Historisch Archief 1877-1940
Na 1658
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
DAMEjS.
Zal Cnmtiai Science olijYen bestaan?
In het Engelsen tijdschrift the Coniemporary,
trefien wjj een artikel aan, genoemd The
Pedigree of Chrittian Science, de stamboom
van Chrittian Seienee, waaraan wy 't een en
ander ontleenen.
De schrijver, mr. Podmore, geeft een kort
verslag van wonderbaarlijke, ongewone ge
nezing. Deze is, zooals hu aantoont, reeds
van ouden datum. In de primitieve Kerk
oefenden de ouderlingen het ambt van
geaezen nit en in de geheele geschiedenis der
alchemie, was het zoeken naar den steen
der wijzen steeds vergezeld van hot zoeken
naar het levenselixir, welke beide beschouwd
werden, als bijna 't zelfde. Eindelijk kwam
Mesmer met zijne leer van het Aardfluïde".
De Fransche geneesheer Puységnr bracht
Mesmer's fluïde over in wilskracht: croyez
et veuillez', was zijn groote machtspreuk. En
daarna hebben wy de groote figuur van den
Amerikaanschen doctor Phineas Parkburst
Quimby, de eigenlijke vader van Chrittian
Science, die Mrs. Eddy genas van de toevallen,
waaraan zij van der jeugd af onderhevig was
geweest en haar inwijdde in zijn denkbeelden.
Dr. Quimby, eerst ook geloovende in een
werkelijk fluïde, kwam daarbij tot het in jicht,
dat de genezende kracht gezocht moet worden
in den geest van den patiënt. Maar, zoo
redeneerde hij verder, indien de geest alle
ziekten genezen kac, dan moet ook de geest
de bron van alle ziekten zijn, d. w. z. alle
ziekte is maar eene zinsbegoocheling. Die
zelfde leer, met nog enkele stellingen van
Saredenb rg, vindt men in Mrs. Eddy'a
Science and Health" en the Church of Chriit
Scientist."
De secte wordt nu vertegenwoordigd door
1100 kerken of genoodschappeo, waarvan er
37 in Engeland zijn en het aantal neemt
bijna dagelijks toe. Er zijn over de 4000
beoefenaars van Christian Science, zooge
naamde healers, waaraan 191 vrouwen en
23 mannen het beroep uitoefenen in Engeland.
De Moederkerk in- Boston is een statig gebouw,
welks oprichting £ 400.000 heeft gekost. Nog
verscheidene andere steden in de Vereenigde
Staten kunnen zich beroemen op groote, fraaie
kerken, aan de leer gewijd. Het getal ledeo der
kerk wordt, in Amerika, begroot op Gü.dOü.
Van het Evangelie der beweging ,,6't«;r<ee
and Health with Key to the Scriptures," zijn
niet minder dan 440 ui'gaven verschenen en
meer -dan een balf millioen exemplaren
verkocht. Waarschijnlijk ma? men aannemen
dat het getal dergenen, die order Mrs. Eddy's
invloed zijn gekomen, honderd duizenden
beloopt, en nog voortdurend toeneemt.
Mr. Podmore, die den tegenwoordigen toe
stand der secte aldus beschrijft, gelooft dat
zij zil blijven bestaan. De Science" heeft de
menschen genezen van werkelijke en ver
meende kwalen en men kan zich gemakkelijk
voorstellen met hoe vurig geloof de
geneZenen" zich er aan vastklemmen en er
propaganda voor maken. De oude leer van
zaligmaking, door zelfverloochening en
zelfopoffering en kruisiging van 't vleeech, is
misschien onbegrijpelijk en zeker onaange
naam, de nieuwe leer heeft in alle geval
hoofdpijn en maagpyn genezen, zij is duidelijk
en ook gemakkelijk. En als men den
sluier van dwaze methapbysiek ter zij schuift
dan is de geheele (Jhristian Science"
gegrond op een der gewoonste feiten der
ervaring n.l. dat een patiënt die opgeruim i
is, alle kansen in zijn voordeel heeft terwyïeen
somber en wanhopend patiënt zijn best doet
or.i, zoo hij niet sterft, althans chronisch
ziek te worden. De schrijver verhaalt van
den knaap, die vast overtuigd was, dat een
glas zuiver water een hevig vergif bevatte
en daar bijkans van stierf. En leidt daaruit
af, dat 'c moeilijk zou zyn om theoretisch
vast te stellen hoever die weldadige of
nadeelige invloed der verbeelding gaan kan;
indien zij zuiver water in vergif kan doen
verkeeren, zou zij dan niet, onder zekere
voorwaarden, Pruisisch zuur volko nen
onschade k kunnen maken ? Zoo zyn de feiten,
met hunne natuurlijke gevolgen : zoo zijn
de feiten, die Mrs. Eddy heeft verwrongen
tot de uiterst dwaze bewering, dat er geen
HIIIIIIMIIIIIIIIIIII llllllllllmlIIIIHII
UIT DE NATUUR.
