Historisch Archief 1877-1940
No. 1656
DE A M S T E R D A M M E R W E E JLB L A (D V O 0;R N Ej D E RL A N. D.
. . : '.'. :_ J ?<", a ' J j± '.?'..
YOÖ$
Fraice of er Knierlttttralnür.
In zga »Livre de mon Ami" zegt Anatole
France enkele' dingen over kinderlektnur,
die ook voor ons interessant zjjn.
Is het noodig," zoo vraagt ny' o. a., de
voorkeur te,geven aan boeken, die speciaal
voor kinderen geschreven zjjn ?"
Om deze vraag .te beantwoorden, hebben
we slechts .de ervaring te raadplegen. Het
ia opmerkelijk, dat kinderen meestal een
bijzonderen tegenzin toonen juist tegen
boeken, die expres voor hen gemaakt zijn.
Deze afkeer is gemakkelijk te verklaren. Ze
voelen al bij de eerste bladzijden, dat de
schrijver zich heeft ingespannen om zich in
hun sfeer te verplaatsen, inplaats dat hij hen
in dé* zijne trekt, en dat ze dus onder zijn
leiding niet iets nieuws, iets on bekends
zalleüvinden, niet datgene, waarnaar de
menechelyke ziel op eiken leeftijd dors*.
Deze kleinen zy'n ook al aangegrepen door
de begeerte om te weten, die de wijzen en
de dichters beheerscht. Ze wenschen dat
men bun het heelal, hét mystieke heelal
zal ontsluiten.
De schrijver die hen weer naar zich zelf
temg drijft, die hen wil bepalen tot de be
schouwing van hun eigen kinderachtigheden,
verveelt hen gruwelijk.
En toch spannen velen zich ongelukkiger
wijze nog altijd in, om expres voor de jeugd
te schrijven, zooals ze 't noemen. Ze willen
zich aan de kleinen gely'k maken. Ze worden
dan als kinderen maar zonder de kin
derlijke onschuld en bekoorlijkheid.
Ge zult me misschien tegenwerpen, dat
men zich toch heeft te houden aan bet kin
derlijke bevattingsvermogen.
Zonder twijfel, maar men faalt, als men zijn
toevluchtneetnt tot bet maar al te vaak aange
wende middel om allerlei onbeduidenheden sa
men te flftnser,eeh zal venden to m aan te slaan,
kxachtelooze dingen zonder gratie te zeggen,
kortom zich te onthouden van alles wat
bekoort of overtuigt.
Wie door de kinderwereld begrepen wil
worden, moet een genie van beteekeniszijn.
De boeken, welke bij kleine jongens en
meisjes het meest in den smaak vallen, zijn
juist hooghartige werken vol groote scheppin
gen, waarin zich de schoone orde der onder
deelen tot een stralend geheel vereenigt, en
die geschreven zy'n in krachtigen, zinryken
stijl.
Ik heb dikwijls enkele gezangen van de
Odyssee, in een goede vertaling, door jonge
kinderen laten lezen. De Don Quichote" is,
onder conditie dat er veel in geschrapt worde,
de aangenaamste lektuur, waarin zich een
twaalfjarige kan verdiepen. Ik zelf heb dit
heerlyke boek van Cervantes genoten tot n
ik nog maar pas kon lezen, en ik heb het
zeer lief gehad, en voel nog, dat ik aan deze
lektour voor een groot deel de opgewekt
heid van mijn geest, die ik nu nog bezit, te
danken heb.
gobinson Crnsoë", sedert een eeuw het
klassieke boek voor de jeugd, werd oor
spronkelijk geschreven voor ernstige
mensehen: voor Londensche koop! ui, en voor de
zeelieden van Hare Majesteit. De auteur
heeft, er zijn geheele kunst, al zijn geest,
al zijn omvangrijke kennis, zijn geheele rjjke
ervaring in neergelegd. En juist dit bleek
noodig te zy'n, om kleine A B C-scholieren
te boeien I
De hoofdwerken, die ik hier noemde, geven
allen dramatitche handeling en persoonlijkheden.
Het mooiste boek der wereld beteekent niets
voor een kind, als de ideeën in abstrakten
vorm zjjn uitgedrukt. De gave om te
abstraheert n en de abstraktie te begrijpen,
ontwikkelt zich eerst laat, en ook zeer ver
schillend bij de menschen. Myn onderwijzer
in de zesde klasse, die en ik maak hem
daarvan geen verwijt! noch een Rollin
rjdeh een Lhomond was, recommandeerde
ons als ontspannende vakaatielektuur Le
Petit Carème,' van Massillon 1). Hij raadde
ons dit, om ons te doen gelooven dat hij
zich zelf aan deze lektuur kon verkwikken.
Een kind, dat zich door Le Petit Carécne"
1) Dat zgn de vastenpreeken, dieMassilloa
schreef voor den jongen Lodewy'k XV.
uiiiiiimmmmiiiiuiiiiimiiiiiitiuiiiiiiiiiiiitimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
UIT DB NATUUR
CCCXV. Slaapziekte.
Nog heel goed herinner ik my, dat ik voor
den eersten keer iets las van de Tsetse-vlieg.
Het was in De aarde en haar Volken, toen
Livingstone in Afrika zoo lang zoek was en
eindelijk door Stanley werd gevonden. In het
reisverhaal van Livingstone, dat ik boeiender
vond dan de mooiste roman en waaruit mij
veel tot nu toe is bijgebleven, kwam iets
voor van ossen en paarden, die allemaal
ellendig stierven, nadat ze door tsetse-vliegen
waren, gestoken; de menschen van de expe
ditie geraakten er door in levensgevaar.
Sedert ben ik de Tsetse-vlie? nog heel wat
keeren tegen gekomen; al heb ik nog nooit
een levend exemplaar in handen gehad, wel
eens een opgeprikt beestje. Ook in den Boeren
oorlog is de gevaarlijke vlieg menigmaal in de
oorlogsberichten genoemd. De slimme
takbaren hebben, als de kranten niet jokten, de
Engelschen nog al eens een koopje bezorgd,
door de gezonde paarden voor zich zelf te
houden en geïnfecteerde te verkoopen.
Maar eerst in de laatste jaren is de be
ruchte vlieg bij leeken zoowel als dierkun
digen buitendien bekend geworden als een
menschen-moordenaar. Op de ontdekking van
de mug, als de ware oorzaak van de malaria,
volgde die van de vreesely'ke slaapziekte
door de genoemde vlieg. Bij deze ziekte
vergeleken, is de malaria maar een lichte
ongesteldheid en het eentje goede, dat er van
gezegd kan worden is, dat kinderen onder
drie jaar er niet door worden aangetast.
Eerst werd er weinig aandacht aan geschon
ken ; het warme Afrika lag zoo ver buiten den
kring van de belangstellingen der meeste blan
ken. Bekend was de ziekte al in den tijd van
de slavenjachten; toch werd er, tot voor een
jaar of wat, bij ons nog wel om gelachen, als
om iets komieke; maar nu Midden-Afrika geen
land van enkel negers meer is, en heel wat
Europeanen er fortuin of althans een brood
winning gaan zoeken, is het gevaar in al zijn
omvang erkend en wnrdt er naar redmiddelen
gezocht. Vooral nu het gebleken is, dat ook
liet boeien, zou wel een monster motten
zyn.
Als alles leeft, als in een verhaal alles groot,
verheven en machtig ip, dan zal het
gewoonly'k ook geschikt zijn voor kinderen, altyd
onder beding dat het hun zinnen niet ontij
dig doet ontwaken. Ook ziet men dat de
weinige goede boeken, die expres voor
kinderen bestemd zy'n, meestal geschre
ven 'zy'n door auteurs, die gewoon zy'n
tot de menschen te spreken in de taal
die hea- interesseert. Ik noem b.v. namen
als Dickens, Desnoyers, Louis Ratisbonne,
Octave Feuillet.
,0?er 't algemeen heb ik echter weinig
sympathie voor de speciale kinder-auteilrs.
Ik geef orjder hen aan de vrouwen de voor
keur boven de mannen, maar toch ken ik,
onder al de vrouwen die voor kinderen ge
schreven hebben, slechts 3 of 4, die goed
weten te denken en te spreken.
Neem toch in elk geval, wanneer ge voor
de jeugd wilt schrijven, geen by'zondere manier
aan I Denk. hél goed, en schryf hél
goed l Daarin ligt het geheele geheim, om
by°uw lezers in den smaak te vallen.
En met deze aan wijzing zon ik kunnen vol
staan, als niet velen in Frankrijk, en ik geloof
ook overal elders, in de laatste 20 jaar de over
tuiging hadden gekregen, dat men de kinderen
alleen wetenschappelijke boeken mag ge ven,
omdat de poëzie hun veritand zou kunnen
bederven.
De geïllustreerde catalogussen van boek
geschenken voor de jeugd bevatten, tot een
oogenlust voor onze kleinen, veel afbeeldingen
van kreeften, spinnen, rupsenwebben,
gasapparaten, enz,
Dat zou je werkelijk den moed benemen,
een kind te zy'n!
Elk jaar worden wy, en onze familiën, over
stroomd met allerlei verhandelingen, die de
wetenschap moeten populariseeren. We wor
den er door verblind, we verdrinken er in.
Meer schoone vormen, meer edele gedachten,
meer kunst, meer smaak l Geen chemische
reakties en pbyBiologische toestanden!
Over tien jaar zy'n we beslist allemaal
electriciens.
Het kleinste boek, dat ons een poëtische ge
dachte suggereert, dat indrukken van schoon
heid geeft, kortom, dat ons in de ziel grijpt,
is veel meer waard voor de jeugd, dan al
uw oude misbaksels, die volgepropt zy'n met
mechanische kennip.
We hebben vertellingen noodig voor onze
kleine en groote kinderen, gedichten in poëzie
en in proza, vertellingen die ons doen lachen
en schreien, en ons in verrukking brengen.
De dichters vormen de wereld om op hun
wyze, en ze geven de zwakken, de
eenvoudigen en de kleinen gelegenheid, ze volgens
de hunne om te vormen. Ook hebben ze
den grootsten invloed op het gevoelsleven ;
ze helpen voorstellingen wekken, gevoelen,
liefhebben.
En wees niet bang dat ze uw kind bedriegen,
als ze zijn geest met dwergen en feeën
bevolken. Het kind weet heel goed, dat in
het werkelijke leven deze aantrekkelijke dingen
niet voorkomen.
Juist uw amusante wetenschap" is het,
die hen op een dwaalweg brengt; zy' is het
die misvattingen zaait, welke later moeielyk
op te helderen zijp.
Welk voordeel trekken de kinderen uit een
wetenschap zonder methode, uit een valgche
litteratuur van het praktische leven, die
noch tot het verstand, noch tot het gevoel
spreekt7
Het zal noodig zy'n, terug te keeren tot de
heerly'k mooie sagen, tot de poëzie der dich
ters en der volkeren, tot alles wat in den
lezer de koortsrilling van bet ichoone opwekt.
Maar helaas! Onze maatschappij is vol van
Pharmaceuten, die bang zy'n voor de fantasie.
En ze hebben zoozeer ongelijk I Juist de ver
beelding met al haar leugens is het, die alle
schoonheid en alle deugd in de wereld zaait.
Alleen, door haar' ia men groot. Ach, moeders,
vreest toch niet, dat ze uw kinderen te gronde
zal richten. Ze zal hen integendeel bewaren
voor de gewone gebreken en dwalingen."
Tot zoover Anatole France, en het is al
24 jaar geleden, dat hy dit schreef! Toch
zy'n slechts enkele onderdeelen van wat hij
schryft, eenigszins verouderd. Over 't meeste
zy'n we hier pas in de' laatste jaren gaan
nadenken. We kunnen das thans nog ons
voordeel doen met wat hy schrijft. Vooral
bet laatste gedeelte is voor ODS,
Nederlandsche ouders, van veel belang. Ook wy' hebben
immers een ty'd gekend (wie onzer was er
niet door besmet, en hoevelen zyn er nog
niet geheel aan ontgroeid !) toen we meenden
dat er altijd iets beslist leerends of vormends
in elk kinderboek moest zy'n, al wenschten we
dan den vorm van 't geheel ook zóó, dat de
tendenz "er zooveel mogelyk in verdronk.
Hoevelen onzer waren niet onder, den in
druk van de hier te lande ook maar al te
dikwijls uitgesproken meeting, dat de meeste
sprookjes toch eigenlyk uitden booze waren?
Alleen die met een bepaalde strekking lieten
we toe.
Ik heb zelf dien tijd ook meegemaakt,
hoewel (ik durf het thans bekennen) de
natuur tóch sterker was dan de leer, zoodat
ik my'n liifde voor sprookjes nooit verloor,
en ze ook my'n kinderen gerust ter lezing
gaf, zelfs die, welke, uit paedagogisch opzicht
beschouwd, eigenlijk volgens mijn geweten niet
door den bengel" konden. Ik heb dikwijls
het een of andere mooie sprookje vertaald,
en het onder den invloed van de
knaging$n van mijn paedagogisch geweten weer
verscheurd! De leer was, dat men o?er elk
verhaaltje opvoedend met de kinderen moest
kunnen spreken. Maar de natuur had gelijk,
dat weet ik thans, en cok over dit onderdeel
van zijn betoog ben ik het met den franschen
schrijver eens, al zou ik over enkele andere
punten nog wei het een en ander te berde
kunnen brengen.
N. VAN HlCHTU.M.
MaterialistiiCli allerlei.
De man peinst" op een andere manier
dan de vrouw.
De man, die aan 't peinzen is, loopt op en
neer met zijn handen in zijn zakken of haakt
zijn duimen in de armopeningen van zijn vest.
De vrouw kan met haar handen niets van
dien aard doen. Ze draagt geen vest en heeft
geen jaszakken. Wat doet ze nu? Ze gaat
leunen aan een vensterkozijn of achterover
liggen in een leunstoel.
Zóó vertoonen zich man en vrouw in het
leven. Zóó beelden hen de kunstenaars af.
De houdingen die men aanneemt bij ge
peinzen of droomery'en, boe etherisch die
mogen wezen, hangen heel erg af van de klee
ding, waarmede de mode ons heef t toegerust.
(Figaro.)
Mevrouw Percy Dearmer. Tooneel en
Kerk. .nttuoord van Lady Constance
Stewart Richardsun. Waardevolle en
waardige Semiramit.
Mevrouw Percy Dearmer, echtgenoote van
een populairen predikant te Londen, heeft een
theater-succes behaald! In het House of
Cotnmons wordt nog menige lans gebroken om
trouw te blyven aan de ongerepte,
traditioneele Engelsche Zondagsrust.waarvan de hand
having niet meermogelyk blijkt te zy'n, althans,
een groote kentering is merkbaar. Gesloten
concertzalen, gesloten theaters, zijn voor men
schen, die de geheele week, hard moeten wer
ken om aan de kost te komen, een ergernis.
Iedereen verlangt naar een verandering, een
ontspanning. I wmt a change" is een stop
woord in iederen Angelsakgischen mond.
Engelschen zien heil in a chan*e." Verve
ling leidt zelden tot iets goeds. Uit pure ver
veling, een kapittelt je uit den Bij bel lezen, of
psalmen zingen, is weinig stichtelijk. Het
lezen van religieuze overpeinzingen, het aan
heffen van gewy'de liederen, werkt slechts don
verheffend, wanneer ons verlangen, onze ziel
er naar ui'gaat.
