De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1909 14 maart pagina 5

14 maart 1909 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

Na 1655 DE AMSTERDAMMER W E L B L A D VOOR NEDERLAND. YOO^ DAMEjS. De fronwelijke journaliste in Amerika. Een der dames van de Engel sche aristo cratie, Lady Anckland, beeft, teruggekeerd van eene reis naar Amerika, ene lezing ge bonden -op eene vergadering van the Society of Women Journalittt", waarbij zjj ver haalde van de verrassingen, die in New-York eene bezoekster wachten, welke naar men denkt, copie zil kannen verschaffen aan de Amerikaansche Pers. Men zal zich herinnei en, dat toen de Prins de Sagan ia Parijs terug keerde na, als bruidegom der Gravin de Castellane, Amerika te hebben bezocht, zy'n gebeele interview met een Fransch dagblad correspondent, die hem vroeg wat hy dacht van de Amerikaansche Pers, hierin bestond dat hij met opgeheven handen, de kamer op en neer liep, en uitriep tfón. Dien, Mon Dieul" Een humoristisch blad gaf toen een kolom van enkel nitroepingsteekens, als beschrijving van de gevoelens van den Prins. Lady Anckland moet iets dergelijks hebben gevoeld, want zy verhaalt ons dat de vrou welijke reporter een soort van voortdnrende gast ia, in de groote hotels van New-Yoik, zij krijgt twee- of driehonderd dollars in de maand, met kost en inwonin/. Als g\j door hare courant als buit zijt aan gewezen, begint zy' haar aanval op 't oogenblik dat gy aankomt. Zy vraagt o, op den man af, hoe ond ge zy't, wie uwe moeder en grootmoeder waren, welk waschmiddel ge gebruikt voor uw teint, wat ge denkt van Ttddy" Roosevelt, of ge den Amerikaanscben man mooi vindt. Hoe weinig uitvoerig ge u ook uitlaat over de'.e en aanverwante onderwerpen, ee kunt er zeker van zijn, dat gÜden volgenden dag er buitensporige mededeeliagen o er vinden zult, met sensatie op schriften er «boven. Maar wat ge vertolt, of wat u wordt toegedicht, is nog niets by 't geen de slimheid der vrouwelijke reporter omtrent u tracht uit te vinden. Het woord bescheidenheid" schijnt voor haar niet te bestaan, ze schijnt zelfs vergeten te nebben dat het woord spionneeren" iets heel leely'ks beduidt. Hebt ge een kamenier noodig, misschien is het keurige persoontje, dat uw bad klaar maakt, wel een vrouwelyke journaliste, die een lijst van uw ondergoed wenscht te maken voor hare krant. Hebt ge een kapster noedig of een manicure, de han dige assistente is misschien een vrouwelyke journaliste, die weten wil hoe ge handelt in 't particuliere leven en of ge ook een pruik draagt. Wordt er toevallig een brief gebracht, terwijl ge onder haar handen zij t, dan zal zg, zoo mogelijk, probeeren om hem over uw schouder te lezen, of als baar dat niet lukt, zal zij hem later in banden trachten te krij gen. Hoe belangrijker, hoe vertrouwelijker zulk eene mededeeling is, zooveel te zekerder kunt ge zijn, dat ge den inhoud enkele uren later, zult zien prijken in vette letters. Dit allee klinkt overdreven, maar de spreekster verzekerde ons, dat deze beschrijving de waarheid nog niet nabij k wam. Eene onder nemende dame stelde voor om op te treden als lady Auckland's kamenier, by een bezoek aan eet e costnmière, die misschien wat te Ter tellen zou hebben'omtrent 'miss JSlkïns' tgoutscau vóór haar 'huwelijk met 'dentiejptQg cfer Abbruzzen. * : Dat ze u overal achtervolgt, waar ge gaarne alleen zoudt zijn, is echter nog niet zoo hinderlijk, als dat de 'ronwelijke journaliste alomtegenwoordig is. Zij t ge eenmaal wat op de hoogte van den stand der zaken, dan kunt ge ten minste de deur van uw slaap kamer op slot doen, zoodat er niemand in kan komen, maar in een der zalen van 't hotel zyt ge nooit veilig. Dit wonderbaar product van de up-to date journalistiek, schijnt zich te hebben meester gemaakt van Fortunatns' muts. Geen holletje zoo klein, of ;ze kan er doorkruipen, geeu meubeltje zoo nietig, UIT D &_N_A T U U H. . CCCXIV. Kentering. Goed d»t ik nog een weekje gewacht heb, en u geen fantasie lente-opstel heb voorgezet. Het is nu 6 Maart, 3 uur in den middagen nog is het winter; het sneeuwt en vriest. De ijsbaan is open, en alle menschen mopperen en klagen over de koude; ook de schaatsenryders, want het y's deugt niet, er zit iets voozigs in. Dat komt van de lange dagen en van de hooge zon; als die een uurtje op het ys heeft neergekeken, lijkt het'<wel op te zwellen als stijfsel; er komen luchtblazen in. De weerhaan op het hooge dak aan den overkant is ?geen ootenblik in rust; en myn vensters op het Zuid-Westen maken sedert lang ontwende bewegingen en geluiden; er steekt wind op en de lucht betrekt met rookklenrige wolken. Wat schreeuwen de meeuwen in de gracht ongewoon luid en vaak; ze komen tot op de vensterbank brood en kaaskorstjes weghalen. Zóó, ia voorjaarskleed, zien wy de meeuwen hier in Amsterdam maar zelden; hun koppen zyn by'na allemaal donker koffiebruin, en hun naam kapmeeuwen is niet meer onverklaar baar. Om dezen ty'd van het jaar zijn ze anders al weg naar de Naardermeer of andere, broed plaatsen. Weer knarst de weerhaan en slaat als een ware gek geheel en al om; de bonte kraai, die er op zit, doet ook zenuwachtig; hy krast tegen de meeuwen en maakt mine, om ze ca te jagen en hun het pas gewonnen brood af te nemen; daar gooit by zich op eens de lucht in en laveert ver weg tegen den wind in. Zie de vyf uitstekende pniitonran zyn slagpennen krommen omhoog by den neerslag. Ook de boomen beginnen te zwiepen en de dunne donkere y'slaag op de gracht wordt besprikkeld met kleine witte stipjes. De spreeuwen in myn tuin, die zich in geen drie weken lieten hooren, gaan vreemde beweging maken, ze jagen musschen na en doen heel druk voor niets. Van tyd tot tijd zet er zich n overeind op een takje, klapt met de vleugels, steekt den kop in de lucht en een minuut lang hoor ik een paar schorre lijstertoonen. Een houtduif vliegt met een vaart van het dak, een plak sneeuw valt er door neer op het plaatsje. De aucuba's en rhododecdrons hangen nog wintersch neer; toch is er iets met ze aan de hand; 't is of ze moeite doen, zich op te richten; er vallen telkens stukjes sneeuw af. Ook door de iepen gaat een trilling, dat het sneeuwt van de twijgjes. Mijn vulkachel, die zich anders nooit bemerkbaar maakt dan door zyn aangename warmte, riekt onheb belijk naar gas. of ze kan er zich achter verbergen. Dan zal ze by n komen, en zeggen: Denk er om, ik heb ieder woord gehoord van wat ge met Die of Die gesproken hebt. Ik kan er pikante copie voor myn krant van maken. En dat zal zy ook, hoe alledaagsch of onbelangrijk 't ook was. 't Is my gebleken dat de «e beschrijving der vrouwelijke journaliste in Amerika volkomen overeenkomstig .de waarheid was. Een dame, wier broeder in New-York getrouwd was, vertelde mij, dat toen hij en zyn vrouw op hun huwelijksreis zouden gaan, een vrouwelij je journaliste hun rijtuig aanhield, en een interview met de jonge vrouw begon te houden over haar opinie en gevoelens voor den man, met wien ze juist gehuwd was. Daar de echtgenoot er bij tegenwoordig was, deed het verslag van wat zijne vrouw vertelde geen huwelijksbrenk ontstaan. Een andere dame verhaalde, dat zy' eene jonge vrouw zich had zien meester maken' van de bagage eener welbekende actrice, die ze niet meer af wilde geven. Iemand die in Amerika gereisd heeft, deelde mi] dan ook mee, dat de vrouwelyke journa liste die, met of zonder invitatie, op de een of andere maatschappelijke bijeenkomst in New-Vork .komt, geheel alleen in een apart hoekje of aan een aparte tafel worde gezet en door