CCCXVII. De vogelweek.
De eerste week van April, en ook nog de
Paaschweek die er op volgt, is in dit jaar
bijzonder geschikt om de vogelstudie te be
ginnen of weer op te vatten. De bodem ver
toont al groen genoeg en getft de vogels volop
te eten, maar er zal nog maar heel weinig
loof aan de boomen te zien zijn; en juist
daardoor valt het veel gemakkeiyker dan later
in het voorjaar de vogels, die wij hooren, ook
in het oog te krijgen.
Want dit moet bij het nagaan van het
vogelleven in de vrije natuur voorop gesteld
worden : met n zintuig komen wy er niet.
Oor en oog moeten samenwerken, het oor
wy'st de algemetne richting aan, betoog volgt
en zoekt en vindt meestal ook.
Nu is net verre van gemakkelijk uit vogel
geluiden wijs te wordeu; maar mogelijk is het
en wie er eik jaar in Maart of April mee
begint, zal snelle vordermaen maken. Wel
ly'kt het soms, of men in elk voo'-jaar alles
van het vorige j*ar weer vergeten is, de
zanglijstertonen klinken ons zoo zwak en
vreemd in de ooren en de groenvink trillert,
schijnt het, heel anders dan gewoonlijk, maar
spoedig vult het gelijkoortige nieuwe de oude
verzwakte ht-rinnering weer aan en als de
boomen weer groen zijn, kent en herkent
de natuurvriend ook den vogel aan zijn
geluid en niet enkel of in de eerste plaats
aan zijn veeren,
Evenals bij de bloemenstudie is het noodig
een klein getal soorten goed te kennen, o-n,
gesteund door die stevu staande kennis, mj
het bemerken van wat nieuws snel te Kunnen
uitmaken wat her niet is, de herinnering pan
boekenstudie helpt daarbij o a aan te ge/en
wat het oan wel zijn kan en de directe
waarneming of de hulp van andereu wat het
nu eigenlyk is.
Nu is de vogelstulie in zoover e gemak
kelijker dan het leeren kennen van planten,
dat er een veel g-ringeraanial gewone 'oael
soorten zijn en dat die nog in verschillende
Uiden te hooren en te zien zijn. Var> da'f
Mei ot half Juni evenwel vliegt en zingt
alles wat vogel heet en dan werkt Let aamal
verojjsterend op hen, die zoo laat in 't jtar
Bijdrage van costuum-historische beteekenis. (Jugtnd).
Een stormachtige omhelzing, of: Hoe de laatste hoedenmode ontstond.
IIIIIIIIMIMMIIIIIIIIIMIIIIIIIMIIMMIIIIIMIIIImlIMItmlIIII
stof bestaat, dat een cholerabacille niets dan
hallucinatie is, dat een slechte kies minder
?is dan ijdele waan. 't Zou niet onmogelijk
zijn, veronderstel ik, land op zulke wijze te
behandelen, dat graan er niet in zou kunnen
ontkiemen, als men 't zaaide, maar zulk
een proefneming zou nog niet 'c bewy's
leveren, dat graan niet bestaat. Voor zoover
ik weet, is 't wellicht mogelyk voor de men
schen of voor enkele menschen om zich
bestand te maken tegen ziekte ; maar als dat
zoo is, hebben wij toe a nog geen reden te
veronderstellen, dat ziekte niet bestaat.
Ik geloof dat de Scientists zeggen dat gewoon
eten en drinken niet verboden zyn, zooals
medicijnen; voor zoover ik weet worden de
geloo/igen niet aangespoord om alleen van
geloof te leven. En ik zou wel eens willen
weten waarom niet ? Als de materie niet be
staat als het stifielijk heelal niet anders
is dan eene veelkleurige zinsbegoocheling
waarom is dan een mengsel van quinine
verkeerd en een biefstuk goed? Indien
malariapynen een hallucinatie zijn, waarom
behooren dan niet de pijnen van honger en
dorst tot dezelfde categorie? Daaromtrent
zou ik gaarne ingelicht worden.
't Is nu eenigen tijd geleden dat Mrs Eddy,
eene aanklacht iüdiende voor een gerechtshof
in Massachueetts tegen een tegenstander; nij
werd er* van beschuldigd, dat er schadelijk
dierlijk magnetisme" van hem uitging
m. a. w. dat nij een toovenaar was. Het Hof
verklaarde zich uit t ontvankelyk voor de aan
klacht, al zijn er in de geschiedenis der
Amerikaansche rechtspleging buitengewone voor
beelden aan te halen van vervolging wegene
toovenarij. Maar natuurlijk waren de
geloovigen niet overtuigd en wanneer tot op dtn
huldigen dag, een Cliristian Mealerniet slaagt
in zyne behandeling van een geval, en den
patiënt, in 't laatste stadium der ziekte over
geeft aan een gewonen doctor, dan wordt de
dood, zoo die volgt, op rekening gesteld van
kwaadwillig oefenen van des doctor's wil.
Benige weken geleden werd er een
antiEddy vergadering gehouden in the Coloniil
Theatre, Cleveland, tj. S. A. Als sprekers
traden op Mr. Frederick W. Peabody, een
rechtsgeleerde uit Boston en Mr. Arthur G.
Frisbie, die vroeger reader geweest was bij
de Scientists van Cleveland. Van geheimzinnige
syde hoorde Mr. Frisbie, dat er veertig gere
serveerde plaatsen bestemd waren voor
Ckristian Scientists, die alleen kwamen om
hem de stille" behandeling te doen onder
gaan, zoodat zijne onthullingen slechts met
getemperd effect, zijne hoorders bereiken
zouden. En toen Mr PeaboJy de vergadering
toesprak, bracht hij 't feit in herinnering.
dat toen hij een proces voerde tegen Mrs.
Eddy, de gerechtszaal eiken dag vol was met
haar trouwe volgelingen, die hui geest lieten
inwerken op de jury, den rechter, den cliënt
en den verdediger. Mr Peabody verloor het
proces, wagens 't een of ander rechtskundig
pont, maar in 't kamp der Scientiets" werd
algemeen aangenomen, dat 't vonnis verkregen
was door etille" behandeling en behandeling
uit de verte".
Hét feit is, dat ofi-choon Mrs. Ed iy en
oeginnen met hun opmerk?aamheid op de
vog-ls te richten.
Wie om dezen tijd om en bij de steden,
in de parkeu en viLatuinen naar de vogels
luistert, krijgt al spoedig den indruk dat
haaat elke week een ander geluid de over
macht krijgt en de heele bent boheergcht.
In Maart en ook nog in de eerste dagen van
April, zijn het vooral de meezen, die den
boventoon voeren, de koolmees i tietd'ukst
en bet lastigst door de menigvuldigheid van
zijn uitings vormen de pi m el is wat zijn
stemkunst betref", minder veelzijdig; die houdt
zich aan weinige karaite istieke deuntjes,
maar de beste vogeliiejkeuner kan zich
verSchildvink.
gissen en den een voor den a ader houden.
De koolmees is negenennegentig van de hon
derd geval en d« auteur van het zatren"',
dat het beste is aan te duiden door het teeken
voor deanapest ??"?met een zeer sterke
druk op de laat-te lettergreep. De wo rd-n
schiet in t VUHI", drie- tot tienmaal
herhanlil, geven aan wat sommigen er in tiooren ;
maar e ke andere d ie eenlettergrepige
woori en zijn ook goed; al zijn de i en de u de
hnste klinkers >m vogelklank n aan te dui
den. Dat wordt ook beve-tigd door: Spin
niKke,. ipin-fiiK.k', m«t den klemtoon op DIK,
dit ie een ander koolmeezen-wor rd. Het
laatste word volgens sommigen meer in
hen najaar gehoord; schiet in 't vuur! in 't
btzonder in het voorjaar; in dit voorjaar
evenwel lijkt het wel andersom te gaan;
Als straks de Paaschvuren rooken op de
haar volgelingen zich kleeden als beschaafde
menschen en hun hoofdkwartier hebben in
Boston, dat gehouden wordt voor de meest
intellectneele" stad der wereld, zij en hunne
behandelingen" ons terugvoeren tot lang
vervlogen tijden en primitieve geneeswijzen.
Voor den antbropoloog moeten deze herleving,
deze overblijfselen van hetgeen geweest is,
uitermate belangwekkend zijn, hij ziet dat
beschaving, cultuur, democratie, de heer
schappij der machine, de strijd, de snel
voortschrijdende macht van het industrieele
leven niet bij machte zijn om de elementaire
instincten der menschbeid uit te roeien.
C. C.
AlexaMra Iwanowna Scnnbsrt,
Onlangs is in Moekou op SSjarigen leeftijd
een vrouw overleden, die tot Dostojewsky
in dezelfde verhouding stond als Frau von
Stein tot Goethe. Ze heette Alexandra
Iwanowna Schubert en was vroeger actrice
geweest. In 1843, kort na haar debuut in het
keizerlijk theater te Petersburg, leerde ze den
grooten dichter kennen en sinds dien dag
waren ze vereenigd door een innigen vriend
schapsband, die eerst door Dostojewski's dood
werd verbroken. Bij haar zocht de dichter
ontspanning na zijn arbeid en in haar vond
hij zijn gelijke op geestelijk gebied, iemand
die beter dan iemand anders sijn kunst begreep.
Voor haar dood vermaakte zij aan den
criticus Jakusjkin de brieven die Dostojewski
haar schreef en waardoor misschien een slip
van den geheimainnigen sluier zal worden
opgeheven die over Dostojewki's werken ligt.
De actrice, die een zuster was van de groote
treurspelvertolkster Orlov, was bevriend met
alle litteraire grootheden van haar tijd, zooals
Turgenjew, Pissemski en Ost-ovski. Ook van
Turgenjew kreeg ze brieven, die spoedig in
druk zullen verschijnen. V.
Anti-iufj'ragettes. Mevrouw Ivor Guest.
De, >:ier zus.ers van den Dui-Schen keizer.
Minerva godin der wijsheid.
In Londen, waar de strijd om de politieke
rechten der vrouw, het felst werd aangebon
den, in zoo sterke mate, dat Engelpnd's hoofd
stad het centrum der internationale vrou
wenbeweging werd, woelt een strooming in
gansch andere richting.
Allicht heeft het forsch, het manlijk, het
rumoerig optreden der voorstandsters van
vrouwenkiesrecht,aanleidinggegeven, dat zich
een nieuwe partij Vrouwelijke vrouwen"
vormde.
Tot dusverre bestaat deze nieuwe groep uit
louter weelde kinderen ; vrouwtjes, die door
geboorte en fortuin zich niet verdiepen in
den kamp om het be<taan, want iiaar levenspad,
met rosen bezaaid, is een blije, lichtende
haan, voerend naar de nige overwinning,
di« zij begeeren voor haar jeugd, voor haar
schoonheid, ter vulling van haar vrouwen
Velu ve, kimt het schiet in 't vuur" weer
meer in trek bij de koolmeezen, om een
gezochte verklaring van de woorden
waartcMjnlyk te maken.
Oua 't even; wie de tonen hoort, vindt
den vogel ook wel; hij is zoo groot als een
muscb, maar veel bonter van kleed, de kop
koolzwart, met w>tte wangen; over de gele
borst loopt van de keel tot aan den buik een
dikke zwarte streep.
De meeste menschen, ook zij die het in ernst
pn beeren vogels te leeren kennen, klagen.
dat zij zoo zelden iets anders dan silhouetten of
grauwe pietjes zien; dit komt doordat men
vergeet, dat zooveel mogelijk het tegenlicht
dient te worden vermeden, en men met den
rug naar de zon de vogels moet bekijken;
ook zoudfr een kijker zijn de vogelkleuren
dan wel duidelijk, tenminste als de afstand
niet al te gi oot is.
Wie van de parkvogels c!e koolmees en de
grijs-blauivöpimpel met zijn witt^» wangetjes
en lichtgeel buikje goed kent en bovendien
de vink in elk geval kan onderscheiden,
is al een neel eind op weg. De pink-pink
periode van den mannetjes-vink is al haast
weer voorbij ; hij heeft den slag al weer beet.
Wie den vinkenslag niet kent, moet maar
even on Ier een vinkenkocKtje gaan staan, dan
vergeet ge hem niet licht weer. Dat is het
eeuige goeds en nuttigs dat van zoo'u eng
kooitje kan gezegd worden.
Vooral naüuiten is een beste
mnemotechniek; dat heipt n«t zoo goed , als nateekeneu
voor het onthouden van vormen. In de verte
is onze vink al te kennen en te onderscheiden
van een musch aan zijn helder witte spiegels
op de vleugels en aan zijn kranige houding,
van dichtbij verrast hij ie Ier, die hem nooit
an Iers dan in het donkere kooitje zag, door
zijn inderdaad prachtig gevederte; vooral het
bruinrood van de borst, het ti]ne grijsblauw
van de kuif en de enkele zwavelgele
vleugelveertj*-8 zijn werkelijk mooi. AU middeltje
om den gewonen vinkenslaa te onthouden en
nog eens uit het hoofd te fluiten, kan men
de vier voorslagen van een kanarie nemen;
dan een steeds snellere iets dalende triller,
en en afsluiten met een rijdng,
eenkrachtigen met een zwaai omhooggaanden rektoon.
die als Kom je hier"? Of lust je bier?''
klinkt; met de klemtoon op hier of bier, en
iets vragends er in, duor een daling bij de r.
leven: verovering van mannen-harten. Zij
willen zijn: gevierde, omstuwde, vrouwelijke
vrouwen, voor mannen, die gaarne hun be
wondering en liefde, in slaafsche gedweeheid
neerleggen aan de sierlijke, coquette
vrouweu voetjes, die nimmer zich schramden,
kneusden of ontwrichtten op 't doornig,
oneffen, door haar niet betreden, hobbelig
pad van 's levens strijd.
Mevrouw Ivor Gueet, echtgenoote van den
toekomstigen Lord Wirnborne, bekend om
haar schoonheid en geestigheid, toongeefster
op modegsbied, staat aan 't hoofd der
Vrouwelijke Vrouwen", waarbij zich aanslo
ten: Lady Colebrooi, Lady Crewe, Lady
Beauchamp, Lady Allendale, mevrouw Lulu
Harcourt, e. a., altegader dames, die als een
nationale ramp vrouwenkiesrecht beschouwen,
dat een roekeloos einde dreigt te maken aan
de heerschappij der vrouw.
Het echtpaar Beauchamp, dat een gelukkig
huwelijksleven leidt, staat op politiek terrein
lijnrecht tegenover elkaar. Lord Beauchamp
schaart zich geheel aan de zijde van Lord
Tweedmouth, oom van den heer Ivor Guest,
wiens redevoeringen in 't Parlement, hem
menigmaal steunden als vurig aanhanger van
de politieke rechten der vrouw.
Het onschadelijk spelletje der Vrouwelijke
vrouwen" heeft een onmiskenbaar gunstig
kantje. De dames hou ien de feministen een
waarschuwenden spiegel voor oogen!
VoorBtandsters van vrouwenkiesrecht moeten haar
billijke eischen op vrouwelijke wijze te berde
brengen. Zij moeten blijven «rouwen. Schran
dere, kloeke, zelfstandige vrouwen, prat gaand
op haar vrouwelijkheid, en die steeds open
barend in kleeding, manieren en toon.
*
* *
Even als keizerin Augusta, echtgenoote
van den Duitschen keizer, Wilhelm II. zijn
de vier zusters des keizers steeds au second
plan" gelieven.
Zijn breeJ-uitslaande, rumoerige, tempera
mentvolle, impulsieve persoonlijkheid, stelt
n zusters on gemalin onwillekeurig in de
echaduw. Toch, zijn Wilhelm's zusters, even
als hij, onvervalschte Hohenzollernf» kranige
vrouwen, vrouwen van karakter. Prinsessen,
die, alle vier, door haar begaaf iheid, inzichten
en ontwikkeling, persoonlijkheden van be
teekenis zijn.
's Keizers oudste zuster de 49-jarige
erfprinses Charlotle van Sachsen?Heiningen,
komt in karakter, Temperament, in't hart op
de tong dragen, haar broeder 't meest nabij.
