De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1909 25 april pagina 6

25 april 1909 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1C6 Groote gebeeldhouwde eikenhouten groep, voorstellende een geknielde kanunnik in gebede en beschermd door den heiligen Jeronimus, als kardinaal. Wün-rood flnweelen baldequin voor een troonhemel bjj eene inkomste van Karel V, met opgewerkt gouddraad. De versieritg stelt in het midden en aan de vier hoeken voor den dubbelen gesroonden arend, terwijl een rand van bladwerk fantastische leeuwen omschaduwt. Uier ft ft. Dinsdag 27 April zal deze veiling, die wederom zeer uitgebreide en belangrijke collectie's omvat, aanvangen. De veiling wordt ingezet met de rubriek oude schilderijen, afkomstig uit verschillende verzamelingen, waaronder De Nesaalroda te Moseou en F. E, Xintz te 's-3ravenhage. Het zijn meer dan $000 nummers en een en ander merkwaardigs en kostelijk» is daar weer uit te usscben. Den, als altjjd royalen en met veel zorg be werkten catalogus doorbladerend, zou ik na al een lijstje, veel namen van oude meesters die klinken, kannen uoteeren, meest Hollan ders, enkele buitenlanders en een stuk of wat primitieven. Onder de buitenlanders ko ut zelfs Velasqaez voor met eea portret dat toch hoogstens atelier-Velasqaez kan genoemd worden, als bjj zoovele Nederlanders, bjjv. Mierevelt. Bij een aoder stuk, voorstellend een vluchtende kalkoen, woidt deze naam ook genoemd wel wat stout al is het een krachtig en levendig stak schilderwerk. Eenigj ns 'n pièce de résistance" van deze veiling is een op naam van Frans Hals geplaatst schilderjj voorstellend een uitbundige feestjool van jongelieden in een lusthof. Het stuk bleef in schetsmatige» staat, maar het is bijzon der boeiend om de in vele partijen schitte rende bravoure waarmee het geborsteld werd. Daarin is kennelijk de ruime slag van een meester, al vertoont het dan ook niet de evenwichtigheid van alle be wegingen der r\jpe ontwikkeling. (Het zou vroeg werk van Hals zijn). Er is een breedheid en koenheid, in het landschap vooral, die aan sommige groote Vlamingen doet denken. Daarom ook lijkt me de attributie zeer ver dedigbaar, en is het begrüpelgfc, dat het stak eerder aan Frans dan aan Oirk Hals werd gegeeen. Een landschap van den taonelgk zeldzamen maar lang niet on belangrij keu hollandschen schilder Dubois (richting Ruysdael K oo wat) valt, ca het zien der repro luctie in dencataiogu*,niet mee nogal schraal en sehrielig geschilderd en met een zeer o verwichtige lacht. Zeker waardevoller en met mooie kwaliteiten, is een met J. W. gemerkt landschap. Het werd niet aan Jan Wgnants, maar, wat aannemelijk is, aan Jan Wouwer man toegeschreven. Wél doet het in sommi «e deelen even aan den eerste denken, maar 't zou dan een zijner pittigste schilderijen zijn. Een paar kleine Primitiefjes .'.ijn curieus maar ten deele bedenkelijk. Twee heel wat meer kapitale (zoogen. Maitre de la Légende de la Madeleinr) zijn van een middelmatige soort, zeer gaaf overigens en in de kunst wereld welbekend. Een portret van A. Cuyp behoort tot de wat plompe soort van zijn bloedrijke kunst, een kleiner schilderijtje met paarden is veel fijner. Verder een Jan Steen, voluit geteekeod, -wat de eenige maar wat karige aameveliog voor dit schilderij is; een zeer goede Saenredam; een scherp en deugdelijk geschilderd «rouwenportret, aan Santvoort toege't;hre?en («eer twijfel achtig m.i. Santpoort schilderde niet zoo dun en snedig); een goed zeestukje van Jaa Blankerhof; een nog al groot, met zeer naer zwaardige kwaliteiten, schilderij van een onbekende: de Eooaasganiiers dit een en ander onder veel meer, want, zooals ik zei, van veel andare zeer bekende oude schilders zyn er representaties, die ik niet alle vol doende kon inspecteeren Buiten de schilderden een ruime en weel derige voorraad oude kunstvoortbrengselen in verschillende genre's. Een aanzienlijke collectie wapens, waaronder met kunstvolle gevesten, een groote 'erzameling Ceramiek, Chineesch, Japansch, Delftseh enz. glas- en koperwerk, mm aturen, borduurwerk, tapijten en kantwerken, eenige houten beeldjes ens. In 't byzonder zy >iaaronier even vermeld een baldak yn beain 16« eeuw, met fantastisch gestyleerde dierfiguren, een zeer zeldzaam werk dat in Bru;ge was o o de tentoonstelling van het Gulden Vlies. Kijkdageu tot en met Maandag a.s. W. S. I>iep bord en coq-dllt d'otuf, bekend onder den naam l'asslette A sept bordureg. Kijk geciseleerd ijzeren gevest van een Louis X!II Schaal, versierd en miux 4e let familie verte. UMI MmillMHIIIfmtlMlimiflIftllHI MIMI MIMI" \IIHHIIIIIItII UtricM. Joorje tonst'ytaliaaiiïclie scfelers Tentoonstellingen van buitenlandsch werk kunnen noodig zijn. Ze zijn van noode in een tijd als deze. Ge kunt de overtuiging hebben dat in ons land een zoete waan van d'eigen voortreffijkheid voortgroeit die niet alle recht van bestaan heeft en het kan (nu zeker!) zeer waar zijn dat onze waan een waan is, geen gedachte met werkelijk kracht er achter. De kunst in ons land beweegt zich niet meer naar een maximum zoo ge haar hjn graphisch woudt voorstellen. De heerschenie kunstrichting verloor haar over tuiging. Het werk op leden-tentoonstellin gen Ijjkt een week uit-kauwen van wat eens gaaf was. Tegen deze waan, tegen deze ledententoonstellingen kunnen buitenlandBche werken hun nut hebben. Ze kunnen ons overtuigen van de zwakte die de onze is. Ze kunnen een fijner bloei toonen daa wij hebben, ze kunnen rijker zwellende ontroering duidelijk maken. Ze moeten daartoe voldoen aan 't tweeërlei eischen: Ze moeten of zijn van de belangrijke s^hil Iers wier uitingswijze desnoods als de onze is, maar die treffen door een nuance, door buu geestelijk bezit, door een sehakeeren dat verschilt door onze schakeeringea of te moeten het werk van schilder» toonen die in volheid bezitten wat wij missen, die phantaisie te over hebben, oi' rijk zijn aan weli^en of rijk zijn aan strakken vorm; die een inzicht hebben in wat een schilderij" is (dat is dus meer dan de impressie alleen); die uit velerlei naakten of gekleeden, of' van naakten en gekleedon tezaam een dans van menschen kunnen laten zien; die van lieflijke lichamen en statig gebouwde figuren een teeder bepeisd leven maken; die geven het te hoop loopen van door harstocht bewogenen; die, in kleuren, en vormen, beminden en mincenden, hatenden, en weemoedigen, geven en deeeuedie omziet, en den andere die voortgaat. Ten toonstellingen die van zulke aard niet zijn, kunnen gemist worden. Tentoonstellingen die werk geven minder dan wat, hier gekend werd, van dezelfde geaardheid, kun nen nagelaten worden. Het zien van zulk werk is niets meer dan een vermeerdering van encyclopaedische kennis. Zulke t< ntoonstttll ngen brengen niet en niet, wat ik wil, en wou: nieuwe richting, nieuwe gedachten, nieuw erkennen, sterk inzien van een waan neerhalen van wat fout is, opbouwen van wat goed is: rooien en daar-na zaaien. * * * Deze tentoonstelling in Utrecht van: foruara. Previati, Matjgi, Cinotti, MUIOMJ, Prada. Merello, Focardi, Baracchun, Benvenuti brengt werken waarin de invloeden zeer duidelijk zijn van Segantini en van de moderne IVanschen. Deze schilderijen hier zijn niet van die kracht, van die elegance, van die vormenschoonheid, dan dat zo hi^r wat zouden kunnen wekken in het land. De uiter te ontaardingen van het impres sionisme zijn hier te gekend dan dat weer er op gewezen moest worden. En wat het werk hier geeft zoeken we juist niet inde Italianen; we wouden in hen kracht en breedheid van teekenen, wetdschheid van lijnenspel, breedheid van de basementen in een schilderij, we wouden in hen het ont roerde machtvolle leekenen van Figuren om m ons land met zijn angst, met zij a bn--yerlij/,-f angst voor naakten, de glorie daarvan woer eens duidelijk voor oogen te brengen. -ILet is niet noodig in Holland de minderen *an Segantin* te gever; beu die zijn waardevolheid: de ethische overwegingen, missen. \Va hebben het hier niet van noode na Segantini gekend te hebben, om het minder belangrijke van ziju techniek nog weer een^ te zien, een techniek die tegen het schoone schilderen in gaat. We hebben hier niet noodig een Previati te kennen, die altijd gesproken van het werk dat hier te vinden is, wel romantisch blijkt te zijn, maar niet krachtig romantisch, die roman tisch is, maar niet de uotichalances, die niet te dulden zijn en di-» uit zwakheid voort komen. Kr is hier te veel werk dat lu de nauw keurigheid van een lijn tegen de lucht vorm lijkt te bereiken, terwijl het niets dan niet meeningvolle contours geeft. (Zie o. a. Pornara). Er is iets goeds in de lucht en dea horizon vaa een Sneeuwgezicht van Cinotti, maar de boomen en het geheel is niet genoeg in harmonie daarmee gebracht. Er is wel wat kracht misschien in Fornara, wel wat weggestoken gevoel voor gratie in de teekening van Focardi, iets phantastisch soms in Merello, iets niet ongevoelds in den hemel over de Begrafenis van een Meisje maar in geen van deze werken op de ten toonstelling is kracht, of buitensporigheid van hartstocht, of den wpelgen vrede van het schoon. De goede wil blijft te prijzen ma»r resultaten zijn niet bereikt Waarom houdt of Voor de kunst of de Rotterdamsche kuustkring niet eens een tentoonstelling van betere Italianen, of een karakteriseerende van al de perioden van Mancini b.v.? Het ware van meer belang. PLASSCHAERÏ.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl