Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1658
Medan Tabak ...... 282 272 tf
Rotterdam Deli 383 398
Senembah 399 410
TTnited Lankat 431 439
Locale beleggingsfondsen hadden een kalm
verloop.
Voor underground-waarden valt opnieuw
eene flinke verbetering te vermelden, met
name voor de Incomebonds.
Aand. National Bank of South Africa
herstelden zich eenige procenten.
Geld blijft voortdurend ruim ter markt.
2 April. v. D. M.
* *
De bevolking der Ver. Staten.
(SlotJ.
Volgens de telling van 1900 waren toen
reeds 188.000 negers grondbezitters, wier bezit
te zamen een oppervlakte van 15 millioen
acres omvatte, ter waarde van ongeveer 200
millioen dollar. De kleurling Booker T. Was
hington is met goed gevolg werkzaam in het
belang van de vak-opleiding van zijn
ras-genooten, om van hen bekwame landbouwers
en handwerkslieden te maken, anderen
als bijv. B. Dubois, wien men verachUlende
waardevolle geschriften betreffende de
negerkwdttte heeft t» danken, vestigen meer de
aandacht op de intellectueele ontwikkeling
van den klearling.
oeteer desa pogingen ook waardeering
verdienen, is het toch te betwijfelen of de
ratteaiutat, die thans zelfs sterker is dan ooit,
door meerdere geeates-ontwikkeling of be
kwaamheid zal verdwijnen of verminderen.
Man weet, hoe menigmaal Theodoor
Roosevelt, de onlangs afgetreden President, die de
geestesgaven in den kleurling wist op prijs
te stellen, op moaielykheden by zijn
landgenooten stuitte, wanneer hij aan die gaven
recht wild*, doen wedervaren.
De amalgamatie van de verschillende blanke
nationaliteiten ia daarentegen uitstekend ge
slaagd.
Tot ongeveer 1880 was de emigratie
voornamelyk beperkt gebleven tot Eagelschen,
Schotten, Ieren, Duitschers en, voor een klein
gedeelte, Scandinavië».
Tan Id20 tot 1880 kwamen 53 pCt. van
de emigranten uti Groot Britannie en Ierland,
34 pCt. uit Duitschland en 3 pCt. uit Zweden
en Noorwegen, d.i. te zamen 90 pCt., terwyt
slechts l pCt. uit Oostenrij k-Hongary e,
l pCt. uit Italiëen H pCt. uit Rusland af
komstig was.
Maar na 1880 en vooral in het begin van
onze eeuw is hierin een geheele verandering
gekomen.
"Van 1903 tot 1906 b.v. kwam nog slechts
10K pCt. uit Engeland, 4 pCt. uit
Duitschland en 6 pCt. uit Zweden en Noorwegen,
te zamen dus slechts 201/s pCt., maar daaren
tegen uit Oostenrijk-Hongarije 24 pCt, uit
Italiëeven zooveel, uit Rusland 18 pCt. En
wat het aantal betreft nam de emigratie
eveneens belangrijk toe en bedroeg in:
1903 857.000 personen.
1904 813.000
1905 1.026.000
1906 1.10-1.000
1907 1.285.000
In dit laatste jaar vertrokken naar de
Vereenigde Staten van Noord Amerika:
uit Oostenrijk-Hongarije 338.000 personen.
Italië286.000
Kusland 239.000
Griekenland 37.000
Duitechland 37.000
Turkije 30.000
Balkan-Staten 15.000
De oppositie tegen de emigratie begon reeds
na 1800 en is sedert, tengevolge van de ver
minderde kwaliteit der emigranten, steeds
toegenomen. Als wapen tot bestrijding van
te groeten toevloed werd gewezen op het feit,
dat vele landverhuizers geheel zonder middel
van bestaan waren, onbeschaafd, aan een
nederige levenswijze gewoon, zonder begrip
van vrije instellingen en dientengevolge
moeielijk te assimileeren; luider begon de
vrees zich uit te spreken, dat velen hunner
ten laste zoaden komen van armen- en zieken
huizen of de gevangenissen zouden vullen;
men wees erop, dat het meerendeel niet meer,
zooals voorheen, naar het platteland trok,
maar zich opeen hoopte in de groote steden
en de industrieele centra.
Men aehtte het vooral in het belang van
den Amerikaanschea arbeider aan dezen
enormen toevoer van concurreerende werk
kracht paal en perk te stellen.