Ge\at en slagvaardig als Wilbelm, had zij
't dikwijls met hem aan den stok. De woor
den, die hij haar in hun kibbelpartijtjes en
meeningsverschillen steeds toevoegt, bewij
zen, dat de Duitsche keizer het voor een
vrouw heeiemaal onnoodig acht, dat zij een
beetje op den voorgrond treedt. Geloof me
Lot~,e, jij hadt een man moeten ijn, dat zou
veel verstandiger van moeder natuur zijn
geweest."
Prinses Gharlotte en prinses Sophie, de
SU-jarige kroonprmses van Griekenland, zijn
de mooiste van 't viertal. (Jharlotte en Sophie
erfden de prachtige, slanke gestalte van hun
Tusschen de opeenvolgende slagen komen
dm vaak weer de loktonen
pink, pink; die de vogel soms dertig of veer
tigmaal met regelmatige tusachenpoozen laat
hooren. Zijn gewone slag wordt in navolging
van Voigt gewoonlijk grafisch voorgesteld met
^-??-*-*-«?«-#'-?' SJE:
of naar Nauman nagebootst met de klanken
titititututa-chtzke jier. Als het-druilig weer
K .-olmees.
i* zitten de mannetjes soms uit den treure
een vibreerend ge'uid v )ort te brengen, dat
met if.rr te vergelijken is.
Veel minder trekt de groenvink de aan
dacht; toch is ook hij een zeer algemeene vogel;
hij is zoo weinig bekend, be'iaive natuurlijk
bij de vogelvrieuden, doordat zijn kleur en
klank niets oudringends hebben, eerder ge
kenmerkt zijn door een overmaat van be
scheidenheid.
Xu gaat het nog, althans van nabij een
groenvink van een tnusch te on ierscheiden, maar
als het jonge loof komt, versmelt zijn groengele
vederkleedje zoo geheel met den algemeenen
voo7Jaarstint- van het loof, dat er h >rderd
groenvinken in de wilgen, populieren en
beuken kunnen huizen zon ier dat een onkun
dige het opmerkt. Ook is hij in zijn houding
en bewegingen veel meer inuschachtig dan
sympathieken vader, de zoo vroeg ge
storven keizer Friedrich. De naar haar moe
der vernoemde prinses Victoria, is nu 43 jaar,
en echtgenoote van prins Adolf van
Schaumburg?Lippe.
De vierde en jongste zuster van den Duit
schen keizer, is de 37-jarige prinses
Margaretha, gehuwd met prins Friedrich Karl van
Hessen.
De moeder van den kei jer en van't viertal
zusters, de Engeleche prinses Victoria van
Engeland, had een kleine, niet uitgegroeide
gestalte. Toen zy vernam, dat de prachtige
kroonprins Friedrich van Pruisen, aan 't
Engelsche hof zou komen, om haar ten
huwelijk te vragen, i?ing zij lachend voor
den spiegel staan, en zei tot haar moeder,
koningin Victoria: Moeder, als dat pracht'
exemplaar van een man, mij goed bekijkt,
dan kiest hy mij zeker niet tot vrouw"!
En waarom niet 71
Wddrorn niet 11? wél, omdat ik er uitzie
als een prop, een dikke negerin, die uit pure
schrik over haar eigen gestalte, zóó van kleur
verschoot, dat zy blank werd!
De prinsessen erfden het uiterlijk van haar
vader, en het verstand, het schalk vernnft van
haar moeder.
De kroonprinseo van Griekenland, die als
zoodanig den titel voert van hertogin van
Sparta, is in Griekenland zér bemind. Dat
de protestantsche prinses niet aarzelde over
te gaan tot de Griekech-katholieke geloofs
belijdenis, heeft haar veel harten in haar
aangenomen vaderland ontsloten. Van de
vier zusters des keizers, die allen goede
musiciennes zijn en de schilderkunst beoefenen,
is toevallig de kunstzin van prinses ophie
het sterkst uitgesproken, waardoor zy zich
in Griekenland, bakermat der kunst, tevreden
en gelukkig gevoelt.
De keizer voelt zich bizonder aangetrokken
tot de diepzinnige, bespiegelende, ietwat
melancholische natuur zijner jongste zuster
Margaretha.
Prinses Margaretha van Hessen heeft een
buitengewoon scherpen kijk op menschen,
iets wat men allen vorsten en vorstinnen
zou toewenschen, ten einde koren van kaf
te kunnen onderscheiden, en een verschil
te speuren in eerlijke naturen en laffe vleiers.
