Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1644
minier moeilijk ijjn. Niet dat zich ook voor
hem geen moeilijkheden lullen voordoen,
maar daar Gedeputeerde Staten, burge
meester*, rijkafatndbouwieeraren, het
Landbouw-Coinitéenz. kun medewerking zullen
verleenen, zijn die moeilijkheden in 't alge
meen niet onoverkoomlük.
Zonder twijfel is het een belangrijk over
zicht over de ontginning van woeste gronden,
doch behalve, dat het te veel algemeen
heden bevat, geeft 't zo D weinig over de
werkverschaffing. Telt het gehael ongeveer
75 pagina's, de mede deelingen over werk
verschaffing zijn hier en daar in enkele
regels vervat. Zoo op pag. 11: In de eerste
plaats geeft de ontginning aan vele handen
werk. Daardoor heeft zij velerwege
bijgegedragen tjt rijzing van den loonstandaard
en vooral tot het verminderen der werk
loosheid gedurende den winter". We zouden
zoo gaarne overzichten gehad hebben, zoo
volledig mogelijk, die toonden aan hoeveel
handen werk verschaft werd; hoeveel loon
gemiddeld uitbetaald werd, vroeger en thans;
in welke mate de werkloosheid verminderd
i« enz. We vinden wel hier en daar enkele
gegevens, doch meest in algemeene be
woordingen. Zoo deelt de
rijkslandbouwieeraar uit Groningen mee, dat in het
Zuidehjk Westerkwartier de arbeiders
vroeger 25 a 30 per dag in den winter
verdienden met dorseken ea nu op de ont
ginningen voor niet-heele dagen ?0.65 a f 0.85.
Over Friesland vinden we zelfs geen
ejjfers. Vooreerst vereiaeht het aanmaken
van den grond veel handenarbeid, hetgeen
vooral aan die arbeiden ten goede komt
en«.", bijna geen arbeider of hij houdt een
c f meer koeien" (op de heide in den
ZuidOosthoek van Friesland), terwijl er voor
20 jaar op de Surhnisterreenster en
Drogehamsterheide slechts zaer weinig koeien
werden gehouden, zullen er op het
oogenblik in totaal 'n tweeduizend voorkomen.
Deze zijn meest het eigendom van den
arbeiders- en den zeer kleinen boerenstand.
Door dien vooruitgang zyn ook de zeden
veel verzacht". Men ziet in menig opzicht
belangrijke mededeelingen (economische
toastand-zeden historisch materialisme!),
maar over den omvang van werkverschaffing
door ontginning weinig.
Zoo gaat 't door met de andere i>rovincies.
Uit Drenthe: «Arbeiders ziet men'door
noeste vljjt en ijzeren volharding dikwijls
na een reeks van moeilijke jaren vooruit
gaan tot welgestelde kleuters". Door
werkverschaffing ? Neen, door zuivelfa
brieken, coöperatiever inkoopvereenigingen,
boeren-leanbanken enz. Uit Gelderland:
De invloed op de ekonomische toestanden
openbaart zich in de grootere welvaart
van de bevolking; de armoede is veel
verminderd en in sommige wijken zelfs
geheel verdwenen onder de boerenbevol
king. De kleine boeren met l si 3 koeien,
die vroeger door dagloonerswerk bijver
dienste moesten maken voor net onder
houd van het gezin, -zijn /eer vooruit
gegaan enz. Ook boerenknechten hebben
zich meermalen eenige perceelen wossten
groad weten te verschaffen, om in de ont
ginning het loon voor hunnen arbeid te
vinden". Van Utrecht slechts dit: Alleen
werd in enkele gemeenten door de ont-*
ginning de werkloosheid tegengegaan, terwijl
vele schapenkoppels werden afgeschaft".
(In welke gemeenten, in welke mate? enz.
G.). Noord- en Zuid-Holland en Zeeland
melden letterlijk niets. Maar uit
NoordBrabant komt daarentegen eene treffende
mededeeling: Zoo wordt met de ontginning
ook niet zelden tevens werkverschaffing
beoogd. Armen en behoeftigen kunnen vaak
juist in het voor hen zoo nijpende jaargetijde
op de gemeente-ontginning werk vinden.
Dat deze sociaal een groote rol kan spelen,
moge hier geïllustreerd worden door de
twee volgende, door den
Rijkslandbouwleeraar medegedeelde voorbeelden.
Het is eenige jaren geleden, dat er een
Toen yater e» moeder optant kwam
Natu- het Engelsclt, van ELEASOK A. POSTER.
Weet je wel, dat 'tal gauw weer kerstmis
is, moeder?" aei de oude man en hij leunde
achterover in zpn stoel met een zonder baar
berustend zuchtje.
Ja, Samuel, ik weet het," antwoordde
«ijn vrouw en ze keek hem over hare bril
leglazen onderzoekend aan.
Samuel deed echter net of hij dit niet
merkte.
Hm," mompelde hij, ik heb nu al tien
bouffantes gekregen. En hoevesl paar van
die gehaakte wollen muilen kreeg ju wel ?
zeg?
Och Samuel," vermaande zij zacht.
't Kan me niks schelen," viel Samuel
plotseling heftig uit en hij ging rechtop
zitten: me dunkt we zouden wel eens iets
anders willen hebben dan muilen en bouf
fantes. Dat we nu niet juist meer zoo jong
zün als vroeger, is nog geen teeken dat we
alle fleur in 't leven verloren hebben!"
Maar Samuel, ze zijn goed en vriendelijk
en ze willen ons toch ook wel iets geven,"
zuchtte Lydia, en "
Ja, ik weet wel, dat ze goed en vrien
delijk zijn," viel Simuel toornig in. We
hebben drie kinders en ze brengen ons alle
drie geregeld hun kerstpresent. Dat is ge
woonte geworden, net als 't naar bed gaan
's avonds", voegde hij er aan toe, en ze staan
er al even weinig by stil," eindigde hij boog.
Heer in den hemel, Samuel, hoe kun je
nu zoo praten," viel het vrouwtje tegenover
hem in.
Omdat 't waar is," hield Samuel vol. Ze
koopen een paar muilen en een bouffante,
die stoppen ze in hun tasch en klaar is 't;
in 't volgend jaar doen ze precies 't zelfde
en klaar is 't weer."
Natuurlijk, ik weet wel, dat ik ondank
baar ben en zoo al meer," erkende hij prik
kelbaar, maar ik kan er niets aan doen!
Ik heb er over gepiekerd sinds verleden
jaar kerstmis en nu kan ik 't niet langer
verkroppen. Zie eens, moeder, we zijn toch
waarachtig nog niet stokoud, ik ben zes en
zeventig en jij nog maar drie en zeventig
en beide zijn we zoo vlug als water. Wonen
we hier niet op ons eentje en doen we alle
werk, zoowel buitens- als binnenshuis, niet
voornamelijk zelf?"
Ja," knikte ze bedeesd.
Nu, en is er dan niets te bedenken,
conflict ontstond tnsschen de gemeente
Deurne en eena op haar gebied te
Helenaveen werkzame tur&trooiselfirma. Deze gaf
uit rancune aan eenige honderden werk
lieden gedaan met het doel om zoodoende
de gemeente in een moeilijk parket te
brengen. Op een goeden morgen ziet de
Burgemeester van Denrne dan ook een
leger van werkloozen voor het gemeentehuis
in een min of meer manifesteereude houding.
Spoedig was er evenwel eene oplossing ge
vonden, daar het gros werkzaam gesteld kon
worden op de ontginningen van de gemeente.
Een ander geval is van meer reeenten
aard en heeft zich het vorig jaar afgespeeld
in de gemeente Asten, waar een firma, die
aan talrijke gezinnen brood verschafte,
hare fabrieken moest stopzetten. Dit zou
een groote ramp voor het dorp tengevolge
hebben gehad, indien de ontslagen werk
lieden niet op de gemeente- ontginningen
werk hadden kunnen vinden".
Ook in Limburg hebben de gemeenten
door haar grondbezit te ontginnen de econo
mische ontwikkeling ten platte lande kunnen
bevorderen.
Pagina 64 brengt in enkele zinsneden in
zeer algemeene bewoordingen de resumptie;
nader toegelicht door enkele voorbeelden.
Zonder deze in bijzonderheden te
beoordeelen is de mededeeling omtrent Ha vel te,
dat daar de groote armoede van voor eenige
jaren is geweken, niet geheel juist. Niet
tegenstaande de ontginningen van particu
lieren en de wegenverbetering als werk
verschaffing door de gemeente in den winter,
moest de gemeente Havelte van 3400 zielen
f 3000 jaarlijks aan armwezen uitgeven.
Havelte behoort dan ook tot de noodlijdende
gemeenten. De hoofdelijke omslag Iaat dan
ook maar ?300 voor aftrek noodzakelijk
levensonderhoud toe; daarvan wordt ge
heven ? 2.11, terwijl het percentage pro
gressief werkt, zoodat de
hoogstaangeslagene 8% pCt. betaalt. Slechts van 17 per
sonen gaat het inkomen boven de ?2000.
Groote armoede is er dan misschien niet
meer, maar armoede in elk geval wel.
Aan het rapport zijn drie bijlagen gevoegd.
Bijlage I is een gemeentewijs overzicht
der yan 1897?1907 plaats gehad hebbende
ontginning." Compleet is dit overzicht,
geloof ik, niet geheel. Wat Frieslind be
treft zou ik het aanvullen met Engwierden,
Oostdongeradeel, Hinloopen; wat Gelder
land betreft met Dreumel en Elburg;
Overijsel z>u ik willen aanvullen met
Hoornaar, Abbenbroek en Heenvliet; Zee
land met Borselen, Sas van Gent enz. In
457 gemeenten kwam in 1907 nog 562,524
H. A. woeste grond voor, nadat van 1897
tot en met 1907 reeds 36 600.43 H. A. was
ontgonnen in ruim 320 seineenten (een
oppervlakte van ongeveer 2 maal de Haar
lemmermeer).
Bijlage II geeft een overzicht van de
werkzaamheden der Nederlandsche
Heidemaatschappij van 1889-1907. In 1890 be
taalde zij ?125 aan arbeidsloon, in 1907
rond ?418,000, terwijl zij in 190(1 voor ruim
?81,000 aan kunstmest, boom , gras-, kla
verzaden, plantsoen enz. verstrekte.
Bijlage III, die provinciesgewijj een over
zicht geeft van het gemeentelijk grondbezit,
bewijst, dat de gemeenten de werkeloosheid
door ontginning nog stevig kunnen be
strijden. Tegenover een totaal gemeentelijk
grondbezit van 54549.8ÏII. A. in cultuur
zijnde gronden stiat nog een oppervlakte
van 88.842.28 H. A. aan woeste gronden.
Brabant staat met een i 0,000 bunders
bovenaaa, dan volgt Limburg met 20,000, Gelder
land met 10000 eriz. Zoo de gemeenten niet
om werk te verschaffen al tot ontginning
mogen overgaan, dat dan de te verwachten
waardevermeerdering van haar bezit ze
daartoe moge dringen. Want het rapport
bevat ook enkele klinkende cijfers over
finantiëel-gunstige resultaten voor grond
bezitters, die de ontginningen met overleg
hebben aangepakt. Ten bewijze hiervan dozo
waar je met kerstmis zin aan zoudt hebben,
behalve aan muilen? en 't mooiste is nog,
dat je nooit van die leeüjke gehaakte dingen
draagt l"
Lydia voelde zich niet op haar gemak.
Och natuurlijk Samuel, zulke muilen zijn
erg geschikt en ... ."
Och kom," vleide Samuel, stel je nu
eens voor, dat «re weer kinders waren en
aan 't kerstengeltje gingen zeggen, wat we
wenschten, waar zou jij dan om vragen?'
Lydia lachte. Hare wangen kleurden zich
en de gedachte aan de dagen van vroeger
bracht glans in hare oogen. Je zoudt me
maar uitlachen, vent, ik zou 't je niet graag
vertellen !"
Ik zal niet lachen."
Maar 't is zoo bespottelijk," weifelde ze
en ze bloosde nu bepaald : ik een oude
vrouw !"
Natuurlijk," gromde Samuel dadelijk.
't Is immers toch al bespottelijk, als wij
iets anders - willen hebben dan muilen of
bouffantes l Kom zeg op oudje."
Nu dan . . . een . . . een kerstboom."
Een boom?" was Samuel's verraste ont
boezeming.
Zie je wel, ik wist, dat je nie uit zoudt
lachen," zei Lydia beschaamd en ze nam
haar breiwerk weer op.
Lachen ? waarachtig niet," verzekerde
Samuel beslist. ...Ik... ik wou immers zeif
juist ook zoo graag weer eens een boom
hebben."
Zie je, 't is alleen dit maar," vergoelijkte
Lydia haastig, ze geven ons wel wat natuur
lijk, maar ze maken er zoo niets geen werk
van, ze zullen er nog niet eens een net pakje
van maken met een rood lintje er om heen
gestrikt, of zoo iets. Ze gaan even in onze
slaapkamer en ze leggen 't er zoo maar neer,
in een bruin papier gewikkeld en wij vinden
't, als ze weg zijn. Ze meenen 't goed, maar
o ik heb zoo schoon genoeg van die saaie
gehaakte dingen I Natuurlijk weet ik best,
dat er van een boom geen sprake is, ik ge
loof zelfs, dat ik 't niet eens in ernst meen,
maar ik zou eens iets anders, iets moois
en... en iets opwekkends willen hebben,
weet je. En dan nog iets, ik zou zin hebben
aan roomijs en aan die kleine rose en witte
pepermuntjes. Samuel, kon je je nog voor
stellen, hoe beeldig zoo'n zakje met
pepermuntjes tusschen die groene takken stond ?
En ... lieve hemel" brak ze ademloos af en
liet zich in haar stoel terugvallen, wat ben
ik aan 't doorslaan, ik lijk wel kindsch l"
Even antwoordde Samuel niet. Groote
rimpels kwamen op zijn voorhoofd en met
de rechterhand steunde hij zijn achterhoofd,
aanhaling: .De stijging in de koopprijzen
van heideveld wijzen hierop trouwen» ook.
Was de koopprgc vroeger ? 25?? 100 per
H. A., tegenwoordig is hij gestegen tot
?150 a ?400 per H. A.. De
ontginningskosten bedragen ?75 tot ?200 per H. A. en
na eenige jaren exploitatie is de grond
prijs ?600 tot ?800 per H. A."
Waarlijk zulke werkverschaffing mag niet
filantropisch heeten, maar is productief.
Haarlem, 13Dec 1908. J. GERKITSZ.
MnM in de Hoofdstad
De afgeloopen week stond in het teeken
der Fransche kunst. Het was Edouard Co
lonne, de bekende dirigent uit Parij», die er
onze aandacht voor vroeg.
Laat ik beginnen met de bespreking van
de uitvoering van Toonkunst" U. zaterdag
avond, waar la Damnation de Fanst" van
Berlioz, ten gehoore gebracht werd, omdat
deze componist alle andeie, ook de latere
Franeche toondichters in de schaduw stelt
en zijn dramatische legende dan ook
belangrjjker is, dan alle andere werken die wy in
de afgeloopen week gehoord hebben.
Tengevolge van de herhaalde uitvoeringen,
die de heer Tierie in de laatste jaren heeft
gegeven van de Damnation de Faust" mag
men wel spreken van een zekere populariteit
die dit werk hier ter stede geniet. Voor mij
is het dan ook de meest vol komene en com
plete compositie van Berlioz. In zyn Re
quiem" en tot op zekere hoogte ook in zijn
Te Denm" moge meer muzikale logica
steken en afgerondheid in den vorm, het
niterlijke en mondaine karakter der muziek
kan mij op den duur mj deze gewijde stof
niet bevredigen.
In zijn Roméo eympbonie heeft Berlioz
schoonheden van den eersten rang neerge-,
legd; maar de samenstelling der onderdeelen
is zoo grillig en er komen in de muziek
zoovele bizarre dingen, dat men toch verre
de voorkeur geeft aan la Damnation de
Faust." Het is waar de <;ourse il l'abime"
en het Pandoemoniurn ', in de taal die vol
gens Seedenborg door de duivelen en de
veroordeelden in de hel gesproken wordt(!!),
zijn ook bizar, doch aU tegenstelling tot de
overtalrijke plaatsen, waar inderdaad zuivere
en mooie muziek geboden wordt, kan uien
die paar nummers EO» wel accepteerer.
Schoone muziek inderdaal wordt ons ge
boden in bijna alle andere nummers en niet
alleen is die muziek schoon, maar ook karak
tervol en fritch; boeiend door haar prikke
lende rhyïhmiefe-, zooals gean ander vo;k ah
h«t Fransche dieaamvendt en door haar instru
mentatie, nu eens teeder, dau we Ier verblin
dend, maar altijd raak en overeenkomstig de
situatie van bet oo^enblik. Daarbij moet aienin
het oog houden den tijd waarin deze muziek is
geschreden, in 1845, heUelfJe jaar dus dat
Wagners Tannbiuiaer voor het eerst .vsrd
opgevoerd en toen Liszt zijn eymphonische
Diclitungen noa met had Kpcoiriponeerd ;
en dan mag men i^-rust beweren dat Je
kunst van erlioz en niet het minst zijn in
strumentatie een geheel modern effect maakt.
Begrijpelijk is het dan ook da' Liszt, aan
wieii de Faust is opgedragen, hoogelijk in
genomen was met dit meesterwerk van
Fransche kunst.
Zeker was het eigenaardig dat thans de
leiding berustte bij den man, die te Parijs
Berlioz' muziek popuiair gemaakt heeft. Xaar ik
meen heeft Colonne pi. m. 150 maal de Faust
uitge Toerd. Men ma^ dus in zekeren 2111 aan
zijn opvatting autoriteit toekennen. Vele
temoi neemt Colonne sneller dan men hier
zooals hij altijd deed, wanneer hij in diepe
gedachten was. Toen helderde zijn gezicht op.
Je bent heelemaal niet kindsch," riep hij
opgewonden uit, en ik zelf evenmin ! Ea
wat meer is. je zult een boom hebben en
roomijs en pepermuntjes en al dat spul."
Och tieer in den hemel, Samuel,'' stamelde
Lydia.
Nu wat ik je zeg. 't Kan o zoo best;
we doen 't den avond vóór Kerstmis. De
kinders komen pas op den eersten Kerstdag
en zoo zullen ze er niets geen last van hebben
bij hun bezoek; 't is alles achter den rug
als ze komen. En we zullen er zelfs een feestje
van maken," ging hij opgewekt verder.
De Hopkinsen en oude juffrouw Newcomb
en oom Tim en grootvader Gowing, we zullen
ze allemaal vragen en je zult esns zien, hoe
graag ze 't aannemen!"
Samuel is 't niet al te mal?" riep Lydia
ongeloovig, maar verheugd uit. Zou 't we
zenlijk gaan?''
Ik zal zelf voor een boom zorgen," dacht
Samuel hardop, en we koopen zoo'n beetje
van die schitterende spullen om hem te
versierea."
Lu ik neem wat rose en wit tarlatan voor
zakjes," vulde Lydia tevreden aan : het rose
voor de witte pepermuntjes eu het witte
voor de rosen. Samuel, zal 't geen grap zijn?"
Kn wie haar zoo hoorde, zou meenen, dat
ze zeventien in plaats van drie en zeventig was!
Een week voor Kerstmis schreef Ella
de eenige dochter van Samuel den vol
genden brief aan elk van haar beide broers:
het is mij ingevalhn, dat 't een
uitstekend idee zou zijn, als we er toe
konden besluiten dit jaar een beetje
meer tijd aan vader en moeder te be
steden, als wij hen weer ons gewoon
kerstbezoek brengen. Hoe zou je er over
denken, als we de kinderen meenamen
en er zoo een echte familie-réunie van
maakten? Me dunkt, we konden er den
dag vóór Kerstmis om vier uur wel zijn en
als we dan tot twee dagen er na bleven,
was 't een heel bezoek. Hoe denk je
hierover? Vader en moeder worden oud,
wie weet hoe kort we hen nog maar
inogen houden en dit zal huu zeker wel
plezier doen. Alleen moeten we 't erg
kalm aanleggen en er voor zorgen, dat
't hen niet te druk wordt "
De brieven werden haastig verzonden eu
bijna per ommegaande kwamen de antwoor
den. Een warme instemming met het plan
en de vaste belofte van medewerking,
onderteekend Frank" en Xed".
Wat op ieders weg ligt, wordt echter wel
eens door allen verzuimd en zoodoende
gete lande gewend ia; ontegenzeggelijk wint
het werk daardoor; het verkrijgt grooter
levendigheid en houdt de aandacht meer
gespannen. Alleen ten opzichte van het Trio
in F. in het tweede deel, sou ik eenig voor
behoud willen maken; in een dergelijk snel
tempo gaat de duidelijkheid verloren;
daar moet de eiach van de practijk tot een
matiger tempo manen. Maar behoudens dit
nummer, moet ik erkennen van het tweede
deel nooit zoo'n grooten indruk gekregen te
hebben.
Dat men vier solisten had uitgenoodigd
die door en door vertrouwd waren met
Colonne's opvatting, strekte der uitvoering
mede tot groot voordeel.
In de eerste plaats noem ik Marcella Pregi,
de Marguerite-party, die, naar ik vernam
voor de 136ste maal zong. Deze
voortreilelijke zangeres beschikt nog steeds over een
heerlijk orgaan. Slechts hier en daar was de
stem wat scherp en viel er een geringe
detonatie waar te nemen. Maar de stijl van mej.
Pregi is uitstekend. Haar chanson gothique"
zooals Berlioz de ballade van den koning in
Thule noemt, en nog meer d'amour l'ardente
flamme" (Meine Ruh' ist hin) verschaften
haar een storm van toejuichingen.
Niet minder uitstekend was de
Faustpartij bezet door den heer Caseneuve. Thans
kwamen zijne voortreffelijke qnaliteiten nog
meer uit dan onlang i in de zaal van het
Paleis voor Volksvlijt. Inderdaad mag het
gemak, waarmede deze zanger zijn partij
beheerscht, bewonderenswaardig genoemd
worden. De hoogste falset-tonen klonken
even mooi als de lage- en middentonen en
door zijn prachtige dictie en mooie duidelijke
uitspraak mag hij als voorbeeld gesteld worden
aan allen die zich hier te lande met Fransche
vocale muziek bezig houden. Enkele
afwqkingen van de gewoonlijk gevolgde uitspraak
moeten vermoedelijk toegeschreven worden
aan zijn zuidelijke afkomst.
Onze voormalige landgenoot, de heer Jan
Reder zong de Mephisto-partij. Deze zanger
beschikt over een mooi klinkend bariton
geluid en ook zijn uitspraak verraadt nau
welijks dea geboren Hollander. Ia de lage
tonen zou de stem nog iets voller kunnen
klinken, dan zou de Serenade" zeker nog
meer effect gemaakt hebben. Of nu de heer
Reder het Mephisto-type niet wat meer had
kunnen onderstrepen ? Een te veel is
zeker niet goed; het mag geen charge wor
den, maar m.i. was er toch wel wat te ?eel
soberheid in zyn voordracht.
De heer Paul Eyraud liet in dat opzicht
der Brauder-party niets te kort komen; maar
het orgaan van desen zanger klinkt niet zoo
edel als .dat van zijn Holiandschen collega,
De koren hielden zich Hink en slagvaardig
onder vreemde leiding. Het groote mannen
koor der soldaten en studenten had nog wat
sterker bezet kuanen zijn; vooral dat der
soldaten; maar er werd mooi gezongen. In
het beroemde koor Dors heureux Faust",
een prachtstuk van klank en stemming, en
ook in het vreedzaam uitklinkende slotkoor,
hadden de daoies vooral nog veel meer piano
kunnen zingen. Oader de leiding van den
heer Mengelnerg zoulen de nuanceeringen
zeker wel beter in acht genomen zijn, al
zouden misschien de tetnpi niet dien indruk
gemaakt hebben, dien men thans kreeg.
He; orchest, ook de solisten daaruit, heeft
meesterlijk de partitie weergegeven. Da
Racoczy-marsch verwekte daverende toejui
chingen.
Twee dagen te voren dirigeerde de heer
Colonne het abonnements concert iti het
Concertgebouw. Zoo ooit, dan washet thans
goed gezien een uitsluitend Fransch pro
gramma samen te stellen. Wie toch mag beter
in staat geacht worden Fransche compositiëu
tot in dun kern te doorgronden, dan een
man die zich dagelijks bsiig houdt met die
conjpositiën?
Het hoof tniimmer was de svuiphonie van
César Franck, een wers dat hier reeds her
haaldelijk ten gehoore kwam. Ook thans
beurde het, dit niemand den ouden Samuel
Bertram en zyu vrouw op de hoogte bracht ? an
het veranderde plan, ieder in de meening, dat
een van de anderea het gedaan zou hebben.
Wat de presenten betreft," peinsde Ella,
toen ze twee dagen voor Kerstmis haastig
de stad inging, om inuoopen te doen, ik
kan nooit iets voor hen bedenken. Maar ik
geloof, dat ik ten slotte toch maar 't beste
doe voor moeder weer wollen muilen en
voor vader een warme bouffante te nemen;
dat komt altijd te pas."
De dag voor Kerstmis brak aan. 't Was
helder en koud. Er was afgesproken, dat
Ella met haar man en de tweelingen een uur
vroeger zou aankomen, dan de trein, waarmee
Ned met zijn vrouw en de kleine Mabel, te
gelijk met Frank en zijn gezin zou komen.
Maar Eil.v's trein was laat, zóó laat, dat hij
pas vijf minuten vroeger aankwam dan de
andere uit het Noorden en zoo was er een
vroolijke begroeting van de drie vereenigde
families op het perron van het kleine
dorpgstation.
Wel, 't is ten slotte nog een bestiering,
dat onze trein zoo laat was," zei Ella. 't Treft
mooi, nu kunnen we allen met elkaar thuis
komen.
Nu is 't werkelijk een jolig troepje," zei
Ned, terwijl hij de fleurige gezichten rond
orn hem optelde. \Ve zijn met oiis tienen."
Denk eens aan hoe verlangend ze thuis
zullen zitten uitkijken!" lachte Frank. Die
goede oudjes I wat zullen vaders oogen stralen
en wat zal moeder aan de banden van haar
muts zitten trekken. Maar wat ik zeggen
wou: ze weten toch natuurlijk dat we vandaag
al komen':"
} Daar was een oogeublik van stilte. Toen
! zij Ella ontsteld :
! Wat'!.... heb jij.... heb jij 't hun dan
i niet geschreven ?"
i Ik? neen heelemaal niet," zei Frank, ik
dacht natuurlijk, dat jij 't zoudt doen. Maar
misschien deed Ned 't...."
] Hij hield op eu keek zijn broer vragend aan.
Ned schudde zijn hoofd: ik deed 't even
min,'' zei hij.
' Maar dan .... dan weten ze er niets van.
Dan hebben ze er niet 't flauwste vermoeden
van," zei Ella nog verschrikter.
Welnu, wat zou dat ? vooruit maar ! 't komt
; er ook eigenlijk niet op aan," lachte Ned.
i Er niet op aankomen 1" wierp Ella hem
lieftig tegen. Ned, Bertram, wat meen je
vielen er de voortreffelijke hoedanigheden
van op te marken en tevens ook de minder
goede qualitriten. Onder de eewte reken ik
de mooie en «prekende motieven, de» samen
hang der drie deelen onderling, ten gevolge
van het gebruik der motieven in alle drie
de deelen en de voortreffelijke, kleurenrijke
instrumentatie. Minder goed hebben mij
thans wederom bevallen een zekere breed
sprakigheid en zucht om in herhalingen te
vervallen. De interpretatie ditmaal week niet
sterk af van vroegere uitvoeringen, of tiet
moest z}jn door een meer op den voorgrond
treden van het koper. Het kwam mij voor
dat Colsnne overigens een groote voorliefde
heeft voor deze instrumentengroep, want in
het eerste nummer van het programma,
Berlioz' ouverture Ie carnaval romain" was
het alsof den dirigent de woorden: Sonnez
trompettes, sonnez musettes, sonnea gais
tambourins" uit Benvennto Cellini voor den
geest zweefden, zooals hij het koper voor
den dag liet komen. (Men weet dat de
motieven van genoemde Ouverture voor
komen in de opera Beavenuto Cellini).
In het tweede deel ven het programma
ontmoette men de namen Dupont, Debussy,
Faure en Duka?. Zondert men l'Apprenti
soicier" van laatstgenoemde nit, een werk
dat reeds lang en dikwijls voorkomt op onze
concertgebouw-programma's en dat zich door
z^jn prikkelende rhythmiek en 'geestige
instrumentatie vrienden heeft verworven,
dan moet aan het Prélude d'un Faun e" van
Debussy den eerepalm worden toegekend.
Ziedaar een werk dat zich kenmerkt door
iets aparts. Debussy is een zoeker en tot
op zekere hoogte thans reeds een vinder,
zeker gaen navolger. Zijn bedoeling is stem
ming te verwekken door kleur, meer dan
door lijn. Het ligt voor de hand dat onder
werpen van een droomerig karakter als dit:
les désirs, les rêves du Faune dans la
chaleur d'un oprès-midi" uit een gedicht van
Stephane Mallarmé, zich beter leenen tot
een dergelijke behandeling dan heroïsche
stoffen.
Dupout is jonger maar minder begaafd;
zijn talent is meer eclectisch aangelegd dan
zelfstandig zoekend; doch het meest spreekt
de invloed van Debussy uit zijn werk. Van
les Heures dolentes" werden twee nummers
uitgevoerd. La mort rode" is realistisch en
wet juist geschetst. Het tweede nummer
Des enfants jouent dans Ie jardin" doet ons
verschillende populaire melodieën hooren,
welke echter door de instrumentatie min of
of meer op verminkte wijze tot ons komen.
Gabriël Fauréis de oudste dezer vier compo
nisten, maar ook de zoetsappigete. Hij behandelt
dezeifde onderwerpen als Debussy, n.l.
Pelleas et Mélissande" maar anders, meer
ouderwetseb, wat bij Maeterlinek's drama niet te
pas komt. Slechts in het eerste nummer kon
hij mij boeien, in de beide andere waa hij
mij te onpersoonlijk en had hij slechts de
minder goede eigenschappen der Fransche
componisten, zonder de betere qualiteiten
daartegenover op de balans te kunnen leggen.
Zelden heeft een dirigent beter gelegenheid
gehad hier te kunnen toonen wat hij vermag
te praesteeren dan Elouard Colonne. Een
orchestconcert van werken met welker stijl
en manier hij door en door vertrouwd is
en een kooruitvoering van een compositie
die hij reeds 150 maal heeft gedirigeerd.
Daarvoor stonden hem ten dienste hef prach
tige Concertgebouw-orchest, het voortreffelijke
koor van Toonkunst" en een viertal solisten.
zooals hij ze zelf te Parijs niet beter heeft.
Over het algemeen heb ik van de leiding
van Colonne geen hoogen dunk gekregen
Het is exact en accuraat in de vaststelling
zijner tempi; hij is eerlijk en oprecht in zijn
op matting; hij zal geen Colonnetjea trachten
toe te voegen aan hetgeen de componisten
zelf in hunne werkt n legden; maar hij is
voor mij geen enthousiast, geen imponeerend
dirigent; hij sleept niet mede; hij inspi
reert zijn troepen niet; hij geefc ze niet eens
aan; het fluïdum tusschen dirigent en
uitwel, dat
t zou durven wagen om daar
onverwacht niet ons tienen binnen te komen
stormen, bij die arme oudjes ? Daar is geen
questie van, hoor !''
Maar Lila, ze verwachten ons morgen met
ons zessen," viel ook Frank hem bij.
Best mogelijk, maar dat is heel iets anders
dan vandaag al met ons tienen."
Dat wee~, ik wél, maar jullie vrouwen doet
toch met elkaar alle werk," zei Ned.
't Werk ? maar 't is immers ook niet om
't weri!" bromde Ella bijna, voel je dan
niet, dat 't om de opwinding is, het zou hen
immers veel te druk zijn ? We moeten iets
anders verzinnen. Kom, laat ons 't rustig
eveu in de wachtkamer gaan overleggen."
Pas na lang heen en weer gepraat konden
ze 't eens worden en werden de plannen
vastgesteld. Er zoo maar op los trekken en
het huis stormenderhand binnen dringen
was beslist onmogelijk, hoewel Ned opmerkte,
dat de goede oudjes toch stellig bij 't vuur
zouden zitten dommelen en hun aankomst
niet eens zouden opmerken. Neen, het was
verstandiger en zoo werd met algeneene
stemmen besloten dat Frank vooruit zou
gaan om aller komst voor te bereiden en
dat de anderen zoolang in het kleine hütel
bij 't station zouden wachten.
De avonl was al gevallen, toen Frank het
tuinhekje voor 't welbekende huis van de
Bertrams openstootte. Hij wou juist aan de
bel trekken, toen zijn opgewekt verlangend
gezicht op eens de grootste verbazing toonde:
van binnen klonk helder en duidelijk het
geluid van een viool.
Hoe? wat beteekent dit?' mompelde hij
binnensmonds en deed zacht de vooideur
open.
De gang was bijca donker, maar de kamer
op zij was schitterend verlicht, alsof alle
lampen uit 't heele huis er opgestoken waren.
Hij stond dus zelf in de schaduw en niemand
had hem hooren binnenkomen eu zoo kon
hij door de half open deur bijna de heele
kamer overzien.
In de verste hoek van de kamer stond da
groote, eeuwig groene boom, schitteren i van
kaarsen en blinkende sterren; vol gehangen
met kleine zakjes van wit en roae tarlataa
en andere versierselen. Er dichtbij zat een
oude man viool te spelen en zoo oud als hij
was, scheen hij geheel op te gaan in het
deuntje, dat hij speelde. Midden in de kamer
dansten twee grijsaards een lustige hopsasa,
buigende en wuivende tegen elkaar, da; 't
een aard had. Drie oude vrouwtjes en nog
een andere oude man zaten er fleurig naar
te kijken en onderwijl roomijs te lepelen
of pepermuntjes te knabbelen. En tusscheu
allen door drentelde de meesteres van 't huis,
de oude Ly lia zelf, met gloeiende wanden,
maar klaarblijkelijk volkomen op haar dreef
en l >or en door vergenoegd.
Een tijdje lang stond de man in de gan^
er in stille verbazing naar te kijken, toen.