Voor den werkgever was zulk een sterke
arbeiders-reserve natuurlijk niet ongewenscht;
vele Amerikaaneche burgers, zelven van
vreemde afkomst, waren op hun beurt gunstig
gestemd voor het onbeperkt toelaten van
hunne vroegere landgenooten; in het Zuiden
en het Westen was voortdurend behoefte aan
werkkrachten en velen waren, ook uit be
ginsel, tegen een beperking der emigratie.
Men wees erop dat, binnen zekere grenzen,
de lajidverhuizing reeds door de omstandig
heden wordt geregeld. In tijden van voorspoed
als er groote behoefte aan werkkracht is,
neemt het aantal landverhuizers toe, daaren
tegen vermindert het sterk by een inzak
kende conjunctuur, zooals in het najaar van
1907, toen bovendien een belangrijk aantal
naar het land van herkomst terugkeerde.
De vele bepalingen,- die sedert 1882 zijn
gemaakt om de emigratie te beperken en die
in de wet van 1907 zijn verscherpt, sluiten
afgescheiden van het absoluut verbod voor
Chineesche arbeiders voornamelijk alleen
physiek en moreel minderwaardige personen
uit, als zieken, bedelaars, misdadigers,
prostitué's en anarchisten. Voort§is, als concessie
aan de arbeiders-vereenigingen, in 1885 be
paald dat de toelating verboden is van con
tract-arbeiders d. w. z. personen, die vóór
hun aankomst in het landröeds zijn geplaatat.
Dikwijls zy'n meer ver strekkende maat
regelen voorgesteld, als b.v. het weigeren
van analphabeten en van personen, die by
aankomst niet in het bezit zijn van een
zeker bedrag in geld en 't is niet onmogelijk,
dat dergelijke voorstellen worden aange
nomen wanneer, na het einde van de jong
ste crisis, de emigratie weder een belangrijke
toename mocht ondergaan. Ook is men in
den laatsten tijd er op bedacht een betere
verdeeling van de aangekomen landver
huizers tot stand te brengen. Deze aange
legenheid, ook voor de Europeesche Staten
niet van belang ontbloot, wil men op een
internationaal congres doen behandelen.
Voor het Amerikaansche volk is het natuur
lijk een ernstige vraag, of men erin zal
slagen de landverhuizers uit Zuid- en
OostEuropa evenzoo te assimileeren, als dit met
Engelcchen, Ieren, Dnitschers en
Scandinaviërs is gelukt. Hieromtrent verschillen de
meeningen, velen vestigen hun grootste ver
wachting op de Amerikawische volkssekolen,
da Amerikaangche begrippen, kortom op den
eigenaardigen invloed, die van de geheele
AnxerikaanBche maatschappij uitgaat. Maar
bij allen staat op den voorgrond het ernstig
streven, de eenheid van hit Amerikaangche
volk, dat meer op gemeenschappelijke belan
gen dan op gemeenschappelijke afkomst be
rust, zooveel mogelijk ook in de toekomst
te handhaven.
2/4'09. V. d. S.
HiiiiinntiiiiiiiiiiiiiiiiiiintiiiiiiiiiiiiniHiiMiiniiiiiiMiiiiiiiitiiiiniMiiiii
Een taf elöte-iiïlle vaa 4000 jaar geleden,
In bat museum te Turijn kan men tegen.
woordig kennis maken met de gezellige huise
lijke omgeving van den Egyptischen bouw
meester Kha en zy'n mooi, jong vrouwtje
Mirit; zelf zijn ze er ook, gebalsemd en. in
linnen strooken gewikkeld, en met kransen
van perseabloemen op het hoofd, waarvan
men nog elke bloem, elk blaadje en steeltje
zóó duidelijk kan onderscheiden, alsof ze aog
pas eenige weken daar lagen.
Toen de heer Kha, vier dagen na den dood
van zijn vrouwtje, zelf ook bezweek, zal hij
zeker niet gedroomd hebben dat het gezellige
kamertje, dat hij voor hen beiden had voor
zien van alles wat ze bij hun opstanding
noodig zouden hebben, veertig eeuwen later,
met al zijn teere, intieme bijzonderheden
zou worden tentoongesteld voor vreemde
menschen!