Wanneer men de menschenkennis der
prinses roemt, zegt zij: Ik ken de
menBchen niet, maar ik raad wie ze zijn."
Prinses Charlotte en prinses Victoria zijn
onverschrokken amazones.
De Amerikaansche milliardaire, miss Helen
Gould, bekend om haar buitengewone mild
dadigheid, bezit niet alleen een onmetelijk
fortuin, maar ook een sprankelend vernuft,
en een grooten zin voor humor. Menigmaal
doen haar leuke gezegden en scbalke ant
woorden de ronde. Zoo ook nu, naar aan
leiding van een feest door haar georganiseerd
voor een aantal weesmeisjes.
Zij ontving de kleine gasten in haar eigen
huis, met haar gewone, gulle gastvrijheid.
Na gebruik van een feestmaal, gaf zy poppen,
speelgoed, allerlei aardige en nuttige
geschenkjes aan de meisjes
Daarna leidde zy de kinderen door haar
huis, liet hen alles zien en bewonderen. In
een der salons, trok een Minerva-beeld de
aandacht der jeugdige gasten.
Dat is Minerva, zei miss Gonld. Was
die getrouwd ? vroeg een der meisjes.
? O, neen l antwoordde Helen Gould
lachend, zij was de godin van het verstand.
CAPRICE.
Blanc-manger. Benoodigdheden: % Liter
room; % stokje vanille; 125 gram suiker;
30 gr. gelatine; l d. L, kirsch ofmaraequin.
Bereiding: Kook de room met de vanille en
suiker. Voeg er de geweekte gelatine bij.
Giet uit in een kom om een beetje te be
koelen. Neem de vanille er nit, voeg er aan
toe kirsch of marasquin. Giet het mengsel
in een met amandel olie bestreken en met
suiker bestrooide pijp vorm. Presenteer vanille
biitons bij deze blanc-manger.
de gewone schildvink; ik heb er bij gestaan
dat een uitmuntend vogelkenner, misschien
wel de neste in ons land, die verplicht werd
niet de buks opruiming te houden onderde
tallooze musschen, welke in een grooten tuin
de andere zangvogels het leven lastig maak
ten, een groenvink van een tak schoot in de
meening een musch voor zich te hebben.
Ook by dezen vogel is het menschelijk oor
het beste zintuig voor de studie; d-* geluidjes
van de groenvink zijn zwak, maar zoo klankrijk,
om zoo te zeggen metalliek en tegelfk parelend
als droppels die in water vallen, dat ze niet
te verwarren zijn met die van andere kleine
zangvogels.
Hebt ge dat belletjestingelen eens in het
oor gekregen, dan vindt ge de muschachtige
vogelvormen meestal hoog in de boomen;
de kijker, een gewone tooneelkijker moet ieder
vogelstudent bij zich hebben, helpt n dadelij t
terecht; want de likkesnavel en de
guttegomkleurige vogelveeren ook de beide citroengele
zy'pennen van den staart zyn dan duidelijk te
zien. Ook als het regent, trilleren de groen
vinken diuk en zitten dan dikwijls oij tienen
dicht bijeen in de toppen van de kale boomen.
Van tijd tot tijd hoort ge ze
daartusschendoor een zonderling geluid maken als een
gerekte geeuw, waarin meer een dan
een ie-klank doorklinkt; dit
groenvinkengeluid wordt in de vogelboefeen met gwiie
of schuèaangegeven. Het klitkt als een
zeer verre en zwakke ekster- of gaaien
roep. Maar ook bij helderen hemel kunt ge
dezen karakteristieken groenlingen-roep vaak
genoeg hooren. Ze roepen het elkaar bij het
morgenkrieken toe en evenals de hanen be
antwoordt de een den ander, steeds met regel
matige tusschenpoozen.
Van morgen vroeg heb ik twintig minuten
lang dat monotone groenlingen-dialoog
hooren houden in de tuintjes achter het
mijne; toen zetten de eerste musschen die
wakker werden het vervelend morgengetjüp
in; dat overgenomen wordt door alle mus
schen die in mijn kl:mop slapen en dat geleide
lijk aanzwelt tot een ijselijk hoog en valsch
getierelier, waarlijk druk en hinderlyk als
kermisgejoel.
E. HKIMANB.