de andere gasten totaal genegeerd wordt. Dit alles heeft alleen betrekking op de copie-zoekenden, die tot sensatie bladen bebooren, maar zelfs met deze beperking, is het toch al schrikwekkend genoeg. C. C. Keken» voor de Jeugd, naar de Engelsche uitgave van L. L. WEEDON, voor de Nederlandsche jeugd bewerkt door CHRISTINE DOORMAN, met 13 groote platen en 60 illustratiën tusschen den tekst. By W. de Haan te Utrecht, en Meulenhoff & Co. te Amsterdam. In de voorrede tot dit boek zegt Christine Doorman, dat de heer Weedon alleen de geschiedenis van Dickens' teer voelende kinderfiguurtjes" die zoozeer ingeweven waren in zijn breed uitgewerkte romans, die in hun geheel het bevattingsvermogen onzer kinderen nog te boven gir gen," er uit heeft gelicht en ze geheel op zichzelf staand aan onze kinderen voorgesteld." En, volgens haar, heeft hy getrouw Dickens gevolgd, nauwgezet diens eigen woorden by alles gebruikt en zijn geest in hem laten werken" en heeft hij slechts enkele toevoe gingen noodig geachttot afsluiting van een ver haal." la dit werkelyk het geval? Ik vrees dat velen die het boek Ie;en, zich zeer teleur gesteld zullen voelen! Ik geloof wel dat het mogelijk zou kunnen zy'n uit Dickens' romans die gedeelten uit te schakelen, welke voor kinderen begrij pelijk zyn, maar dan moet men ze ook geheel geven, en in al de frischheid en originaliteit waarmee Dickens zelf ze vertelt! De heer W. moge nu en dan enkele gezeg den inlasscben in Dickens' eigen wooiden, het overige vertelt hij op zijn manier, en die is tamelijk droos!. En diar hij niet alles over neemt zooals Dickens 't gaf, en in zijn streven om te bekorten, teneinde aïdie kinderfiguur tjes in n boek samen te dringen, zooveel weglaat wat juist kon dienen om ons hun karaktertjes beter te leeren begrijpen, kan iemand, die zich in Dickens' werken heeft ingeleefd, deze wijze van ze te behandelen alleen betieuren. En dan komt er nog de vertaling bij, die ook lang niet in de puntjes is! Mej. Doornan is er zeker zelf ook niet goed in geweest, anders zou ze 't zóó de wereld niet hebben ingezonden! in niet te Er gebeurt ifts, er verandert iets in de natuur, het kentert. Eindelijk zal het begin nen, waarop al een paar weken met smarte, gewacht wordt. De winter maakt zich tot heen gaan geretd. Even naar buiten, en Artisin! Dat valt niet mee; het weer staat tupschen hangen en wurgen ; het vriest en dooit tege lijk; op de straathoeken nijpt het in neus en ooren, dat ze rood zien; een kille tocht valt van boven neer, het is of de lucht nelf bemest. Een windvlaag schiet uit het oosten op, en buigt de populiertoppen aan de Doklaan naar het westen; dan vliegen ze op eens weer overeind en alaan naar het oosten teru^. Ook de rook uit de twee reu/,ecpypen van ile Electrische Centrale vertelt door zijn tlwar- j reien en rukken, dat di' strijd tusschen oost en weet is begonnen. Wie het in Mam t op spreken van 't gebrek aan komma's en andere teekens, houdt ze dikwijls met de eenvoudigste eisenen van taal en stijl geen rekening. Zoo wordt op blz. 12 gezegd dat mr. Murdstone zyn stok naast zich neerto/,, en op blz. 13 vinden we 't volgende slordige zinnetje: Met een ruk slingerde zyn vader hem toen ver van zich af, de arme David bevend en snik kend op den grond liggen latend". Op blz. 19 spreekt ze van den laatsten inaal" en op blz. 21 van iets dat ze voor niet anders gebruiken zou" en iets later van op de meest hartenlooze wij «e". Op blz. 29 staat: Zij keek hem aan, en zei met een krelig hoofdschudden" en op hl. 31 voordat hij zich neerlag in aet witte bed". Verder laat ze juffr. Cratchit zich mooi maken met een paar lintjes die voor een paar stuivers nog heel wat vertoonden", en we hooren van vader Cratchit, dat hty kleinen Tim over zyn schouder droeg". Dergelyke dingen vindt men, by 't doorbladeren van het boek, bijna op elke bladzij. Ja, ik denk wei, dat kinderen de verhalen die hun hier worden geboden met belang stelling zullen lezen, maar, - Dickens zelf leeren ze er niet uit kennen! De heer Weedon heeft bijzon ier veel gevoeld voor't aar doenlyke en weeke; dat meet hy breed uit, maar van Dickens' beerlijken humor de frissche originaliteit komt bitter reinig terecht! Ik kan niet anders dan met treurige oogen dit werk aanzien, waaraan de uitgevers zoo veel moeite en kosten hebben besteed! Ernstige ouders zullen liever Dickens' eigen werken ter hand nemen en hun kinderen daaruit voorlezen, wat voor hen begrijpelijk is en men behoeft b. v. uit David Copperfiel i" heuech maar betrekkelijk weinig weg te la'en. wanneer de kin ieren boven 10 of 11 jaar zijn. Ik heb dit zelf bij ondervinding. N. VAN HICHTUM. Kookboek van gravin Dudky. -?Cooking parties". Vorstelijke inkoopen. Tentoonstelling te Berlijn. DU Dame in Kunst und Mode. Van de hand van Georgiana, gravin van udley, zal binnenkort een kookboek ver schijnen. De gevierde, zeer schoone gravin acht vegetarisme uit den booze. Behalve een massa andere dingen, zegt zij zijn wij zeer zeker vleeech-etende dieren." Gravin Dudley oordeelt niet gunstig over mannen, die niet weten wat zij eten, en die er niet over denken, hun waardeering uit te spreken over fijne gerechten. Volgens deze Engelsche edelvrouwe, zyn er verschillende manieren, om de liefde te winnen van een marj; doch, n onfeilbaar middel, zyn ge negenheid te behouden bestaat volgens haar, in 't hem voorzetten van een serie, tot in de fijnste puntjes verzorgde maaltijden. Allicht zullen de wenken, voorschriften en recepten, vervat in Lady Dudley's kookboek, ten bate komen van hgefsche dames, die tegenwoordig, pourvu qu'on s'amuse! een nieuw spelletje hedacht hebben. Aan vrienden en vriendinnen worden uitnoodigirigen rondgezonden voor Cooking" In 't groot, en in vollen ernst, 't zelfde pretje een kookpartij" waarop onze meiskes zoo dol zyn. Koken op kleine fornuie-jes, knoeien, prutsen, roeren in potjes en parjnetjee, het klaarmaken van 't meest gangbare menu: steenhard gehakt, drijverige puree, ongare appelmoes, en klidderige neus jes, alles, door onze kleintjes, smullend verorberd! is een zeldzaam kinder-festijn. Bij gelegenheid der Cooking-parties" worden de dienstboden van 's middags 2 uur tot 's avonds 9 uur nitgezonden. De dames binden boezelaars voor, stroopen de inouwtjes den duur winnen zal, is niet twijfelachtig maar hoe lang is die duur? De menschen, die op straat moeten zijn, dui ken diep in hun jaskragen; en wie zelden of nooit krachtwoorden gebruikt, is op dit oogenblik bijzonder geneigd aan het weer, een eigenschap toe te kennen, die alles behalve vleiend is en stellig niet beschaafd klinkt. Toch is het weer nu inderdaad, maar let terlijk beroerd." En toch hebben ze ongelijk; strijd is altijd onaangenaam, maar de voorjaarsstrijd tusschen Oo?t en West is in ons land in den regel kort en brengt ons wat wij wenschen. De stadsmenschen evenwel, die, wat de na tuur betreft, in dea regel niet verder kijken dan hun neus lang is, bemerken niet, waar het i ra gaat. Wie let er nu op dit oogenblik; op de kleurverandering van de kalksteenenstoepbanden? Wie neemt het waar, dat door de plasjes, zoo even door de nu verscholen zon ontdooid, lange y'snaalden schietf n, die een oogen blik later weer smelten, en dat die schilderachtige straat-spiegeltjes gaan rim pelen op vreemde wijze, nu overlangs dan overdwars met kruisende golfjes 1 Wie gist naar de oorzaak, dat op, jammer voor de Cooking parties" dat nu juist lange mouwen modieus zijn de blanke handjes tijgen aan den culinairen arbeid. Een geestig journalist schrijft: Geheel zonder