Het was dan ook een merkwaardig toeval,
dat juist het graf-kamertje waarin dit geluk
kige paartje hun laatsten slaap sliep, door
een aardstorting in de buurt van Thebe
geheel bedolven is geworden, zoodat noch
snuffelende onderzoekers, noch plunderende
vandalen het tot nu toe hebben kunnen
vinden. Maar niet lang geleden werd het
toch eindelijk ontdekt door den Italiaanschen
Egyptoloog Prof. Schiapparelli, die de geheele
intiem-huiselijke inrichting, zorgvuldig en
liefdevol verzorgd, naar zijn vaderland heeft
overgebracht, en daar alles opgesteld, precies
zooals hu het vond. Hoe het vervoerd is
geworden en hoeveel er was, ziet men op
een foto, die vooraan in 't museum hangt,
en waarop een stoet van 20 fellahs, onder
aanvoeiing van Schiapparelli, allén de in
het nr&f gevonden meubelen transporteert,
gedeeltelijk in kisten en koffers gepakt.
En nu is het geheele allerliefste, gezellige
huishoudende, dat het Egyptische echtpaar
eenmaal bij hun opstanding weer hoopte te
aanvaarden zooals 't daar stond, in Turijn
te zien alles prachtig geconserveerd.
Zooals blijkt uit de 15 meter lange
papyrusstrooken, in zijn vergulde doodkist gevonden,
was de heer Kha by zijn leven architekt en
ingenieur bij de groote Thebaansche bouw
werken. Hij moet een groote, sterke man
geweest zijn: 1.75 M. lang, mager en gespierd,
met een breed, intelligent voorhoofd en een
energiek gezicht. Hu draagt niets dan een
lianen doek om de heupen, en geen enkel
sieraad.
Z(jn vrouwtje, Mirit, is klein (niet langer
dan 1.50 M.) en gracieus gebouwd. Ze was,
toen ze stierf, stellig niet ouder dan 24 j aar,
en te oordeelen naar het gouden masker,
waarop, volgens haar wenscb, haar gelaats
trekken werden vereeuwigd, moet ze bepaald
een schoonheid zijn geweest.
Men kan niet zeggen, dat de wijze waarop
de Egyptenaren hnn lijken behandelden, van
een hoog ontwikkelde innerlijke beschaving
of van een diep inzicht in de natuur getuigt,
maar aan dezen doodenkultus danken wij
toch de bekendheid met al de intieme bij
zonderheden uit het leven van twee menschen,
die 4000 jaar geleden gestorven zijn.
De architekt Kha is beslist een groot kun
stenaar geweest. Men ziet dat aan den stijl
van de meubelen, van de stoelen met hun
versiering van ingelegd hout, van de met
leer overtrokken sofa. De wat er weegschaal,
de doozen met penseelen en verwen, al de
werktuigen die naaat de doodkist liggen
alles getuigt in den eenvoud van zijn vormen
van een fijn ontwikkelden kunstsmaak. De
heer Kha schijnt ook een verzamelaar te zyn
geweest. Vooral voor stokken moet hy een
bijzondere voorliefde hebben gehad. Er zy'n
er wel een dozijn in het graf gevonden. Elf
daarvan schijnen gewone wandelstokken te
zijn., maar de andere diende blijkbaar tot een
geheel ander doel. Het is een Kürbasj"
een massieve zweep van hout, leer en
yzer, met welks hulp alle groote Egyptische
bouwwerken zijn tot stand gekomen. Met
zoo'n doodslager" werden tegenstribbelende
slaven eenvoudig geranseld, tot ze er bij neer
vielen ... Alleen met een tuchtmiddel als
dit kon dan ook de discipline gehandhaafd
worden onder al de krijgsgevangen volken,
die als «laven werden gebruikt, en als last
dieren behandeld.
Hoeveel de ingenieur Kha blijkbaar van
zijn vrouw heeft gehouden, ziet men niet
alleen aan de zeker door hem zelf zoo ge
schikte inrichting va a haar graf, maar ook
vooral aan de rijke en kostbare sieraden die
hij haar geschonken heeft.
Daar staat nog haar naaimandje, met een
allerlichte wirwar er in van gouden schaartjes,
klosjes witte en roode zijde, een ivoren hand
spiegel, kammetjes met edelgesteenten bezet,
begonnen borduurwerken, en daartusschen
gedroogde rozijnen, opdat ze toch dadelijk
iets zou vinden om in den mond te steken,
zoodra ze zou ontwaken om verder te bor
duren.
In 12 snoezige kleine keilers van beschil
derd hout, met ivoor en parelmoer ingelegd,
ligt haar linnengoed. Ze wist zich met ge
raffineerde fijnheid te kleeden, die kleine
Mirit, en ze hield van orde.
Haar ondergoed is van een stof, zacht en
soepel als batist, en licht ivoorkleurig ge
tint ; alles geborduurd, met rijke gouden franje
versierd, en keurig netjes gestreken en opge
vouwen. In eiken koffer liggen dingen van
n soort: in den eenen hemden, in den
anderen mantels, in den derden gordels, in
een anderen tafellakens en servetten. Alles
helder gewasschan, en van hetzelfde
merkteeken voorzien.
Op een soort van waschtafel zijn haar
toiletutensiliën uitgestald: allereerst een pruik
met honderd fijn gevlochten vlechtjes, albas
ten flescbjes met parfum, uit onyx gesneden
zalfpotjes, en een massa kleine instrumenten
voor de verzorging van het gezicht en de
handen.
Ook allerlei tafelserviezen zy'n er, en een
heelb voorraad verscheen ingemaakte vruch
ten, brood en biscuits.
Zoodra de heer Kha en mevrouw Mirit
wakker worden, kunnen ze eiken bezoeker
gerust ten eten vragen, zonder in verlegen
heid te geraken.
Het bekoorlijkste en aantrekkelijkste in dit
echtelijke graf, ia dit dooden-huwelyk van
?40 eenwen geleden, is de atmosfeer van liefde,
die thans nog dit kleine dooden-huishoudentje
omzweeft.
Een van de in goeden staat gebleven
kleedingstukken van mevrouw Mirit duidt
met zekerheid aan, dat de Egyptische inge
nieur zijn vrouwtje ook meenam, als hij op
reis gin?. Zij bezit natnedjk een grooten
reismantel met wijde zijsakken, waar schoon
linnengoed in geborgen kan worden, en die
's nachts op den grond van een tent kon
worden uitgespreid, om op te slapen.
En dan nog iets: in het graf staan ook
nog twee wit-gelakte bedden, beide keurig
opgemaakt met de iijnste linnen lakens en
kanten spreien. Aan het hoofdeneind ziet
men, inplaats van onze hoofdkussens, twee
lage, uitgeholde houten stellages, waar het
hoofd in kon rusten. Die oude Egyptenaien
moeten wel een goeden slaap gehad hebben,
om het op zoo'n hoofdkussen te kunnen
uithouden. Maar ook hier ziet men de trouwe
zorg van den heer Kha voor zijn vrouwtje:
zijn eigen hoofdschemel (om 't zoo maar
eens te noemen) is van eenvoudig gelakt
hout; die van zijn vrouw echter is, ter be
schutting van haar zacht halsje, met leer
overtrokken, en met gekleurde linten versierd.
Hoe treurig voor het jonge paartje, dat nu
allerlei vreemden hun liefelijk interieur
komen besnuffelen, irjplaats dat ze er zelf
hun gelukkig leventje in voortzetten na hun
opstanding !
Vrij naar liet Duitscli.. N.
Aieritasclie bijpiooviilieli
Niettegenstaande het grootsche
beschavingswerk, dat de Amerikanen op materieel gebied
tot stand hebben gebrachtt zijn ze toch echte
natuurkinderen en erg by'geloosig. Waarzeg
gers en waarzegsters, die in Europa alleen
maar in 't geheim werken", zijn hier algemeen
erkende vakmenschen. In New- York nebben
zelfs een duizendtal van die vaklui een trust
gevormd, om 't beroep nog winstgevender te
maken; en 't is ook niet tegen te spreken,
dat dit werk, evenals het dievenhandwerk,
met meer vrucht coöperatief gedreven kan
worden dan door ieder individu alleen.
De invloed van de waarzeggers gaat dikwijls
zoo ver, dat de couranten zich op hun wijsheid
abonneeren en het publiek dagelijks een
halve kolom astrologie opdisschen. Onderde
rubriek To-day's Horoscope" kan men in
een courant o. a. het volgende lezen :
Mercurhis, Venugen Uraruis staan vandaag
gunstig. Vandaag is het een geschikte dag om
omgang met vrouwen te zoeken ; in 't alge
meen een gelukkige dag voor liefdesgeschie
denissen. Vandaag kan menjuweelen koopen
of bloemen, zich laten fotografeeren en dienst
boden huren, 't Is een voordeelige dag voor
dokters enambtenaren, vooral voor tandartsen.
Reizen die men vandaag onderneemt, moeten
liefst voor negen uur 's avonds zyn afgeloopen.
Een dame die vandaag jarig is, kan in den
loop van het nieuwe jaar veel liefde ver
wachten. Een man in dezelfde situatie, die
vandaag oneenigheid met iemand krijgt, moet
zich voorbereiden op een langdurig proces.
Kinderen die vandaag geboren worden, zullen
prachtexemplaren van m enschen worden, maar
als het jongens zijn, dan zal het lang duren,
eer ze tot hun recht komen, en zijn het meisjes,
dan zullen ze haar mannen veel geld kosten."
Waar zulk geschrijf dagelijks al met het
ontbijt naar binnen gewerkt wordt, daar moet
het bijgeloof wel welig tieren in zwakke
mannen- en vrouwenzielen!
Onder zulke omstandigheden is het geen
wonder, dat ook een massa leeken roeping
jaan vo«len voor de wetenschap van het
wonderbaarlijke. Zoo heeft byv. een dame
uit de uitgaande kringen van New- York op
het oogenblik heel veel aanhangers. Ze heeft
de volgende ontdekking gedaan: Teder getal
tot en met 9 beteekent een bepaalde trilling
en ieder cijfer komt overeen met een letter van
het alfabet. Wanneer nu de trillingen, die
uitgaan van de letters van den naam van een
bepaald persoon niet in harmonie zyn niet
het getal, dat zijn verjaardag aanduidt, dan
is die persoon niet in een toestand van har
monie met zichzelf en kan in dit leven niet
gelukkig worden. Wat te doen in zoo'n geval?
Mevr. X. weet er wel raad op. Ze verdoopt
heel eenvoudig den ongelukkige die zoo'n
dij-harmonischen naam heeft. Hoe dwaas dit
ook lijkt, het heeft ook zyn ernstige zy'de.
Zoo werd bijv. onlangs iemand in Washington
door zoo'n profeet voorspeld, dat hij over
vier jaar zou sterven. Sinds dien tijd is hy'
totaal veranderd: al zyn vroolykheid is ver
dwenen, hij loopt rond met een gezicht, alsof
hy reeds morgen dood zal gaan.
In Ne-w- York vertelt men, dat de tenor
Caruso in den laatsten tijd aanvallen van
zwaarmoeJigheid heeft en allen lust tot zingen
heeft verloren, omdat een waarzegster hem
voorspeld heeft, dat hij binnenkort zijn steen
zal verliezen. En niettegenstaande een
keelspecialiteit hem heeft verzekerd, dat hij niets
aan zijn keel mankeert, kan hij die voorspelling
niet van zich afzetten.
V
Mm
(Vervolg van pag. 4.)
Goudleer c,p de oude wijzïvervaardigd, door
JAN MENSIXO, tentoongesteld te Haarlem, in
het Museum, voor Kunstnijverheid. Maart
April '09.
Paedagogische Vlugschriften". Serie l,
No. 3: IDA HEYKKMANB, Meüjesopvoeding.
Baarn, Hollandia drukkerij.
Ds. J. D. KESTELL en D. E. v. D. VELDEN,
De Vredesonderhandelingen tusschen de Regee
ringen der l'wee Zuid-Afrikaamche Republieken
en de Vertegenwoordigers der Britsrhe Regeering.
Amsterdam-Pretoria, J. H. de Bussy.
JULES DOJIERGOE, Het bankroet der
Vrijhandelsleer. Groningen, H. L. v. d Klei.
De zeelieden tn het ontwerp schepmwet, Amster
dam, Alg. Ned. Zeernausbond.
OSKAE WILDJ:, Een Florentijnsche Tragedie.
Kotterdan?, Corn Immig & Zn.
J. MICHELET, De vogel, bewerkt door mevr.
M. v. VLOTEN. Amsterdam, Mij. voor Goede
en Goedk. lectuur.
Cettalogue de la Bi bliothèque de l'¥trecht' II.
Utrecht, J. van Boekh jven.
Dr. G. IIoxDics BOLIJIXUH, De maatschap
pelijke waarde fan ons tloogtr Onderwijs in
Scheikunde. Hoorn, Vermande Zonen.
Redelijke Godsdienst, Serie I, No. 2: Dr. A.
BEUININGH, Het geloof aan God en het Ze
delijk Leven. Baarn, Hollandia-drukkerij.
W. DB BOER, Samenwerking van arbeid en
kapitaal in een industrieele onderneming.
AmSterdam, S. L. van Looy.
W. LIEBKNECBT, Kar'l Marx. Amsterdam,
Em Querido.
HEKK RAVBSTEIJN, .?'t Parlij gedoe". Am
sterdam, D. Coene.
Brochure B. B. F, Staalspensioneemng.
Arnhem, Stenfert Kroese & v /d. Z£nde.
D. HANS, Waar hel om gaat in Juni. Rot
terdam, uitgave van de Jonge Liberalen."
De Zuid-West Nieuw-Guinea-Expeditie
1904?'05 van het Kon. Ned. Aardrijksk. Gen.
Et.n verweer, door E. J. DE RocnEiioNT.
Breda, P. C. G. Peereboom.
Dt man en de vrouw, ati. XXXII. Amster
dam, H. Meulenhoff.
VINCENT LOOSJES, Bitter en Zott
(Aphorismen). Assen, L. Hansma.
C. M. Ror.EKT, Grammaire ran^aise. Gro
ningen, J. B. Wolters.
J. F. NiEBMEijEr;, De Ooit en de West.
Groningen, J. B. Wolters.
Prijscourant van de Mij. de Specht" te
Zeist.
Catalogus en prijscourant van de firma Blass
en Groenewegen te de Bilt bij Utrecht.
Catalogus en prijscourant van het Technisch
Bureau van Moens en Beek te Bloemendaal.
Catalogus van da Tentoonstelling van W.
WITSEN. Bij E. J. v. Wisselinïen Co., Am
sterdam.
Catalogus der kunstveiling op ti April '09,
van de liruia J. J. Biesing, den Haag.
Verslag over het jaar 1908 van de
Vereeniging tot opleiding van Ambackten en
Beroepen;' te Amsterdam.
44ste Jaarverslag van het Emina- kinder
ziekenhuis te Amsterdam, 1909.
Wond yaa Tüftcbriften.
Groot Nederland, No. 4 : Marcellus Emants,
Fantasie. ? Karel v/d. Woestijne, Verzen bij
den aanvang der Lente. Frans Coenen,
Nieuwe Siroomingen, I. P N. van Eijck,
Gedichten. Richard de Cneudt, De Zomer.
Literatuur.
De Katholiek, April '09: Ferr. Compaaus,
O. F. M., De Nederlandscbe Minderbroeder
Joannes Neijen fis onderhandelaar met de
Staten-Ueneraal 1607?160Ü. Dr. L. J.
Sicking, De bronnen over den moord op
Hypatia, II, Damascius bij Suidas en de
overige bronnen. Fr. M. Vreeswijk, O. F.
M., Da man van Smarten. Th. P. G.
IJslied, bledevaart. Geschiedkundig Nieuws,
I. Nieuwe Uitgaven.
Vragen van den Dog, No. 4: I. P. van Hoek,
Hooger Landbouwonderwijs. S. Blok, Het
verkeerswezen en zijn invloed op de wel vaart
en de beschaving (slot). Loop der geboor
ten in Frankrijk in eene eeuw. C. P. Voüte,
Kiezersvermeerdeiing. D. Stavorinus, Van
houtspaander tot gloeilamp. Prof. dr. A
Ernst, De nieuwe ilora van het Vulkaan
eiland Krakatau. De metaalsohatten van
den Himalaya. Bibliografie. Van Maand
tot Maand.
De, Klaroen, No. 5 : Dr. P. Blaauw, Begin
selen boven Wetten. Dr. J. H. Adriani,
Een herziening der Armenwet. Fragment
uit Wilhelm Windelband Prilludien."
Revue der uitvindingen en ontdekkingen, Ko. 12;
Ernst Haeckel ter gelegenheid van zijn 7 sten
geboortedag. De zoogenaamde vloed
golven" welke op groote aardbevingen vol
gen. Een roman over het lichten van
wrakken op zee, enz,
Jeugd, r o. 7: 0/inkSier, Achtergeble
ven. M. E. 5 J. V. P., Van Pallanza naar
Wilderswil, enz.
Moles.hott, No. 39: Dr. G. W. Bruinsma,
Zuivere ongekookte melk (slot). Dr. H,
Pinkhof, De zuigelingzu der fabrieksarbeid
sters, enz.
Brusse's Boek berichten, No. 10.
Eigen Baard: Jacqueline.door G., VII, slot
Uit den bloeitijd van de echipperij in de
Groningsche Veenkoloniën, door R. H. Herwig,
met ill. naar foto's van den echryver, III.
Het Bloemenwonder, door Willy Schep.
Afscheid van den winter, bij de plaat, foto's
van H. E. Stap Jr. Nederland voor hon
derd jaren, door i-eneraal Wüppermacu, I,
met afb. De geechie tenia van een huis,
II, slot, met afb. Feuilleton. Bij de
Zuidpo >1. ? De Accijnshuiejes te Leiden.
Christiaan Petri. f Manta van
Nieuwland. f Ons vlaggen en onze vlaggen.
Bloemen bij Kras", alles met afb.
6e Jaargang. 4 April 1909.
Re 1. : C. H. BEOEKKAMP, Damrak 59 Ainst.
Verzoeke alle mededeelingen, de;e rubriek
betreffende, te richten aan bovenstaand adres.
Bladprobleem van deu auteur K. C. de Jonge,
Zwart (8 schijven).
Wit (S gchijveiT).
Op te lossen van het blad, zonJer bord of
schijven. Na acht dagen geven wij de oplossing.
A. D. Querido, W. vac ;,iztnt, ..Vda'r.;;,-.
Kouwes, IN. Bouwes, D. Eikke, Edam, allon mot',-.
oplossingen; ". Ahram, M. Ooe, A Dacistra, r
C. de Jonge, J. Swart, A'dam; .'.'?. La i oïte,
Goes; J. Luteijn, Groede, J. Irïeijer, HaarJem;
C. Mosselman, Rotterdam; J. H. Makkink, J.
J. O-kam, Utrecht; F. Happe, K. Slagter, Zaan
dam, ailen met l oplossing.
NATIONALE SIMULTAAN-WEOSTRIJD.
PEK CORRESPONDENTIE.
A. z 8-13, w 30-04.
B. z 3-9, w 08-,'ü.
C. z opgegeven.
D. z opgegeven.
E, z 1-7. w 08 oö.
F. z 12-18, w 31-27.
G. z 3-8, w 32 27.
H. z opgegeven.
Zwart moet spelen.
UIT DE DAMWEBELD.
Zondag 28 Maart 11. had de Ie ontmoeting
plaats tusschen Zaandam" en Wormerveer",
met 12 spelers ran weerszijde. Het resultaat
was: Zaandam" 14 p., en Wormerveer"
10 p. De 2e ontmoeting vindt plaats te Wor
merveer, waar de return-match zal gehouden
worden.
NAT1ONALEN CLUB-WEDSTRIJD.
Het bestuur van den Algemeene
Nederlandsche Dambond" heeft besloten tot het
houden van een nationalen clnb-wedstrijd,
om het kampioenschap voor Nederland.
Elke bestaande damvereeniging in Neder
land kan hieraan deelnemen met les haier
beste spelers, terwijl afzonderlijk gevormde
groepen van zes bekwame dammers ook wor
den toegelaten, mits onder een eigen naam
inschrijvende. Tevene moeten aan elke groep
vi.r plaatsvervangers toegevoegd worden, aan
welk vastgesteld tiental, gedurende den wed
strijd geen verandering mag gebracht worden.
Deelnemende Vereenigingen, die er belang
in stellen, dat in de plaats hunner inwoning
ook een speeldag gehouden worde, en hiervoor
een geschikte zaal aanbieden, worden ver
zocht dit tijdig ter kennis te brengen van het
bestuur.
De speeldagen zijn voorloopig bepaald op
16 en 31 Mei en 13 Juni e.k., terwijl het
reglement van orde spoedig zal bekend ge
maakt worden.
et inleggeld bedraagt drie gulden voor
elke groep van zes spelers, waaraan moet
toegevoegd worden ? 2 50 voor cautie. Na
de laatste ronde worden de cautie-gelden
onmiddellijk terug betaald, terwijl zij, die
vóór dien tijd ophouden met spelen, alle
aanspraak hierop verbeurd hebben.
Benevens HET KAMPIOENSCHAP VOOR NEDER
LAND, voor de eerst aankomende club, heeft
het bestuur voor dezen wedstrijd uitgeloofd,
een gouden, zil reren en bronzen medaille,
voor de drie eerst aankomende clubs, terwijl
de twee spelers, die de meeste winstpunten
hebben behaald, in volgorde een fraaie premie
ontvangen.
Zii, die aan dezen wedstrijd wenschen deel
te nemen, moeten vóór 20 April a."., zich
schïifteüjk aacmelden oij den l en secretaris,
den hetr C. H. Broekkamp, Damrak 59,
Amsterdam, met opgave van de namen der
zes deelnemers, en die der vier plaatsvervan
gers. Op aanvrage worden nadere inlichtingen
gaarne verstrekt.
Partij No. 89, gespeeld in Gezellig samen
zijn" te Amsterdam, tusschen de heeren A.
Damsti-a, met wit en W. van Runat, met
zwart. Jan. 1909.
KORTE VLEDGEL-OPENING.
Wit. Zwart. Wit. Zwart.
1. 8430
2. 30 25
3. 31 27
4. 33 28
5. 39 33
6. 44 39
7. 25:14
8. 37 31
9. 42:31
10 4742!
1721
2120
2024
1823
1218
1420
9:20
26:37
712!
49
27. 38 32
28. 46 41
29. 42 38
30. 43 39
31.3934
7]2
1015
3035 11)
1520
2025
32. 2823712)1318
33. 34 29 9 14
34 4136 1420
35.3731 2024
36. 29.20 18.-29ge.liv.
11.3126 1)1014! 37.33:24 2514
12.4137! 510! 38.2721 16:27
13. 30 34? 2) 12 17?? 3) 39. 31:22 1116 13)
14. 34 30? 4) 17 22 5) 40. 38 33 12 17 14)
15, 28:17 11:31 41. 22:11 6:17
1636:27 2025gedw.42. 3631 8] 2?
17. 33 28 6) 25:34 43. 33 29 38
18.39:30 27! 44.2923 813
19. 45 40? 7) 18 22! 8) 45. 31 27 1318
20. 27:20 14:45 46. 2419 18 29
21.4339 711! 47.19:10 29'34
22. 39 33 15 20 48. 44 40??15)35 44
23.49 44 20 24 49. 30:30 45 50
24. 48 43? 9)») 24 30! 50. 10 4 te laat 17 22!!'
25.3524 1930 51,27:7 1621
203227 17 10)52.26:17 50.35
Eemieel
*) Stand na den 24en zet van wit:
Z. 1,3, 6. 8/11,13,16,19, 24,45
W. 26, 28, 32/33, 35, 37/38, 42/44, 46, 50.
1) Iets te vroeg. Eerst 41-37 en 46-41, en
daarna 31-26 brengt een goed spel voort.
2) In de Damspeter," bl. 64, wijzen wij er
uitdrukkelijk op, dat in deze stellicg niet met
beide vleugels tegelijk mag gewerkt worden.
3) 20-25 is thans de zet, zooals in 't omge
keerde geval dus voor wit 31-26 moet vol
gen, indien zwart met 1L-17 zou geantwoord
hebben. Leest hierover vooral de uitgebreide
toelichting in da Damspeler," bl. 63-66. In
elk geval mocht 12-17 niet gespeeld worden,
wegens schijf-verlies. Den zet Ll-17 had nog
iets geweest.
4) Wit verzuimt te profiteeren. Hier bad
moeten volgen: w 27-21, z 16-27, w 32-12,
z 23:41, w 12.23, z 19:28, w 46:37, waarna de
schijf 28 gewonnen wordt!
5; Zwart tracht zich weder te herstellen;
echier, ten koste zijner beste schijven v.in
den korten vleugel.
6) Beter is de schijf 46 tot op 36 brengen,
waarmede een uitmuntend spel wordt opge
bouwd, en waardoor aanstonds met succes
een aanval kan ontworpen worden.
7) VVit profiteert niet van zijn beter spel.
Hier moest volgen: 40-41 en 41-36, of 4944,
en 44 40 enz.
S) Zeer goed, waarmede wit's korten vleugel
beduidend verzwakt wordt.
9) Een zwakke voortzetting. Waarom de»
schijf 46 niet in werking gebracht-? Men ziet
soms de beste zetten onopgemerkt voorbij
gaan, terwijl de zwakste gespeeld worden.
Zoolang het niet noodzakelijk blijkt, mag de
kroonschijf niet gespeeld worden. Leest hier
over de verhandeling van de kroonschijf in
de Jonge Dammer."
Wij merken nog even op, dat op w 44-3'J
;;cc velgen; ^ 24-2», 10:30, 16-21, 11:44 ea
"-?'-L-+, i
10; i-o ccbiji' 10 zco spoedig mogelijk op
brengen is, veel beter,
11' Minder goed. zie by' 10.
12) De scuijven 41 en 3/ opspelen is zeer
goed. Wit krijgt dan beslist de betere stel
ling. De hoofdoorzaak hiervan is, het ver
plaatsen van de zwarte schijf 30 op 35, en
het niet tydig opbrengen van de schijf 10
op 25. Dergelijke verzuimen hebben dikwijls
groote gevolgen. Met 28-23, maakt wit zijn
spel minder krachtig.
13) Wij meenen, dat 8-13 sterker is, en
een betere afwachtende houding aanbiedt
14) Beter, dan de afruil met 16-21.
15) Slecht; na den zet 10-4 van wit, was
het epel voor zwart in alle varianten verloren!