De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1909 4 april pagina 10

4 april 1909 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1658 Medan Tabak ...... 282 272 tf Rotterdam Deli 383 398 Senembah 399 410 TTnited Lankat 431 439 Locale beleggingsfondsen hadden een kalm verloop. Voor underground-waarden valt opnieuw eene flinke verbetering te vermelden, met name voor de Incomebonds. Aand. National Bank of South Africa herstelden zich eenige procenten. Geld blijft voortdurend ruim ter markt. 2 April. v. D. M. * * De bevolking der Ver. Staten. (SlotJ. Volgens de telling van 1900 waren toen reeds 188.000 negers grondbezitters, wier bezit te zamen een oppervlakte van 15 millioen acres omvatte, ter waarde van ongeveer 200 millioen dollar. De kleurling Booker T. Was hington is met goed gevolg werkzaam in het belang van de vak-opleiding van zijn ras-genooten, om van hen bekwame landbouwers en handwerkslieden te maken, anderen als bijv. B. Dubois, wien men verachUlende waardevolle geschriften betreffende de negerkwdttte heeft t» danken, vestigen meer de aandacht op de intellectueele ontwikkeling van den klearling. oeteer desa pogingen ook waardeering verdienen, is het toch te betwijfelen of de ratteaiutat, die thans zelfs sterker is dan ooit, door meerdere geeates-ontwikkeling of be kwaamheid zal verdwijnen of verminderen. Man weet, hoe menigmaal Theodoor Roosevelt, de onlangs afgetreden President, die de geestesgaven in den kleurling wist op prijs te stellen, op moaielykheden by zijn landgenooten stuitte, wanneer hij aan die gaven recht wild*, doen wedervaren. De amalgamatie van de verschillende blanke nationaliteiten ia daarentegen uitstekend ge slaagd. Tot ongeveer 1880 was de emigratie voornamelyk beperkt gebleven tot Eagelschen, Schotten, Ieren, Duitschers en, voor een klein gedeelte, Scandinavië». Tan Id20 tot 1880 kwamen 53 pCt. van de emigranten uti Groot Britannie en Ierland, 34 pCt. uit Duitschland en 3 pCt. uit Zweden en Noorwegen, d.i. te zamen 90 pCt., terwyt slechts l pCt. uit Oostenrij k-Hongary e, l pCt. uit Italiëen H pCt. uit Rusland af komstig was. Maar na 1880 en vooral in het begin van onze eeuw is hierin een geheele verandering gekomen. "Van 1903 tot 1906 b.v. kwam nog slechts 10K pCt. uit Engeland, 4 pCt. uit Duitschland en 6 pCt. uit Zweden en Noorwegen, te zamen dus slechts 201/s pCt., maar daaren tegen uit Oostenrijk-Hongarije 24 pCt, uit Italiëeven zooveel, uit Rusland 18 pCt. En wat het aantal betreft nam de emigratie eveneens belangrijk toe en bedroeg in: 1903 857.000 personen. 1904 813.000 1905 1.026.000 1906 1.10-1.000 1907 1.285.000 In dit laatste jaar vertrokken naar de Vereenigde Staten van Noord Amerika: uit Oostenrijk-Hongarije 338.000 personen. Italië286.000 Kusland 239.000 Griekenland 37.000 Duitechland 37.000 Turkije 30.000 Balkan-Staten 15.000 De oppositie tegen de emigratie begon reeds na 1800 en is sedert, tengevolge van de ver minderde kwaliteit der emigranten, steeds toegenomen. Als wapen tot bestrijding van te groeten toevloed werd gewezen op het feit, dat vele landverhuizers geheel zonder middel van bestaan waren, onbeschaafd, aan een nederige levenswijze gewoon, zonder begrip van vrije instellingen en dientengevolge moeielijk te assimileeren; luider begon de vrees zich uit te spreken, dat velen hunner ten laste zoaden komen van armen- en zieken huizen of de gevangenissen zouden vullen; men wees erop, dat het meerendeel niet meer, zooals voorheen, naar het platteland trok, maar zich opeen hoopte in de groote steden en de industrieele centra. Men aehtte het vooral in het belang van den Amerikaanschea arbeider aan dezen enormen toevoer van concurreerende werk kracht paal en perk te stellen. Voor den werkgever was zulk een sterke arbeiders-reserve natuurlijk niet ongewenscht; vele Amerikaaneche burgers, zelven van vreemde afkomst, waren op hun beurt gunstig gestemd voor het onbeperkt toelaten van hunne vroegere landgenooten; in het Zuiden en het Westen was voortdurend behoefte aan werkkrachten en velen waren, ook uit be ginsel, tegen een beperking der emigratie. Men wees erop dat, binnen zekere grenzen, de lajidverhuizing reeds door de omstandig heden wordt geregeld. In tijden van voorspoed als er groote behoefte aan werkkracht is, neemt het aantal landverhuizers toe, daaren tegen vermindert het sterk by een inzak kende conjunctuur, zooals in het najaar van 1907, toen bovendien een belangrijk aantal naar het land van herkomst terugkeerde. De vele bepalingen,- die sedert 1882 zijn gemaakt om de emigratie te beperken en die in de wet van 1907 zijn verscherpt, sluiten afgescheiden van het absoluut verbod voor Chineesche arbeiders voornamelijk alleen physiek en moreel minderwaardige personen uit, als zieken, bedelaars, misdadigers, prostitué's en anarchisten. Voort§is, als concessie aan de arbeiders-vereenigingen, in 1885 be paald dat de toelating verboden is van con tract-arbeiders d. w. z. personen, die vóór hun aankomst in het landröeds zijn geplaatat. Dikwijls zy'n meer ver strekkende maat regelen voorgesteld, als b.v. het weigeren van analphabeten en van personen, die by aankomst niet in het bezit zijn van een zeker bedrag in geld en 't is niet onmogelijk, dat dergelijke voorstellen worden aange nomen wanneer, na het einde van de jong ste crisis, de emigratie weder een belangrijke toename mocht ondergaan. Ook is men in den laatsten tijd er op bedacht een betere verdeeling van de aangekomen landver huizers tot stand te brengen. Deze aange legenheid, ook voor de Europeesche Staten niet van belang ontbloot, wil men op een internationaal congres doen behandelen. Voor het Amerikaansche volk is het natuur lijk een ernstige vraag, of men erin zal slagen de landverhuizers uit Zuid- en OostEuropa evenzoo te assimileeren, als dit met Engelcchen, Ieren, Dnitschers en Scandinaviërs is gelukt. Hieromtrent verschillen de meeningen, velen vestigen hun grootste ver wachting op de Amerikawische volkssekolen, da Amerikaangche begrippen, kortom op den eigenaardigen invloed, die van de geheele AnxerikaanBche maatschappij uitgaat. Maar bij allen staat op den voorgrond het ernstig streven, de eenheid van hit Amerikaangche volk, dat meer op gemeenschappelijke belan gen dan op gemeenschappelijke afkomst be rust, zooveel mogelijk ook in de toekomst te handhaven. 2/4'09. V. d. S. HiiiiinntiiiiiiiiiiiiiiiiiiintiiiiiiiiiiiiniHiiMiiniiiiiiMiiiiiiiitiiiiniMiiiii Een taf elöte-iiïlle vaa 4000 jaar geleden, In bat museum te Turijn kan men tegen. woordig kennis maken met de gezellige huise lijke omgeving van den Egyptischen bouw meester Kha en zy'n mooi, jong vrouwtje Mirit; zelf zijn ze er ook, gebalsemd en. in linnen strooken gewikkeld, en met kransen van perseabloemen op het hoofd, waarvan men nog elke bloem, elk blaadje en steeltje zóó duidelijk kan onderscheiden, alsof ze aog pas eenige weken daar lagen. Toen de heer Kha, vier dagen na den dood van zijn vrouwtje, zelf ook bezweek, zal hij zeker niet gedroomd hebben dat het gezellige kamertje, dat hij voor hen beiden had voor zien van alles wat ze bij hun opstanding noodig zouden hebben, veertig eeuwen later, met al zijn teere, intieme bijzonderheden zou worden tentoongesteld voor vreemde menschen! Het was dan ook een merkwaardig toeval, dat juist het graf-kamertje waarin dit geluk kige paartje hun laatsten slaap sliep, door een aardstorting in de buurt van Thebe geheel bedolven is geworden, zoodat noch snuffelende onderzoekers, noch plunderende vandalen het tot nu toe hebben kunnen vinden. Maar niet lang geleden werd het toch eindelijk ontdekt door den Italiaanschen Egyptoloog Prof. Schiapparelli, die de geheele intiem-huiselijke inrichting, zorgvuldig en liefdevol verzorgd, naar zijn vaderland heeft overgebracht, en daar alles opgesteld, precies zooals hu het vond. Hoe het vervoerd is geworden en hoeveel er was, ziet men op een foto, die vooraan in 't museum hangt, en waarop een stoet van 20 fellahs, onder aanvoeiing van Schiapparelli, allén de in het nr&f gevonden meubelen transporteert, gedeeltelijk in kisten en koffers gepakt. En nu is het geheele allerliefste, gezellige huishoudende, dat het Egyptische echtpaar eenmaal bij hun opstanding weer hoopte te aanvaarden zooals 't daar stond, in Turijn te zien alles prachtig geconserveerd. Zooals blijkt uit de 15 meter lange papyrusstrooken, in zijn vergulde doodkist gevonden, was de heer Kha by zijn leven architekt en ingenieur bij de groote Thebaansche bouw werken. Hij moet een groote, sterke man geweest zijn: 1.75 M. lang, mager en gespierd, met een breed, intelligent voorhoofd en een energiek gezicht. Hu draagt niets dan een lianen doek om de heupen, en geen enkel sieraad. Z(jn vrouwtje, Mirit, is klein (niet langer dan 1.50 M.) en gracieus gebouwd. Ze was, toen ze stierf, stellig niet ouder dan 24 j aar, en te oordeelen naar het gouden masker, waarop, volgens haar wenscb, haar gelaats trekken werden vereeuwigd, moet ze bepaald een schoonheid zijn geweest. Men kan niet zeggen, dat de wijze waarop de Egyptenaren hnn lijken behandelden, van een hoog ontwikkelde innerlijke beschaving of van een diep inzicht in de natuur getuigt, maar aan dezen doodenkultus danken wij toch de bekendheid met al de intieme bij zonderheden uit het leven van twee menschen, die 4000 jaar geleden gestorven zijn. De architekt Kha is beslist een groot kun stenaar geweest. Men ziet dat aan den stijl van de meubelen, van de stoelen met hun versiering van ingelegd hout, van de met leer overtrokken sofa. De wat er weegschaal, de doozen met penseelen en verwen, al de werktuigen die naaat de doodkist liggen alles getuigt in den eenvoud van zijn vormen van een fijn ontwikkelden kunstsmaak. De heer Kha schijnt ook een verzamelaar te zyn geweest. Vooral voor stokken moet hy een bijzondere voorliefde hebben gehad. Er zy'n er wel een dozijn in het graf gevonden. Elf daarvan schijnen gewone wandelstokken te zijn., maar de andere diende blijkbaar tot een geheel ander doel. Het is een Kürbasj" een massieve zweep van hout, leer en yzer, met welks hulp alle groote Egyptische bouwwerken zijn tot stand gekomen. Met zoo'n doodslager" werden tegenstribbelende slaven eenvoudig geranseld, tot ze er bij neer vielen ... Alleen met een tuchtmiddel als dit kon dan ook de discipline gehandhaafd worden onder al de krijgsgevangen volken, die als «laven werden gebruikt, en als last dieren behandeld. Hoeveel de ingenieur Kha blijkbaar van zijn vrouw heeft gehouden, ziet men niet alleen aan de zeker door hem zelf zoo ge schikte inrichting va a haar graf, maar ook vooral aan de rijke en kostbare sieraden die hij haar geschonken heeft. Daar staat nog haar naaimandje, met een allerlichte wirwar er in van gouden schaartjes, klosjes witte en roode zijde, een ivoren hand spiegel, kammetjes met edelgesteenten bezet, begonnen borduurwerken, en daartusschen gedroogde rozijnen, opdat ze toch dadelijk iets zou vinden om in den mond te steken, zoodra ze zou ontwaken om verder te bor duren. In 12 snoezige kleine keilers van beschil derd hout, met ivoor en parelmoer ingelegd, ligt haar linnengoed. Ze wist zich met ge raffineerde fijnheid te kleeden, die kleine Mirit, en ze hield van orde. Haar ondergoed is van een stof, zacht en soepel als batist, en licht ivoorkleurig ge tint ; alles geborduurd, met rijke gouden franje versierd, en keurig netjes gestreken en opge vouwen. In eiken koffer liggen dingen van n soort: in den eenen hemden, in den anderen mantels, in den derden gordels, in een anderen tafellakens en servetten. Alles helder gewasschan, en van hetzelfde merkteeken voorzien. Op een soort van waschtafel zijn haar toiletutensiliën uitgestald: allereerst een pruik met honderd fijn gevlochten vlechtjes, albas ten flescbjes met parfum, uit onyx gesneden zalfpotjes, en een massa kleine instrumenten voor de verzorging van het gezicht en de handen. Ook allerlei tafelserviezen zy'n er, en een heelb voorraad verscheen ingemaakte vruch ten, brood en biscuits. Zoodra de heer Kha en mevrouw Mirit wakker worden, kunnen ze eiken bezoeker gerust ten eten vragen, zonder in verlegen heid te geraken. Het bekoorlijkste en aantrekkelijkste in dit echtelijke graf, ia dit dooden-huwelyk van ?40 eenwen geleden, is de atmosfeer van liefde, die thans nog dit kleine dooden-huishoudentje omzweeft. Een van de in goeden staat gebleven kleedingstukken van mevrouw Mirit duidt met zekerheid aan, dat de Egyptische inge nieur zijn vrouwtje ook meenam, als hij op reis gin?. Zij bezit natnedjk een grooten reismantel met wijde zijsakken, waar schoon linnengoed in geborgen kan worden, en die 's nachts op den grond van een tent kon worden uitgespreid, om op te slapen. En dan nog iets: in het graf staan ook nog twee wit-gelakte bedden, beide keurig opgemaakt met de iijnste linnen lakens en kanten spreien. Aan het hoofdeneind ziet men, inplaats van onze hoofdkussens, twee lage, uitgeholde houten stellages, waar het hoofd in kon rusten. Die oude Egyptenaien moeten wel een goeden slaap gehad hebben, om het op zoo'n hoofdkussen te kunnen uithouden. Maar ook hier ziet men de trouwe zorg van den heer Kha voor zijn vrouwtje: zijn eigen hoofdschemel (om 't zoo maar eens te noemen) is van eenvoudig gelakt hout; die van zijn vrouw echter is, ter be schutting van haar zacht halsje, met leer overtrokken, en met gekleurde linten versierd. Hoe treurig voor het jonge paartje, dat nu allerlei vreemden hun liefelijk interieur komen besnuffelen, irjplaats dat ze er zelf hun gelukkig leventje in voortzetten na hun opstanding ! Vrij naar liet Duitscli.. N. Aieritasclie bijpiooviilieli Niettegenstaande het grootsche beschavingswerk, dat de Amerikanen op materieel gebied tot stand hebben gebrachtt zijn ze toch echte natuurkinderen en erg by'geloosig. Waarzeg gers en waarzegsters, die in Europa alleen maar in 't geheim werken", zijn hier algemeen erkende vakmenschen. In New- York nebben zelfs een duizendtal van die vaklui een trust gevormd, om 't beroep nog winstgevender te maken; en 't is ook niet tegen te spreken, dat dit