gevaar zyn die kookpartyen niet, want de gasten zijn verplicht de door de dames toebereide spijzen te nuttigen !" Ondeugender kan 't wel niet I Een Engelsch weekblad noteert eenige bizonderheden over 't wiu telen", 't inkoopen doen van eenige koninginnen en prinsessen in Europa. De Tsarina brengt weinig variatie in haar toiletten, aangezien zij haar bekende prédilectie voor wit, getrouw bty'ft. Enkele orders geeft zij nu en dan aan bekende, Parijsche firma's, en zendt dan tevens lappen in Moskou gewevenzilver-brocaat, die zy als garneering op haarrobes wil aanwenden. De keizerin van Rusland is verzot op gobelins en oude platen, waar zij die speurt, doet zy steeds vorstelijke bestellingen. De kroonprinses van Eumenië, die, wat smaak en handigheid betreft, eene volmaakte modiate is, doet bijna al haar inkoopen en bestellingen in Bucharest. Enkele avond toiletten laat zy uit Parijs komen. Haar zuster, prinses Beatrice, in wie men meent, de aanstaande echtgenoote van den koning van Portugal te zien, hoewel zy ouder is dan Don Manue), beeft van haar moeder carte blanche, om alles wat zij verlangt, in Pary's te koopen. Prinses Beatrice heeft een artistiek ontwikkelden smaak, en eene be nijdenswaardige vaardigheid in 't maken van kunstnaaldwerk. Haar werk werd dikwijls op tentoonstellingen bekroond, en aangekocht voor liefdadige doeleinden. Het drietal voor Don Manuel van Portugal is opgemaakt: Prinses Beatrice van Coburg; de jongste dochter van den hertog van Edinburg, en ... een huwelijk dat Alfonso van Spanje plezier zou doen: Dona Maria del Pilar, cousine germaine van Alfonso, dochter van prins Lodewijk Ferdinand van Beieren en van de Irfante Maria de la Paz. Tot wie zal de knaap zijn keuze bepalen 1 Misschien, metafwyking van de voordracht", tot eene die hij absoluut zelf kiest. Laten wy' dat hopen voor den jongeling, over wiens hoofd zulk een schrikkelijke tragedie zich afspeelde, en, die zelf op wonderbaarlijke wij ze aan een wreeden ontijdigen dood ontkwam. Een zeer geziene klant in de wereld der grands couturiers en der grandes couturières, is: groothertogin Cyril van Rusland. Zy besteedt flinke sommen, weet niet van be knibbelen en behoort tot de best gekleede dames in vorstelijke kringen, is dus een schitterende reclame voor de leveranciers, by wie zij met milde hand haar bestellingen doet. Geheel anders is 't gesteld met de Parel van Savoye" Margharita, koningin-weduwe van Italië. Koningin Margherita, die er voor haar leeftijd knap en jeugdig uitziet, heeft veel voor haar uiterlijken tooi over, doch. zy is moeilijk te voldoen. Het is haar niet mo gelijk, snel haar keuze te bepalen. Mate riaal, snit en garneering kosten haar heel wat hoofdbrekens. Heeft zy ten slotte pp alle punten den knoop doorgehakt, dan heeft zij berouw over haar keuze, met dat gevolg, dat zij afbestelt, en 't lastig spelletje: kiezen vun materiaal, garneering en coupe begint opnieuw! Koningin Elena, maakt 't den leveranciers niet lastig. Frissche, glanzende, sprekende tinten hebben v nor haar een groote bekoring. Zij is vlot in 't doen van bestellingen, maar, zij is, naar de meening der Italiaansche aristocratie, een beetje overdreven zuinig. Wanneer zij onder- en bo?engoed bestelt voor haar snoezige kinderen, da' informeert zij met een ernstig gezichtje, zooals een soliede Vertakte tulp. Foto J. J. Cruininghen. Knol van Pijlkruid. (Uit De Levende Natuur.} de mnsschen en spreeuwen en me. els, alle in de toppen van de ooomen gaan zitten t Het giert heel hoog in de lucht; een don kere, breede band, die den heelen w esterhemel van Noord naar Zuid overspant, schuift heel langzaam op naar het Oosten. Dair tegen over, tot hoven de Muiderpoort, is de lucht nog helderblauw met langwerpige witte wolkjes; deze glanskleuren alsof ze van ijs kristallen waren gemaakt; de lengte van die wolkjes neemt zienderoogen af; ze krimpen in en welven zich naar het westen, het worden wolballetjes; schaapjes door een herder te samen gedreven. Ze pakken zich opeen; ze dalen, lijkt het; ze diingen saaien tot groote klompen en zt» krijgen, hoe meer ze de wol kenband in het westen naderen, een donker der kleur. Ze waren ijs en worden water. Nu staan de hoornen stil, onbeweeglijk.Geen ritselen, geen ruischen en geen gieren meer in de lucht; maar ook gaat de grond raar doen. Ik moet oppafsen niet te vallen, de witte bevroren tuinpaden worden schrikkelijk glad; ze glinsteren u et een ongewone grijsblauwe kleur en weerspiegelen de donkere boom stammen. Het is gevaarlijk loepen tusschen de volières; de pauwen en fasanten hollen druk rond in hun nauwe wereld, maar ze vliegen terug in het hok, als ik ze nader; het bezoek van vreemden wat ontwend. Maar ze houden het binnen niet lang nit. Al wat vogel heet, wordt druk en beweeglijk. Aan de vijvers, die half dichtgevroren zijn, staan de gangen en eenden hun halzen te rekken en maken allerlei kwaak- en trompetgelaiden; het is een concert van belang; de emotie van den een steekt den ander aan, en het wordt een gejaag en gejoel van geweid. De ujroote serre, waarin ik me even hoopte te verwarmen, ziet er bar winterech uit; de deur is gesloten, de toegang versperd, een laagje zand is aan de buitenzij Ie onder tegen de deuren opgeschoven; dat moet de Maartsche koude weren van de bloeiende ka-iplanten, die niets weten van den ongewoon langen winter. De tuinman komt eens uitkijken naar het weer. Zijn grijze haren hellen onder de pet over zijn jaskraag heen ; zoover hangt het hoofd achterover; vraagdenkend gaat zijn neus van weet naar oost, en een genoeglijk goedkeurend hoofdknikken met een veelznggend lippen- en oogenknijpen, bewijst, dat de uitkomst van zijn weerkun lig onderzoek bevredigen! is. Meneer," zegt bij, meneer, ik geloof, dat het gele<len is!" Weer voor een dagje misschien?" Nee, Hollandsche burgerjnffrouw het haar niét zou kunnen verbeteren, of 't goed degelijk is, en of de kleuren bestand zyn tegen de beproeving der wa°chtobbe. Koningin Alexanira, die zich goed kleedt, maar niet spilziek is, behalve op 't punt van zy'den kousen en handschoenen, bevoor deelt gaarne Parysche magazijnen. Haar tailor-made costuums bestelt zy allen ia Londen. De koningin ziet wel, dat geen andere natie op dat punt, met de Engelgche kan wedijveren. De doodeenvoudige, zuinige koningin Vic toria van Engeland, had ook eenzwakje voor zy'den kousen met mooie borduursels, wan neer zij die aankocht, zette zy de zuinigheid aan-kant. Een Parijsche firma levert geregeld voor 600 francs 's jaars handscooenen aan koningin Alexandra. Dit bedrag wordt enkel besteed aan goedkoope handschoenen van 4 francs 't paar. De prinses van Wales toopt by voorkeur alle toiletartikelen in Engeland. De kroonprinses van Duitschland, prinses Cecilia, bestelt haar a'ondtoiletten liefst in Pary's. Dezen winter is een pracht-bezending Emprre en Directoire modellen, beeldige rose, ivoire en bleu pastei robes, uit de Ville Lumière naar Berlijn verzonden. Behalve voor japonnen, besteedt prinses Cecilia groote sommen aan kostbaar bontwerk, waarvan zij bizonder veel houdt. Schoonpapa, keizer Wilhelm II, steeds bedacht op vriendely'kheden, heeft by gele genheid van verjaardag en Kerstfeest zijn schoondochter reeds een paar malen verrast met een schitterende evening-dress" voor haar besteld in Bonistreet te Londen. In het Maart-nummer van het tijdschrift voor dames: de Vrouw en haar Huis", komen opstellen voor die zeker met belang stelling zullen gelezen worden. Daartoe reken ik Liane van Oosterzee's vlot geschreven artikel over de tentoonstelling te Berlijn. Die Dame in Kunst und Mode". Liane van Oosterzee schrijft: De meeste belangstelling wekken de inzen dingen van particulieren, der dames uit de hoogste kringen, die hare juweelen, kanten en gala-kleedingstukken, en pelzen ter bezich tiging zonden." De keizerin zond een waaier uit de 17e eeuw. Kroonprinses Cecilia zond een kostbaren avondmantel van de firma Mprin Blossier. De avondmantel is van crème pbultdesoie, dik geborduurd, van binnen met volants van rose chiffon, twee groote hoeden met veeren gegarneerd, zond de prinses eveneens ter bezichiiging. Prinses Eitel Friedrich zond ook een avond mantel en twee wit verlakte wandelstokken met zacht gekleurde, rond gebogen hand vateels. Voor een tentoonstellings-commissie is 't natuurlyk een buitenkansje, wanneer vorstin nen en dames uit de eerste kringen, haar toiletartikelen inzenden. Zulke voorwerpen zjjn de groote aantrek kelijkheid; lok vinken voor 't kykgrage pubiek. - ? CAPRICE. Week maken van tlattieke ringen: Elastieke ringen, zooals die, welke om inmaakflesechen worden gebruikt, worden dikwijls hard en broos. Men kan ze weer week maken door ze in ammoniakwater te leggen (l deel ammo niak op twee deelen water). Dikwijls behoe ven de ringen slechts vijf minuten in deze oplossing te blijven, doch, in den regel is een half uur noodig, om ze hun vroegere rekbaarheid terug te geven. geloof me, 't is echt; ik ken dat werken in de lucht nou al veertig jaar; dat wordt een langzame dooi, zonder regen, dat is je «rare; 't is uit met den winter ; en het werd ty'd ook voor de planten en de dieren in den tuin en voor de menschen ook; heb je ooit zoo'n duren tijd beleefd, tot de boerenkool toe, 't is of het gebak is, zoo veel moet je er voor betalen. Pas op, glad heT Dat is de vorst, die al in den grond werkt, tegen de dooi in." Weet u voor wie nu nog de kwaadste dagen kunnen komea? Voor de insectenetende vogeltjes; Als de winter nog eens, zooals elk jaar, weer op iringt en's morgens alles berypt of beijzeld is, dan kannen de meezen, boom kruipers, klevers, winterkoning, roodhorst en basterdnachtegaal geen eten of drinken machtig worden en dan hebben ze juist het meeste voedsel noodig. Vinken en musschen redden zich wel. A's de zon vóór twaalf het y'a niet van de twijgen heeft doen smelten, kan het gebeuren, dat de teere vogels, die den strengen winter overleefden, bij massa's in de lente omkomen. Laat ieder, die een buiten of tuin heeft er voor zorgen, dat er een halve cocosnoot met wat water er in aan een touwtje in den boom komt te hangen, liefst met een stukje spek er naast. Dat heb ik in deze krant al zoo vaak voor de vogeltjes gevraagd, dat ik het haast niet weer durf doen. Maar,.. vast en goed voornemen en toch vergeten uit te voeren, niet waar, dat is een algemeen menschelyk zwak. E. HEIMANS. CORRESPONDENTIE. J. G. D. Klundert, A. W. Amst., mr. S. Rott. Zulke vertakte tulpen zijn altijd onge woon, maar niet bepaald zeldzaam. Hierbij een foto uit De Levende Natuur, die het geval nog beter illustreert. S. D. R. Uw waterhloembol" is beslist niet bij toeval in de sloot terecht gekomen. Hy is van tulp noch hyacinth, maar het bolletje van Pijlkruid. U ontvangt het als monster zonder waarde terug. Het is gaaf en goed genoeg om het in een aquarium of een gla zen flesch met zand, veen en water te zetten; dan zult u eens zien, wat een verrassingen htt u bezorgt. Eerst komen er eenige blade ren als smalle groene linten; als de volgende de oppervlakte naderen, krijuen ze aan den top een verbreeding; de daarop volgende komen boven water uit en nemen den be kenden pylvorm aan van het daarom zoo genoemde pijlkruid. V. d. S., Haarlem. Over wandelende tak ken later eens.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl