelsche kringen zijn ban vloek geslingerd tegen het verderfelijk Bridge spel, waaraan vrouwen, met al den inten-UBven hartstochr, eigen aan het zwakke.' geslacht, zich overgaven, zich ruineerden finantieel en zedelijk, want door haar teugellooze speelwoede geraakten de arme vrouwen van kwaad tot erger. ik het poppen kastje, ik vond er eenige ge lijkenis in met de Jauklaassenkast van onze kermis; nu mag ik het niet anders noemen dan Knoopig-Helmkruid; want dit is zijn officieel vastgestelde naam. Maar ais ik in deze mijn eigen zin mocht volgen, noemde ik het nog altijd de Poppen kast. Kijk eens, of ik in mijn eenvoud geen goe den naam had bedacht. Ouderaan aier. ge de ge heimzinnige diepte van de poppenkast, waaruit Jan en rijn oprezen en waaruit al.die raadsel achtige sterngeluiden voortkwamen.Bovenaan het tooneel wet de steilopstaande achterwan den, de rechte zijwanden, en vooruit het neer hangende gordijntje ; dat vindt ge allemaal terug in mijn bloempje, nietwaar ? Mair er i» nog meer. Ook Jan en Trijn komen beurtelings op het tooneel, ze hangen over het ?oetlicht heen, stijf of slap al naar de tijdsomstandigheden. Kies maar een tiental verschillende bloempjes uit de bloeitros. Bij de een vin It ge Trijn, ik bedoel de stamper, in de opening staan ; van de meeldraden is nog niets te zien, die liggen nog, net als Jan in de echte kast, onder in de put met dubbel geslagen lijf en geknikten kop te wachten tot hun beuit is, om op te komen. Het vrouwelijk element heeft hier bij de Helmbloem den voorrang; eerst komt de stem pel uit de bloem kijken en pas als die na n of twee dagen er genoeg van heeft, valt zij slap voor-of achterover; schuchtertjeskomt dan eeii van de meeldraden zijn kop boven de verschansing uitsteken ; na een poos een tweede, een dag later de derde en eindelijk de vierde. Zoo staan ze broederlijk nog een dagje bijeen, tot al het stuifmeel op of weg is, en daa valt de heele kast om, van zijn mooi geschmlpt voetstuk af; en op het bloemsteeltje staat de vrucht, met de verdroogde stijl en stempel nog op zijn top. Zoo gaat het bij allehelmbloemen;'t iseen leuk kinderspelletje met een volwassen beteekei is en gevaarlijke Grieksche namen. Wat dat ongelijkiijdig optreden" van de manlijke en vrouwelijke geslachtsorganen beteekent, begrijpt ieder wel; het is weer zoo'n kruisbestuivingsgeechiedenis, die nooit verFather Vanghan deed toen zijn ernstige vermaningen hooren. In geheel andere streken, in andere krin gen, in Fetrikan, Russich-Polen, verwekt het decreet yan deu rabbi niet geringe ontsteltenis De rabbi van Petrikan, zegt letterlijk Aan alle joden wordt hierbij kondegedaan dat, in een vertrek, waar zich vrouwen be vinden met bloote armen, geen gebeden mogen gezegd worden. Vrouwen die baar armen ontblooten begaan een onvergefelijke zonde." Een aantal Israëlitische vrouwen wilden zich openlijk tegen het verdict van den godsdienstleeraar verzetten, doch geen enkele drukkerij yan Petrikau waagde het, haar verzet te doen zetten. Groote verdeeldheid in 't stadje, tuaschen liberale en orthodoxe Israëlieten. De eene partij wenscht de benoeming van een anderen rabbi, yan een man, die geen politie-toezicht uitoefent op de kleeding der vrouwen, yan een vrijzinnig man, die geen aanstoot vindt in onbedekte vrouwenarmen. De andere partij daarentegen juicht het decreet toe, en handhaaft de meening van den rabbi. Voordat de verdeelde groepen in Petrikau elkaar te lijf gaan, zou het wenschelijk zijn dat de dames aldaar gehoor gaven aan dec dernier cri van madame Mode, die wederom lange mouwen voorschrijft. " De mode verlangt: zedig verhulde vrou wenarmen ; de hygiëne, vooral in koude, vochtige landen schrijft voor, de armen te dekken, niet roekeloos bloot te stellen aan weer en wind. Zooals ik reeds vroeger meedeelde, kunnen medici getuigen, dat in ons land nog nooit zooveel rhumatische aandoeningen van hand-, pols-, arm- en schoudergewrictiten voor kwamen, als sedert het heerschen der blootearmen- node. Geheele toiletten van donzig-week, zacht getint leder, zijn niet meer het nieuwste van het nieuwe. Reeds eenige jaren is deze mode in opkomst. Zij gaat echter niet grif van de hand. Ook al om den hoogen prijs! Wanneer men denkt aan de som die men betaalt voor een paar lange, peau de Suède handschoenen, dan kan elke vrouw op haar vingertjes natellen, op hoeveel een mantel of een japon van souple hér zal komen. Leêr-garneeringen voor costuums en mantels zijn evenmin goedkoop. In Parijs laten de grands couturiers niet af van het ledermodetje. Zij willen het lanceeren. Coüte que coüle. En zeker stijgen de kosten, want de leeren robes en mantels zijrj bedekt met beeldige, smaakvolle motieven van zijde borduuisel, pareltjes en lovertjes, zien er zoo lokkend en sierlijk uit, dat de groote dames er geen weerstand aan zullen bieden. *,* Bladen uit Warschau maken melding van een merkwaardig feit: Het Poolsche danse resje Marie Rutkowska, heeft niet alleen vlugge voetjes, maar ook een schranuer helder kopje, getuige het succes, waarmede zij haar staatsexamen aflegde. Marie Rutkowska gaat in de rechten ptudeeren. Het jonge meisje, sieraad van het Warscbauer ballet, is bekend om haar gratie en schoonheid. Zij wist studie en dansoeleningen uitstekend te vereenigen. Nooit leed het een onder het ander. De Warschauer couranten zijn n-en-al lof over haar vlijt, en wenschen het sierlijk danseresje alles goeds met haar toekomstige studieën. CAPEICE. *** Aalbessen-gelei. 500 gr. witte bessen, l Kg. roode bessen, 125 gr. frambozen, suiker. Bereiding: V ei wijder de stelen van de bessen en wasch deze evenals de frambozen flink at op een zeef. Druk de vruchten door een vochtigen doek, zoodat al het sap er uit is. Weeg hst sap en neem hetzelfde gewicht aan suiker. Kook het sap met de suiker, tot de massa op een koud bord stijf wordt. De gelei bewaart men in potjes of in flesschen. velend wordt, al is het nog zoo eentonig; want er is altijd variatie in het spel. Hier hebben we het bijzondere geval dat eerst de bloem zich gereed maakt om stuifmeel te ontvangen voor de bevruchting en eerst daarna zich voorbereidt, om stuifmeel te gaan geven voor de bevruchting van andere bloemen. Ons geval heet vóór-vrouwelijk" protogynisch ; het tegengestelde, dat veel vaker voorkomt in het bloemenleven, het vóór mannelijk" zijn, heet proterandrie. Kijk, door het weerezien van dat van ouds bekend bloempje, dat ik al aardig vond, ook zonder het te begrijpen en te doorgron den in zijn levenswijze, deed mij regen en sombere lucht vergeten; nu voel ik pas de natheid van het gras door mijn schoenen dringen. Dat stemt weer onplezierig en maakt huiverig. Er is geen wind. Alles is ook zoo nat en klef, lauw en slap is de lucht, flauw als warme water-en melk. Slakken en padden genieten. De vogels zijn aan 't ruien; ze zingen niet en dartelen niet, enkele meesen, jonge vinken en roodborstjes brengen ge lukkig nog wat vroolijk geluid in het zachte regengetikkel; ook de zwaluwen kwitseren; maar niet in de lucht; ze zitten in de boomen onder het loof; het is ook voor hen te nat en te duf in de lucht. Zou het lang zoo blijven? Het is onze regentijd. Maar dat deert mij niet, vanavond ga ik op reis, «chttien uur snelsporen, morgen avond ben ik in het land vol zonneschijn". *** E. HSIMANS. CO RRESPON DENTI E. Mej. E. S. te Amersfoort. Het bruin e goed j e ia dons, waarmee het vlindertje zijn eitjes heeft bedekt. Als u hè* oplicht, vindt u er een massa witte eitjes onder; het donsvlindertje gebruikt daartoe de haren van zijn achterlij f. A. J. W. Rotterdam. Uw eiketak is aan getast door de galwesp AnJricus fecundatrix, de gal er door veroorzaakt, draagt den naam van ananas-gal.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl