Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMM E^WEEKBLAD VOOR NEDER LAN D.
No. 1646
Overlevenden met have en goed van Messina wegvlachtend.
De koning van Italiëop het terrein van de ramp.
Soldaten zoeken in de puinhoopen van Bagnara op Calabriënaar
overlevenden van de aardbeving van 28 Dec. j.l.
steeds voor in het gebied van breuken
dicht bij de kust of op de eilandenbogen
daarvoor. Peilingen hebben aangetoond
dat daar ook de zeebodem tot de grootste
diepten is gedaald, zoodat daar de
aardkorst als 't ware dubbel gebogen is.
Recente voorbeelden zijn de aard
bevingen in Alaska 1899, Californië1906,
Midden-Japan 1892, N w.- Zeeland 1855,
Assam 1897. Milne, die twintig jaren
in Japan dit verschijnsel bestudeerde
en nu op Wight zijn waarnemingen
voortzet, ziet in de steile hellingen van
de continentale verheffingen de oorzaak
der aardbevingen.
Voor hen, die hier misschien vragen
waarom Nederland geen aardbevingen
kent, zij opgemerkt, dat hier een vlakke
bodem zich geleidelijk voortzet in een
even vlakke binnenzee in een gebied dat
geheel vrij is van groote aardplooien.
Bij de Alpen is de Plovlakte een vroe
gere zeegolf.
In het bovenstaande heb ik zoo be
knopt mogelijk in groote trekken het wezen
der aardbevingen pogen te teekenen.
Ik deed dit echter eenzijdig naar de
beginselen eener theorie die gesteund
wordt door het gezag vau Prof. Eduard
Suess te Weenen.
Daartegenover staat het gevoelen van
hen, die de ideeën van A. von
Humboldt hebben vastgehouden, al is het in
gewijzigden vorm. Zij zien in de aard
bevingen in de eerste plaats uitingen
van vulkanische krachten.
Hun voorstelling verschilt echter in
zoover van de zijne, dat zij zich de aarde
niet voorstellen als een bol geheel met
gloeiend vloeibare materie gevuld, een
inhoud, die door zijn spanningen voor
dien aardbol hoogst gevaarlijk moest
zijn, als niet de vulkanen volgens von
Humboldt, als veiligheidskleppen functio
neerden. -. >
Zij stellen zich voor, dat diezelfde
vloeistof, die wij, als ze bij de vulkanen
uittreedt, lava noemen, maar die, zoolang
dit niet het geval is, magma heet, be
sloten is in holten niet ver van de opper
vlakte.
Stubel denkt zich de aanwezigheid van
die holten in een samenhangend pantser,
dat niet anders zou zijn dan de
eerstgevormde laag van af koelingsgedaanten.
Tamman meent dat datzelfde
afkoelingsproces moet geleid hebben tot een
celEen processie, zooals ze op Siciliëna
groote rampen gehouden wordt.
vormigen bouw in het binnenste der aarde,
waarbij dan ook in de bovenste aardlagen
plaatselijk magma tussehen het vaste
gesteente is opgesloten.
Dat magma verkeert in zekere span
ning, Stubel meent, dat bij de langzame
afkoeling en den overgang daarbij van
vloeibaren tot vasten vorm, in dit geval
een vermeerdering van volumen zou
plaats hebben, en daardoor het magma
zou worden uitgeperst.
Waarschijnlijker is dat daarbij gassen
vrijkomen, die hetzelfde effect hebben.
De grootte dier spanning zien wij bij
de vulkanische uitbarstingen.
Die uitbarstingen zijn echter niet de
eenige uiting dier kracht. De studie der
aardlagen heeft geleerd, dat dit magmaniet
alleen opwaarts gestuwd wordt, maar zich
ook tus?chen de aardlagen indringt, en
na afkoeling daar achterblijft als lagen
van vulkanisch
gesteenteDit heeft zelfs op enkele plaatsen de
aardoppervlakte doen opwelven tot een
berg.
Zulke werkingen moeten natuurlijk
gepaard gaan met schokken.
Wij hebben daarbij niet te denken
aan onderaardsche uitbarstingen, als die
der vulkanen, die alleen het gevolg zijn
van het uittreden van het magma
dat onderaardsch onder grooten druk ver
keerde in de vrije atmosfeer, maar aan
een langzaam doordringen, waarbij vaste
steenlagen onder den invloed van ge
weldigen druk en hitte allerlei verande
ringen ondergaan. Verandering in hun
samenstelling, maar ook in hun onderling
verband en samenhang.
Er zullen o. a. scheuren, aardspleten
ontstaan, waarin gassen en magma door
dringen. Inderdaad vertoonen de gesteen
ten een netwerk van scheuren, evenzoovele
Inwoners van Bagnara op Calabriëte midden van de puinhoopen
hunner huizen na de aardbeving van 28 Dec. j.l.
bewijzen van geweldigen druk.
Maar die werkingen nu moeten ge
paard gaan met geweldige geluiden en
zich voortplanten door de gesteenten als
een beweging; welke geluiden en bewe
ging door ons aan de oppervlakte worden
waargenomen.
Dat zijn aardbevingen.
Maar nu aardbevingen dus van een
anderen oorsprong dan dien ik hierboven
aangaf.
Zij komen voort uit locale centra,
uit de zoogenaamde vulkanische haarden,
het zijn de vulkanische aardbevingen.
Zij kondigden vaak naderende uitbar
stingen aan en bleven ook daarna
voortdreunen.
Want aardbevingen zijn niet dingen
van n dag, al wordt de duur der enkele
schokken bij minuten of seconden geteld.
Dagen en maanden lang duren de tril
lingen en worden de onderaardsche ge
luiden gehoord.
Voor onze zintuigen vaak onwaar
neembaar.
Daarom ook is de opstelling dier
instrumenten van zoo groot belang, wier
groote gevoeligheid iedere beweging
opteekent.
Die beweging is verder zeer onder
scheiden in kracht en in vorm. Is de
richting loodrecht naar boven, dan heeft
die het karakter van een stoot, die van
onderen af de lichamen omhoog drijft.
Bij de hevige aardbeving van 1783 in
Calabriëwerden geheele huizen van hun
fundament geslingerd, het steenen
plaveidsel uit den grond geschoten.
In Probamba in Equador (1797) werden
lijken uit de graven geslingerd over een
beek tot op een heuvel.
In het fort San Carlos (Chili) werd
den 7den Nov. een paal die 10 meter
diep in den grond was geheid, loodrecht
uitgeschoten, zoo dat het gat gaaf over
bleef.
Dit geschiedt daar waar men loodrecht
boven de bron der beweging is. Daar is
de aardbeving zoogenaamd succussorisch,
en ze kan dit zijn over vrij groote opper
vlakte, als de vulkanische haard, de bron
der beweging, groot is.
Maar die beweging plant zich ook uit dat
centrum in alle richtingen v oort, en nu lost
ze zich op in bewegingsgolven, wier
kracht, snelheid en richting het resultaat
is van de bewegingsaanvang en den
aard der geleidende gesteenten. Aan de
Het badhuis Gurgitello te Casamicciola op het eiland Ischia,
na de aardbeving van 1883.
Zegening der lijken te St. Pierre op Martiniqne na de aardbeving van Mei 1902.
De kerk van Maria-IIem"!vaart te Caeamicciola op het eiland Ischia,
na de aardbeving van 1883.