Mevrouw Percy Dearmer's draioa, jetiteld:
Nan Pilgrim" kwam Zondagavond, 7 Maart jI.
in Court Theatre voor 't voetlicht.
Het stuk der echtgenoote van den
Engelechen predikant, heeft een ernstige strekking;
het handelt over 't werk. de zorgen en be
slommeringen, der geestelijkheid. Mevrouw
Percy Dearmer oogst lauweren met haar
Kan Pilgrim."
In Amerika zoekt men steeds meer verband
te brengen tusschen kerk en tooneel, men
wil tooneel ea kerk verbroederen, niet langer
elkander als aartsvijanden doen aangrynzen.
Daar 't tooneel uit de kerk geboren is, men
denke aan bet uitbeelden van allerlei episo
den uit het boek der boeken, aan het opvoe
ren der Passiespelen, zal een toenadering
niet zoo moeilijk zy'n, als men wel meent.
Opvoeden, leeren, stichten, bemoedigen,
troosten, is de taak, zoowel van kerk als
tooneel.
In Amerika kondigt men aan, om de men
schen ter-kerke te lokken, dat vóór of rui den
dienst, solo's zullen gezongen of gefloten
worden; dat bekende acteurs of actrices, een
gedicht, of een stuk proza zullen voorlezen.
Het is een onomstootelyke waarheid dat
men dikwijls meer gesticht" wordt in con
cert- of schouwburgzaal, dan in een
protestantsctie kerk, luisterend naar een lang
gerekte preek, dikwijls uitgesproken zonder
gloed of ? overtuiging op zeurig-galmenden
toon, soms ontsierd ^door sterk neusgeluid
van den voorganger;' of, onze stem parend
aan 't sukkel sleep-tempo, waarop in onze
kerken heel leelijk wordt gezongen.
Zy, die zooals ik, verleden week het voor
recht hadden de Hongaarsche altzangeres
Ilona Dwigo, uit Budapest, het verrukkelijke
Sei stille detn Herrn", uit het Oratorium
Eiias van Mendelsohn-Bartholdy, te hooren
voordragen, zullen erkennen, dat zulk zingen
werkt als een gebed. De lieftlyke vroomheid,
de ontroerende wy'ding van Ilona Uurigo's
voordracht, vermoeid en volmaakt, door haar
wonderschoon geluid, voeren de ziel der
toehoorders naar hoog-reine sfeer.
In katholieke kerken te Pary's, worden
eerste zanders en zangeressen van beroep,
uitgenoodigd by' plechtige uitvaarten gewijde
liederen te zingen.
Overweldigeüd is de indruk, grootsch is
de stichting", die men krijgt door de verhef
fende, louterende macht van gekuischten zang.
In 't vorig nummer van ons Weekblad,
lazen wij in een artikel De vrouwelijke
journaliste in Amerika" dat deze dametjes
in haar couranten-ij ver een ware plaag wor
den voor hotelgasten.
Natuurlijk is de ietwat excentrieke Lady
Constacce tewart Richardson, die zoo als ik
meldde, dansen u la It-adora Duncan uitoefent
in New-York, ook een prooi geworden van
interviewers beider kunne.
Dat alleen vrouwelijke journalisten lastig en
opdringerig zijn, neem ik niet aan. Mannetjes
zwermen ook om stroop- en honigpot.
Mannelijke journalisten zweren evengoed
als vrouwelijke, bij 't peremptorisch je
prends mon Dien oüje Ie trouve".
Aangemoedigd door haar danssucces, be
haald in verschillende buizen van New-York's
Four Hundred", besloot Lady Stewart Ri
chardson haar virtuositeit as klassieke bal
lerina, in ruimer kring te doen waardeeien.
Zij danste te New-York in Sherry's restaurant,
waar 't storm liep, ondans de fabelachtige
entrtépry''.en. Une femme du graad monde,
in luehtig Griekech gewaad, met blooten hals,
bloote armen, bloote voeten en gedeeltelyk
onbedekte beenen in 't publiek dansend, kan
heel zeker zy'n, dat zy' niet voor stoelen en
oanken haar kunst vertoont l! Iedereen die
't netalen kan, wil gaarne met eigen oogen zoo
iets buitengewoons aanschouwen. Voor
piquante gewaarwordingen heeft men wat over.
Lady Coristance danste, behaalde een
triomf, en, alarmeerde tevens de zedigheid
der toeschouwsters, die zich ergerden aan
het godinnen- newaad der danseres.
Een interviewer deelde haar mede, dat de
Amerikaanse hèdames met haar danscostuum
geen vrede hebben.
Hoe is 't mogelijk?! Mijn Grieksch ge
waad is ve-il soberder en bescheidener, dan
de toiletten, waarin Amerikaansche
vrouTrypanosomen tusschen roode bloedlichaampjes.
Taetse-vlieg met uitgespreide en saamgevouwen vleugels.
Europeanen niet gevrijwaard zijn; al zijn de
gevallen tot nu toe niet talrijk geworden en
zelden doodely'k afgeloopen.
In het laatste nummer van de
Naturwiseenichaftliehe Wochemchrift is een kaart afge
drukt van de verspreiding der slaapziekte
naast een ander, waar de vindplaatsen van de
tsetse-vlieg zy'n aangegeven. Ook zy'n in
hetzelfde opstel met een ijselijke nauwkeu
righeid en volledigheid de symptomen van de
ziekte opgesomd. Het begint met koortsen,
klierzweliing en een hevige trilling in de
beenerj; plotseling komt bij allerlei
gelegen? heden, midden onder het werk of het spreken
of het eten, een aanval van onbedwingbare
slaapzucht, het gezicht krijgt een stupiile
uitdrukking, het werktuig of de lepel valt
den ongelukkige uit de hand. Dit herhaalt
zich met korte of lange tusschenpoozen, de
eetlust blijft gewoon, maar het lichaam ver
magert, en, soms eerst na jarenlang lijden,
komt het einde, dat .bij negers tot nu toe
altijd en onveranderlijk de dood is geweest.
Een noodlottige bijzonderheid te meer is
de lange voorbereiding van de ziekte, de
ty'd die tusschen het oogenblik van besmet
ting en het duidelijk uitbreken van de ziekte
verloopt, de incubatietyd; die kan twee jaren
of meer duren, in sommige gevallen is een
incubatietijd van zeven jaar geboekt. Daarna
kan het vreeselij k lijden zes maanden, soms
nog twee jaar duren, eer de dood verlossing
brengt.
Evenals bij malaria is er een parasiet in
het bloed gedrongen; geen bacterie, maar
een die tot een groep dieren behoort, welke
protozooën of oerdieren wordt genoemd; het
zy'n sporenvormende eencellige wezens,
sporozooën, die op zweepdiertjes (flagellaten)
gelijken, maar. het waarschijnlijk niet zijn.
Onder een microscoop rertoonen ze zich als
langwerpige wormpjes, veel grooter of althans
langer dan de roode bloedlichaampjes; (zie
het fipuur). Bij het uitbreken van de ziekte
bevinden ze zich ook in het hersenvocht,
althans by de sectie waren ze er aanwezig.
De parasieten worden van mensch of dier
op den mengch overgebracht door de
tsetsevlieg, waarvan een achttal soorten over de
aarde, in tropische en subtropische gewesten,
verspreid leven; ook in Nederlandsch- en
Engelsch-Indië, waar de vlieg de infectie
van de surra-ziekte veroorzaakt.
Maar nergens treedt de ziekte bij mensch
en dieren zoo moordend op als in
MiddenAfrika. De verspreiding en uitbreiding gaat
gelijk op met het doordringen van de Euro
peanen, en den voortgang van het handels
verkeer.
In Uganda waar voor vy'f jaar de ziekte
nog onbekend was, zy'n in een jaar (van
Sept. 1906 tot Sept. 1907) 50,000 menschen,
dat is ongeveer 5 pCt. van de bevolking aan
slaapziekie gestor ;en.
Het lijdt nu geen twijfel of, de slaapziekte
is een by' met;Hchen voorkomende variëteit
van de tsetse-zirkte, die bij huisdieren alleen
voorkomt, nadat '.e door de wiieg zy'n gestoken.
Dat bij Europeanen de synpf.omen en het
verloop minder duidelijk zijn dan bij
deinlanders, wordt toegeschreven aan de mindere
gelegenheden, die de vlieg het ft om de huid
van een Europeaan '7e bezuigen; de naakte
neger is er het erg»te aan toe.
Er valt n\et aan te deaken, de vliegen te
ontloopen; waar ze voorkomen, is hun aantal
in den regel zoo ontzaglijk, dat de paarden
en trekdieren er soms letterlijk door bedekt
worden. Het zijn voornamelijk de laag
gelegen streken, met palmbosschen be
groeid, aan de Congo, Niger en de Zambesi
en langs de Westkust, die er het he
vigst door worden onheilig gemaakt. Een
gelukkig verschijnsel is het, dat waar de
bodem gecultiveerd wordt, de taetse-vlieg
verdwijnt, en waai deze niet meer oorkomt
verdwijnt ook de oagana-ziekte en de surra bij
het vei e: de slaapziekte (trypanosomiasie)
j bij de m er se b en.
D* wetenschappelijke naam van de ziekte
duidt op de eigenlijke veroorzakers, de
trypanoeomm; dat zijn deal genoemde oerdiertjes,
de sporuzooën. die in het hersenvocht van
wen zich vertoonen. Ik kan my niet begrij
pen, dat alle vrouwen: oude en jonge dames,
dikke en dunne matrpnes, knap uitziende en
leelijke, dat zy allen, zich verbeelden, la robe
directoire te kunnen dragen! ?
Wat die onnadenkende, onesthetische vrou
wen aan liphaamsly'nen vertoonen, vind ik
oneindig meer shocking" dan my'n los,
nergens mouleerend klassiek omhulsel."
In het Plaza-Hötel te New-York, is een
avondfeest gegeven, waarvan de clou" be
stond in 't vertoonen van levende beelden.
Het moment van den avond, was de ver
schijning van: Semiramis, koningin van
Ninive. Semiramis, vorstin van Assyrië, echt
genoote van Ninus, die, zooals wy' uit onzen
schooltijd weten, schatrijk was, en onnoe
melijke sommen besteedde ter verfraaiing
van het oude Babyion.
De hangende tuinen" van Semiramis, in
de XlIIe Eeuw vóór onzs cbristely'ke jaar
telling, waren zóó iets mooie, zóó iets bizonders
en fantastisch, dat de pracht en praal, de
weelderigheid der werken van Semiramis een
onvergetelijken indruk maken op 't
onvankely'k kindergemoed.
Deze snperbe Semiramis, glansfigunr nóg
lichtend uit 't ouwe, grauwe verledei, werd
voorgesteld door mevrouw S. Guinness, nicht
van de hertogin van Wellington.
In onverwelkt-Assyrischen luister, fonke
lend en stralend van preci wa, is Semiramis
aan de feestgenooten in Plaza-Hótel ver
schenen.
Verschillende dames van New-York's high
life, bekend om de fa belachtige waarde harer
sieradieën, hebben aan mevrouw Guinness
baar edelgesteenten afgestaan, opdat zy' als
Semiramis een verbliudenden indruk 'zou
maken.
Het hoofd van Semiramis was getooid met
de beroemde diadeem van mevrouw John
Jakob Astor, een sieraad, dat geschat wordt
op een waarde van 200,000 galden. Negen
dikke parelsnoeren golfden langs Semiramis'
hals en boezem ; deze paarlen ter waarde van
300,000 gulden, zy'n 't eigendom van mevrouw
William H. Vanderbilt. Semiramis' lokken
gingen schuil onder een kunst vol geweven
met juweelen bezaaid net.
Om haar rechterarm fonkelde het lijf van
een slang, louter uit massive diamanten en
robijnen gesmeed.
Een breede band van helle kleuren uit
schietende briljanten omsloot de litkerpols
dezer sprookjes-verschy'ning. Haar
allerkostbaarste tooi was het paarlsnoer, dat haar
om de heupen golfde, eigendom van mevrouw
John R. Drexe1.
Deze paarlen-collectie representeert een
fortuin van zes ton!
Semiramis' robe, 't bekende goud-weefsel,
waarmede de schoone Cléopatra, koningin
van Egypte (30 jaar vóór onze jaartelling)
zoo gaarne zich tooide, was bezaaid met
flonkerende preciosa.
Het moet voor Semiramis een gevoel van
opluchting geweest zy'n, toen zij al die ge
leende veeren weer veilig in handen der
respectieve eigenaarsters kon leggen.
CAPRICE.
Vijlen tcherpen. Een nieuwe methode om
versleten vijlen te scherpen, vermeldt een
Duitsch vaktijdschrift:
Men verbindt de vijl aan de positieve pool
van een batterij, uit 12 Bunsen-elementen
be (taande, en plaatst haar daarna in een
bad van 40 deelen zwavelzuur op 1000
deelen water. De negatieve electrode bestaat uit
een koperdraad, welke, zonder de vy'l te
raken, daar spiraalvormig omheen gewonden
is. De vy'l wordt daarna, ongeveer gedurende
tien minuten, aan de werking van den stroom
blootgesteld. Men verklaart, dat een op deze
manier behandelde vijl zoodanig gescherpt kan,
worden, dat zij weer zoo goed als nieuw is.
de ly'ders zy'n aangetroffen. In de incubatie
tijd bevinden ze zich ia het bloed en wan
neer nu een bepaalde soort Tsetee-vlieg
(Glossina palpalis) een lijder steekt, infect
teert het dier eerst zich zelf; in zy'n lichaam
ondergaat de trypanosome een ontwikkeling
en daarna brengt de vlieg door zy'n steken
en zuigen de infectie op andere mentenen
over. Ook apen kunnen aangetast worden,
honden en ratten in mindere mate; andere
dieren lijden, schijnt het, niet aan slaapziekte
en zijn dus geen bronnen van infectie voor
dezen vorm van de tsetse-ziekte.
De vlieg zelf, die zoo'n noodlottige bood
schap te verrichten heeft, ziet er heelemaal
niet kwaadaardig uit; het beest is iets grooter
en grijzer dan een gewone kamervlieg; het
diertje maakt ook geen drukte bij zijn werk,
het gonst niet eens, alleen als het zich op
iemands oor heeft geposteerd is een zwak
geruisch waarneembaar; pijn doet de steek
ook niet; eerst als het achterlijf van de vlieg
dik en rood ziet van het afgezogen bloed,
bemerkt de bezochte dat er iets op zijn huid
zit; maar als de vlieg zyn bekomst heeft en
wegvliegt, komt er n seconde van hevige
pijn. Dan blijft de wond nog een oogenblik
jeuken; een klein rood stipje wijst nog een
dag de plaats aan, waar misschien de
trypanosomen haar intrede he*bben gedaan, om
eerst jaren later hun aanwezigheid op vree
selijke wijze kenbaar te maken; wanneer de
hersenen bereikt zullen worden is dan maar
een kwestie van ty'd.
Tot nu toe staat de wetemschap machteloos
tegenover deze bloed-parasieten; kinine doodt
ze niet, zooals ze de malaria-plasmodiën kan
doen.Proeven metallerlei middelenhebben wel
hier en daar tot schijnbare of werkelijke ge
nezing by' dieren geleid; maar tegen de ziekte
bij den mensch is het kruid nog niet <evonden.
Gezocht wordt er genoeg, en het is
waarschijulyk, d,at een gunstig resultaat alleen
te verkrijgen is door een voorbehoedmiddel,
een inenting met serumstofien, die van ver
zwakte of niet meer virulente parasieten
afkomstig zy'n.
E. HEIMANS. ,