werk, evenals het dievenhandwerk, met meer vrucht coöperatief gedreven kan worden dan door ieder individu alleen. De invloed van de waarzeggers gaat dikwijls zoo ver, dat de couranten zich op hun wijsheid abonneeren en het publiek dagelijks een halve kolom astrologie opdisschen. Onderde rubriek To-day's Horoscope" kan men in een courant o. a. het volgende lezen : Mercurhis, Venugen Uraruis staan vandaag gunstig. Vandaag is het een geschikte dag om omgang met vrouwen te zoeken ; in 't alge meen een gelukkige dag voor liefdesgeschie denissen. Vandaag kan menjuweelen koopen of bloemen, zich laten fotografeeren en dienst boden huren, 't Is een voordeelige dag voor dokters enambtenaren, vooral voor tandartsen. Reizen die men vandaag onderneemt, moeten liefst voor negen uur 's avonds zyn afgeloopen. Een dame die vandaag jarig is, kan in den loop van het nieuwe jaar veel liefde ver wachten. Een man in dezelfde situatie, die vandaag oneenigheid met iemand krijgt, moet zich voorbereiden op een langdurig proces. Kinderen die vandaag geboren worden, zullen prachtexemplaren van m enschen worden, maar als het jongens zijn, dan zal het lang duren, eer ze tot hun recht komen, en zijn het meisjes, dan zullen ze haar mannen veel geld kosten." Waar zulk geschrijf dagelijks al met het ontbijt naar binnen gewerkt wordt, daar moet het bijgeloof wel welig tieren in zwakke mannen- en vrouwenzielen! Onder zulke omstandigheden is het geen wonder, dat ook een massa leeken roeping jaan vo«len voor de wetenschap van het wonderbaarlijke. Zoo heeft byv. een dame uit de uitgaande kringen van New- York op het oogenblik heel veel aanhangers. Ze heeft de volgende ontdekking gedaan: Teder getal tot en met 9 beteekent een bepaalde trilling en ieder cijfer komt overeen met een letter van het alfabet. Wanneer nu de trillingen, die uitgaan van de letters van den naam van een bepaald persoon niet in harmonie zyn niet het getal, dat zijn verjaardag aanduidt, dan is die persoon niet in een toestand van har monie met zichzelf en kan in dit leven niet gelukkig worden. Wat te doen in zoo'n geval? Mevr. X. weet er wel raad op. Ze verdoopt heel eenvoudig den ongelukkige die zoo'n dij-harmonischen naam heeft. Hoe dwaas dit ook lijkt, het heeft ook zyn ernstige zy'de. Zoo werd bijv. onlangs iemand in Washington door zoo'n profeet voorspeld, dat hij over vier jaar zou sterven. Sinds dien tijd is hy' totaal veranderd: al zyn vroolykheid is ver dwenen, hij loopt rond met een gezicht, alsof hy reeds morgen dood zal gaan. In Ne-w- York vertelt men, dat de tenor Caruso in den laatsten tijd aanvallen van zwaarmoeJigheid heeft en allen lust tot zingen heeft verloren, omdat een waarzegster hem voorspeld heeft, dat hij binnenkort zijn steen zal verliezen. En niettegenstaande een keelspecialiteit hem heeft verzekerd, dat hij niets aan zijn keel mankeert, kan hij die voorspelling niet van zich afzetten. V Mm (Vervolg van pag. 4.) Goudleer c,p de oude wijzïvervaardigd, door JAN MENSIXO, tentoongesteld te Haarlem, in het Museum, voor Kunstnijverheid. Maart April '09. Paedagogische Vlugschriften". Serie l, No. 3: IDA HEYKKMANB, Meüjesopvoeding. Baarn, Hollandia drukkerij. Ds. J. D. KESTELL en D. E. v. D. VELDEN, De Vredesonderhandelingen tusschen de Regee ringen der l'wee Zuid-Afrikaamche Republieken en de Vertegenwoordigers der Britsrhe Regeering. Amsterdam-Pretoria, J. H. de Bussy. JULES DOJIERGOE, Het bankroet der Vrijhandelsleer. Groningen, H. L. v. d Klei. De zeelieden tn het ontwerp schepmwet, Amster dam, Alg. Ned. Zeernausbond. OSKAE WILDJ:, Een Florentijnsche Tragedie. Kotterdan?, Corn Immig & Zn. J. MICHELET, De vogel, bewerkt door mevr. M. v. VLOTEN. Amsterdam, Mij. voor Goede en Goedk. lectuur. Cettalogue de la Bi bliothèque de l'¥trecht' II. Utrecht, J. van Boekh jven. Dr. G. IIoxDics BOLIJIXUH, De maatschap pelijke waarde fan ons tloogtr Onderwijs in Scheikunde. Hoorn, Vermande Zonen. Redelijke Godsdienst, Serie I, No. 2: Dr. A. BEUININGH, Het geloof aan God en het Ze delijk Leven. Baarn, Hollandia-drukkerij. W. DB BOER, Samenwerking van arbeid en kapitaal in een industrieele onderneming. AmSterdam, S. L. van Looy. W. LIEBKNECBT, Kar'l Marx. Amsterdam, Em Querido. HEKK RAVBSTEIJN, .?'t Parlij gedoe". Am sterdam, D. Coene. Brochure B. B. F, Staalspensioneemng. Arnhem, Stenfert Kroese & v /d. Z£nde. D. HANS, Waar hel om gaat in Juni. Rot terdam, uitgave van de Jonge Liberalen." De Zuid-West Nieuw-Guinea-Expeditie 1904?'05 van het Kon. Ned. Aardrijksk. Gen. Et.n verweer, door E. J. DE RocnEiioNT. Breda, P. C. G. Peereboom. Dt man en de vrouw, ati. XXXII. Amster dam, H. Meulenhoff. VINCENT LOOSJES, Bitter en Zott (Aphorismen). Assen, L. Hansma. C. M. Ror.EKT, Grammaire ran^aise. Gro ningen, J. B. Wolters. J. F. NiEBMEijEr;, De Ooit en de West. Groningen, J. B. Wolters. Prijscourant van de Mij. de Specht" te Zeist. Catalogus en prijscourant van de firma Blass en Groenewegen te de Bilt bij Utrecht. Catalogus en prijscourant van het Technisch Bureau van Moens en Beek te Bloemendaal. Catalogus van da Tentoonstelling van W. WITSEN. Bij E. J. v. Wisselinïen Co., Am sterdam. Catalogus der kunstveiling op ti April '09, van de liruia J. J. Biesing, den Haag. Verslag over het jaar 1908 van de Vereeniging tot opleiding van Ambackten en Beroepen;' te Amsterdam. 44ste Jaarverslag van het Emina- kinder ziekenhuis te Amsterdam, 1909. Wond yaa Tüftcbriften. Groot Nederland, No. 4 : Marcellus Emants, Fantasie. ? Karel v/d. Woestijne, Verzen bij den aanvang der Lente. Frans Coenen, Nieuwe Siroomingen, I. P N. van Eijck, Gedichten. Richard de Cneudt, De Zomer. Literatuur. De Katholiek, April '09: Ferr. Compaaus, O. F. M., De Nederlandscbe Minderbroeder Joannes Neijen fis onderhandelaar met de Staten-Ueneraal 1607?160Ü. Dr. L. J. Sicking, De bronnen over den moord op Hypatia, II, Damascius bij Suidas en de overige bronnen. Fr. M. Vreeswijk, O. F. M., Da man van Smarten. Th. P. G. IJslied, bledevaart. Geschiedkundig Nieuws, I. Nieuwe Uitgaven. Vragen van den Dog, No. 4: I. P. van Hoek, Hooger Landbouwonderwijs. S. Blok, Het verkeerswezen en zijn invloed op de wel vaart en de beschaving (slot). Loop der geboor ten in Frankrijk in eene eeuw. C. P. Voüte, Kiezersvermeerdeiing. D. Stavorinus, Van houtspaander tot gloeilamp. Prof. dr. A Ernst, De nieuwe ilora van het Vulkaan eiland Krakatau. De metaalsohatten van den Himalaya. Bibliografie. Van Maand tot Maand. De, Klaroen, No. 5 : Dr. P. Blaauw, Begin selen boven Wetten. Dr. J. H. Adriani, Een herziening der Armenwet. Fragment uit Wilhelm Windelband Prilludien." Revue der uitvindingen en ontdekkingen, Ko. 12; Ernst Haeckel ter gelegenheid van zijn 7 sten geboortedag. De zoogenaamde vloed golven" welke op groote aardbevingen vol gen. Een roman over het lichten van wrakken op zee, enz, Jeugd, r o. 7: 0/inkSier, Achtergeble ven. M. E. 5 J. V. P., Van Pallanza naar Wilderswil, enz. Moles.hott, No. 39: Dr. G. W. Bruinsma, Zuivere ongekookte melk (slot). Dr. H, Pinkhof, De zuigelingzu der fabrieksarbeid sters, enz. Brusse's Boek berichten, No. 10. Eigen Baard: Jacqueline.door G., VII, slot Uit den bloeitijd van de echipperij in de Groningsche Veenkoloniën, door R. H. Herwig, met ill. naar foto's van den echryver, III. Het Bloemenwonder, door Willy Schep. Afscheid van den winter, bij de plaat, foto's van H. E. Stap Jr. Nederland voor hon derd jaren, door i-eneraal Wüppermacu, I, met afb. De geechie tenia van een huis, II, slot, met afb. Feuilleton. Bij de Zuidpo >1. ? De Accijnshuiejes te Leiden. Christiaan Petri. f Manta van Nieuwland. f Ons vlaggen en onze vlaggen. Bloemen bij Kras", alles met afb. 6e Jaargang. 4 April 1909. Re 1. : C. H. BEOEKKAMP, Damrak 59 Ainst. Verzoeke alle mededeelingen, de;e rubriek betreffende, te richten aan bovenstaand adres. Bladprobleem van deu auteur K. C. de Jonge, Zwart (8 schijven). Wit (S gchijveiT). Op te lossen van het blad, zonJer bord of schijven. Na acht dagen geven wij de oplossing. A. D. Querido, W. vac ;,iztnt, ..Vda'r.;;,-. Kouwes, IN. Bouwes, D. Eikke, Edam, allon mot',-. oplossingen; ". Ahram, M. Ooe, A Dacistra, r C. de Jonge, J. Swart, A'dam; .'.'?. La i oïte, Goes; J. Luteijn, Groede, J. Irïeijer, HaarJem; C. Mosselman, Rotterdam; J. H. Makkink, J. J. O-kam, Utrecht; F. Happe, K. Slagter, Zaan dam, ailen met l oplossing. NATIONALE SIMULTAAN-WEOSTRIJD. PEK CORRESPONDENTIE. A. z 8-13, w 30-04. B. z 3-9, w 08-,'ü. C. z opgegeven. D. z opgegeven. E, z 1-7. w 08 oö. F. z 12-18, w 31-27. G. z 3-8, w 32 27. H. z opgegeven. Zwart moet spelen. UIT DE DAMWEBELD. Zondag 28 Maart 11. had de Ie ontmoeting plaats tusschen Zaandam" en Wormerveer", met 12 spelers ran weerszijde. Het resultaat was: Zaandam" 14 p., en Wormerveer" 10 p. De 2e ontmoeting vindt plaats te Wor merveer, waar de return-match zal gehouden worden. NAT1ONALEN CLUB-WEDSTRIJD. Het bestuur van den Algemeene Nederlandsche Dambond" heeft besloten tot het houden van een nationalen clnb-wedstrijd, om het kampioenschap voor Nederland. Elke bestaande damvereeniging in Neder land kan hieraan deelnemen met les haier beste spelers, terwijl afzonderlijk gevormde groepen van zes bekwame dammers ook wor den toegelaten, mits onder een eigen naam inschrijvende. Tevene moeten aan elke groep vi.r plaatsvervangers toegevoegd worden, aan welk vastgesteld tiental, gedurende den wed strijd geen verandering mag gebracht worden. Deelnemende Vereenigingen, die er belang in stellen, dat in de plaats hunner inwoning ook een speeldag gehouden worde, en hiervoor een geschikte zaal aanbieden, worden ver zocht dit tijdig ter kennis te brengen van het bestuur. De speeldagen zijn voorloopig bepaald op 16 en 31 Mei en 13 Juni e.k., terwijl het reglement van orde spoedig zal bekend ge maakt worden. et inleggeld bedraagt drie gulden voor elke groep van zes spelers, waaraan moet toegevoegd worden ? 2 50 voor cautie. Na de laatste ronde worden de cautie-gelden onmiddellijk terug betaald, terwijl zij, die vóór dien tijd ophouden met spelen, alle aanspraak hierop verbeurd hebben. Benevens HET KAMPIOENSCHAP VOOR NEDER LAND, voor de eerst aankomende club, heeft het bestuur voor dezen wedstrijd uitgeloofd, een gouden, zil reren en bronzen medaille, voor de drie eerst aankomende clubs, terwijl de twee spelers, die de meeste winstpunten hebben behaald, in volgorde een fraaie premie ontvangen. Zii, die aan dezen wedstrijd wenschen deel te nemen, moeten vóór 20 April a."., zich schïifteüjk aacmelden oij den l en secretaris, den hetr C. H. Broekkamp, Damrak 59, Amsterdam, met opgave van de namen der zes deelnemers, en die der vier plaatsvervan gers. Op aanvrage worden nadere inlichtingen gaarne verstrekt. Partij No. 89, gespeeld in Gezellig samen zijn" te Amsterdam, tusschen de heeren A. Damsti-a, met wit en W. van Runat, met zwart. Jan. 1909. KORTE VLEDGEL-OPENING. Wit. Zwart. Wit. Zwart. 1. 8430 2. 30 25 3. 31 27 4. 33 28 5. 39 33 6. 44 39 7. 25:14 8. 37 31 9. 42:31 10 4742! 1721 2120 2024 1823 1218 1420 9:20 26:37 712! 49 27. 38 32 28. 46 41 29. 42 38 30. 43 39 31.3934 7]2 1015 3035 11) 1520 2025 32. 2823712)1318 33. 34 29 9 14 34 4136 1420 35.3731 2024 36. 29.20 18.-29ge.liv. 11.3126 1)1014! 37.33:24 2514 12.4137! 510! 38.2721 16:27 13. 30 34? 2) 12 17?? 3) 39. 31:22 1116 13) 14. 34 30? 4) 17 22 5) 40. 38 33 12 17 14) 15, 28:17 11:31 41. 22:11 6:17 1636:27 2025gedw.42. 3631 8] 2? 17. 33 28 6) 25:34 43. 33 29 38 18.39:30 27! 44.2923 813 19. 45 40? 7) 18 22! 8) 45. 31 27 1318 20. 27:20 14:45 46. 2419 18 29 21.4339 711! 47.19:10 29'34 22. 39 33 15 20 48. 44 40??15)35 44 23.49 44 20 24 49. 30:30 45 50 24. 48 43? 9)») 24 30! 50. 10 4 te laat 17 22!!' 25.3524 1930 51,27:7 1621 203227 17 10)52.26:17 50.35 Eemieel *) Stand na den 24en zet van wit: Z. 1,3, 6. 8/11,13,16,19, 24,45 W. 26, 28, 32/33, 35, 37/38, 42/44, 46, 50. 1) Iets te vroeg. Eerst 41-37 en 46-41, en daarna 31-26 brengt een goed spel voort. 2) In de Damspeter," bl. 64, wijzen wij er uitdrukkelijk op, dat in deze stellicg niet met beide vleugels tegelijk mag gewerkt worden. 3) 20-25 is thans de zet, zooals in 't omge keerde geval dus voor wit 31-26 moet vol gen, indien zwart met 1L-17 zou geantwoord hebben. Leest hierover vooral de uitgebreide toelichting in da Damspeler," bl. 63-66. In elk geval mocht 12-17 niet gespeeld worden, wegens schijf-verlies. Den zet Ll-17 had nog iets geweest. 4) Wit verzuimt te profiteeren. Hier bad moeten volgen: w 27-21, z 16-27, w 32-12, z 23:41, w 12.23, z 19:28, w 46:37, waarna de schijf 28 gewonnen wordt! 5; Zwart tracht zich weder te herstellen; echier, ten koste zijner beste schijven v.in den korten vleugel. 6) Beter is de schijf 46 tot op 36 brengen, waarmede een uitmuntend spel wordt opge bouwd, en waardoor aanstonds met succes een aanval kan ontworpen worden. 7) VVit profiteert niet van zijn beter spel. Hier moest volgen: 40-41 en 41-36, of 4944, en 44 40 enz. S) Zeer goed, waarmede wit's korten vleugel beduidend verzwakt wordt. 9) Een zwakke voortzetting. Waarom de» schijf 46 niet in werking gebracht-? Men ziet soms de beste zetten onopgemerkt voorbij gaan, terwijl de zwakste gespeeld worden. Zoolang het niet noodzakelijk blijkt, mag de kroonschijf niet gespeeld worden. Leest hier over de verhandeling van de kroonschijf in de Jonge Dammer." Wij merken nog even op, dat op w 44-3'J ;;cc velgen; ^ 24-2», 10:30, 16-21, 11:44 ea "-?'-L-+, i 10; i-o ccbiji' 10 zco spoedig mogelijk op brengen is, veel beter, 11' Minder goed. zie by' 10. 12) De scuijven 41 en 3/ opspelen is zeer goed. Wit krijgt dan beslist de betere stel ling. De hoofdoorzaak hiervan is, het ver plaatsen van de zwarte schijf 30 op 35, en het niet tydig opbrengen van de schijf 10 op 25. Dergelijke verzuimen hebben dikwijls groote gevolgen. Met 28-23, maakt wit zijn spel minder krachtig. 13) Wij meenen, dat 8-13 sterker is, en een betere afwachtende houding aanbiedt 14) Beter, dan de afruil met 16-21. 15) Slecht; na den zet 10-4 van wit, was het epel voor zwart in alle varianten verloren!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl